26
1
50
% bevolking 13 jaar en ouder dat het basisonderwijs heeft afgemaakt mannen
40
vrouwen
30
20
10
0
FIGUUR 1.36
urbaan
ruraal
Scholingsgraad van de Ethiopische bevolking naar regio en geslacht.
Buitenlandse hulp De conclusie is dat Ethiopië niet voldoende voedsel produ-
ceert voor de eigen bevolking. De bevolking is afhankelijk van de import van voedsel en buitenlandse hulp. Ontwikkelingshulp kan worden onderscheiden in structurele hulp en noodhulp. Het verschil tussen noodhulp en structurele hulp kun je aangeven met de volgende uitdrukking: geef een mens nú een brood en een vis en hij heeft vandaag te eten, geef iemand een ploeg en een visnet en hij heeft eten voor het leven. Structurele hulp is gericht op langetermijnontwikkeling en wordt meestal ontwikkelingssamenwerking genoemd. Daarbij zijn hulpgever en hulpontvanger steeds meer gelijkwaardig. Een voorbeeld van structurele hulp is programmahulp. Het is een verzamelnaam voor alle geldelijke steun voor de ontwikkeling van een land. Programmahulp wordt in de regel gegeven door de regering van een land of door samenwerkende buiten-
FIGUUR 1.37
Projecthulp: geef een geit.
Genoeg voor iedereen?
landse overheden zoals de VN. Nederland gaf bijvoorbeeld geld om een aidsvoorlichtingsprogramma op te zetten. Een ander voorbeeld is het Productive Safety Net Programme. Dit werd opgezet om in Ethiopië de voedselzekerheid te vergroten door onder andere de opslag van voedsel te verbeteren en de kleine boeren greppels, kunstmest en irrigatie te leren gebruiken. Een andere vorm van structurele hulp is de wat kleinschaligere projecthulp. Hier zijn het vooral de non-gouvernementele organisaties (ngo’s) die de hand reiken. Bij projecthulp gaat het om concrete thema’s, zoals opvang van aidswezen, leesonderwijs aan vrouwen en kinderen, boomplantacties of een geitenproject waarbij arme families een basis wordt gegeven om in hun levensonderhoud te voorzien (figuur 1.37). Onder de ngo’s bevinden zich veel grote internationale hulporganisaties zoals World Vision, Save the Children International en OxfamNovib. Hun inkomsten bestaan uit giften en vaak ook uit subsidie van de overheid. Behalve van de ngo’s is er een enorme inzet van kerken, scholen, sportclubs en ziekenhuizen in Ethiopië. Noodhulp (ook wel humanitaire hulp genoemd) is de EHBO van de ontwikkelingssamenwerking (figuur 1.38). Als ergens in de wereld iets gebeurt waar de bevolking slachtoffer van is, wordt er in principe altijd geholpen. Of het nu rampen zijn die door mensen zijn veroorzaakt (oorlogen, aanslagen) of door de natuur (droogte, aardbevingen, orkanen, overstromingen). Wel moet het getroffen land de internationale gemeenschap officieel om hulp verzoeken. Kenmerkend voor noodhulp is dat die altijd beperkt is in tijd, ruimte en omvang. Voedselhulp staat soms haaks op ontwikkeling. Vaak wordt het voedsel zomaar weggegeven en weet men nauwelijks wie het wel en niet echt nodig hebben. Voedselhulp redt levens en voorkomt dat mensen hun woongebied verlaten om elders eten te zoeken, maar maakt ook afhankelijk. Het leert de mensen af om zelf oplossingen te bedenken en het verstoort de markten. Zo wordt voedselhulp de grootste vijand van voedselzekerheid.