2 minute read

1.2.5 Inclusie

Next Article
6.1 Inleiding

6.1 Inleiding

Verschillende elementen maken dat emancipatie zoals het hierboven is beschreven, niet vanzelfsprekend wordt gerealiseerd in de sector personen met een handicap (bv. (lichamelijke) afhankelijkheid van cliënten, professionele begeleiders die geen risico’s (durven) nemen,…). In deze sector spreekt men liever van ‘empowerment’ dan van emancipatie.

‘To empower’ betekent: ‘verlenen van macht of kracht’.

Het ‘verlenen van kracht’ kan vertaald worden als ondersteuning of support: bij het geven van de juiste hoeveelheid en de juiste inhoud van ondersteuning worden mensen in staat gesteld om toegang te krijgen tot die bronnen van informatie en tot die relaties… die het hen mogelijk maken om de controle over het eigen leven in handen te nemen/houden.12

Het ‘verlenen van macht’ gaat over een verschuiving of een herverdeling van macht en verantwoordelijkheid van beroepsmensen naar personen met een handicap en/of hun families.

Empowerment veronderstelt zelfbeschikking en de vrijheid om verantwoordelijkheden voor zichzelf te dragen, om ideeën te uiten, beslissingen te nemen en het beleid op alle niveaus te kunnen beïnvloeden. Het heeft te maken met alle dimensies van het menselijk bestaan: fysiek, geestelijk, sociaal, economisch en politiek.’

Empowerment speelt zich af op 2 vlakken:

✓ het persoonlijk vlak: mensen nemen zelf beslissingen m.b.t. hun persoonlijk leven. ✓ het politieke vlak: het beleid moet doorzichtiger worden, diensten toegankelijker…

Ook bij het werken met mensen met gedrags- en emotionele functioneringsstoornissen, deed de empowermentgedachte zijn intrede en wordt nu veel meer dan vroeger met de context van de cliënten gewerkt. De opvoeder/begeleider wordt steeds meer de ondersteunende pion in de begeleiding van cliënten. Niet wat wij als begeleider als ‘het juiste’ zien is het belangrijkste. Steeds meer geloven we dat wat mensen vanuit eigen kracht en vanuit hun eigen systeem weten op te bouwen en/of te herstellen een duurzamer karakter heeft. Dit maakt dat onze verantwoordelijkheid als opvoeder/begeleider alsnog gedifferentieerder (maar ook boeiender en uitdagender) is geworden.

Inclusie lijkt wel op integratie, maar is beslist niet hetzelfde.

Inclusie betekent ‘insluiting’, insluiting van mensen met beperkingen en problemen op basis van gelijke rechten en plichten. Bij inclusie wordt er vanuit gegaan dat alle mensen de samenleving vormen. Inclusie maakt integratie overbodig, want het gaat er van uit dat iedereen de samenleving vorm geeft. Iedereen wordt gezien als een volwaardig burger en moet kunnen deelnemen aan alle activiteiten binnen deze samenleving.

Een actueel voorbeeld van inclusie is de opkomst van het M-decreet waarbij kinderen en jongeren met een beperking in het reguliere onderwijs worden opgenomen. Volgende tekst vat de inclusiegedachte en ons overzicht van de maatschappijmodellen in deze cursus zeer mooi samen:

12 Ibid., p. 342.

This article is from: