Aanmeldingen, adreswijzigingen en opzeggingen opsturen naar de ledenadministratie. Beëindiging van het lidmaatschap schriftelijk vóór 1 december van het lopende jaar. Ledenadministratie Altenatuur, Dr. van Vuurestraat 76, 4271 XH Dussen.
OMSLAG:
Foto van het Landkaartje; Jan van Haaften. Omslagontwerp; Jan van Haaften.
Altenatuur heeft sinds 1-1-2011 de ANBI-status Het dossiernummer is: 77688 en het fiscaal nummer: 810362454.
o p d e
... het Landkaartje, een prachtige dagvlinder. Op ons eiland werd hij dit jaar opmerkelijk vaak gezien.
Het Landkaartje dankt zijn naam aan de tekening op de achterkant van de vleugels (zie omslag). Het is net of je van bovenaf een plattegrond van allerlei perceeltjes ziet. Verder is bijzonder dat de vlinder twee gedaantes heeft. Een voorjaarsvorm in mei en juni en een zomervorm in augustus en september De achterkant blijft steeds hetzelfde. Hij vliegt dus in twee generaties. Daarna overwintert hij als pop.
Dat de vlinder meer gezien is heeft misschien te maken met het feit dat er meer akkerranden en andere ruigtes gekomen zijn dan in het verleden Van zo ’ n biotoop houdt deze vlinder namelijk. Hopelijk zien we hem volgend jaar ook weer zo vaak!
Jan van Haaften
zomervorm
voorjaarsvorm
Redactioneel
In april ging de vogelwerkgroep een paar dagen op stap, even tijd om op verkenning te gaan in een ander gebied en het nuttige met hun jeugdige elan te combineren. In Woudrichem werd een succesvolle reddingsactie uitgevoerd om de nesten van de gierzwaluwen veilig te stellen. De periode van het tellen en beschermen van de weidevogelnesten is inmiddels voorbij en nieuwe inventarisatierondes betreft flora en fauna dienden zich weer aan en zoals onze voorzitter het aangeeft dat dit als een eindeloze rode draad door de geschiedenis van Altenatuur loopt. Aandacht gaat uit naar de ecologische verbindingszone en of de doelstelling wel wordt gehaald en daar waar nodig wordt overleg gepleegd.
Het was even schrikken maar ook fascinerend om te zien: …. Het fort Giessen in haar blootje!.... Niet vanwege een luchtig vakantiegevoel maar een 'grondige' restauratie was de oorzaak.
Het nieuwe seizoen gaan we in met een waterdichte buitenkant, binnen hebben inmiddels de nodige zweetpareltjes alweer gevloeid. Het Groene Geheim van Giessen kreeg een vervolg. Er werd met zo’n 50 deelnemers, als voorzet op de toekomstvisie voor de nieuw te vormen gemeente, gebrainstormd over duurzame energie, hoe en waar we het op “ ons eiland” zouden kunnen toepassen.
Op de middenpagina vindt u een overzicht over de behoefte en hoe het mogelijk opgelost kan worden. Leuke waarnemingen kwamen er weer bij Rinus binnen en Herman heeft te maken met …..autofiele vogels….., nieuwe soorten?
Altenatuurtje 103 met veel nieuwe informatie is weer klaar en ik, ik ga naarstig op zoek naar het geelkopprunusmotje en het kruisdistelsnuitje.
P.S. Wij waren deze zomer op vakantie in Noorwegen, naast de prachtige natuur waren we ook onder de indruk van de rijk begroeide wegbermen tot in de kernen van de dorpen en steden en zonder zwerfvuil.
Het kan… we gaan ervoor!
Iedereen weer bedankt voor haar of zijn inzet bij tot stand komen van dit nummer 103, de kopij voor het volgende januarinummer ontvang ik graag voor 1 december a.s.
Pia Stierman.
Redactieadres:
Bruigomstraat 12, 4251 EP Werkendam.
E-mail: fam.stierman@gmail.com
Inventarisaties
• De middenpagina's met: pag. 1 Programma najaar 2016 pag. 2&3 De energiebehoefte in 2030 op het eiland Altena pag. 4 Werkochtenden beheercommissie winter 2016 - 2017
• Autofiel of aanpassingsvermogen, autohater of concurrentie?
Van het bestuur
In deze rubriek schrijft een van de bestuursleden een stukje over wat hem of haar bezighoudt of motiveert.
Ook al was het vakantie, we hebben niet bepaald stil gezeten in de afgelopen maanden. Wellicht heeft u hierover in de kranten gelezen. We hebben bezwaar gemaakt tegen de door Economische Zaken verleende omgevingsvergunning voor het opnieuw starten van Gaswinning door het bedrijf Vermillion op de Zwaansheuvel onder Andel. Ons bezwaar richtte zich onder meer op de putstimulatie dmv Fracking waarbij onduidelijk was welke chemicalien werden gebruikt en waar die in het bodemmilieu blijven. EZ heeft laten weten ons bezwaar ongegrond te verklaren omdat de vergunning waartegen we bezwaar maken niet de boring betreft. De vergunning om te mogen boren is al veel eerder afgegeven. Het bestuur heeft besloten niet in beroep te gaan omdat ons bezwaar tegen de omgevingsvergunning geen mogelijkheden biedt om de boring feitelijk tegen te houden. De strijd tegen de omgevingsvergunning blijkt een achterhoedegevecht, helaas kunnen we tegen de gaswinning op zich geen bezwaarprocedure (meer) starten. Wat we hiermee wel bereikt hebben is dat de actualiteit van de problemen rond energiewinning uit fossiele bronnen onder de aandacht is gekomen bij heel veel streekgenoten nu het in onze achtertuin speelt.
In een Zienswijze inzake de vestiging van een grootschalige mestverwerker in Meeuwen hebben we aan de raad van Aalburg laten weten dat grootschalige mestverwerking niet thuishoort op een lokatie bij een dorp maar op een bedrijventerrein.
Daarnaast is Altenatuur van mening dat hier in de regio geen sprake is van een mestprobleem en dat mestverwerking thuishoort in de regio waar grote mestoverschotten zijn. Het aanvoeren van mest over grote afstanden om het hier te verwerken levert onnodige transportbewegingen op. Tenslotte stelt Altenatuur dat de mestproblematiek voortkomt uit intensieve veehouderij waarvan we in ons land op den duur afscheid moeten nemen. In dit toekomstperspectief van ‘stoppen met groeien, minder dieren, meer kwaliteit’ zullen mestoverschotten krimpen waarmee ook de noodzaak van mestverwerking kleiner zal worden.
Wat ook niet te missen was in de streekkranten waren de uitgebreide foto-series van een ‘naakt’ Fort Giessen. Eén voor één schreven ze erover. In het kader van uitgebreide estauratie-werkzaamheden werd in de zomer de gronddekking van het hoofdgebouw verwijderd. Resultaat was een majestueuze voorgevel met een beetje verstopt daarachter in gele steen het eigenlijke Fortgebouw dat na pakweg 140 jaar weer eens zonlicht te zien kreeg. De daken van de fortruimten, een soort van rechte kappen met halfronde pannetjes erop everden een Mediterraan beeld op: Toscane aan de Giessensesteeg.
Naar verwachting lopen de werkzaamheden nog tot ver in het najaar door. Bij deze kostbare ingrepen is ook aan de vleermuizen gedacht. In de Fortkelders zijn vernevelingsinstallaties aangebracht en stenen opgehangen waarachter de vleermuizen kunnen overwinteren. In verband met de winterrust moet het werk in de kelders voor eind september afgerond zijn. Rob mulder doet hierover een gedetailleerd verslag.
Ook vermeld ik nog onze deelname aan een visiegroep, één van de tientallen, die een visie gaat maken voor de nieuwe gemeente, laten we voor het gemak zeggen, Altena. In 2019 moeten de drie gemeenten in onze streek opgaan in 1 Altena-gemeente en op de weg daar naar toe is aan de inwoners gevraagd om te komen met een visie op wat men belangrijk vindt om aan te werken. Waar moet in beleid en uitvoering de prioriteit liggen. Wat vinden burgers belangrijk.
Ruim 200 Altenezen organiseerden zich in visiegroepen en presenteerden hun eerste plannen op 22 juni in een snikhete Alburcht in Wijk en Aalburg. ‘Onze’ visiegroep (waarin ook de VMB is vertegenwoordigd) focust onder meer op een EnergieNeutraal Altena in 2030. Verder vragen we aandacht voor grondgebonden duurzame landbouw en een Boomfonds waarin het verdwijnen van bomen door ruimtelijke ingrepen wordt gecompenseerd door herplant van bomen elders in de gemeente.
Ons uitgangspunt voor de visie is als volgt verwoord:
Leefbaarheid, biodiversiteit en duurzaamhei Openheid, ruimte en natuur vormen het ‘goud’ van deze streek en daarmee de kaders waarbinnen de nieuwe gemeente moet functioneren. Sociaal- economische ontwikkelingen en ruimtelijke ordening moeten binnen deze kaders passen en gericht zijn op een toename van duurzaamheid en leefbaarheid op
Doe mee!
‘ons’ e Heusden en Altena.
Tenslotte
Het verenigingsseizoen gaat weer beginnen. De eerste lezingen worden gepland voor oktober en november. De beheercommissie organiseert weer de natuurwerkdag, gevolgd door de maandelijkse werkochtenden. Vogelwerkgroep en Weidevogelwerkgroep evalueren het afgelopen seizoen, maken overzichten van broedresultaten van weidevogels en uilen en maken plannen voor 2017. In deze werkgroepen en in het bestuur zijn veel leden actief. We zitten bepaald niet stil. Toch is dit nog steeds maar een fractie van de honderden leden die we hebben. Ik nodig u van harte uit om mee te komen doen. Voor ieder lid is er leuk en belangrijk werk te doen in de natuur- en milieubescherming, ons werk is nooit af. Gelukkig maar, want zo blijven we ons inzetten om onze prachtige streek door te geven aan toekomstige generaties. ❀
Vrijdagochtend 16 april reisde de vogelwerkgroep naar het Nivon natuurvriendenhuis in Heerlen zoals Henk Kraaijkamp in een ander artikel beschrijft. Twee hoogtepunten op zaterdag wil ik graag wat uitvoeriger beschrijven. Op zaterdag liepen we door de tuin van het Nivonhuis te struinen toen Rinus Punt en ik een hoop met stenen zagen liggen. Ook lagen er wat stokken op een hoop. We pakten twee straatstenen en een stok van ongeveer 40 cm en een stokje van z’n 5 cm om een spel uit onze Alblasserwaardjeugd te gaan spelen: 'Papalellen'.
Het bestaat uit 3 spelvormen waarbij je met de grote stok het kleine exemplaar zo ver mogelijk wegslaat. Vang je de kleine stok dan mag jij gaan slaan. Lukt dit niet dan moet je richting stenen gooien waarop de grote houten stok ligt of je moet de stenen zien te raken. De slagman mag de stenen verdedigen met de grote stok. De punten-telling is weer een heel ander verhaal dat u via internet wel kan achterhalen. Via Hans Wijkniet kwamen Rinus en ik in bezit van een uitgebreid artikel over 'De regels van het spel kastrieken of katrikken' in De Oud-Hagenaar van 26 juli 2016. De schrijver (G.J. Benjamins gamy.benjamins@kpnmail.nl) had dit spel in Nederlands-Indië als kind veel gespeeld. ‘Gatrik’ (Soedanees), ‘patok-lélé’ (Oost-Javaans) of ‘pinkelen’ zijn andere benamingen. In Friesland wordt het tiepelen genoemd, gespeeld door tiepelaars. Het kleine stokje is daar aan de twee uiteinden in een punt geslepen en heet dan klinkerd.
In plaats van twee stenen wordt ook wel een geultje in de grond gemaakt of worden klompen gebruikt. Volgens Rinus gewoon een leuk spel voor arme mensen dat op veel plaatsen werd gespeeld in verschillende vormen, afhankelijk van dat wat voorhanden was. Rinus en ik speelden het in onze jeugd in respectievelijk Hardinxveld-Giessendam en Giessenburg.
Na het eten die zaterdag werden we in het Nivonhuis door de onderwijzende jeugd, Linda van Zwet, Perry de Ronde en Wouter van Rijsbergen, verrast met een echte quiz voor de overige meestal wat oudere leden van de groep. Er werden korte filmpjes getoond waarbij door de makers een vogel werd uitgebeeld. Zo zagen we Wouter rondsluipen bij hoog opschietende bramen: een braamsluiper. Ook zagen we Wouter galopperen langs een poel met Linda op zijn rug: een poelruiter. U kunt zich ongetwijfeld wel voorstelen hoe de boomklever werd uitgebeeld. Na een spannende strijd wist de groep met Arie van den Herik, Len Bruining en Trudie Lamers te winnen met 1 punt verschil. Trudie haalde het beslissende punt binnen door de grote burgemeester te raden die haar ondanks fraai computer knutselwerk van Perry toch bekend voorkwam op zijn racefiets. Ons team diende nog een protest in omdat het winnende team een punt had gekregen voor een hilarisch onjuist antwoord dat echter zo origineel was dat de jury toch een punt gaf. Er is een commissie benoemd om deze 'onregelmatigheid' te onderzoeken. Horen we natuurlijk nooit meer iets van, gaat in de doofpot met ander aangeschoten wild. Ondanks de vermeende dwaling van de jury was het weer een fantastisch weekend met een zeer prettig verblijf in het Nivonhuis te Heerlen tussen vogels van verschillende pluimage en variërende leeftijden. ❀
Gebruikte bron: De Oud-Hagenaar van 26 juli 2016 met dank aan Hans Wijkniet
Inventarisaties;
een eindeloze rode draad door de geschiedenis van Altenatuur
J a a p v a n D i g g e l e n
Vanaf de oprichting begin jaren tachtig is één van de doelstellingen van onze vereniging om, zoals we dat toen zeiden, de witte vlek in inventarisatie-atlassen die onze streek destijds was, in te vullen met waarnemingen. Het letterlijk op de kaart zetten van de hier voorkomende planten en dieren. We begonnen met de vogels en leverden met de vogelwerkgroep een bijdrage aan de Atlas van de Nederlandse vogels (1988). Vanaf de start van de weidevogelen uilenbescherming eind jaren negentig, die steeds succesvoller werd, ontstond een goed beeld van waar welke weidevogels en uilen in ons gebied voorkomen. Daarnaast doet de vogelwerkgroep nog jaarlijks roofvogel- en gierzwaluwentellingen. De vogels zijn dus altijd goed in beeld geweest en ook gebracht.
Van 2000 tot en met 2007 werd door enkele leden een uitgebreide inventarisatie van de libellen en dagvlinders in onze streek uitgevoerd. Dit werk werd in 2010 vastgelegd in het prachtige rapport Dagvlinders en Libellen in het Land van Heusden en Altena –verspreidingsatlas 2000 t/m 2007 (2010). Voor liefhebbers heb ik nog enkele exemplaren op de plank liggen Inmiddels alweer meer dan eenzelfde periode van zeven jaar verder wachte duizenden nieuwe vlinder- en libellenwaarnemingen opgeslagen in de database van waarneming.nl om weergegeven te worden in een volgend rapport. Daarnaast vullen enkele enthousiastelingen de registers van waarneming.nl met gegevens va nachtvlinders. Van deze zeer
soortenrijke groep werden de afgelopen tien jaren in onze streek maar liefst 853 soorten vastgesteld!
Honderden hiervan, zogeheten
microlepidoptera zijn nauwelijks groter dan een mug en zijn gespecialiseerd, elk op zijn eigen planten-, struik- of boomsoort hetzij als mineerder (gangenmaker in bladeren), bladroller, vouwmot of kokermot. In hun buitengewoon bijzondere namen komen waardplant en wat ze die allemaal aandoen terug, zoals blijkt uit enkele voorbeelden: wilgenmarmerbladroller, geelkopprunuskokermot, vuurdoornvouwmot, kruisdistelsmalsnuitje (mooie naam maar geen idee wat-ie doet).
Blauwrandspanner
Planteninventarisatie vond vanaf de oprichting incidenteel plaats, maar sinds een jaar of vier meer structureel door de inmiddels florerende (wat kan zo’n groep anders doen) plantenwerkgroep. U hebt hierover regelmatig kunnen lezen in voorgaande 10 nummers van dit blad. Inmiddels is bijna de helft van de vaderlandse wilde flora, zo’n 700 soorten, hier op het ‘eiland’ van Altena vastgesteld.
Reptielen kennen we niet in ons werkgebied (als we de verwilderde rood- en geelwangschildpadden even buiten beschouwing laten) en amfibieën worden incidenteel gemeld. Zonder gebiedsdekkende inventarisaties hebben we toch een redelijk beeld van deze groep. Het gaat om 4 algemene soorten: bruine kikker, kleine watersalamander, gewone pad en groene kikker die algemeen in dorpen en sloten in het buitengebied voorkomen. Laatstgenoemde soort is pas na de jaren tachtig weer algemeen geworden. Verder komen op enkele plaatsen in de streek heikikker en rugstreeppad voor.
Zoogdieren werden tot voor kort nooit systematisch geïnventariseerd door het gehele gebied. Eén van de oprichters van onze vereniging, Hans de Graaf, inventariseerde tussen 1983 en 1988 zorgvuldig de zoogdieren van de Oostwaard van de Biesbosch.
Sinds vorig jaar wordt er na oproepen van de Zoogdiervereniging systematisch onderzoek gedaan aan vleermuizen in ons gebied (zie artikelen van Jan van Haaften hierover in Altenatuurtje nrs. 101 en 102, resp. jan en mei 016). In drie transecten pad waar langs een nderzoeker zich beweegt n telt. Red.) werden met en batlogger in juli en ugustus opnamen emaakt van vleermuizen angs de route. Tot nu toe erden daarbij naast drie oorten dwergvleermuizen (Gewone-, Ruige- en Kleine-) ook, maar dan in veel kleinere aantallen, Laatvlieger en Rosse Vleermuis vastgesteld. Tellen we daarbij op de soorten Gewone grootoorvleermuis, Watervleermuis en Baardvleermuis die allen overwinteren op Fort Giessen dan kan met enige trots worden gezegd dat maar liefst 8 vleermuizensoorten in onze streek voorkomen. Dat is 40% van het totale aantal vleermuizensoorten in ons land.
Nieuw Zoogdieronderzoek
Sinds september dit jaar doen we in samenwerking met de zoogdiervereniging en de ANV (Agrarische Natuurvereniging) ook onderzoek aan kleine marterachtigen, de Wezel en de Hermelijn. Beide soorten hebt u misschien ooit één keer in uw leven zien rennen langs de slootkant of zien oversteken over de weg. Ze zijn niet algemeen in het Land van Heusden en Altena en de waarnemingen die geregistreerd zijn, zijn zeer schaars. Vanaf 1980 zijn er 5 (!) waarnemingen van de Hermelijn en 26 van de Wezel bekend. En dan vaak ook nog alleen omdat ze overreden waren. Zijn ze nu echt superzeldzaam of zien we ze maar zelden omdat ze een verborgen bestaan leiden en dan ook nog vooral ’s nachts actief zijn?
In het kader van een pilot-onderzoek naar de effecten van Agrarisch Natuurbeheer (pilot ANLb) op het voorkomen van allerlei dier- en plantensoorten worden momenteel 4 transecten in het buitengebied onderzocht op het voorkomen van Wezel en Hermelijn. Een vijftal enthousiaste leden waaronder ikzelf, voeren
dit onderzoek in september en oktober uit in het veld. De wijze van inventarisatie is uiterst geavanceerd. Er worden ‘kisten’ in het veld geplaatst, Mostelas geheten (zie plaatje), waarin zich een camera bevindt.
camera
visolie
ingang buis
De kleine marterachtigen worden gelokt met visolie in de kisten, trippelen door een smalle buis door de kist en activeren hiermee de camera die hen keurig digitaal op film vastlegt. De kisten staan een geruime tijd in het veld, onttrokken aan het zicht. Om een flink stuk agrarisch gebied te onderzoeken worden de Mostela-kisten uitgezet in een transect, 10 in totaal verdeeld over een afstand van 1,5 kilometer. We zien vol spanning uit naar de eerste resultaten.
Komen er praktisch geen wezels of hermelijnen meer voor of kunnen we ze met deze elegante methode aantonen.
1e resultaten zoogdieronderzoek. Inmiddels zijn de eerste resultaten van het zoogdierenonderzoek met de Mostelas binnen. In 10 monitorings dagen, begin september, met 10 kasten in polder Den Duyl werden 320 opnamen gemaakt. Dit levert de volgende waarnemingen: Bosmuis 213 x, Woelmuis-soort 20 x, Dwergmuis 2x, Spitsmuissoort 11x, Muis onbekend 3x, Gewone pad 13x, onbekend 57x en als klap op de vuurpijl: 1 WEZEL. Toch best een zeldzaam martertje dus.......... maar we hebben er toch één live in beeld! ❀
Weidevogelbescherming voorjaar 2016
L e n B r u i n i n g
Voor het eerst in achttien jaar is het aantal gevonden en beschermde nesten in het Land van Heusden en Altena niet gestegen, maar iets gedaald. Het aantal vrijwilligers daarentegen neemt gestaag toe. Dit jaar hebben 65 enthousiaste vrijwilligers zich voor weidevogelbescherming ingezet en is er zelfs een nieuwe, achtste loopgroep gevormd.
Voor weidevogels lijkt het afgelopen voorjaar op het eerste gezicht een slecht jaar geweest te zijn. Het broedseizoen kwam laat op gang wegens de koude en natte omstandigheden. De boeren konden hun weilanden en akkers niet op en de vrijwilligers hebben veel nesten met rust gelaten om ze zo min mogelijk te verstoren. Maar het aantal minder gevonden legsels zegt niet alles. In de
2016 is uitgeroepen tot het ‘Jaar van boeren mee met het project ‘Kansen voor de Kievit’. Hierbij gaat de boer niet eerder dan 15 mei zijn akkerperceel op zodat de vogels rustig de kans krijgen hun legsels uit te broeden. In het opgeschoten groen vinden de kuikens vervolgens dekking en insecten in een naastgelegen braakstrook die blijft staan, ook nadat de boer zijn land omgeploegd en ingezaaid heeft. Vanaf de zijlijn werden de ontwikkelingen nauwlettend gevolgd en het lijkt erop dat de maatregel werkt, want er scharrelden aanzienlijk meer kuikens in rond dan in percelen die regulier bewerkt werden.
In februari werden in samenwerking met de ANV en de nieuw in het leven geroepen ‘Werkgroep ‘Plasdras’ verspreid over het Land van Heusden en Altena op vier locaties zonnepompen opgesteld die een aantal weilanden atie ontstond. Met een open jaren
jongen groot te brengen. En ook na afloop van het seizoen kwamen grote groepen kieviten met hun net vliegvlugge kuikens op de weilanden af omdat er volop voedsel aanwezig was. Daarnaast maakten trekvogels gretig een tussenstop, waaronder een aantal zeer bijzondere soorten zoals lepelaar, poelruiter, watersnip en kemphaan.
De ontwikkelingen staan niet stil. Begin mei werd in alle vroegte de allereerste test uitgevoerd met een weidevogeldrone. Medewerkers van het Brabants Landschap en de ANV waren getuige van de allereerste vlucht die over een aantal percelen vloog. Tot verrassing wist het apparaat feilloos een paar nesten te traceren die in de week ervoor door vrijwilligers gevonden werden. In de toekomst kunnen drones een belangrijk hulpmiddel worden in het vinden van nesten. Met name de nesten van grutto, wulp en tureluur die in gras broeden zijn vaak moeilijk te vinden. Met behulp van de drone en de bijbehorende infraroodcamera die op warmte reageert zouden nesten gemakkelijker gevonden kunnen worden. De komende jaren zullen er meer proeven volgen.
Henk van Diest en ondergetekende hebben voor het tweede jaar op rij een tiental gastlessen verzorgd op basisscholen. Geboeid luisterden de kids naar een afwisselend programma met mooie plaatjes en filmpjes. Na afloop serveerden we overheerlijke ‘redderijkeweidekaas’. We hopen hiermee te b ik d t i id lb h i d t k t d b
Groene Geheim Giessen (deel 4)
Workshop 'Schone Energie in Altena 2030
Johan Koekkoek
Het is 5 september. Goof van Vliet en ik zijn druk bezig de laatste hand te leggen aan de bijeenkomst op fort Giessen onder de titel ‘Schone Energie in Altena 2030’.
In 2015, het jaar van de biodiversiteit, hebben we het voor elkaar gekregen om onder de noemer het ‘Groene Geheim van Giessen’, bijna 1.000 bezoekers naar het fort Giessen te trekken. Dat was één!
In oktober van dat jaar lieten 21 koplopers van schone energie hun woningen en gebouwen zien aan geïnteresseerden. (Zie b.v. filmpje: https:// www.youtube.com/watch?v=qNf g45UEBY op YouTube). Dat was twee!
In het derde deel, begin 2016, hebben we van Frank Manders het inspirerende verhaal gehoord over de race in 80 dagen rond de wereld met elektrische voertuigen.
En nu dan de 4e keer met de Workshop ‘Schone Energie in Altena 2030’ als onderdeel van de vorming van de toekomstvisie voor de nieuwe gemeente ‘Altena’.
De drie gemeentebesturen proberen zoveel mogelijk burgers bij die visievorming te betrekken.
In mei van dit jaar was er een grote manifestatie in fort Altena waar uit 250 deelnemers 21 groepen ontstonden. Elke groep zou proberen zich met maatschappelijke thema’s bezig te houden om uiteindelijk een document over één of meerdere onderwerpen samen te stellen. In de visiegroep die zich als natuur aanmeldde werden drie hoofdonderwerpen besproken: Schone Energie, Grondgebonden Landbouw en Dooradering van Bomen. Ook Altenatuur doet mee. Op 22 juni werden in Aalburg de eerste schetsen gepresenteerd. Op 1 oktober zullen de eindresultaten en bijzondere iconen worden gepresenteerd aan een breder publiek. Dat is op Golfpark Altena. Deskundigen geven dan aan wat haalbaar is. Voor Altenatuur tekenden Goof en ik voor het onderwerp
Schone Energie om met de verbeelding aan de slag te gaan. In de werksessie in Aalburg, waar alle visiegroepen hun ideeën presenteerden, heeft Goof contact gemaakt met alle visiegroepen die iets gepresenteerd hadden over duurzaamheid. Hij heeft hen gevraagd of zij geïnteresseerd zouden zijn in een workshop over schone energie om zo een goed onderbouwd advies in het einddocument te krijgen.
Velen reageerden positief op dit aanbod. Het bestuur van Altenatuur gaf ook het groene licht. Het resultaat is dat op 5 september zo’n 50 deelnemers met elkaar brainstormden in workshopverband over dit onderwerp. Antoine Maartens van Urgenda hield een inspirerende lezing.
55.000 inw.
250.000MWh €50.
Goof en ik hebben veel energie gestopt in het voorbereiden van de bijeenkomst. Vooral het motto van de bijeenkomst vroeg overleg met allerlei mensen. Uiteindelijk hebben we gekozen voor het tot stand brengen van een gemeentelijk of gemeenschappelijk energiebedrijf Altena. Met enkele mensen hebben we daar een beeld – en rekensommen – van gemaakt. Waar het vooral om gaat is dat we ons bewust moeten worden dat onze 55.000 bewoners van het eiland Altena zo’n 250.000 MWh energie per jaar gebruiken en dat we daar grofweg zo’n 50 miljoen euro aan jaarlijkse energiekosten mee gemoeid is. Als we zelf die stroom opwekken en verdelen profiteren wij er als bewoners het
meeste van. Anders vloeien de winsten naar andere organisaties, vooral buiten de streek. Nu blijkt dat geld royaal in de samenleving aanwezig is, maar dat we er moeilijk bij kunnen komen. Om over het benodigde geld te beschikken om de investeringen te doen voor het aanleggen van zonnepanelen en het plaatsen van windmolens is het noodzakelijk dat we heel nauw met onze overheden moeten samenwerken. Ook moeten we proberen om op 5 september ons door een goed voorbeeld te laten inspireren. Daartoe hebben we contact gelegd met Urgenda en met succes.
Toen ons duidelijk werd dat samenwerking met de overheid de meeste winst op zou leveren, hebben we ons vooral geconcentreerd op een deelnemerslijst waar burger en overheid goed vertegenwoordigd zouden zijn.
Wij vinden dat we daar redelijk goed in geslaagd zijn. In de deelnemerslijst onderscheiden we twintig leden van een Visiegroep, zes zogenaamde Koplopers, vier Wethouders, vier Ambtenaren, gemeente, provincie, regio en waterschap en een aantal Belangstellenden.
Hopelijk lukt het de eindredacteur van dit Altenatuurtje om nog een gaatje te vinden voor een kort verslag van de avond (blz. 34 red.). Maar kijk ook alvast op de middenpagina! ❀
Uitnodiging Ledenvergadering op 10 november 19 30 uur Fort Giessen
Perceel van de Hr. Ewijk, gelegen aan noordzijde van griend Bellemakers.
Provinciale weg Noord te Almkerk.
Aankoop vereist toestemming ledenvergadering. De Secretaris.
Prov. weg Noord
griend Bellemakers
Zwartmèèrel
J a a p v a n D i g g e l e n
Het is 9 juli 2016. Om half vijf in de ochtend word ik wakker en hoor de merel in onze tuin zingen. Zijn prachtige territoriumzang in de ochtendschemer, zo laat nog in het seizoen. Mijn vrouw en ik ontdekten afgelopen weken een merelpaartje dat af en aan vloog in de tuin die als oase van groen nogal afwijkt in de ‘urban jungle’ van achtertuinen in onze straat. Eén terreur van overmatige verstening, versiergrassing en de tot in de tuinen opgerukte huiskamergezelligheid van lounge-sets met al zijn bijbehorende openbare luidruchtigheid. Ergens in de onontwarbare verknooptheid van een doorgeschoten kamperfoelie hoog in takken en twijgen van onze tulpenbomen, bouwden de merels hun nest. Als ze aanvliegen landen ze op het muurtje achter in de tuin en hippen dan van tak tot tak waar ze ergens bovenin in de kluwen van groen hun nest weten. Ik weet het niet. Ik moet gissen waar exact hun jongen op voedsel wachten. Ik zie wat takken en bladeren bewegen onder het gewicht van de zich verplaatsende vogel en meen wat gepiep van jongen te horen maar ruimtelijk gezien zitten mijn GPS coördinaten in 3D (die uiteraard alleen in mijn hoofd bestaan) toch
met een onzuiverheid vanaf pakweg de 7de decimaal. Dit levert een Bermudadriehoek (hoewel –kubus me hier meer op zijn plaats lijkt) op van minstens een halve kubieke meter niet-weten. Het is me niet duidelijk waarom de merels aanvliegen zoals ze het doen. Misleiden ze de bij de ‘urban jungle’ behorende grote predatoren, het leger huiskatten dat oprukt vanuit de belendende percelen, door enkele meters van het nest te landen en zich dan in de groene dekking te verplaatsen? Ongeveer zoals ook weidevogels enkele meters van hun nest vandaan landen en dan onzichtbaar tussen het hoge gras door naar hun nestje met peervormige eitjes sluipen. Of maken ze deze omweg omdat de kroon van de tulpenboom, doorvlochten met de lianen van de kamperfoelie van buitenaf zo ondoordringbaar is dat ze gedwongen worden van onderuit door het hart van de boomkruin te hippen? Het is me niet duidelijk.
Gisteren las ik in het NRC een artikel over het grote ‘amselsterben’. In 2012 zijn in delen van Duitsland honderdduizenden merels doodgegaan aan besmetting met het usutu-virus. Naar schatting werd toen een derde van de populatie bij onze oosterburen weggevaagd. Dit virus
wordt overgebracht via muggen en is oorspronkelijk afkomstig uit Afrika. In ons land bleef de merelsterfte gelukkig uit. In oktober 2012 werden 70 vers-dode merels onderzocht maar het virus werd hier niet aangetoond. Inmiddels lijkt het virus in Duitsland uitgewoed. De merel is met ruim een miljoen paren de meest talrijke broedvogel in ons land. De laatste jaren stabiliseren de aantallen en lijkt er zelfs sprake van lichte afname. Daar is maar één oorzaak voor aan te wijzen: het virus van de vertrutting van de tuinen in onze woonwijken dat zich razendsnel verspreid via tuincentra. Mocht dit ooit verkeerd aflopen voor de merel dan rest ons zijn schitterende zang zoals in 1968 vastgelegd door Sir Paul McCartney in het prachtige nummer ‘Blackbird’. Exact zoals ik hem vanochtend vroeg hoorde.
Op 26 september 2016 meldt Vogelbescherming op haar site het vogende:
Usutu-virus, de 'merel-ziekte' bereikt Nederland
We kregen bij Vogelbescherming al zeer veel meldingen van dode merels binnen en waren dus al bang dat het Usutu-virus zou gaan toeslaan in Nederland. Onderzoek aan dode vogels heeft nu definitief uitgewezen dat het Usutu-virus Nederland heeft bereikt. Het virus zorgde in 2012 bij onze Duitse buren nog voor een massale sterfte onder de merels en nu komen er talloze meldingen uit Gelderland, NoordBrabant en Limburg.
Blackbird singing in the dead of night Take these broken wings and learn to fly
All your life You were only waiting for this moment to arise
VOOR JOU!
Jan van Haaften
Hallo allemaal!
De mestkever heeft geen TomTom nodig
In mei van dit jaar fietste ik door de bossen en over de heide van Drente. Een prachtige omgeving. Wat me daar toen opviel was dat er overal mestkevers liepen. Vooral op plaatsen waar mest lag zoals langs een ‘paardenpad’.
Mestkevers ruimen de mest van grote plantenetende dieren op. Die mest is al een beetje verteerd en de mestkever doet dat nog eens dunnetjes over. En kan daar goed van leven. Voor hun nakomelingen maken m tk hmestballetje et vrouwtje
kan het larfj
moet ik nog helpen?
Dat teru bijvo let hij op het melkwegstelsel. Zo hoeft hij geen meter te ver te lopen! Slim hè.
Kijk ook eens op: http://www.schooltv.nl/ video/de-mestkever-oppad-met-een-mestbal/
filmpje
Sporen zoeken
Als planten uitgebloeid zijn komen er op de plaats van de bloem vaak zaden. Dat heb je vast wel eens gezien. Als de zaden rijp zijn en op de grond vallen komen daar weer nieuwe planten van. Zo gaat dat bij zaadplanten.
sporenplant zaadplant
Er zijn ook planten die we sporenplanten noemen. Varens, mossen en paddenstoelen zijn zulke planten. Deze planten maken geen zaden maar ‘sporen’. Bij een varen zitten die aan de onderkant van het blad. Mooi op rij in kleine bruine doosjes.
sporen
mos
sporen
paddenstoel
herkennen Na de win komen ze als sierlij groene roltongen boven de grond.
sporendoosje
Ik hoor gezoem in m’n slaapkamer
Heb je dat ook weleens? Lig je net in bed en ja hoor, een mug! Als je zo’n zoemende mug hoort is het waarschijnlijk een vrouwtje. Ze lokt met haar gezoem een mannetje. Behalve dat ze zoemt steekt het vrouwtje ook nog. Ze is op zoek naar bloed. Dat heeft ze nodig om haar eitjes te maken. Mannetjes halen alleen maar sap uit planten.
... of je neemt een l mboe!
Als een vrouwtje steekt puit ze eerst wat ‘muggensap’ naar binnen. Dat sap heet histamine. Door dat muggensap onder onze huid lijft het bloed vloeibaar en worden onze kleine adertjes een beetje lek. Dat is voor de vrouwtjesmug erg handig want zo kan ze ons bloed makkelijk op zuigen. Wel vervelend dat dat muggensap na de steek zo vervelend gaat jeuken en dat er zo’n bult te voorschijn komt!
tot de volgende keer!
PROGRAMMA NAJAAR 2016
Activiteiten worden vooraf aangekondigd in de streekbladen. Let ook op de website voor eventuele wijzigingen: www.altenatuur.nl.
Noteer de data vast in uw agenda!
Donderdag 27 oktober: Lezing over vleesvervangers.
In het kader van het VN jaar van de Peulvrucht houdt Henk Schouten een lezing over vleesvervangers. Deze zijn tijdens de avond ook te proeven. Henk Schouten is directeur van Schouten Europe. Sinds 1893 zijn er al Schoutenbedrijven in Giessen gevestigd. Schouten Europe is de grootste producent van vleesvervangers in Nederland.
Vanuit de overtuiging dat de wereld behoefte heeft aan een voedselpakket dat minder op dieren en sterker op planten steunt, wil Schouten Europe consumenten een duurzaam alternatief bieden voor vlees. Het assortiment vleesvervangers moet aansprekend zijn voor flexitariërs, vegetariërs en veganisten en de producten moeten passen in een gezonde levensstijl. Op een eerlijke en transparante manier wil men produceren met respect voor mens, dier en milieu.
Plaats: Fort Giessen, aanvang: 20.00 uur.
Zaterdag 5 november: Altenatuur actief op de Landelijke Natuurwerkdag!
Ook dit jaar doet Altenatuur weer mee aan de Nationale Natuurwerkdag.
We gaan aan de slag in onze griend aan de Emmikhovenseweg in Almkerk.
Op de Natuurwerkdag hopen we de drie-jarige cyclus voor de griend weer af te ronden: de stoven zijn afgezaagd en de takken worden oprgeruimd. We roepen leden en belangstellenden op om mee te doen op deze gezellige werkdag. Aanmelding graag via www.natuurwerkdag.nl (zoek onder provincie Noord-Brabant naar de locatie Griend Emmikhovenseweg) zodat we weten op hoeveel deelnemers we kunnen rekenen. Gereedschap, eten en drinken wordt voor gezorgd. Er wordt gewerkt van 8.30 – 13.30 uur. Werkkleding(-handschoenen) en laarzen aanbevolen. Na aanmelding via de site, ontvangt u een bevestiging van uw deelname.
Donderdag 24 november: Lezing ‘Uilen en hun symboliek’ Uilen zijn fascinerende vogels die sinds mensenheugenis tot onze verbeelding spreken. Zo is de Steenuil het symbool van de Griekse godin van de wijsheid, Pallas Athena. Dit kleine uiltje dat dankzij de uilenbescherming in onze streek in maar liefst 40 nestkasten tot broeden komt, heet daarom wetenschappelijk Athena noctua. De symboliek rond uilen die vanaf de oudheid tot vandaag de dag voortduurt is het onderwerp van de lezing die Thijs Caspers op deze avond geeft. Thijs is bekend als auteur van prachtige artikelen in het ledenblad van Brabants Landschap en een aantal schitterende boeken over de Brabantse natuur. In zijn amusante lezing laat hij zien hoe men door de eeuwen heen in allerlei landen en streken de betekenis van uilen heeft geduid. Het gaat over uilen in bijgeloof, mythen en symbolen, vanaf de Oude Grieken tot aan de recente Fabeltjeskrant toe. Deze wervelende lezing van een rasverteller mag u niet missen!
Plaats: Fort Giessen, aanvang: 20.00 uur.
WERKOCHTENDEN BEHEERCOMMISSIE
WINTERSEIZOEN 2016 - 2017
De komende winterperiode worden weer vrijwilligers gezocht die een handje willen helpen bij het onderhoud van de natuurgebieden. Deze werkochtenden vinden op iedere derde zaterdag van de maand plaats en duren van 8.30 – 12.00 uur.
De Altenatuur-werkochtenden zijn gepland op:
Zaterdag 5 November: Natuurwerkdag (zie ook middenpagina 1)
Plaats: Almkerk, Emmikhovenseweg
Activiteit: Griend-onderhoud: opruimen wilgen- en essenhout.
Zaterdag 19 november:
Plaats: Almkerk, Emmikhovenseweg
Activiteit: Griend-onderhoud: opruimen wilgen- en essenhout.
Zaterdag 17 december en 21 januari:
Plaats: Waardhuizen, Griend langs N322
Activiteit: Griend-onderhoud: opruimen wilgen- en essenhout.
dinsdag 27 december (extra ochtend)
Plaats: Uitwijk, fietspad langs Wijde Alm
Activiteit: onderhoud houtopstanden langs Wijde Alm (Noordoever). Verzamelen op parkeerplaats langs Wijde Alm, bereikbaar vanaf de Poortweg (tussen Almkerk en Uitwijk).
Programma februari, maart en april komt in het volgende Altenatuurtje. Materiaal is aanwezig maar heeft u zelf goed gereedschap dan is het misschien wel handig om dat mee te brengen. Laarzen, regenkleding en werkhandschoenen aanbevolen.
Meer informatie: Jaap van Diggelen, (0183-402034) en Pia Stierman, (0183-505341)
Bericht van de penningmeester
In de loop van de zomer hebben alle leden een verzoek gekregen om de contributie voor onze vereniging te betalen. Dit verzoek is op 9 augustus per email verstuurd aan de leden waarvan we een emailadres hebben gekregen. Per post is het verzoek al eerder in juni verstuurd.
Driekwart van de leden heeft inmiddels de contributie betaald Mocht u misschien nog niet betaald hebben, dan wil ik u via deze weg verzoeken dit alsnog te doen.
Namens de vereniging alvast hartelijk dank!
Als je graag tuiniert ken je d wortels van deze plant vast we Het is alsof je spaghetti aantre onder de grond. Witte lang slierten waar ogenschijnlijk gee eind aan komt. Van daaruit ontstaa een bijzondere plant. Voor vanwege zijn trechter-vormig bloemen. Meestal hagelwit. Met cm, ruim bemeten. Maar ook vanwege de hoogt waarnaartoe hij kan klimmen. Som wel 3 meter! Hij heeft daar wel wa hulp bij nodig. Met de kenmerke van een liaan wikkelt hij zich om zi omstanders. Heel behendig. Stev vast. Om vervolgens weer verde te gaan naar een volgend objec Zoekend naar een nieuw steunpunt. Niet met ranken maa met de stengels. De bladeren staan op lange stele Hartvormig en spits toelopen Daaromheen soms weer ee knop. Ontstaan in een oksel.
Hij staat in de boeken genoteer als Calystegia sepium. Bij ons bete bekend als Haagwinde. Of ook w Pispotje!
Jan van Haaften
Fort Giessen op de schop
Rob Mulder
Ondanks alle inzet van Johan Koekkoek, John Kollen en Hans van Tilborg bij de vele bouwkundige verbeteringen van het Fort bij Giessen in de afgelopen jaren, was een ingrijpende restauratie onomkeerbaar. Lekkages, slecht metselwerk, de slechte staat van de houten deuren en luiken en onverantwoorde aanpassingen aan de gebouwen zijn enkele van de voorbeelden waarom grootschalig herstel meer dan nodig is.
In twee artikelen zal worden ingegaan op de restauratie van het Fort bij Giessen, een restauratie die in omvang even groot is als de restauraties van Fort Altena en Fort Bakkerskil in 2011 en 2012. Dit fort is uniek, de aanaardingen, het grondplan, de fortgracht als het onderhoudspad zijn grotendeels onveranderd bewaard gebleven zonder aanpassingen met andere defensieve middelen. Brabants Landschap is de eigenaar van dit Rijksmonument en Wessel Zonneveld is als bouwcoördinator de opdrachtgever. Oome Raamsdonk BV voert de werkzaamheden uit.
Het fort is in de periode 1878 en 1881 gebouwd en bestaat uit het kazernegebouw A en de kanonremises B en C. De historie van het fort is door Kees van Maastrigt uitgebreid beschreven in het boek 'Fort bij Giessen in de Hollandse Waterlinie Erfgoedreeks'.
De kanonremise B is een gebouw met twee verdiepingen, een remise met een verdieping lager munitieruimten met een lichtgang met 14 lampnissen. In de remise stonden in de periode 1881-1920 vier kanonnen opgeslagen. Kanonnen met een getrokken loop. De zogenaamde trekken en velden in de loop gaven de kogel een stabielere baan. Met andere woorden een nauwkeurig stuk geschut. Kenmerkend voor gebouw B is de munitielift die nog volledig intact is. Gebouw B is bekend om de grote populatie vleermuizen.
In de jaren vijftig van de vorige eeuw was grond nodig om een dam in de gracht van het fort te maken. Grond voor de kanonremise B werd daarvoor afgegraven.
Op de onderste bouwlaag werden schuifdeuren geplaatst en de oorspronkelijke ingang van de remise was niet langer bereikbaar. Het is vanuit historisch oogpunt belangrijk dat kanonremise B de oorspronkelijke ingang weer terugkrijgt.
De ingang, uit de vijftiger jaren, op de onderste bouwlaag is inmiddels afgesloten met metselwerk. Om de onderste bouwlaag te beschermen tegen indringend grondwater is een waterdichte laag aangebracht. Daarna kon de grond weer worden aangevuld en kon een begin worden gemaakt met het herstel van de oorspronkelijke authentieke ingang. De metselaars hebben een houten schenkel geplaatst om de rondboog in het metselwerk boven de deuren terug te brengen.
Interieur kanonremise B, ingang lichtgang
Exterieur kanonremise B, de ingang
Omdat door deze ingrepen wellicht de vochtigheid in het interieur verandert, welke nauw luistert voor de vleermuizen, worden zogenaamde zweetleidingen op de onderste bouwlaag aan de gemetselde boogconstructie geplaatst.
Extra wegkruipplekken en invliegopeningen worden voor de vleermuizen gemaakt, dit vindt plaats in nauw overleg met de ecoloog Ronald van Os.
De munitielift wordt door de smid nagezien en zal weer worden teruggeplaatst. Als de werkzaamheden afgerond zijn, gaat kanonremise B weer dicht voor bezoekers en kunnen de vleermuizen in ‘alle‘ rust hun huisvesting weer in gebruik nemen.
Het kazernegebouw A staat aan zijn ‘keelzijde’ 1) volledig in de steigers en is aan de ‘vijandzijde’ ontmanteld. De gronddekking van drie meter dikte is volledig erwijderd. Het ak is voor het erst sinds de bouw n de periode 878-1881 weer e zien. Italiaanse feren door de erracotta kleuren an de bakstenen, eze kleurenpracht is helaas van korte uur.
Interieur kanonremise B, positie munitielift
Dak van kazernegebouw A
De wanden die nu vrijgemaakt zijn, worden geïsoleerd met hoogwaardig thermisch isolatiemateriaal en evenals kanonremise B voorzien van een waterdichte laag. Binnenkort gaan de bijzondere vormen van gewelven en de vele schoorstenen schuil achter de zwarte waterdichte laag.
Deze waterdichte laag zal de oorspronkelijke waterzuivering van regenwater weer mogelijk maken. Regenwater dringt in de laag grond en zand op het fort en werd via de laagste punten van de dakgewelven opgevangen in druipkokers. Deze slimme vinding maakte dat het fort in oorlogstijd volledig zelf voorzienend was op het gebied van drinkwater.
Na de waterdichte afdichting van het fort komt de originele grondlaag weer terug en zullen over niet al te lange tijd de schapen weer als vanouds op dit deel van het fort kunnen grazen.
Wandafwerking van kazernegebouw A
Johan Koekkoek en John Kollen zijn nauw betrokken bij alle werkzaamheden van deze restauratie en zijn als kenners van het fort een meer dan welkome vraagbaak voor Brabants Landschap en het aannemersbedrijf.
In het volgende Altenatuurtje zal verder worden ingegaan op de restauratie van het Fort bij Giessen. De aanpassingen in het interieur en de vele werkzaamheden voor het herstel van het metselwerk van kazernegebouw B zullen dan worden toegelicht. ❀
De gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem hebben besloten om op 1 januari 2019 één gemeente te worden Om bewoners meer te betrekken bij deze overgang en hen ook invloed op de totstandkoming te geven is besloten door visiegroepen een Toekomstvisie voor de nieuwe gemeente te laten maken. U heeft dat ook gelezen op bladzijde 19 t/m 21.
Tijdens de presentatie van de toekomst ideeën voor de nieuwe gemeente Altena op 22 juni bleek dat veel van de 21 groepen duurzaamheid als een van de speerpunten hadden benoemd. In gesprekken bij de stands bleek dat er veel behoefte was aan ‘handige’ kennis. Wat zou de nieuwe gemeente concreet moeten en kunnen doen aan energiebesparing, schone energie en andere vormen van duurzaamheid. Dit alles om de CO2-uitstoot terug te dringen en zo de klimaatontwrichting te stoppen. Altenatuur heeft een verdiepingsworkshop aangeboden. Op 5 september zijn 50 mensen fanatiek aan de slag gegaan met het onderwerp. Eerst een paar korte en bondige inleidingen om er goed in te komen en daarna op de kaart van het eiland Altena windmolens en zonnepanelen plakken. In 6 groepen werd stevig en serieus gediscussieerd. Er werd afgesloten met de toezegging de kern van de avond te beschrijven en naar alle visiegroepen te sturen om er verder het goede mee te kunnen doen.
Goof van Vliet deed de aftrap, hij had twee sheets. De ene de Aardbol vanuit de ruimte. Met dat bolletje moeten we het allemaal doen, er is geen tweede als we hem kapotmaken. De andere was van het Eiland Altena. Dat is een mooi omsloten gebied om de energieopgave aan te pakken.
Antoine Maartens van Urgenda had het langste verhaal. Terecht, Urgenda is al jaren een actieve koploper in het terugdringen van de CO2-uitstoot in Nederland. Zij denkt dat het mogelijk is om in 2030 volledig duurzaam te zijn in Nederland. Dan moet er wel hard gewerkt worden. Dat is trouwens ook goed voor de werkgelegenheid. Antoine liet in enkele sheets zien hoe urgent maatregelen nodig zijn in de CO2-reductie om de temperatuurstijging te stoppen. Een ingrijpende verandering is dat energiewinning niet meer ondergronds kan, dit zal voortaan bovengronds plaats vinden. Alleen daar kun je zon en wind opvangen. We zullen daardoor een nieuw landschap krijgen. Hij benadrukte dat je energie nu vooral lokaal op moet wekken en moet verdelen. Geen grote energiecentrales meer. Hij had een enthousiaste ambtenaar meegenomen van Ameland, Luc van Tilligen. Alleen door de inzet van gepassioneerde, technisch en financieel deskundige mensen kan de energietransitie werkelijk op gang komen. Dit bleek ook op Ameland. Onze gemeente(n) moet het aanstellen van dit soort mensen professioneel mogelijk maken.
Koen Lemmens, namens de 3 gemeenten, vertelde hoe ver de gemeentes zijn. Eigenlijk is er tot dusver alleen maar wat marginaals gebeurd. Volgens hem is er nog steeds niet veel minder energie gebruikt en is het aandeel schone energie ongeveer 6%. Het gaat naar zijn idee veel te langzaam om zelfs de kleine ambitie van de gemeentes te halen.
... energie vooral lokaal opwekken en geen grote energiecentrales meer...
Ienze Koekkoek van DECAB, de enige energie coöperatie op het Eiland, gaf aan dat DEcAB voorzichtig begonnen is maar nu de noodzaak ziet om veel meer en sneller te gaan investeren in schone energie. ‘Stip op de horizon’ (2035) is dat er een gemeenschappelijk Energiebedrijf Altena zal zijn dat alle energie schoon levert.
Johan Koekkoek van Altenatuur/Groene Geheim van Giessen benadrukte dat er echt snel en veel moet gebeuren aan energiebesparing en schone energie. Met deskundigen heeft hij uitgerekend dat met 100 ha zonnepanelen, 7 windmolens op het eiland en 2 grote op zee wij onze energiebehoefte in 2030 duurzaam kunnen dekken voor alle 22.000 woningen. Geen gas meer, alles elektrisch en elk huis 1 elektrische auto. Zie de tekening van Emiel Versluis op de middenpagina. Het bedrijfsleven gebruikt 2 tot 3x zoveel energie. Daar moet ook wat voor geregeld worden. Misschien wil het bedrijfsleven dat wel zelf oppakken?
elektrische auto levert voor 8 dagen stroom aan woning...
In de 6 groepen was men het erover eens om de energie zelf op te wekken, geen ‘NIMBY’ (Not In My Back Yard, red.). Als men echt stickers op de kaart moest plakken met 7 windmolens en 100 hectare zonnepanelen durfde bijna niemand dat aan. Heel voorzichtig begonnen dus, maar het begin is er. Door het als gemeenschap te doen kan er goedkoper geleend worden voor de investeringen, kan er eerlijker verdeeld worden en kan de opbrengst in de gemeenschap gestoken worden. Men wilde niet dat één organisatie de winst op zal strijken. Er werden ook bijzondere ontdekkingen gedaan. Er zijn nogal wat verborgen zandwinningsputten waar drijvende zonnepanelen op geplaatst kunnen worden. Een heel bijzondere is de 1000 ha waterbekkens van Evides in de Biesbosch, onderzocht gaat worden of dat mogelijk is. Een andere eyeopener was dat elke elektrische auto ook energie kan leveren aan de woning, zelfs voor 8 dagen. ... eyeopener:
Fons Naterop wilde als voorzitter van het visietraject heel graag nog even het woord hebben. Hij benadrukte daarin het grote belang van deze workshop maar vooral dat de uitkomst, het gemeenschappelijk energiebedrijf stevig onderbouwd als icoon gepresenteerd zou worden. De uitvoering kan al veel eerder dan 1 jan 2019 plaats vinden. De drie huidige gemeenten zullen hier stevig aan mee werken. Het Waterschap Rivierenland wil trouwens ook meewerken aan de realisatie van het duurzame energiebedrijf Altena. In het najaar zal er hard gewerkt worden aan het uitwerken van het GEB Altena als een snel in te voeren icoon voor de nieuwe gemeente Altena. ❀
Dokter Tinus versus de gierzwaluwen
Jaap van Diggelen
Rond half april dit jaar ontstond er commotie in de vogelwerkgroep van onze natuurvereniging. De historische gevangenpoort in Woudrichem zou een opknapbeurt ondergaan, aan muren en deels ook het dak. Onze vogelaars wisten dat onder de oude, hier en daar flink scheve dakpannen, jaar in jaar uit een kolonie gierzwaluwen nestelde. Wat was nu wijsheid? De stellingen waren al in 4 etages opgebouwd tot aan de rand van het dak en alles was klaar om te starten met de werkzaamheden. Leden van de vogelwerkgroep hadden slapeloze nachten: over enkele weken of misschien al eerder zouden de eerste gierzwaluwen, honkvast als ze zijn, terugkeren naar het vertrouwde dak.
Misschien zelfs wel naar dezelfde dakpan waaronder ze hun nestjes van vorig jaar nog wisten.
De flora- en faunawet is volstrekt duidelijk over werkzaamheden in de broedperiode: het verstoren van beschermde vogels is dan absoluut verboden tenzij een ontheffing is afgegeven. Toch gingen we in overleg met opdrachtgever, projectleider en aannemer die, zo bleek direct, niet aan een ontheffing hadden gedacht. Het ging hier om niet-vergunning plichtige maatregelen zoals vervangen van de oude kalkrijke voegen en het renoveren van schoorstenen. De Flora-Faunawet was überhaupt niet in beeld geweest. Na wat heen en weer gepraat waarin de ernst van de situatie bij alle betrokkenen duidelijk werd, kwamen we tot een compromis: de planningen werden versneld zodat uiterlijk 12 mei de bovenste stellinglaag kon worden verwijderd zodat de gierzwaluwen hun vrije aanvliegroute van enkele meters zouden hebben.
Op uitnodiging van de uitvoerder stond ik maandag 25 april samen met een vogelwerkgroeplid enigszins onvast op mijn benen op het bovenste plankier ter hoogte van het dak van de gevangenpoort. Knap hoog zo’n middeleeuwse poort! Voorzichtig tilden we de dakpannen op de onderste rij één voor één op en troffen al gauw de schitterende nestjes van vorige jaren aan. In totaal meer dan tien aan beide kanten van het zadeldak, de kolonie was hiermee aangetoond.
Het kleine nestkommetje van een gierzwaluw is gemaakt van het speeksel van het beestje, verstevigd met allerlei licht materiaal (strootjes, veertjes) dat de vogels uit de lucht oppikken. De aannemer en de uitvoerder hielpen beiden mee bij het zoeken naar nestjes maar ze werden constant gestoord door telefoontjes. Wat bleek? De voltallige crew van de televisieserie dokter Tinus met hun busjes en apparatuur had zich verzameld beneden, buiten de poort voor een opname. Er was intensief mobiel telefoonverkeer met regisseur, wethouder en overige directie. Of het wellicht mogelijk was om het zware boorwerk waarmee de oude voegen werden verwijderd stil te leggen, zodat er ongestoord gedraaid kon worden. Moest het natuurbelang van de beschermde gierzwaluw wijken voor een landelijke televisieserie die Woudrichem in de schijnwerpers zet? Bij navraag blijkt dat later op de dag het werk enige tijd is stilgelegd zodat Tinus kon draaien. Ook hier een compromis dus.
Een week later werden de eerste gierzwaluwen gesignaleerd rond de Woerkumse daken. De planning van 12 mei werd gehaald en de vogels hebben succesvol op de gevangenpoort gebroed. Onder meer onder één van de speciale gierzwaluwenbroedpannen die op ons verzoek in het dak waren aangebracht. Alle partijen tevreden en het belangrijkste: de gierzwaluw gered. Waar zouden dit soort vogels zijn zonder ons?
Bijzondere belevenissen van vrolijke vogelaars
Henk Kraaijkamp
Na een grondige voorbereiding door Henk v Diest en Len startte het jaarlijkse weekend van de vogelwerkgroep op 15 april. Dit keer in zuid Limburg.
Vrijdagmorgen om en uur of tien verzamelden we bij het bezoekerscentrum van de Maasduinen. Het was koud en de zin in warme koffie was groot. Helaas, het centrum opende pas om elf uur. Niet getreurd, in het dorp zou best een restaurant open zijn om deze tijd. Nee dus, allemaal om elf uur. Behalve een warme bakker met tearoom. Daar smaakte de koffie met vlaai ook prima. De onderlinge gezelligheid nam toe en met de eerste goede grappen achter de rug werd de wandeling rond het maasduinenmeer ingezet. De typische bosvogels lieten zich uitgebreid horen. De algemene, zoals mezen en merels, maar ook sperwer en havik.
Vroeg in de middag, op naar het uiteindelijke reisdoel. Het Nivonhuis in Heerlen. Nog maar net de snelweg op konden we achter in de rij aansluiten. Het bleek een rijtje van dik elf kilometer te zijn omdat een appelsapvrachtwagen dwars over de weg was gaan liggen. Afijn, na drie uur waren we toch op de prachtige bestemming. Een schitterend klassiek gebouw met een enorme tuin en dicht bij het centrum. Ook de vogelaars die de vrijdag nog moesten werken kwamen veilig aan en van het diner werd al kletsend genoten. De avond zou rustig beginnen leek het, maar nee hoor, verrassing. Wouter, Perry en Linda zetten wat spulletjes uit en het bleek dat ze een quiz aan ons voorschotelden. en niet zo maar een, hoe kan het toch anders, een vogelraadspel. Filmpjes zouden worden getoond. Je zou denken aan vogelherkenning maar dat bleek
anders. De film toonde Wouter die langs een stekelige struik kwam aangeslopen. Het duurde even voordat het kwartje viel maar toen was de club op het spoor gezet. Natuurlijk....... een braamsluiper. Met veel plezier en een hoop gezelligheid werden bijzondere vogels uitgebreid uitgebeeld. Kauw en boomkruiper bijvoorbeeld. En een moeilijke, bosrietzanger. Het groepje winnaars verwierf eeuwige roem en een leuke prijs.
Zaterdagmorgen zes uur.
Op naar de Brunssummerheide. Daar ontmoetten we Hans, een ervaren vogelaar die de heide al jarenlang inventariseert. In het eerste vale ochtendlicht wees hij ons een hoge dode boom en vertelde dat er een boomklever broedde. Het was weliswaar nog vrij donker maar wat daar met de vleugels wiebelde was groter. Een kauw, nee ook niet want het waggelde langzaam in het zicht. Het bleek een jonge bosuil. Iedereen stond verbaasd en enthousiast door de verrekijker te turen. Het waren er
twee. Zelfs de ouders die ook in de buurt zaten werden ontdekt. De ochtend kon dus niet meer stuk.
De Brunssummerheide had nog veel meer te bieden. Wat te denken van een zestal roodborsttapuiten, barmsijs, grote lijster, goudhaantje, boomleeuwerik, zwartkop, grote bonte specht, gekraagde roodstaart, boompieper en groene specht om er maar eens een paar te noemen.
Na het ontbijt werd de rondleiding voortgezet. Naar een open landschap met moerasachtige begroeiing aan de rand van de Duitse grens. De wandeling beviel prima in het zonnetje en leuke vogels werden gespot. Witte kwikstaart. Kneu, grasmus, geelgors en rietgors waren zichtbaar en hoorbaar. Bij een boerderij liepen zwarte zwanen, mandarijneenden en slobeenden in de wei samen met albino kangoeroes, maar die telden voor de statistieken niet mee. Langs het fietspad was een tjiftjaf te horen. Tjiftjaf, nee toch niet, een fitis dan, ook niet. De zang begon als tjiftjaf en eindigde als fitis. Heel bijzonder, een
hybride vogel en vrij zeldzaam. Er is een geluidsopname van maar die is in het Altenatuurtje moeilijk hoorbaar te maken.
Later in de middag is een groepje nog in de buurt van Heerlen naar een natuurgebiedje geweest. Aan de ene kant golvend graslandschap, aan de andere een steile heuvel. In de heg aan het pad werden honderden wijngaardslakken aangetroffen. Prachtige planten als wilde salomonszegel en een orchideeënsoort.
In de heuvel was een duidelijk herkenbaar hol van een das.
Langs wat struiken vloog een merel en een vergelijkbare die wat groter was van postuur. Een beflijster.
Tijdens de reis naar huis een tussenstop gemaakt bij de Maasplassen. Een open en waterrijk gebied, grotendeels uitgegraven voor zandwinning. Daarin enkele aangelegde eilandjes met daarop een bevolking van merendeels meeuwen. Twee heel bijzondere soorten zaten er tussen. Zwartkopmeeuwen en een geelpootmeeuw. Dat was een jong rkennen, niet an zijn gele oten want die ad hij nog niet, maar aan zijn warte navelpunt. De svogel kwam ok nog rominent in eeld, maar ja, dat is er een die we hier in de buurt al vaak zien. Al blijft hij wel heel mooi natuurlijk.
De dag werd afgesloten met een restaurantbezoek in Heerlen.
De laatste dag alweer.
Zondagmorgen, allemaal lekker uitgeslapen, boeltje opgeruimd, kamer gekuist en afscheid genomen van de aardige vrijwilligers die het Nivonhuis runnen.
Alles bij elkaar opgeteld zijn 86 soorten gezien of gehoord. Iets minder dan we gewend zijn in deze weekenden maar wel met enkele zeldzame waarnemingen. Dit was wel weer een weekend vol bijzondere belevenissen van vrolijke vogelaars. ❀
Zwerfvuil en statiegeld (met nabrander)
Johan Koekkoek
Er blijken gelukkig toch nogal wat mensen te zijn die zich ergeren aan het zwerfvuil en dan met name in de bermen. En als dan binnen onze vereniging er nog eens op aangedrongen wordt dat er in ons blad toch ook wel weer eens aandacht aan dit probleem gegeven mag worden voel ik me aangesproken.
Bij de oprichting van het Kringloopcentrum in Almkerk, in de tachtiger jaren van de vorige eeuw, behoorde plastic, en dan in het bijzonder het zwerfplastic, een hoofdmotief om deze grondstof in een hergebruikcircuit te brengen. Tot op zekere hoogte is de aanpak van dit laatste aardig aan het lukken. Alleen het loslaten van drankkartonnetjes, blikjes en flesjes in de openbare ruimte verdient van alle kanten nog de nodige aandacht. Enkele weken geleden was de aanpak van het statiegeld op deze plastic flesjes weer eens in het nieuws. De afspraak met het bedrijfsleven was dat zij voor een substantiële bijdrage zouden zorgen om dit probleem opgelost te krijgen. Tot op heden is dat niet gelukt.
Het kwalijke van zwerfplastic Plastics blijken een groot effect te hebben vanwege hun lange levensduur en doordat plastics vooral in zee pas afbreken tot schadelijke, heel kleine deeltjes. Door het grote aantal, de lange levensduur en de mogelijkheid om grote afstanden af te leggen vormt plastic zwerfafval in zee een groot gevaar voor het zeeleven.
Statiegeld?
Gemeten in volume bestaat het zwerfafval voor ongeveer 15% uit plastic flesjes. Afhankelijk van het statiegeldbedrag wordt minimaal 70% van de plastic flesjes in de winkel ingeleverd. Daardoor zal de hoeveelheid zwerfafval flink verminderen. Verwacht mag worden dat de totale hoeveelheid zwerfafval met ongeveer 10% zou kunnen afnemen als gevolg van statiegeldheffing.
De discussie over een statiegeldverplichting voor de kleine drankverpakkingen duurt inmiddels al meer dan 15 jaar. De landelijke overheid heeft hierover al veel en vaak overlegd met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. Toch zijn er nog steeds geen definitieve besluiten over genomen. De vertegenwoordigers van het bedrijfsleven hebben tot nu toe steeds andere, ‘betere’ maatregelen toegezegd. Daarmee hebben zij de invoering van statiegeld al een aantal malen weten te voorkomen. Het parlement noemde statiegeld ‘ een stok achter de deur’: als het bedrijfsleven nieuwe toezeggingen niet zou nakomen, zou statiegeld voor deze verpakkingen alsnog worden ingevoerd.
resultaat 16 stuks na
Waarom zit er in Nederland nog steeds geen statiegeld op flesjes en blikjes? Kort gezegd: door de grote lobbykracht van grote supermarktketens en frisdrankproducenten en door een zwakke overheid die geen duidelijke maatregelen durft te nemen. Hoe zit het eigenlijk met onze eigen politieke partijen? En wij, hebben wij hen al eens een mailtje gestuurd over ons probleem? fietstochtje Werkendam - Sleeuwijk
Wat blijkt
De Duitse regering heeft per 1 januari 2003 landelijk statiegeld ingevoerd op eenmalige drankverpakkingen als maatregel om het gebruik van primaire grondstoffen te beperken. Enkele maanden na de invoering van het statiegeld meldde het Duitse ministerie voor milieu al dat er sprake was van een forse afname van het zwerfafval van eenmalige drankverpakkingen. En de plaatselijke en regionale kranten stonden vol met opgetogen berichten van vuilraapgroepen die melden dat ze bij hun voorjaarsactie of zomeractie veel minder zakken vuil hadden geraapt dan voorgaande jaren, omdat er dat jaar nauwelijks of geen blikjes en flesjes meer te vinden waren.
Nog een nabrander
etiket op
Onze beheercommissie heeft al voor het tweede jaar de Langen Bruggert en de Oude Weide steeg in Eethen gemaaid voor het winnen van hooi. Dat hooi bereikt o.a. de paarden van Amera, mijn dochter. Regelmatig ben ik ook aan de beurt om de dieren hooi te geven. Dan loop ik langs de hooinetten om een platgedrukt drankkartonnetje of een plastic flesje uit het net te halen. Een bezigheid die het genot van het hooi geven substantieel verkleint. Tussen twee haakjes en tot slot: er is dit jaar mooi hooi binnen gekomen. ❀
Advertentie van de Beheercommissie:
Ook paarden?
Hooi van de Beheercommissie. Kosten; maaien, ruggen, persen, wikkelen en uiteraard thuisbezorgen.
Neem contact op met de beheercommissie, Johan Koekkoek, tel. 06-47044723
Duits
Autofiel of aanpassingsvermogen, autohater
of concurrentie?
Herman van Krieken
Zaterdag 23 april kwam Jan Koekkoek me helpen met het zagen van de dikke takken van de es die bij onze B&B staat. We hebben de es laten knotten omdat we 49 zonnepanelen hebben op het dak van de B&B die last hebben van schaduw van de grote es bij ons huis. Dagen ben ik bezig om al het hout op te ruimen. Dikke takken zijn voor de houtkachels en de kleine takken gebruik ik om een mooie takkenhoop te maken naast de dikke stam van de es aan de rand van de poel. Overal in onze wilde tuin heb ik takkenrillen gemaakt.
Rond ons houten huis en de B&B, ook helemaal van hout, zit vaak een klein pedant vogeltje hard te roepen: de winterkoning. Winterkoningen zoeken hun voedsel in en nabij struikgewas. Met hun fijne snavel zijn ze gespecialiseerd in het eten van kleine insecten. Ook uit kleine spleten in bijvoorbeeld schors kunnen zij allerlei proteïnerijk gedierte peuteren. Het koepelvormige nest, bestaande uit mos, bladeren en gras, wordt gemaakt in dichte struikgewassen, in houtstapels, maar ook in klimophagen in diverse landschapstypen.
Het verhaal gaat dat de winterkoning, die toen nog geen winterkoning heette, bij een wedstrijd om het koningschap der vogels op een slimme manier won. De vogels besloten een wedstrijd te organiseren en de vogel die het hoogst kon vliegen zou koning worden. De winterkoning schatte in dat hij kansloos was, tenzij hij een list verzon. Hij verstopte zich in de veren van de arend en toen de arend niet meer hoger kon komen, begon de winterkoning aan zijn vlucht. Sindsdien houdt hij van trots zijn staartje omhoog.
o’s onder Leida’s auto vliegen met nestmateriaal. Ze gaat 3 dagen per week werken in Den Bosch en is dan de hele dag weg. Geen enkel probleem, als ze terug is gaat meneer rustig verder met bouwen. Rechts aan de achterkant wordt druk gebouwd aan een nestje. Aan het begin van de week neem ik een besluit; ik ga dat nest verwijderen. Het risico dat het fout gaat is me te groot. Straks worden er eieren in gelegd en rijdt Leida ermee naar Den Bosch zonder of met broedende vogel. Ik kruip onder de auto en zie een fraai nest rechtsachter bij de schokbreker en wat draden. Het nest zit stevig verankerd en ik moet moeite doen om alle nestmateriaal te verwijderen. Meneer winterkoning zit in de buurt hard op me te schelden maar daar trek ik me weinig van aan. Het mannetje maakt namelijk meerdere nesten, waarna het vrouwtje uiteindelijk één nest uitkiest om in te broeden. Als het vrouwtje op de eieren zit, probeert het mannetje een ander vrouwtje te lokken in één van de andere nesten. Voor de zekerheid leg ik een plastic zak met inhoud onder de auto die flink ruist in de wind zodat hij niet opnieuw begint. Als ik zaterdag ochtend 23 april naar buiten loop zie ik de winterkoning tot mijn stomme
verbazing onder mijn auto vliegen, ook aan de rechter achterkant. Voor de zekerheid zet ik de auto op de weg temeer daar Jan Koekkoek hout komt zagen en laden. Als Jan en ik die ochtend terugkomen van het koffie drinken zie ik de winterkoning onder de auto van Jan vliegen. Wat moet ik hier van denken? Leida, mijn partner, denkt dat de winterkoning een autofiel is. Vogelwerkgroep lid en goede vriendin Linda van Zwet denkt dat de vogel over een groot aanpassingsvermogen beschikt. Hij anticipeert op de veranderde omstandigheden. Zondag 24 april vroeg in de morgen hoorde Leida en ik op bed via de openstaande luiken aan de binnenkant van onze slaapkamer regelmatig iemand ergens tegenaan tikken. We wisten eigenlijk meteen wie het was; Lodewijk onze mannetjes fazant die ook regelmatig, in het voorjaar bijna elke dag, tegen de ruiten van ons huis tikt. Sinds ik een nieuwe auto heb heeft hij het ook voorzien op mijn auto. Waarom weet ik niet, maar rechts aan de voorkant staat hij die dag regelmatig te pikken naar mijn auto. Een autohater of een kwestie van concurrentie? Mogelijk gewoon weer een geval van concurrentie van het eigen spiegelbeeld, net als bij de ruiten van ons huis! In onze wilde tuin is altijd wel wat te beleven, onze zelf gemaakte natuur zit vol verrassingen en heilige koeien. ❀
Bedankt voor het melden, ik blijf op mijn post om de nieuwe waarnemingen te noteren! ❀
Met vriendelijke groet, Rinus Punt
Hoofdstraat 48, 4265 HL Genderen
Tel. 0416-352301 of 06-48638377
Ecologische VerbindingsZone (deel 2)
Johan Koekkoek
De aanleiding om over de EVZ Den Duyl te schrijven lag in het feit dat een belangrijk perceel met natuurbestemming 'De modderkruiper' bemest werd met drijfmest. De discussie met de eigenaar, de gemeente Woudrichem, leverde inzicht op omtrent de insteek van de gemeente en de mogelijke aanpak van het beheer.
Nu wordt het beheer van het grote perceel uitgevoerd door de beherende boer. Onze vereniging heeft geen bezwaar tegen het hooien van het perceel door de boer, maar wel tegen het aanbrengen van drijfmest. Immers de gewenste begeleidende soorten die horen bij het ecotype 'Modderkruiper' krijgen daardoor geen enkele kans. Onze plantenwerkgroep heeft recent een inventarisatieronde in deze EVZ gedaan. Omdat ik in de discussie met de gemeente beslagen ten ijs wilde komen, vroeg ik aan Ernst-Jan van Haaften om de soortenlijst, die wellicht al klaar was. Ik schreef hem ook wat de rede was van mijn verzoek. Hij antwoordde met de volgende mail.
Kleine
modderkruiper
Hoi Johan,
Voor de inventarisatie hebben we het hele traject nu 1 x bezocht. Het is de bedoeling het nu, na de zomervakantie nog een keer te bezoeken. Er is dus nog geen volledige soortenlijst. We houden streeplijstjes bij en voegen die na het seizoen samen tot een totaallijst. Om toch even een indruk te geven van wat we tot nu toe zagen en daarbij gelijk te reageren op jouw punten: De grootste oppervlakte binnen de EVZ is het grasland waar geen speciale maatregelen (zoals afgraven) zijn genomen. Dit is erg soortenarm. Het zijn natuurlijk gewoon nog de agrarische graslanden die nu 1 of enkele jaren de EVZ-titel hebben. Er bevinden zich daar nauwelijks bijzondere soorten. Het is inderdaad zeer gewenst hier een beheer te voeren dat leidt tot verschraling. Dus inderdaad maaien (bij voorkeur tweede helft juli) en afvoeren, en een tweede keer later in de zomer. Een flinke oppervlakte is de 'stapsteen' naast het bosje van Jan vanDMersbergen. e voor wilde planten interessante zone is de schuin afgegraven oeverstrook. Hier is, zoals verwacht, een aardige diversiteit gevonden. Binnen deze zone zijn er wel duidelijk verschillen. In de nog verse (ruim 1 jaar geleden afgegraven) strook langs de brede waterloop vanaf de Broekgraaf (ter hoogte van de kruising met Laagt) naar het zuiden vonden we veel weinig concurrentiekrachtige soorten, waaronder veel Egelboterbloem, Echte koekoeksbloem, Rijstgras (landelijk zeldzaam!), Moeraswalstro, en beperkt Geelgroene zegge, Valse voszegge, Reukgras, Gewone brunel. Zeker aardige soorten waarvan het leuk is dat ze zijn verschenen! In de meer ontwikkelde en begroeide oeverdelen (o.a. het stuk langs de Duylweg) zijn deze soorten ook nog wel aanwezig, maar
Hoi Johan, Voor de inventarisatie hebben we het hele traject nu 1 bezocht. Het is de bed l het u Een overweging kan zijn bij de eerste maaibeurt in het jaar een deel van deze soortenrijkere oeverstrook te sparen voor vlinders, libellen en amfibieën. En deze pas te maaien later in de zomer bij de tweede maaibeurt van het overige grasland.
In voorgaande jaren viel het me op dat bij het schonen van de sloot langs de EVZ het slootmaaisel achtergelaten werd. Juist in zo'n smalle strook breng je dan erg veel nutriënten in...
Verder ben ik het eens met wat je zegt over het beheer van de inliggende sloot. Deze is nu enkele jaren niet of nauwelijks beheerd en groeit in hoog tempo dicht (naast riet/lisdodde ook met wilgen). Inderdaad wenselijk deze open te houden en mee te nemen in het maaibeheer indien mogelijk (evt. jaarlijks enkele delen daarvan uitzonderen t.b.v. modderkruiper en andere vissoorten).
Bij de inrichting zijn er stukken uitgerasterd waarbinnen ook struikbeplanting is aangebracht. Ik heb niet
direct het gevoel dat er nog extra houtige beplanting nodig zou zijn. Doordat deze delen zijn uitgerasterd en de struiken nog klein zijn, zijn er automatisch ook ongemaaide delen die verruigen. Voor vlinders is dat prima en het zorgt dat je in de overige delen verruiging dus zeker niet hoeft te stimuleren. Wat vogels betreft is het nu een stille periode. In het agrarisch gebied, maar ook op andere plekken. Toen we dit voorjaar door de EVZ liepen zagen we enkele paartjes gele kwikstaart, roodborsttapuit en een paartje grasmus en rietgors die hier hun territorium hadden. Die hebben wel echt baat bij deze gevarieerde strook. Langs de Duylweg zat ook een paartje patrijzen in de EVZ, waar je kan aannemen dat die hier willen broeden. Een leuke waarneming was een Heikikker in de oeverstrook; zie: http://altenatuur.waarneming.nl/waarneming/
Het gesprek met de gemeente, dat ik naar aanleiding van het EVZ-beheer, nog maar weer eens voerde, leidde ertoe dat de wethouder Bergsma samen met Henk van der Laan, de uitvoerend ambtenaar aangegeven, hebben dat wij als Altenatuur ons met het beheer konden gaan bemoeien en een aanpak met hen konden bespreken.
Wij willen de horizontale delen tweemaal per jaar hooien en afvoeren. En zolang dat geen hooi is dat boeren willen hebben als veevoer, zullen gemeente en Waterschap de kosten daarvoor op zich nemen. Ook het stuk in beheer bij de boer moet dit beheer krijgen.
De insteek naar de sloten zal wisselend eenmaal per twee jaar gemaaid worden waarbij het maaisel afgevoerd gaat worden zodra de eventueel aanwezige diersoorten kans gezien hebben zich terug te trekken in het water. De niet watervoerende sloten zullen beperkt incidenteel lokaal geschoond worden. Het vrijkomende slootruimsel zal afgevoerd worden.
Dit beheer wordt besproken met André van Sticht van het Waterschap en Jan Pruijssen. Voor Het beheer van de EVZ blijkt toch een klein potje bij de gemeente aanwezig. Onze beheercommissie zal daar op gepaste wijze gebruik van gaan maken.
Enkele Liniewerkers, vrijwilligers van Brabants landschap, hebben als voorbereidend werk opkomende wilgen in de slootkant reeds omgezaagd. Het voor de tweede keer maaien en hooien (eventueel afvoeren) staat gepland.
Nu ik zo intensief met deze EVZ bezig ben, dacht ik, moet ik er nog eens echt de tijd voor nemen om er in mijn eentje eens te wandelen.
Donderdagmiddag 20 augustus. Ik kon in de tuin niets doen: druilerige regen. Ik pakte de paraplu trok mijn lange laarzen aan en vertrok richting Den Duyl. Het bordje verboden voor honden passeerde ik met een voldaan gevoel.
Kijkend over het eentonige uitgestrekte landschap, ontspon in mij een gevoel van weemoed. Aangekomen bij het perceel dat ooit deel uit maakte van de erfenis van mijn moeder, ontwaarde ik een flinke vlucht boeren- en huiszwaluwen. Zij waren zeer actief.
In de sloot zag ik egelskop en pijlkruid. Twee bekende planten vanuit mijn vroege jeugd. Toen ik terugkeerde en het bos weer passeerde van de grote put
was het aantal zwaluwen daar nog eens twee tot driemaal zo groot. Prachtig zoals zij jagend aan hun kostje komen. In de eentonige verte zag ik, toen ik ze telde, elf Zilverreigers. Hoe het komt weet ik niet maar dat weemoedige gevoel van even tevoren maakte plaats voor droefheid. Er schoot een gedachte in mij op die gelieerd was aan zwarte en witte vogels. Van wie ik het gehoord heb weet ik niet meer, maar in de beginjaren van Altenatuur vertelde mij iemand dat gebrek aan kleur armoede aan natuur betekende. Als ik dan kraaien en eksters zag moest ik aan die uitspraak denken. En nu ik in het eentonige loliumlandschap loop( Lolium perenne = Engels raaigras) dringt zich dat gevoel sterk op. Ik kijk nog maar eens in de sloot, hé waterpest, ach zo erg is het nou ook weer niet. Het trieste gevoel werd in mij verbannen door de aanblik van een toch vrij heldere sloot. Thuis gekomen ga ik Henk van der Laan mailen om het beheer te formaliseren.
Kringloopcentrum Altena
Kerkstraat 1, 4286 BA Almkerk. tel. 0183-403080
- Inzameling - & Verkoop bruikbare goederen
- Educatie & Voorlichting
- Recycling
NIEUWE MEUBELEN?
GROTE SCHOONMAAK?
OPRUIMEN? VERHUIZEN?
Bel maandag t/m vrijdag van 9 tot 12 uur het Kringloopcentrum voor het ophalen van al uw bruikbare spullen!
BANKJE NODIG? OF EEN LEUKE BLOUSE? OF SERVIESGOED? OF DAT ENE BOEK?
Bezoek de Kringloopwinkel op de hoek van de Kerkstraat en de Woudrichemseweg in Almkerk!
We willen een bijdrage leveren aan het behoud en het bevorderen van de biodiversiteit in het Land van Heusden en Altena. Dat doen we o.a. door overleg met zoveel mogelijk personen of groepen waaronder overheden zoals gemeenten en provincie.
Werkgroepen:
Activiteiten:
- Beheercommissie - Natuurwandelingen
- Fort-educatie - Lezingen
- Plantenwerkgroep - Diverse inventarisaties
- Vogelwerkgroep - Nachtvlindernacht
- Milieu en Klimaat - etc.
- Weidevogelbescherming
- DEcAB
- Kringloopcentrum Altena
AANMELDINGSKAART
Ja, ik wil ook meehelpen de natuur in het Land van Heusden en Altena te beschermen. Noteer mij daarom als lid / jeugdlid / gezinslid.