Pit groep 5 projectboek

Page 1

Handleiding Groep5

Colofon Concept

ProjectteamThiemeMeulenhoff MariaHettyvandenBerg

Auteur AnoukvanderToorn

Redactie Patsboem!educatief

Vormgevingenopmaak deontwerpers.nl

Beeldverwerving Eduardomedia

Beeld Shutterstock,TUDelft,WisMon

OverThiemeMeulenhoff

ThiemeMeulenhoffontwikkeltzichvaneducatieve uitgeverijtoteenlearningdesigncompany.We brengencontent,leerontwerpentechnologiesamen. Metonzegroeiendeexpertise,ervaringenleeroplossingenzijnweeenpartnervoorscholenbijhet vernieuwenenverbeterenvanonderwijs.Zokunnen wesamenbeterrechtdoenaandeverschillentussen lerendenenscholenenervoorzorgendatleren steedspersoonlijker,effectieverenefficiënterwordt.

Samenlerenvernieuwen. www.thiememeulenhoff.nl ISBN9789006663150 Versie1.1

©ThiemeMeulenhoff,Amersfoort2022

Allerechtenvoorbehouden.Nietsuitdezeuitgavemag wordenverveelvoudigd,opgeslagenineengeautomatiseerd gegevensbestand,ofopenbaargemaakt,inenigevormof openigewijze,hetzijelektronisch,mechanisch,doorfotokopieën,opnamen,ofeniganderemanier,zondervoorafgaandeschriftelijketoestemmingvandeuitgever.

Voorzoverhetmakenvankopieënuitdezeuitgave istoegestaanopgrondvanartikel16BAuteurswet1912j° hetBesluitvan23augustus1985,Stbl.471enartikel17 Auteurswet1912,dientmendedaarvoorwettelijkverschul digdevergoedingentevoldoenaanStichtingPublicatie­en ReproductierechtenOrganisatie(PRO),Postbus3060,2130 KBHoofddorp(www.stichting­pro.nl).Voorhetovernemen vangedeelte(n)uitdezeuitgaveinbloemlezingen,readers enanderecompilatiewerken(artikel16Auteurswet)dient menzichtotdeuitgevertewenden.Voormeerinformatie overhetgebruikvanmuziek,filmenhetmakenvankopieën inhetonderwijsziewww.auteursrechtenonderwijs.nl.

Deuitgeverheefternaargestreefddeauteursrechtente regelenvolgensdewettelijkebepalingen.Degenendie desondanksmenenzekererechtentekunnendoengelden, kunnenzichalsnogtotdeuitgeverwenden.

DezeuitgaveisvolledigCO2­neutraalgeproduceerd. Hetvoordezeuitgavegebruiktepapierisvoorzienvan hetFSC®­keurmerk.Ditbetekentdatdebosbouwopeen verantwoordewijzeheeftplaatsgevonden.

Inhoud

OverdePitProjecten 3-9

Project 1 Deperfectevriend 10-13

Project 2 Stastilbijeenstandbeeld 14-17

Project 3 Kledingvandetoekomst 18-21

Project 4 Hetverdwenenorkest 22-25

Project 5 Geluksvogels 26-29

Project 6 Dewereldkeuken 30-33

2 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5

IndePitProjectengaanleerlingenaandeslagmetactuele,aansprekende onderwerpen.Ditgebeurtvolgenshetprincipevanonderzoekendenontwerpend leren:leerlingendoenonderzoek,werkenaaneeneindproductenpresenteren dat.Zezettendaarbijhuntaalvaardighedenvolopin.

De Pit Projecten besteden aandacht aan wereldoriëntatie, burgerschap en sociaal-emotionele thema’s. Tegelijk werken leerlingen in de projecten aan hun taalvaardigheden, woordenschatuitbreiding én 21e-eeuwse vaardigheden, zoals digitale geletterdheid. De Pit Projecten gaan over verschillende concrete onderwerpen.

Project1 Deperfectevriend•Sociaal-emotioneel

Project2 Stastilbijeenstandbeeld•Geschiedenis

Project3 Kledingvandetoekomst•Kunst

Project4 Hetverdwenenorkest•Techniek

Project5 Geluksvogels•Natuur/biologie

Project6 Dewereldkeuken•Andereculturen

Taalvaardighedenenwoordenschat

Leerlingen passen in de Pit Projecten toe wat ze leren in de taallessen. Het is belangrijk om leerlingen daar ook bewust van te maken. Het gaat bijvoorbeeld om het toepassen van de geleerde stappenplannen, het uitvoeren van strategieën en het gebruiken van begrippen.

Ook is er in de projecten volop aandacht voor impliciete en expliciete woordenschatuitbreiding. Je werkt met de leerlingen bij een aantal projecten aan een woordweb. Hierin komen woorden te staan die met het thema, en dus met elkaar, samenhangen.

21e-eeuwsevaardigheden

Leerlingen werken in de Pit Projecten ook aan hun 21e-eeuwse vaardigheden. Door onderzoek te doen, aan de slag te gaan met coöperatieve werkvormen, informatie op te zoeken en te reflecteren, ontwikkelen ze de volgende vaardigheden:

communiceren;

samenwerken;

socialeenculturelevaardigheden;

zelfregulering;

kritischdenken;

creatiefdenken;

probleemoplossen;

mediawijsheid,ICT-basisvaardigheden,informatievaardigheden en computational thinking (oftewel:digitalegeletterdheid).

Leerlijndigitalegeletterdheid

De Pit Projecten bevatten een leerlijn digitale geletterdheid. Bij elk project staat een overzicht van de doelen van digitale geletterdheid.

GROEP5•PROJECTPITHANDLEIDING 3

Opbouwvandeprojecten

Voor elk leerjaar zijn er zes Pit Projecten. Elk project bestaat uit vijf stappen (vijf lessen). Elk project heeft een vaste opbouw, die aansluit bij de cyclus van onderzoekend en ontwerpend leren (OOL).

Onderzoekendenontwerpendleren

Pit Projecten zijn – zoals gezegd – gebaseerd op het principe van OOL. Leerlingen beantwoorden de onderzoeksvraag volgens een vaste cyclus (onderzoekend leren). Ook als ze een oplossing voor een probleem ontwerpen, volgen ze vaste stappen (ontwerpend leren).

resenter

e

ud e

Onderzoeken

C

Ontwerpen

4 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5
2 .V erk e n n e n 1. Verwonderen 5 .
cnol
r
n 6. P
en 4 .Onderzoekuitvoeren 3.Onderzoekopzetten
2 .Ideeë n ve r z a m e el n en sel ect e r e n 1.Probleemverkennen enformuleren 6. Presenteren enselecteren 5 .T est e n e n 3.Conceptenuitwerken o pti mal i s e r e n 4 .Prototypemaken

Decycluskomtalsvolgtterugindelesopbouw:

Stap1

Verwonderenenverkennen Stap

Onderzoekopzetten Stap

Onderzoekuitvoeren Stap

Concluderen Stap

Presenteren

GROEP5•PROJECTPITHANDLEIDING 5
2 →
3 →
4→
5 →

Deleerlingennemenindelessendevolgendestappen:

Stap1→Verwonderenenverkennen

Elk project start met een verwonderingsvraag over het onderwerp. Dit kan ook een interessant probleem zijn in de vorm van een vraag. De vraag – die concreet en leerlinggericht is – daagt leerlingen uit tot nadenken.

Stap2→Onderzoekopzetten

De leerlingen zetten in deze stap het onderzoek op. De opdrachten begeleiden hen in het zorgvuldig formuleren van een onderzoeksvraag en eventuele deelvragen. Ook kiezen ze de onderzoeksmethode(s), zoals een interview, enquête, experiment of bronnenonderzoek.

Stap3→Onderzoekuitvoeren

De leerlingen voeren in deze stap het onderzoek uit. Daarbij zijn twee deelstappen te onderscheiden:

• stapsgewijs het onderzoek uitvoeren; • de resultaten bekijken (deze ordenen en checken of ze volledig zijn).

Stap4→Concluderen

In deze stap trekken leerlingen conclusies op basis van hun resultaten. Ook werken ze aan hun eindproduct. Dit vormt de opstap naar de presentatie, waarin leerlingen de conclusies gaan delen.

Stap5→Presenteren

Tot slot presenteren de leerlingen de resultaten en conclusies van hun onderzoek. Daarbij zijn er drie deelstappen: het presenteren, zelf terugkijken en tips en tops ontvangen.

Ontwerpendleren

Bijsommigeprojectengaandeleerlingeneenontwerpmaken.Destappen2,3en4 zijnindezeprojectenandersdandievandeonderzoeksprojecten.Indezestappen richtendeleerlingenzichophetopzettenvanhetontwerp,hetmakenenhettesten vanhetontwerp.OokhierbegeleidtPITdeleerlingenstapvoorstapdoorhetproces.

Vragenmachientje

Met het Vragenmachientje kunnen leerlingen controleren of hun onderzoeksvraag goed is. Ze doorlopen de stappen van het machientje. Als ze op alle vragen ‘ja’ kunnen antwoorden, dan hebben ze een goede onderzoeksvraag.

Jouwrol

Jij bent in de projecten vooral coach: je stelt veel vragen, stimuleert de motivatie, geeft effectieve feedback en reflecteert samen met leerlingen op het leren en het geleerde.

6 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5

Taaldenkgesprekken

De projecten bieden kansen voor het voeren van taaldenkgesprekken. Een taal denkgesprek daagt leerlingen uit tot actief meedoen, meedenken en meepraten. Het gesprek gaat over een krachtige kwestie: een probleem waar niet één enkele oplossing voor is, maar waar veel denkrichtingen mogelijk zijn. De lijn en de uitkomst van zo’n gesprek liggen niet van tevoren vast. Leerlingen verwoorden actief en uitgebreid hun ideeën over het probleem. Zulke uitgedaagde taalproductie is een bewezen effectieve manier om de taalvaardigheid van de leerlingen te vergroten.

In de projecten kan het taaldenkgesprek op twee manieren plaatsvinden:

1. als preteaching: je gaat van tevoren het gesprek aan met een klein groepje;

2. tijdens stap 1 ‘Verwonderen en verkennen’: je deelt de klas in groepjes in, sluit aan bij een groepje en houdt met dat groepje een taaldenkgesprek.

Elk project start in stap 1 met een verwonderingsvraag met bijbehorend visueel materiaal, bijvoorbeeld foto’s of tekeningen. Het prikkelt de nieuwsgierigheid, zet leerlingen aan het denken, activeert hun voorkennis en daagt uit tot taalproductie vanuit die voorkennis. Kortom: een uitstekende start voor een taaldenkgesprek.

Vaakroeptdevraagenhetvisuelemateriaaloptotbeschrijven,vergelijkenen verklaren,zekeralsheteenonderwerpisbinneneenzaakvak.Eentaaldenkgesprek alsopeningvaneenprojectvereistdetoepassingvaneenspecifiekdidactischmodel.

Taaldenkgesprekken indezaakvakken

Leerlingen

Leerkracht

Onderzoekendehouding

Damhuis,R.&Tammes,A-C., (2019).Didactischmodel

Taaldenkgesprekkeninde zaakvakken.In:Tammes,A-C., (2019).Taaldenkgesprekkenin dezaakvakles.In:A.Mottart enS.Vanhooren(red.), DrieëndertigsteConferentie OnderwijsNederlands,Gent (p.4-8).Gent:Skribis.

8 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5
Krachtige kwestie voorleggen Redenerenin hetzaakvak
Zaakvakcontext aanbieden
Denkstappen expliciet maken
Ruimte scheppen Inhoudelijke kwaliteit stimuleren

Interactievaardighedenineentaaldenkgesprek

Houd steeds voor ogen dat de leerlingen actief zijn. De leerlingen zijn de sprekers, als leerkracht zorg je voor diepgang en continuïteit.

Kenmerkend voor jouw interactievaardigheden zijn:

• focussen op de inhoud, niet op de vorm van de uiting van de leerling;

• aanmoedigen tot taalproductie door verbale (instemmend hummen) en non-verbale luisterresponsen (knikken);

• ruimte geven aan de leerling: stiltes laten vallen en zo de leerling de tijd en gelegenheid geven na te denken en zijn gedachten onder woorden te brengen;

• alleen als een gesprek niet verder komt, een verdiepende vraag stellen of een prikkelende bewering (denkpunt) doen;

• geeft de leerling maar een korte reactie, dan spoor je hem na een stilte aan met een vragende blik, hummen en het herhalen van het laatste belangrijke woord in zijn uiting. De leerling zegt bijvoorbeeld alleen maar: ‘Dan moeten ze in een kooi.’

Als leerkracht kun je meer taalproductie uitlokken door te vragen: ‘Een kooi?’;

• parafrases alleen gebruiken als check: hebben we je goed begrepen?

(Niet voortdurend na iedere bijdrage van een leerling: anders verstoor je het natuurlijke verloop van het gesprek.)

GROEP5•PROJECTPITHANDLEIDING 9

Deperfectevriend

Inditprojectonderzoekendeleerlingenwelkekenmerkenvaneen vriendschapkinderenbelangrijkvinden.Omdaarachtertekomen, wordteenklassikalevragenlijstgemaakt.Dezevragenlijstnemenzeaf bijvijfleerlingenuiteenandereklas.Deuitkomstvanhetonderzoek wordtverwerktineenrap.Derappresenterendeleerlingenaandeklas.

Doelenreferentiekader

Deleerlingoefent/leert:

•ingesprekkenoveralledaagseennietalledaagse onderwerpenuitdeleefwerelden(beroeps)opleiding uitingtegevenaanpersoonlijkemeningen,informatieuit tewisselenengevoelensonderwoordentebrengen.

•uitlegeninstructiesoverconcreteonderwerpente begrijpen.

•informatieteordenen(bijvoorbeeldopbasisvan signaalwoorden)vooreenbeterbegrip.

•informatieenmeningenteinterpreteren.

•dehoofdgedachtevandetekstweertegevenenkan onderscheidtussenhoofd­enbijzakenmaken.

Transfer

Leerlijn Stap Doel

Sprekenenluisteren 1Ikleeroverleggenineenkleinegroep.

3 Deleerlingenmakeneentaakverdeling.

Doelendigitalegeletterdheid

Deleerlingoefent/leert:

•eenprobleemoftaakoptedeleninkleinere deelproblemenofdeeltakenomdecomplexiteitte kunnenhanteren.

•nategaanwatjealweetoverhetonderwerp.

•eenonderwerpaftebakenen.

•eenpassendeinformatievraagoptestellen.

Specifiekeles

Groep5–H3–les1(1Fdoel)

Woordenschat1Uitbreidingvandewoordenschat(woordweb,opstellendefinities)

Schrijven 4 Ikoefenhetschrijvenvaneengedichtmetrijm.

Begrippen

•perfect

•eigenschap

•kenmerk

•inspiratie

•openvraag

•geslotenvraag

Boekentips

•JacquesVriens, Code Kattenkruid (2018)

•AnnemarievandenBrink, Amigos! (2010)

•JacquesVriens, Max en de ontplofte vriendschap (2014)

•EvelienDeVlieger, Hoe maak ik een vriend? (2018)

Websites

Groep5–H4–les8/9(1Fdoel)

•Zoekopdewebsitewww.onderwijsmetstijl.nlnaar‘vriendschap’ enleeshetartikel‘Lesideeënovervriendschap’.

•ZoekopGooglenaar‘Kinderboekenweek2018vriendschap’. Jevindtdanveelwebsitesmettipsenlessuggestiesoverditthema.

Filmpjes

•ZoekopSchooltvnaar‘vriendschap’enbekijkdeaflevering‘VriendschapHuisjeBoompjeBeestje’.

•ZoekopYouTubenaar‘KinderenvoorKinderenKomerbij!’enbekijkdevideoclip.

10 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5
PROJECT1

Extrainstructie

Ouderinformatie

Wijsvoorditprojecttweeleerlingenaandieoverdit projecteenkortstukjeschrijvenvoordenieuwsbriefofde ouderbriefvanuitdeschool.Hetbestekunnenzedaarin week4meebeginnen.Uiteraardkomenerookfoto’sbij vanweek5,hetpresentatiemoment.

Preteaching

Taaldenkgesprek(optioneel)

Gavoorafmeteengroepjeleerlingeneentaaldenkgesprek aanoverdeopeningspaginavanhetproject.Watis vriendschapeigenlijk?Moetjeietsgemeenhebbenmet iemandomvriendentekunnenworden?Kanjouwoma jouwvriendzijn?Ofdekoning?Zijnonlinevriendenook echtevrienden?Hoeveelvriendenkunjehebben?Kunje ookvriendenmetiemandzijnalsdeanderdatnietweet?

Hetprojectstapvoorstap

Stap1•Verwonderenenverkennen

Indezestapdenkendekinderennaovervriendschap.

Bekijksamenmetdeleerlingendeverwonderingspagina enstelhenhiervragenover.Kaniedereenjouwvriend zijn?Moeteenvriendaltijdeenmenszijn?Kaneendier eenvriendzijn?Waaromwelofniet?Eneenboomofeen huis?Welkeeigenschappenhebbendie?Watdoeteen perfectevriend?Watbetekentperfect?Kunnenjeouders ofjeopaenomajevriendzijn?Waaromwelofniet?

Opdracht1 Deleerlingengevenmetdriekleuren (groen,roodenoranje)aanwelkewoordenwel,nietof misschienpassenbijeenperfectevriend.Verteldater geengoedeoffouteantwoordenzijn.Vooriedereenis ietsandersbelangrijkineenvriendschap.Bespreekde antwoordennietklassikaalna,datdoendeleerlingenzelf inopdracht2.

Opdracht2 Intweetallenbesprekendeleerlingen opdracht1na.Zevertellenelkaarwatze(on)belangrijk vindenineenvriendschapenwaarom.Alsertijdis, bespreekjedezeopdrachtklassikaal.Stimuleerde leerlingenhunantwoordenteonderbouwen.Vraag eventueelwatdeleerlingennogmeerbelangrijkvinden ineenvriendschap.

Opdracht3 Deleerlingentekenenhuneigenvriendof vriendin.Datkaneenmens,eendierofeenknuffelzijn. Zeschrijvenerwoordenbij.Vraagdeleerlingenwieofwat zegetekendhebben.

GROEP5•PROJECTPITHANDLEIDING 11

Stap2•Onderzoekopzetten

Deleerlingenbedenkenhoezekunnenonderzoekenwelke kenmerkenvaneenvriendschapkinderenbelangrijkvinden.

Verdeeldeklasingroepjesvandrieofvierleerlingen.

Opdracht1 Deleerlingenoverleggenmethungroepje. Samenkiezenzedeonderzoeksvraagdiehetbeste pastbijhetonderzoekenvandeperfectevriendschap. Bespreekhetantwoordnognietna,deleerlingen controlerenheteerstzelfinopdracht2.

Opdracht2 DeleerlingengebruikenhetVragenmachientje omtecontrolerenofzeeengoedeonderzoeksvraag gekozenhebben.Doeditklassikaalalsdeleerlingenhet lastigvinden.Laatookzienwaaromdeanderevragenbij opdracht1volgenshetVragenmachientjegeengoede onderzoeksvragenzijn.

Antwoord:

•Devraag‘Watvindenkinderenbelangrijkineen vriendschap?’iseengoedevraag.

•Devraag‘Metwiezouiedereenwelvriendenwillen worden?’isgeengoedevraag.Devraaggaatnietoverde kenmerkenvaneenvriendschap.Devraagpastnietgoed bijhetthema.

•Devraag‘Benikdeperfectevriend?’isgeengoedevraag. Hetiseengeslotenvraag.

Opdracht3 Deleerlingenkiezenwiedevragenlijstinvult. Bespreekmetdeleerlingenwaaromeenvragenlijst afnemenbijvijfleerlingenuiteenandereklasdebeste manieris:‘allemensen’en‘uitNederland’iseenveelte groteonderzoeksgroepéndezeonderzoeksgroepricht zichookopvolwassenen.Ookdeonderzoeksgroep‘alle kinderenuitNederland’isveeltegroot.

Opdracht4 Deleerlingenbedenkendriekenmerkendie belangrijkenminderbelangrijkzijnineenvriendschap. Deleerlingenkunnenopdebladzijde‘Inspiratie’kijkenvoor tips.Deantwoordenvandeleerlingenvormendebasis vooropdracht5.

Opdracht5 Maakmetdeklaséénlijstmetbelangrijke kenmerkenvaneenvriendschapenéénlijstmet onbelangrijkekenmerkenvaneenvriendschap.Degroepjes noemenomdebeurtopwatzebijopdracht4hebben opgeschreven.Schrijfdeantwoordenvandegroepjesop hetbordofmaakereenWord­bestandvan.Antwoorden die(ongeveer)hetzelfdezijn,noteerjemaaréénkeer.Zet ereenturfstreepjeachteralszeopnieuwgenoemdworden. Uiteindelijkontstaanertweelijsten:eenlijstmetwat belangrijkisineenvriendschapeneenlijstmetwatniet belangrijkisineenvriendschap.

Deleerlingenschrijvendetopvijfvanbeidelijstenop.Dit vormtdebasisvoordevragenlijstdiezeindevolgendestap doorvijfandereleerlingenlateninvullen.Bespreekdetop vijfmetdeklas,isiedereenopdezelfdetopvijfuitgekomen?

Stap3•Onderzoekuitvoeren

Deleerlingenmakendevragenlijstenlatendezeinvullen.

Opdracht1 Maakophetbordeenformatvoorde vragenlijst.Zetbovenaandelijst‘Belangrijkineenperfecte vriendschap’,metdaaronderdetopvijf.Voegookdeoptie ‘Ietsanders,namelijk…’toe.Leguitdatdatvaakgedaan wordtineenvragenlijst,zodatdegenediedelijstinvult zelfmeteenideekankomen.Maakookeenlijstvoor ‘Onbelangrijkindeperfectevriendschap’.Voegookdaar deoptie‘Ietsanders,namelijk…’toe.

Deleerlingenmakenvervolgenshunvragenlijst.

Opdracht2 Deleerlingenbereidenhetafnemenvan devragenlijstvoor.Inwelkeklasgaanzeditdoen? Ookmakenzeeentaakverdeling.

Vóórdevolgendestap:

•Printdevragenlijstenvoorallegroepjesvijfkeer. Hetlateninvullenvandevragenlijstendoendeleerlingen alshuiswerk.

•Vraagaanandereleerkrachtenofjouwleerlingeneen vragenlijstbijhemofhaarindeklasmogenafnemen.

•Maakeenverdelingwelkgroepjenaarwelkeklasgaaten welkeleerlingenzijondervragen.

12 PROJECTPITHANDLEIDING•GROEP5

Stap4•Concluderen

Indezestapbekijkendeleerlingendeantwoorden. Deantwoordenverwerkenzeineenrap.Ditwordthet eindproductvanditproject.

Opdracht1 Deleerlingengaannahoevaakdeantwoorden gegevenzijn.Zemakeneentopdrievandemeestgegeven antwoorden.Bespreekeventueelklassikaalwelkeconclusies degroepjestrekken.Komendeantwoordenovereen?

Opdracht2 Deleerlingentrekkeneenconclusieen beantwoordenvragen.

Opdracht3 Deleerlingenmakeneenrap.Inderap verwerkenzedeantwoordenuitdevragenlijst.Geefde leerlingenalstipdezinnenopelkaartelatenrijmen.Vertel deleerlingendathetslimisompereigenschaptwee zinnentemaken.Deleerlingenhebben20minutendetijd.

Opdracht4 Deleerlingenmakenafsprakenenoefenenderap.

Stap5•Presenteren

Hetistijdomterappen!Omdebeurttredendeleerlingen op.Maakereentegekkeshowvan!

Opdracht1 Degroepjestredenomdebeurtop.Ieder groepjegeeftfeedbackaaneenandergroepje.Maak eenverdeling:wiegeeftaanwiefeedback?Biednaelk optredendemogelijkheidomdeklastelatenreageren. Welketipsentopsheeftdeklas?

Opdracht2 Deleerlingenvullendeevaluatiein. Bespreekmetdeklaswatzevanhetprojectvonden. Wathebbendeleerlingengeleerd?Bestaatdeperfecte vriend?Zijnvriendschappenvooraltijd?Kaneen vriendschapkapotgaan?

GROEP5•PROJECTPITHANDLEIDING 13

Hetprojectboek Groep 5 Handleiding

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.