Meersel-Dreef heeft ‘BUD’ & DENISE
Een leven lang kastelein Een goede cafébaas moet misschien wel een stand-up comedian zijn. En daar hebben ze in Meersel-Dreef een hele goeie; steeds opnieuw slaat “den Bud” zin en onzin door elkaar. Een dag niet gelachen is bij hem een dag niet geleefd. Behalve als de huisarts de griepspuit komt geven, dan kruipt de boomlange vent weg in zijn hoekske. Doodsbenauwd voor dat jaarlijks prikje. Wij trokken er op zijn vrije donderdag naartoe en op zijn vraag of we een pintje wilden, waarop wij reageerden dat dit nog te vroeg in de ochtend was, was hij bereid om het uur hiervoor wel even vooruit te zetten.
Er kwam eens een Hollander Adrianus Eekels, geboren in het Nederlandse Gilze en Rijen op 19 januari 1959, was de oudste in een gezin van 5 kinderen. Half de jaren zestig trok moeder Tiny Noy en haar tweede man Jan Willemen naar Hoogstraten, samen zijn broers Sim (van Simon), Spek (ofwel Jean Pierre), Wal (van Walter) en zus Jani. Zijn bijnaam ‘den Bud’ is wel een beetje een mysterie; hij zou naar het schijnt van kleins af aan altijd maar ‘abeu, abeu, abeu’ gebrabbeld hebben in zijn wieg, en de jongste zus van zijn moeder heeft dat verbasterd tot ‘bud’. Een lokale legende was geboren. Jan Willemen was de eerste Hollander in Hoogstraten, velen zouden later volgen. Voor de oudste zoon was er echter geen binding met Gilze en Rijen meer. Ondanks zijn Nederlandse nationaliteit, praat hij platter ‘Bels’ dan menig Drevenier. In Hoogstraten baatten de ouders verschillende cafés uit. Eerst café ’t Hoekske, dan de Veilingklok en uiteindelijk café De Taxi (op de hoek Vrijheid-Gelmelstraat). En toch werd hier nog niet de kiem gelegd voor het caféwezen, zoals zou blijken. Jan Willemen was niet alleen cafébaas, hij was ook taxichauffeur, eerst voor bezoekers van en naar het gevang, die op de Vrijheid door de bus-
Bud samen met zijn moeder achter de toog van café Den Taxi
diensten waren gedropt, maar niet verder konden. Nadien ook nog met een grote ‘Amerikaan’ voor trouwers en later met een buske voor gehandicaptenvervoer. Vele cafébazen hadden toentertijd een tweede job, wat heel normaal was. Het café was toen al om 8.00 uur ’s morgens open. Zodra Bud een beetje bekwaam was, mocht of moest hij wel al lege glazen ophalen en af en toe eens tappen met de kermis. Later verhuisde het gezin er naar Minderhout, op het kruispunt Minderhout-Meer-Meerle en schakelde stiefvader Jan Willemen over op busreizen.
Van kok tot cafébaas Kleine Bud werd groter en na de lagere school verkoos hij om in Antwerpen, Lange Leemstraat, een opleiding te volgen voor hotel, keuken en zaal horeca. Met zijn 14 jaar ging hij op leercontract aan de grensovergang in Meer bij Jacques Borel, het wegrestaurant dat later AC Relais werd. Dan moest hij nog maar één dag naar school. Als kok bij AC Relais werkte hij 12 uur per dag, ook dikwijls in de weekends en zo kwamen er natuurlijk wel veel vrije dagen. Dus werd er in de slachterij Herdico in Meerle bijgewerkt.
Op 5 augustus 1962 kwam in Meer Denise Eelen ter wereld. Zij volgde ook de opleiding in het hotelschool van het Spijker in Hoogstraten, dat toen alleen voor meisjes toegankelijk was. En alzo kwam zij met haar opleiding ook bij AC Relais te werken. Van ’t een kwam ’t ander, zekers? De vrijersperiode tussen Bud en Denise kwam eraan. Al op jonge leeftijd wilden zij samen iets opbouwen in de horeca, een frituur of zo, maar ja, willen is één ding. Er werd overal rondgekeken maar niet onmiddellijk iets gevonden. Bij slachterij Herdico kwam Bud in contact met Sus (Frans) van den Broeck, echtgenoot van Lieva Schrickx, eigenaars van café-feestzaal Stad Lourdes, in het hart van Meersel-Dreef. Een plek waar zij feitelijk zelf maar amper van gehoord hadden. De toenmalige huurder René Verschueren wilde zijn huurcontract overgeven wegens familiale omstandigheden en zo kwam het dat Bud en Denise op 1 juni 1982 de nieuwe hoofdhuurders werden van Stad Lourdes.
Bud en Denise worden bij het verlaten van de kerk door twee jeugdige stamgasten gefeliciteerd met hun huwelijk, en zij gaven onmiddellijk een glas bier en een glas witte wijn aan het jonge koppel om op hun huwelijksgeluk te proosten. DE HOOGSTRAATSE MAAND - FEBRUARI 2016 - 3