Concerttoelichting | Sjostakovitsj en Sibelius

Page 1


Concerttoelichting

Sjostakovitsj en Sibelius

do 5 juni 2025 • 20.15 uur vr 6 juni 2025 • 20.15 uur

PROGRAMMA

dirigent Tarmo Peltokoski

sopraan Asmik Grigorian bas Mika Kares

Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975)

Symfonie nr. 14, op. 135 (1969) voor sopraan, bas en kamerorkest

• Adagio. De Profundis (Lorca/Tynyanova)

• Allegretto. Malagueña (Lorca/Geleskoel)

• Allegro molto. Lorelei (Apollinaire/Koedinov)

• Adagio. De zelfmoordenaar (Apollinaire/Koedinov)

• Allegretto. Op wacht (Apollinaire/Koedinov)

• Adagio. Mevrouw, let op! (Apollinaire/Koedinov)

• Adagio. In de gevangenis van Santé (Apollinaire/ Koedinov)

• Allegro. Antwoord van de Zaporozje-Kozakken aan de sultan van Constantinopel (Apollinaire/Koedinov)

• Andante. O Delvig, Delvig! (Küchelbecker)

• Largo. De dood van de dichter (Rilke/Silman)

• Moderato. Slotstuk (Rilke/Silman)

pauze

Jean Sibelius (1865-1957)

Symfonie nr. 4 in a, op. 63 (1911)

• Tempo molto moderato, quasi adagio

• Allegro molto vivace

• Il tempo largo

• Allegro

Einde concert ca. 22.15/16.15 uur

Vorige uitvoeringen door ons orkest: Sjostakovitsj Symfonie nr. 14: mrt 2000, sopraan Elisabeth Meyer-Topsøe, bas Robert Holl, dirigent Claus-Peter Flor Sibelius Symfonie nr. 4: mei 2019, dirigent Jukka-Pekka Saraste

Een uur voor aanvang van het concert geeft Ronald Ent een inleiding op het programma, toegang € 7,50. Kaartjes zijn aan de zaal te verkrijgen tegen pinbetaling. Voor Vrienden is de inleiding gratis.

Cover: Foto Heather Zabriskie (Unsplash)

Blaník. Omslagillustratie door Antonín König voor de eerste uitgave van Smetana’s partituur (1894) Richard-Strauss-Institut

van een

Vervaardiging
doodsmasker, New York, ca. 1908. Foto Bain News Service, coll. Library of Congress
De Zaporozje-Kozakken schrijven de Turkse sultan een brief. Schilderij (1889, onvoltooid) van Ilja Repin, coll. Kunstmuseum Charkiv

Denkend aan de dood

In een Moskous ziekenhuis, vrezend voor het ergste, schreef Dmitri Sjostakovitsj een symfonie over de dood. Ook in de Vierde van Sibelius klinkt de angst voor het einde door. Somber, zo’n blik in de afgrond? Misschien, maar vooral ook louterend, vond Sjostakovitsj: ‘Na afloop realiseer je je weer hoe mooi het leven is.’

De zingende dood

Dmitri Sjostakovitsj was een rusteloze werker die nooit lang over één compositie deed. Daarbij speelde behalve muziekplezier en arbeidsethos ook de druk mee die elke Sovjetkunstenaar voelde: er werd voortdurend over je schouder meegekeken. De Veertiende symfonie ontstond in twee maanden, in de relatieve rust van een Moskous ziekenhuis waar hij (niet voor het eerst) was opgenomen. Bezoek kreeg hij niet; buiten heerste een griepepidemie. Gedachten aan de dood kon hij in zijn gammele toestand evenwel niet buiten de deur houden. Ze inspireerden de gedreven componist tot een serie orkestliederen op klaagdichten van verschillende dichters – een soort oratorium zonder koor. Na voltooiing deelde hij het werk alsnog bij zijn symfonieën in, al ontbreekt de traditionele symfonievorm en is de bezetting sober. Maar het koele klankbeeld van strijkers, slagwerk en celesta is indrukwekkend toegepast en past perfect bij de sfeer die de gedichten

oproepen. En tussen de op zichzelf staande liederen schept Sjostakovitsj een symfonieachtige samenhang door verstilde en energieke passages geraffineerd af te wisselen: je hoort een ademend geheel en geen potpourri. Overigens permitteerde hij zich enkele subtiele tekstwijzigingen waardoor de verschillende personages met elkaar in verband lijken te staan.

Een belangrijke drijfveer was zijn bewondering voor Moesorgski’s Liederen en dansen van de dood, waarvan hij zeven jaar eerder een orkestbewerking had gemaakt. Het had hem altijd dwarsgezeten dat zijn grote voorganger slechts vier liederen over zo’n beladen thema had geschreven; met deze symfonie kon hij het stokje overnemen.

Hommage aan het leven

Sjostakovitsj bleef dicht bij Moesorgski’s spreekzang-achtige melodiek, met dicht bij elkaar liggende tonen en een minimum aan vocale opsmuk. En net als bij Moesorgski is de dood hier geen brenger van vrede of verlossing: in alle liederen sterven mensen vroegtijdig en meestal door geweld. Zo’n perspectief werd natuurlijk mede ingegeven door zijn eigen traumatische ervaringen tijdens Stalins schrikbewind. Maar zelfs zestien jaar na diens dood ging Sjostakovitsj een rechtstreekse aanklacht uit de weg. Deze symfonie, betoogde hij bij de première in 1969, was een hommage aan het leven en een aansporing om daar alles uit te halen, ‘want daarna is er niets meer’. De liederen gaan over naamloze oorlogsdoden

en soldaten (De Profundis, Op wacht), over de flinterdunne scheidslijn tussen leven en sterven (Malagueña, Lorelei, De zelfmoordenaar), over wegkwijnen in gevangenschap (In de gevangenis van Santé) en over het lot van ‘staatsgevaarlijke’ kunstenaars (O Delvig! Delvig!, De dood van de dichter). Met het lied

Antwoord van de Kozakken bleef Sjostakovitsj historisch dicht bij huis: het verklankt het trotse verzet van de Kozakken tegen de Turkse sultan in de zeventiende eeuw, een episode die vooral voortleeft in het kleurrijke doek dat schilder Ilja Repin eraan wijdde. Sjostakovitsj droeg deze symfonie op aan zijn Engelse collega Benjamin Britten – ook zo´n vertolker van onderhuids leed, zij het van een geheel andere orde.

Kil en kaal

Jean Sibelius kon heel evocatief Finse natuur en sprookjes op muziek zetten, maar met autobiografische elementen was hij zuinig. Zelfs in zijn symfonieën – sinds de Romantiek toch het ideale vehikel voor persoonlijke ontboezemingen – liet hij nauwelijks blijken wat er in hem omging. De Vierde symfonie is een uitzondering. Dit grimmige stuk verklankt de grauwsluiers die rond 1910 over zijn leven hingen. Ernstige gezondheidsproblemen, financiële nood en de angst dat zijn muziek uit de tijd was geraakt hadden hem in een diepe depressie gestort.

Met zijn eerste drie symfonieën had Sibelius een publiek aan zich weten te binden. Voor de Vierde symfonie uit 1911 was evenwel geen warm onthaal weggelegd: de muziek leek uit de permafrost opgedolven. In Helsinki, maar ook elders in Europa en in Amerika wist men zich met dit kille, kale werk geen raad. Enerzijds is het romantische, doorvoelde muziek die Sibelius’ doodsangst verklankt; drie jaar eerder had zijn excessieve rook- en drinkgedrag tot een keeltumor geleid en hij kon nog amper geloven dat hij genezen was verklaard. Aan de

andere kant is het moderne, compromisloze muziek waarmee Sibelius zich nadrukkelijk tegen de klankweelde van de Romantiek lijkt te keren. ‘Deze symfonie stelt het zonder circus’, lichtte hij toe.

Drie jaar eerder had Sibelius’ rooken drinkgedrag tot een keeltumor geleid, hij kon nog amper geloven dat hij genezen was verklaard

‘Ik

leef nog’

Inderdaad is het een overwegend ingetogen stuk, op een incidentele uitbarsting na. Tuttipassages ontbreken; je hoort bijna voortdurend kleine kamermuziek-achtige groepjes die elkaar afwisselen. Een rode draad vormt het dreigende beginmotief dat in diverse gedaanten terugkeert. De toonaard ervan is onbestemd – mineur noch majeur – en die instabiliteit kenmerkt de hele compositie. De delen twee en vier zijn beweeglijker en wekken daardoor de schijn van plotselinge vitaliteit, maar ze doven uit in een roerloos pianissimo. Bij het slotdeel werkt dat ronduit confronterend: juist wanneer de crisis bezworen lijkt brengen mompelende lage strijkers het werk tot een abrupt, tragisch einde.

Ondanks de reacties was Sibelius zelf bijzonder op deze symfonie gesteld. ‘Ik vind nog steeds dat geen enkele noot eruit of erbij moet’, zei hij ruim dertig jaar later. ‘De Vierde symfonie is een belangrijk deel van mijzelf.’ Eerder al had hij aangegeven dat hij het langzame deel vertolkt wilde hebben bij zijn begrafenis. Die liet langer op zich wachten dan hij aanvankelijk dacht: Sibelius werd uiteindelijk 91 jaar. Componeren deed hij toen allang niet meer, maar hij had alle reden om vergenoegd te gnuiven: ‘Ik leef nog, en alle artsen die mij ooit het roken en drinken hebben verboden zijn dood.’

Tarmo Peltokoski • dirigent

Geboren: Vaasa, Finland

Huidige positie: chef-dirigent Lets Nationaal Symfonieorkest, vaste gastdirigent Deutsche Kammerphilharmonie Bremen, aankomend chef-dirigent Orchestre National du Capitole de Toulouse en Hong Kong Philharmonic Orchestra

Studie: piano aan het Kuula-college (Vaasa) en de SibeliusAcademie (Helsinki), orkestdirectie bij Jorma Panula, Sakari

Oramo, Hannu Lintu en Jukka-Pekka Saraste

Gastdirecties: o.a. Toronto Symphony Orchestra, RSO Berlin, Konzerthaus Orchester Berlin, SWR Symphonieorchester, Göteborgs Symfoniker, Los Angeles Philharmonic Orchestra

Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2022

Asmik Grigorian • sopraan

Geboren: Vilnius, Litouwen

Studie: piano en koordirectie aan het Nationale Čiurlionis

Kunstschool, zang aan de Muziek- en Theateracademie Litouwen bij haar moeder, de sopraan Irena Milkevičiūtė

Doorbraak: 2014, debuut bij de Koninklijke Zweedse Opera in Puccini’s Madama Butterfly

Daarna: Opera bij Salzburger Festspiele, Wiener Staatsoper, Bayerische Staatsoper, Deutsche Oper Berlin, Bayreuther

Festspiele, Teatro alla Scala, Royal Opera House, Metropolitan Opera; concertoptredens met Gewandhausorchester Leipzig, Berliner Philharmoniker, Wiener Philharmoniker

Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2025

Mika Kares • bas

Geboren: Laitila, Finland

Studie: zang aan de Sibeliusacademie Helsinki bij Roland Hermann

Doorbraak: 2015, debuten Opernhaus Zürich, Teatro Comunale di Bologna, Bayerische Staatsoper, Semperoper Dresden en Ruhrtriennale

Daarna: opera bij Sommerfestspiele Baden-Baden, Bayreuther Festspiele, Salzburger Festspiele, De Nationale Opera, Opéra National de Paris, Staatsoper Berlin, Bayerische Staatsoper, Wiener Staatsoper, Lyric Opera of Chicago; concertoptredens met Gewandhausorchester Leipzig, Berliner Philharmoniker, London Symphony Orchestra, Chicago Symphony Orchestra

Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2025

Foto: Romain Alcaraz
Foto: Algirdas Bakas
Foto: Maik Schulze

Orkestleden Agenda

ICCR Finale: opera

wo 11 juni 2025 • 10.00 uur (repetitie) en 19.30 uur (concert) dirigent Finalisten ICCR

solisten Zangers Internationaal Vocalistenconcours Den Bosch

koor Laurens Symfonisch Puccini hoogtepunten uit verschillende opera’s

ICCR Finale: symfonisch

vr 13 juni 2025 • 10.00 uur (repetitie) en 19.30 uur (concert) dirigent Finalisten ICCR

Price Dances in the Canebrakes

Debussy La mer

Rachmaninoff Symfonische dansen

Music for Breakfast 5 zo 15 juni 2025 • 10.30 uur Rotterdam, RDM Kantine Musici en programma zie rpho.nl

North Sea Jazz Festival

vr 11 juli 2025 • 16.30 uur Rotterdam, Ahoy RTM Stage

dirigent Clark Rundell saxofoon Dayna Stephens en Tineke Postma

piano Danilo Pérez bas John Patitucci drums Terri Lyne Carrington The Symphonic Music of Wayne Shorter

vr 12 september 2025 • 20.15 uur

dirigent Dalia Stasevska sopraan en nyckelharpa Aphrodite

Patoulidou

Meredith Nautilus

Sibelius Scène met kraanvogels

Berio Folk Songs

Patoulidou Improvisatie

Sibelius Luonnotar

Respighi Pini di Roma

Chef-dirigent

Lahav Shani

Eredirigent

Yannick Nézet-Séguin

Vaste gastdirigent

Tarmo Peltokoski

Eerste viool

Marieke Blankestijn, concertmeester

Tjeerd Top, concertmeester

Quirine Scheffers

Hed Yaron Meyerson

Saskia Otto

Arno Bons

Rachel Browne

Maria Dingjan

Marie-José Schrijner

Noëmi Bodden

Petra Visser

Sophia Torrenga

Hadewijch Hofland

Annerien Stuker

Alexandra van Beveren

Marie Duquesnoy

Giulio Greci

Tweede viool

Charlotte Potgieter

Frank de Groot

Laurens van Vliet

Elina Staphorsius

Jun Yi Dou

Bob Bruyn

Eefje Habraken

Maija Reinikainen

Babette van den Berg

Melanie Broers

Tobias Staub

Sarah Decamps

Altviool

Anne Huser

Roman Spitzer

Galahad Samson

José Moura Nunes

Kerstin Bonk

Janine Baller

Francis Saunders

Veronika Lénártová

Rosalinde Kluck

León van den Berg

Olfje van der Klein

Jan Navarro

Cello

Emanuele Silvestri

Joanna Pachucka

Daniel Petrovitsch

Mario Rio

Eelco Beinema

Carla Schrijner

Pepijn Meeuws

Yi-Ting Fang

Killian White

Contrabas

Matthew Midgley

Ying Lai Green

Jonathan Focquaert

Arjen Leendertz

Ricardo Neto

Javier Clemen Martínez

Fluit

Juliette Hurel

Joséphine Olech

Manon Gayet

Fluit/piccolo

Beatriz Baião

Hobo

Karel Schoofs

Anja van der Maten

Hobo/althobo

Ron Tijhuis

Klarinet

Julien Hervé

Bruno Bonansea

Alberto Sánchez García

Klarinet/ basklarinet

Romke-Jan Wijmenga

Fagot

Pieter Nuytten

Lola Descours

Marianne Prommel

Fagot/ contrafagot

Hans Wisse

Hoorn

David Fernández Alonso

Felipe Freitas

Wendy Leliveld

Richard Speetjens

Laurens Otto

Pierre Buizer

Trompet

Alex Elia

Adrián Martínez

Simon Wierenga

Jos Verspagen

Trombone

Pierre Volders

Alexander Verbeek

Remko de Jager

Bastrombone

Rommert Groenhof

Tuba

Hendrik-Jan Renes

Pauken/slagwerk

Danny van de Wal

Ronald Ent

Martijn Boom

Harp

Albane Baron

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.