Bouwen in het Noorden N92

Page 1

#92 2020

Drenthe Woont Circulair ‘Het is een beweging’

Woongroep Zandroos in Diever Van suikerklontje-ontwerp tot groene smaakmaker Thomas Rau Neem de verantwoordelijkheid

Wonen Noordwest Friesland

Nieuwbouw Hoogeweg, Groningen

Betaalbaar duurzaam wonen in 40 dorpen

Een 74 meter hoge eyecatcher voor Groningen



VOORWOORD

92

GROENE AMBITIES Het is 2020, de noordelijke bouwsector is zonder al te grote kleerscheuren het nieuwe decennium binnen gerold. Hoe het in de toekomst verder moet, is echter wel wat onzeker. Wat vaststaat, is dat er genoeg te doen valt, de bouwplannen stapelen zich nog steeds op. Maar hoe het afloopt met de wetgeving rond PAS en PFAS - en of al die plannen gerealiseerd kunnen worden - blijft vooralsnog in nevelen gehuld. We hopen dat 2020 meer duidelijkheid zal brengen! Hoofdredactie Jurriën Hendriks Eindredactie Vera Bosma Redactie Arjen Bakker, Vera Bosma, Brenda van Olphen, Thea van der Schaaf, Nynke van der Zee Fotografie Jan Heuff, Nienke Maat, Mark Sekuur, Justin Sinner, Henri Vos Advertentieverkoop Breuker Telemarketing & Meer Ontwerp Idee-fix

Uitgever & Administratie Idee-fix Peizerweg 140, 9727 AP, Groningen 058-2153937 | bihn@idee-fix.nl

www.idee-fix.nl

Copyright © 2020 Op de inhoud van dit blad rust copyright. Niets mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever op enigerlei wijze worden vermenigvuldigd. Bouwen in het Noorden is een onafhankelijk magazine voor bouwend Nederland. Uitgevers en auteurs kunnen op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op informatie uit deze uitgave.

De discussies over de klimaatproblematiek - en in het bijzonder over stikstof en PFAS - hebben gezorgd voor veel onrust. Maar... er is ook een achterkant van de medaille, die op dit moment met fris elan wordt opgepoetst. We hebben het over Drenthe Woont Circulair, waarbij acht corporaties hun krachten bundelen in een Circulaire Proeftuin, een unieke beweging waarvoor nu juist die klimaatdiscussie als katalysator lijkt te werken. Bouwen in het Noorden volgt deze ‘sneeuwbal’ met veel belangstelling en zal er ook in de komende edities verslag van doen. We zijn enorm verheugd met de gastcolumn van een van de grootste voorvechters van circulair bouwen. Hebben we de overheid écht nodig om collectieve verantwoordelijkheid te kunnen nemen en het systeem te veranderen? Blij zijn we ook met de gastcolumn van Bouwend Nederland Noord, waarin wordt voorgesteld dat de bouwsector ‘zichzelf opnieuw uitvindt’. Groene thema’s dus, en in het trendartikel over Natuurinclusief bouwen doen we daar nog een schepje bovenop. Dat je zonder dure, ingrijpende maatregelen als bouwsector ook een grote bijdrage kunt leveren aan een gezonde leefomgeving en meer biodiversiteit, blijkt uit het interview met Vogelbescherming Nederland. Hou het in de gaten, want natuurinclusief bouwen zou zomaar een nieuwe standaard kunnen worden. Wooncorporatie Wonen Noordwest Friesland is hier bijvoorbeeld al jaren mee bezig! Naast al die groene ambities in onze trendartikelen en columns hebben we ook weer dertien uiteenlopende bouwprojecten voor u verzameld, letterlijk van “Drenthe tot aan ’t Wad”. Stuk voor stuk de moeite van het lezen waard. Op deze plaats willen we iedereen bedanken die op enigerlei wijze heeft meegewerkt aan dit nummer. Veel leesplezier!

Jurriën Hendriks Hoofdredacteur

Vera Bosma Eindredacteur 1


‘Het is een beweging’

21

2

Gastcolumn Thomas Rau

Neem de verantwoordelijkheid

Vernieuwde warmtebron op oude kolencentrale

Drenthe Woont Circulair

P ne vi rac Ka lla h m ’s tig er op e l s in m igg aa in H ar t gv en oo rr ia nt e

ro e

46

3 0

W oo ng D Va i r e gr n ve oe oe su p r

40

36

Ri et ca A rc rr é, hi te G r ct uu oni ng ro en m in te lij st

en

4

11 O 9w os o te ni To rp ng he t o a r en G t O ve kk ro o r w ni s j e ar ng te o tie en rpa ren rk ve r, G ro kw rl ni ar ief ng tie d o en p ri n

INHOUDSOPGAVE

G

16

Za ne ike s m rk nd 30 l o aa n ro N in t k os m je W OM 4 W o ak n ol 2 on t e w ve r we en g a o ni rp zo W n to nd on ge t Be er e n do t a n en a rp l N er en ba oo gi ar er r dw du ek en ur e za st in g am Fr ie w s on la en nd in

10 in

2 2

92

139 appartementen Kolenpark Groningen


3

CB S K D e ge rac Re va ht ge e ng n nb e n ge oo b in u g n rij d Be ks el d m e dum on n um en t

92

va

ti

ev e

G D ti rt et c en W ast ui om c Bu u n p ‘O ’ bb ol le 10 rg um de ns x o , m lts n v i ze 0 et es lf S ’ op an To ni de eu gt Ee r w em op n ui lo mo a t vi ar ss o nd in i g sc en ge eb h oo n ou is he w l Be m t et d um in no

1

9

78

W or or tc ku om Fo m p e x cu le pl s o x oi p D 8 t e z at o 4 Ro ie la la a lp Sp ea st g Te or m en l, t x o c Ee el o g m n el ‘in pl i jk st X L al s p e e x la o

Sp

it a r ou U UU B ec te w ST REN W RI tu m EN N en ur en ED G C t T en EN L LU EV D m SI et EN Te e W EF IN rs a H l D in ote che vis O v RP de l p l lin aa EN w ers r g at o d EN er t e ne , n el le gt bo uw va kk er s

7 0

58

6 G 98 ro ap ni p E ng ar vo en en tem or 74 m en G 5 te 2 ron ete n in r h H Ap ge o oo Ko pa n ge ge lib rt ey Be w e 6 r e ee ta eg ie m c 6 n al e at in n , ri b a t jk r c As e h e e N n er ar ap se g BO AT ch p n eb


WONEN

TOT OVER JE OREN VERLIEFD OP HET OOSTERPARKKWARTIER IN GRONINGEN Je eigen droomwoning realiseren: het lijkt op het eerste gezicht niet zo

bijzonder. Het wordt een ander verhaal wanneer het om een grootschalig project met maar liefst 119 woningen gaat, waar je als projectontwikkelaar per ongeluk verliefd op wordt. Het overkwam Anne van der Haar, projectontwikkelaar bij VanWonen. Zij viel als een blok voor de nieuwe wijk Oosterparkkwartier in Groningen. Met de opleverdatum in het zicht staan de verhuisdozen al klaar. 4


WONEN

en 22 huurwoningen van twee, drie of zelfs vier woonlagen. ‘Van een huis voor met z’n tweetjes tot een woning voor het hele gezin, hier voelt iedereen zich thuis’, vertelt collega-projectontwikkelaar Frida Hoekman. ‘We hebben bewust gekozen voor een gemêleerd woningaanbod, zodat de nieuwe wijk aantrekkelijk is voor jong en oud. En met succes, want de kopers lopen in leeftijd uiteen van starters tot senioren.’

Diverse kopersopties Naast de grote verscheidenheid in woonoppervlakte en bijbehorende prijsklassen valt ook de variatie in woningtypen direct op. ‘Je kunt kiezen uit acht verschillende basistypen’, legt Van der Haar uit. ‘Bovendien heb je als koper diverse opties waarmee je de woning geheel naar eigen smaak en wens kunt inrichten en indelen. Van een uitbouw op de begane grond tot het wijzigen van de traprichting en van een extra slaapkamer tot een tweede badkamer: alles was mogelijk. Juist dat sprak veel mensen aan, de ruimte om je eigen draai aan de woning te geven.’

‘B

ijzonder om in je eigen plan te gaan wonen’

- Anne van der Haar

Bijzondere optionele keuze was de mogelijkheid voor gasloos wonen. Waar de woningen standaard gasgestookt worden opgeleverd, koos meer dan de helft van de kopers voor een gasloze variant met een luchtwarmtepomp. ‘Bij de woningtypen met een hellend dak hebben we deze verwerkt in de schoorsteen’, vertelt Hoekman. ‘Waar we echter geen rekening mee hadden gehouden, was het feit dat een monteur voor het onderhoud op veilige wijze bij de pomp moet kunnen komen. Uiteindelijk hebben we samen met aannemer Nijhuis Bouw een constructie bedacht waarmee je de pomp door het dak kunt laten zakken. Een innovatie waar we erg trots op zijn.’ Bij de woningen met platte daken staan de buitenunits van de luchtwarmtepompen op het platte dak. Daar zijn speciale voorzieningen aangebracht zodat de monteurs veilig kunnen werken.

Hoe vaak komt het voor dat je als projectontwikkelaar tot over je oren verliefd wordt op een van de woningen die je zelf realiseert? ‘Het is me nog nooit eerder overkomen’, lacht Van der Haar. ‘Het was bij de start van het project ook zeker niet mijn doel om zelf in Oosterparkkwartier te gaan wonen, maar gaandeweg zag ik steeds meer de charme van deze nieuwe wijk. De ruime energiezuinige woningen, de groene locatie en de stoere Groningse baksteenarchitectuur: het is het totaalplaatje waar ik op ben gevallen.’

Gemêleerd woningaanbod Daarmee vat ze meteen de belangrijkste kenmerken van de nieuwe wijk samen. Tussen de Florakade en het Pioenpark realiseert gebiedsen vastgoedontwikkelaar VanWonen 97 koop5



WONEN

Aardbevingsbestendig De kopersoptie van een uitbouw op de begane grond vraagt om extra oplettendheid van de aannemer en constructeur. ‘Het gaat om flinke woonblokken van vier woonlagen. Door het toevoegen van een uitbouw ontstaat een gat in het casco bouwwerk van zo’n woningblok,’ legt De Valk uit. ‘Dat betekent dat de constructie op andere punten extra verstevigd moet zijn om te voldoen aan de aardbevingsbestendigheidscriteria. De constructeur heeft daarom verschillende constructievarianten door moeten rekenen.’ ‘Dat zijn leerpunten die we tijdens een nieuw project meteen meenemen’, vult Hoekman aan. ‘Van tevoren moeten we exact in kaart brengen welke opties zijn gekozen, zodat we zo’n berekening maar één keer hoeven te maken.’

Op elkaar ingespeeld Ondanks uitdagingen zoals met de luchtwarmtepomp, is de sfeer binnen het bouwteam opgewekt en vertrouwd. ‘Het grote voordeel is dat wij werken met het Trento Bouwsysteem’, vertelt projectleider Dirk de Valk nuchter. ‘We werken samen met vijftien vaste co-makers, waardoor we perfect op elkaar zijn ingespeeld. Van de vloer tot aan het dak, iedereen heeft z'n eigen specialisme en kent zijn verantwoordelijkheden. De acht woningtypen van architecte Beatrice Montesano van KAW Architecten passen uitstekend in ons Trento Bouwsysteem. Zo kunnen we de woningen in relatief snelle doorlooptijd realiseren.’

‘O

ver tien jaar is niet meer te zien dat dit deel van de wijk later is gebouwd’ - Frida Hoekman

7



WONEN

Verhuisdozen pakken

- Dirk de Valk

119 WONINGEN OOSTERPARKKWARTIER, GRONINGEN :

VanWonen

Architect

:

KAW

Constructeur

:

Ingenieursgroep Emmen

Aannemer

:

Nijhuis Bouw

Opdrachtgever

Al doende leert men Al doende leert men. Het aloude spreekwoord gaat zeker op voor de realisatie van de 119 woningen in het Oosterparkkwartier. Maar het resultaat mag er zijn. De Valk: ‘De nieuwe woningen passen perfect binnen de wijk. Van de architectuur met prachtige metselwerkdetails tot de herkenbaar rode baksteenkleuren. De architect heeft hier ontzettend veel aandacht aan besteed. Het totale project telt maar liefst één miljoen stenen, die in opdracht zijn gebakken door steenfabrikant Rodruza uit Rossum. Wanneer je door de wijk loopt, zie je dat die extra aandacht zich dubbel en dwars terugbetaalt.’ Ook de projectontwikkelaars van VanWonen zijn onder de indruk van de karakteristieke kenmerken van de woningen. ‘Eigenlijk zou je over tien jaar niet meer moeten kunnen zien dat dit deel van de wijk later is gebouwd. De opdracht voor de architect was dan ook om een ontwerp te maken dat als een puzzelstukje in de wijk past. Daar is ze met vlag en wimpel in geslaagd.’

Fotografie: Mark Sekuur

xtra aandacht voor architectuur betaalt zich dubbel en dwars terug’

BOUWTEAMLEDEN

Tekst: Nynke van der Zee

‘E

Dit voorjaar worden de laatste woningen opgeleverd, waaronder de woning van Anne van der Haar. ‘De verhuisdozen staan al klaar. Het is best bijzonder om in je eigen plan te gaan wonen, maar we hebben er ontzettend veel zin in.’

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Metsel- lijm- voeg- en steigerwerken

:

Mulderij

Grondwerkzaamheden

:

Holtrop Grondwerken

Mortelleverancier

:

MegaMix Assen

9


WONEN

KOLENPARK GRONINGEN:

VERNIEUWDE WARMTEBRON OP OUDE KOLENCENTRALE

Alles ademt historie aan de vier gebouwen die samen Kolenpark vormen. De plek, de standplaats, het ontwerp, de uitstraling; hier stond eens de oude kolencentrale van Groningen. Hoewel die geschiedenis in contrast staat met de duurzaamheid van nu, versterkte het juist letterlijk de aardbevingsbestendigheid en de warmtevoorziening voor de toekomst. 10

Kolenpark bestaat uit vier woontorens van zeven, zes, vijf en vier lagen. 139 appartementen in totaal zijn er gerealiseerd en elk gebouw heeft een commerciële ruimte. Een deel van de oude muren van de voormalige kolencentrale is gebleven en staat nu aan de basis van de nieuwe gebouwen. Het oranje glas van het hekwerk staat symbool voor het smeulen van de kolen, in detail uitgevoerd - net als de oranje entrees van de gebouwen en kaders rondom de kozijnen. Het bijpassende metselwerk was uitdagend: verschillende stenen in verschillende kleuren en sorteringen. Metselaars legden ter plekke de puzzel. Op de drukste dagen waren dat er 25 tot 30 tegelijk, ‘bijzonder in deze tijd van schaarste in vakmensen’, noemt Joan Veenstra van Bouwgroep Dijkstra Draisma het.


WONEN

‘D

uurzaamheid in contrast met geschiedenis’ - Joan Veenstra

Traditioneel en BIM

Aansluiting op WarmteStad

Bouwgroep Dijkstra Draisma was vanaf het begin betrokken bij de totstandkoming van het bouwteam. ‘Toen de selectie rond was zijn we verder gaan ontwikkelen’, vertelt Veenstra. Het gebouw is vrij traditioneel gebouwd. ‘Er zijn BIM-modellen gemaakt, de constructeur en architect hebben hun modellen aan elkaar gekoppeld en daar heeft een aantal leveranciers op ingespeeld. Maar het was bij dit werk niet nodig om alles in BIM te doen, daar konden we op besparen in de engineering.’

Kolenpark is na het naastgelegen gebouw Hete Kolen als tweede grote ontwikkeling aangesloten op het collectieve systeem voor Warmte Koude Opslag (WKO) van WarmteStad. Veenstra: ‘Hiermee worden de gebouwen duurzaam verwarmd en gekoeld. Het staat symbolisch in contrast met de geschiedenis van de oude kolencentrale en laat zien welke technische ontwikkelingen vandaag de dag aan de orde zijn.’ ‘De vraag of dat rendabel genoeg zou zijn voor de huurder die gebruik maakt van de ruimte, was voor ons een interessante’, stelt Vincent Martijn van abtWassenaar Voor drie van de vier gebouwen verzorgde abtWassenaar het installatietechnisch advies voor de commerciële ruimte. De vierde commerciële ruimte wordt gebruikt door Bouwgroep Dijkstra Draisma, die het inricht met flexwerkplekken voor medewerkers op projecten in de regio Groningen. 11


WONEN

‘A

ansluiting WarmteStad gunstige ontwikkeling’

- Vincent Martijn

Invulling commerciële ruimtes ‘De aansluiting op WarmteStad wordt door alle commerciële huurders als een gunstige ontwikkeling beschouwd, ondanks de totaal verschillende gebruikers van de ruimten. Dat was ook meteen onze grootste uitdaging, want ze hadden ieder heel specifieke behoeftes op het gebied van installatietechniek’, aldus Martijn. ‘De tandartspraktijk had belangrijke wensen in relatie tot patiëntveiligheid en comfort. Architectenbureau TEAM 4 wilde vooral graag een groot en open werkterrein. De derde ruimte wordt ingevuld door een handelsonderneming, met heel andere installatietechnische vraagstukken. Hierdoor was bij elke samenwerking sprake van een andere dynamiek.’ 12


WONEN

‘H

et werk gaat in de uitzonderingen zitten’

- Theo van Wageningen

Weinig afstemverlies De samenwerking binnen het bouwteam was daarentegen zeer gelijkgestemd. ‘De lijnen waren kort en de vragen werden lang genoeg van tevoren gesteld’, weet Theo van Wageningen van Dijkhuis Ingenieurs. ‘Vooral in de voorbereiding is de juiste uitwisseling van gegevens belangrijk. Zo zorg je ervoor dat je de spullen krijgt aangeleverd zoals het bedoeld is. Misschien dan niet all the way BIM, maar het ruimtelijk model was duidelijk. De basis was heel helder voor iedereen en dat zorgde voor weinig afstemverlies.’

13



WONEN

Zoektocht naar repetitie Om aardbevingsbestendig te kunnen bouwen werden heel wat sessies gehouden. ‘Omdat het aardbevingsbestendig moest worden, is de constructie zwaarder dan normaal’, vertelt Van Wageningen. ‘Dat gaat dan om zo’n 20% extra palen en 10 tot 20% meer wapening. Met een deel van de oude kolenkelder nog in de grond, zorgde dat met elkaar voor een enorme fundering.’ Dankzij de keus voor prefab wanden konden de bouwers vrij snel de hoogte in. Met twee grote kranen werden twee gebouwen tegelijk omhoog getrokken. ‘Dat gebruikmaken van prefab betonelementen is een leuke zoektocht geworden naar het ontwikkelen van een element dat je vervolgens zo vaak mogelijk kunt toepassen’, vervolgt Van Wageningen. ‘Er is veel tijd gaan zitten in die voorbereiding en afstemming. De vier woontorens lijken op elkaar qua verschijningsvorm en indeling, maar ze zijn allemaal net wat anders wat betreft hoogte en verdeling van de woningen. Het werk gaat in die uitzonderingen zitten. En wanneer dat dan in gebouw A lukt, wil je dat ook kunnen doen in gebouw B, C en D. Soms gaat het bouwen daarom sneller dan de voorbereiding. Toch is het gelukt gebruik te maken van repetitie, zonder dat het een eenheidsworst is geworden.’

139 APPARTEMENTEN KOLENPARK, GRONINGEN :

Vesteda

Architect

:

Team 4 Architecten

Constructeur

:

Dijkhuis Ingenieurs

Installatieadviseur

:

abtWassenaar

Aannemer

:

Bouwgroep Dijkstra Draisma

Opdrachtgever

BOUWTEAMLEDEN

Lijmwerk kalkzandsteen en gevelmetselwerk

:

Zuidema Metselwerken

Staalconstructie en stalen dakplaten

:

Ensel Staalkonstructies

Fotografie: Nienke Maat

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS

BPZ

Leveren en monteren van 915 stalen kozijnen en opdekdeuren 491 Digiprotect deuren inclusief al het hangen sluitwerk Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Afvalinzameling, Transport en Recycling

:

Visser Afvalinzameling,

Leveren en aanbrengen tegels

:

Smit Tegels

Stukadoorswerk en spackspuitwerk

:

Afbouw Perdok

Tekst: Thea van der Schaaf

‘Kolenpark is een uitgesproken project’, besluit Vincent Martijn. ‘Heel aanwezig ook, vanwege de kleuren, maar het misstaat niet. Met het naastgelegen knaloranje gebouw Hete Kolen zijn het twee ontwikkelingen met ieder een eigen karakter. Dat heeft TEAM 4 architecten hartstikke goed gedaan. Bovendien is er in de stad hunkering naar appartementen. Met deze nieuw bijgekomen woningvoorraad inclusief commerciële ruimtes, is het een mooie aanvulling voor stad.’

Transport en Recycling

15


TRENDS

Foto: Iris Sijbom

DRENTHE WOONT CIRCULAIR

‘HET IS EEN BEWEGING’ In de provincie Drenthe is iets moois aan de gang. Waar sommige andere provincies nu nog blijven steken in duurzaam (lees energiezuinig) bouwen, opent in Drenthe in 2020 de Proeftuin Circulair Bouwen. Een unieke pilot waarbij alle acht Drentse corporaties de handen ineenslaan om een beweging op gang te brengen die het circulaire bouwen en wonen een boost moet

In 2015 gingen de Drentse corporaties serieus nadenken over hoe ze verder wilden op het gebied van duurzaamheid. Jaap Boekholt voorzag dat circulariteit een steeds grotere rol zou gaan spelen, ook in de bouwwereld en dus ook in corporatieland. ‘Ik vond dat er iets gedaan moest worden, en bij de andere corporaties waren ze het daar wel mee eens.’ Samen met Leo van Diemen van Lefier plantte hij het zaadje. ‘Als je zo’n zaadje hebt geplant, moet je het ook water geven. Het paste binnen de Expeditie Energieneutraal Wonen, die als doel had heel Drenthe in 2040 zelfvoorzienend te laten zijn op energiegebied. We kozen ervoor om die ingang te nemen, en op dat moment schoof Alex van Oost ook aan, die vanuit het Noordelijk Innovatielab Circulaire Economie (NICE) met de provincie aan hetzelfde thema werkte. We konden elkaar dus versterken.’

geven. Bouwen in het Noorden sprak met twee van de aanjagers van Drenthe Woont Circulair. Jaap Boekholt, directeur-bestuurder van Woningstichting De Volmacht, en Alex van Oost, die ‘de beweging’ begeleidt vanuit zijn expertise op het gebied van circulariteit. 16

Opleiden Vervolgens zijn ook de andere corporaties meegenomen in het verhaal. Sommige corporaties waren al verder in hun denken dan andere. Sommige hadden de middelen, andere niet. ‘Maar in principe wilden ze allemaal in beweging komen’, zegt Van Oost. De focus lag in het begin op deskundigheidsbevordering, om mensen op te leiden tot volwaardige ambassadeurs. In een halfjaar tijd werd ‘alles wat tussen bestuur en projectleiders ligt’


TRENDS geschoold door NICE. Vanuit de Expeditie was de ‘maar voor ons wel - voor nu’, denkt Van Oost. Boekholt en Van Oost trekken een vergelijking samenwerkingsbereidheid onder de corporaties al met het wielrennen: je hebt een kopgroep en een groot. Tijdens de opleidingsperiode kreeg men niet alleen kennis aangeboden, maar werd die samenpeloton. ‘Maar,’ zegt van Oost, ‘er is pas beweging werking nog verder versterkt. ‘We richtten ons op als er vanuit het peloton gesprongen wordt naar de noodzakelijke verandering in de kopgroep. In het creëren houding en in mindset. Daar ligt van beweging heb je de ls je zo’n zaadje de fundamentele opgave.’ “freaks” nodig - de dwarsdenhebt geplant, kers en friskijkers -, maar het moet je het ook peloton maakt de koers.’

‘A

Het momentum

water geven’

Na dat halfjaar stond er een groep die het écht wilde gaan doen. Een groep die groeit en groeit. ‘We zijn verrast door het enthousiasme, wat ook bleek uit de 31 inzendingen die we kregen op onze uitvraag. Anderhalf keer zoveel als we verwacht hadden.’ Boekholt geeft toe: ‘De tijd is er nu ook rijp voor, met de stikstofproblematiek en de PFAS. We komen met z’n allen tot de ontdekking dat we met té veel mensen en té veel dieren té veel van deze planeet vragen. Mensen zijn klaar voor verandering.’ Hij is nog steeds verbaasd over de ruim 250 mensen die zich - soms onaangemeld - verdrongen om aanwezig te zijn bij de eerste bijeenkomst op 26 september in het Drentse provinciehuis.

Het peloton maakt de koers Er kwam een open inschrijving met een uitvraag voor een visie op circulair bouwen en wonen, op gelijkwaardig samenwerken, op de proeftuin als transitieleeromgeving. Eenendertig consortia leverden hun visies aan, waarbij de een veel verder ging dan de andere. Een jury ‘van naam en faam’ kreeg de ruimte om de keuzes te maken waaraan de corporaties zich zouden conformeren. Voor juryvoorzitter Thomas Rau ging het misschien niet ver genoeg,

Verrassende allianties Waren er voor de corporaties, die zich inmiddels al buitengewoon goed verdiept hadden in de materie, onder de inzendingen nog wel verrassingen? Boekholt: ‘Wij hadden gehoopt dat ze verrassende allianties aangingen, dat ze disciplines binnen zouden halen die normaal gesproken niet aan tafel zitten. Dat is gebeurd.’ Om een paar van die disciplines te noemen: een biofilisch ontwerper (een ontwerpfilosofie met de natuur als uitgangspunt), het Bert Hellingerinstituut (bekend in de wereld van systeemtherapie, gericht op sociaal samenwerkingsperspectief), een bureau dat zich - net als NICE van Alex van Oost - meer op transitie richt, een sociaalgeograaf, een ecoloog en producenten van elektrische auto’s en smart systems.

Buiten de comfortzone Een visie indienen, een mooi document afleveren, dat is één ding. Maar dan moest er ook nog gepitcht worden; iets wat voor veel bouwers vér buiten hun comfortzone ligt. De inhoudelijke visies op papier waren het vertrekpunt, maar de pitches hebben er wel voor gezorgd dat in som-

Foto: Iris Sijbom

17


TRENDS mige gevallen het kwartje net de andere kant op viel. Van Oost: ‘Er moesten zes consortia door, maar onder die partijen moest ook voldoende diversiteit zitten in het belang van de proeftuin, om zo de meeste innovatiekracht bij elkaar te brengen. Dat betekent dat je moet durven kiezen voor een visie waarvan je een beetje buikpijn krijgt. Die keuze heeft de jury voor ons gemaakt, zodat ook de woningcorporaties buiten hun comfortzone moeten blijven gaan.’

Matchmaking De corporaties kozen er bewust voor om ‘te leren op veel plekken met veel partijen, dus met veel leermomenten’, legt Boekholt uit. De volgende uitdaging was dan ook de consortia te matchen met zes uitverkoren projecten. Daarvoor stapten ook de corporatiemedewerkers weg vanachter hun veilige bureaus, ook zij moesten zich “verkopen”. Dat deden ze met hippe filmpjes op YouTube, maar ook tijdens de speeddates die op de dag van de selectie waren georganiseerd. Boekholt vond dat het er best kritisch aan toeging. ‘De projectleiders moesten elke keer weer aan de bak. Ik heb collega’s peentjes zien zweten!’ Van Oost haalt een uitspraak van Thomas Rau aan: ‘Als je bezig bent met verandering, moet het ergens schuren.’ De hoop is dat er kansrijke teams ontstaan. Boekholt: ‘Het doemscenario is als er tussen corporatie en consortium geen klik is, dat ze tot elkaar veroordeeld zijn. Ik hoop dat we geen zure huwelijken krijgen!’ Van Oost ziet zelfs dan nog wel mogelijkheden: ‘Jouw vierde keuze zou best je beste match kunnen blijken.’ Kort voor de kerstvakantie zijn de matches tussen corporaties en consortia gemaakt (zie kader). Zoals er grote verschillen zijn tussen de consortia, zijn er ook grote verschillen tussen de projecten, die variëren van 5 tot 20 woningen. Grootschalig of kleinschalig, met sloop of zonder sloop, binnenstedelijk of in een lintdorp. Boekholt: ‘Voor een corporatie kan het fijn zijn om eens met een andere partij samen te werken. En voor de bedrijven is het een kans om voor een corporatie te werken met wie ze nog nooit eerder hebben samengewerkt.’ Bij al deze projecten ligt de focus op nieuwbouw. Van Oost: ‘Maar we sluiten onze ogen zeker niet voor de gigantische opgave die er ligt in de bestaande bouw. Dat is de volgende stap.’

De juiste snaar Van de 31 inschrijvers zijn er 25 die uiteindelijk niet door de selectie kwamen. Daarvan heeft een aantal aangegeven dat ze aangehaakt willen blijven. Boekholt: ‘Er was een partij die van tevoren al zei: “dit heeft me nu al gebracht waarvoor ik 18

Foto: Siese Veenstra

DE MATCHES “De winnaars hebben concepten waarvan we denken dat ze de moeite waard zijn om in de Proeftuin te laten groeien”, verklaart de jury de gemaakte keuze. Zes consortia haalden de eindstreep. Dit zijn de matches die vlak voor de kerstvakantie zijn gemaakt:

3 Circles X Actium Nieuwbouw van 20 grondgebonden woningen voor kleine gezinnen en een- en tweepersoonshuishoudens in Kloosterakker in Assen.

Circulair Toekomst Consortium X Woonservice Nieuwbouw van 7 woningen aan de Roelof Tuinstraat in Valthermond.

Dit is Thoes X Lefier Nieuwbouw van 5 woningen in Klazienaveen.

Drenthe woont natuurlijk circulair X Domesta Een combinatie van de nieuwbouw van 4 woningen in Noordscheschut met de sloop van 6 woningen in Zandpol. Hierbij is het de bedoeling dat de materialen van de te slopen woningen opnieuw ingezet worden bij het nieuwbouwproject.

Het Consortium X Woonborg Nieuwbouw van 15 gezinswoningen in Roden.

Trias Argentariae X De Volmacht Nieuwbouw en sloop van 15 woningen in Gieten.


TRENDS meedeed”.’ Van Oost: ‘Het is zo waardevol wat we terug hebben gekregen uit deze vorm van uitvragen.’ Toch vindt ook hij het spannend wat er nu aan de gang is. ‘Wat er nu gebeurt laat ons wel zien dat we een snaar hebben geraakt die goed is. Dat was niet gelukt als we de consortia hadden overvraagd, of hen een onduidelijk perspectief hadden geboden.’

Betaalbaar, herhaalbaar, opschaalbaar

Ná deze pilot komt de werkelijkheid, met het gegeven dat nieuwe technieken en nieuwe materialen in het begin altijd duurder zijn. Is dat verenigbaar met de kerntaken van de woningcorporaties: beschikbaarheid en betaalbaarheid van wonen? Van Oost is daar gerust over: ‘Het zit in de opdracht: betaalbaar, herhaalbaar en opschaalbaar. ensen zijn Daar blijven we in de proeftuin naar klaar voor kijken.’ De corporaties hebben voor 100% circulair? verandering’ de proeftuin hun budget iets opge100% circulair bouwen is volgens plust, maar de consortia worden Van Oost zeker de ambitie, ‘maar uitgedaagd om te kijken hoe het betaalbaar kan. ‘Soms in de praktijk kan dat op dit moment nog niet. Omdat bepaalde technieken nog niet zover zijn, kan dat ook zitten in de total cost of ownership, daarmee kun je “betaalbaarheid” in een heel ander frameof omdat de financiering niet rondkomt, of omdat work plaatsen’, meent Van Oost. de wetgeving blokkades opwerpt. Bijvoorbeeld bij garanties op gebruikte materialen.’ De proeftuin gaat hopelijk bijdragen aan oplossingen voor deze De tijdlijn hobbels op de weg. ‘We moeten misschien tot Den Half januari 2020 start het eerste “proeftuinlab”, waar Haag gaan om ervoor te zorgen dat we stappen voor alle zes projecten de bouwteams en partners kunnen maken. We hebben dit soort projecten samenkomen, wat vervolgens elke zes weken herhaald nodig om de wetgeving te kunnen aanpassen, of het economische systeem. Nu is het bijvoorbeeld wordt. ‘Gemeenschappelijke sessies waarin we het transitieleren concretiseren, kantelpunten onderzoeken nog zo dat gebruikt bouwmateriaal duurder is dan en gedeelde vraagstukken oppakken. Parallel daaraan nieuw, omdat de CO2-beprijzing nog niet wordt meegenomen.’ beginnen we met planuitwerking, ontwerpen, locaties

‘M

Foto: Iris Sijbom

19


TRENDS

Foto: Suzanne Arling

‘H

verkennen, programma’s van wensen er een dip - en een stuk bewustworet peloton verder uitwerken’, aldus Van Oost. ding dat de lijnen ook wel eens een maakt de Dat ontwerpen gaat bij vier van de heel andere kant op zouden kunnen koers’ zes projecten tot het eind van het gaan.’ jaar door, twee projecten zitten nog in de verkennende fase. ‘Ik verwacht dat we met die vier eind 2020 op besteksniveau zijn, en dat in 2021 Voorbij het sectorale denken de schop in de grond kan. De andere twee volgen Waar het bij ‘duurzaam bouwen’ uiteindelijk grolater.’ tendeels nog gaat over energieverbruik, dreigt de focus bij circulair bouwen vooral gericht te worden op materialen en grondstoffen. Van Oost laat een Sneeuwbal schematische weergave zien van het noordelijke denkHet gebeuren in Drenthe rolt de berg af als een steeds kader over circulaire economie dat gebaseerd is op groter wordende sneeuwbal. Van Oost: ‘We begonde “The Seven Pillars of Circular Economy” (zie nen met 8 mensen, maar aan het eind van de rit zijn www.metabolic.nl).‘Circulair bouwen gaat over mawe straks met vijfduizend mensen die op een of terialen, maar ook over water, biodiversiteit, cultuur, andere manier betrokken zijn bij circulair wonen in sociale omgeving, gezondheid en financiële en maatDrenthe.’ Die sneeuwbal lijkt schappelijke waarden. We kijken naar het samenspel. Zoals voorlopig door te blijven rollen ot Den Haag en steeds meer aanwas te krijde Raad voor de Leefomgeving gaan om stappen gen. Ook van buiten de provinheeft gezegd: we moeten voorte kunnen maken’ cie is er interesse in de proefbij dat sectorale denken. Als we tuin. Met Friese en Groningse niet gaan verbinden, komen we partijen wordt er volop samengewerkt aan dit circuniet tot de oplossingen die nodig zijn om de aarde niet verder uit te putten.’ In de proeftuin hopen ze laire thema. Boekholt: ‘Aan het begin van 2019 dachten we nog: is de bouw hier wel voor te porren? een integratieslag te kunnen maken. ‘Een bouwer Want de bouw heeft “de handjes” niet meer, en ze die met een bioloog heeft samengewerkt, is straks niet meer diezelfde bouwer. Omdat hij leert.’ hebben werk zat. Maar met de PAS en de PFAS kwam

Tekst: Vera Bosma

‘T

20


GASTCOLUMN

NEEM DE VERANTWOORDELIJKHEID Duurzaamheid, energietransitie, circulariteit; het zijn termen die we te pas, maar vaker te onpas gebruiken. Waar bedrijven vroeger innovatief waren, zijn ze nu duurzaam. Vaak is het onduidelijk wat erachter zit. Ik durf zelfs te stellen dat we vaak zelf ook wel weten dat we ze onjuist gebruiken. Maar wat houden deze termen nu precies allemaal in? Laten we beginnen met het zo vaak genoemde woord ‘duurzaamheid’. In de Van Dale staat: ‘langdurend, weinig aan slijtage of bederf onderhevig, weinig milieubelastend’. Het gaat over het optimaliseren van het huidige systeem. We blijven bouwen zoals we al jaren doen, maar dan net even iets minder milieubelastend. Dat is een nobele gedachte, maar zo houden we het bestaande systeem overeind. Als wij niet alleen het systeem willen optimaliseren, maar het ook willen transformeren, dan moeten we andere “instrumenten” ontwikkelen, zoals circulariteit. Waar duurzaamheid gaat over informatie, geld, eigendom en klant, gaat circulariteit over kennis, communicatie, verantwoordelijkheid en nieuwe markten. De kranten staan vol met ‘circulariteit’. Dat is nog een begrip dat we gedachteloos rondbazuinen, ondanks dat begrip van begrijpen komt. Bouw je circulair, dan zorg je ervoor dat je materialen maximaal kunt hergebruiken. Bij het ontwerpen van de Triodos Bank bijvoorbeeld, kan ik met 100% zekerheid zeggen dat het maximale circulaire potentie heeft. Het kantoorgebouw is volledig remontabel en heeft een materialenpaspoort in Madaster, het kadaster voor materialen. Verdienen materialen niet wat meer respect? Ze worden verbrand, misvormd en kwijtgeraakt terwijl we er juist zo afhankelijk van zijn. Vervolgens raken ze op, dus moeten wij juist het gelimiteerde oneindig faciliteren. Trouwens, waren de grondstoffen ook akkoord met het grondstoffenakkoord?

Het systeem moet radicaal anders en de overheid moet hierin de leidende rol nemen. Op dit moment gedraagt de overheid zich te veel als ondernemer. Ieder jaar vieren we dat we opnieuw meer “groei” in de markt hebben. Maar moeten we dat wel vieren? Iedere welvaartsgroei heeft op dit moment een negatieve impact op de wereld. Ondernemers bevorderen de welvaart en de overheid dient ons welzijn te borgen. Het is aan de overheid de taak om te doen wat nodig is. Alleen zij kunnen vergaande afspraken afdwingen. Ondernemers bedienen de klant, de overheid dient een nieuwe markt met nieuwe afspraken te creëren. Een sprekend voorbeeld is de snelle transitie van kolen naar gas tegenover de trage overgang naar gasvrije opties. Er is simpelweg nog geen verdienmodel voor de overheid, maar het moreel wenselijke gedrag moet vanuit de overheid gefaciliteerd worden. Dit is in het begin niet altijd direct een verdienmodel. De informatieplicht van de overheid is daarentegen wel op orde: niemand kan anno 2019 meer zeggen dat hij of zij niet op de hoogte was van de klimaatproblematiek en de eindigheid van grondstoffen. De geschiedenis laat zien dat we maar één iemand nodig hebben om alles radicaal te veranderen. Met 7 miljard mensen op de wereld stemt me dat toch enigszins hoopvol. Laten wij de collectieve verantwoordelijkheid nemen, voor collectief veroorzaakte problemen. Daarvoor hebben wij de overheid dringend nodig. Thomas Rau pr@rau.eu 21


WONEN

WOONGROEP ZANDROOS IN DIEVER

VAN SUIKERKLONTJEONTWERP TOT GROENE SMAAKMAKER

Rood, paars, blauw, geel: de 24 vrolijk gekleurde voordeuren steken helder af tegen de lichtbruine houten gevel van Zandroos. Het opvallende wooncomplex in Diever is zowel door de ronde vorm als door het gebruik van natuurlijke materialen een ware eyecatcher. Ruim elf jaar van idealisme en doorzettingsvermogen betalen zich terug in een gebouw dat zijn bewoners doet opbloeien.

22


WONEN

De beste ideeën ontstaan achter op een bierviltje, wordt wel eens gezegd. In het geval van wooncomplex Zandroos is het geen bierviltje dat elf jaar geleden de basis vormt voor het ontwerp, maar zijn het suikerklontjes. ‘Het idee voor een woongroep voor 50-plussers ontstond in een mannenpraatgroep, vertelt Akke Overzet, een van de bewoners en mede-opdrachtgever van het project. ‘Zij concludeerden dat de zorg

voor ouderen steeds vaker neerkomt op de schouders van hun kinderen. Om hen niet te zeer te belasten, bedachten ze het plan voor een wooncomplex waarin je als buren voor elkaar zorgt. Niet in fysieke zin, maar wel door elkaar te helpen waar dat kan. Er werd een vereniging opgericht en een paar jaar later, tijdens een kampeerweekend, bouwden we met suikerklontjes het eerste ontwerp van het gebouw.’

‘D

e ronde vorm was de grootste uitdaging’ - Jorrit Kok

23



WONEN

‘E

en geslaagd duurzaam project’

- Rob van der Hoek

De perfecte voedingsbodem De Vereniging Seniorenwoongroep Zandroos, allemaal actieve, spirituele en milieubewuste 50-plussers, ging op zoek naar een locatie om de droom te verwezenlijken. Dat bleek echter nog niet zo eenvoudig. De eerste locatie in Appelscha lijkt veelbelovend, maar strandt in het zicht van de haven. Na een lange zoektocht komt de locatie in Diever in beeld, waar de gemeente Westerveld openstaat voor de plannen van de woongroep. Het gebied Kalterbroeken tussen Diever en Wapse blijkt uiteindelijk de perfecte voedingsbodem voor Zandroos.

Tussen een gebouw bedenken met suikerklontjes aan een keukentafel en de daadwerkelijke bouwtekening maken aan de tekentafel zit een wereld van verschil. Vandaar dat de initiatiefnemers de hulp inschakelen van bouwmanager Harry Mars. ‘Mijn eerste opdracht was om de kosten nauwlettend in de gaten te houden’, vertelt hij. ‘De grootste uitdaging was om het financiële plaatje rond te krijgen. De intentie was om 24 huurappartementen te realiseren, maar uiteindelijk hebben we gekozen voor een mix van koop en huur. Met die aanpassing lukte het ons om de benodigde lening van de Triodos Bank te krijgen. Daarna konden we eindelijk los.’

Ondanks de nodige aanpassingen in het oorspronkelijke plan van de woongroep blijft één origineel detail overeind: de ronde vorm van het gebouw. ‘Die vorm staat voor ons symbool voor de omarming die we willen uitstralen’, legt Joke van der Leen van Zandroos uit. ‘Ook stond buiten kijf dat we zo veel mogelijk duurzame bouwmaterialen wilden toepassen. Met begeleiding van Harry Mars hebben we samen met Bouwbedrijf Buiteveld en architect Jorrit Kok een bouwteam gevormd om zo wensen en mogelijkheden op elkaar af te stemmen. Dat werkte voor alle partijen erg prettig, omdat je meteen knopen kunt doorhakken. Zo ontstond de uiteindelijke tekening voor Zandroos.’

25


WONEN

Niets is recht Aan Bouwbedrijf Buiteveld uit Oosterwolde de eer om de langgekoesterde woondroom te realiseren. ‘Zandroos is voor ons als aannemer in alle opzichten een bijzonder project’, zegt adjunct directeur Rob van der Hoek. ‘Dit project kenmerkt zich vanuit de wens van de klant om een duurzaam gebouw te realiseren. Als betrokken bouwer hebben we, samen met installatiebedrijf Bakker, actief meegedacht over diverse materiaalkeuzes en installaties, zoals leemstuc, houten gevelbekleding, een mos-sedumdak, zonnepanelen en warmtepompen. Zo waren een houten galerij en houten balkons nieuw voor ons, maar deze duurzame materialen geven innovatieve oplossingen. Maar de grootste uitdaging was toch wel de glooiende beweging van het gebouw. Niets is recht.’ ‘De ronde vorm was ook voor ons de grootste uitdaging’, geeft architect Jorrit Kok toe. ‘Het ontwerp was in eerste instantie nog veel ronder, waardoor je meer dat “binnenplaatsgevoel” kreeg. Dat is in de loop van het proces veranderd, waarbij wij ook volop hebben meegedacht. Meedenken en snel schakelen zorgt voor nieuwe energie. Ook het grote groene dak in combinatie met de zonnepanelen zorgde voor een unieke situatie. Door het dak 3D te moduleren, konden we exact zien hoe lang de zon erop schijnt.’

‘H

et gebouw past perfect in onze holistische denkwijze’

- Akke Overzet en Joke van der Leen

26


WONEN

‘E

en mooi duurzaam gebouw gecreëerd’ - Harry Mars

Holistische denkwijze Die zon scheen afgelopen zomer iets te fanatiek, merkten Akke en Joke. ‘Door de droogte is het dak op dit moment nog minder groen dan we hadden gehoopt, maar dat komt vast goed.’ Het sedumdak is niet het enige groene aspect in het plan. ‘We hadden het idee om een voedselbos te creëren op gemeentelijke grond’, vertelt Akke. ‘De gemeente heeft dit idee omarmd, iets aangepast en realiseert hier dit voorjaar een boomgaard. Ook komt er een groenstrook van zo'n tien meter breed met bomen en struiken die je ook in een voedselbos kunt tegenkomen. Daar plukken niet alleen wij de vruchten van, maar ook onze buren en de insecten en vogels. Het past perfect in onze holistische denkwijze.’

27



WONEN

Ruim elf jaar nadat het zaadje werd geplant, is Zandroos een feit. Alle deelnemende partijen kijken met een tevreden gevoel terug op de bouw. ‘Het samenspel van bewonerswensen, ontwerp, materialen en installaties resulteert in een geslaagd duurzaam project’, concludeert Rob van der Hoek van Bouwbedrijf Buiteveld. Architect Jorrit Kok is het daar mee eens: ‘Het eindresultaat mag er zeker zijn.’ Ook Harry Mars is enthousiast. ‘Ik ben altijd optimistisch geweest over het plan. Met de middelen die we hadden, hebben we een mooi duurzaam gebouw gecreëerd.’ Maar het belangrijkste zijn uiteraard de bewoners. Een grote glimlach breekt door op de gezichten van Joke en Akke. ‘We zitten op een plek waar we ons zeer welkom voelen.’

BOUWTEAMLEDEN Architect

:

J. Kok architect

Adviseur

:

Mars Bouwmanagement

Constructeur

:

W2N Engineers

Aannemer

:

Bouwbedrijf Buiteveld

Installateur E&W

:

Installatiebedrijf Bakker

Fotografie: Henri Vos

Tevreden gevoel

WOONCOMPLEX ZANDROOS, DIEVER

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Bouwmaterialen

:

Bouwcenter Concordia

Dakbedekking

:

Hovinga

Leveren en monteren 13 Zorg+ schuifdeursets en van 135 stalen kozijnen en opdekdeuren inclusief hangen sluitwerk

:

BPZ

Afvalinzameling, Transport en Recycling

:

Noord Nederlandse Reinigingsdienst (NNRD)

Tekst: Nynke van der Zee

Die denkwijze zie je ook terug in de vrolijk gekleurde voordeuren. Wie denkt aan het palet van Picasso of Mondriaan heeft het mis. ‘Het zijn de chakrakleuren’, verklapt Joke. ‘Iedereen heeft zo z'n eigen kleur voordeur, waardoor je al van veraf ziet waar je woont. Dat is het eerste dat opvalt wanneer je het gebouw ziet: de vrolijke voordeuren die open staan voor elkaar en voor de buurt. Tijdens het Open Huis na de oplevering was meer dan de helft van de buren aanwezig.’

29


WONEN

30 NOM-WONINGEN IN WOLVEGA

WONEN ZONDER ENERGIEREKENING

Aan de Willem Lodewijkstraat, de Johan Willem Frisostraat en de Sickengastraat in Wolvega realiseerde Jorritsma Bouw dertig Nul op de Meter-woningen voor Woningstichting Weststellingwerf. De corporatie koos bewust voor een Design & Build-opdracht, omdat ze gebruik wilde maken van de expertise van de markt.

30


WONEN

‘T

ijdloze materialen gebruikt’ - Reinier Bron

Woningstichting Weststellingwerf had haar duplexwoningen aan de Willem Lodewijkstraat al een tijd op de nominatie staan om te vervangen, vertelt directeur Sake Lageveen. ‘Ze waren technisch en economisch aan het einde van de levensduur.’ Toen een eindje verderop aan de Sickengastraat een oud schoolgebouw door de gemeente gesloopt werd, ontstond ruimte om een nieuw wijkje te bouwen waarin alle uit te plaatsen huishoudens – als ze dat wilden – een nieuwe woning zouden kunnen krijgen. ‘Dat was in 2015. Wat volgde was een traject van gesprekken en plannen maken voor de bouw van dertig grondgebonden woningen: negen voor één- en tweepersoonshuishoudens, vijftien voor gezinnen en zes levensloopbestendige huizen voor mensen met een fysieke beperking.’

Maximale gebruikswaarde In samenspraak met de gemeente Weststellingwerf maakte de corporatie een stedenbouwkundige opzet die uitgaat van het maximaliseren van de gebruikswaarde van tussenwoningen: de huizen aan de straat, met aan de achterzijde voldoende ruimte voor parkeren langs een eigen weg in het groen en een ontsluiting naar iedere achtertuin, zodat de bewoners desgewenst ook op eigen terrein kunnen parkeren – en dus niet op de openbare weg. ‘Inhoudelijk hadden we een gebruiksprogramma, met wensen omtrent de oriëntatie, aantallen kamers, woonoppervlakte en energieneutraliteit. Dat hebben we vervolgens als een Design & Build-uitvraag op de markt gebracht.’

31


WONEN

‘B

ouw vlekkeloos verlopen’

- Sake Lageveen

Eigen methodiek Die methode was eerder een eind verderop aan de Haulerweg goed bevallen. ‘Dat was wel een kleiner project, maar ons idee was dat wanneer je de aannemer de ruimte geeft om volgens zijn eigen methodiek een concept te ontwerpen, je qua kwaliteit en prijs beter uit zou kunnen komen dan wanneer je met een architect een volledig uitgewerkt plan in aanbesteding brengt. Dan loop je het risico dat de vorm niet aansluit bij de bouwsystemen en zou je zo’n plan achteraf moeten uitkleden omdat aannemers het niet kunnen doen voor de prijs die jij in gedachten had. Hier werkt het andersom: je noemt je wensen en je budget en aannemers doen hun best daar zo dicht mogelijk bij te komen.’ Bij dit project was het Jorritsma Bouw die qua prijs, maar ook qua invulling van de eisen het beste aansloot bij de vraag. ‘Ons ontwerp gemaakt met Buro Sipma architecten - past goed bij de maat en schaal van de bestaande bebouwing’, vertelt Reinier Bron, commercieel manager bij Jorritsma. ‘We hebben tijdloze materialen gebruikt die goed in het straatbeeld passen, zoals de zwarte dakpannen en de waalformaat bakstenen, met in de voorgevels en deels in de kopgevels de lichte kleur die de huizen aan de overkant ook hebben.’ 32


WONEN

NOM

‘H

et begint bij de thermische schil’

- Klaas van Niejenhuis

Bovendien voldoen de woningen aan het Nul-op-de-Meter-concept: ze wekken zoveel eigen energie op dat bewoners, bij normaal woongedrag, geen energiegebruik hebben. ‘Ze betalen wel vastrecht en meterkosten en dergelijke’, legt Klaas van Niejenhuis uit. Hij is van DGMR, het ingenieurs- en adviesbureau uit Drachten dat het D&B-team bijstond op gebied van bouwfysica, energiezuinigheid en brandveiligheid. ‘En de woningstichting rekent een toeslag op de huur, omdat zij gezorgd heeft voor die duurzame installatie.’ Om een dergelijke energieprestatievergoeding (EPV) in rekening te mogen brengen, moet een verhuurder aantonen dat woningen aan de juiste normen voldoen. ‘Het was aan ons om die EPC-berekening te maken en te adviseren over maatregelen om die te halen. Dat begint bij de thermische schil: een goede isolatie, drievoudige beglazing en een goede luchtdichting. Daarna gaat het om de technische installatie: met een bronboring voor het hele wijkje, waarop per woning een warmtepomp is aangesloten, een warmte-terugwinsysteem (wtw) met hoog thermisch rendement en laag eigen energiegebruik en zonnepanelen.’ In dit geval ging het om een in-dak-systeem van Kingspan, op advies van DGMR nog aangevuld met een brede strook minerale wol bij de woningscheidende wand voor extra brandveiligheid. 33



WONEN

30 NOM-WONINGEN, WOLVEGA :

Woningstichting Weststellingwerf

Architect

:

Sipma architecten

Constructeur

:

Projectengineering H. Castelein

Aannemer

:

Jorritsma Bouw

Installatieadviseur

:

DGMR

Opdrachtgever

BOUWTEAMLEDEN

Fotografie: Henri Vos

De bouw, die in november 2018 begon en net voor de zomervakantie van 2019 werd afgerond, verliep volgens Sake Lageveen vlekkeloos. Daar was Jorritsma ook een beetje op uitgekozen, denkt Bron. ‘Ons proces voorziet in zoveel mogelijk ontzorging van de opdrachtgever, maar hij kan wél alles op de voet volgen. Daar hebben we Systems Engineering voor, een geïntegreerde proces- en administratie-ondersteunende tool waarin we alle informatie effectief en inzichtelijk registreren. En uiteraard kon de woningstichting ook alle kwaliteitscontroles volgen en afstemmingsoverleggen bijwonen.’ Lageveen: ‘Ons team Projectontwikkeling van de afdeling Vastgoed is inderdaad steeds aanwezig geweest bij de bouwvergaderingen, maar daarbij zijn geen hoofdbrekens gerezen.’ Die waren er wel enigszins in de periode tussen de keuze voor het D&B-plan en de definitieve opdracht, omdat in die tijd de prijzen voor materialen gigantisch waren gestegen en Jorritsma aangaf het niet meer voor de oorspronkelijke prijs te kunnen doen. ‘We hebben samen nog kostenbesparende alternatieven gezocht, maar uiteindelijk zijn we erop uitgekomen dat het budget omhoog moest. De totale stichtingskosten zijn opgelopen van 145.000 naar 180.000 euro per woning, door de gestelde NOM-eis en door externe prijsstijgingen als gevolg van de aantrekkende bouw.’ Met die beslissing kon het project succesvol worden afgerond.

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Uitbloeiingsarme Doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Afvalinzameling, Transport en Recycling

:

Visser Afvalinzameling, Transport en Recycling

Tekst: Arjen Bakker

Prijsstijgingen

35


WONEN

RIETCARRÉ, GRONINGEN

ARCHITECTUUR OM IN TE LIJSTEN

36


WONEN

Architectuur om in te lijsten: beter kun je het markante ontwerp van de 29 vrijstaande woningen in plan Rietcarré in de Groningse wijk Reitdiep niet omschrijven. De grote witte kaders rondom de stijlvolle raampartijen aan de achterzijde van de woningen doen denken aan reusachtige schilderijlijsten. Een waar kunststukje van 4D Architecten, Rottinghuis’ Aannemingsbedrijf bv en VolkerWessels Vastgoed. "Die ingelijste woningen", zo worden de 29 vrijstaande woningen in plan Rietcarré in de volksmond nu al genoemd. ‘Ze zijn een herkenningspunt in de wijk’, vertelt vastgoedontwikkelaar Marius Rob van VolkerWessels Vastgoed merkbaar trots. ‘We hebben meerdere projecten ontwikkeld in de wijk Reitdiep, maar dit project springt er qua architectuur echt uit. Het witte kader aan de achterzijde vormde de grootste uitdaging, maar is tegelijkertijd ook het gaafste onderdeel van het project. Het is allesbehalve standaard. Rottinghuis verdient een groot compliment dat dit is gelukt.’

6 bij 6 Het ontwikkelen en ophangen van de witte kaders ontpopte zich meteen in de beginfase van het project al tot breinbrekend avontuur. ‘Zo'n aluminium bouwwerk van zes bij zes meter hadden we nog nooit eerder gemaakt’, geeft projectleider Willem Vogelzang van Rottinghuis meteen toe. ‘Na een zoektocht kwamen we uit bij TSV Metaalbouw in Nieuw-Buinen. Samen met hen zijn we de uitdaging aangegaan om het ontwerp van 4D Architecten tot leven te brengen. Maar eenvoudig was dat allerminst.’

‘D

e woningen zijn een herkenningspunt in de wijk’ - Marius Rob 37


WONEN

‘Z

o'n kader van 6 bij 6 meter hadden we nog nooit eerder gemaakt’

- Willem Vogelzang

Even ophangen Tijdens uitgebreide hijstesten in Nieuw-Buinen bleek het aluminium kader door z’n mega-omvang ongeschikt om als één geheel met een hijskraan op z’n plek te takelen. ‘Het aluminium was simpelweg niet sterk genoeg’, legt Vogelzang uit. ‘Via steunen in en op de gevel zijn we erin geslaagd om het gevaarte deel voor deel te plaatsen en te verankeren. Het resultaat is een kader dat over de volle breedte van de woningen loopt en twee van de drie verdiepingen inlijst. Helemaal bovenin hebben we het aluminium geïntegreerd in de dakbedekking, zodat het een waterdicht geheel vormt.’ 38

Het grote witte kader was overigens niet de enige uitdaging voor Rottinghuis. Zoals de naam al doet vermoeden, is plan Rietcarré een rechthoekige bouwlocatie die midden in de wijk Reitdiep ligt. ‘Dat betekende dat we rekening moesten houden met de buren en de basisschool’, verduidelijkt Vogelzang de situatie. ‘Bouwverkeer dat af en aan rijdt, trillingen bij het heien van de palen en geluidsoverlast tijdens schooltijden: het was nog een logistieke puzzel om het iedereen naar de zin te maken. Goede communicatie met de wijk was in dit geval essentieel.’


WONEN

Te kust en te keur Na de oplevering van de laatste vijftien woningen eind 2019 is de rust inmiddels wedergekeerd in de wijk. In no time zijn ook deze woningen uit fase twee verkocht. ‘Rietcarré is vrijstaand wonen tegen een scherpe prijs, maar dan net even anders’, verklaart Marius Rob het verkoopsucces. ‘Zo is de voortuin bijvoorbeeld dieper dan de achtertuin, wat voor een speels en verrassend effect zorgt. Niet te vergeten de enorme hoeveelheid ruimte in huis, omdat alles recht is. Bovendien kun je kiezen voor extra uitbreidingsmogelijkheden en opties om de woning te personaliseren.’ Van gevel- tot plattegrondwijzigingen en van installatie- tot sanitairwensen: de 29 kopers kunnen te kust en te keur kiezen uit diverse opties. Daarbij is ook de keuze om de woning gasloos op te laten leveren. ‘In de basis hebben we de woningen uitgerust met een cv-ketel, maar er zijn enkele kopers die voor een lucht-water-warmtepomp hebben gekozen’, vertelt Ruud Waaijer, bedrijfsleider bij BOWA en Hummel Installaties (onderdeel van Losser Installatiegroep) uit Emmen. ‘Je merkt dat mensen voor deze optie kiezen met het oog op de toekomst. Duurzaam wonen spreekt een steeds grotere doelgroep aan.’

‘D

uurzaam wonen spreekt een steeds grotere doelgroep aan’ - Ruud Waaijer 39



WONEN

Onder de vloer

Binnen de kaders

Duurzaam en energiezuinig wonen staat dan ook niet voor niets bovenaan de prioriteitenlijst van VolkerWessels Vastgoed. ‘Naast het standaard aantal zonnepanelen op het dak kunnen bewoners kiezen voor extra zonnepanelen en een warmtepomp om de woning EPC-nul op te laten leveren’, geeft Waaijer als voorbeeld. Ook is er de optie voor een ruimteregeling op de cv-installatie of warmtepomp, waarmee je de temperatuur in ieder vertrek onafhankelijk van elkaar kunt regelen. Bovendien beschikken alle woningen over vloerverwarming, waardoor er op lage temperaturen gestookt kan worden. Op die manier dragen we ons steentje bij aan milieubewust wonen.’

Net als de installatie van het ingenieuze vloerverwarmingssysteem verlopen ook de overige installatietechnische werkzaamheden op rolletjes. ‘Het voordeel is dat we vaker samenwerken met VolkerWessels en Rottinghuis’, verklaart Waaijer het soepele verloop van het project. ‘Opgedane ervaring uit vorige projecten gebruiken we om op voorhand problemen te tackelen.’ ‘De basis voor het succes ligt bij PlusWonen, een slim bouwconcept binnen VolkerWessels’, meent Vogelzang. ‘Een doordacht systeem, met genoeg ruimte voor een architectonische twist, waarmee je ieder project een eigen gezicht geeft. Dan past zelfs een reusachtig wit kader binnen de gestelde kaders.’

:

VolkerWessels Vastgoed

Architect

:

4D architecten

Constructeur

:

Aveco De Bondt

Aannemer

:

Rottinghuis

Installateur E&W

:

Bowa Installaties Emmen

Ontwikkelaar

Fotografie: Mark Sekuur

29 WONINGEN RIETCARRÉ, GRONINGEN BOUWTEAMLEDEN

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Grondwerk

:

Vedder

Sanitair & badkamers

:

Simon de Haas

Stalen dakrand

:

Ensel Staalkonstructies

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Stukadoorswerkzaamheden

:

Afbouw Perdok

Tekst: Nynke van der Zee

Je merkt er niets van wanneer je over de verwarmde vloer loopt, maar daaronder ligt een ingenieus vloerverwarmingssysteem. Waaijer: ‘Wij werken met vloerverwarming op rol, die prefab en op maat worden toegeleverd door Vidalco Climate Floors uit Kampen. Deze vloerverwarming wordt als het ware geprint op een net, dat daarna alleen nog maar uitgerold hoeft te worden in de woning. Je kunt je voorstellen hoeveel verwerkingstijd je daarmee bespaart op de bouw. Met dit systeem zijn we een van de voorlopers in Nederland.’

41


TRENDS

WONEN NOORDWEST FRIESLAND

BETAALBAAR DUURZAAM WONEN IN 40 DORPEN

In onze serie interviews met woningcorporaties gingen we voor deze editie van Bouwen in het Noorden op bezoek bij Wonen Noordwest Friesland. ‘We hoeven niet voorop te lopen in de verduurzaming’, aldus manager Vastgoed Gerard van Keulen. Maar ook zonder de koppositie in te nemen is deze Friese corporatie al een flink eind op de goede weg. 42

Als de locatie (op een industrieterrein) en het kantoorgebouw (mooi!) van Wonen Noordwest Friesland in Sint Annaparochie symbool staan voor het karakter van de organisatie, dan kom je uit op een interessante mix van ambitie, bescheidenheid en praktische keuzes. Dat beeld blijkt aardig te kloppen tijdens het interview met manager Vastgoed Gerard van Keulen, beleidsadviseur Vastgoed Wybrant Ritsma en leefbaarheidscoördinator Catharina Visser. Hier wordt zonder stemverheffing uit de doeken gedaan wat men belangrijk vindt.

Bijna 4000 woningen in 40 dorpen Het woningbestand van Wonen Noordwest Friesland bestaat uit bijna vierduizend woningen, verspreid over liefst veertig dorpen. In dit uitgestrekte gebied richt de woningcorpo-

ratie zich met name op de betaalbaarheid voor huurders. Ondertussen wordt dat woningbestand gestadig verduurzaamd. Van Keulen: ‘Daar waar we investeren in woningen, proberen we te bereiken dat de woning verduurzaamd wordt, maar ook dat de energielasten - en daarmee de woonlasten - voor de huurder lager worden.’

Met gesloten beurs Ritsma vult aan: ‘We doen onze renovaties zonder huurverhoging. Ook als we zonnepanelen aanbrengen, berekenen we alleen een stukje aan servicekosten, het grootste deel vloeit als voordeel naar de huurder.’ Met het aanbrengen van zonnepanelen is de corporatie pas een jaar geleden begonnen. Het gebeurt op vrijwillige basis, waarbij ongeveer een derde van de bewoners - ondanks voorlichting en voordelen - nog niet mee wil doen. ‘Som-


TRENDS migen hebben geen zin in de rompslomp, soms missen ze kennis, of mensen zijn van plan om binnenkort te verhuizen’, legt Ritsma de toch wat beperkte animo uit. Als huurders na een sloop/nieuwbouw-traject in een nieuwe woning komen, betalen ze uiteraard wel de prijs van die nieuwbouwwoning. ‘Maar doordat deze veel energiezuiniger zijn, blijven de totale woonlasten ongeveer gelijk’, legt Ritsma uit.

Krimp en groei Van Keulen: ‘Per dorp weten we ongeveer wat we aan krimp en groei kunnen verwachten. Als we in krimpgebied verouderde woningvoorraad slopen, bouwen we daar in veel gevallen een kleiner volume voor terug.’ Soms wordt ook het woningtype aangepast, en worden er levensloopwoningen in plaats van gezinswoningen gebouwd. Maar het werkge-

bied van Wonen Noordwest Friesland kent ook dorpen die juist groeien, met name dorpen onder de rook van Leeuwarden als Menaldum en Dronrijp zitten in de lift. Per situatie wordt bekeken of verouderde woningen verbouwd moeten worden, of dat sloop en nieuwbouw de voorkeur heeft. Van Keulen licht toe: ‘Door te renoveren proberen we een levensduurverlenging van 25 of 40 jaar te realiseren. Als we de investeringskosten in die periode niet terug kunnen verdienen, dan valt het kwartje de andere kant op en spreken we de sloopambitie uit.’

Huurdersparticipatie Wonen Noordwest Friesland besteedt zeer veel zorg aan de bewonersparticipatie, of het nu gaat om renovatie of om sloop/nieuwbouw. Twee “medewerkers huurdersparticipatie” staan in nauw contact met de bewoners en de

huurders zijn vertegenwoordigd in werkgroepen. ‘Als wij gaan denken over sloop, dan nodigen we bewoners uit voor een bewonersavond. Op het voornemen om te gaan slopen, kan soms heftig worden gereageerd. We proberen altijd met draagvlak van onze bewoners zoveel mogelijk goede plannen te maken.’ Samen met De Bewonersraad Friesland - de belangenbehartiger van alle huurders van de corporatie - zijn afspraken gemaakt over een sociaal pakket en is een protocol herstructurering vastgesteld. Tijdens individuele gesprekken aan de keukentafel bij de bewoners worden de plannen vervolgens nog een keer uit de doeken gedaan en kunnen bewoners hun wensen en voorkeuren aangeven. Afspraken worden vervolgens vastgelegd en dienen als onderbouwing voor de manier waarop plannen ten uitvoer worden gebracht. Van Keulen: ‘Het is nogal wat als

‘M

et draagvlak van bewoners goede plannen maken’ - Gerard van Keulen

43


TRENDS

je te horen krijgt dat je huis wordt gesloopt. Daarom nemen we ook de tijd om mensen uit te huizen. Soms doen we er wel een jaar over, voor een complex helemaal leeg is.’

Kennis uit de markt ‘Ontzorgen’ is in de bouwsector een gevleugelde term. Laat Wonen Noordwest Friesland zich ontzorgen, bijvoorbeeld door ketensamenwerkingen aan te gaan? Van Keulen: ‘Op het gebied van regulier onderhoud werken we wel met vaste partners, waarbij we ons gebied hebben opgesplitst in drie regio’s. Maar bij sloop/nieuwbouw schrijven we een aanbesteding uit. Gewoon ouderwets, op basis van bestek en tekeningen.’ De corporatie haalt daarbij wel de deskundigheid uit de markt. Toen het er bijvoorbeeld om ging om NOM of BENG te onderzoeken zijn er bouwpartijen - waarvan bekend was dat zij daar ervaring

44

mee hadden - benaderd met de vraag om het standaard product van de corporatie op een hoger, duurzamer niveau te krijgen. ‘Dat was eenmalig, dus meer in bouwteam dan als ketensamenwerking’, verduidelijkt Van Keulen.

Leefbaarheid Bij deze Friese corporatie staat betaalbaarheid van wonen voorop. Maar zij steekt ook meer dan gemiddeld energie in leefbaarheid. Binnen de organisatie zijn drie leefbaarheidscoördinatoren aangewezen, elk met hun eigen gebied. Catharina Visser: ‘Leefbaarheid heeft bij onze organisatie altijd een rol gespeeld, en op een gegeven moment - al wel zo’n vijftien jaar geleden - is het opgenomen in de organisatiestructuur.’ Van Keulen legt uit dat zijn organisatie een taak heeft in vastgoed, maar dat er ook een taak is voor een goede woonom-

‘W

e doen het in stappen, zodat iederéén er voordeel van heeft’

- Wybrant Ritsma


TRENDS

‘E

en goede leefomgeving creëren, samen met het dorp’

geving. ‘En dat doe je door te weten wat er in die dorpen leeft. We doen dat door kleine initiatieven te ondersteunen, en door zichtbaar te zijn.’ Visser noemt de mogelijkheid voor leefbaarheidssubsidies, die de corporatie beschikbaar kan stellen. ‘We doen dat in samenspraak met de gemeentes, die doen ook aan cofinanciering. Vanuit onze maatschappelijke betrokkenheid proberen we een goede leefomgeving te creëren, samen met het dorp.’

Label B in 2021 De organisatie heeft zich ten doel gesteld om in 2021 alle woningen op gemiddeld energielabel B te hebben. Ritsma: ‘We hebben in de afgelopen jaren al heel veel gedaan, met onze huidige plannen halen we zonder op te schalen in 2021 gemiddeld label B wel.’ En daarna? Van Keulen: ‘Dan gaan we door! Op de lange termijn moeten we toe naar een

CO2-neutrale woonomgeving. Voor nieuwbouw zijn er allerlei voorzieningen, bijvoorbeeld gasloos bouwen. Maar we lopen niet voorop om onze bestaande woningen CO2-neutraal te maken.’ De sociale gedachte speelt daarbij ook een rol, zo blijkt uit de opmerking van Ritsma: ‘Liever honderd huurders die íets aan voordeel hebben, dan tien die in een compleet nieuwe woningen wonen. We doen het in stappen, zodat iederéén er wat voordeel van heeft.’

Natuurinclusief bouwen Elders in dit nummer gaat het over natuurinclusief bouwen. Ook op dat gebied is de corporatie al geruime tijd zeer actief. Bij sloopprocessen wordt al drie jaar van tevoren onderzoek gedaan naar aanwezigheid van vleermuizen, mussen, zwaluwen en andere kwetsbare soorten. Van Keulen: ‘Op basis

daarvan maken we een plan voor mitigerende maatregelen (deze moeten negatieve effecten als gevolg van ruimtelijke ingrepen verzachten of voorkomen, red.). Die flora en fauna zijn ook de kwaliteit van ons werkgebied, daar moet je rekening mee houden.’ In nieuwe woningen worden al sinds vijftien jaar vogelvides toegepast onder de eerste rij dakpannen. ‘Dat staat standaard in ons bestek’, aldus Ritsma. Van Keulen: ‘Bij nieuwbouw en renovaties proberen we ook met de bewoners tuinen in te richten en hagen te planten langs de openbare weg.’ Het is daarbij een voordeel dat het woningbestand van de corporatie in het landelijk gebied ligt, maar tegelijk ook de uitdaging, vindt Ritsma. ‘90% van ons woningbezit is grondgebonden, waarvan 80% ook nog eens eindwoning is. Dus heggen planten is een kostenpost. Maar we doen het wel, dat is ook onze kwaliteit.’ 45

Tekst: Vera Bosma

- Catharina Visser


WONEN

GROENE KAMERS IN HAREN:

PRACHTIGE LIGGING VOOR RIANTE VILLA’S OP MAAT Aan de rand van het Groningse dorp Haren vond PC Vastgoedontwikkeling de uitgelezen locatie om op royale percelen elf riante villa’s te bouwen. Voor deze “Groene Kamers” maakte de ontwikkelaar samen met VdpArchitecten een ontwerp, waar de kopers hun eigen, unieke stempel op konden drukken, tot een villa op maat. Notebomer uit Surhuisterveen geeft ‘op klantniveau’ invulling aan de bouw, DRS Installatietechniek stelt samen met de bewoners het optimale installatieconcept samen. 46


WONEN

De exclusieve gezinswoningen worden gebouwd in het groene deelgebied 6 van ’t Harener Holt, dat wordt gekenmerkt door oude bomen en houtwallen. De woningen zijn weliswaar projectmatig gebouwd, maar met veel inbreng van de klant. Dat maakt de bouw bijzonder: geen villa is gelijk. De zeer ruime villa’s staan op percelen van minimaal 665 vierkante meter.

Basishuis naar wens Omdat de kopers hun eigen wensen konden inbrengen, moesten de betrokken partijen regelmatig terug naar de tekentafel. Nienke Platvoet, projectmanager bij PC Vastgoedontwikkeling, vertelt: ‘De architect heeft een basishuis ontworpen. Het moesten ruime gezinshuizen worden met geïntegreerde garages en veranda’s. Wij zijn vervolgens met de kopers in gesprek gegaan. Zij konden zelf wijzigingen aanbrengen binnen het ontwerpconcept. Zo zijn elf individuele villa’s ontstaan,

wel binnen de gestelde (esthetische) kaders. Wij gaan hier graag zelf over in gesprek met kopers, zonder tussenkomst van bijvoorbeeld een makelaar.’

Hogere segment In 2013 is het initiatief gekomen voor het project. In 2017 zijn de villa’s in de verkoop gebracht. Platvoet: ‘Wij hebben ons gericht op het hogere segment in de nieuwbouw. De totale investering voor een villa op maat kwam al gauw op 900.000 euro uit. Dat is niet voor iedereen weggelegd. Dit was voor ons de plek om villa’s op maat te bouwen. De zuidkant van Groningen, met locaties als Ter Borch, Paterswolde en Haren zijn gewild voor dit segment. De ligging is prachtig.’ Aan de ene kant grenst de locatie aan het oude deel van Haren, met herenhuizen in jarendertigstijl en monumentale bomen. Aan de andere kant liggen landerijen die het dorp verbinden met de stad Groningen.

‘G

raag zelf in gesprek met de klant’

- Nienke Platvoet

47



WONEN

Broertjes en zusjes Jan Veenstra, projectleider van Notebomer Surhuisterveen, vindt de woningen ‘broertjes en zusjes van elkaar.’ ‘Elk huis is op de wensen van de klant afgestemd en van daaruit verder ontwikkeld. Geen kozijn of deur is hetzelfde. Voor het bouwen op projectbasis is dat wel bijzonder. We hebben op klantniveau invulling aan de bouw gegeven.’ De begane grond en de eerste verdieping zijn bij elke villa anders ingedeeld. De tweede verdiepingen zijn over het algemeen redelijk gelijk aan elkaar.

‘E

lk huis op de wensen van de klant afgestemd’ - Jan Veenstra

Stalen wenteltrap Aannemer Notebomer kreeg de opdracht naar aanleiding van voorgaande projecten met PC Vastgoed. Op basis van schetsvorming zijn de eerste prijsindicaties afgegeven, waarna de het ontwerp en de prijs verder zijn uitgekristalliseerd. De grootste uitdaging voor de projectleider was het plaatsen van een stalen wenteltrap, in een van de meest unieke woningen in het project. De trap is geheel in staal uitgevoerd en gecoat. ‘Het is een geheel van rond de 1200 kilogram en uit één stuk. De trap is van bovenaf de woning in gehesen. Een stuk van het platte dak is gedurende de gehele bouw open gehouden om de trap in zijn geheel van bovenaf in de woning te kunnen laten zaken. In het voortraject is er veel overleg met de trapleverancier geweest om de juiste route uit te stippelen om de trap uiteindelijk te plaatsen.’ 49



WONEN

Platvoet ervaart het als een intensief traject. ‘Maar we zijn goed ingespeeld op elkaar met een team van vaste partijen. Je moet er blindelings vanuit kunnen gaan dat de gemaakte afspraken goed gaan.’ Ze is dan ook trots op de inzet van partijen, zowel van Notebomer en DRS, maar ook het ontwerp- en tekenwerk van VdpArchitecten. ‘Met elkaar maken we het tot een geslaagd project!’

‘W

e hebben echt invloed gehad op het proces’

- Anne Bulsing

Inmiddels zijn zeven van de elf woningen opgeleverd. De laatste villa kan naar verwachting volgend jaar zomer worden overgedragen aan de bewoners.

GROENE KAMERS, HAREN :

PC Vastgoedontwikkeling

Architect

:

VDPArchitecten, Groningen

Constructeur

:

W2N Engineers

Aannemer

:

Notebomer Surhuisterveen

Installateur E&W

:

DRS installatieteckniek

Opdrachtgever & ontwikkelaar

Fotografie: Mark Sekuur

BOUWTEAMLEDEN

Buitenkozijnen

:

Dijko Kozijnen

Dakbedekking platte daken

:

Hovinga

Pannenlegger

:

Hamminga Bruggenkamp Hellende Daken

Ruwbouwmatererialen en dakpannen

:

Bouwcenter Meijer

Sierdetails

Stukadoor

:

Stuk- en Afbouwbedrijf Heine Roffel

In het metselwerk zijn veel sierdetails toegepast, waaronder staand metselverband en sierlagen in de schoorsteen en naast de kozijnen. Deze sierelementen in het metselwerk zijn vooral bij kozijnen goed terug te zien. Veenstra: ‘Het steekt er heel mooi uit. Daarnaast zijn er spekbanden op de muren aangebracht. Dat geeft een mooi lijnenspel. De details komen uit de koker van de architect.’

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel Uitbloeiingsarme metselmortel

:

Remix Droge Mortel

Hang- en sluitwerk en deuren

:

Raadsma

Lijmwerken

:

Moorman Lijmwerken

Tekst: Brenda van Olphen

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS

Aardwarmte Elf verschillende villa’s bouwen vraagt ook om elf verschillende installaties. Bijna alle woningen zijn gasloos. In eerste instantie zou in de villa’s vraaggestuurde ventilatie komen met een traditionele cv-ketel. Anne Bulsing van DRS Installatietechniek koos ervoor om de aardwarmtepomp aan de man te brengen. Bij tien van de elf woningen mocht hij de pomp installeren. ‘Het is een prachtig en duurzaam systeem. Daarnaast hebben we zonnepanelen op het dak geplaatst.’ Bulsing heeft met sommige partijen vijf keer om tafel gezeten om de plannen tot in detail uit te werken. ‘We hebben echt invloed gehad op het proces. Als bijna alle klanten meegaan in jouw advies, dan is dat het mooiste compliment dat je kunt krijgen.’ 51


WONEN

APPARTEMENTENGEBOUWEN KOLIBRIE IN ASSEN

BETAALBARE APPARTEMENTEN MET EEN RIJKE ARCHITECTUUR De goudgele gevelstenen van de twee gloednieuwe appartementengebouwen in Assen-Oost glanzen in de vroege ochtendzon. Nog even en hier in gebouw Kolibrie - de naam die het complex heeft meegekregen - verschijnen voor de ramen de eerste planten, gordijnen en jaloezieën van kersverse bewoners, die in het nieuwe jaar kunnen verhuizen naar hun droomappartement.

52


WONEN

Volgens schema De dertig huurappartementen worden door Actium Wonen in Assen verhuurd en zijn inmiddels allemaal vergeven. Datzelfde geldt voor de 18 koopappartementen die bij de oplevering allemaal een eigenaar hebben. Exact een jaar nadat Jansman Bouw uit Luttenberg in januari 2019 met de bouwwerkzaamheden begon, kunnen de eerste bewoners hun spullen uitpakken in hun nieuwe woning. Overmars: ‘Daarmee is het bouwtraject uitstekend volgens schema verlopen.’ Het behalen van de deadline is volgens Overmars een compliment aan Jansman Bouw. ‘Wij mochten het totale plaatje uitvoeren’, vertelt projectleider Gerrold Hulsman. ‘Het realiseren van beide gebouwen was één ding, maar daarnaast hebben we ook gezorgd voor de totale infra: van de riolering tot de bestrating van de parkeerplaatsen. Achtenveertig appartementen, dat is voor ons een mooi project qua volume.’

Op de plek van het voormalige politiebureau aan de Tuinstraat in Assen-Oost levert WVG Ontwikkeling B.V. uit Meppel begin 2020 twee fraaie appartementengebouwen op. Waar het ene gebouw bestaat uit 30 huurappartementen, telt het andere gebouw 18 koopappartementen. ‘De combinatie van zowel huurals koopappartementen is een bewuste keuze en geeft daarnaast diversiteit aan een complex als dit, vertelt projectleider Henk-Jan Overmars van WVG Ontwikkeling B.V. ‘Dat is de kracht van dit project: hier kun je betaalbaar wonen in een modern nieuwbouwappartement.’

‘F

raai lijnenspel geeft gebouwen een eigenzinnige uitstraling’ - Henk-Jan Overmars

53


WONEN

Stenen paradepaardje

‘D

it is voor ons een mooi project qua volume’ - Gerrold Hulsman

54

Over volume gesproken: de 7,8 ton wegende balkons vormden een van de grootste uitdagingen voor de aannemer. ‘Gelukkig hebben we hier de nodige ervaring in’, stelt Hulsman gerust. ‘Maar in dit geval hadden we te maken met verspringende balkons, waardoor je goed moet nadenken over het ontwerp van de tijdelijke ondersteuning. Dat zijn voor ons de krenten in de pap. Net als de bijzondere genuanceerde gele gevelstenen in waalformaat en dubbelwaalformaat met boomschorsstructuur en vermetseld in verschillende verbanden.’ ‘Die gevelstenen zijn echt ons paradepaardje’, vindt ook architect Harry Nanninga van HJK Architecten uit Groningen. ‘Onze opdracht was om te zorgen voor betaalbare woningen, met een rijke uitstraling’, vertelt hij. ‘Vandaar dat we op zoek zijn gegaan naar een bijzondere gevelsteen. Daarvoor kwamen we uit bij steenfabrikant Den Daas uit Twente. Alle 160.000 stenen die we voor beide gebouwen nodig hadden, komen bij hen uit de oven.’


WONEN

‘B

etaalbare woningen met een rijke uitstraling’

- Harry Nanninga

Meesterlijk ambachtswerk Dat zo’n meesterlijk stukje ambachtswerk de moeite meer dan loont, blijkt wel uit het eindresultaat. ‘De gevels zijn fantastisch geworden’, beaamt Overmars. ‘De verspringende balkons zorgen voor een fraai lijnenspel en geven beide gebouwen hun eigenzinnige uitstraling. Bovendien passen de gebouwen uitstekend bij de bijzondere architectuur van het naastgelegen pand. Het is alsof de woongebouwen de school omarmen.’ Niet alleen aan de buitenkant valt de architectuur van Nanninga op. Ook ín de woning speelt zijn doordachte ontwerp een hoofdrol. ‘De plattegronden zitten goed in elkaar’, geeft hij toe. ‘Alle appartementen hebben volop daglicht door hun ligging op het oosten, zuiden en westen. En de huiskamers zijn gesitueerd over de volle breedte van het appartement, waardoor je uitzicht hebt op de levendige straatkant. Welk appartement je ook kiest, je geniet van dezelfde pluspunten.’

55



WONEN

Gas, water, licht ‘Met het oog op de betaalbaarheid hebben we bewust gekozen voor appartementen die allemaal zijn voorzien van een gasgestookte cv-ketel’, legt Overmars uit. ‘Elke bewoner heeft daarnaast vier of vijf zonnepanelen op het dak tot z’n beschikking. Het hemelwater van daken en het terrein wordt zoveel mogelijk teruggebracht in de bodem.’

48 APPARTEMENTEN, ASSEN :

WVG Ontwikkeling

Architect

:

HJK Architecten

Constructeur

:

Dantuma-Wegkamp

Aannemer

:

Jansman Bouw

Installateur E&W

:

Chiel Siemers

Opdrachtgever

Fotografie: Henri Vos

Een van die pluspunten is de groene omgeving, die in het ontwerp van het plan secuur bewaard is gebleven. ‘De aanwezige bomen hebben we vrijwel allemaal kunnen behouden’, vertelt Overmars. ‘Ook dat was een van de uitdagingen voor Jansman Bouw, die tijdens de werkzaamheden tussen het aanwezige groen moest manoeuvreren. Petje af dat dit is gelukt.’ ‘Voordat we beginnen maken we allereerst een tekening van de bouwplaatsinrichting’, legt Hulsman uit. ‘In dit geval hebben we de nodige hekken geplaatst rondom de aanwezige bomen om ze tijdens de bouwwerkzaamheden te beschermen. Het is fijn dat dit gelukt is.’

BOUWTEAMLEDEN

Tekst: Nynke van der Zee

Flink manoeuvreren

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Staalwerk

:

Dell Ferro Steel

Grondwerk en terreininrichting

:

DAS Grondwerken

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

57


WONEN

NIEUWBOUW HOOGEWEG, GRONINGEN

EEN 74 METER HOGE EYECATCHER VOOR GRONINGEN

Aan de Hoogeweg in Groningen, aan het Reitdiep vlakbij het Zernikecomplex, wonen vanaf komend collegejaar ongeveer zevenhonderd studenten in een complex dat door zijn hoogte van 74 meter, maar ook door het kunstwerk dat in de gevel is verwerkt, een blikvanger voor de stad is.

58


WONEN Aannemer Geveke Bouw levert het complex in januari bouwkundig op - 2,5 jaar nadat Borghese Real Estate en Urban Developers een ontwikkelingsplan overnamen dat een collega-projectontwikkelaar door de crisis niet rond kreeg. ‘Het scheelde dat er al een bestemmingsplan lag voor studentenhuisvesting en shortstay’, zegt Johan Spriensma van Borghese. ‘En Inbo architecten had ook al het nodige voorwerk verricht, al hebben we het ontwerp wel laten wijzigen om het geheel aardbevingsbestendig te maken en om de businesscase rond te krijgen.’

Volume-opbouw Het verschil ten opzichte van het originele plan zit met name in de volume-opbouw, legt Trude de Vroomen van Inbo uit. Zij werkte samen met Eerde Schippers, Wilfret Schutte en Fokke de Vries aan het project. Het idee was eerst om een complex te bouwen dat steeds wat afliep in volume, nu is het één toren van 24 verdiepingen, 74 meter hoog, met daaraan vast een haak van

59


WONEN

Metselen op hoog niveau Het metselwerk van de ‘Aletta Tower’ bracht uitdagingen met zich mee. Vanwege de grote hoogte moesten alle Strating strengpersstenen niet alleen zeer snel gemetseld worden, ook moest een behoorlijke stapelhoogte per dag worden gehaald. Remix Droge Mortel speelde hier met het Remix MortelOp-Maat systeem perfect op in. Een extra uitdaging vormden de zogenaamde klisstenen in een deel van de gevel. Want ook met deze 5 centimeter smalle stenen moest een stapelhoogte van 48 lagen per dag worden geborgd. Om dit mogelijk te maken, was de juiste mortelkeuze van groot belang.

vijf etages. ‘Door de hoofdopzet slim te optimaliseren kon de bouwer veel dezelfde elementen verwerken. Deze eenvoudige structuur gaf de mogelijkheid om een rijke gevel te ontwerpen. De bijzondere appartementen liggen – als een zilveren randje achter het witte kader – langs de randen van het gebouw: maisonnettes op de bovenste verdieping van de toren, gemeenschappelijke huiskamers op de hoeken en appartementen met balkons ter plaatse van de insnoering van de toren op de onderste lagen zodat het volume zich vanzelfsprekend voegt in de maat en schaal van de omgeving.’

Zichtgevel Spriensma: ‘Het ontwerp is inderdaad gerationaliseerd, veel ritme – dat is ook gunstig voor de aardbevingsbestendigheid – en relatief eenvoudig te bouwen. Maar het moest er wel goed uitzien, daarom hebben we gekozen voor een prominente zichtgevel.’ De Vroomen: ‘De

‘G

eluidsbelasting bleek een uitdaging’

- Janneke van der Weerd

60


WONEN

‘E

en strak ontwerp met een zilveren randje’ - Trude de Vroomen

gevels aan de buitenkant – de kopse kanten aan de zijde van het Reitdiep – zijn uitgevoerd in robuuste baksteen, geïnspireerd op de historische industriële bebouwing langs het kanaal. De binnenkant – het gezicht naar de stad – is juist licht en open, met glaspanelen in kaders van wit staal, die van boven naar beneden eerst vier verdiepingen tegelijk, dan twee en op de onderste etages één verdieping omkaderen. Een deel van de panelen is uitgevoerd in kleur. Van een afstand kun je daarin een schilderij van H.N. Werkman herkennen, een van de schilders van het collectief De Ploeg, dat zijn thuisbasis had in een boerderij aan de overkant van het Reitdiep.’ In het complex zijn in de toren 467 studentenappartementen en in de laagbouw 231 shortstay-appartementen opgenomen, variërend tussen 20 en 35 vierkante meter. In de plint is ruimte voor een lobby, maar bijvoorbeeld ook voor een wasserette en een fitnessruimte. Een grote trap leidt vanaf het water naar een collectieve binnentuin. Hieronder zit een stallingsgarage. De constructie van de toren staat los van die van de haak en de parkeergarage; in de fundering van de toren zitten sliders, die zorgen dat hij in geval van een aardbeving niet te veel gaat bewegen. 61



WONEN

‘G

ekozen voor een prominente zichtgevel’

- Johan Spriensma

Duurzaamheid Het studentencomplex is aangesloten op WarmteStad, het warmtenet voor het noordwesten van de stad Groningen dat gevoed wordt met restwarmte van datacenters op het Zernikecomplex. Janneke van der Weerd wijst op de natuurlijke ventilatie in de parkeergarage: ‘We hebben uitgerekend hoe groot de openingen in de garage moesten zijn, om ervoor te zorgen dat geen mechanische ventilatie nodig is.’ Ook het concept op zich is duurzaam, stelt Trude de Vroomen: ‘Er zijn veel gemeenschappelijke voorzieningen, die ervoor zorgen dat de kamers zelf compact konden blijven. Een wasruimte, studieruimten, een loungeruimte, de grote binnentuin, ze zorgen er allemaal voor dat je klein kunt bouwen, en dus zuiniger bent met materialen. Ook vermeldenswaard is dat we goed gekeken hebben naar toekomstwaarde: mocht de markt voor studentenkamers nog eens instorten, dan is het complex gemakkelijk om te bouwen voor andere doelgroepen, door units samen te voegen.’

Voorbereiding Een dergelijk groot complex zo snel realiseren kan alleen als je in de voorbereiding alle risico’s en aandachtspunten in beeld hebt, en de oplossing daarvan bij de juiste partijen neerlegt, geeft Spriensma aan. Al tijdens de aankoopfase van de kavel lieten de ontwikkelaars daarom door LBP|SIGHT een quickscan ruimtelijke ordening uitvoeren. ‘Daarin beoordeelden we alle relevante omgevings- en milieuaspecten van het complex, zoals geluid en externe veiligheid’, legt Janneke van der Weerd van LBP|SIGHT uit. ‘Met name de geluidsbelasting bleek een uitdaging, want het complex staat vlak bij de ringweg.’ Hoewel niet wettelijk verplicht voor shortstay-appartementen, hebben de ontwikkelaars wel geluidswerende maatregelen in de gevel opgenomen om de bewoners voldoende verblijfscomfort te bieden. ‘Daar waar veel mensen dicht op elkaar wonen, wil je een goed wooncomfort kunnen realiseren.’ 63



WONEN

Spriensma vindt dat het project goed verlopen is. ‘We hebben in een razend tempo gewerkt in ontwerp- en bouwteam, goed contact gehad met de gemeente en ook met de NAM (die de aardbevingsbestendige maatregelen moest betalen, red.) en met de omwonenden.’ De bewoners van de kleurrijke, karakteristieke huizen aan de Reitdiephaven schrokken in eerste instantie wel van het plan. ‘We hebben geprobeerd hen zo goed mogelijk te informeren, daarna is het best goed gegaan.’ De ontwikkelaars hebben het complex inmiddels verkocht aan Round Hill Capital en KKR. Studentenhuisvester Nido zal het complex na oplevering gaan exploiteren.

698 APPARTEMENTEN, GRONINGEN :

Borghese Real Estate

Architect

:

Inbo architecten

Adviseur

:

LBP | Sight

Aannemer

:

Geveke Bouw

Constructeur

:

Zonneveld Ingenieurs

Installateur E&W

:

Comfort Partners

Landschapsarchitect

:

Deltavormgroep

Opdrachtgever

BOUWTEAMLEDEN Fotografie: Henri Vos

De ontwikkelaars en Inbo betrokken vanaf het prille begin de afdelingen stedenbouw en welstand van de gemeente Groningen bij de plannen, net als de Veiligheidsregio Groningen vanwege de brandveiligheid. De Vroomen: ‘De opdrachtgever wilde graag tempo maken, dan is het goed om al tijdens de ontwikkeling het bevoegd gezag te consulteren: dan kom je niet voor verrassingen te staan bij de beoordeling. Maar het werkt ook gewoon plezierig en zorgt ervoor dat het plan net nog even anders en scherper kan worden ontworpen.’

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Afvalinzameling, Transport en Recycling

:

Noord Nederlandse Reinigingsdienst (NNRD)

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Tekst: Arjen Bakker

Eyecatcher

65


TRENDS

NATUURINCLUSIEF BOUWEN

BRENGT LEVEN IN DORPEN EN STEDEN In de afgelopen decennia zijn en worden - in Nederland hele wijken, zelfs volledige dorpen uit de grond gestampt. Die uitbreiding, maar ook ‘vernieuwbouw’ heeft grote gevolgen voor sommige vogels en zoogdieren in het stedelijk gebied. De strak afgewerkte huizen en afname van voedsel deden de huismus op de rode lijst van bedreigde soorten belanden. De vleermuis zoekt vergeefs een rustplek in een dichtgestopte spouwmuur, uit de volgetegelde tuinen is de egel al lang vertrokken. Bouwen in het Noorden sprak met Femke Jochems van Vogelbescherming Nederland over hoe we het tij kunnen keren. Met de digitale Toolbox BouwNatuurinclusief. nl hebben ze samen met de Zoogdiervereniging en een aantal partners een belangrijke stap gezet.

66


TRENDS bijvoorbeeld met inbouwstenen, een speciale gootbekisting waar zwaluwen kunnen nestelen, een groen dak of een groene gevel. ‘Maar ook in de omgeving waar je bouwt, kun je veel doen, door bijvoorbeeld hagen in plaats van schuttingen als erfafscheiding.’

Je hoeft echt geen diehard natuurliefhebber te zijn om je bezorgd te maken over de teruglopende aantallen vogels en zoogdieren in de gebouwde omgeving. Het is een signaal van de achteruitgang van de biodiversiteit. Een signaal dat we niet kunnen negeren, al was het alleen maar omdat we als mens afhankelijk zijn van alles wat er om ons heen leeft. Vogelbescherming Nederland trok al jaren geleden aan de bel, toen een aantal veel voorkomende soorten op de “rode lijst” belandden. De Wet natuurbescherming regelt de bescherming van nesten en verblijfplaatsen, maar we kunnen (en moeten) nog véél meer doen om de vogel- en zoogdierenstand weer naar een gezond peil te brengen. En dat blijkt eigenlijk helemaal niet zo ingewikkeld of kostbaar te zijn als je misschien zou denken.

Rode lijst ‘In 2004 is de huismus op de rode lijst gekomen omdat het aantal sterk was afgenomen’, vertelt Femke Jochems van Vogelbescherming Nederland. ‘We hebben toen een programma over stadsvogels opgezet. Voor vogels zijn drie dingen belangrijk: ze moeten genoeg voedsel kunnen vinden, ze moeten een plek hebben om te broeden en ze moeten zich kunnen verschuilen.’ Omdat we met z’n allen steeds netter zijn gaan bouwen, huizen steeds beter worden geïsoleerd en stedelijk groen verdwijnt, zijn er steeds minder plaatsen waar vogels kunnen leven. ‘Natuurinclusief bouwen is belangrijk voor stadsvogels, maar ook voor het leefgebied van bijvoorbeeld vleermuizen, eekhoorns en egels. Daarom werken we op dit onderwerp vaak samen met de Zoogdiervereniging.’

Inmiddels heeft ook de provincie Overijssel een programma (Natuur voor Elkaar) opgezet waarmee men actief bezig gaat met het natuurinclusief maken van steden en dorpen. Meer groen, meer ruimte voor vogels en andere dieren. Overijssel is bovendien medefinancier geworden van de Toolbox, zodat deze nog weer verder kan worden uitgerold. Het doel van Vogelbescherming Nederland is dat heel Nederland gebruik gaat maken van de website. De science based beschermingsorganisatie - die overigens geheel wordt gefinancierd door particuliere gelden, fondsen en projectsubsidies - wil natuurinclusief bouwen promoten met name door mensen te informeren en te inspireren.

Relatief eenvoudige maatregelen

In Noord-Brabant zijn Vogelbescherming en Zoogdiervereniging in 2017 gestart met het Nauwelijks meerkosten project Nature out of a Box. Mede gefinancierd De website BouwNatuurinclusief.nl richt zich door de provincie Noord-Brabant wordt advies op vier segmenten: architecten, projectontgegeven aan projectontwikkelaars, architecten wikkelaars, gemeenten en en gemeenten over hoe je in woningcorporaties. Femke: concrete gevallen op een simok in de ‘Onze ervaring vanuit de pele manier natuurinclusief omgeving gesprekken die we hebben kunt bouwen. Dit project is waar je bouwt, gehad met partijen uit de een jaar later uitgebreid naar kun je veel doen’ bouwkolom, is dat natuurde vijf grootste gemeenten inclusief bouwen - in de van Noord-Brabant. Om de hele provincie te kunnen beontwerpfase - vanuit deze partijen moet komen. De aannemer kan alles reiken is nu de website BouwNatuurinclusief. bouwen, als hij er maar opdracht voor krijgt.’ nl ontwikkeld. ‘In gebouwen kun je ruimte De gedachte bij veel organisaties is dat aan maken voor vogels en vleermuizen. Onder natuurinclusief bouwen een flink prijskaartje andere door het plaatsen van nestkasten, of door een spouwmuur toegankelijk te houden hangt. ‘Maar het kost helemaal niet zo veel. voor vleermuizen.’ Er zijn tal van mogelijkInbouwstenen hoeven niet duur te zijn, een spouwmuur openlaten is gratis. En openbaar heden, die relatief eenvoudig zijn toe te passen,

‘O

67


TRENDS

groen moet je toch inrichten, daar ben je dus ook niet meer voor kwijt. We merken wel dat we eerst het gesprek moeten aangaan, mensen zijn toch huiverig voor de meerkosten. Ze moeten ook al nadenken over gasloos, circulair en energiezuinig bouwen. Dan lijkt het algauw dat natuurinclusief bouwen daar nog eens bovenop komt, maar het is eigenlijk heel makkelijk toe te passen bij de dingen die je als ontwerper of bouwer toch al doet.’

commerciële waarde: de vastgoedwaarde stijgt als je uitzicht hebt op groen of water. Groen of natuur in de buurt scoort bij veel mensen hoog op het lijstje van woonwensen.’

Klimaatadaptatie

In dit verhaal hebben we het nog niet gehad over klimaatadaptatie, toch een van de grootste uitdagingen van deze tijd. De gevolgen van het veranderende klimaat zijn bekend: steeds warmere zomers en steeds vaker grote stortbuien. Ook ten aanzien van het klimaat Groene omgeving, goed voor in de steden heeft natuurinde mens Natuurinclusief bouwen is clusief bouwen een positief et kost dus breder dan alleen bouwen, effect. ‘Meer groen in de stad helemaal het gaat ook om de omgeving. kan bijvoorbeeld bijdragen niet zo veel’ ‘Zorg ervoor dat die omgeving aan de wateropvang bij stortbuien en het kan ook het hitgoed is ingericht, dat tuinen zo groen mogelijk blijven. Als ontwikkelaar te-eilandeffect verminderen.’ (Het hitte-eikun je ervoor kiezen om een tuin niet helemaal landeffect is het fenomeen dat de temperatuur te bestraten, of om een groene haag toe te in een stedelijk gebied gemiddeld hoger is dan passen in plaats van een schutting.’ Bouwen in het omliggende landelijk gebied; red.) met oog voor de natuur is niet alleen goed voor de vogels en de vleermuizen, het is ook In 2021 wordt de nieuwe omgevingswet van goed voor de mens. ‘Er is steeds meer onderkracht. ‘Voor ons als Vogelbescherming is het zoek dat uitwijst dat groen in de stad belanghoopvol dat je, bijvoorbeeld als gemeente, rijk is voor onze eigen gezondheid en dat we vanuit de nieuwe wet integraal moet kijken er gelukkiger van worden. Maar het heeft ook naar de hele fysieke leefomgeving. Wij denken

‘H

68

dat er kansen liggen om in de omgevingsvisies op te nemen dat je gemeente leefbaar en gezond moet worden, en dat er voldoende groen moet komen. We zien al wel dat veel gemeentes hun wens voor een duurzame groene stap duidelijk naar voren laten komen.’ In de Toolbox vinden ze dan weer tips en voorbeelden om die ambitie om te zetten naar werkelijkheid.

Toolbox Op 20 november dit jaar werd de Toolbox Natuurinclusief Bouwen gelanceerd, waarmee bouwprofessionals praktische informatie kunnen vergaren over maatregelen waarmee zij hun projecten natuurinclusief maken. Op BouwNatuurinclusief.nl worden aanwijzingen gegeven over hoe je verblijfplaatsen voor stadse vogels en vleermuizen kunt integreren. Maar ook tips over de inrichting van het openbaar groen: zorg voor diversiteit, zorg dat groen met elkaar verbonden is, zorg voor variatie van inheemse soorten en zorg voor voldoende water met groene oevers. De uitgangspunten zullen door de tijd heen hetzelfde blijven, maar de manier waarop ze in praktijk worden gebracht is natuurlijk wel aan verandering onderhevig. ‘Je hebt te maken met innovatieve technische ontwikkelingen. Vroeger had je bijvoorbeeld alleen een se-


TRENDS dumdak, tegenwoordig ook een groen dak dat water kan bergen, of waarop je een complete daktuin kunt aanleggen. Je hebt nu ook superlichte daken waar je tegelijkertijd een groen dak met zonnepanelen kunt realiseren.’

Award

88). Bij de Award gaat het om inspirerende natuurinclusieve bouwprojecten, waarbij onder meer de kwaliteit van het groen in de naaste omgeving al vanaf de tekentafel is meegenomen en waar voor stadsvogels en

atuurinclusief bouwen heeft ook commerciële waarde’

vleermuizen voldoende leefruimte is bedacht. Op 19 december is tijdens het symposium Biodiversiteit en Leefgebieden in Den Bosch de prijsuitreiking, helaas nét te laat voor deze editie van Bouwen in het Noorden. Ook in 2020 zal de Award worden uitgereikt. Mocht u mee willen doen, hou dan de social media van Vogelbescherming Nederland in de gaten.

Het thema leeft! Femke Jochems is projectmedewerker bij Team Stad van de Vogelbescherming Nederland. Met een team van vijf mensen werkt ze aan een leefbare stad voor vogels en mensen. Het team werkt samen met een netwerk van meer dan honderd vrijwillige stadsvogeladviseurs en tuinvogelconsulenten. De stadsvogeladviseurs kunnen ontwikkelaars, architecten en aannemers met raad en daad terzijde staan waar het gaat om natuurinclusief bouwen. Tuinvogelconsulenten richten zich op particulieren, die bij hen terecht kunnen voor advies over een vogelvriendelijke tuininrichting. Dat dit thema leeft onder de Nederlandse bevolking, blijkt wel uit het enorme aantal mensen dat meedoet aan de jaarlijkse tuinvogeltelling: liefst 85.000 mensen namen het laatste jaar de moeite om hun lijstje in te sturen met vogels die zij in eigen tuin hadden waargenomen. Femke: ‘Dat laat wel zien dat mensen in de stad het fijn vinden als er vogels in de stad zijn. Het is een teken dat je op een fijne plek woont!’ Kijk voor uitgebreide informatie op bouwnatuurinclusief.nl. 69

Fotografie: Vogelbescherming Nederland, Vivara Pro & Jouke Altenburg

‘N

Tekst: Vera Bosma

Een andere manier om natuurinclusief bouwen te promoten, is een prijs die dit jaar in het leven is geroepen: de Award Natuurinclusief bouwen en ontwerpen. ‘Een mooi middel om te laten zien hoe marktpartijen er zelf mee aan de slag gaan’, aldus Femke Jochems. Vanuit het noorden is het project “Het Meerveld” in Emmen van Heijmans genomineerd, waar 94 woningen natuurinclusief zijn gerenoveerd (zie ook het artikel over dit project in BihN


RECREATIE

DE WALVISVAARDER, TERSCHELLING

HOTELPERSONEEL LEGT BOUWVAKKERS IN DE WATTEN Het oudste deel van hotel De Walvisvaarder op Terschelling wordt vernieuwd. ‘Een militaire operatie’ voor bouwbedrijf Kolthof uit Stiens, Van der Weerd Installatietechniek uit Franeker, onderaannemers én het hotelpersoneel. Dat zorgt ervoor dat het de bouwvakkers aan niets ontbreekt.

70


RECREATIE

‘E

ntree die recht doet aan zo’n groot bedrijf’ - Sieds de Jong

‘Ik kwam laatst aan op Terschelling en toen zag ik ook een grote vrachtwagen vol dakkapellen van de boot af komen. “Die kan hier maar één bestemming hebben”, dacht ik.’ Architect Sieds de Jong had gelijk, de truck ging lossen in het dorp Lies, alwaar in 27 weken een nieuw hoofdgebouw uit de grond gestampt wordt voor hotel De Walvisvaarder. Eigenaren Dick en Ilma Visser-Trip breidden hun bedrijf door de jaren heen uit met moderne gebouwdelen - tot in totaal zeventig kamers - maar het hoofdgebouw was nog altijd de achttiende-eeuwse boerderij die hun (schoon)ouders Roel en Will Trip in de jaren zeventig vertimmerden tot een bescheiden pension.

Niet meer bij de tijd Door verschillende verbouwingen sindsdien was het ‘een allegaartje van hokjes’ geworden, aldus De Jong, ‘verkeerstechnisch en gebruikerstechnisch verwarrend.’ Hij geeft als voorbeeld het feit dat nieuwe gasten met hun rolkoffertjes door de ontbijtzaal rammelden om bij de receptie te komen, die halverwege het pand zat. Ook qua isolatie en installaties liep het hoofdgebouw ver achter op de nieuwere vleugels, erkent Visser. ‘Het was niet meer bij de tijd te krijgen met een nieuwe verbouwing. Door de boerderij te slopen en opnieuw op te bouwen slaan we een enorme slag qua duurzaamheid, comfort en gebruiksmogelijkheden.’

‘H

et vliegt de grond uit’

- Dick Visser 71



RECREATIE

‘F

requent aanwezig op het eiland, dus flexibel’ - Frank van Erp

Authentieke sfeer Het was best lastig om dat besluit te nemen – ‘er komen ook gasten juist voor die authentieke sfeer’ – maar wel een noodzakelijke stap. ‘Wij willen aan onze eigen kinderen een bedrijf overdragen dat de toekomst aankan’, verklaart Visser, ‘zowel technisch als wat betreft de verwachtingen van de klant. Een gebouw waarin de oude vertrouwde gast zich nog steeds helemaal thuis voelt, maar waarvan ook de jongere garde denkt: ‘wat een goede tent!’ Om dat te bereiken nam architect De Jong de oude boerderijvorm als uitgangspunt - dat was overigens ook een eis van de gemeente Terschelling. Met grotendeels dezelfde materialen, ‘maar wel met een moderne smoel.’ De gevel aan de hoofdweg bijvoorbeeld was eerst een muur met kleine stalraampjes, maar krijgt nu openslaande deuren vanuit het restaurant, waar voortaan ook niet-hotelgasten kunnen aansteken. Binnen suggereert een houten bekisting om de stalen balken een oeroud balkenplafond. De receptie blijft in het midden, maar valt straks veel beter op door de nieuwe hoofdingang, een ‘Terschellinger skúntsje’, een kenmerkende hoge uitbouw in het “staldeel” die bij échte eilander boerderijen toegang biedt aan hoge wagens. Hij is gebouwd door de molenmaker-afdeling van Bouwbedrijf Kolthof uit Stiens, dat tekende voor het nieuwbouwproject. De Jong: ‘Dit is echt de entree die recht doet aan zo’n groot bedrijf.’ 73


RECREATIE

‘E

ilanders nodig om snelheid te halen’ - Fokke Lemstra

Klimaatunits op iedere hotelkamer Partner in het bouwteam is Van der Weerd Installatietechniek uit Franeker, een vertrouwd gezicht op de eilanden, met name Vlieland en Terschelling. ‘We zitten hier wekelijks’, zegt commercieel directeur Frank van Erp, ‘en juist omdat we zo frequent aanwezig zijn, zijn we ook flexibel. Servicemonteurs kunnen een handje toesteken bij nieuwbouwprojecten en een projectmonteur kan eens een stukje service oppakken.’ Voor De Walvisvaarder dacht Van der Weerd een duurzaam installatieconcept uit dat energiebesparing combineert met comfort. ‘Voor het warme tapwater werken we met zonneboilers, met als ondersteuning een gasgestookte boiler, want je wilt niet dat hotelgasten een koude douche krijgen op dagen met veel verbruik. Hetzelfde geldt voor de verwarming van de centrale ruimtes: dat is vloerverwarming gevoed door een warmtepomp, met als back-up een hr-gasketel voor als het echt koud wordt. De hotelkamers krijgen een vrf-systeem (Variable Refrigerant Flow) met in elke kamer een unit waarmee de gast zelf verwarming of koeling kan regelen. Het mooie van zo’n vrf-systeem is dat het ook energie kan uitwisselen: stel dat de zon op de zuidkant staat en mensen daar dus de koeling aanzetten, dan kan die warmte benut worden op de noordkant waar gasten het misschien nog wat koud hebben. Zo combineer je een hoog comfort voor de gebruiker met een verantwoord energieverbruik. Het systeem wordt gevoed door een warmtepompunit op het dak.’ Datzelfde dak wordt ook nog helemaal vol gelegd met zonnepanelen.’ De grote uitdaging van zo’n project is volgens Van Erp om die techniek allemaal in het pand te krijgen, ‘op zo’n manier dat het een nette installatie is, die ook vrij makkelijk toegankelijk is voor onderhoud. En daar zit meteen het voordeel van een bouwteamsituatie: we konden in het voortraject precies afstemmen waar de kabels en leidingen het beste konden komen.’

74

Hoog tempo De Jong komt iedere twee weken naar het eiland voor een bouwvergadering, ‘om even vlot de kritische puntjes door te nemen en knopen door te hakken.’ Het tempo moet er namelijk in blijven, want het hotel moet medio april weer open. ‘We hebben precies 27 weken voor het hele project, inclusief sloop en inrichting’ zegt Fokke Lemstra van Bouwbedrijf Kolthof. ‘Het hotel moet de start van het seizoen mee kunnen pikken, het is voor zo’n bedrijf al duur genoeg om de hele winter dicht te zijn.’ Eigenaar Visser: ‘In theorie hadden we de nieuwbouwdelen open kunnen houden, maar als gast ondervind je dan toch overlast van de verbouwing.’ Bovendien zouden de hotelkamers dan niet benut kunnen worden voor de bouwvakkers. En dat is nu juist zo’n ideale oplossing als je in recordtijd een nieuwbouwcomplex uit de grond wilt stampen. ‘De meeste jongens zijn er vijf dagen en werken elf uren per dag’, legt Lemstra uit. ‘Dat is pittig, maar er staat tegenover dat ze door de opdrachtgever zéér goed verzorgd worden met eten en drinken, een goed bed en gezelligheid.’


RECREATIE

Héél goede voorbereiding Die fijne interactie met het hotelpersoneel zorgt ervoor dat iedereen zijn uiterste best doet, een voorwaarde om de uiterst strakke planning te halen. ‘Dat, én een héél goede voorbereiding’, zegt Lemstra. ‘Het feit dat het hotel eerst het seizoen wilde afmaken maakte dat we als bouwteam tijd hadden om het ontwerp zo uit te werken dat het ook echt in een half jaar gebouwd kón worden.’ Dat kwam neer op het elimineren van alles wat vertraging zou kunnen opleveren. ‘De cementdekvloeren zijn bijvoorbeeld vervallen, want daarmee breng je veel vocht in het ge-

bouw en moet je tot wel acht weken wachten tot je verder kunt met de vloerafwerking. De vloerverwarming zit nu direct in de betonvloer. We wilden ook zo min mogelijk buitenschilderwerk, want dat is weersafhankelijk. De kozijnen zijn daarom helemaal in de fabriek gemaakt, inclusief glas en schilderwerk, we kunnen ze er zo in zetten. Hetzelfde geldt voor de dakkapellen, die zijn kant en klaar, inclusief de zinken bekleding.’ Bouwbedrijf Kolthof regelde dat alle geprefabriceerde onderdelen voor de aanvang van de bouw werden opgeslagen in een loods op het eiland, waardoor de aanvoer niet afhankelijk zou zijn van de ruimte op de veerboot.

‘A

l in een heel vroeg stadium bij elkaar’

- Jan-Henk Bootsma 75



RECREATIE

Prefab

:

Hotel de Walvisvaarder

Architect

:

De Jong Architecten

Constructeur

:

Ingenieursburo Meijer & Joustra

Aannemer

:

Bouwbedrijf Kolthof

Installateur E&W

:

Van der Weerd Installatietechniek

Opdrachtgever

BOUWTEAMLEDEN

Fotografie: Jan Heuff

‘Het vliegt de grond uit’, zegt Visser bewonderend. ‘Het is echt bijzonder om te zien hoe goed het is voorbereid en hoe goed dat nu uitpakt. Dat is echt vakmanschap.’ Zijn compliment is niet alleen bestemd voor de timmerlieden, maar voor álle betrokkenen, onder wie ook veel vakmensen van het eiland. Lemstra: ‘Wij hebben de laatste jaren best veel gebouwd op het eiland en hebben inmiddels aardig wat connecties met de eilanders. We hebben hen hard nodig om deze snelheid van werken te halen, zij hebben alle materialen bij de hand en dus net wat meer flexibiliteit. Als je alles van de wal wilt halen – nog los van de kosten – is dat qua logistiek vrijwel niet te doen.’ Het is ook nu al ‘een militaire operatie’, vindt Sieds de Jong. ‘Maar het loopt als een trein: voor de kerst moet alles wind- en waterdicht zijn, zodat ze zonder weersrisico met de afbouw aan de gang kunnen.’ Visser: ‘Zoals ze nu bezig zijn gaan ze dat gewoon redden. En dat geeft mij rust, want we willen de gasten die geboekt hebben voor het openingsweekend niet teleurstellen. Ze staan te dringen om het resultaat te zien.’

HOTEL DE WALVISVAARDER, TERSCHELLING

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Grond- en Sloopwerk

:

Trip-Hek

Hout

:

Houthandel Barkmeijer

Staalconstructie

:

K. Stok en Zn

Leveren en monteren van 68 Digiprotect deuren inclusief hang- en sluitwerk

:

BPZ

Divers Hang en Sluitwerk

:

Raadsma

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Tekst: Arjen Bakker

Sowieso is ‘prefab’ het sleutelwoord in dit project: de nieuwe boerderij ziet er authentiek opgemetseld uit, maar bestaat uit een staalconstructie, dichtgezet met hsb-elementen. Jan-Henk Bootsma van ingenieursbureau Meijer en Joustra in Heerenveen werkte hem uit. ‘Omdat het gebouw ongeveer hetzelfde uiterlijk moest krijgen als de oude boerderij, was dat best nog een uitdaging qua aansluitingen. Ook hebben we goed moeten kijken naar de fundering: het gebouw rust op één grote betonplaat, zodat de druk van de kolommen verdeeld wordt over dat geheel. Het is een groot voordeel dat we al in een heel vroeg stadium bij elkaar zaten om alles uit te denken.’

77


RECREATIE

SPORTCOMPLEX DE ROLPEAL, WORKUM

FOCUS OP ZO LAAG MOGELIJKE EXPLOITATIELASTEN ‘Regionaal samen sterk’, was het motto van Jorritsma Bouw bij de realisatie van Sportcomplex De Rolpeal in Workum, op tien kilometer van het hoofdkantoor in Bolsward. Jorritsma haalde bijna alle onderaannemers en leveranciers uit de eigen provincie. ‘In 2017 hebben we de aanbesteding gewonnen, vanwege onze ervaring met de bouwmethodiek, maar zeker ook vanwege de regionale aanpak’, zegt projectleider Addy Sonneveld van Jorritsma Bouw. ‘De stichting achter De Rolpeal vond het een mooie gedachte dat het overgrote deel van hun investering de plaatselijke economie ten goede zou komen.’

Burgerinitiatief De Rolpeal is gebouwd bij de invalsweg van de stad, naast het sterk verouderde zwembad 78

met dezelfde naam. De gemeente Súdwest-Fryslân was niet van plan dat zwembad nog te vervangen, maar dankzij een burgerinitiatief kwam er alsnog een nieuw complex, met naast een zwembad een sporthal en kleedaccommodatie voor vv Workum. ‘Een groep betrokken burgers heeft Stichting De Nije Rolpeal opgericht, die zelf gezorgd heeft voor de financiering (de totale investering is circa 6,7 miljoen euro, red.) en ook verantwoordelijk is voor de exploitatie. Men wil de exploitatielasten natuurlijk zo laag mogelijk houden’, legt Sonneveld uit.


RECREATIE

‘I

nvestering komt de plaatselijke economie ten goede’

- Addy Sonneveld 79



RECREATIE

Zo eenvoudig mogelijk Bart Solinger, projectmanager namens Slangen+Koenis uit IJsselstein: ‘De stichting had in feite geen programma van eisen, behalve: “we willen een zwembad, een sporthal en voetbalkleedruimte”. Wij hebben hen bij de hand genomen om dat nader in te vullen. Vanuit onze expertise weten we hoeveel kleedkamers je dan nodig hebt, hoeveel douches, welke afmetingen zo’n sporthal moet hebben, et cetera. De focus lag daarbij continu op de exploitatie, de ‘total cost of ownership’ moest zo laag mogelijk zijn. Dat hebben we opgepakt door zo eenvoudig mogelijk te bouwen: op het maaiveld in plaats van met een kelder, met zo veel mogelijk prefab-materialen die geen tot weinig onderhoud vragen. En ook door in te zetten op optimale isolatie en goede installaties, zodat de energielasten laag blijven. Maar ook door slim te ontwerpen. Het gebouw moet grotendeels worden gerund door vrijwilligers, dus het is van belang dat je met zo min mogelijk mensen, zo veel mogelijk functies kunt invullen. Door goede zichtlijnen te scheppen van de balie richting de horeca bijvoorbeeld en de afstand beperkt te houden, kan de kantinemedewerker ook kaartjes verkopen - en andersom.’

‘O

pdrachtgever bij de hand genomen’

- Bart Solinger

81


RECREATIE

Hartslag

‘B

elangrijk om goede klimaatzones te hebben’ - Korné Kroneman

82

Dat soberheid niet gelijk hoeft te staan met saai, bewijst de opvallende dakvorm die van een afstand oogt als een hartslag op een ziekenhuismonitor. Solinger: ‘Daarmee hebben we willen symboliseren dat er verschillende functies zijn samengebracht in één gebouw: zwembad, horeca en sporthal zitten als het ware ieder onder een eigen dak.’ Sonneveld: ‘Het complex bestaat uit een casco van prefab beton, met als opbouw een staalconstructie die is afgedicht met hsb-sandwichpanelen, met op de begane grond een gemetselde plint.’ Het dak is van wat Solinger noemt ‘houten kanaalplaatvloeren’: zelfdragend en direct afgewerkt aan de onderkant met een perforatie voor de akoestiek.’ De zwembadbak staat

op het maaiveld – is dus niet ingegraven – en bestaat uit vier zware betonnen wanden, die op hun plek werden gezet door een 400-tons kraan met een vlucht van circa 30 meter. ‘De kopwand was het zwaarst: 44 ton, zestien meter lang, 3,67 meter hoog en 30 centimeter dik’, aldus Sonneveld.

Zwembadtechniek Voor alle installaties op gebied van elektra, werktuigbouwkunde en waterbehandeling was Hellebrekers uit Nunspeet aangetrokken, specialist in zwembadtechniek. Wederom met het oog op lage exploitatiekosten adviseerde en realiseerde het bedrijf een energiezuinige installatie. ‘Dat uit zich bijvoorbeeld in de plaatsing van 200 zonnepanelen op het dak en in het gebruik van een water-water-warmtepomp. Deze gebruikt de warmte die onttrokken wordt uit gekoelde ruimtes, en zet die warmte vervolgens in voor andere ruimtes welke verwarmd dienen te worden’, legt Korné Kroneman van Hellebrekers uit. ‘In zo’n multifunctioneel complex is het belangrijk goede klimaatzones te hebben, met verschillende luchtbehandelingskasten voor verschillende ruimtes. Dat vergt ook afstemming met de bouwkundig aannemer aan de isolatiekant, want zonder goede scheiding heb je nog niets aan je klimaatinstallatie.’ Sonneveld: ‘Hier zie je een pré van uitwerking in BIM: we konden vooraf bekijken waar de kabels en leidingen moesten komen, en daar de prefab-elementen op afstemmen.’


RECREATIE

Deelbaar bassin Bijzonderheid aan het zwembad is dat het bassin met een klapwand kan worden opgedeeld, waarna met een beweegbare vloer van Variopool twee waterdieptes worden gecreëerd: ideaal als je bijvoorbeeld tegelijk zwemles en babyzwemmen wilt aanbieden. Kroneman: ‘Er kan zelfs een verschillende watertemperatuur worden ingesteld.’ Een andere relatieve noviteit is de waterzuivering met trommelfilters. ‘Al het water dat uit het zwembad komt, stroomt eerst daar doorheen, zodat al driekwart van het vuil wordt afgevangen voor het bij de echte filters komt. Hierdoor hoeft er maar 50% zandfiltratie opgesteld te worden, wat vervolgens resulteert in een forse waterbesparing.’ Hoewel met al die zwembad- en klimaattechniek genoeg niet-alledaagse elementen in het project zaten, vond Sonneveld de bouwperiode niet speciaal spannend. ‘Dat zit hem in de juiste voorbereiding. Het was onze taak te zorgen voor een zo voorspelbaar mogelijk proces, waarin alle partijen precies weten wat van hen verwacht wordt, en op welk moment. Ik denk dat we dat op een heel goede wijze gedaan hebben: ruimte geven aan de specialisten om hun eigen werkzaamheden te doen, tijdig en goed afstemmen waar die specialismen elkaar raken en elkaar dan zo goed mogelijk helpen.’ Daar is Solinger het mee eens. ‘En zo heeft ook de stichting het ervaren’, weet hij.

SPORTCOMPLEX DE ROLPEAL, WORKUM Architect

:

Slangen+Koenis architecten

Aannemer

:

Jorritsma bouw

Installateur E&W

:

Hellebrekers technieken

Fotografie: Henri Vos

BOUWTEAMLEDEN

Leveren en monteren van 65 Digimate deuren inclusief hang- en sluitwerk

:

BPZ

Uitbloeiingsarme doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel

Afvalinzameling, Transport en Recycling

:

Visser Afvalinzameling, Transport en Recycling

Tekst: Arjen Bakker

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS

83


RECREATIE

SPORTCOMPLEX DEN BURG, TEXEL

EEN XL SPORTCOMPLEX MET ‘INSTALLATIETUIN’ In minder dan een jaar bouwtijd verrees op Texel de TXL

Sporthal. Hufterproof, onderhoudsarm en vooral heel erg XL. De hal vervangt drie andere sporthallen op het eiland en maakt deel uit van de herontwikkeling Den Burg Zuid. 84


RECREATIE

Bouwgroep Dijkstra Draisma is geen onbekende op de Waddeneilanden en heeft op het gebied van sporthallen meerdere prestaties op haar naam staan. ‘Ook met AGS Architecten uit Amsterdam hadden we eerder gewerkt aan andere sporthallen. Die ervaring konden we meenemen in dit werk. We konden de bouwmethodiek naar eigen hand zetten en wisten welke onderdelen in het bouwproces wezenlijk van belang waren’, vertelt Jan Kamminga, projectleider bij Bouwgroep Dijkstra Draisma.

Werkervaringsplaatsen

‘W

e konden de bouwmethodiek naar eigen hand zetten’

- Jan Kamminga

De samenwerking met verschillende partijen in het bouwteam werd uitgebreid met medewerkers vanuit het traject Social Return On Investment. In zo’n traject worden extra werkervaringsplaatsen gecreëerd voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. ‘Dat konden

we niet alleen als aannemer, daar hadden we onze bouwgenoten voor nodig in de begeleiding. Het heeft hier heel goed uitgepakt.’ Bouwgroep Dijkstra Draisma was leidend in het UAV-GC-traject en leverde de hal in september turnkey op.

Hufterproof De sporthal heeft vijf zalen, tribunes, kleedkamerruimtes en schone-voetengangen. De materiaalkeuze is degelijk, onderhoudsarm en hufterproof. In de sporthal zijn ook een turnkuil en klimwand gerealiseerd. Buiten de hallen zijn er algemene ruimtes, horeca en een technische ruimte te vinden. Kamminga: ‘Maar die laatste zie je niet van buitenaf. Een inpandige ruimte, ‘de installatietuin’ herbergt alle installaties. Daar heeft de architect goed over nagedacht.’ 85


RECREATIE

De installatietuin In die installatietuin staan twee warmtepompen opgesteld. ‘In een sporthal heb je vanzelfsprekend een grote afname van douchewater. Je wilt dan een zo constant mogelijke temperatuur van het warme tapwater, en je wilt een legionellabacterie uitsluiten’, legt Mark Wijtzes van Koninklijke Damstra Installatietechniek uit. ‘Daarom kozen we voor de Q-ton warmtepomp voor het warme tapwater. De warmtepomp voor de cv-installatie is van Daikin, een wens van de gemeente omdat deze ook op andere plekken wordt toegepast.’ De sporthal is een onderhoudsarm gebouw, mede dankzij deze luchtwarmtepompen. Wijtzes: ‘De luchtdichtheid van het gebouw heeft een nog lagere qv10-waarde dan de gevraagde waarde van 0.4. Qua energie levert dat de nodige besparing op. Duizend zonnepanelen van ieder 275 wattpiek versterken de duurzaamheid van het gebouw.’

Met de tijd mee In de dertig jaar dat Mark Wijtzes in het installatievak zit, heeft hij aan heel wat sporthallen meegebouwd. ‘In de basis is iedere sporthal hetzelfde, alleen de installaties gaan wel met hun tijd mee. Vandaag de dag maken we geen gebruik meer van fossiele brandstoffen en is het all-electric. Ook dit gebouw is gasloos, alle installaties zijn elektrisch. Warmte halen we uit de buitenlucht, water wordt verwarmd door warmtepompen. Het lijkt vandaag de dag bijna een verplichting, maar het is nog altijd een duurzaamheidsaspect.’ 86

‘D

e installaties zijn op afstand bedienbaar vanaf de vaste wal’ - Mark Wijtzes


RECREATIE

‘V

ooral ook gedacht vanuit de gebruiker’ - Tineke Noorman

Service op afstand Damstra Installatietechniek zorgde ervoor dat de installaties op afstand bedienbaar zijn, door middel van een gebouwbeheersysteem. Wijtzes: ‘De monteur kan inbellen en vanaf een laptop de installaties aansturen. Daarnaast is de verlichting in de zaaldelen van afstand te bedienen en in te stellen. Monteurs hoeven daarvoor niet naar het eiland te komen, en dat bespaart op de uitstoot van CO2.’

Het geluid verstaan Om het verblijf in het gebouw zo prettig, veilig en gezond mogelijk te maken voor de gebruikers, werd Noorman Bouw- en milieu-advies ingeschakeld. Noorman deed onderzoek naar de akoestiek in en om het gebouw. Zorgde dat het in de gymzalen niet te veel nagalmt, dat in de kantine het geluid zodanig teruggebracht is dat je elkaar goed kunt verstaan. Voor iedere ruimte zijn daar weer andere materialen van toepassing. Tineke Noorman, adviseur bouwfysica en brandveiligheid: ‘In een kantoor kun je een systeemplafond plaatsen, maar in een turnhal gaat dat niet. Dan zoek je de basis voor de geluidwering in een geperforeerd staalplaten dak met geluidsabsorberende isolatie. Tegelijk houd je rekening met toevoer van verse lucht en ventilatie. Zo werd iedere gebruikersruimte onder handen genomen.’

87



RECREATIE

Aansluiten op ideevorming ‘Het voordeel daarbij was dat het voor ons, net als voor het hele bouwteam, niet de eerste sporthal was waar we aan werkten’, vervolgt Noorman. ‘Je maakt gebruik van alle kennis en ervaring die je hebt opgedaan en dat maak je passend voor dit specifieke project. Dat maakt de samenwerking ook goed. Je weet op een gegeven moment van elkaar op welk moment je welke stappen kunt maken en waar de aandachtspunten zitten. Daarbij natuurlijk de specifieke regelgeving per project in acht nemend, maar vooral ook gedacht vanuit de gebruiker. Ons werk zit dan meestal ook verborgen in het gebouw. Dat betekent dat we in essentie aansluiten op de ideevorming van het architectonisch ontwerp. En dat maakt dat een werk klopt.’

SPORTCOMPLEX DEN BURG, TEXEL BOUWTEAMLEDEN Architect

:

AGS Architecten

Adviseur

:

Noorman Bouw en milieuadvies

Adviseur brandveiligheid

:

Flamexpert

Constructeur

:

Raadgevend ingenieursbureau Jansen Wesselink

Aannemer

:

Bouwgroep Dijkstra Draisma

Installateur E&W

:

Koninklijke Damstra Installatietechniek

Fotografie: Justin Sinner

Niet in de laatste plaats adviseerde Noorman ook over de brandcompartimentering. Noorman: ‘Brandveiligheid is een groot aandachtspunt bij sporthallen. Anders dan andere gebouwen is een sporthal groter dan eigenlijk toegestaan als het gaat over vluchtroutes. Iedereen moet binnen een minuut buiten een brandend compartiment kunnen staan. Samen met de aannemer hebben we gekeken hoe we dat zo slim mogelijk en technisch goed uitvoerbaar kunnen doen, zodat je geen overbodige voorzieningen hoeft te maken en scheidingen op een logische plek gesitueerd zijn.’

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Lijm- en metselwerk

:

Zuidema Metselwerken

Staalconstructie

:

Ensel Staalkonstructies

Leveren en monteren van 87 Digiprotect deuren inclusief hang- en sluitwerk

:

BPZ

Diversen

:

Raadsma

Uitbloeiingsarme metselmortel

:

Remix Droge Mortel

Tekst: Thea van der Schaaf

Uit de brand

89



GASTCOLUMN

‘ONSZELF OPNIEUW UITVINDEN IS HET DEVIES’ De bouw is in transitie en staat voor grote opgaven. Nederland wordt duurzaam, klimaatbestendig en circulair. De bouwsector speelt een sleutelrol. Betere samenwerking, versnelling, opschaling, meer innovatie en productiviteit, gebruik van slimme ICT- en datatoepassingen en een excellente opleidings- en onderwijsinfrastructuur moeten het haalbaar maken. We moeten onszelf opnieuw uitvinden is het devies. Maar wat is dat dan, ‘onszelf opnieuw uitvinden’? De bouwsector is nog altijd erg conjunctuurgevoelig en de actuele stikstof- en PFAS-problematiek maken pijnlijk duidelijk dat we erg afhankelijk zijn van door de overheid opgestelde wetgeving. De broodnodige financierbaarheid van verduurzaming blijft moeizaam. De bouw moet het goedkoper doen terwijl de betaalbaarheid onder druk staat. Om die doelstellingen te behalen, hebben we natuurlijk een faciliterende overheid nodig, en niet een overheid die snel in de kramp schiet. Maar aan welke knoppen kunnen we zelf draaien om versnelling, meer innovatie en productiviteit te bereiken? Een van die knoppen is verdere digitalisering van de bouwsector. De digitale revolutie maakt ontwerpen efficiënter, zorgt voor reductie van faalkosten, maakt communicatie in de keten makkelijker, en verhoogt de creativiteit en productiviteit per medewerker. Straks hard nodig, bij een tekort aan vakmensen. Digitalisering is ook een aanjager voor industrialisatie in de bouw. Die blijft in de bouwsector met een factor 10 achter t.o.v. de industrie, aldus ING.

Dat komt doordat wij een hoge mate van flexibiliteit nodig hebben, maatwerk leveren, werken in een bewegelijke markt waar we snel moeten kunnen op- en afschalen. Toch is er, als het gaat om efficiëntie en productiviteit, winst te behalen. 3D printen, robotica en digitalisering gaan ervoor zorgen dat de productiviteit gaat toenemen. We zullen de digitalisering met elkaar dus meer moeten omarmen. Denk niet op voorhand ‘dat is niet voor ons type bouwbedrijf weggelegd’. Verdiep je erin en kijk waar je er meerwaarde uit kan halen. Voor 2020 zetten wij vanuit Bouwend Nederland met onze partners van BuildinG (www.building.nl) in op een doorlopende leerlijn digitalisering; BuildinG Digital. BuildinG Digital - een project, een proeftuin, een leeromgeving voor de bouw van de toekomst. Iedereen kan hier passend bij zijn eigen kennisniveau werken aan zijn digitale skills. Van BIM in één dag tot een training op mbo-niveau en een minor die in modules beschikbaar komt voor het bedrijfsleven, aan alle niveaus is gedacht. Interesse? Neem contact op met ons op, dan kijken we samen welk programma het beste bij u of uw medewerker past. Sander Wubbolts, regiomanager Bouwend Nederland

Reageren? Dat kan per e-mail via regionoord@bouwendnederland.nl of telefonisch via 050-5240414. 91


SCHOLEN

CBS DE REGENBOOG BEDUM:

KRACHTEN GEBUNDELD EN GEVANGEN IN RIJKSMONUMENT

92


SCHOLEN

Rond 1920 verrees in Bedum een schoolgebouw dat niet weer een andere functie zou krijgen. Gemeente Het Hogeland ging er ver voor om het rijksmonument aardbevingsbestendig te maken en de school intact te houden.

‘I

eder onderdeel tot in detail uitgevoerd’

- Marcel de Boer 93



SCHOLEN

CBS De Regenboog is een schoolgebouw uit een boekje, in de volksmond ook wel een gangenschool genoemd; hoge plafonds, brede gangen, rechthoekige lokalen, brede deuren, terrazzovloeren. En met een entreepartij met veel glas in lood, met brandschilderingen waarop de portretten van de drie voormannen van de Schoolstrijd uit de vorige eeuw staan afgebeeld: mr. G. Groen van Prinsterer, dr. A . Kuyper, jhr. A.F. de Savornin Lohman. Een gebouw met de status van rijksmonument, in goede conditie gehouden door schoolbestuur en gemeente, al sinds 1920.

Unieke gangenschool Om het rijksmonument aardbevingsbestendig te maken, werd er een lange weg bewandeld onder aanvoering van Marcel de Boer van gemeente Het Hogeland. ‘Vier keer wijzigden de plannen, totdat zowel schoolbestuur, gemeentebestuur als de Rijksdienst Cultureel Erfgoed tevreden waren. De unieke gangenschool die in topkwaliteit verkeerde, kon blijven bestaan en aardbevingsbestendig worden gemaakt. Het plan voor de aanpak van de eerste school die te boek stond als rijksmonument, kregen we rond.’ 95


SCHOLEN

Glas-Idee Glas-Idee is trots mee te hebben gewerkt aan deze verbouwing. We zijn in eerste instantie door bouwbedrijf Vuurboom benaderd voor de buitenzonwering. Het toegepaste Ritz-systeem sluit goed aan bij de huidige eisen en zorgt voor veel comfort in de ruimtes waar deze zijn toegepast. Tevens hebben wij de glazen balustrades en glazen deuren aan de binnenzijde mogen leveren. De transparante uitstraling van de balustrade zonder staanders past perfect bij de tribunefunctie van de trap. Vorm, normering en functie in perfecte harmonie. Voor meer info over onze producten: www.glas-idee.nl

Nieuwbouw in de oksel In de oksel van het gebouw werd nieuwbouw gepleegd. De Boer: ‘Hier worden de krachten opgevangen die het monumentale deel te dragen krijgt bij een beving. De eerdere aanbouw uit 1982 kwam daarmee te vervallen. In het nieuwbouwdeel sta je feitelijk op het oude schoolplein. De eerdere achtergevel van het monument is nu een binnengevel. Het licht dat naar binnenkomt geeft een gezellige, warme sfeer. Ondanks dat we tot in detail ieder onderdeel van het gebouw hebben uitgevoerd, zie je aan de voorkant weinig verandering, en dat was precies de bedoeling.’ Er werd flink gepionierd, niet in de laatste plaats vanwege het feit dat het de eerste school was die geboekt stond als rijksmonument en aardbevingsbestendig werd gemaakt. De Boer: ‘Ook met de installaties was het zoeken hoe we vernieuwingen konden toepassen. Van gasgestookte cv-ketels zijn we gegaan naar warmtepompen, zonnepanelen en een elektrische cv-ketel met mechanische ventilatie, om een goed klimaat te krijgen. Dat moest praktisch wel uitvoerbaar zijn. Door de verhoogde vloeren en verlaagde plafonds kwam daarvoor ruimte. En zo kunnen de kinderen ook naar buiten kijken tijdens de lessen. Iets wat men in 1920 juist niet wilde maar vandaag de dag een must is voor het welzijn van een kind.’

96


SCHOLEN

Monument intact houden W2N engineers was betrokken bij het uitwerken van het definitieve ontwerp naar een uitvoeringsontwerp. Freerk Wiersum van W2N: ‘Omdat het om een rijksmonument ging, werd bij het DO een advies van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed meegezonden met de nodige aandachtspunten. Het was een uitdaging om de maatregelen op een voldoende sterke wijze toe te passen waarbij zoveel mogelijk van het monument intact bleef.’ Het mondde uit in een innovatieve oplossing, bovenop de in 2015 innovatief versterkte kapconstructie. ‘Dat was destijds een van de eerste constructies die versterkt werd voor de aardbevingen. De manier van bouwen, vooral schijfwerking toevoegen, is nieuw voor Nederland. Het monumentale gebouw is nu versterkt met een stalen skelet dat zorgt voor het afdragen van een groot deel van de aardbevingsbelasting naar de fundering. De oudbouw werd gekoppeld aan een nieuw deel waar de rest van de krachten kunnen worden opgevangen.

‘D

it soort projecten vraagt om mensen met passie’ - Rolf Vuurboom

97


SCHOLEN

Op de bouwplaats besproken W2N engineers werkte nauw samen met de aannemer. Wiersum: ‘De aannemer heeft al veel ervaring met het versterken van gebouwen voor eventuele aardbevingen, waardoor veel maatregelen snel begrepen werden door Vuurboom. Toen de kap versterkt werd in 2015 merkten we dat het doel van de maatregelen het beste met de timmerlieden op de bouwplaats besproken kon worden. Dat werkte ook nu goed. Op die manier zagen ze letterlijk waar de versterkingen moesten komen en hoe ze uitgevoerd moesten worden.’

‘N

ieuwe deel vangt krachten oudbouw ’

- Freerk Wiersum

98

‘Monumenten zijn voor ons inderdaad niet nieuw, maar ieder monument vraagt om een eigen specifieke behandeling’, vertelt Rolf Vuurboom, directeur van bouwmaatschappij Vuurboom. ‘Hier was dat de combinatie van oud en nieuw, in de oksel van het gebouw. Het is een goed besluit geweest om de eerdere aanbouw weg te halen en iets nieuws aan te brengen. Het oude gebouw is helemaal intact gebleven en er is veel meer eenheid tussen oud en nieuw dan met de eerdere aanbouw.’


SCHOLEN

Trilling absorberende fundatie Naast de kans op aardbevingen was er nog een probleem met trillingen in de grond bij de school. Vuurboom: ‘In het gebouw had men last van voorbijkomend zwaar verkeer. Omdat de vloer toch vernieuwd en geïsoleerd moest worden, werd er meteen voor dit probleem ook een oplossing gezocht. Dat hebben we vooraf uitvoerig getest, in samenwerking met de Hanzehogeschool. Trillingen in de oude vloer werden vergeleken met trillingen in de nieuwe trilling absorberende fundatie, door een flink beladen vrachtwagen twee keer met dezelfde snelheid voorbij te laten rijden.’ Het verschil in demping bleek 46%. Vuurboom: ‘Het was voor ons de manier om aan te tonen dat deze oplossing werkt. De resultaten zijn gepresenteerd op de betondag in Eindhoven en meteen was er animo voor dit product. Deze trilling absorberende fundatie kunnen we toe gaan passen bij gelijksoortige klachten.’ Vuurboom besluit: ‘Omdat het om een rijksmonument gaat is het op zichzelf al een bijzonder gebouw om invulling aan te geven. Wanneer je ook nog met aardbevingsbestendigheid te maken hebt, is de uitdaging nog groter. Dit soort projecten vraagt om mensen met passie en die hebben we hier absoluut gehad.’

CBS DE REGENBOOG, BEDUM Opdrachtgever

:

Gemeente Hoogeland

Gebruiker

:

VCPO Noord-Groningen

Architect

:

Adema Architecten

Adviseur

:

Sijperda-Hardy Adviesbureau

Constructeur

:

W2N Engineers

Aannemer

:

Bouwmaatschappij Vuurboom

Fotografie: Nienke Maat

BOUWTEAMLEDEN

Glazen balustraden

:

Glas-Idee

Schilderwerk

:

Zijlstra Schilders

Schuimbeton

:

Nederboom

Toiletvloeren

:

Vloertechniek Hoogeveen

Leveren en monteren van 48 Digimate deuren inclusief hang- en sluitwerk

:

BPZ

Mortelleverancier

:

MegaMix Assen

Tekst: Thea van der Schaaf

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS

99


SCHOLEN

TOGTEMAARSCHOOL BEDUM

EEN MOOI GEBOUW MET INNOVATIEVE OPLOSSINGEN

In de nieuwbouw van de Togtemaarschool in het Groningse Bedum zijn een paar innovatieve oplossingen verwerkt. Een van de belangrijkste voorwaarden die aan de bouw waren gesteld, was dat het gebouw aardbevingsbestendig moest zijn. Daarnaast moest het een energiezuinige school worden en bovendien esthetisch “een plaatje”.

100


SCHOLEN

Het twee lagen tellende gebouw van de Togtemaarschool staat middenin een woonwijk in Bedum. Op de begane grond bevinden zich naast een gemeenschappelijke ruimte zes lokalen en twee kantoren. Op de eerste etage zijn nog eens vier lokalen en een extra lesruimte. De verdieping ligt een aantal meters terug ten opzichte van de begane grond. Dat maakt dat het gebouw kleiner lijkt, waardoor het beter in de omgeving past.

Aardbevingsbestendig bouwen Om het aardbevingsbestendig bouwen voor elkaar te krijgen, hanteerden constructeur Peter van de Meer van abtWassenaar en aannemer Henk Diphoorn van Bouwmij Hendriks vernieuwende oplossingen. ‘Het is een beetje een misleidende naam’, zegt Peter van der Meer. ‘Aardbevingsbestendig bouwen houdt niet in dat bij een zware

aardbeving het gebouw geen schade mag oplopen. Het is erom te doen dat de mensen veilig het gebouw moeten kunnen verlaten.’ abtWassenaar kwam met een innovatieve oplossing voor de aardbevingsbestendige constructie. De stabiliteitsspanten waren oorspronkelijk ontworpen als losse onderdelen staal, verbonden middels bouten en moeren. Als alternatief stelde Van der Meer voor om de stalen spanten geheel gelast uit te voeren. Acht stuks zijn in de Groningse basisschool als compleet frame verwerkt. ‘Dit was voor mij een nieuwe werkwijze. Het alternatief was kostbare voorspanbouten gebruiken’, zegt Diphoorn. ‘Dat zou een te complexe constructie worden.’ Van der Meer is zeer tevreden over het werk. Zijn bureau heeft de constructie meermaals toegepast. ‘We hebben het al een aantal keer bij de kop gehad en we weten onderhand dat dit werkt.’

101


SCHOLEN

Betonnen drukpalen

‘M

achtig mooi hoe de machine de paal de grond in drukte’ - Henk Diphoorn

102

Uit de hoed van de constructeur kwam nog een goede oplossing: de oorspronkelijk geplande boorpalen vervangen door prefab betonnen drukpalen. Van der Meer: ‘Deze zijn met een enorm machtige en zware machine tot op een diepte van 25 meter de potklei ingedrukt. Qua logistiek was het nog een enorme uitdaging om de vele en zeer zware transporten van de onderdelen van deze machine op de bouwlocatie te krijgen. Het was de meest optimale manier om zonder trillingen en met de beste kwaliteit funderingspalen aan te brengen.’ Diphoorn: ‘De palen konden op deze nieuwe manier vanaf het maaiveld de grond worden ingedrukt. Dat zorgde voor minder overlast voor de omgeving, omdat er geen trillingen waren. Daarnaast was het schoner werken met minder modder op de weg. Het was een machtig mooi gezicht hoe de machine de paal de grond in drukte!’


SCHOLEN

Rondgebogen profielen De ronde vormen van de basisschool waren een uitdaging voor de aannemer. ‘We hebben van tevoren een mock-up gemaakt, een oefenconstructie. Daarmee tackelden we al in een vroeg stadium de mogelijke problemen. Met name het buigen in de ronding bij de luifelranden was een klus.’ Van der Meer beaamt dit: ‘We hebben gewerkt met rondgebogen profielen. Het was bewerkelijk en om alles netjes strak voor elkaar te krijgen was best een uitdaging. Wij hebben nog onderzoek gedaan naar prefab alternatieven, maar door de vele verschillende rondingen is er uiteindelijk toch voor gekozen om de luifel op de traditionele manier uit te timmeren.’

‘W

e wisten dat deze constructie ging werken’

- Peter van der Meer 103


SCHOLEN

‘Mooi bouwproces doorlopen’

‘D

e kwaliteit van het gebouw is hoog’

Tekst: Brenda van Olphen

Fotografie: Mark Sekuur

- Robert Zeinstra

Gebouwschil bepalen De luifel speelde ook bij het aandeel van Robert Zeinstra, senior projectleider van Adviesbureau Sijperda-Hardy B.V., een grote rol. Hij ontwierp het klimaatconcept. ‘Wij bepalen altijd eerst een optimale gebouwschil. Daarop kun je een installatie ontwerpen die in de zomer de warmte tegenhoudt en in de winter de warmte vasthoudt. Daarvoor moet je goed bepalen wat de ideale zonweringfactor van je buitenbeglazing is.’ Om vast te stellen welke energieconcepten het beste werken, heeft hij van tevoren een systeemkeuzedocument gemaakt. Hierin zijn de investering, de prijs, het energieverbruik en de exploitatie inzichtelijk gemaakt. ‘Aan de hand van het haalbaarheidsonderzoek is bepaald dat een luchtwaterwarmtepomp in combinatie met een vraaggestuurd ventilatiesysteem voor dit gebouw het meest ideaal is.’ 104

De school is binnen een jaar tijd gebouwd. De oplevering was op 18 december. ‘Ondanks de vele leveringsproblemen en het tekort aan personeel is het heel vlot gegaan’, meldt Diphoorn. ‘We zijn steeds rustig gebleven. De koppen bij elkaar steken en blijven praten. De samenwerking was prima. Het was een goed team met de neuzen dezelfde kant op. We hebben er veel lol in gehad om dit te mogen bouwen.’ Van der Meer stemt daarmee in: ‘We hebben met z’n allen een mooi bouwproces doorlopen.’ Robert Zeinstra is zeer te spreken over het eindresultaat. ‘De kwaliteit van het gebouw is hoog, zowel van binnen als van buiten. Het is een mooi gebouw om te zien. Ik hoop dat de gebruiker daar straks heel content mee is.’

TOGTEMAARSCHOOL, BEDUM BOUWTEAMLEDEN Architect

:

Team 4 Architecten

Adviseur

:

Sijperda-Hardy Adviesbureau

Constructeur

:

abtWassenaar

Aannemer

:

Bouwmij Hendriks

ONDERAANNEMERS EN LEVERANCIERS Levering staal

:

Dell Ferro Steel

Uitbloeiingsarme Doorstrijkmortel

:

Remix Droge Mortel



BOUWEN MET EEN CIRCULAIRE VISIE

BEWUST BOUWEN

CIRCULAIR

ENERGIE-EFFICIËNT BOUWEN

MODULAIR

Out-of-the-box denken om circulair te bouwen en een open samenwerking met onze opdrachtgever zijn essentiële ingrediënten om te komen tot optimale resultaten.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.