Iste Jaargang 1° 6. 1 Juni 1893.
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND
opgericht 23 Mei 1873.
Bestuur: O. VAN OLST , Voorzitter.-, J. J. VERAART, Penningmeester-, Dr. A. J. A. PRANGE, Onder-Voorzitter • L. H. DEELMAN, Commissaris voor materieel-, J. F. HEEMSKERK, 's-Gravenhage. koordeinde 06, Secretaris.
Redactie: J. F. HEEMSKERK, H. .F. DEN HERTOG en Dr. A. J. A. PRANGE.
Leden, die nog niet in het bezit zijn van de reglementen in plaatsen waar afdeelingen gevestigd zijn, worden beleefd verzocht, die aan den secretaris-penningmeester der afdeeling in die plaats te vragen.
Leden, die nog reglementen missen en niet in eene plaats, waar eene afdeeling gevestigd is, wonen, en alle leden, die nog een of of meer nummers van liet tijdschrift missen, worden beleefd verzocht het hun ontbrekende aan den bondssecretaris te vragen.
Namens het Bestuur van den Nederlandsehen Schaakbond maakt de ondergeteekende bekend:
Bepalingen voor den Schaakwedstrijd te Zwolle.
ARTIKEL 1.
Er zal op Saturdag 24 Juni, en indien noodig op den 25steu d. a. v., een wedstrijd met voorgift, met af- en aan-spel, gehouden worden te Zwolle in het Hotel de Doelen, alleen open voor leden van den Nederlandschen Schaakbond.
AUTIKEL 2.
De artikelen 2 tot en met 12 van de bepalingen voorden wedstrijd te Hilversum, in het Meinummer afgedrukt, gelden ook voor dezen wedstrijd te Zwolle, behoudens:
Uiterste tijdstip van aanmelding tot deelneming (art. 2):
Saturdag 24 Juni des morgens te 11 u. 45 j
80
Inleggeld (art. 2): f 1,—;
Aanvang (art. 4): 24 Juni des morgens te 12 uie;
(Koffietijd (art. 9): voor den aanvang;
Speeltijd (art. 9): van den aanvang tot half' vijf of' halt zes en daarna van zes uur of zeven uur, vóór den aanvang van den wedstrijd door de Zwolsche medespelers te beslissen.
Indien dit noodig is wordt de wedstrijd Zondag te half een voortgezet, tenzij de overgeblevenen en de leider met algemeene stemmen besluiten ook van half tien tot 12 uur te spelen.
l)e Secretaris, J. F. HEEMSKERK.
Hierbij dient nog opgemerkt te worden dat van Utrecht, Holland en Gelderland, mooie sneltreinen in Zwolle aankomen nagenoeg 11 uur en uit het Noorden omtrent 10 uur. Wie wil kan dus op zijn gemak te half twaalf tegenwoordig zijn, een broodje verschalken en te 12 ure frisch beginnen.
De Doelen is een goed Hotel en Restaurant omtrent een kwait uur van het station.
Ledenlijst.
Ten onrechte als rechtstreeksche leden opgegeven:
P. A. A. FAURE te den Helder, en A G L. WESTENBERG te Hilversum.
De Heer FAURE arbeidt ijverig aan de oprichting eener atdeeling den Helder; de Heer WESTENBERG maakt deel uit eener nieuwe afdeeling Hilversum.
Verhuisd:
Afdeelingslid B. SWART te Amsterdam, naar Wagenaarstraat 7.
Nieuw rechtstreeksch lid:
J. D. TRESLING te Winschoten.
Nieuwe afdeelingsleden:
J. HINTZE, C. OUDEMANS, J. H. DE RUWE, J. VAN DER SMIT, A. G. L. WESTENBERG, allen te Hilversum;
T. J. D. ENDERLE, Nieuwe Rijn 27 , G. J. GODSCHALK, Zoetervvoudsche Singel, C. MULIÉ , Hooigracht 35,
A. L. NAGEL, Breedstraat 44, allen te Leiden.
Totaal 135 rechtstreeksche leden en 239 afdeelingsleden.
Gekozen tot secretaris-penningmeester der afdeeling Hilversum de Heer J. H. DE RUWE, en tot ondervoorzitter der afdeeling Leiden de Heer Gr. C. J. VERKERK.
Nog altoos niet bericht omtrent verkiezing secretaris-penningmeester der afdeeling Arnhem.
Berichten uit Nederland.
13e wedstrijd te Hilversum.
Door verschillende oorzaken was de deelneming aan den wedstrijd gering. De betrekkelijk hooge inzet, de datum midden in de week, onmiddellijk nadat de Pinksterdagen menig spaarduitje hadden doeu verteren, en misschien ook wel een weinig angst voor voorgiften aan uict onverdienstelijke spelers werkten zeer schadelijk, en toen de ijverige president der Hilversumsche Schaakvereeniging, de lieer J. PEET, met een, ook al niet groot, aantal Hilversummers op liet terrein verscheen, daagden slechts drie Amsterdammers en de bondssecretaris met zijn gastheer, den Amsterdamschen kampioen VAN LENNEP, op.
hene troost was dat twee Amsterdammers, de heeren GANTVOORT en TEN TUSSCHEDÉ, die namens vele stadgenooten kwamen protesteeren tegen den hoogen inzet en den datum, zich lieten overhalen toch nog mede te dingen. Een ander Amsterdammer vatte de zaak wijsgeeng op; hij kende Hilversum nog niet; kwam daar eerst een uurtje rondwandelen; steunde den Bond door mede te spelen; verloor zijne partij en toog daarna welgemoed opnieuw aan het wandelen in Hilversum's schoone omgeving. Ook de bondssecretaris, die werd uitgenoodigd mede te spelen, maar die als leider daartegen bezwaren had, liet zich ten slotte ballotteeren, en daar al de andere spelers er zich voor verklaarden, voegde hij zich bij de strijders en bracht daarmede liet aantal deelnemers op elf.
Ieder koos zelf zijne klasse en, nadat de leider die keuzen alle bevestigd had, leverden de loting en de uitslag der partijen den onderstaanden uitslag op:
1. J. F. HEEMSKERK, I, bye L HEEMSKERK
G. J. VUURMANS II, l>ye. J WON / HEEMSKERK HEEMSKERK
3. L. BRANDSMA, II J RRANDSMA , „ I W01L WNIL IF 4. J. C. TEN TUSSCHEDÉ, III J WON BRANDSMA | 1 ^
G. J. GANTVOORT, II I GANTVOORT ( W'ON [ |FNNFP EN
0. P. J. DE MAN, III WON ) MET WIT \ ''E™EP EN
7. W. H. VAN DER MKULEN, II. J PEET WON ( MET 7™A°"
8. J. II. PEET, II MET WIT J' H" PEET , I ,
9. J. PEET JZ. III, BYE ! I WON ^GEN^
10. N. VV. VAN LENNEP, 1, BYE ) VAN LENNEP ' 11, J, VAN DER SMIT, LIL; BVC. * J WON
88
De uitslag was dus: eersten prijs J. F. HEEMSKERK, van 'sGravenhage, tweeden prijs N. W. VAN LENNEP, derden prijs J. H. PEET, vierden prijs E. BRANDSMA, allen van de Hilversumsche Schaakvereeniging. Was het gering aantal deelnemers een tegenval, de wedstrijd liep genoeglijk en geregeld af en leverde menige niet onaardige partij op; zoowel HEEMSKERK als VAN LENNEP kreeg zijne voorgiftpartijen niet cadeau, maar beiden moesten ze met oplettendheid den overmachtigen aanval afslaan; de heer BRANDSMA zelfs won in de opening door een correct dameoffer een tweeden pion met dameafruil, maar in het middenspel sloot HEEMSKERK een looper van zijne tegenpartij in en won een lastig eindspel.
De partij HEEMSKERK—VAN LENNEP was niet overbelangwekkend, maar toch niet geheel zonder beteekenis; de Nederlandsche Sport plaatste haar; de partij BEET—VAN LENNEP, waarin de jonge kampioen prachtig de voorgift ophaalde volgt onder de rubriek Practisch Spel.
Donderdag 18 Mei speelde de Bondssecretaris in de Scliaakvereeniging „Heemskerk" te Leiden zes partijen gelijktijdig blind, waarvan hij 1 verloor en 5 won. Na afloop reikte de heer VAN DER WOLK, President van „Heemskerk" den peter een schoon diploma als eerelid der Vereeniging uit.
Uit het jaarverslag der Schaakvereeniging te Arnhem blijkt dat die Yereeniging in bloeienden staat verkeert, 24 leden telt en 2 eereleden, de heeren HEEMSKERK en PRANGE, en dat het tegenwoordige lokaal is de Directiekamer van Musis Sacrum, waar zij Saturdagsavonds te 8 ure bijeenkomt en vreemdelingen, leden van den Bond, steeds welkom zijn. Jammer is het dat nog vele Arnhemsche schakers op de ledenlijst ontbreken. Het Bestuur bestaat thans uit de heeren Y. MARQUIS CICCOLINI, President, B. VAN DRIEST, Yice-President, J. J. KLEINHOONTE, Secretaris-Penningmeester. Den 3de" Juni vangt een onderlinge wedstrijd aan.
Het Y. A. S. te Amsterdam daagde D. D. te 's Gravenhage uit tot het spelen van eenen massakamp; maar D. D. sloeg de uitnoodiging af, daar het niet een eenigszins voldoend getal spelers kon bij elkander brengen.
VAN LENNEP speelt thans een tweekamp met B. J. MEIJER; wie het eerst 5 partijen wint is winner. De eerste partij won VAN LENNEP; de tweede is nog niet ten einde gespeeld.
De tweekamp VAN LENNEP—LOMAN zal bestaan uit 5 partijen in 't geheel en gespeeld worden tusschen 2 en 13 Augustus d. j. in het V. A. S. en in de A. S. C. te Amsterdam.
Problemen.
(Verzoeke problemen, oplossingen en alle andere bijdragen tot deze rubriek te adresseeren aan d,m Redacteur H. J. DEN HERTOG Marnixkade 43, Amsterdam.)
N° 57, E. Pradignat, Lusignan, N° 58.H. MendesdaCosta,Amsterdam
90
j^o. 03_ — E. PRADIGNAT, Lusignan. Wit: Kf7, Td6, Te7, P a 7, P e 2, Lb7, Lel, p.a3, b6, e5, f3; Zwart: Kc5, p. c 2, d 7 , f4. — Mat in 3 zetten.
WULFF, Veile. Wit: Kd6, Da5, Pf5, p.e2, h5; Zwart: Kf4, p. d 7. — Mat in 3 zetten.
N°. 65. — B. FROHMANN. Wit: Kg 7, Dgl, Pb5, Pe4, Lf6, p. a 2, c 2, g 4, h 3; Zwart: K d 5, P f 2, L c 7 , L e 6, p. c 6, f3, g 3. — Mat in 3 zetten.
N°. 66. — le Prijs „Manchester Weekly Times", Gr. H. \\ ALCOTT JR., Boston. Wit: Kh2, Df2, Tc 3, P b 7, Pf8, Led; Zwart: Ive5, P a 6, P g 8, L b 8, p. a7, e4, g5. — Mat in 2 zetten,
N°. 67. — 2e Prijs „Manchester Weekly Times", H. HOSEY
D AVIS , Bristol. Wit: Iv a 7 , D c 7, T e 5 , Pel, P g 3 , L h 6 ; Zwart: Kd4, Pb7, Lc,4, p.b3, 45, f4, g6. - Mat in 2 zetten
N°. 68. — J. FLES JR., Leiden. Wit: Ka 6, Dfl, Tal, Tc 3, Pd 8, p. e3; Zwart: Kc5, Lg8, p. b5, c4, d 6. Mat in 2 zetten.
Oplossingen «lor April-problemen.
Naar aanleiding van Probleem N° 37 merken wij nog op, dat bet niet op te lossen is volgens de bekende methode: Beginnen niet 11a te gaan, of wit 11a de verschillende le zetten van zwart
91 mat kan geven, en door den len zet van wit het ontbrekende aanvullen. Past men dezen regel toe op de positie van X" 37, dan komt men tot de conclusie, dat wit een eersten zet moet doen, die de stelling niet verandert. Die zet is echter niet te vinden. Wij herinneren hier nog aan deze uitstekende bewerking van dit idee: 11. VON DÜBEN (l e 1'rijs „ British Chess Magazine.") Wit: Kh4, D b 2, T d 6, RR li 1, P a 5, P b 6, L g 3, p. a 3, d 2; Zwart: K c 5 , T b 8, P a 6 , L e 8, L g I , p. d 4 , e 6 , g 4 , h 2. — Mat in 2 zetten, door 1. a 3—a 4.
Goede oplossingen ontvingen wij van de HH. H. MENDES DA COSTA, Amsterdam 1 2) (35, 36, 39, 40, 41, 42, 43, 44.), C. C. W. MANN, Amsterdam (alle), Q., te Utrecht 3) (36, 38.), JOH N. M. v. D. ELFT, Nijmegen (alle, behalve 33 en 34.), P. D. VAN ZEEBURGH, Groningen (36, 37, 38.), Jos. REUALT, Nijmegen (alle, behalve 33 en 34.), A. v. BELDE, Zwolle (34, 36, 37, 38, 39 '), 42, 43, 44.), H. (T. VAN ROMEN, Den Haag (alle, behalve 33 en 34.), JOH. (i. MERKX, Dreumel s) (36, 37, 38, 43, 44.), (T. J. v. D. STOUWE, Dordrecht (alle), W. B. II. MEIKERS, Amsterdam (alle), A. BLEIJKMANS, Amsterdam (alle, behalve 33, 34, 39, 40.), 0. T. VAN HAM, Uorredijk 4) (alle), W. DE BLOEME, Den Haag (alle, behalve 33, 35, 39, 40.), E. J. WIEEEMSE en ,1. FLES Jr., Leiden B) (35, 36, 37, 38, 40, 43, 44.), S., te A. (alle), M. J. DE JONGH, Amsterdam (.35, 36, 37, 38, 43, 44.)
Te laat, om nog in het Mei-nummer te kunnen vermelden, ontvingen wij de nutr/irxoplossinrj van Behting's eindspel van den heer .1. .1. VERAART, Amsterdam en do 2e oplossing van den heer .ROS. REUALT, Nijmegen.
L ff 7 D b \ ') In 34 faalt 1 ^ ^ fc2 op 2 — 2) I)c positie van 37 is correct afgedrukt. •*) Ili 37 faalt 1 L) «1 7 op ] —- - — 4) De idee-variant van 39 niet P e o! aangegeven. ®) In 30 faalt 1 D g 7 op 1 — «) In 34- faalt 1 Dh2 on 1 — d 5 1 Th 7
Be Regeling van onze Probleemwedstrijden.
In liet Meinummer van dit tijdschrift bespreekt de heer L. N. DE JONG de regeling der Bondsprobleemwedstrijden in een zakelijk en helder stukje.
De heer DE JONG verdient daarmede den dank van den Bond, daar ltjj aldus de opmerking van de heeren PRANGE en DEN HERTOG (zie Februari-nummer) nog eens ter sprake brengt en daarbij behartigenswaardige wenken geeft.
92
Intusschen wensch ik in de eerste plaats den heer DE JONG en de lezers gerust te stellen, dat in het vervolg debat over wedstrijdbepalingen niet meer zal plaats hebben, nadat de benoeming der juryleden geschied is, vooreerst omdat art. 47 van het reglement thans het Bestuur machtigt de bepalingen vast te stellen, en ten tweede omdat dit tijdschrift gelegenheid geeft zonder buitengewone onkosten de juryleden later aan te kondigen.
In de tweede plaats wensch ik den heer DE JONG omtrent zijn drievoudig verlangen mijne persoonlijke meening (onafhankelijk van wat eventuëel het Bestuur beslissen zal) mede te deelen; en die meening is:
1° Niet alle deelnemende problemen kunnen in het tijdschrift worden afgedrukt, want, daargelaten de wenschelijkheid om (deels onbevoegd) publiek in de beoordeeling te mengen, zou het tijdschrift, dan overvuld worden met (voor een goed deel zelfs ontoonbaar slechte) wedstrijdproblemen, die de nu zoo mooie rubriek veel te eenzijdig binnenlandsch zouden maken. Daarentegen kan de onherroepelijke prijstoekenning plaats hebben twee maanden na de publicatie der bekroonde en eervol vermelde problemen.
2° Eene bepaling, als de heer DE JONG wenscht, is inderdaad zeer noodig om den wedstrijd bevorderlijk te maken aan het ontwikkelen van talentvolle, maar nog stijllooze, beginners onder de probleemdichters.
3° Het is beter de jury in zulke onderdeelen vrijheid te laten, te meer daar de heer DE JONG zelf begint met te vergeten dat bijv. do eerste zet zoowel onder idee als moeielijkheid zou moeten meetellen en dus wel wat al te veel invloed op de cijfertoekenning zou hebben. Zijn overigens de punten wegens constructie en moeielijkheid te geven van evenveel gewicht als die voor ideeY En die voor moeielijkheid gelijkwaardig met die voor constructief Cijferbeoordeeling lijkt mij te onaantastbaar, terwijl daarentegen zakelijke kritiek niet kan uitgebracht en aan het publiek oordeel onderworpen worden, zonder diepgaande bestudeering van het probleem door den beoordeelaar.
J. F. HEEMSKERK.
Met hetgeen mijn mederedacteur HEEMSKERK onder punt 1 betoogt stem ik ten volle in. Met de opmerking echter, dat de eerste zet te veel invloed zou hebben, daar hij meetelt zoowel onder idee als moeilijkheid, ben ik het niet geheel eens. De begrippen idee en moeilijkheid toch zijn niet te verbinden aan een enkelen, bepaalden zet. Echter vind ik wol, dat het voorstel van den heer DE JONG onder punt 3 moeilijk aan te nemen is, op grond daarvan, dat niet alle te benoemen juryleden de beginselen zullen huldigen, die het vooropstelt. Het begrip moeilijkheid bv. staat al te zeer onder den
invloed van subjectieve beschouwingen, dan dat daarvoor door eiken beoordeelaar een afzonderlijk aantal punten zou kunnen en mogen toegekend worden.
Het bljjft 111. i. altijd het meest gewenscht dat elk jurylid bij zijne beoordeeling voor zich zelf een maatstaf vaststelt.
DEN HERTOG.
Dwalen de hoeren niet te ver af? Wordt het hier niet een wisseling van gedachten over detail-kwesties, die m. i. beter overgelaten konden w01den aan het Hoofdbestuur en de Jury. Resumooren wjj de hoofdzaken, dan zijn alle inzenders het eens dat de jury een gemotiveerd verslag van hare bevinding moet inleveren. Wil zjj dar doen door toekenning van punten of anderszins, mij wel.
Ik wenschte dus nader 't volgende te bepalen.
I" Het Hoofdbestuur komt ter Vergadering met een in Aoo/'r/punten bepalende regeling van de werkzaamheden der jury.
De jury heeft vrijheid om detailzaken naar onderling goed\inden te regelen; deze regeling wordt door haar openbaar gemaakt zonder discussie.
3" Alle problemen worden, zoo spoedig mogelijk na het vervallen \an den uitersten termijn van inzending, in een afzonderlijk bijblad zonder diagrammen (ter besparing van plaatsruimte) gepubliceerd.
Met dit laatste hoop ik de bezwaren van de heeren HEEMSKERK en DEN HERTOG te hebben uit den weg geruimd en stel ik voor, de debatten uit te stellen tot de Algemeene Vergadering.
PRANGrE.
THEORIE.
De verdediging van het Hampe-A11gaier-garnbief.
(Vervolg en slot.)
"W jj hebben thans nog na te gaan, welke motieven LAQUIÈRE aanvoert voor zijne bewering, dat do verdediging 8- , d 7 d 5 minder sterk is dan 8 —, (17 - d 6.
| e 4 t) P b 1 -c8„fg — f4. Pgl — f3„h2 — h4 Pf8-gS
e7— e5 Pb8 —c# e5xf4 g7 *6 5 gfi h7-l.fi
„ Pg5 X f7 d 2 dé e4xd6
K e 8 x f 7 d 7 — d 5
Hier speelt men in den laatsten tijd veelal 9 Lel Yf4 De auteur beschouwt echter bij zijne weerlegging van 8 — d 7 d 5 alleen den zet in den tekst.
9 I) d 8 — e 7 f
94
Door ROSENTHAL niet voorliefde behandeld; waarschijnlijk het sterkste antwoord.
Kei—f2 K f 2 — g1 D d1 xd4 Pc3 — e 2 L c1—e 3! 10 gl T- g8f ' ' P c 6 X (1 4 D
—
—
Andere verdedigingszetten laten ongetwijfeld Wit in 't voordeel.
Positie na den 15™ zot van Zwart. it.1 i , ™ 4 ,, »'«! AgI /r/ 6 (Zie diagram!) rg9 —• 1 «>
Kt "^ ' X S Op dit oogenblik
komt ook 16 r ' sterk in aanmerking, een zet, die aanleiding geeft tot zeer levendige varianten.
Toch is 16 l)g4X waarschijnlijk als veiliger te verkiezen.
(Dg 4 X g3) I)g3 —e 1 ' T h 8 - g 8 ' D c 5 X d 5
Sa 17 18 ' a ' ' schijnt Wit de beste stelling te hebben
Dc5 X ^ «
en op 17 575—re voigt 18 „ . C'-~ £§ 10l)ol_— met 't, beste spel " Pf6xd5 Pd 5— f4 voor Wit.
P e 2 — c 3 Ij f 1 — e 2 T h1— li 3 P c3-c4
üd 5 — c 5 ' pre—"gé ^ Lf8 — de ~ I) c 5 X c 2 __ P e 4 X d 6 + D b 4 of L c 4 + , , ,
Op 21 „ r , volgt 22 fn V-P T 23 met t beste " Dc5-e5 c 7 of D. x ". spel voor Wit.
1)e1 — f 1f Pe4 x dB Le 2 x g4 ' Th3 x e 3f K f 7 — c 7! * c 7 X d 6 Tg8xg4~' > Kc7-ds
Op 25 - — volgt 26 Dfl~b5 + 27 — ^ en Wit wint. r K e 7 — d 7 D e 2 — c6
1) f 1— ref I) f 6 — e 7 f , . 2(> 2< en Wit moet wmnen. K d 8— d 7
(Zie het diagram van de positie na den 15en zot van Zwart.)
D g 4 — e e f T li1— h 3 P e 2 x g 3 l() kr7 — g7 17 Lrs-de 18
95 T a 8 — e8
Het beste antwoord schijnt hier te zijn Wil Wit zich dan 1 II O I o met remise te vreden stellen, dan kan hjj als volgt voortzetten:
18 10 Lfl ~ d3 20
T h 8 —f8 J e 3 e '2 f Kg/I 1.2 De6-f5, )t) L)f5-g6f
T a8 - e8 e 2 — cl I) met perpetueel schaak.
Een andere interessante variant kan nog uit 18 rri 0 roontstaan: nortri lllo fö
j q 1 g ^ — f 5 f I) e 6 X e 3 I) e 3 x c5 ,>r> K g1 — h 1 K g 7- I,8 Ta8— e8 L d6 x c 5+ 22 met ongeveer gelijk spel.
Andere verdedigingszetten zijn voor zwart niet aan te bevelen, bv.
18_ 10 KS 1 90 lal x f I Tf1 Xf6 00Pg3 h5f e3— e2f e2xflDf T h f 8 of I, c 7 " T of L x T " en wit wint.
18> 1!) Pg 3f 5t ,mh <-h 5t 2] PfS-g? Kg1-h1 (T a S -e8) Kg7— g6 Kgfi— g5~ e3 — e2f~ l "'e2xflDf
zetten als 22 „c5 f2 en 22 t) c 5 x c 2 laten Wit in 't voordeel, bv.
n) 22 23 '• f ' X e ^ 9 ( I' g 7 x e 6 f T h 3 — f 3f Le2 X f3 c2-c4~ f 68 X 66 K g 5 -* 5 I) f2 X f3 c 7 — c 6 27 en Wit staat 't best.
b) 22 90 L f 1 x e 2 1 , 01 Pe6: t ' D c 5 X c 2 D'c 2 — e 4 <-0P T e 6~: 0 ^ 24 K f 5 25 met voordeel voor Wit en on 23 24 ™ 25 Tf4: 9fi Uf6: T D h 7 L f 4 K f 4 : Ke4
27 Ld "t en wit wint.) 24 *a 1 ~ M 25 P B 7 Xe 6+ 26 d 5 X 6 6 en Wit . . , ' T e8 X e 6 De4xe6 ^ en Wit is 111 t voordeel.
23 T a 1 X 1 1 o1p ^ 7 x e 6 f I'e 6 x c 5 Pc5 — c4 Th3 — g3f T e8 x e 6 Kg5-g4 " P f 6 x <1 5 ~ 'L cl 6 — c 7 ~ ' K g 4 — h 4
28 T S 3 — S 7 90 S 2 — ï 8 1 4k T f 1 X f 8 Th8— f8 ""Kh4xli5 en Wlt moet °P ^en duur winnen.
Laqüière's beschouwingen, waarvan wij hier den inhoud hebben weergegeven, zijn gegrond op een paar partijen, die hij in Januari
1893 te Algiers gespeeld heeft. Zijn analytische opmerkingen bij die partijen hebben wij getracht in een artikel samen te vatten.
Een overzicht van zuiver theoretische varianten is het niet. Daarvoor gaat de analyse te ver. Overigens blijft het steeds zeer moeilijk, een resumé samen te stellen van alle varianten, waartoe een zoo levendig spel als het Hampe-Allgaier-gambiet aanleiding geeft.
H. J. DEN HERTOG.
Practiscli spel.
Partijen gespoeld in den vijlde ronde van den wedstrijd te Amsterdam. N° 20. Goed bij al die voortzettingen waarin zwart door i:5 X d 4, hoe ook voorGespeeld 4 Augustus 1892. berei(, o| onmifl(|pl|ijk ! ee„ pinn zoekt
Spaansche partij te winnen; maar zwart weerlegt den zet ^ , afdoende door zijn antwoord in de partij.
A. <I. OLLA.NO R. J. LOMAN E 5 — e4!
Wit Zwart 19. P e 3 X f5
Wel een wanhoonszet, maar tegenp 51 —— p 4 1 — p fj .. . . '* ' over twee zulke sterke pionnen, eene
2. P g 1 1 k . < c 0pene g lijn en een' zoo sterken tegen3; lj 1 1 ~T l'n . — stander is die wanhoop wel begrijpelijk.
Deze verdediging is wat. ongewoon ^ p f 3 a zou (l 6 (1 5 ell en zal op den duur wel met sterk f g _ f 4 e||Z „evolff(i zijll] na blijken; maar vooralsnog is zij zeer [g (( 4 _ (1 5 ? vvon e 4 X 1' 3 goed speelbaar. np2vf3
4. 0 — 0 20 „ : X ^ en 21 . „• een TA 1. 44- • Pc6 — e 5 L e6— d7
De gewone en betere voorzetting is hier d 2 — d 4. stuk en de partij 4. L 1' 8 — g 7 19. L e 6 X f 5
5. d 2 — d3 5. d 7 — d 6 20. He 2 — 1) 5
6. p b 1 — c » 6. 1' g 8 — f 6 Kansrijker lijkt mij toe d 4 — <1 0; rj' j c| (l g 1 fJ ijf j, f; wit wint dan zelfs indien zwart speelt UgSxffi 8 L g 7 X f 6 e 4 x f 3 bijv. 21 f^, 22
9. P c 3 — (15 9. L f 6 — g 7 Pc6— e5!
10. c 2 -- c 3 10. 0-0 I)f3_xf 5 23 en wit. raakt 11. Pd 5—e 3 11. L c 8 — (17 Lg7 —f6
12. L b 5 —a 4 12. Kg8 - h 8 met goed spel een pion voor; na 13. Lat — c 2 13. Dd8—e 7 20 (1 4 —d 5 kou zwart echter de li, [) d 1 e 2 14. f7 — f5 winst in handen houden door dadelijk Zwart heeft zich nu voor aanval en Pc 6 —e 5 te spelen ; wit kon dan door verdediging vrij goed ontwikkeld en Pf3 — (12 een tweeden pion voor zijn waagt nu doortastend den aanval. verloren stuk krijgen met tamelijk goede 15. e 4 X f 5 15. g«Xf5 stelling.
16. T a 1 — e 1 16. L d 7 —e 6 20. 1) e 7 — f 6
17. K g1 bl 17. T f 8 — g 8 Om D X 1)7 te kunnen beantwoorden 18. d3 — d 4 ? met d 6 — d 5.
21. P f 3 - (1 2
Terecht neemt wit pion e 4 niet ten koste van ruil van den kostbaren eigen looper, die, als het kan , g 2 moet, gaan dekken en zoolang mogelijk veld li 7 moet bedreigen.
21. I) f 6 — g 5
22. f 2 — f 4
Nu zou liet nemen van pion e 4 koninginneruil kosten.
22. I) g 5 — g 6
23. L c 2 X e 4 ? ?
Nu neemt toch de looper? En nog wel terwijl daarmede pion d 4 verloren gaat en Lg7 zeer werkzaam wordt!
P d 2 X f 4 was de aangewezen zet, en om de stelling èn ook consequent met wit's voorafgaande zetten.
23. L f5 X e 4
24. Pd 2 X e 4 24. Lg 7 X d 4
25. Pe4— g 3 25. Ld 4 —b 6 en zwart won de partij, aldus: 2(5 27 (15
Dg6 g 5 h 6 — h 5
Te1-e2 Pg3— e4 !
28 T a 8— f8 29 D g 5 — g4 30 !
U .I 5 — <l'2 T M - f4 f5— f6 s Kh8 — h7 ' Dg4 — g7 Dg7-Tp i
33 Ii 2— h4 D d 2— tl 5 , 5
P c6 — e 5 ' lv h 7 35 s
Dd5 —e6 T f4 — f l De6-h3
Lb6—e3! ' ' Dg6 x e4 ' Pe5—g4 M
| 3. c 2 — c 4 3. e 7 — e6
4. P b 1 — c 3 4. L f 8 — e 7
5. I, e 1 — f 4 5 T, e 7 — b 4
Ken zonderling tempoverlies.
6. e 2 — e 3 6. P f 6 — e 4
7. 1) <1 I — c 2 7. P b 8 - c 6
j 8. a 2 — a 3 8. L b 4 X c 3 f 9. b 2 X c 3 9. g 7 —g5
Zwart opent nu een' interessanten aanval.
10. L f 4 - g 3 10. I, 7 — h 5
11 P f 3 — e 5 1 1. P c fi X e 5
12. L g 3 X « 5 12. f7 — f6
13. f 2 — f 3 13 f 6 X e 5
14. f 3 X f 4 14. I)d 8 — f6 15. c 4 X d 5 15. e 6 X d 5
16. e 4 X 5 16. L c 8 — f5
1 7. e 3 — e 4
Wit is nu met een pion in het voordeel uit de slachtpartij te voorschijn gekomen.
17. L f 5 — o; G
18. L f 1 — d3 18. 0 — 0 — 0
1 9 - d 4 X e 5 1 9. D f 6 X e 5
20. 0 — 0 20. '1 h 8 — f 8
21. a 3 — a 4 21. li 5 — h 4
22. Ta I — cl 22. T f 8 — f4
23. T I' 1 X f + 23. g 5 X f 4
24. D c 2 — f 2 24. K c 8 — b 8
25. 1) f 2 — d4 Zwak.
25. 1) e 5 — g 5
26. Tel — tl 26. Lg 6 — h 5
38 f 6- f7 Tfl— f3 2
27. D d 4 — f 2 27. f 4 f 3
Tg8- g7 De4-bTf en 2 zwart geeft in nog 2 zetten mat. 2
28 g 2 — g 3 28. h 4 X g 3
29. h 2 X g 3 29. L h 5 —• g 4
30. D f 2 — d 4
J. F. H. 3
V N° 21. Sk
Gespeeld 4 Augustus 1892. n ~ o-, ZukertorU opening.
J. F HEEMSKERK B. J. MEIJER z<
Wit Zwart
Wit heeft door een aantal zwakke stelsellooze zetten zijn voordeel vercnoeid ; intusschen is de fijnheid , waarnede zwart winst uit de stelling, die in ;eval van ruil nog altoos winst voor vit dreigt op te leveren , weet te halen , eer de moeite van het naspelen waard.
30. Dg 5 — h 6
;i. Ld 3 — c4 31. 1) h 6 — h 3
1. pgi_ f8 !. d 7 — d 5 3!
2. d 2 — d 4 2. Pg8—f6 3:
12. Kg l — f 2 32. 1) h 3 — h 2 f 3. K f2 — e 3 33. Dh 2 x g 3
34. T f 1 — f 2
34. T d 8 — f8
35. e 4 — e 5 35. L g 4 — h 5 !!
36. K e 3 — d 2
Geen andere zet helpt meer; op L c 4 — a 6 volgt bijv. D g 3 — g 5 f
K e3— 43 K d 3 c 4 7 Lh5— gfl T f8 — f4
37. T> d 4 — e 3
36. T f 8 — f 4
Op Dd 4 — c 5? volgt b 7 — b 6 en dan moet toch I) e 5 — e 3.
37. T f 4 x c 4
38. e 5 — e 6
De gunstige stelling derwitte pionnen rechtvaardigt wit na liet verlies van den looper nog voort te spelen. Zwart beslist nn echter in enkele krachtige zetten de partij.
38. T c 4 X a 4
39. e 6 — e 7 39. L h 5 — e 8
40. T f 2 X f 3 40. Ta 4 — a 2 f
41. K d 2 — d 3 41. Dg 3 — g6f
42. Kd3 — (I 4 42. Ta 2— a 4f
43. e 3—c 4 43. D g 6 — g7f
44. De 3 — e 5 44. T a 4 X c 4 f Wit geeft de partij op.
J. F. H.
N° 22.
Gespeeld 4 Augustus 1 892.
Allgaier-gambiet.
Jhr.A.E. v. FORF.F.ST F. VAN DF.N BEUG Wit Zwart
1. e 2 — e 4 1. e 7 — e5
2. f2 — f4 2. e 5 X f 4
3. Pgl — f3 3. g 7 — g 5
4. h 2 — h 4 4. g 5 — g4
5. P f 3 — g 5
Beter is hier P f 3 — e 5, welke opening Kieseritsky-gambiet heet. 5. h 7 — h 6
6. P g 5 X f 7 6. K e 8 X f 7
7. d 2 — d 4 7. d 7 — d 5
8. Lel X f4 8. P g 8 — f6
Ook d 5 X e 4 kan hier gespeeld worden.
9. e 4 — e 5 9. P f 6 — e 4
10. L f 1 — d 3 10. Lc 8 — e 6
11. Pbl — c3 11. P e 4 X c 3
12. b 2 X c 3 12. L f 8 — g 7
13. 0 — 0 13. K f 7 — e 8
14. g2 — g3 14. K e 8 — d7
15. L<1 3 — g 6 15. h 6 — h 5
16. Lf 4— g5 16. Dd8—g8
17. Dd 1 — d 3 17. P b 8 — c 6
18. Ta 1— b1 18. b 7 — b 6
19. Tb 1 —e 1 19. Ta 8 — f 8
20. T f 1 — f 6 20. P c 6 — e 7
21. Tf 6 X f8 21. Lg7 X f 8
Hiermede staat zwartvolkomen veilig. Om den aanval voort te zetten offert wit nu een tweede stuk en krijgt hij weldra een hopeloos spel.
22. Dd3 — b 5 f Geestig maar incorrect. 22. c 7—e6
23. Db 5 — a 6 23. Dg 8 X S fi
24. Da 6 x a 7 f 24. K d 7 — e 8
25. IJ g 5 X e 7 25. L f 8 X e 7
26. üa 7 — a 8 f 26. Le 7 — d 8
27. Da 8 X c 6 f 27. K. e 8 — f 8
28. c 3 — c 4 28. Dg 6 — e 8
29. Dc 6 — b 7 29. De 8 —d 7
30. Db 7 X d 7 30. Le 6 x d 7
31. o 4 X d 5
De leider der witte stukken haalt nog uit de partij wat er uit te halen valt; hij heeft nu 4 pionnen tegen 2 loopers; maar VAN DF.N 15F.RG is te leuk om het eindspel onvoorzichtig te spelen en weet het correct tot winst af te spinnen.
31. Kf 8 — e 7
32. c 2 — c 4 32. L d 8 — c 7
33. Ta 1 - bl
„„ d5 — d 6 + e5 X d 6f f Lc 7 X d ü Kf 7 x d6 1S is er in het spel geen kans meer voor wit om op te halen.
33. L c 7 — d 8
34. d 5 — d 6 f 34. K e 7 — e 6
35. Tbl — el 35. L d 7 — c 0
36. Te I — f 1
Ook nu weer baat (14 — il 5 met vorkschaak niets.
36. Lc 6 — f 3
37. Kg 1 — f 2 37. T h 8 — h 7
38. K f 2 — e 3 38. T h 7 f 7
39. T f I - f 2 39. Ke 6 — f 5
40. T f 2 — c 2 40. T f 7 — a 7
41. T c 2 — b 2 41. T a 7 — a 3 f
42. Ke 3 — <1 2 42. L f 3 — e 4
43. T b 2 — b 3 43. T a 3 x a 2 f
44. K c 2 — e 3 44. T a 2 — c 2 f
45. K e 3 — b 4 45. T c 2 d 2
46. T h 3 — a 3?
Ook na andere zetten was de partij verloren.
46. T d 2 X d 4
Wit geeft de partij op. Het is voor
VAN DF.N BERG een mooi succes de venassende aanvallen en wendingen van VAN FOREEST ZOO degelijk beantwoord te hebben. Opmerkelijk is de wandeling van den zwarten koning van f 7 naar d 7 om veilig te staan , daarna om den aanval met nieuw olfer te ontgaan van d 7 naar f'8, vervolgens van f8 naar e 7 en e 6 om onder aanbieding van een' looper voor 2 pionnen de witte pionnen tegen te liouden, en ten slotte naarf 5 om veld f 4 aan wit te ontnemen, terwijl de toren van f7 naar a 7 gaat'. Zoo n gebruik van een' koning komt maar zelden voor.
J. F. H. ^ N°. 23.
Gespeeld in den wedstrijd te Hilversum 24 Mei 1893.
99
deze zet eerst gespeeld wordt of eerst e 2 — e 4. t 1. g 7 — g 6
2. e 2 — e 4 2. P g 8 — li 6
Deze ontwikkeling schijnt voor zwart nog het kansrijkst; is e 2— e4 eerst gespeeld dan kan zwart spelen 1 P h 6 en P f 7 ; nu was eerst g 6 noodio-
3. P b 1 - c 3
Afruil op h 6 is vrijwel onnut; zwart verlangt er zelfs naar om wit's lange roquade te bemoeielijken en waagt. P f7 nog voorloopig uit te stellen? Toch schijnt mijdieafruil, gevolgd doorg 3 en I 4 , beter toe dan desnelle maar onrijpe ontwikkeling van wit in deze partij.
«3. IJ f 8 —— o* 7
4. L f 1 — c 4 4. e 7 — e 6
5- Pg l — h 3 5. 0 -- 0
5. Lc 1— e 3 6. Pb 8 —c 6
7. Ddl — d 2 7. Ph 6 — f 7
8. f2 — f4
Naar allen schijn de beste zet; zwart's fraaie antwoord toont echter dat de rustiger zet 0 — 0 — 0 hier verreweg beter is.
8. d 7 — d 5 !!
9- e 4 X d 5 9. e 6 X d 5
10. L c 4 x d 5 10. L c 8 x h 3
11. L d 5 X c 6
Na andere zetten gaat wit's d pion verloren ; de dubbelec pion blijkt echter niet nadeelig voor zwart te zijn.
la 11- b 7 X c 6
12. g 2 x h 3 12. Dd 8 — h 4 + 13. Dd2 — f 2 13. I) h 4 x h 3
14. D f 2 — g3
Voorgift van pion en zet. i
J. H. PU KT N. W. VAN LENNEP 1 2de klasse 1ste klasse ' Wit Zwart
Het is begrijpelijk dat wit, een pion voor, afruil der dames zoekt. waar nog wel de h en f pionnen mêe liereenigd worden en de h-lijn mêe geopend wordt.
Echter was juist die afruil wat zwart begeerde om d4 en c3 te verzwakken.
(zonder pion f 7) 1 I. d 2 — d 4 ]
Het is tamelijk onverschillig of I
14. D li 3 x g 3
15. h 2 x g 3 15. T a 8 — e 8 lfi. Ke 1 — d 2 16. P f 7 _a 6 17. b 2 — b 3
100
Ook andere zetten helpen niet om verlies van een' pion te verhinderen ; bijv.
Kd2-d3 Le3—fï ïc3—e!
Pd 6 — f5 Te8— d8 cG—c.r ,
0 „c2-c3..c3xd4 f1 _Pc3 —dl^
20 c5 X d421 c7-c5 01 17PdC-e4f enz.
17 c 6 — c 5 !
18. P c 3 — e 2
Op 18 d 4 X c 5 zon zwart aldus K d 2 X c 3 winnen 21 ,, g 7 x c 3f Te 8 x e3
20 Kc3 d "2 1 g! g o, en /.wart
P d6— f5 ï f8— e 8f kan met P f 5 weg.
18. P d 6 — f 5
19. Ij e 3 — f 2 19. c 5 X d 4
20. T a 1 — d 1 20. c 7 — c 5
Zwart heeft de voorgift prachtig opgehaald ; zijne ver voorwaarts staande c en d pionnen lijken nu echter sterker dan ze zijn, en bij goed spel zit in de stelling niet meer dan remise.
2 i. T h 1 — el 21. P f 5 — (1 6
22. L f 2 — g l iï- g 6 — g 5
23. Kd 2 — c 1 23. g 5 X f 4
24. P e 2 X f + 247 — 11 G
Zwart ruilt zijn looper tegen het witte paard in de hoop den witten looper in te sluiten.
25. T e 1 X e 8
jSfa 'pei — f 1 volgen soortgelijke maar ingewikkelder voortzettingen.
25. T f 8 X e 8
26. K c 1 — b 2 Zwak.
26. L li 6 X f 4
27. g 3 X f 4 27. T e 8 — e 2
28. Kb 2 —cl 28. Pd 6 — el
29. a 2 — a 4 ?
Hier kon wit zijn spel bevrijden door b 3 — b4 met vermoedelijk remise.
29. P e 4 — c 3
Zwart deed beter
dadelijk Pe4 — g3 te spelen.
30. f d 1 — f 1 30 P c 3 — e 4
31. b 3 — 1)4 31. P e 4 — g 3
32. Kc 1 —dl; het beste, want er dreigt Tg2, gevolgd door l'e 2.
32. d 4 — «13
33. T f 1 — f 2
Aardig en beter was hier de volgende , „• qo t2 X d3 Lg1 X a7 voortzetting:38 c r, x i, 4 t e2 — g 2 ?
35 Tf,l— gl en wit wint,of 34 b 4 b g, Tfl— gl 00 Tgl xg3|Q7Kdlxe2
30 b3 — b2 Kg8-f7 b2— b1D en ieder der spelers beeft nog winstkansen , met vermoedelijk remise.
33. d 3 X c 2 f
34. Kd l — c l 34. c 5 X b 4
35. T f2 — f 3 35. T e 2 — e 1f
36. Kc 1 X c 2 36. Tel Xgl
37 T f 3 — b 3 37. a 7 — a 5
Wit geeft de partij op, die zwart van den aanvang af meesterlijk heeft gespeeld.
J. F. H.
Correspondentie.
F J W en J F Jr , te Leiden; Wilt voortaan de oplossingen wat uitvoeriger noteerèn. - Q., te Utrecht; Uwe oplossingen worden vermeld op de door U gewenschte wijze. We verzoeken U echter, bij de Redactie uw naam bekend te maken. H. .1. D. E li F. v. W., te Kotterdam ; Uw mild voorstel wordt dankbaar met ernst in overweging genomen; maar om het bezwaar van het gebruik van het tijdschrift eischt het overleg met het Bestuur. — I). v. H. te Zwolle; Dank voor waarschuwing; zonder nu en dan eenig mislukken komen wij echter niet vooruit. Kan U niet nog moeite doen de zaak vooruit te 1 1 n? j. D. T. te Winschoten ; besten dank voor brief en bijdragen. E. G. te Doetinchem, J. K te Arnhem en N W. v. L. te ^Graveland; dank voor toezendingen.