
5 minute read
Weglaten verpakking beïnvloedt houdbaarheid
from VMT 3 (2020)
by VMN Media
VERDUURZAMING VERPAKKINGEN VRAAGT OM INTEGRALE AANPAK
Als een bedrijf een verpakking duurzamer wil maken of wil weglaten, heeft dat vaak veel consequenties. Ook voor de houdbaarheid. Alleen met een totaalaanpak en een goede kwantificering van de gevolgen kan de duurzaamste oplossing worden gevonden.
Tekst Anja Janssen
Onderzoeker Eelke Westra van Wageningen Food & Biobased Research: het overstappen op een verpakking gemaakt van een monomateriaal heeft gevolgen voor de houdbaarheid.
Om komkommers in de supermarkt zit krimpfolie. Veel mensen vinden dat dit laagje plastic er best vanaf kan. Eelke Westra en zijn team van Wageningen Food & Biobased Research onderzochten wat het effect is van het weglaten van de folie op de houdbaarheid. “We hebben onder meer het gewichtsverlies gemeten. Onverpakte komkommers hadden na drie dagen net zoveel gewicht verloren als verpakte komkommers na veertien dagen”, zegt Westra.
Komkommers Zonder folie drogen de komkommers dus veel sneller uit. Wat niet wil zeggen dat de folie onmisbaar is. “De langere houdbaarheid van komkommers met folie wordt nu in de keten gebruikt om bijvoorbeeld minder vaak te hoeven beleveren. Stel dat de houdbaarheid maar drie dagen is, dan moet je een winkel elke dag beleveren met komkommers”, zegt Westra. Met andere woorden: door de logistiek aan te passen, zou je de folie toch kunnen weglaten. Daarnaast zou de functie van de verpakking, in dit geval het voorkomen van uitdroging, op andere manieren kunnen worden overgenomen. Westra: “Je ziet bij supermarkten bijvoorbeeld mistapparaten hangen op de groente- en fruitafdeling. Die zorgen ervoor dat de ruimte vochtiger is en dat je minder last hebt van uitdroging.” Ook een coating zou een oplossing kunnen zijn. “Dit is nu in opkomst bij groente en fruit”, zegt Westra. “De coating zorgt ervoor dat het product langer houdbaar is. Vaak is het beschermende laagje gemaakt van zetmeel of producteigen stoffen en heeft het een antimicrobiële functie. Maar zo’n coating kan er ook voor zorgen dat het product een andere gassamenstelling heeft, zodat het langer houdbaar wordt. Ook is de coating een vochtbarrière, waardoor er minder uitdroging is.” Het meeste citrusfruit bijvoorbeeld wordt standaard met een waslaagje beschermd.
Dunnere materialen Een andere mogelijkheid tot verduurzaming is dat de consument zelf zijn verpakking meeneemt naar de supermarkt, om hem daar te vullen. Bijvoorbeeld met bepaalde lang houdbare producten, zoals hagelslag. Westra ziet dan wel problemen voor de productaansprakelijkheid: wat als de meegenomen verpakking niet schoon is? Kortom, het weglaten van de verpakking creëert een nieuwe dynamiek, constateert Westra. “Een heleboel zaken moet je opnieuw gaan uitvinden. Dat vereist niet alleen rekenwerk, maar ook het maken van afspraken over wie verantwoordelijk is op welk niveau. Als consumenten hun eigen verpakking gaan meenemen, komt ook een deel van de verantwoordelijkheid bij hen te liggen.” Meer technisch van aard is verduurzaming door het dunner maken van kunststof verpakkingen, zodat minder materiaal nodig is. Hier zitten fysieke grenzen aan, zegt Westra. “De verpakking moet immers intact blijven tijdens transport en opslag om zijn beschermende functie te behouden, en hij moet vaak stapelbaar blijven. Als je de folie dunner maakt, heeft dat ook gevolgen voor de vocht- en gasdoorlaatbaarheid.” Maar door een ander materiaal te kiezen, kan een fabrikant dan vaak toch de gewenste (on)doorlaatbaarheid krijgen; bijvoorbeeld door polypropyleen te gebruiken in plaats van polyetheen, of omgekeerd. Andere oplossingen om minder plastic te gebruiken, zijn het verkleinen van het venster in gecombineerde verpakkingen (plastic/karton) en het coaten van karton; maar ook het weglaten van een
Als consumenten straks een eigen verpakking meenemen voor het kopen van noedels bijvoorbeeld, dan komt ook een deel van de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het product bij hen te liggen, aldus wetenschapper Eelke Westra.
verpakkingslaag bij een meervoudig verpakt product, bijvoorbeeld per stuk verpakte koekjes in een tray in een omverpakking.
Houdbaarheid verlengen Geavanceerde houdbaarheidsverlengende verpakkingen zijn vaak complex van samenstelling en daardoor lastiger te recyclen. “Ze zijn zo samengesteld dat je het beste hebt van elk materiaal om een bepaalde barrièrefunctie te creëren”, zegt Westra. “Vanuit het oogpunt van recycling wil je echter een monomateriaal, maar dat heeft niet al die functies. De overgang op een monomateriaal heeft dus gevolgen voor de houdbaarheid en wellicht ook voor de voedselveiligheid van het product.” Inmiddels zijn er ook biobased alternatieven voor monomaterialen, zoals verpakkingen op basis van zetmeel, cellulose of polymelkzuur. Voor het verlengen van de houdbaarheid is hun werking vergelijkbaar met die van fossiele monomaterialen, aldus Westra. Hij verwacht dat het gebruik van biobased verpakkingen zal doorzetten. Op dit moment is de kostprijs echter nog minder concurrerend, terwijl het onderscheid voor consumenten vaak niet duidelijk is. Ook heeft het gebruik van een ander materiaal voor de productie grote gevolgen. Verpakkingsmachines moeten opnieuw worden ingesteld en ingeregeld en dat kost tijd. Het is volgens Westra lastig snel hetzelfde efficiëntieniveau te bereiken.
Verpakkingsproject topsector Uiteindelijk gaat het bij het verduurzamen van verpakkingen om een complex samenspel van factoren, zoals de eigenschappen van het product, de inrichting en lengte van de keten en de omstandigheden
bij opslag en distributie. Als het aanpassen of weglaten van een verpakking leidt tot meer productverlies, moet de impact daarvan ook worden meegewogen in de beslissing. Vaak is de duurzaamheidsimpact van het weggooien van een product vele malen groter dan die van de verpakking, weet Westra uit berekeningen van Wageningen Food & Biobased Research. Om voor de voedingsmiddelensector hulpmiddelen te ontwikkelen voor het nemen van beslissingen over de verduurzaming is 1 maart 2020 een project gestart van de Topsector Agri & Food. Het project moet gekwantificeerde informatie opleveren over wat in een specifieke situatie de duurzaamste oplossing is. Mogelijke oplossingen zijn bijvoorbeeld het dunner maken van kunststof verpakkingen, het recyclebaar maken van verpakkingen of het gebruiken van alternatieven die de functie van de verpakking overnemen. Wageningse experts gaan daarbij rekenmodellen combineren voor levenscyclusanalyses en modellen voor het berekenen van de CO2-uitstoot van voedselverlies. De modellen leveren gegevens op over energiegebruik, CO2-uitstoot en watergebruik. Aan het driejarige project doen diverse sector- en brancheorganisaties mee, zoals het CBL, de FNLI, het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken en Stichting Samen Tegen Voedselverspilling. Daarnaast zoekt projectleider Westra nog naar voedingsmiddelenfabrikanten die hun case willen inbrengen voor onderzoek. Per jaar willen ze vier tot vijf cases onderzoeken. Die moeten, naast directe resultaten voor de industrie, de data en richtlijnen voor het beslissingsondersteunende hulpmiddel opleveren, zodat steeds meer bedrijven de duurzaamste oplossing kunnen vinden.