
5 minute read
Gezichtspunten vanuit TLN
Sinds 2017 heeft TLN een ambitieuze kijk op de verduurzaming van transport en logistiek samengevat in haar duurzaamheidsvisie. Dit verenigingsstandpunt heeft het mogelijk gemaakt om ambitieus en realistisch mee te werken aan de afspraken die in 2019 zijn vastgelegd in het Nederlandse Klimaatakkoord.
Pijlers en voorwaarden
Advertisement
Vier samenhangende onderdelen vormen de pijlers onder de energietransitie en de gewenste snelle en substantiële CO2-reductie in transport en logistiek: • voldoende (groene) energie; • bovengronds netwerk (laadvoorzieningen voor elektrisch of waterstoftransport); • ondergronds netwerk (het elektriciteitsnet); • materieel (in het bijzonder vrachtwagens, batterij- of waterstof-elektrisch). Om de transitie mogelijk te maken, gelden voor alle vier pijlers drie voorwaarden, de 3 B’s: • beschikbaarheid; • betrouwbaarheid; • betaalbaarheid.
Rol van de overheid
Op het realiseren van deze voorwaarden is het beleid van TLN gericht. Voor een aanzienlijk deel kan de overheid rechtstreeks een actieve en doorslaggevende rol spelen bij het voldoen aan die voorwaarden. Voor een ander deel kan zij invloed proberen uit te oefenen op relevante marktpartijen. In alle gevallen wil de sector op constructieve wijze meehelpen de doelen te realiseren. Het gaat niet om wijzen met het vingertje, maar om een handreiking om in gezamenlijkheid tot doelgerichte actie te komen.
In dit Groenboek presenteren we de weerbarstige praktijk waarmee ondernemers te maken hebben, als achtergrond van de oproepen aan de politiek om duidelijkheid te geven en knopen door te hakken. Per pijler lopen we de 3 B’s langs.
Bij beschikbaarheid gaat het om de vraag of de noodzakelijke technologische aanpassingen op korte termijn ook ingezet kunnen worden. En zo niet, wat de mogelijkheden zijn om dat te veranderen. Betrouwbaarheid heeft betrekking op zekerheid waarop een ondernemer kan varen bij het ontwikkelen en uitvoeren van zijn of haar ondernemingsplannen. Betaalbaarheid heeft vooral te maken met de concurrentiepositie ten opzichte van andere bedrijven en sectoren, niet in de laatste plaats in internationaal perspectief.
Anders gezegd: de 3 B’s zijn de randvoorwaarden voor ondernemers om met de inzet van nieuwe, duurzame technologieën concurrerend te kunnen blijven werken.
Nú doorbraak nodig voor transitie | Groenboek Transport en Logistiek
11
Overheid als opdrachtgever
Voor de opschaling naar zero-emissie goederenvervoer is ook van belang dat klanten daarom vragen. Hier ligt een kans voor overheden om in hun rol van opdrachtgever zero-emissie vervoer te verlangen en daarop bij de uitvoering daadwerkelijk toe te zien. De overheid geeft als ‘launching customer’ op die manier het goede voorbeeld.
Tempo in transitie
Drie jaar na de publicatie van het Klimaatakkoord is enorm veel gebeurd ten behoeve van duurzame logistiek in de toekomst. De noodzaak tot energietransitie is in het licht van de recente ontwikkeling van de brandstof- en elektriciteitsprijzen en dreigende energietekorten verder versterkt. Studies en ervaringen hebben het inzicht in de mogelijkheden sterk verbeterd. Tegelijkertijd blijven ontwikkelingen in de praktijk achter bij de voorgenomen opschaling. Hieraan liggen diverse oorzaken ten grondslag; ook dat is intussen veel duidelijker geworden. Om het gewenste tempo van de voorgenomen transitie te kunnen realiseren, zijn doorbraken nodig. Er moet snel tot actie worden gekomen. Overheid en politiek zijn hierbij van doorslaggevende betekenis.
Opschaling
Een belangrijk aspect is de mogelijkheid tot opschaling. Een goed voorbeeld is de zero-emissietechnologie bij transportondernemingen. Grotere bedrijven kunnen het zich, als onderdeel van een breed voertuigpark, permitteren om met één of enkele elektrische vrachtauto’s ervaring op te doen. Ook als de business case daarvan niet rendabel is. Van opschaling is nog geen sprake omdat ook voor grotere bedrijven de ‘Total Cost of Ownership’ (TCO) van elektrische vrachtauto’s niet in redelijke verhouding staat tot die van dieseltrucks om te kunnen blijven concurreren. Het goederenvervoer bestaat voor het overgrote deel uit mkb-ondernemingen. Voor zulke bedrijven heeft zelfs de aanschaf van één elektrische vrachtauto al een (te) grote impact op hun voertuigpark. Denk alleen al aan de (aanschaf)kosten en de planning (laden duurt veel langer dan tanken).
Reële business case
De overstap naar zero-emissie transport kan wat TLN betreft niet snel genoeg gaan. In onze duurzaamheidsvisie gaan we ervan uit dat vanaf 2030 tenminste 30% van alle nieuwe vrachtauto’s ze-
12
ro-emissie is. In 2040 verwachten we dat vrijwel alle nieuwe vrachtauto’s zero-emissie zijn, zodat uiterlijk in 2050 het goederenvervoer CO2-neutraal is. In dit voorbeeld komen de 3 B’s mooi naar voren. De transportsector is afhankelijk van truckleveranciers voor de voertuigen (beschikbaarheid), van netwerkbedrijven voor de energiezekerheid (betrouwbaarheid) en van overheden voor de aanloopsubsidies die het ondernemers mogelijk maken een reële business case te realiseren (betaalbaarheid).
De noodzaak van een realistische visie op een economische bedrijfsvoering geldt sectorbreed, over de volle breedte van de logistieke keten. Ondernemingen die zich richten op op- en overslag willen ook duidelijkheid over stroomkosten, de garantie dat elektriciteit groen is, de mogelijkheden van eigen opwekking en de koppeling aan het energienetwerk.
Achterstand
De transitie is op achterstand gekomen door de coronacrisis en tegelijkertijd eist de huidige geopolitieke onrust ook veel aandacht op van overheid en politiek. Dat bemoeilijkt de situatie, maar vermindert niet de noodzaak tot verandering. Opnieuw zijn de elektrische vrachtauto’s een goed voorbeeld. Het Klimaatakkoord van 2019 beschrijft de ambities voor de toepassing van dergelijke voertuigen en de komst van zero-emissiezones in steden. Door corona is achterstand ontstaan door een substantieel uitgestelde vrachtwagenheffing met terugsluis voor verduurzaming en innovatie. De geopolitieke onrust werkt niet alleen door in de energieprijzen, maar ook in de leverbaarheid van vrachtauto’s.
Het roer om
Er moet de komende jaren veel gebeuren om de ambities waar te maken. Daar is ons veel aan gelegen. Het vergt passend besef, daadkracht en een termijnvisie van overheden, politiek en bedrijfsleven. Mogelijk maken wat niet zomaar kan vormt de inzet. Het realiseren van toereikend transitiegeld en het garanderen van voldoende duurzame energie (zoals voor zero-emissie goederenvervoer) zijn de belangrijkste, kritische succesfactoren. Het roer moet om. Drastisch om. Ondernemers kunnen zich niet veroorloven onbegrensd te investeren in zero-emissie vrachtauto’s, de vereiste laadinfrastructuur of de eigen energievoorziening. Dat kan immers het risico inleiden van faillissement. Zo groot zijn de investeringen en de risico’s. Bedrijven hebben waarborgen nodig om verantwoord te kunnen investeren. TLN geeft met dit Groenboek een signaal af ten behoeve van de verduurzaming van de sector transport en logistiek.
Op de volgende pagina’s geven we aan wat de Nederlandse overheid kan doen om de doorbraak te helpen realiseren.
Nú doorbraak nodig voor transitie | Groenboek Transport en Logistiek
13
