
Schaakklokken
Spelmaterialen
CD’s
Handleidingen
Leermethode van Wijgerden/Brunia Werkboeken
Leermethode van Wijgerden/Brunia Werkboeken
Emanuel Lasker Volume 2: Choices and Chances: Chess and other Games of the Mind
In dit tweede deel werpen Mihail Marin en John Donaldson nieuw licht op enkele van Lasker's belangrijkste ontmoetingen in het midden van zijn schaakcarrière, te beginnen met de beroemde tiende matchpartij tegen Carl Schlechter en culminerend in zijn beroemde overwinning in New York 1924.
Jeu Enigmat – Serge Bouillot
Een spel om alleen of met zijn tweeën te spelen en je visie op het schaakbord te ontwikkelen. Dit spel is zeer geschikt voor de beginnende speler. Het heeft een dubbel educatief doel: Maak de speler vertrouwd met de horizontale, verticale en andere diagonalen en begrijp het concept schaakmat.
Albasten schaakspel –Volterra Italy
Prachtig zwart/ wit schaakspel van Albast. Veldgrootte 4 cm KH 73 mm
Komodo 14 - Chessbase
Een schaakprogramma gebaseerd op Alpha Zero. Met de innovatieve aanpak 'Monte Carlo Tree search' en een verbeterde speelsterkte voor alle ratings. System: Windows 7 of hoger Taal: Duits of Engels
Online schaken is bepaald niet nieuw natuurlijk, maar in de wereld van de afgelopen maanden, waarin we niet reisden en vooral thuis moesten blijven, nam het een grote vlucht op alle niveaus. Dimitri Reinderman beschreef voor ons het nieuwe normaal met onlineinitiatieven op de gebieden grootmeesterschaak, clubschaak, jeugdschaak en trainingen. Ook Monique van de Griendt nam een online kijkje, maar zij concentreert zich daarbij op Schaakmatties voor de jongste jeugd.
Natuurlijk hopen we allemaal straks ook weer gewoon tegenover iemand aan het schaakbord te kunnen zitten op de clubavond of in de externe competitie. Jasel López deed een onderzoek naar best practices bij schaakclubs en daar doen we na de zomer - wanneer de coronaregels hopelijk versoepeld zijn - graag ons voordeel mee. Dan kunnen we bij een eventueel competitieprotest ook weer gewoon de Commissie van Beroep inschakelen die al 45 jaar actief is, Bart Stam sprak met een aantal commissieleden.
Onverwacht was het overlijden van schaakjournalist Johan Hut. Bijna 10 jaar lang schreef Johan met grote regelmaat over de Nederlandse competitie in SchaakMagazine. In dit blad een in memoriam. De schaakwereld moet ook Alexander Münninghoff missen, die onder andere mooie biografieën schreef over Euwe en Donner.
Zonder actueel toernooischaak ontstaat er ruimte voor andere zaken. Cor Oliemeulen bekeek voor ons alvast de schaakfilm Fahim die eind juli in première gaat. Paul van der Sterren las voor ons De Juiste Zet – een schaakboek praktisch zonder schaakzetten – en geeft zijn oordeel. Erwin l’Ami bekeek de partijen die Max Euwe speelde in de Nederlandse Kampioenschappen en dat beviel hem zo goed dat hij de volgende keer een andere recordtitelhouder onder de loep zal nemen.
De coronacrisis heeft een grote impact op onze schaakwereld. Schaaktoernooien, competities en kampioenschappen zijn op de ons vertrouwde manier nog niet mogelijk binnen de huidige regels van onze 1,5 metersamenleving.
Wanneer u een regelmatig bezoeker bent van de KNSB websites dan is het u waarschijnlijk al opgevallen: de websites schaakbond.nl en schaken.nl zijn vernieuwd en hebben een frissere uitstraling. Verantwoordelijk hiervoor is Rolf Slotboom die bij de Koninklijke Nederlandse Biljart Bond (KNBB) een zelfde traject al eens had doorlopen. Het doel van de vernieuwing was om te komen tot twee mooiere websites die inhoudelijk goed en logisch in elkaar steken, en waarbij de informatie beter vindbaar is.
De schaakbond houdt al langer bewust twee verschillende websites in de lucht om verschillende doelgroepen aan te spreken, maar hiervoor was die scheiding qua uiterlijk en ook op inhoudelijk vlak niet altijd helemaal duidelijk. Volgens Rolf is: “schaakbond.nl grotendeels gebleven zoals het was: degelijke en solide informatievoorziening voor de ervaren (club)schaker. Wel in een mooi nieuw jasje, en met meer ruimte voor nieuws, maar verder inhoudelijk niet heel veel veranderd. De meeste veranderingen zijn in Schaken.nl. Buiten dat het design compleet is veranderd, is ook de berichtgeving anders: meer informatie en nieuwsartikelen die zijn gericht op de ongebonden/ potentiële schaakliefhebber.”
Toch lijkt het erop dat de regels steeds verder versoepeld worden. Binnensporten mag vanaf 1 juli weer onder voorwaarden. Na 1 september streeft NOC*NSF er samen met alle sportbonden naar om de nationale competities weer zo normaal mogelijk op te starten; natuurlijk in overleg met de overheid. Tot die tijd wordt er vooral veel online geschaakt!
Op schaakbond.nl is een overzichtspagina aangemaakt waarop u alle actuele informatie over de gevolgen van de coronacrisis voor de schaaksport kunt vinden. U vind hier onder andere: de protocollen voor schaken in een 1,5 meter samenleving, verwijzingen naar relevante websites en artikelen, coronamailings die aan verenigingen zijn gestuurd, maar ook links naar actuele online evenementen. Zie https://www.schaakbond. nl/nieuws/schaken-en-de-coronacrisis
Zelden heeft het onderwerp voor een column zich zo dwingend aan me opgedrongen als deze keer, want het zou toch bijna wereldvreemd zijn om het in deze tijd niet over de coronacrisis te hebben, nietwaar? Toegegeven, als ik dit zo opschrijf denk ik er meteen achteraan: maar wij schakers zijn toch juist wereldvreemd? Maar dat cliché klopt natuurlijk niet. Het feit dat wij een parallel universum ter beschikking hebben, waarin we ons geheel van de buitenwereld kunnen afsluiten, betekent nog niet dat wij ook minder gevoelig zouden zijn voor wat er in die buitenwereld gebeurt. Ook wij verliezen familieleden en vrienden en gaan misschien zelf dood. In 1947 verscheen een gedenkboek voor Nederlandse schakers die de Tweede Wereldoorlog niet hadden overleefd, getiteld Partij verloren. Gaat een dergelijk boek er nu wéér komen?
Zoomen we uit naar de meer abstracte wereld van de causaliteit en de grote lijnen,
dan valt vooral op hoe snel en gemakkelijk de schakers zich aan de nieuwe realiteit hebben aangepast. Online schaken was al populair, maar heeft sinds het begin van de crisis het ‘fysieke’ schaken al bijna doen vergeten. Het woord ‘online’ is sowieso niet meer weg te denken uit het schaakvocabulaire. Zelf op internet spelen of toekijken hoe de topspelers elkaar naar het leven staan, het is voor velen van ons inmiddels een behoefte geworden. En het lijkt me onwaarschijnlijk dat de vraag hiernaar weer snel inzakt als straks alles voorbij is. Kortom, we staan misschien wel aan de vooravond van een nieuwe ‘grote sprong voorwaarts’ in de schaakgeschiedenis. Het clubleven zal heus wel weer op gang komen, want juist hier speelt ook de behoefte aan sociale contacten een grote rol, maar de toptoernooien? Misschien is er straks wel helemaal geen belangstelling meer voor! Te duur, te lokaal en vooral te traag. Dat er op het internet niet langzamer dan rapid
gespeeld wordt is allang vanzelfsprekend. Nou ja, misschien draaf ik nu een beetje door. Het zou ook kunnen dat bordschaak en online schaak gewoon vredig naast elkaar blijven bestaan, zoals ook het correspondentieschaak altijd een eigen niche behouden heeft zonder het bordschaak te bijten. Maar welke de belangrijkste gaat worden?
Ook Noach zal indertijd niet hebben kunnen voorspellen hoe het leven er na ‘zijn’ zondvloed uit zou zien. Hij zal blij zijn geweest het er levend te hebben afgebracht. Voor ons geldt het-zelfde. De geschiedschrijving neemt een latere generatie wel voor haar rekening.
De gemeente Delft kwam op 24 april met het mooie bericht dat inwoner Ted Barendse onderscheiden is tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Barendse kreeg de onderscheiding voor zijn vele vrijwilligerswerk voor de Delftse Schaak Club (DSC) en voor de Haagse Schaakbond, maar ook voor zijn werkzaamheden als trainer, begeleider en coach voor de jeugd op landelijk niveau voor de Koninklijke Nederlandse Schaakbond. Daarnaast was hij ook nog eens actief als toernooidirecteur van het NK D. En alsof dat niet genoeg was werd met de koninklijke onderscheiding ook zijn inzet voor het Filmhuis Lumen beloond.
Jan Meijer van Schaakwoude vroeg SchaakMagazine aandacht te besteden aan schakers op leeftijd. Zijn vader, Andries Meijer, is het oudste lid van de Friese Schaakbond. Op 15 april vierde hij zijn 99e verjaardag en hij bezoekt nog elke week de clubavond.
Andries Meijer richtte in 1979 de schaakclub in Damwoude op, hij was toen al 31 jaar lid van Dokkum. Tijdens de festiviteiten voor het veertigjarig jubileum van Damwoude, afgelopen september, ontving Meijer de KNSB-speld voor een lidmaatschap van vijftig jaar – twintig jaar na dato.
Op de KNSB-ledenlijst staan 82 actieve leden die dit jaar negentig worden of ouder zijn. Het oudste lid, Wim Witvliet van schaakvereniging Erasmus uit Rotterdam, is honderd jaar en speelde dit seizoen nog twee partijen in de interne competitie.
Meer over Meijer en Schaakwoude vindt u in een artikel van H.J. Dijkstra op de website van de Friese Schaakbond. https://www.frieseschaakbond.nl/alle-artikelen/9-algemeen/959schaakfoto-16
De coronacrisis heeft een grote invloed op de samenleving en dus ook op het schaken. Toernooien zijn afgelast en de KNSB-competitie is gestopt, net als veel interne clubcompetities. Toch is het niet allemaal kommer en kwel: het internetschaak floreert als nooit tevoren, er is van alles te beleven op online schaakgebied met veel nieuwe initiatieven. In dit artikel hiervan een overzicht.
De wereldtop is deze maanden vaak aan het werk te zien en dit komt vooral dankzij Magnus Carlsen. Het begon met de Magnus Carlsen Invitational dat van 18 april t/m 3 mei gehouden werd. Vanwege het succes hiervan is het uitgebreid tot de Magnus Carlsen Chess Tour met nog vier extra toernooien (inclusief de ‘Grand Final’ in augustus) erbij. Al deze toernooien worden online gespeeld met rapidtempo, waarbij de spelers via een webcam te zien zijn, en met deskundig live commentaar te volgen via Chess24. Carlsen won zijn eigen toernooi, maar verloor een minimatch van Anish Giri dankzij de volgende partij:
Carlsen – Giri, tweede matchpartij r+l+-vlk+ zpp+-+-+-+p+-+-+ +-+pzP-wqp -+-zP-snp+ +-zPL+-+PtR-+-zP-+
Giri had net een pion op g5 geslagen, een natuurlijke zet, en wellicht daarom viel het Carlsen niet op dat zwart een dreiging heeft.
25.f3?? Pxd3! 26.Dxd3 Dc1+ 27.Kf2 Dxb2+ 28.Pd2 Zwart staat een stuk voor en speelt het nauwkeurig uit: 28...Lf5! 29. Dxf5 Dxd2+ 30.Kg3 Dxc3 31. Kh4 Dd4 32.Tg3 Lg7 33.f4 Tf8 0-1
Naast de Carlsentoernooien was er in april op chess.com het eerst open toernooi online met klassieke bedenktijd, Sunway Sitges Online, waarin Liam Vrolijk knap de finale van de play-offs behaalde maar verloor van de Egyptische grootmeester Adly. In de eerste helft van mei speelde Giri namens Europa (en met Kasparov als coach!) in de Online Nations Cup (rapid), gewonnen door China. De Steinitz Memorial (snelschaken) was ook al een prooi voor Carlsen. En eind mei was het EK online (semi-rapid, na de deadline afgelopen).
Veel schaakclubs stonden voor de keuze: het seizoen meteen beëindigen of de clubavond verplaatsen online? Diverse clubs kozen voor het laatste en organiseren elke week een schaakavond op Lichess, chess. com of Playchess. Het is wel anders dan een gewone clubavond natuurlijk; zo wordt er over het algemeen met rapid- of snelschaaktempo gespeeld en een drankje aan de bar zit er niet in. Een ander probleem is
dat niet elk lid makkelijk de weg weet online. Wim Suyderhoud, wedstrijdleider intern van Caissa Amsterdam, vertelt hoe zijn club dit probleem heeft aangepakt. “Een clublid heeft een stappenplan op de clubsite gezet en we hebben sommige oudere leden gebeld. Onze acties hebben nog niet het gewenste effect, maar uit reacties blijkt dat er wel belangstelling is onder hen, dus we hopen dat het nog aantrekt.”
Ook bij Caïssa-Eenhoorn merken ze dat de opkomst online lager ligt. “Waar een clubavond al snel 50-60 mensen trekt, zijn we bij de online toernooien tot de helft gekomen, inclusief mensen die niet naar de normale clubavond komen.” aldus wedstrijdleider intern Sernin van de Krol. Ideaal is het dus niet, maar, zo sluit Suyderhoud af: “Het is een fijne oplossing. Men is dankbaar dat er überhaupt geschaakt kan worden. En sommige (oud-) leden die elders in Nederland of in het buitenland verblijven, kunnen ook meedoen, dat is een bonus. Er loggen mensen in op La Palma, in Nijmegen en in Thailand. Leuk hoor.”
Ook voor de externe competitie is er een alternatief. Elke zondagavond tussen acht en tien kan er op Lichess geschaakt worden in de Teambattle, georganiseerd door Govert Pellikaan
van Groninger Combinatie. De clubs worden ingedeeld in verschillende klassen, je speelt snelschaakpotjes tot je geen zin meer hebt of tot het toernooi is afgelopen, van elke club worden de resultaten van de beste acht spelers opgeteld en dat leidt tot een eindstand (en eventueel promotie/degradatie). Het toernooi trekt geregeld meer dan vijfhonderd deelnemers, waaronder diverse GM’s en IM’s.
Voor de sites die zich op jeugdschaak richten zijn het goede tijden. Zowel Schaakmatties als Chessity melden een veel grotere toeloop van leden dan gebruikelijk en daar zijn ook veel kinderen bij die nog niet schaakten. Dit tot vreugde van de ouders, zo meldt Janton van Apeldoorn van Chessity: “Ouders zijn echt op zoek gegaan naar 'slimme schermtijd' voor hun kinderen, iets verantwoords doen wat de kinderen leuk vinden. Heel veel ouders mailen ons dat ze zo blij zijn dat ze Chessity hebben ontdekt. De kinderen vinden het leuk (zien het als gamen), de ouders gaan spontaan (en ook door ons aangemoedigd) meedoen en binnen een paar weken heeft het gezin een nieuwe hobby te pakken, waarbij zeker ook het gewone schaakbord op tafel komt.”
Bij Schaakmatties, de jeugdschaakclub van de schaakbond, komen er zo’n 125 leden per week bij in plaats van de gebruikelijke 30 à 40. Door een lidmaatschap (slechts € 7,50 per jaar) kunnen kinderen van basisschoolleeftijd o.a. toernooien/ partijen spelen op chesskid.com waaronder diverse jeugd- en
+-+QmKNtR-
teamkampioenschappen. Het leuke is dat de kinderen door te spelen en puzzels op te lossen punten verdienen die om te wisselen zijn in prijzen als buttons, stickers en boeken. Voor ouders is het fijn dat het een veilige omgeving is: de chat is beperkt tot standaard beleefdheden om ongewenste volwassenen te weren.
Voor schaaktrainers die op scholen lesgeven heeft de intelligente lockdown een grote invloed. Zo is Johan van den Brink zelfs tijdelijk helemaal gestopt: “Het heeft voor de scholen even geen prioriteit”. Anderen geven nog een klein beetje les aan scholen: Niels van der Mark via videoconferentie met vooral opgaven maken via Lichess. Schaakschool ‘t Slimme
Pionnenke stuurt de leerlingen de lessen wekelijks op. Clubtrainingen gaan (op een lager pitje) vaker door, bijvoorbeeld bij de Capelse
Schaakvereniging: “Ze krijgen via de mail huiswerk. Daarnaast verzorgen we toernooien online
voor de jeugd”.
Er zijn ook voordelen aan de huidige situatie, vertelt Anton Bakels: “Ik heb veel bijgeleerd op het gebied van digitaal lesgeven en heb door gestopte schoolschaaklesssen tijd om de cursus Schaaktrainer 3 af te ronden.” En Pascal Losekoot geeft aan dat hij nu meer privélessen geeft en nieuwe ideeën heeft opgedaan. Voor mijzelf is er niet heel veel veranderd (want ik gaf al veel training online) maar heb wel nieuwe vaardigheden zoals training via videoconferentie geleerd.
Via twitch.tv zijn diverse Nederlandse schakers aan het “streamen”. Dit houdt in dat ze te zien en te horen zijn terwijl ze aan het schaken zijn, waarbij hun scherm met de schaakpartij met de kijkers wordt gedeeld. Zo zijn zowel Jorden van Foreest (twitch.tv/gmjordenvforeest), Max Warmerdam (twitch.tv/ xamax2000) als Roeland Pruijssers (twitch.tv/monkey_ chess) bijna elke dag te zien,
waarbij de eerste twee zich vooral op spelen richten en de laatste vooral op educatie.
Spelers met een minder hoge rating proberen dat op andere manieren te compenseren om kijkers te trekken. Zo heeft Wouter Bik (twitch.tv/bikfoot) op dit moment meer volgers dan de drie bovengenoemde streamers samen, onder andere door het organiseren van duostreams met andere (bekende) schakers. Bijvoorbeeld met een snel rijzende ster in streamland, Anna-Maja Kazarian (twitch.tv/ annamaja) die zelf voor haar kijkers van alles organiseert, zoals simultaans, battles tegen volgers van andere streamers en op koningsdag een twaalf uur durende stream om geld op te halen voor het Rode Kruis. Michael van Liempt (twitch.tv/ scheurgras1989) zoekt het in variatie: de ene dag puzzle rush, de andere dag een eindspel uitleggen of spelen tegen kijkers en soms zelfs iets heel anders zoals Duolingo of gitaar spelen. Maar toch is ook op streamgebied rating een belangrijke
factor: de 228477 volgers van Hikaru Nakamura (twitch.tv/ gmhikaru) zullen zij niet halen.
Andere schaakstreams zijn te vinden via www.pogchess.com van Lennart Ootes en via lichess. org/streamer.
Kees Schrijvers, stichter en bezieler van schaaksite.nl, is benoemd tot Lid van Verdienste van de KNSB. Schrijvers heeft jarenlang schaaktoernooien en -events gesponsord. ‘Vooraf krijgt een toernooi wat aandacht, maar zodra het voorbij is, is het meteen weer business as usual . Dat begon te steken. Misschien kon ik dat geld wel beter in een goeie schaak-website voor Nederland steken.’
Had je de benoeming tot Lid van Verdienste verwacht?
Nee, het was een complete verrassing voor me. Frank Lommers, waarnemend voorzitter van de KNSB benaderde me. Hij wilde met mij een afspraak maken over samenwerking tussen de KNSB-website en schaaksite.nl. We zouden elkaar ontmoeten tijdens het Tata-toernooi. Maar uiteindelijk kon ik me toen niet vrijmaken.
Bij volgende pogingen kwam er steeds iets tussen. En toen kwam corona er tussendoor fietsen. Uiteindelijk heeft Lommers me toen maar gebeld: ‘De KNSB heeft besloten je het ere-lidmaatschap bij de KNSB te ver-
lenen. Maar door corona is het helaas onmogelijk om je bekroning aan jou persoonlijk uit te reiken.’ Ik heb Lommers nooit gezien, ik heb hem alleen dat kwartier aan de telefoon gesproken.
Waarom heb je die bekroning gekregen, denk je?
Al sinds 1998, 1999 ben ik bezig met allerlei dingen rondom schaken. Dat varieert van toernooien organiseren, over talentvolle schakers ondersteunen tot grote schaakevenementen organiseren, het sponsoren van clubs… En ik heb natuurlijk de bekende website schaaksite.nl opgericht.
Oprichter schaaksite.nl
Heeft het feit dat schaaksite net 10 jaar bestaat, een belangrijke rol gespeeld?
In de tekst van het voorstel om me Lid van Verdienste te maken hebben ze het aldoor over Schaaksite, Schaaksite, Schaaksite… Tegelijk blijkt daaruit dat ze van een heleboel dingen die ik in het schaken deed, geen weet hadden. Voor de KNSB gaf schaaksite. nl overduidelijk de doorslag.
Wat is het belang van schaaksite.nl voor de Nederlandse schaakwereld?
Kijk, ik heb heel veel schaaktoernooien en clubs gesponsord. Gedurende een week of een weekend sponsor je dan een toernooi, of je sponsort een club die 9 keer per jaar een wedstrijdje speelt. In die dingen steek je dan behoorlijk wat geld, maar je doet er eigenlijk maar enkele mensen een plezier mee. Vooraf krijgt een schaaktoernooi wat aandacht, maar zodra het voorbij is, is het meteen gedaan met de publiciteit, en is het weer business as usual
Voor schaaktoernooien of -events beston-
den geen websites waarop je echt aandacht kon losweken voor je evenement. Je had toen nog wel schakers.info, maar die website kreeg steeds minder publiciteit. Toen dacht ik: dat sponsorgeld kan je misschien beter in een goeie schaak-website steken.
Je hebt dat idee, maar dan begint het pas. De content van je site moet actueel zijn: er moet wat te melden, wat te lezen zijn. De Nederlandse schakers moeten een reden hebben om die site elke dag te raadplegen. Is er schaaknieuws, ja of nee?
In je eentje kan je zo’n site niet actueel houden. Je moet daar medewerkers voor charteren die weten waar ze het over hebben, en die genoeg te melden hebben. En ze moeten ook een reeks kunnen uitschrijven die uit verschillende artikelen is opgebouwd.
Ik vind het ook belangrijk dat de medewerkers zelf, zonder mijn tussenkomst of van iemand op de redactie, hun artikelen op schaaksite.nl kunnen plaatsen. Dat ze makkelijk zelf een stuk kunnen plaatsen en een toernooi aankondigen.
Dat was de oorspronkelijke opzet. Maar schakers moeten je site ook weten te vinden. Als je maar 22 bezoekers per dag hebt, heeft het geen zin om de site in de lucht te houden. Ik heb toen enkele bekwame mensen bijeengezocht: Herman Grooten, Dimitri Reinderman, en nog enkelen die de site een bepaalde inhoud konden geven, en daarbij niveau garanderen. Herman Grooten is bekend als schaaktrainer en als auteur. Dimitri Reinderman is een sterke grootmeester, met een bloeiende schaakcarrière, die veel toernooien speelt. Grooten heeft al uitgebreide analyses van toernooien verricht voor Schaaksite – GM’s zien veel meer dan een gewone schaker als ik, hé. Met Grooten en Reinderman en nog enkele anderen bouwde ik zo een team uit dat al 10 jaar lang bezig is met schaaksite.nl. Vanaf het begin is ook Teun Koorevaar redactielid van Schaaksite en schrijft hij over schaakhistorie en schaakkunst. De journalist Johan Hut kwam zo ook bij het team. Het is onvoorstelbaar dat Johan er niet meer is, dat hij zo plotseling is overleden. Johan schreef over schaken voor enkele regionale dagbladen. Voor onze site heeft hij onder meer die mooie serie over de Canon van het Nederlandse schaken gemaakt (een top-40 van de beste Nederlandse schakers aller tijden, red.).
Enkele jaren geleden hebben we Schaaksite in een nieuw jasje gestoken. Dat heeft Lennart Ootes toen op zich genomen, en sindsdien is hij als webmaster bij Schaaksite betrokken. Ootes verzorgt bij grote schaak-
evenementen de livestreams van toernooien en is ook fulltime met schaken bezig. Ons kernteam bestaat uit mensen die zowel historisch gezien als qua schaakactualiteit helemaal beslagen zijn. We zijn een complementair team.
Corona
En we proberen altijd in te spelen op de actualiteit. We hebben door de jaren heen op Schaaksite ontzettend veel uitgelegd en toegelicht, veel stellingen en partijen besproken. Maar sinds corona is iedereen doende met Teams en Zoom. Daarom hebben we onlangs de Schaakacademie opgestart, waarop we schaaktrainingen geven.
Die trainingen van de Schaakacademie zijn voor iedereen toegankelijk. Er zijn drie groepen waarvoor je je kan inschrijven. De hoogste ratings, de sterkste groep, doet Reinderman. De andere schakers verdeelt hij tussen hemzelf en Grooten. Voor een tientje per avond kan je meedoen en krijg je anderhalf uur schaakles. Aan die trainingen doen nu toch zo’n vijftig schakers mee. De bezoekers van de site vinden het blijkbaar fijn om GM’s zoals Reinderman of Grooten ook zelf aan het woord te horen. Geen wonder: zo enthousiast als Herman Grooten over schaken schrijft, zo enthousiast is-ie ook als hij partijen, stellingen, varianten voor het publiek van de Schaakacademie bespreekt. Je kan de Schaakacademie echt als een uitbreiding van de site zien. En digitaal onderwijs, dat is toch modern?
Is er veel respons op de site?
Tijdens het Tata-toernooi trekken we 6.000 à 8.000 unieke bezoekers per dag. Maar in kalmere periodes, zoals nu, zijn er dat nog altijd 3.000 tot 5.000. Maar wat voor mij echt telt, is de waardering die schaaksite.nl overal krijgt. We brengen dagelijks genoeg materiaal op de site, denk ik, maar ook niet te veel. We leggen de lat ook hoog voor de artikelen, zo garandeer je kwaliteit. Heel populair op de site is ook de krantenrubriek, het wekelijkse overzicht van de schaakrubrieken van bekende schaakjournalisten die in Nederlandse dagbladen verschijnen. We kijken nu of het mogelijk is om elke bezoeker met een viewer de varianten die de journalisten aangeven, op een makkelijke manier meteen zelf te laten aanklikken en analyseren.
Wat zijn je belangrijkste toernooien als sponsor?
Het grootste toernooi dat ik ooit sponsorde, is mijn eigen toernooi. Dat was het
Nederlands Open NK Rapid. Ik heb dat vijf jaar lang gedaan. Op het laatste toernooi in 2005 haalden we 420 deelnemers, onder wie 17 GM’s. De tweede groep kende een gemiddelde rating van 2100, en telde ruim 100 deelnemers. Volgens mij het succesvolste rapidtoernooi dat Nederland ooit heeft gekend.
Verder heb ik ook wat clubs uit de Meesterklasse gesponsord. Zo heb ik Rotterdam enkele jaren gesponsord. Daarna ging ik En Passant financieel ondersteunen, en die club sponsor ik nog steeds.
Ik heb met En Passant toen een sponsorcontract gesloten over tien jaar. De meeste bedrijven sponsoren iets voor 1 of 2 jaar, ik heb me meteen voor 10 jaar aan En Passant verbonden. Ik wou die club structureel de kans geven om tot een goed team en een bloeiende vereniging uit te bouwen.
En Passant heeft bekende spelers als Peng, Erwin l’Ami, Nijboer, plus enkele sterke lokale spelers. Ik heb met En Passant afgesproken dat ze mijn geïnvesteerde geld benutten voor het eerste team én voor de jeugd. Ik wilde investeren in heden en toekomst. Dat lukte: En Passant staat er goed voor.
Je hebt ook sterke schakers individueel gesponsord.
Bij schaakvereniging Spijkenisse heb ik enkele jonge schakers parttime in dienst genomen, zodat ze konden deelnemen aan trainingen, toernooien of andere evenementen. Spelers zoals Rick Lahaye en Desiree Hamelink, dat waren de twee grootste jeugdtalenten toen in de regio Rotterdam. Daarna heb ik Peng, die op een gegeven moment in haar schaakcarrière van China naar Nederland is overgekomen, een aantal jaren financieel ondersteund.
En Jorden van Foreest had als doelstelling om in enkele jaren GM te worden. Ik heb Jorden toen drie jaar gesponsord. Door mijn steun kon Jorden tijdelijk zijn studie onderbreken en heeft hij zich volledig op het schaken geworpen. En hij is inderdaad snel GM geworden, een geslaagde missie dus.
Waar komt je sponsorgeld vandaan?
Ik heb een eigen Adviesbureau, dat goed draait. Ons ingenieursbureau ontwerpt grote transportleidingen voor water en gas, die onder kanalen en onder snelwegen door worden geboord.
Veel bedrijven sponsoren verenigingen en sporters, dat doe ik dus ook. In het algemeen sponsort men sporten waarmee men affiniteit heeft. Dat heb ik dus met schaken. Als je zo schakers, clubs of schaakgemeenschappen kunt ondersteunen, doe ik dat als schaakliefhebber graag, zolang het kan.
Onwerkelijk, niet te bevatten. Deze woorden klonken vaak door in de geschokte reacties op het onverwachte overlijden van schaakjournalist Johan Hut in mei. Zijn plotselinge dood op 59-jarige leeftijd was ook het verhaal van de schaakrubriek die niet aankwam in de mailbox van de regionale dagbladen, waarvoor Johan wekelijks zijn zaterdagse column schreef.
Zijn eerdere 1.218 bijdragen, sinds eind 1996, kwamen altijd keurig op tijd binnen, maar in de tweede week van mei had Johan nog niet geleverd terwijl de tijd begon te dringen. Rubriek 1.219 kwam niet, Johan bleek te zijn overleden, vermoedelijk als gevolg van een hartstilstand, ontdekten gealarmeerde familieleden.
Johan was voorbestemd om boekhouder te worden en vormde met zijn vader Administratiekantoor Hut en Zoon in Baarn. Na het overlijden van zijn vader zette Johan het bedrijf als eenmanszaak voort. Maar Johan hield meer van woorden dan van getallen, meer van taal dan van rekenen. Johan werd een veelschrijver, niet alleen voor de krant en voor schaaksite.nl maar ook op andere terreinen. Hij schreef ook historische boeken over Baarn.
In zijn jonge jaren stond het clubblad van HSG vol met vaak hilarische verhalen. Mijn ‘favoriete Johan’ is zijn beschrijving van een partij op de interne competitie, getiteld ‘Cees ruimt kopjes op’.
Ik kan tegen mijn verlies, ben tolerant, schappelijk, meegaand, menslievend, verdraagzaam, aardig, kortom: ik kan heel wat hebben. Maar wat ik dus heel erg verschrikkelijk vind: Ik heb in 40 minuten verloren
van een man die rond loopt, met allerlei mensen gewichtige dingen staat te regelen, op de gang staat te roken, af en toe langs komt om nonchalant een zetje uit zijn mouw te schudden en bovenal voortdurend kopjes loopt op te ruimen.
Na mijn 5e zet:
Cees neemt intussen met Michael de Vos gewichtige bestuurszaken door en ruimt een paar kopjes op.
Na zijn 6e zet:
Cees opent intussen de envelop van de uit te spelen partij van Bob Sinnema en ruimt een paar kopjes op.
Na mijn 7e zet:
Ik voel me sterk en ga een pion offeren. Cees staat intussen op de gang met Piet Koomen een sigaretje te roken en ruimt vervolgens een paar kopjes op.
Na zijn 9e zet:
Cees staat te kletsen met Jan Hogenbirk en ruimt een paar kopjes op.
Na zijn 10e zet:
Ik realiseer me dat mijn opening definitief is mislukt. Cees deelt intussen een paar wedstrijdbriefjes rond en ruimt een paar kopjes op.
Na mijn 13e zet:
Cees praat intussen Bob Sinnema moed in en ruimt een paar kopjes op.
Na zijn 14e zet:
De verwoestende klap. Cees bespreekt intus-
sen met Peter Bomli de kopij voor het clubblad en ruimt een paar kopjes op.
Na zijn 15e zet:
Ik wil opgeven maar Cees is kopjes aan het opruimen. Ik doe maar weer een zet om hem naar het bord te lokken.
Na zijn 16e zet:
Cees wil opstaan om met Wim Drieënhuizen te praten en kopjes op te ruimen, maar ik ben hem net te snel af. Ik geef op. Cees is klaar en gaat kopjes opruimen.
De kopjesopruimer was HSG-erelid Cees Overbeeke (1929-2015). Een zorgzame regelneef, mooi geobserveerd door iemand die zich als schaker niet alleen liet leiden door de wil om te winnen.
Johan ging met lichte tegenzin akkoord met mijn wens om dit fragment op te nemen in het HSG-jubileumboek Mat in de Mediastad (2012), waarvan Johan de titel bedacht en waarvan hij de belangrijkste auteur was.
Johan was ouder geworden en zijn schrijfstijl gerijpt. Hij schreef inmiddels liever degelijke historische stukken, zoals de ‘Canon van het Nederlandse Schaak’ op schaaksite.nl. Het creatieve speelse element kwam wel weer terug in zijn lijstjes-verhalen, bijvoorbeeld in Schaakmagazine over de KNSB-competitie. Saaie statistieken werden, beroerd door zijn pen, zeer lezenswaardige artikelen.
Menigeen in de Nederlandse schaakwereld vraagt zich af wie de leegte die Johan achterlaat, zal kunnen opvullen.
De afgelopen maanden werd er alleen maar online geschaakt. Dat levert vaak veel spektakel op, omdat er nu eenmaal voornamelijk gesnelschaakt wordt op het internet. Gecombineerd met online commentatoren, online engines, chatfuncties en (twitch)beelden van deelnemers veel lol, maar ook wel ‘vluchtig vermaak’. Zelfs de allersterkste spelers zijn bij weinig bedenktijd in staat tot het maken van vreselijke blunders. Op pagina 6 stond al een grote blunder van de wereldkampioen tegen onze eigen Anish Giri. Wat Carlsen in de opening van de volgende partij overkwam zal hem toch ook niet snel gebeuren in een klassiek toernooi.
Carlsen Invitational 2020
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5.Lc4
Een vreemd pionoffer dat goed genoeg is voor een vluggertje, maar dan moet je na 5…Pxe4 6.Dh5 e6 wel weten wat je moet doen!
rsnlwqkvl-tr zpp+-+pzpp -+-zpp+-+ +-+-+-+Q -+LsNn+-+ +-+-+-+PzPP+-zPPzP tRNvL-mK-+R
Juist is nu 7.Lb5+! Pd7 (ook na
7...Ld7 kan 8.Pxe6 vanwege 8…
Df6 9.Pf4, en 8...De7 9.Pc7+ Kd8
10.Pd5; na 7...Ke7 8.0–0 heeft wit genoeg compensatie). Na
8.Pxe6 Pef6 9.Pxd8 Pxh5 10.
Lxd7+ Lxd7 11.Pxb7 Lc6 12.Pa5 Lxg2 13.Tg1 zitten we in een ongeveer gelijke stelling. Carlsen had een volledige blackout, dacht een paar minuten na en speelde toen
7.Pxe6? om na 7...Lxe6 8.Lxe6 De7 9.Lxf7+ Dxf7 10.De2 De7 11.0–0 Pf6 een stuk achter te staan zonder enige compensatie. Later 0-1
Ook de volgende blunder zal de wereldkampioen in een partij met ruime bedenktijd niet snel ontglippen
Firouzja - Carlsen
Carlsen Invitational 2020
sterk schaken – ook met weinig bedenktijd – doet hij natuurlijk meestal wel. Zie hoe hij in het volgende eindspel met fraaie techniek de grote online specialist Hikaru Nakamura versloeg.
Carlsen – Nakamura
Carlsen Invitational 2020
51.Kxa7?
Toch een technische fout, maar de onwaarschijnlijke redding die zwart nu nog heeft is met weinig bedenktijd niet te vinden. Winnend is 51.dxc5.
51...Pb3?
Zwart kan zich redden met 51... Pd3! 52.Pxf6 Pf4!. Nu is het weer ‘gewoon’ uit.
52.Kb6 Kd7 53.Pxf6+ Kd6 54. Pe8+ Kd7 55.Pc7 Pxd4 een laatste kans 56.exd4 e3 57.Pe6 e2 58.Pc5+ en opgegeven vanwege 59.Pd3.
1–0
Stelling na 46...Pab8
De zwarte stelling ziet er wat gedrongen uit, maar hoe moet wit verder komen? Carlsen maakt nu de weg vrij voor zijn koning om binnen te dringen.
Stelling na 39.Pf2
Nu is 39...Dc1 goed voor zwart, in plaats daarvan volgde
39...Td2? 40.Tb8+ Kh7 41.Dg4
Nu dreigt mat te beginnen met 42.Dg6+ en dat moet Carlsen even overzien hebben. Hij gaf op na
41...Df1+ 42.Tg2 Dxg2+ 43.
Kxg2
1–0
Voordat de verkeerde indruk ontstaat. Ook online wint Magnus Carlsen bijna ieder toer nooi waar hij aan meedoet. En
47.b5! cxb5 48.Kb4 Pc6+ Zwart maakt geen remise na 48...Pxc5 49.Kxc5 Pd7+. Wit wint uiteindelijk na 50.Kxd5, maar ook met 50.Kxb5. Een voorbeeldvariant na deze laatste zet: 50…Kc7 51.Pg7 Kd6 52.Pe8+ Ke7 53.Pc7 Kd6 54.Pa6 Pf8 55. Kb6 Pd7+ 56.Kb7 Pf8 57.Pc5 Pd7 58.Pxd7 Kxd7 59.Kb6 Kd6 60. Kb5 en nu is het pionneneindspel gewonnen.
49.Kxb5 Pa7+ 50.Ka6 Pxc5+ Het is ook geen remise na 50... Pc6 51.Pe6+ Kc8 52.Pg3.
Bijvoorbeeld:
- 52…Pb4+ 53.Kb5 Pc2 54.Pf1, of 52...Kb8 53.Pe2 Pb4+ 54.Kb5
Stellingen met ongelijke lopers zijn berucht om hun remisetendensen maar dat is vaak (met dames erop) niet terecht.
Firouzja - Caruana
Carlsen Invitational 2020
Stelling na 36...Kh7
In de partij volgde nu 37.Dc2+?
Lg6 nu staat zwart gewonnen
38.Dc5 Df1 39.Lf6 Le4 en omdat op
40.Th8+ Kg6! volgt, gaf wit op 0–1
Wit aan zet kan echter heel fraai remise maken met 37.Lf6!! Th1+!
Wit staat beter na 37...gxf6?!
38.Df8 Dxc8 (38...Kg6? 39. Dh8!+–) 39.Dxc8 fxe5 40.dxe5
38.Kxh1 Df1+ 39.Kh2 Lf3!!
-+-tr-+k+ +R+-+lzp-
-+p+-zp-vl zp-+-zpP+P -+-+-+-zP +-+-+-tRK -+P+QsN-+ wq-+-+-+-
Dat het ledenaantal bij de doorsnee schaakvereniging onder druk staat, is een waarheid die we maar beter kunnen omarmen dan ontkennen. Toch is er geen reden tot wanhoop, zeker niet wanneer we de conclusies uit het onderzoek van Jasel López bekijken. Halverwege 2019 begon hij met zijn zoektocht naar origineel schaakaanbod. In januari 2020 voerde hij de laatste gesprekken en inmiddels zijn conclusies getrokken. In dit artikel geeft hij naar aanleiding van zijn onderzoek alvast enkele mooie adviezen, voor wanneer schaken aan borden straks weer mogelijk is.
Jasel López speelt zelf bij Caïssa Amsterdam. Hij interviewde, verspreid door het land, bestuursleden van tien schaakverenigingen. Voornaamste doel: een overzicht maken van de best practices. Voornaamste les: al met kleine initiatieven kun je je leden bereiken en zorgen voor verbondenheid.
Voordeel
Jasel López: ‘De KNSB ziet al langer dat het aantal leden dat bij clubavonden verschijnt, in den lande eerder daalt dan stijgt. Tot aan de leeftijd van zestien tot achttien jaar gaat het nog wel, maar daarna neemt het ledenaantal af, totdat er bij de veertigers weer een opleving ontstaat. Ook schaakverenigingen zelf onderkennen dit, hebben daarom behoefte aan nieuwe manieren om leden te binden en proberen zelf ook nieuwe dingen uit. In het onderzoek ben ik vooral ingegaan op de vraag hoe verenigingen die verbinding dan vorm proberen te geven. Uiteindelijk heb ik diverse best-practices bij elkaar gezet waar élke vereniging, groot of klein, straks zijn voordeel mee kan doen.’
López, geboren op Aruba en woonachtig in Amsterdam, begon zijn onderzoek door te kijken naar de clubwebsites. Hoe zien die er uit, welke activiteiten staan daar al beschreven, welke spelers doen er zoal mee aan de interne en externe competitie? Bij veel verenigingen zag hij min of meer dezelfde activiteiten terugkomen, soms steeds nét in een iets andere vorm. Gaandeweg zag hij hele leuke initiatieven, die inmiddels gepubliceerd zijn op de website van de KNSB. Meer zien? Ga naar https://schaken.nl/ goede-voorbeelden
Natura
‘Eigenlijk hebben alle activiteiten die ik in mijn onderzoek noem, iets creatiefs of origineels in zich. Nieuwe activiteiten, maar ook bestaande activiteiten die nét anders worden aangeboden. Zo kent mijn eigen vereniging Caïssa een toernooi waarbij geen inschrijf
geld wordt betaald en waar geen geldprijzen worden uitgekeerd. In plaats daarvan neemt elke deelnemer een cadeau mee en legt dat vooraf op een tafel. Een fles goede wijn, een schaakboek, et cetera. Na afloop krijgt de winnaar als eerste de keuze om een cadeau mee naar huis te nemen. Uiteindelijk verlaat niemand dus met lege handen de zaal. Leuk bedacht en in mijn ogen eenvoudig over te nemen door andere verenigingen.’
Dit laatste is volgens López belangrijk. Verenigingen hoeven niet alles zélf uit te vinden: er is en er wordt al het nodige georganiseerd. Bovendien is het handig en verstandig om ook buiten de eigen vereniging te kijken naar kansen en mogelijkheden.
tacten hebben met schoolschaakleraren en
met scholen in de regio. Daar zit toch een groot deel van je nieuwe jeugdleden. Voor die kinderen worden leuke initiatieven bedacht. Schaakvereniging Spijkenisse bijvoorbeeld, die toernooien organiseert door in te spelen op feestdagen. Een Sinterklaastoernooi, een Halloweentoernooi waarbij kinderen verkleed kunnen komen, zijn daar voorbeelden van. De sfeer tijdens zo’n toernooi wordt in foto’s vastgelegd, en die foto’s worden vervolgens op Facebook gedeeld. Dit laatste helpt om potentiele nieuwe leden inzicht te geven in de sfeer op de club.’ Naast de jeugd, zijn er ook voor senioren veel mogelijkheden om de verbinding te vergroten. Zo heeft Kennemer Combinatie verschillende WhatsApp groepen aangemaakt, die op hun beurt weer gekoppeld zijn aan een extern (topschaak) gebeuren. Een groep voor de European Club Cup, Rondes bij de Meesterklasse, een Babbelapp waar elke volwassene aan mee kan doen. López: ‘Bij Kennemer bouwen ze als het ware een community die zorgt voor verbinding en versterking, zowel bij de oudere als de jongere leden.’
Online
‘Als ik het onderzoek in de huidige coronatijd had uitgevoerd, was het online-aspect natuurlijk teruggekomen. Ten tijde van mijn onderzoek had een enkele vereniging op dat vlak al stappen gezet. De behoefte was er simpelweg niet echt. Maar de mate van online-schaken heeft, ook in clubverband, een vlucht genomen en ik hoop en verwacht dat dit blijvend is. Toch sluit het één het ander zeker niet uit. Op persoonlijk vlak heeft dit onderzoek trouwens ook een meerwaarde gehad. Ik heb veel gezien en geleerd en als ik weer naar Aruba ga, zal ik de schaakclub daar zeker aanmoedigen om bepaalde initiatieven over te nemen. Te beginnen met één activiteit, kijken hoe dat gaat en van daar uit verder bouwen.’
Naast Jasel López was ook Eric van Breugel (Coördinator Breedteschaak bij de KNSB) betrokken bij het onderzoek. Vanuit zijn functie heeft hij geregeld contact met diverse schaakverenigingen, weet zodoende wat er speelt en waar behoefte aan is. Samen hebben ze de tien verenigingen geselecteerd voor de interviews.
Kritischer
Eric van Breugel: ‘Al een jaar of veertig zijn schaakverenigingen min of meer op dezelfde manier ingericht. Wat echter wél verandert, is de mens en de markt. Men wordt kritischer, er valt meer te kiezen. Als je daar als schaakvereniging niet in mee kunt of wilt gaan, merk je dat leden op een
1. WhatsApp groepen maken een Babbelapp groep maken voor zowel de volwassenen als de jeugd om een community te bouwen, een Aankondigingsgroep maken waarin alléén het bestuur mag appen over relevante clubnieuws en/of aankondigingen.
2. Schaaktoernooien organiseren voor de jeugdspelers die gelinkt zijn naar feestdagen waar de kinderen gekleed komen schaken. Bijv. Sinterklaastoernooi, Carnaval toernooi, Halloween toernooi, Pasen toernooi etc. Verder kan de schaakruimte gedecoreerd worden en de schaakvereniging kan voor pepernoten/snoepjes verzorgen voor de kinderen.
3. Een schaaktoernooi organiseren voor de volwassenen met naturaprijzen die beschikbaar gesteld worden door de deelnemers van het toernooi. Als het ware, inschrijfgeld = naturaprijs. De naturaprijs mag van alles zijn. Winnaar van het toernooi mag als eerste een naturaprijs kiezen, vervolgens subkampioen etc.
4. Rouleerschema voor de vrijwilligers/schaaktrainers van de schaakvereniging maken. Dit geeft duidelijkheid en verlicht de druk op de vrijwilligers en/of schaaktrainers. Verder biedt zo’n schema ook flexibiliteit. Plaats korte beschrijvingen op de site van de verschillende taken.
5. Een Hand & Brain schaaktoernooi organiseren bij de jeugdafdeling. Een team bestaat uit een kind en zijn ouder. De een zegt de zet, de ander voert uit. Zo’n toernooi bevordert de verbinding van de ouder met de schaakvereniging en geeft de ouders een kans om elkaar te leren kennen op een leuke manier.
6. Friendly match organiseren met een andere schaakvereniging in de regio. Het kan een jeugdmatch zijn of een match met volwassenen of beiden. Dit zorgt voor zowel afwisseling van tegenstanders als versterking van de clubleden met de eigen schaakvereniging/team.
7. Fondsen werven door een sponsorbord, waar een sponsor een jaar lang een plek op het bord mag verdienen. Handig en simpel om sponsoren de waardering te geven die zij verdienen.
gegeven moment andere keuzes gaan maken. Dus eigenlijk ontkom je er niet aan om als vereniging iets extra’s te doen, of in elk geval te kijken naar je huidige aanbod en gelijk ook afvragen hoe je daar een originele draai aan kunt geven. Er zijn verenigingen waarbij dat al lukt, zoals López in zijn onderzoek al heeft laten zien. Maar er zijn ook verenigingen waarbij het lastiger is om iemand te vinden die bepaalde zaken in gang zet.’
Uit het onderzoek van López viel het belang van een goed vrijwilligersbeleid op. Er zijn verenigingen die duidelijke taakomschrijvingen hebben gemaakt voor vrijwilligerstaken en die op hun website geplaatst. Dit maakt het laagdrempeliger voor leden om zich ergens voor aan te melden, want ze weten precies wat er van ze wordt verwacht. Tevens zijn er verenigingen die ouders nadrukkelijk betrekken bij het schaken van hun zoon of dochter.
‘We merken dat clubs die, op welke manier dan ook, er in slagen om die verbinding te bereiken zelfs kunnen groeien. Maar je zult altijd moeten zorgen dat er iemand is die de kar trekt, die initiatieven neemt, die iets uitprobeert en iets in gang zet. Uiteindelijk speelt de factor tijd en de bereidheid om
ergens in te investeren een rol. Het vinden van vrijwilligers is een proces dat niet van de ene op de andere dag lukt. Maar er zijn voorbeelden van verenigingen die als het ware bepaalde mechanismes hebben ingebouwd, waardoor het ze gelukt is om bijvoorbeeld ouders langzaamaan te betrekken bij hetgeen er gebeurt. Denk aan verenigingen die toernooien organiseren waarop ouder en kind samenspelen.’
Plezier
‘Zowel voor grote als voor kleine verenigingen, is het belangrijkste dat je luistert naar de leden en merkt waar behoefte aan is. Zeker die kleinere verenigingen, daar kennen we er bij de bond heel veel van. Dat je een kleine vereniging bent, betekent niet dat je niets kunt doen. Zo heeft elke vereniging immers een algemene ledenvergadering. Bij SG KiNG doen ze dat in de vorm van een soort pubquiz en stellen vragen aan de leden: Hoeveel geld heeft de vereniging in kas? Op hoeveel sloot de begroting dit jaar? Na afloop een snelschaaktoernooitje met een barbecue erbij, uiteindelijk is dát net zo goed waar de mensen voor komen. Je hoeft niet per se kampioen van de club te worden. Het gaat bij schaakverenigingen ook om de sfeer, om een leuke avond met elkaar. Schaken doe je voor je plezier, het is je hobby.’
voor
Naast de dramatische geschiedenis van de titelheld valt er volop te gniffelen in Fahim , waarin een norse schaakcoach in Frankrijk een spontaan schaaktalentje uit Bangladesh onder zijn hoede neemt. Deze authentieke, inspirerende speelfilm draait vanaf eind juli in de bioscoop.
Toen ik als beginnend clubschaker Loek van Wely medio jaren 80 interviewde voor een regionaal blad vroeg ik of hij een potje wilde schaken, om het gesprek wat beter op gang te krijgen. De pas 13-jarige Brabander, die zojuist Nederlands kampioen in zijn leeftijdscategorie was geworden, keek me aan of ik een grapje maakte. Diezelfde zelfverzekerde blik zie je terug in het Franse drama Fahim, dat is geïnspireerd op de turbulente geschiedenis van een nog jonger schaaktalentje uit Bangladesh dat samen met zijn vader in Parijs belandde en zou uitgroeien tot een nationale bekendheid.
We schrijven mei 2011 als in de hoofdstad Dacca een gewelddadig oproer wordt neer-
geslagen. De politie dreigt om het in eigen land beroemde schaaktalent Fahim Mohammad Alam te ontvoeren, omdat zijn vader Nura een van de demonstranten is. Aangezien het gezin, dat verder bestaat uit moeder en twee meisjes, het ook niet breed heeft, besluit vader met zijn zoon te vertrekken, hopend op een kansrijke toekomst in Frankrijk.
Na een enerverende tocht per bus, boot, vrachtwagen, op het dak van een trein, tuktuk, vliegtuig en tram komen ze aan in Parijs. Ze hebben slechts geld voor drie overnachtingen, belanden op straat en later in een asielcentrum. Het lukt Nura niet om een structurele baan te vinden, zodat kans op een verblijfsvergunning is verkeken en het duo in de illegaliteit belandt. Ondertussen ontdekken ze een gerenommeerde schaakschool en weet Fahim toptrainer Xavier Parmentier al snel te overtuigen van zijn kwaliteiten én zijn ambitie om wereldkampioen te worden.
Hij maakt kennis met de chagrijnige, afstandelijke en strenge coach, gespeeld door acteergrootheid Gérard Depardieu, die ook qua postuur lijkt op de echte Parmentier. Aanvankelijk verloopt het contact zeer moeizaam, want Fahim komt regelmatig te laat en blijkt niet op zijn mondje te zijn gevallen. Xavier onderwerpt de handvol jongens en een meisje aan een onalledaagse pedagogi-
sche methode. Fijntjes wijst hij de eigenwijze Fahim op de foto’s van wereldkampioenen aan de muur. Fisher was op zijn vijftiende wereldkampioen en Carlsen zelfs al op zijn dertiende. Bovendien is schaken geen spel, maar een oorlog tussen twee geesten. Het mag duidelijk zijn dat er uiteindelijk een mooie vriendschap tussen mentor en leerling ontstaat.
Authentiek en geloofwaardig Fahim is niet de eerste en ook niet de laatste schaakfilm waarin een coach een minderjarig talent onder zijn hoede neemt. Het allerbekendst is Searching for Bobby Fischer (1993) waarin een nog strengere schaakleraar, gespeeld door Ben Kingsley, de pas zevenjarige Josh in de voetsporen van diens grote voorbeeld wil laten treden. Ook Life of a King (2013) over kansloos geachte jongeren in Washington en The Dark Horse (2015) over een bipolaire schaakleraar in Nieuw-Zeeland die Maori-jongeren wil behoeden voor criminaliteit, zijn bijzonder inspirerend.
Het sterke punt van Fahim is de geslaagde combinatie van schaken en politiek, zonder te verzanden in saaie uiteenzettingen of overdreven sentimentaliteit. Terwijl Nura probeert te overleven in een vluchtelingenkamp wordt zijn zoon steeds bij andere ouders van zijn medeleerlingen ondergebracht, totdat alles in het honderd dreigt te lopen. Acteur Assad Ahmed speelt de titelrol met een ontwapenende oprechtheid en bovendien zijn de getoonde schaaktechnieken geloofwaardig, iets wat je vaak mist in speelfilms. De beste schaker ter wereld zou Fahim niet worden, maar wel voor velen een bron van bezieling.
Hij heeft twee ouders die allebei heel goed kunnen schaken, maar hij heeft het zichzelf aangeleerd. En zo goed dat hij al veel toernooien heeft gewonnen. Op 10 april werd hij Nederlands online kampioen in de E-categorie. Tijd voor een schaakportret van…
We Skypen, met schaakvader Herman erbij, een dag nadat Tommy aan het NK-C en NK-B online heeft meegedaan. In beide toernooien scoorde hij 3 uit 7 terwijl zijn tegenstanders minstens vier jaar ouder waren. “In B stond ik in de eerste ronde gewonnen tegen Siem van Dael. Later was het remise, maar ik deed een verkeerde pre-move en verloor mijn paard.” Toch was het leuk en heeft hij er veel van geleerd.
“Ik wilde ook bij de A meedoen, maar dat werd een beetje teveel.”
Tommy schaakt sinds zijn vijfde. “Ik leerde het via een ‘Chess app’. Daar speelde ik tegen The Monkey, die deed allemaal gekke zetten. Dan won ik, en ik begon het leuk te vinden. Later hebben mijn ouders me veel geholpen.” Tommy was ook gek op Lego, en toen zijn vader eens voor zijn verjaardag een groot Legoschaakspel met ridders kreeg, was hij helemaal verkocht.
Op zijn vierde verzon hij al kleine schaakproblemen voor zijn ouders. Een jaar later werd hij lid van WLC (Woensel Lichttoren Combinatie).
“In de interne speelde hij het Evans
Gambiet tegen een man van 87,” zegt Herman, “‘Hoe kun je dat nou doen?’ zei die man. ‘Dat speel ik mijn hele leven al.’ Tommy bleef aanvallen en won.”
Toen hij acht was nam zijn moeder Petra hem mee naar jeugdtoernooien in België, die daar ‘criteriums’ worden genoemd. In het laatste toernooi in Brugge werd hij eerste in de totaalstand en won hij 100 euro! “Daar heb ik een PlayStation van gekocht.” In dat jaar won hij ook het NK-E met 8½ uit 9, boven onder anderen Wendy Huang en Kobe Smeets. Dat leverde een ticket op voor het WK voor Kadetten in Spanje, wat hij tot nu toe het leukste toernooi vond: “Je hoorde daar overal verschillende talen, ook in de bus.” Voor school maakte hij een PowerPoint presentatie met foto’s van zijn tegenstanders en vlaggen. Zijn klasgenoten mochten raden uit welke landen ze kwamen. In deze corona-tijd speelt Tommy veel online. Het WK rapid en blitz op Kreta ging begin april helaas niet door, net als zijn kinderfeestje op 22 maart. Bij het NKE op 10 april had hij
net een nieuw account. “Daardoor werd ik lager ingedeeld en won ik een paar keer makkelijk. In de laatste partij stond ik verloren tegen Jonathan Vijver, maar gelukkig liet hij zich matzetten.” Zo werd Tommy kampioen met 6½ uit 7.
“Bij gewone toernooien is het wel leuk dat je mensen tegenkomt, maar met online spelen kun je pre-moven. De ‘echte’ rating is wel belangrijker voor de Olympische status en voor uitzendingen. Ik speel ook wel eens berserk op Lichess, dan krijg je minder tijd en geen increment. Bij winst krijg je twee punten. Ik doe het niet tegen sterkere spelers, dan moet ik te lang nadenken.” Voor De Stukkenjagers speelt hij ook veel online, ook met goede resultaten. “Maar dat werd ’s avonds een beetje laat”, zegt zijn vader.
Tommy zit in een talentgroepje georganiseerd door August de Heij. Hij wil graag profschaker worden, maar houdt ook veel van techniek.
“Met een vriendje heb ik geprobeerd een alarmsysteem in elkaar te zetten. Dat werd geen succes, maar robots bouwen lijkt me geweldig.”
Geboortedatum:
Uit:
School:
Leukste schoolvak:
Hobby’s:
Schaken geleerd van:
Club:
Wat wil je worden:
Lievelingseten:
24 februari 2010
Eindhoven
De Troubadour, groep 6 gym
Lego, voetballen (en FIFA 20), techniek, buitenspelen, Donald Duck zichzelf
WLC, ESV en De Stukkenjagers (extern) profschaker en robotbouwer
sommige pizza’s, pasta met tomatensaus, hamburger zonder broodje
In de eerste partij moest de 7-jarige Tommy tegen een ‘grote jongen’ die dik 500 Elopunten meer had. Het commentaar is van Tommy zelf!
Tommy - Saad Zubair
Jeugdclubcompetitie, 2017 -+ktr-+-tr zppzp-+p+-+nzp-sn-+ +-+-+-zpp Q+LzPP+-+ +-zP-+PvLq P+-+-zP-+ +R+-tR-mK-
18.Txb7!! Kd7
De koning slaat op de vlucht, maar het helpt niet.
Na 18...Kxb7 gaat zwart in alle
varianten mat: 19.La6+ Kb8 20.
Tb1+ Ka8 21.Dxc6, of andersom:
19...Ka8 20.Dxc6+ Kb8 21.Tb1.
18...h4 is ook te laat vanwege
19.Dxc6 Td7 20.Tb8+ Kxb8 21.
Tb1+ Kc8 22.Da8 mat. Deze variant had ik ook gezien!
19.d5 Ke8 20.Txc7! h4 21.
Dxc6+ Pd7
22.Lf1!
Heel verrassend; de zwarte dame is ingesloten!
22...hxg3 23.Lxh3
En ik won.
De volgende partij werd gespeeld in de B-groep in het Franse Bethune. Tommy werd bijna eerste! Het leverde hem een bevestiging van de talentstatus op. Hij had net daarvoor getraind op spelen met het loperpaar met vader Herman en grootmeester Jan Werle, en dat kwam er hier helemaal uit. Ook deze partij analyseerde Tommy zelf. We hebben het flink ingekort.
Tommy - Yassine Alif
Bethune 2019
Ik heb het loperpaar maar verder komen is nog een hele klus.
29.Tca3 a5 30.Td2 Ke8 31.Kb2
Td8 32.Ta1 Tac8 33.Ka3
Verdedigt pion a4 zodat de witte stukken naar betere velden kunnen.
33...Tc7 34.Tad1 Tcc8 35.Lf2
Wit gaat nu de doorbraak e4-e5 voorbereiden.
35...La8 36.Lg3 Pe6 37.e5
dxe5 38.Lxe5 Txd2 39.Txd2
Td8 40.Txd8+ Kxd8 41.Ld1
Kd7 42.Kb3 Pc5+ 43.Kc3 Ke6
44.Kd4 Kd7 45.Lg3 Lb7
Die wacht rustig af.
46.Lb8 Kc8 47.Le5 Kd7 48.Ke3
La8 49.Lc2
Hier staat de loper goed, omdat het paard naar weinig velden kan.
49...Lb7 50.f4 e6
Verhindert het vervelende f4-f5, maar nu zijn de zwarte velden verzwakt.
51.Ld4
Er dreigt nu 52.Lxc5 bxc5 53.Le4 Lc8 54.b6 met winst.
51...Kd6 52.Lf6 Lg2?
Yassine had nog maar weinig tijd hier. Later in de analyse zagen we dat zwart met 52...Kd7! de deur dicht had kunnen houden.
53.Ld8! Pd7 54.Kd4 Lh1
55.c5+
Een mooie doorbraak. Nog handiger was 55.Lxb6! Pxb6
en het pionneneindspel is simpel gewonnen.
Tommy - Maxime Venema
NK-D 2019 r+-+k+-tr +lwqnvlpzp-+-+psn-+ zpL+-zp-vLp Nzp-sN-+-+ +-+Q+P+PzPP+-+PzP +-mKR+-tR-
Tommy heeft net de stelling geopend met het pionoffer e4-e5 en gooit er nu nog een paard tegenaan:
16.Pxe6! fxe6 17.Lxf6!
Na direct 17.Dg6+? Kf8 18.Lxd7
Ld5! heeft zwart goede kansen om te verdedigen.
17...Lxf6
Of 17...gxf6 18.Dg6+ Kd8 19. Txd7+ Dxd7 20.Lxd7 Kxd7 21. Pb6+ met een vervelende paardvork tot slot. Wit wint.
-+-trk+-tr zp-tRn+p+-+Qzp-+-+ +-+P+-zp-+L+P+-zp +-zP-+PvLq P+-+-zP-+ +-+-tR-mK-
Die zwarte koning, die heeft amper ruimte. De matzet moet natuurlijk c4 worden, maar na 1.Kd3 volgt 1…Da6+ en het plan mislukt. De zwarte dame moet daarom eerst worden weggelokt: 1.Dg8+! Een dubbele aanval, zwart moet eigenlijk wel 1...Dxg8 spelen maar na 2.Kd3 is 3.c4 mat niet meer te voorkomen!
Deze keer aandacht voor het kleinste schaakstuk: de pion! Ook zij kunnen mat zetten, uiteraard, en dat levert mooie matjes op. Kijk en puzzel mee!
Na 1.e7+ Ke8 2.Ke6 e2 loopt het mis voor wit, toch?
e1D+ 4.Pe4! (dreigt Pd6/Pf6 als de dame van de e-lijn gaat, en f5-f6-f7 mat) 4…Dxe4+ (op andere zetten zoals 4...b5 volgt dus
Ke8 2.Ke6 e2
Er loopt niets mis voor wit:
hxg5 en nu de koning helemaal -opge sloten is 5.f3 mat (Anderssen, 1856)
Dxc5
Lxe5
Ook bij het tweede voorbeeld kan opvallen dat de zwarte koning maar weinig ruimte heeft. Nu werken niet alleen de witte, maar ook de zwarte pionnen - onvrijwillig - mee aan het mat: Na 1.Kc4 f5 2.g5 d5+ 3. Kc5 moet zwart 3...d4 spelen, en dan is 4.cxd4 mat! Oplossingen
Jeugd NK’s online
Helaas konden de Nederlandse jeugdkampioenschappen in Almelo, Rijswijk, Waalwijk en Maastricht niet doorgaan. Gelukkig konden er wel online jeugdkampioenschappen gehouden worden!
Op de foto zie je Nederlandse meisjeskampioen Lauri Maris (categorie D, eerder ook al C-kampioen!) in gesprek met IM Stefan Kuipers op Twitch.tv/schaakbond net nadat ze Nederlands Kampioen was geworden.
De andere kampioenen zijn: Siem van Dael (A), Alisha Warnaar (A-meisjes), Loek van der Hagen(B), Jule Cordes (B-meisjes), Kobe Smeets(C), Lauri Maris (C-meisjes) Prajit Sai Kumar (D), Tommy Grooten (E) en Luna Huang (E-meisjes).
De 32–jarige Hikaru Nakamura geldt al heel lang als een specialist in online blitz en rapid. Het was dan ook niet verbazingwekkend dat juist hij de finale haalde in het Magnus Invitational. Een finale die hij met 1,5–2,5 verloor van de initiator Magnus Carlsen. Ook in het klassieke schaak staat Nakamura zijn mannetje natuurlijk, alhoewel hij de laatste tijd is afgezakt op de wereldranglijst. Hij staat inmiddels op plaats 18 met een rating van 2736. Zijn rapid rating daarentegen is 2829 en zijn blitz rating zelfs 2900, op de respectievelijke mondiale ranglijsten betekent dat plaats 4 en plaats 1. In 2020 heeft Nakamura nog geen enkele klassieke partij gespeeld, we gaan daarom terug naar 2019 voor een belangrijke zege met zwart in het Amerikaanse kampioenschap tegen Ray Robson. Mede dankzij deze fraaie overwinning werd Nakamura Amerikaans Kampioen.
Robson - Nakamura
Saint Louis (9) 2019
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5.Pc3 g6 6.Le3 Lg7
7.f3 0–0 8.Dd2 Pc6 9.Lc4
De scherpste bestrijdingswijze van de Draak, andere belangrijke hoofdvarianten zijn 9.0–0–0 en
9.g4.
9...Ld7 10.0–0–0 Tb8
Nakamura kiest voor de zogenaamde 'Chinese Draak'. Veel gebruikelijker is 10...Tc8 11.Lb3
Pe5 of de modernere Topalov variant: 11...Pxd4 12.Lxd4 b5.
11.Lb3 Pa5 12.Lh6 Lxh6 13. Dxh6 b5
We volgen nog steeds de hoofdvariant van de Chinese Draak en eerdere witpartijen van Robson die Nakamura goed zal hebben bekeken in zijn voorbereiding.
14.Pd5
Het directe 14.h4 wordt goed beantwoord met 14...e5! 15.Pde2 b4 zoals bijvoorbeeld in l'AmiTiviakov, NK Leeuwarden 2004.
14...Pxb3+ 15.Pxb3 e5!
Zwakker is 15...Pxd5 16.exd5 Tb6 Robson-Kiewra, Saint Louis 2013,
De KNSB competitie is vanwege het coronavirus na zes ronden stilgelegd. In de meesterklasse stond Charlois Europoort boven-
zpp+n+-+p -+-+-+p+ +-+p+NwQ-+-+q+n+ +NzP-+-zPPzP-+-+-zP +-+-+RmK-
1. Wit is aan zet
-tr-+q+-+ +pzpltr-mk-+-+-+pzp zpN+Lvl-wQ-+P+-+-+ +P+-zP-zPP+-+-tR-zP +-+-+RmK-
5.
zet
-trr+-+k+ +-zpR+nzpq p+n+p+-zp +pvL-zp-+P -+-+P+N+ +-zP-+-+PzP-+QzP-+ +-+R+-mK-
6. Wit is aan zet
vanwege 17.Td4!.
16.Pxf6+ Robson won eerder een partij met 16.h4 Pxd5 17.Txd5 Tb6 Robson-Papp, Lubbock 2009. Het stellingsbeeld is vergelijkbaar, maar het is gunstiger voor wit om de zwarte dame naar de koningsvleugel te lokken - weg van zijn eigen koning op de damevleugel.
16...Dxf6 17.h4
Een typische Draakstelling met tegengestelde rokades: beide koningen staan niet veilig. Zwart heeft een achtergebleven pion op d6 en een zwak veld op d5, maar voor zwart pleit dat zijn loper sterker is dan het witte paard dat ver verwijderd is van veld d5.Hoe zou u verdergaan?
aan met twee matchpunten voor. Clubs die tegen degradatie vochten, zoals Groninger Combinatie, Sas van Gent en Caissa
r+-+-+k+ zp-wq-+pzp-+-+-+-zp +-+-+-+-+-sNl+-zP +Qtr-+-zPP+-tR-zP-+ +-+R+-mK-
-+-tr-+-+ +p+-+kzpp+p+-+-+ zP-+-+-zp-zP-+RsnP+ +-+-zpPmK-zPR+-+-+ +-+-+-+-
7. Zwart is aan zet
Amsterdam, haalden opgelucht adem. Voor komend seizoen geldt letterlijk het devies: nieuwe ronden, nieuwe kansen.
-+-+-tr-+ +pvl-+-mk-+p+-+-tR zp-+-zpP+-+-+P+N+ zPP+-+-+P -+-wq-zP-mK +-+-+-tR-
-+r+-+k+ +p+-+pzpp+-+l+-zp +-+p+-+PzPrsN-+-+ +R+-zPPwqP -wQ-+-+P+ tR-+-+-+K
In een serie over veelvoudige Nederlands Kampioenen is er maar een persoon waarmee ik kan beginnen: Max Euwe. Euwe won alle NK’s tussen 1921 en 1952 en kwam tot een totaal van 12 nationale titels. Het NK werd in die periode lang niet elk jaar gehouden en soms in match-vorm gegoten, waarin een uitdager het tegen Euwe op mocht nemen.
Euwe’s debuut in het NK was overigens verre van overtuigend. In de eerste ronde van zijn eerste NK overkwam hem het volgende.
Oskam - Euwe
NK Den Haag 1919 rsn-wqkvl-tr zppzp-+pzpp -+-+psn-+ +-+p+lvL-+PzP-+-+ +-+-zPN+PzP-+-zPPzP
tRN+QmKL+R
Na zetten als 5...Pbd7 of 5...Le7 staat er een normale stelling op het bord. De 18–jarige Max grijpt hier echter mis.
5...h6 6.Lxf6 Dxf6 7.Db3
Nu is zwart reeds in grote problemen, b7 en d5 hangen beide. Euwe probeert van de nood een deugd te maken maar dat maakt de stelling er niet beter op.
7...Pc6 8.Dxb7 Kd7 Wellicht met het idee om middels …Tb8 tegenspel te krijgen. Oskam maakt het koeltjes uit met
9.cxd5 exd5 10.Lb5 Tb8 11. Lxc6+ Dxc6 12.Pe5+ en opgegeven.
1–0
Dat Euwe hierna toch nog twaalf keer Nederlands Kampioen zou worden zullen weinig mensen op dat moment voor waarschijnlijk hebben geacht!
Het volgende NK was dat van 1921, en daar pakt Euwe al zijn
eerste titel. Na een start van 5,5 uit 6 is hij niet meer in te halen. Wie de partijen uit het toernooi naspeelt ziet dat Euwe nog met regelmaat moeite heeft om tegenstanders te overspelen maar daarentegen wel veel gehaaider is. In complicaties is hij als een vis in het water.
Olland - Euwe
NK Nijmegen 1921
daar een geweldige stelling aan over gehouden. Na
19...dxe5 is het eenvoudige
20.fxe5 voldoende voor winnend voordeel. Olland dacht eenvoudig af te kunnen wikkelen naar een gewonnen eindspel.
20.Pb6? Dxd4+ 21.Dxd4 exd4
22.Pxc8 d3!
Wint de kwaliteit terug, want wit kan de pion niet in leven laten.
23.Txd3 Lb5 24.Pxe7
24.Tfd1! Lxd3 25.Txd3 was een betere manier om in de partij te blijven. Het is niet makkelijk voor zwart om de pluspion in winst om te zetten.
24...Lxd3 25.cxd3 Pf6!
Het paard op e7 wordt in ernstige verlegenheid gebracht!
26.Tc1 Td8
Wit heeft een pion geofferd en
26...Te8! 27.Pc8 Td8 was wellicht
nog sterker.
27.Tc7 Td7 28.Txd7 Pxd7 29. Kf2?
29.Pd5 was gedwongen, al wint zwart dan met 29...Pc5 wel een pion.
29...Pb6!
Ontneemt het paard op e7 alle velden zodat …Kf8 op de volgende zet een vol stuk wint. Wit gaf niet veel later op.
0–1
Euwe boekt nu snel progressie en doet ook internationaal veel ervaring op. Zijn spel is daardoor volwassener en in Nederland is hij dan al snel oppermachtig. In het NK van 1924 laat hij Davidson een punt achter zich. Uit dat toernooi komt de volgende partij.
Euwe - Speijer
NK Amsterdam 1924
20.Tcc7!
Nog een krachtzet! Wit dreigt mat in twee en dat is nauwelijks te stoppen.
20...Dxa3 21.Txf7+ Ke8 22.
De1+
1–0
Euwe speelt eind 1926 een trainingsmatch tegen Aljechin die tot ieders verbazing (Euwe gaf zelf voor aanvang aan met een 2,5-7,5 nederlaag tevreden te zijn) pas in de laatste partij door de wereldkampioenskandidaat wordt beslist. Aljechin zou 10 maanden later Capablanca verslaan en Wereldkampioen worden. Het geeft de groeispurt aan die Euwe in die jaren ’20 doormaakt. In de jaren daarna zijn de NK’s zelden spannend. Het grote gevecht gaat meestal om plaats twee.
We maken een klein sprongetje naar 1939. Euwe heeft dan in de tussentijd de wereldtitel gewonnen (1935) en weer verloren (1937) en speelt zijn beste schaak. De volgende partij is typerend voor Euwe’s stijl.
Euwe - Landau
Match om NK-titel
Amsterdam 1939
Eén van de meest beroemde stellingen uit de NK-geschiedenis. Speijer heeft in de opening wat dingen gedaan die niet door de beugel kunnen en de afstraffing van Euwe is erg fraai.
18.Txe7! Lxf3
Of 18...Kxe7 19.La3+ Ke8
20.De1+ Pe4 21.Tc7 Td7 22.Txd7! en zwart heeft geen goede manier om terug te slaan op d7.
19.La3!!
Het is eigenlijk jammer dat 19.
De1 Dxd2 20.Dxd2 Txd2 21.La3 ook wint, maar de voortzetting van Euwe is sterker en -niet onbelangrijk- veel mooier.
19...Da6
Op het eerste gezicht een taaie verdediging. Na 19...Lxd1 20. Te3+ Dd6 21.Lxd6+ Kg8 22.Le7! wint wit een stuk omdat het mat op de onderste rij zwart er van weerhoudt op d2 te slaan.
Landau zat hier drie jaar eerder achter de witte stukken, en kon weinig potten breken.
10.e4 Lg6
Zwart kan niet op e4 nemen want dan volgt 10…Pxe4 11.
Pxe4 Lxe4 12.Lxe6!.
11.Lxe6!
Bovengenoemde partij ging verder met 11.e5 Pd5 waarna zwart weinig te vrezen heeft. De zet van Euwe weerlegt de hele variant.
11...fxe6 12.a5!
De pointe! En niet 12.Dxe6+ Le7
waarna zwart kan uitverdedigen.
12...Lxa5 13.Dxe6+ Kd8 14.e5 Te8
14...Lxc3!? is vermoedelijk een betere optie, want 15.exf6 Te8
16.Dc4 Db4! 17.Dxc3 Dxc3 18. bxc3 gxf6 was beter voor zwart in Riazantsev-Alekseenko, Sochi 2017. Toch blijft de stelling na het eenvoudige 15.bxc3! erg lastig.
15.Dh3 Lxc3 16.exf6
16.bxc3!? is waarschijnlijk sterker. Na 16...Pe4 brengt 17.Ph4! het paard op e4 in moeilijkheden. Terwijl de stelling na 16...
Pd5 17.c4 Pe7 18.d5! met geweld open gaat: 18...cxd5
19.cxd5 Pxd5 20.Td1 en zwart is in serieuze problemen.
16...Lb4
Kasparov claimt in My Great Predecessors dat wit ook na 16... Lxb2 wint, maar dat lijkt niet het geval. Na 17.Lxb2 Dxb2
18.fxg7 Db3 19.d5 Dxd5 20.Tad1
Df5 21.Dh4+ Kc8! blijft zwart in de partij. Ik kan dit hele magazine vullen met de varianten om dit te staven maar vermoedelijk is dat niet de bedoeling.
17.fxg7 Ld6 18.Pe5!
Nu komen alle lijnen richting de zwarte koning open en stort het snel in.
18...Lxe5
Ook na 18...Dc7 19.Pxg6 hxg6
20.Lg5+ Le7 21.Tae1! wint wit, omdat de g-pion niet te stuiten is: neemt zwart op g5, dan slaat wit op e8 en haalt dame op de volgende zet.
19.dxe5 Lf7 20.Td1 Ld5
In een laatste poging een blokkade op te werpen.
21.e6! Pf6
21...Lxe6 22.Dxe6! laat weer de kracht van de g-pion zien.
22.Lg5 Ke7 23.Dc3
Zwart geeft op. Het paard op f6 is niet fatsoenlijk te dekken.
1–0
In 1954 doorbreekt Jan Hein Donner de hegemonie, door overtuigend met 8 uit 11 het toernooi naar zich toe te trekken. In een ‘match om het kampioenschap van Nederland’ die het jaar erop zou volgen wint Euwe ‘bijkans onbedreigd’ met 7-3, zonder een partij te verlie-
zen. Het is zijn 12e en laatste titel. Van Donner is het bekend dat hij het bijzonder lastig vond tegen de Grand Maître aan te treden. We sluiten af met partij 6 van de match en komen erin op zet 15.
Donner - Euwe
Match om NK titel Den Haag 1955/6
Wit heeft een pion gegeven, en kan nu met 15.Lf4 in het voordeel komen.
15.f4? Dh5 16.e5 Lxh3!
Uiteraard! Overigens was 16... b4 17.exf6 bxc3 ook niet mis, met het idee 18.fxg7 Lf5 19.Db3 Te2! met de dreiging …Txg2+!.
17.exf6
Euwe geeft aan dat op 17.Lxc6 het krachtige 17...b4! 18.Lxa8 bxc3 was gekomen. Een mogelijk vervolg is dan 19.exf6 Lxf6
20.bxc3 Lf5 21.Da4 Te2 22.Lg2 Lh3 23.Lh1 Dg4 en mat is niet ver weg.
17...Lxf6 18.Pe4 Txe4!
Verhoogt de investering tot een toren. Na 18...Ld4+? 19.Txd4! zou wit op slag winnen.
19.Lxe4 Te8
Met het idee nogmaals op e4 te nemen!
20.Le3 Lf5!
Weer een belangrijke zet. Anders zou wit gewoon beter staan.
21.Dxc5
Kapitulatie. Wellicht was 21. Lxf5 Txe3 22.Df2 een betere vechtkans. Al beslist na 22...Tf3! (22...Ld4 23.Txd4 cxd4 24.Ld7 is minder duidelijk.) 23.g4 Dh3 24.Dh2 gxf5 25.Dxh3 Txh3 26. gxf5 Lxb2 de zwarte pionnenmassa op de damevleugel.
21...Txe4 22.Td2 Df3 0–1
-+-tr-mk-tr zpl+-vlpzpp -zp-+-sn-+ +-+-+-+-+-+-+-+ +P+q+N+PvL-sN-zPPzP +-tRQtR-mK-
De Commissie van Beroep doet sinds 1975 gemiddeld twee keer per seizoen uitspraak in een geschil uit de KNSB-competitie, inclusief bekerwedstrijden en de jeugdcompetitie. Net als bij de Hoge Raad is er geen beroep mogelijk, de uitspraak is bindend. Schaakmagazine sprak met drie prominente (oud) leden: Hans Bartels, Ernst Enschedé en Arthur Schuering.
De meeste clubschakers zullen waarschijnlijk nooit te maken krijgen met de Commissie van Beroep. Zeven wijze mannen – het wachten is op de eerste vrouw - die al 45 jaar uitspraak doen in geschillen uit de landelijke competitie. De commissie komt in actie als een team het niet eens is met een beslissing van de competitieleider. Sinds 1975 staat de teller op 88 uitspraken.
Oud-voorzitter Hans Bartels, die in december 2019 na 26 jaar afscheid nam van de commissie, heeft wel een verklaring voor het geringe aantal zaken. “De meeste schakers zijn sportief. Daarnaast heeft schaken vrij duidelijke spelregels. Zeker nu het gebruik van de mobiele telefoon en overmacht bij te laat arriveren inmiddels goed zijn vastgelegd. Ook onafhankelijke wedstrijdleiders hebben ervoor gezorgd dat betrekkelijk weinig zaken doorsijpelen naar de competitieleider en uiteindelijk naar de Commissie van Beroep. Deze wedstrijdleiders lossen veel potentiële conflicten op.”
Arthur Schuering, die op 16 december de voorzittershamer overnam van Bartels, en algemeen bestuurslid Ernst Enschedé beamen dit. Schuering: “Ook de invoering van dertig seconden increment per zet, heeft het aantal tijdnoodduels drastisch verminderd. Deze vormen vaak een bron van conflicten.” Enschedé: “Schaken is een intellectueel spel. De meeste spelers proberen ruzie te vermijden en spelen tegen het bord. Maar er zijn ook spelers, al is dit een minderheid, die ten koste van alles willen winnen.”
Tot 1975 loste de KNSB geschillen uit de landelijke competitie zelf op. Maar dit leidde vaak tot ellenlange discussies die het bestuur bleven achtervolgen. Schuering herinnert zich het hoofdklasseduel Desisco Watergraafsmeer - BSG uit de jaren zeventig. “Desisco wilde graag Rob Hartoch opstellen maar deze moest op het laatste moment invallen in het Nederlands team voor de Clare Benedict Cup. De competitieleider gaf Hartoch toestemming zijn partij
achteraf te spelen maar daar was BSG het niet mee eens. Dat heeft enorme discussies opgeleverd, Max Euwe, mr. Ed Spanjaard en Piet Bakker hebben deze zaak behandeld.”
Twee juristen
Zo ging de Commissie van Beroep in 1975 van start. Vanaf het begin zijn er altijd zeven leden geweest, onder wie minimaal twee juristen. “Zij zijn nodig om de uitspraak zorgvuldig op papier te zetten,” zegt Bartels, in het dagelijks leven directiesecretaris en hoofd legal and compliance bij ARAG.
Van de huidige leden hebben Schuering (voormalig raadsheer en vicepresident van het Gerechtshof Den Haag), Ernst Enschedé – bijna veertig jaar advocaat bij de kantoren Blackstone en Houthoff Buruma - en Barth Plomp een juridische achtergrond. De vier overige leden hebben ruime ervaring als arbiter en wedstrijdleider. Schuering is tussen 1995 en 2004 ook competitieleider geweest, terwijl Enschedé in 2003 en 2004 voorzitter was van de KNSB. Voor alle leden geldt dat zij enthousiaste clubschakers zijn - of waren.
Verenigingen die het niet eens zijn met een beslissing van de wedstrijdleider, kunnen bezwaar aantekenen bij de competitieleider. Mocht ook deze het protest afwijzen, dan rest de Commissie van Beroep als laatste ‘redmiddel’. Voorwaarde is wel dat het team binnen veertien dagen beroep aantekent én de cautie betaalt van honderd euro. “Een borgsom als een soort drempel tegen kansloze protesten,” zegt Schuering. “Het bedrag is bedoeld voor administratiekosten. Overigens kunnen clubs de helft of het volledige bedrag terugkijken als de commissie het protest toewijst of, ondanks de afwijzing, redelijk vindt.” Enschedé vult aan: “Dit laatste komt regelmatig voor: de commissie wijst het protest af maar begrijpt dat een team het heeft ingesteld. In dat geval hoeft de betrokken club de cautie niet, of niet in haar geheel, te betalen.”
Mogen we de Commissie van Beroep vergelijken met de Hoge Raad, het hoogste Nederlandse rechtscollege? Volgens Bartels en Enschédé wel. “Er zijn wel overeenkomsten, ook de beslissing van onze commissie is bindend.” Schuering: “In theorie kan een vereniging bij een civiele rechter in beroep gaan tegen een uitspraak van onze commissie. Maar dat is nog nooit gebeurd, wel mee gedreigd trouwens!”
Per zaak stellen altijd drie leden een
uitspraak op. Zij worden aangewezen door de voorzitter die ook zichzelf kan benoemen. “Mede om belangenverstrengeling te voorkomen zijn er zeven leden nodig,” zegt Bartels. “Iedereen is ook lid van een schaakvereniging. Het kan voorkomen dat een van de commissieleden bij een club speelt die betrokken is bij een geschil.” Schuering: “Daarin zijn we heel streng. Ook iemand die lid is van een andere vereniging in dezelfde klasse, mag een zaak niet behandelen.” Enschedé: “De voorzitter zorgt er via een roulatiesysteem voor dat alle leden aan bod komen. Al komt het regelmatig voor dat ik een seizoen geen zaak heb. (Lachend) Het is geen functie om overspannen van te raken!”
Hoe snel de commissie uitspraak doet, hangt af van de urgentie. Bartels: “In bekerwedstrijden is een snelle uitspraak doorgaans van belang. Sommige zaken zijn echter minder spoedeisend.” De oud-voorzitter herinnert zich een complexe zaak uit 19881989, waarin de commissie tweemaal uitspraak moest doen. “Koningsclub Bergen had zich plotseling teruggetrokken uit de 1e klasse. Nu was de vraag welke beste nummer twee uit de 2e klasse ook mocht promoveren, de toenmalige reglementen voorzagen daar niet in.”
“Voor promotie kwamen DSC en Weenink in aanmerking, waarbij in eerste instantie de keuze viel op DSC. Maar de commissie was vergeten om Weenink te horen. Toen deze club ons daarop wees, hebben we besloten drie nieuwe leden de zaak opnieuw te laten behandelen. We hebben zelfs een hoorzitting gehouden in Utrecht, iets dat zelden gebeurt.”
Ook Enschedé kan zich deze zaak goed herinneren. “Ik heb deze zaak voorgelegd aan de jonge, veelbelovende advocaat Maurits Barendrecht van mijn voormalige advocatenkantoor. Mijn vraag aan hem was: gaan we bij een gewone rechter onderuit omdat we een belanghebbende partij niet hebben gehoord? Het antwoord was ja! Door deze onafhankelijke mening hebben we besloten om met drie andere commissieleden deze zaak over te doen.”
Aldus geschiedde. Maar hoe laat je de beste nummer twee promoveren als clubs een ongelijk aantal wedstrijden hebben gespeeld? Bartels: “Na lang beraad hebben we besloten dat de club met de hoogste TPR zou promoveren, zonder dat we wisten wie dat was. Dat hebben de competitieleider en ratingcommissaris later uitgerekend.”
De behandeling gebeurt vrijwel uitsluitend via de e-mail en telefonisch. “We zitten nooit bij elkaar, dat heeft geen meerwaarde,” zegt Schuering. “Wel komt het af en toe voor dat we getuigen horen. Zo hebben wij in het seizoen 2007-2008 zes getuigen gehoord van een incident tijdens de De Pion-Veenendaal, 3e klasse H. Dat hebben we toen verdeeld over de commissieleden. Van elk telefoongesprek is een intern verslag gemaakt. Op deze verslagen hebben we uiteindelijk de uitspraak gebaseerd.”
Het drietal is vol lof over Koos Stolk van het Bondsbureau. “Koos fungeert al jaren als een soort secretaris,” zegt Enschedé. “Hij zorgt ervoor dat wij per e-mail alle relevante bewijsstukken en correspondentie ontvangen. Dat zijn het wedstrijdformulier maar ook getuigenverklaringen, e-mails en wedstrijdverslagen. Ook publiceert hij onze uitspraken op internet.”
De Commissie van Beroep is tot nu toe een exclusieve mannenaangelegenheid. Het drietal zou vrouwelijke leden dan ook toejuichen. Schuering: “Het probleem is echter dat er niet zoveel vrouwelijke arbiters zijn of vrouwelijke juristen die ook schaken.”
Verder vinden de gesprekspartners het belangrijk om te verjongen. ”We hebben een redelijk oude commissie,” zegt Enschedé. “Zelf ben ik 81 en vind het tijd om binnen afzienbare tijd afscheid te nemen. Ervaring is natuurlijk een voordeel maar het is ook belangrijk om jongeren een kans te geven.”
Met de coronacrisis is het werk op het KNSB bondsbureau verdubbeld. De kalender stond vol evenementen en veel clubs vragen om advies over alternatieven. De bureaumedewerkers helpen verenigingen met het opzetten van een online competitie. Voor de jongste jeugd organiseren ze toernooien op Schaakmatties, de ouderen spelen op Chess.com.
Groeispurt Schaakmatties
Dé online jeugdschaakclub voor zes- tot twaalfjarigen groeit flink. Op Schaakmatties.nl houden ze de stand bij. Eric van Breugel van het bondsbureau: ‘We schatten in dat er wel veertigduizend kinderen schaakles op school krijgen, dus we verwachtten groei. Maar sinds de coronacrisis krijgen we vijf keer zoveel aanvragen: zo’n 250 nieuwe Schaakmatties per week!’
Voor het uitbreiden van Schaakmatties - het streven is dat het eind 2020, achtduizend jeugdleden heeft - krijgt de KNSB tijdelijk hulp van Sanne Krist van Techonomy. Ze maakt een nieuwsbrief, beheert de website en zoekt partijen om mee samen te werken en het platform te promoten.
‘Nu Schaakmatties groter wordt, is het belangrijk om verder te automatiseren’, vindt Van Breugel. ‘Zo willen we dat je meteen kunt spelen, nadat je je hebt aangemeld. Nu moeten wij nog veel handwerk doen bij het aanmaken van de accounts. Verder plannen we veel verschillende toernooien in, we zetten ze klaar en daarna starten ze automatisch.’
Van Breugel: ‘We organiseren als KNSB vier toernooien per dag. Om elf en drie uur voor Schaakmatties die via een school lid zijn en beginners. Een potje duurt tien minuten. Daarna krijgt iedereen een nieuwe tegenstander. Om één en vijf uur zijn de clubtoernooien. Het speeltempo is vijf minuten per persoon per partij. Een toernooi duurt maximaal anderhalf uur, maar is meestal na een uur klaar. De avonden houden we vrij voor verenigingen die eigen toernooien willen organiseren.’
Van Breugel: ‘Elke week is er ook een toernooi voor specifieke doelgroepen, teams bijvoorbeeld. Dat is meestal op vrijdagmiddag, van half vier tot vijf uur. Het is helaas nog niet mogelijk om met viertallen tegen elkaar te spelen, dat kan in Schaakmatties alleen bij partijen met een bedenktijd vanaf drie dagen per zet. Wij spelen vijf ronden van vijf minuten plus vijf seconden per zet. Het is een individueel Zwitsers toernooi en we berekenen de teamscores achteraf. Daarvoor nemen we de beste vier resultaten van club- of schoolgenoten.’
‘Dit is wel wat werk voor ons, we houden bij welke spelers voor welk team spelen, dat gaat handmatig. Een voordeel is dat het niet uitmaakt met hoeveel spelers je bent. Ben je met z’n achten dan zet je twee keer een teamresultaat neer. Bij de teamtoernooien, zoals het NK Viertallen voor jeugdclubteams tot en met twaalf jaar samen met teams uit het basisonderwijs, spelen we met kwalificatieweken en een finale. Teams die zich niet plaatsen, kunnen het de volgende week nog eens proberen.’
Van Breugel: ‘Met vier Schaakmatties van dezelfde school vorm je een team. Maar lukt dit niet, dan kun je toch individueel meedoen in de voorrondes. Je kunt elke dag spelen om je te verbeteren, je beste score in de week telt. We zien zo’n 250 deelnemers per week, een mooi aantal. Op schaken.nl vind je verslagen van alle toernooien en de partijen want die worden automatisch opgeslagen. ’
Persoonlijke NKs met live commentaar
Ook de individuele kampioenschappen tot en met tien en twaalf jaar (E en D) werden online met Schaakmatties gespeeld. Het speeltempo was vijf minuten plus vijf seconden per zet, wel wat sneller dan de gewoonlijke ‘bordschaak’ toernooien. Topschakers zoals Jan Werle, Max Warmerdam en de Chess Queens Anne Haast en Tea Lanchava gaven commentaar op de partijen via Twitch.tv/schaakbond. Deelnemers werden als echte sterren geïnterviewd! Dit trok veel toeschouwers, die tijdens de uitzending vragen konden stellen. Zo kregen deze jeugdtoernooien (veel) meer aandacht dan voorheen.
Het NK ABC Online, voor de oudere jeugd, werd op Chess.com gespeeld. Iozefina en Jan Werle, Rosa Ratsma en Robert Ris gaven commentaar bij het toernooi tot en met veertien jaar. Bij het B-toernooi kwamen Yannic Husers, Tea Lanchava, Zhaoqin Peng en Maaike Keetman in de uitzending bij regisseur Stefan Kuipers. Bij het A-toernooi deden Max Warmerdam, Robby Kevlishvili en Erwin L'Ami verslag.
Eruit gegooid
De grootste frustratie van online schakers? Verbindingsproblemen! Zo zit je lekker te schaken, zo word je ‘eruit gegooid’: weg is de verbinding. Je kunt niet meer zetten en verliest de partij. Soms lig je zelfs uit het toernooi als het je niet lukt om voor de volgende ronde weer verbinding met de server te krijgen.
Van Breugel: ‘Alle live streaming platforms kampen hiermee. Ze kregen ineens zoveel meer leden en konden niet snel genoeg opschalen. In het oude normaal moest je je flink misdragen om de schaakzaal uit gegooid te worden, nu kan dit zomaar door een computer gebeuren. Het is heel zuur om zo een partij te verliezen, maar het gebeurt gelukkig maar in een paar procent van de gevallen. Wil je aan de officiële toernooien meedoen, dan kan dat het best met je PC (in de browser – de app geeft veel problemen) en een vaste verbinding, in plaats van wifi. ’
‘We krijgen veel vragen over valsspelers’, zegt Van Breugel. ‘Wereldwijd worden er elke maand wel een paar spelers betrapt op fraude – ook Nederlanders! Ze zetten computers in of sterkere schakers om onder hun
naam te spelen. Als wij zoiets vermoeden, dan nemen we daarover contact op met het platform, Chess.com heeft bijvoorbeeld een fraudeafdeling. Bij Schaakmatties spelen we voor de fun, niet om grote geldprijzen. Maar ook hier is de verleiding groot... We doen een beroep op iedereen om zo eerlijk mogelijk te spelen. Het gebruik van schaakengines ontdekken we vaak maar het is bij deze online toernooien natuurlijk moeilijker om voorzeggende ouders of trainers te betrappen.’
De externe competities zijn abrupt gestopt, maar veel verenigingen bieden hun leden een online clubavond aan, op Chess.com of Lichess bijvoorbeeld. Ook hier frustratie door technische problemen, maar ook gezelligheid (de chatfunctie) en nieuwe mogelijkheden. Zo kunnen leden die verder van het clublokaal wonen – in het buitenland bijvoorbeeld - ineens weer meespelen.
Dag en nacht wereldwijd online schaken tegen wie dan ook, kon natuurlijk voor de coronacrisis al. Maar schaken tegen bekenden, clubgenoten, Nederlanders (zoals bij Schaakmatties wat gebruik maakt van het Amerikaanse platform chesskids maar een aparte club voor de Nederlandse kinderen heeft) is net wat anders. Een alternatief, al willen sommigen er beslist niet aan: ‘Teveel gedoe en te afstandelijk!’ Hopelijk kunnen we snel ook weer samenkomen voor bordschaak, maar deze nieuwe vorm van online schaak blijft vast bestaan.
In vorige afleveringen van deze serie zijn al diverse varianten van het Siciliaans aan bod gekomen. Zo zijn bijvoorbeeld de Najdorf-, de Scheveninger- en de Drakenvariant besproken. Ik heb daarvoor gekozen omdat ze door de wereldtop gespeeld worden en als de beste spelers ter wereld dat doen, krijgt dat meestal navolging. Maar eigenlijk hoort het zogenaamde Klassiek Siciliaans hier ook bij. Zwart ontwikkelt zijn paarden naar de natuurlijke velden en speelt dan …d7-d6. Er zijn twee stereotiepe antwoorden hierop voor wit: 6. Lc4 (dat bekend staat als de Sozinvariant en zo u wilt de Velimirovic-aanval) en 6. Lg5, de Richter Rauzer variant die we hier onder de aandacht brengen.
1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5.Pc3 d6 6.Lg5
-+nzp-sn-+
niet om de dubbelpion op f6 (die kan ontstaan als wit daar ruilt) en hij ontwikkelt zijn damevleugelstukken zo snel mogelijk.
7.Dd2 a6
Hier heeft 7...Db6 de voorkeur van de grote specialist van het zwarte systeem, de Kroaat Zdenko Kozul.
8.0–0–0 Ld7 9.f4 b5
Beide spelers hebben logische zetten gespeeld en wit komt nu met een principiële beslissing: hij ruilt een loper voor een paard.
10.Lxf6 gxf6
Zwart moet de dubbelpion toelaten omdat op 10...Dxf6 11.e5! sterk is. Na 11… dxe5 12.Pdxb5 Dd8 13.Pd6+ Lxd6 14.Dxd6 exf4 15.Pe4 heeft wit een sterk initiatief.
11.Kb1
En hier kan de strijd beginnen. Om een idee te krijgen over de plannen en ideeën kijken we even naar het volgende schematische diagram:
plaats. Als hij kort rokeert, krijgt hij een aanval op zijn dak. Als hij lang rokeert, zoekt wit hem op de damevleugel op. In het centrum staat hij relatief het veiligst, maar als wit met de thematische actie f4–f5 eventueel gevolgd door f5xe6 en/of e4–e5 de beschermende laag rondom de koning weet aan te tasten, zal hij het daar ook heet onder de voeten krijgen.
• Het zwarte loperpaar
In ruil voor de dubbelpion heeft zwart het loperpaar in handen gekregen waarbij vooral de zwartveldige loper een toekomst moet krijgen:
o de diagonaal h6–c1
o de loper omspelen (via f8–e7–d8–b6) naar de diagonaal a7–g1
o na een eventueel f4–f5 zou de loper op veld e5 geweldig staan!
• De rol van ongelijke lopers Na een eventueel ...e6–e5 en Pc3–d5 zal zwart dat paard moeten ruilen met zijn goede loper ...Lxd5. Er ontstaat dan een stelling met ongelijke lopers.
• Het zwarte pionnencentrum
Met deze loperzet, die de Richter Rauzer variant karakteriseert, ontwikkelt wit op een zo agressief mogelijke manier waarbij hij meteen 'druk' zet op de zwarte stelling.
6...e6
Dit is de meest normale voortzetting. Zwart vermijdt vooralsnog de dubbelpion op f6 (na Lxf6) en bereidt verder de ontwikkeling van zijn koningsvleugel voor.
Een andere, typische speelwijze is 6...Ld7. Zwart bekommert zich
• De positie van de koningen Wit zal in de meeste gevallen met 0–0–0 zijn koning opbergen op de damevleugel. De zwarte koning daarentegen heeft in principe geen veilige schuil-
Het massieve pionnencentrum van zwart kan een factor van belang worden, naarmate de partij vordert.
We komen hierbij op een belangrijk punt: zwart zal in de meeste gevallen heel graag de dames willen ruilen. De reden is eenvoudig. Hij heeft dan weinig meer te duchten van aanvallen op zijn koning en dan mag hij proberen zijn mooie centrum in combinatie met het loperpaar tot gelding te brengen. Het tegenovergestelde geldt dan dus ook: wit zal proberen de dames
op het bord te houden en pogingen doen om de zwarte koning te bestoken. De karakteristieke actie voor wit is:
1.f4–f5
Zo krijgt wit de mogelijkheid om met f5xe6 de zwarte koning te belagen. Zetten als Dh5 of Lh5 komen in de stelling. Verder gaat de f-lijn open zodat een toren op f1 ook kan ingrijpen. Zwart zal in principe de pion op e6 willen handhaven omdat hij anders veld d5 moet inleveren. Wit op zijn beurt zal de druk op e6 willen opvoeren. Soms zien we dat wit met g2–g3 en Lf1–h3 te samen met een paard op d4 of f4 druk weet te zetten op e6. Mocht zwart zich genoodzaakt zien tot ...e6–e5 dan krijgen we een nieuwe situatie.
1...e6–e5
Zwart heeft veld d5 verzwakt en nu barst de strijd om het bezit van veld d5 los. Als wit de witveldige lopers kan ruilen, krijgt wit een goed paard tegen een slechte loper. Zwart op zijn beurt zal dat niet graag toelaten en met ...b5–b4 kan hij het witte paard van c3 verdrijven om vervolgens te proberen met ...d6–d5 zijn zwakte op te lossen.
Aan de hand van deze informatie kunnen we proberen onderstaande opgave op te lossen. Deze stelling staat afgedrukt in het heel aardige boekje van Hort en Jansa, getiteld: 230 stellingen uit de grootmeesterpraktijk in de serie 'leer goed schaken, deel 11'. De vragen die hier (met zwart aan zet) gesteld worden zijn:
A) De zwarte stelling is: a. iets beter; b. iets slechter
B) Hoe moet zwart spelen?
r+lwqkvl-tr zpp+-zppzpp
+-+-+-vL-+-sNP+-+ +-sN-+-+PzPP+-zPPzP tR-+QmKL+R
-+-+-+-+ +-+-+p+p p+-zppzp-+ +p+-+-+-+-+PzP-+ +-+-+-+PzPP+-+PzP +-+-+-+-
16...Lf8!
Jansa geeft als verklaring voor deze briljante zet het volgende: “in dergelijke stellingen, die gewoonlijk uit het Siciliaans voorkomen, is de afwezigheid der dames gunstig voor zwart. In ons voorbeeld moet zwart het probleem oplossen, hoe zijn centrumpion-nen en in het bijzonder pion e6 te verdedigen. Als hij die opspeelt worden zijn witte velden d5 en soms ook f5 onherstelbaar zwak. Zwart heeft een typische manoeuvre tot zijn beschikking, waardoor de koning een sterk stuk wordt. Wie de zet 1... Lf8 gevonden heeft, is diep genoeg in de geheimen van deze stelling doorgedrongen en krijgt daar 3 punten voor.”
17.Lc4 Ke7
Conform het plan. De koning neemt de taak van verdediger op zich om de pionnen keurig in het gelid te houden. Daarna gaat hij proberen zijn loperpaar en zijn sterke pionnencentrum te benutten.
18.Ke2?!
Beter was vermoedelijk om het zwarte paard van het bord te halen met 18.Pxc6+ Lxc6 en dan zou zwart verder gaan met 19. The1 Lh6+ 20.Kd3 Thc8 met een langdurig voordeel voor het komende eindspel.
18...Lh6
Hier verdient meteen 18...Pe5 de voorkeur.
19.The1 Pe5! 20.Pxe5 fxe5 21.fxe6 fxe6 22.Pf3
Het zwarte pionnencentrum kan een machtig wapen worden. Zwart slaagde er later in het punt binnen te halen.
Hoe belangrijk het is om de dames op het bord te houden, wordt getoond in de volgende mooie partij van een van onze jongste grootmeesters, Benjamin Bok.
Bok - Soumya, 2010
Met zijn laatste zet 15. Dd4-d3 heeft wit de dames op het bord gehouden.
15...0–0–0 16.Thf1 Kb8 17. Dh3!
Bok speelt zeer planmatig. De bedoeling is om druk te zetten op e6.
17...b5 18.f5 De5
Een ogenschijnlijk mooi veld voor zwart, maar dat de dame hier niet veilig staat, zullen we weldra zien.
19.Tde1 Lf8 20.Dh4!
Op het eerste gezicht een raadselachtige zet, maar er zit een interessante gedachte achter. Om te beginnen dreigt er fxe6 en Dxf6.
20...Lg7 21.Pd5!
21...Lc8
Het paard is taboe omdat na 21... exd5 22.exd5 de dame opgesloten zit.
22.Df2!
Weer een sterke zet: de dame richt zich op de kwetsbare damevleugel. Ondertussen blijft zij veld d4 in de gaten houden.
22...Lb7 23.Pf4!
De bekroning van wits strategie. Niet alleen wordt pion e6 nogmaals aangevallen, er dreigt vooral Pf4–d3 waarna de dame ‘in de knip’ zit.
23...exf5
Staat gelijk aan strategische capitulatie, maar er was geen zinnig alternatief. Het hebberige 23... Lxe4? faalt op 24.Pd3 Dxf5
25.Db6+ Ka8 26.Txf5 en op 23... The8 volgt 24.Pd3.
24.Pd3 De8 25.Dxf5 Dd7 26.
Df2
Wit heeft de witte velden veroverd, maar hij houdt de dames op het bord om ook de zwarte koning te kunnen bestoken. Wit zou een gunstig eindspel krijgen na 26.Ld5 Dxf5 27.Txf5.
26...Tde8 27.Ld5 -mk-+r+-tr +l+q+pvlp+-zp-zp-+ +p+L+-+p -+-+P+-+ +-+N+-+PzPP+-wQPzP +K+-tRR+-
27...Dc7
Slaan op d5 was ook geen oplossing. Bijvoorbeeld: 27...Lxd5
28.exd5 Kb7 29.Pb4 Dc7 30.Pc6 Db6 31.Dg3 en wit wint.
28.Dg3 Thg8 29.Df3 h4 30. Dh5 Te7 31.Dh7 Dd8 32.Dxh4
De eerste tastbare resultaten van wits strategie: pion h4 is in witte handen gevallen.
32...Lh8 33.Lxb7 Kxb7 34. Dh5!
Wederom terug naar de witte velden.
34...Tg5 35.Df3 Kb8 36.Pb4!
Nu mengt het paard zich eindelijk in het strijdgewoel.
36...De8
Er is geen redden meer aan. Ook na 36...Dc8 wint wit met 37.e5.
37.e5!
Sterk gezien. De zwakke zwarte koningsstelling maakt zich nu voelbaar. Er waren overigens meerdere manieren om de partij te beslissen.
Ook niet misselijk is bijvoorbeeld: 37.h4 Tge5 38.Df2 Tb7 39.Pxa6+ Ka8 40.Dd2 en de bouwval stort definitief ineen.
37...Texe5 38.Pc6+ Kc7 39.Pxe5 fxe5
40.De3!
Een mooie slotzet waarna zwart de pijp aan Maarten gaf.
1–0
Illustratieve partijen:
• Cucka – Jansa, 1960
• Bok - Soumya, 2010
• Benjamin – Kozul, 1997
Geraadpleegde bronnen:
• Chess explained: The Classical Sicilian van Alex Yermolinsky
• 230 stellingen uit de grootmeesterpraktijk in de serie 'leer goed schaken, deel 11' van Hort en Jansa.
Eerdere afleveringen van deze rubriek, waarbij u de illustratieve partijen interactief kunt naspelen en downloaden, treft u aan op http://www.schaaksite. nl/2013/05/03/overzicht-begrijpwat-u-doet/
Reageren? Stuur een e-mail naar hgrooten@xs4all.nl (of via www.sterkspel.nl)
Schakers die de vorige eeuw nog hebben meegemaakt herinneren zich misschien het boek Understanding the Grünfeld van de Schotse (toen nog geen) grootmeester Jonathan Rowson, dat in 1998 verscheen. Binnen de ook destijds al overweldigende stortvloed aan openingsliteratuur viel dit boek op door zijn hoge niveau, zijn originaliteit en diepgang, zijn leesbaarheid, maar vooral door de zeer persoonlijke inbreng van de auteur. Rowson liet zijn lezers niet zozeer lezen, maar meebeleven hoe hij deze opening zowel praktisch als theoretisch onder de knie probeerde te krijgen. Nu, ruim twintig jaar later, verrast hij ons opnieuw met een boek waar ik precies dezelfde kwalificaties voor zou kunnen gebruiken: De juiste zet, Nederlandse vertaling van The moves that matter. Alleen al het feit dat dit boek een Nederlandse uitgever gevonden heeft is veelzeggend. Rowson is in de tussenliggende twintig jaar niet alleen een sterke grootmeester, maar vooral een gelauwerde en in brede kring bekende wetenschapper geworden, die zich intensief bezig houdt met actuele maatschappelijke kwesties als klimaatverandering en educatie. Dat klinkt in eerste instantie nogal vaag, maar als je leest dat hij verschillende organisaties heeft opgezet die “op allerlei manieren proberen om ingewikkelde problemen in de wereld beter te laten aansluiten op het innerlijk leven van de mens” wordt zijn insteek al duidelijker. Rowsons uitgesproken doelstelling is: hoe maak ik van mezelf een beter mens en van de wereld een betere plek? Zijn visie op de mens en op de samenleving is daarbij van een indrukwekkende alomvattendheid en wel verre van zich op het theoretisch-wetenschappelijke vlak te hou den richt hij zich juist op de pragmatische kant. En zoals hij dat vroeger deed met het schaken gooit hij nu al zijn niet geringe intellectuele kracht en spirituele inzicht in de strijd om ons hierover een zeer persoon lijk verhaal te vertellen.
Toen ik het boek begon te lezen had ik aanvankelijk de indruk dat dit een (voor mij) nogal taaie, wetenschappelijke mate rie ging worden, meer inspannend dan boeiend. Maar al gauw ontdekte ik dat niets minder waar is. Het is een sterk auto biografisch werk, waarin hij buitengewoon openhartig op zijn eigen leven terugkijkt met een prominente (maar niet exclusieve) plaats voor de betekenis die het schaken daarin heeft gehad. De titel van het boek
had ook Understanding Jonathan Rowson kunnen zijn en dan bedoel ik niet dat hij egocentrisch schrijft, maar dat hij in alle eerlijkheid zijn persoonlijke worstelingen tegen het licht houdt en daar conclusies uit trekt.
Ingekleed in breed georiënteerde beschouwingen (filosofisch, psychologisch, spiritueel, maar ook sociaal, politiek en economisch) vertelt hij het verhaal van hoe hij eerst schaker werd en het vervolgens weer ‘ontwerd’. Dat hij zo uitgebreid reflecteert op met name het loslaten van het schaken is naar mijn weten tamelijk uniek en als ik even onbescheiden mag zijn is mijn eigen Zwart op wit misschien wel het enige andere boek dat in deze categorie valt. Met grote zorgvuldigheid – en met veel compassie – probeert hij onder woorden te brengen wat het schaken hem gegeven heeft (veel) én hoeveel pijn en moeite het hem heeft gekost om er weer afscheid van te nemen. Dit laatste niet als een nederlaag, niet als overgang naar iets wat belangrijker zou zijn (werk, gezin), maar als een natuurlijk proces, net zoals geboorte en dood natuurlijke processen zijn.
Dat hij zijn levensverhaal inkleedt met misschien hier en daar iets al te enthousiaste betogen over “wat schaken ons leert over het leven” is waarschijnlijk de reden dat hij een uitgever heeft weten te vinden, maar dit hoeft de zuiver in het schaken geïnteresseerde niet af te schrikken. Hij doet trouwens over dit onderwerp enkele zeer rake observaties, zoals dat schaken je – als het goed is – van een passieve ontvanger
van informatie in een actieve, want vragen stellende, leerling verandert. Wat wil je in het onderwijs nog meer?
Het boek is dan ook ongetwijfeld interessant voor een zeer brede lezerskring, maar voor schakers is het meer dan dat. Het is indringend, omdat het zo door en door herkenbaar is. Mits … je het voor één keer even niet over Pe5xf7, maar over het leven wil hebben.
Tot slot nog even over de vertaling. Wybrand Scheffer schaakt ongetwijfeld zelf ook, want het schaaktechnisch Nederlands klinkt op vrijwel alle plaatsen volkomen natuurlijk en dat geldt ook voor de rest van de tekst. Een prachtig boek!
Titel: De Juiste zet
Ondertitel:
Wat schaken je leert over het leven
Auteur: Jonathan Rowson
Uitgeverij: Atlas Contact
Vertaald uit het Engels door Wybrand Scheffer
Oorspronkelijke titel: The moves that matter: a chess grandmaster on the game of life (2019)
Alexander Münninghoff vertelde graag dat hij door geschaakt te hebben met musicus Géza Frid één handdruk van Leonid Tolstoi was verwijderd. Wij waren via Alexander één handdruk verwijderd van vele groten uit de schaakwereld én de echte wereld.
In zijn gelauwerde boek De Stamhouder lezen we de krankzinnige levensgeschiedenis van deze eminente schaakliefhebber. Opgroeiend in een liefdeloos gezin met zijn getraumatiseerde vader, die in de Tweede Wereldoorlog voor de Waffen-SS had gevochten, en diens tweede vrouw Mimousse, vond Alexander troost in het schaakspel. Hij leerde de regels van Puck Baudet, de moeder van een vriendje. Zij had als kind nog op de schoot van Emanuel Lasker gezeten. Ze was de dochter van Han Baudet, de overgrootvader van Thierry.
“Schaken was mijn reddingsboei”, zei Münninghoff, die ook een grote fascinatie voor Rusland ontwikkelde. In 1964 ging hij in Leiden Slavische Taal- en Letterkunde studeren. Op zijn kamer zong hij uit volle borst Russische liedjes – iets wat hij zijn leven lang bleef doen – en trok daarmee de aandacht van zijn latere vrouw Ellen, die naast hem woonde.
Na een kort baantje bij de Militaire Inlichtingen Dienst rolde Alexander de journalistiek in. Bij het Leidsch Dagblad schreef hij over de dissidentenbeweging in de SovjetUnie. In 1970, tijdens de vierkamp met Botwinnik, Spassky, Larsen en Donner in Oegstgeest, fungeerde Alexander als chauffeur voor de twee Sovjets en ving zo wel eens iets interessants op, zoals hij vertelt in de biografie Hein Donner (1994, onlangs door New In Chess in het Engels uitgebracht). Met Spassky raakte hij bevriend. Ze gingen vaak samen tennissen.
Vanaf 1972 schreef Münninghoff onder meer 21 afleveringen van een rubriek getiteld ‘Schaken in de Sovjetpers’ voor Wim Andriessen’s fameuze blad Schaakbulletin Hij kaartte zaken aan die eigenlijk achter het IJzeren Gordijn verborgen moesten blijven. In 1976 schreef hij een uitgebreide biografie van Max Euwe, die in 2001 in het Engels werd uitgebracht. In Schaakbulletin 151 (1980)
klaagde hij over de slechte vertaling van die biografie naar het Russisch door Valeri Murakveri – zijn voorganger als Sovjetschaakspecialist bij Schaakbulletin! –, en uitte hij ook felle kritiek op de ‘verpolitisering’ van het schaakblad 64. Daar ging weer een visum voor Rusland. Ter afsluiting van de Schaakbulletin -periode stelde Münninghoff een fraaie compilatie samen getiteld Hartversterkende Schimpscheuten In 1984 schreef hij voor het allereerste nummer van New In Chess een reportage over een mislukte poging tot een interview met Garry Kasparov in Bakoe. De Gogoleske ontknoping maakte dit verhaal beter dan elk interview geweest had kunnen zijn.
Münninghoff ontplooide in de loop der jaren allerlei journalistieke activiteiten. Voor de Haagsche Courant maakte hij oorlogsreportages in Irak, Cambodja, El Salvador. Toen een grote dronken Indiaan in een Salvadoriaanse bar een zilveren pistool tegen zijn slaap zette was hij even van de wereld. “Ik weet niet meer hoe dat afliep”, zei hij eind 2014 in een marathon-interview met de VPRO.
Van 1985 tot 1991 was hij correspondent in Rusland. In 1988 had hij een wereldprimeur met het bericht dat de USSR eenzijdig zijn troepen en SS20-raketten terugtrok. Hij trok op met Boris Jeltsin tijdens diens verkiezingscampagne. Münninghoff was kritisch over Gorbatsjov’s perestroika en vertelde me eens dat hij kon begrijpen dat Poetin zich door het Westen bedrogen voelde omdat het tegen de afspraken in de NAVO bleef uitbreiden. Correspondenten in het buitenland laten ons met andere ogen naar onszelf kijken.
Toch was Münninghoff in Moskou ook een ‘luis in de pels’ die misstanden aankaartte. Uiteindelijk ‘luisde de KGB hem erin’: iemand troonde hem onder valse voorwendselen mee naar een verboden militair terrein op het eiland Kronstadt bij Sint Petersburg. Hij werd teruggehaald naar Nederland. Later
dat jaar publiceerde hij het boek Tropenjaren in Moskou
Münninghoff bleef een groot schaakliefhebber met vele vrienden in het wereldje. Met Lex Jongsma maakte hij in 1998 het boek 50 Jaar Hoogovens, dat bulkt van de smakelijke verhalen. Volgens mijn telling is hij 57 keer bij dat toernooi geweest. Eenmaal was hij tot zijn grote frustratie verhinderd door een verkeerde afspraak. In 2002 leverde hij voor zijn club DD een heel speciaal werkje af: het fraai uitgegeven Donner, Euwe, Prins. Koning, keizer, prins. 1950-1951, over Donner’s matches tegen Euwe (1950) en Prins (1951).
Zijn rating kwam nooit ver boven de 2000 uit, maar zijn enthousiasme was op 2700+ niveau. Bij simultaans (vaak bij het Torentje) remiseerde hij met Bobotsov, Ivkov, Kavalek, Larsen en Karpov, en won hij van Ljubojevic, Jeroen Piket en Euwe, en in december 2018 nog van Van der Wiel.
In 1997 kwam ik bij het Nederlands Journalistenkampioenschap in Wijk aan Zee, en het voelde als een warm bad. De erudiete
en aanstekelijke levensgenieter Alexander gaf je het gevoel dat hij je meer kon vertellen over alles waarin je geïnteresseerd was – met autoriteit maar zonder arrogantie. “Opscheppen deed hij nooit”, zei collegaschrijver Michel Krielaars op zijn begrafenis. Ellen en hij hebben twee zoons: Michiel en Maurits, en een geadopteerde dochter, Tessa. Ze verloren ook drie zoons: Sebastiaan (1977), Valentijn (1979) en Floris (1988), allen in hun eerste levensjaar. Het is een wonder dat Alexander ondanks al die tragiek toch zo’n prachtmens was. Ellen stimuleerde en ondersteunde hem altijd.
Tijdens al die drankovergoten analyse- en vluggersessies in Wijk aan Zee kon ‘Sasha’ ons doen schreien van het lachen. Bij zijn laatste optreden in 2019 speelde hij, bijna 75, weer eens geweldig, “alsof ik op een argonautenschip met gouden zeilen door een magische wind werd voortgedreven”, zo schreef hij op de DD-website. In een snelschaakvierkamp
17...Tb6
Dit is een uitstekende zet die we in de genoemde partijen van Robson ook al tegenkwamen. Zwart verdedigt zijn zwakke pion waardoor zijn dame weer bewegingsvrijheid krijgt. Bovendien kan de toren later makkelijk naar de c-lijn (eventueel de a-lijn) switchen om te verdubbelen of zelfs te tripleren.
De logische zet 17...Tfc8 (3 punten) wordt sterk beantwoord met 18.Dg5! Dxg5+ (18... De6 19.h5) 19.hxg5 Tb6 20.Td2 Lovakovic-Bitmanis, ICCF email 2013. Wit staat beter in dit eindspel omdat zowel d6 als h7 achtergebleven pionnen zijn.
Ook op 17...De7 (2 punten) is 18.Dg5!? een vervelend antwoord, na 18...f6 19.Dd2 Tb6 staat wit wat beter na 20.Pc5 (of 20.h5 g5 21.Pc5). Dat zwart wel degelijk pion d6 moet uberdecken blijkt na een overhaaste zet als 17...b4, wit gaat verder met 18.h5 en nu verliest zwart of pion d6, of hij moet na 18...Tb6
om de titel werd hij derde. Alexander bouwde zijn partijen klassiek op, maar kon je ook een daverende verrassing bezorgen. Een mooi voorbeeld gaf clubgenoot Henk Happel op de DD-site:
Münninghoff achter het bord tijdens Wijk aan Zee 2019 (foto: Rene Olthof)
DD interne 1993 r+-+-trk+ zppzpq+pvlp
-+-zp-+p+ +-+Pzpn+-+Psn-zP-+ +-sNLvL-+PzP-wQ-zPPzP +-tR-+RmK-
13...Pf3+!!
En Happel gaf meteen op: na 14.gxf3 Ph4 moet hij de dame geven.
Op 28 april overleed Alexander Münninghoff, net 76, aan een slepende vorm van kanker waartegen hij verbeten had gevochten. De wereld is een stuk armer zonder hem. Gelukkig heeft hij ons veel nagelaten.
19.hxg6 met zijn dame terugnemen op g6 waarna hij duidelijk slechter staat.
18.h5
Robson gaat gewoon door met aanvallen. Een serieus alternatief is 18.Pc5!? Lc8 (Niet 18... dxc5 19.Txd7 Td6 20.Txd6! Dxd6 21.Td1 en wit heeft controle over de enige open lijn.) 19.Pd3 in de hoop het paard naar een beter veld te manoeuvreren (Pb4–d5). Zwart gaat verder met 19...b4 en is niet bang voor 20. h5 De7 21.hxg6 fxg6.
18...De7
Zwart staat hier voor een lastige keuze. Nakamura is ambitieus en houdt de dames op het bord. Het eindspel na 18...Dg7 (3 punten) 19.hxg6 Dxh6+ 20.
Txh6 hxg6 21.Pc5 Lc8 lijkt makkelijk houdbaar voor zwart. Niet goed is 18...Tc8 en de zwarte h-pion wordt zwak: 19.hxg6
Dxg6 20.De3.
19.hxg6 fxg6 20.De3 Le6
Een goede zet. De loper staat op een mooie diagonaal, verdedigt veld d5 en de zwarte stukken werken nu mooi samen. Merk op dat het voor het moment afgelopen is met de witte koningsaanval - die heeft een klein positioneel voordeeltje opgeleverd (2 groepjes pionnen tegenover 3 groepjes). De zwarte koningsaanval kan nu gaan beginnen! Zwart had overigens ook andere goede zetten dan 20...Le6. Even goed is 20...b4 (5 punten) en ook in aanmerking komt 20...Tc8 (3 punten) alhoewel de toren op het moment nog best goed staat op de f-lijn (om f3–f4 tegen te houden).
21.Thf1
Dit is het begin van een fout plan. Objectief zal wit niet echt minder staan, maar zijn stelling
lijkt wel lastiger te spelen. Een nuttige zet was in ieder geval 21.Kb1. Een mogelijk plan was ook 21.Th6 en Tdh1 om zwart aan pion h7 te binden (maar echt verder gaat het niet). Een ander idee is g3 om f3–f4 voor te bereiden. Dat is misschien het duidelijkste plan.
21...Tc6 22.f4
Het was beslist beter om alvast 22.Kb1 te spelen om nog even te wachten met f3–f4. De koning moet toch naar b1. Nu grijpt Nakamura het initiatief.
22...Dc7
U krijgt 4 punten voor 22...b4 wat ook een redelijke zet is, maar minder dwingend dan 22...Dc7. Geen punten voor 22...Tfc8
23.Td2 Dc7 24.Tff2 en wit houdt stand. Op 24...a5 volgt 25.f5 Lf7 26.Kb1 en wit heeft even goede kansen als zwart. De toren doet in de partij nog nuttig werk op de f-lijn.
23.Td2 a5
Geheel volgens plan, maar zwart heeft inmiddels diverse goede zetten. Misschien het sterkst is het verrassende 23...Db6 (6 punten). Eerder ging zwart dameruil nog uit de weg, maar nu wit f4 gespeeld heeft is dit
een sterke zet. 24.Dxb6 Txb6
25.g3 is een onplezierig eindspel voor wit. Ook goed is 23...b4 (4 punten)
24.Kb1 a4
Even goed is 24...b4 (4 punten). Ook nu is 24...Db6 (4 punten) een optie.
25.Pc1 b4
De meest logische zet. Ook niet slecht is 25...Tc8 (3 punten) Nu het witte paard is weggejaagd van b3 (en Pb3–d4 niet langer mogelijk is) is nemen op f4 ook een optie geworden: 25...exf4 (3 punten) 26.Txf4 Tc8 27.Tff2 is wat beter voor zwart.
26.Tdf2
Dit is een grote fout. Wits beste poging was 26.f5! na 26...gxf5
27.exf5 is het niet zo simpel te zien wat zwart moet doen.
- Niet goed is namelijk 27...Lxf5
vanwege 28.Pd3 waarna het schijnbare sterke 28...b3? faalt op 29.Tdf2! met een dodelijke penning. 29...bxc2+ 30.Kc1 houdt de lijnen voor de witte koning gesloten.
- Mogelijk is 27...Txf5 maar opnieuw beschikt wit over dezelfde zet 28.Tdf2! waarmee hij tegenkansen krijgt op de koningsvleugel. 28...Txf2
29.Txf2 (29.Dxf2?! Df7! 30.Dg3+ Dg6 31.Df2 Lf7) 29...Dg7 en omdat de zwarte koning altijd onveilig blijft staan staat zwart niet echt beter.
- Toch kan zwart voordeel houden in deze variant met de tussenzet 27...b3! 28.axb3 Lxf5 en nu blijkt het verschil met onmiddellijk 27...Lxf5. Als wit nu verder gaat met 29.Pd3 dan heeft zwart heel sterk 29...axb3! en nu is de penning over de f-lijn na 30.Tdf2 om verschillende redenen niet winnend. Het sterkst is 30...Txc2 31.Txf5 (31.
Dg5+ Kh8) en nu heel fraai 31...
Txb2+! 32.Kxb2 (32.Pxb2 Dc2+
33.Ka1 Ta8+) 32...Dc2+ 33.Ka3
Ta8+ 34.Kb4 Tb8+ en wint.
Daarom moet wit verdedigen met 29.Tff2 maar na 29...axb3
30.Dxb3+ Kh8 staat het materieel gelijk maar de witte koning is kwetsbaarder dan de zwarte (de loper is een goede aanvaller en een goede verdediger - het paard kan niet zowel aanvallen als verdedigen).
26...exf4
Dit is sterker dan 26...Lc4 (2 punten) om op de volgende zet pas op f4 te slaan. Weliswaar is het gunstig om een witte toren weg te jagen van de f-lijn, maar de loper staat de eigen zware stukken in de weg op de c-lijn. Slechts 1 punt voor onmiddellijk
26...Tc8 wit krijgt tegenkansen met 27.f5!.
27.Txf4 Tc8
Plotseling staat c2 drie keer aangevallen en maar een keer verdedigd.
28.Tf6
Dit faalt op een mooie combinatie (niet vreemd wanneer er zoveel zwaar materiaal op de witte koning staat gericht). Maar ook na andere zetten heeft zwart een sterke aanval.
Bijvoorbeeld 28.Df3 De7 29.Tf2 a3 en dit is heel onplezierig voor wit. De engine geeft heel snel een prachtige matcombinatie na
30.b3 Dg7 31.Pd3 namelijk: 31...
Lxb3! 32.cxb3 (32.axb3 a2+) 32...
Tc1+! 33.Pxc1 en nu 33...Da1+!
34.Kxa1 Txc1 mat!
Wit gaat meteen mat na 31.b3
Tb2+ 32.Ka1 Tb1+! 33.Kxb1 Dc2+
34.Ka1 Db2 mat.
31...bxa3
Ook nu dreigt 32...Tb2+ en 33...
Tb1+, en bovendien zijn er andere lastige zetten als 32...
Tb8+ en 32...Tc3. Wit kan ze niet allemaal pareren.
32.Dxa3
Of 32.Db3 Tb2+. Op 32.T6f2 wint alleen 32...Tc3! 33.Df4 (33.Dd2
Dxe4+ 34.Ka1 Tc2) 33...Txc1+
(33...Tb8+) 34.Dxc1 Tb8+ 35.Ka1 Dd4+!.
Kc1 De1+ 40.Kc2 De2+ 41.Kb1
Dd1+ Nog sneller won 41...Dd3+
42.Ka1 Dd1+ 43.Kb2 Tc8 42.Dc1 Txb3+ 43.axb3 Dxb3+ Het pionneneindspel na 43...Dxc1+ 44.Kxc1 Kf7 wint ook voor zwart, maar in het dame eindspel hoeft hij niet meer te rekenen. Twee pionnen meer is makkelijk gewonnen. 44.Ka1 Da4+ 45. Kb2 Db5+ 46.Ka1 Dc5 47.Dd2 h5 48.Kb1 Kg7
28...Txc2
Dit is de beste uitvoering van de combinatie. Na 28...a3 (8 punten) 29.Txe6? (maar 29.Dg5 is dan nog een iets taaiere verdediging.) 29...Txc2 wint zwart ook.
Zwart blijft ook beter staan na het verdedigende 28...De7 (3 punten) 29.Dg5 dreigt 30.Txg6+ (29.T6f2) 29...De8 30.Pd3 Txc2
31.Pxb4 T2c5 maar gewonnen
heeft zwart nog lang niet!
29.Txe6 Dc4
Een dubbele aanval die wits volgende zet afdwingt waarna de eigenlijke pointe blijkt. U krijgt evenveel punten voor 29...a3 (3 punten) 30.bxa3 Dc4 of 30...
bxa3 31.Dxa3 Dc4.
30.Tef6 a3
Nu wordt de witte koningsstelling opengereten.
31.bxa3
32...Txc1+
Onvoldoende voor de winst is 32...Tb8+ 33.Pb3 en zwart heeft niet meer dan remise na bijvoorbeeld 33...Dxe4 34.T6f4 Dd3
35.T4f3 De4 36.Tf4.
33.Txc1
Nemen met de dame verliest geforceerd: 33.Dxc1 Dxe4+
34.Kb2 Db4+ 35.Ka1 Txc1+
36.Txc1 Dd4+.
33...Dxe4+ 34.Kb2 De5+
Evenveel punten voor 34...Dd4+ (3 punten) 35.Tc3 Tb8+. 34... De2+ bederft niets maar na
35.Kb1 moet zwart alsnog verdergaan met 35...De4+ 36.Kb2 De5+.
35.Tc3 Tb8+
Dit dwingt de koning naar een slechter veld en is daarom beter dan meteen 35...Dxf6 (1 punt)
36.Db3+ Kh8 37.a4 alhoewel zwart dan ook goed staat na 37... Dd4.
36.Kc2
Wit zou uiteindelijk ook moeten verliezen na 36.Ka1 Dxf6 en de penning en de onveilige stand van de witte koning maken verder spelen wel heel moeilijk.
36...Dxf6
Deze stelling is gewonnen voor zwart. Hij heeft een pion meer, en een veel veiligere koning. Nakamura won na 37.Tf3 Dd4! 38.Tb3 De4+ 39.
Diagram 1 Van Dael-De Schlampheleire
Kxf7 2.Dh5+ met pionwinst.
Diagram 2 Burg-Ree 1.Dxg4! 1-0
Diagram 3
Pel-Van der Heijden
1-0 Na 1…Txb3 2.Pxc7 hangen er twee Torens.
Diagram 4
Werle-Pijpers
Kf7 (1…Kxh6 2.Tg6 mat)
Kxf6 3.Tg6 mat.
Diagram 5
Zatonskikh-Ernst
Dxe7 2.Tf7+ 1-0
Chessbase aCCount:
Altijd en overal toegang tot de gehele ChessBase wereld!
PlayChess
Online schaken tegen de rest van de wereld
lIVe Database
Professionele recherche: 8 miljoen partijen online
My GaMes ClouD
Alles op één plek Centraal opslaan
FRItZ onlIne
Het Schaakprogramma in de browser
VIDeos
Privé lessen van de meesters
oPenInGs
Zo leer je openingen
tRaInInG
Combineren, offeren en mat zetten
enGIne ClouD
Top Engines op de snelste hardware
let‘s CheCK
Weten is mat: 200 miljoen analyses
Cb neWs
Het schaaknieuws portaal
Nu met 40 video’s en leerprogramma’s voor alle openingsgebieden.
Het ChessBase openingslexicon geeft met meer dan 1.160 artikelen het gehele scala aan openingen weer. Daarom is het bij uitstek geschikt om een eigen solide openingsrepertoire op te bouwen of de eigen favoriete varianten van nieuw materiaal en munitie te voorzien. Een gigantisch groot arsenaal aan nieuwe ideeën en analyses staat voor u klaar!
Het concept van een artikel over een bepaalde opening ziet er als volgt uit: een grootmeester of een internationale meester presenteert een repertoire-idee, laat de belangrijkste varianten en zijn analyses zien, verklaart typische plannen en toont een aantal kritische varianten. De basis van elk artikel vormen de voorbeeldpartijen die de auteur zelf heeft uitgezocht en geanalyseerd.
In de nieuwe editie is niet alleen het aantal bijdragen sterk verhoogd, in vergelijking met de vorige editie zijn er 70 nieuwe openingsartikelen en 235 nieuwe openingsoverzichten bijgekomen. Het aantal video’s werd zelfs verdubbeld! 40 zorgvuldig geselecteerde bijdragen van populaire ChessBase auteurs zoals Daniel King, Simon Williams, Yannick Pelletier, Mihail Marin en Erwin l’Ami staan voor u klaar. Dat staat garant voor meer dan 14 uur lang uitstekend en nuttig schaakentertainment.
Ook de layout en het gebruikersgemak werden duidelijk verbeterd. De menustructuur zorgt voor een intuïtieve toegankelijkheid op alle inhoudelijke elementen. Onder de hoofdcategorieën open spelen, halfopen spelen, gesloten openingen, halfgesloten openingen, Engelse opening en Réti, en flankspelen vindt u alle artikelen geclassificeerd naar openingsnamen. Voor de Najdorf biedt het openingslexicon 2020 u bijvoorbeeld maar liefst 44 artikelen. Elk artikel kunt u met een simpele klik oproepen. Er is nog een belangijke innovatie te melden: voor het eerst zijn in het openingslexicon ook de openingstutorials te vinden, en dat zijn de teksten die aan het begin van elk hoofdstuk staan.
Dat is voor de beginner handig om de opening te leren kennen, maar ook de gevorderde speler kan zich daardoor op een bepaald gebied snel oriënteren. Elke opening wordt kort gepresenteerd, de belangrijkste plannen en principes worden daarbij duidelijk uitgelegd. Wilt u moedig of liever solide spelen? Heeft u al de juiste opening gevonden die bij uw stijl past? Het lexicon is een inspirerende bron voor uw repertoire.
Alle nieuwtjes in één oogopslag:
• Meer dan 1.160 openingsartikelen met professionele analyses van bekende titeldragers.
• 40 openingsvideo’s van populaire Chessbase auteurs met in totaal 14 uur informatie en entertainment!
• Nu ook met openingstutorials die alle bekende gebieden van verschillende openingen presenteren, bij uitstek geschikt voor beginners.
• 6.888 openingsoverzichten, maar liefst 230 daarvan zijn door GM Lubomir Ftacnik geactualiseerd.
• Database met alle 38.700 Partien van de openingsbijdragen.
• Intuïtieve menustructuur, sortering naar openingsnamen, snelle en comfortable bediening.
Openingslexicon 2020: 99,90 €
Update van openingslexicon 2019: 69,90 €
pagina 11:
Een hele fraaie echo van wits 37e zet.
40.Th8+!? Kg6! 41.gxf3 Dxf2 met eeuwig schaak.
Dat Firouzja dit niet wist te vinden is niet vreemd. Maar zie hoe bijzonder fraai Aronian in een ander online toernooi de ongelijke loper van zijn tegenstander wel heel ongelijk wist te maken.
Aronian - Vidit
FIDE Online Nations Cup
2020
-+-+-+-+
pagina 16:
18.Dg6+ Ke7 19.Txd7+ Dxd7
20.Lxd7 Kxd7 21.Pb6+ Nog een paardvork. Zwart ging nog even door, maar zijn twee lopers waren niet opgewassen tegen de dame en wit won op zet 35.
pagina 31:
Diagram 6
Schoppen-Dominguez
1.Txf7! Kxf7 2.Td7+ Kg8 3.Pf6+! gxf6 4.Dg4+ 1-0
Diagram 7
Buckels-Kuipers
1…Td2! 0-1 vanwege 2.Txd2 exd2 3.Td4 Pe2+ met vork.
Diagram 8
Maatman-Zwirs
1…Lxh3!2.gxh3 Dxh3+ 3.Kg1
T8c6!! 4.Pxc6 Txc6 en wit doet niets tegen …Tg6 op de volgende zet.
Stelling na 46...Lc2? Wit speelt en wint!
Aronian vervolgde met 47.b4! axb3 48.Lb2! h5 49. g5!
Na eerst de loper op de damevleugel te hebben opgesloten sluit hij nu ook de zwarte stukken op de koningsvleugel op.
49…h4 50.a4 Kg8 51.a5 Kh7
-+-+-+-+ +-+-wQ-zpk -+-+-+q+ zP-+-+-zP-+-+-+-zp +p+p+-+P -vLlmK-+-+ +-+-+-+-
Zwart is machteloos tegen het oprukken van de vrije a-pion.
52.a6! Ld1
Het is mat na 52...Dxa6 53.Dxg7.
53.Kxd1 d2
+-+-wQ-zpk -+-+-+qzp +-+-+-+p+-+-+P+ zP-vLp+-+P -zPlmK-+-+ +-+-+-+-