augustus 2021
Werkt ons opleidingssysteem nog…? Verplichte trainingen, te weinig of juist te veel aanmeldingen, uitvallers, startkwalificaties, CREBO, BOL of BBL, uurtarieven, zijinstromers… Het onderwijs in tegelzetten (en andere bouwberoepen) is misschien wel het meest ingewikkelde speelveld van de tegelbranche. Want, hoe zorgen we voor vakwerk, hoe bieden we jongeren en anderen de kans om een verantwoorde keuze voor het tegelvak te maken? En hoe zorgen we ervoor dat onze bedrijven en klanten over voldoende vakbekwame mensen kunnen beschikken? En welke rol kunnen/mogen BOVATIN, NITA, de uitgever van de lesstof, het Ministerie, de ROC’s en de vakopleidingen hierbij spelen, ook als het gaat om de invulling van de lesstof? Ton Borrenbergs – tegelzetter, technisch adviseur en de nieuwe portefeuillehouder onderwijs bij BOVATIN heeft ‘het veld’ uitgenodigd om specifiek een veldverkenning met het vakonderwijs te maken. Wat kwam er uit deze middag, en wat is het vervolg? Corona of niet, het maximum aantal deelnemers van (20) praktijkbegeleiders en directeuren van praktijkcentra (meestal ‘Bouwmensen’vestigingen) kwam op de uitnodiging af. Ton had op basis van een speurtocht langs ministerie, instellingen en opleidingen geconstateerd dat tegelzetten aan populariteit gewonnen heeft bij de jongeren, maar dat tegelijk veel ROC’s – MBO-opleidingen – liever algemene ‘Service Medewerkers Gebouwen’ (die tegels kunnen vervangen) opleiden dan een dure CREBO-certificering voor een speciale (kleine) tegelzettersklas aanvragen. De praktijkopleidingen hebben daarin maar te volgen… Resultaat is dat veel tegelzet-kandidaten in de richting van andere bouwvakken worden gepusht… De Bouwopleidingen constateren een tekort aan leerlingplaatsen bij leerbedrijven; leerbedrijven zijn van mening dat de leerlingen meer moeten kunnen voordat zij ze zinvol kunnen inzetten en ze wat kunnen leren. BOVATIN
heeft in 2018 een campagne ‘Kies Tegelzetten’ gevoerd, die een verdubbeling van het aantal aanmeldingen opleverde, maar – de bottleneck kwam toen bij de leerbedrijven te liggen. Met de aanwezigen heeft Ton vervolgens geconstateerd dat er wellicht een andere opzet van het praktijkonderwijs nuttig zou kunnen zijn, en een werkgroep met vertegenwoordigers van BOVATIN en het onderwijsveld wordt daarvoor opgestart. Wordt vervolgd! ■
Meer weten? Suggesties? Neem contact op met Ton Borrenbergs, technischadvies@BOVATIN.nl (overige gegevens achterin dit blad)
55