
Het is april, de maand waarin de akkerbouwer normaliter druk in de weer is om zijn land gereed te maken voor de volgende teelt. Denk hierbij aan uien, suikerbieten, aardappelen en mais.
VOORBEREIDINGEN VOOR DE NIEUWE TEELT, EEN
Het is april, de maand waarin de akkerbouwer normaliter druk in de weer is om zijn land gereed te maken voor de volgende teelt. Denk hierbij aan uien, suikerbieten, aardappelen en mais.
VOORBEREIDINGEN VOOR DE NIEUWE TEELT, EEN
We zeggen ‘normaliter’ want vanwege de vele natte dagen kan de agrariër dit jaar pas laat zijn land op. Het betreffende land heeft een hele winter lang kunnen rusten en stond vol met gras of een zogenaamd vanggewas, dat de stikstof die na de oogst in de bodem is achtergebleven opneemt. Op deze manier wordt voorkomen dat deze stoffen in het water terechtkomen.
Om de bodem in april gereed te maken voor de teelt, moet het land gereed worden gemaakt voor een schoon zaaibed. Waarom? Een schoon zaaibed is nodig, zodat het zaad de optimale omstandigheden heeft om te kunnen kiemen. Een zaadje dat bijvoorbeeld onder een dikke graspol ligt, vindt geen aansluiting met de grond en droogt waarschijnlijk uit.
De akkerbouwer heeft verschillende manieren om de bestaande begroeiing te verwijderen. Allereerst door deze mechanisch te behandelen, waardoor het wortelgestel niet meer aangroeit en het gewas uitdroogt. Dit gebeurt door het gras net onder de zode los te snijden. Maar ook hier is het heersende klimaat in Nederland een spelbreker. De akkerbouwer kan door de natte akkers vaak geen mechanische bewerking toepassen.
Daarnaast is het in Zuid-Limburg vanwege bodemerosie bijna niet mogelijk om te ploegen. Bij ploegen draai je als het ware de diepere lagen van beneden naar boven. Hierdoor draai je de organische stoffen van de beplanting naar beneden en de zuivere grond naar boven wat een schoon zaaibed als gevolg heeft. In Zuid-Limburg mag wel ondiep geploegd worden, mits je op het land erosiebeperkende maatregelen neemt, zoals buffers en drempels.
Waar deze mechanische bewerking niet lukt, wordt veelal gekozen voor de andere bewerking middels bespuiting met glyfosaat. Dit middel is al lang op de markt en zorgt ervoor
dat de beplanting zichzelf kapot groeit. Na een aantal dagen zie je het gewas verkleuren, waarna het afsterft. Vervolgens kan met een grondbewerkingsmachine een zaai- of pootbed worden gecreëerd. Na deze bewerking kan de akkerbouwer de uien en bieten zaaien en hebben deze gewassen geen last meer van onkruid of gras, waardoor ze de kans krijgen om succesvol geteeld te worden.
Stel een akkerbouwer kiest niet voor deze bewerking in deze periode van het jaar en zaait zijn gekozen gewas toch in. Dan zal hij naderhand genoodzaakt zijn om met veel sterkere middelen het onkruid tussen zijn gewas te bestrijden. Het is in Nederland op dit moment, met dit klimaat, niet mogelijk om succesvol te telen met een uitsluitend mechanische behandeling.
Zijn er dan helemaal geen alternatieven? Ja, die zijn er wel, maar die hebben meer nadelen dan voordelen. Intensievere bodembewerking is schadelijk voor het bodemleven en bevordert erosie. Dat betekent dat er bij flinke regenbuien meer modder richting de lagergelegen dorpen stroomt. Het betekent ook dat de boer of tuinder vaker met de tractor het land op moet en dus meer CO2 uitstoot. En dan zijn er nog de biologische systemen, waarbij geen chemische middelen worden gebruikt. Die leveren doorgaans minder producten per hectare op. Mensen moeten dan meer betalen voor hun aardappelen en uien of de supermarkten besluiten de producten uit het buitenland te halen.
Voor vragen of opmerkingen kunt u ons bereiken via onderstaande gegevens.
Telefoon: 0475-381777
Fax: 0475-333243
Email: info@lltb.nl