5 minute read

Column Jurjen Oosterbaan

Next Article
Advocaat licht toe

Advocaat licht toe

JURJEN OOSTERBAAN

Is eigenaar van adviesbureau DFO in Hoevelaken.

EEN STONDPUNT OVER KIFID

De taalkundige Wim Daniëls introduceerde in 2013 het woord ‘stondpunt’. Een stondpunt is een standpunt dat je in het verleden hebt ingenomen maar inmiddels hebt verlaten.

Ik heb zo een stondpunt over Kifid.

De grondwet biedt de burger altijd de mogelijkheid om bij een geschil het oordeel van de rechter te vragen. Dat is een groot goed waarmee je als samenleving zorgvuldig moet omgaan. Burgers die een geschil hebben hoeven niet naar de rechter te gaan. Ze kunnen en mogen ook afspreken dat zij hun geschil aan een derde voorleggen die dan een bindende uitspraak zal doen. Burgers mogen in vrijheid hiervoor kiezen. Maar ze kunnen hiertoe nooit gedwongen worden.

In 2007 werd de stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening, Kifid, door financiële brancheorganisaties en de Consumentenbond opgericht. De organisaties waarbij banken en verzekeraars waren aangesloten gingen direct akkoord dat hun leden bij een geschil met een consument altijd een uitspraak van Kifid als bindend zouden aanvaarden.

De organisaties van financieel adviseurs wilden hierbij eigenlijk niet achterblijven. Veel adviseurs zijn (nog altijd) niet aangesloten bij een brancheorganisatie. Hoe kan je dan bereiken dat deze adviseurs bij hun aanmelding bij Kifid toch bij voorbaat akkoord gaan dat een geschil bij bindend advies wordt beslecht? Tom Poes dacht heel lang na en opeens was daar dat briljante idee: in het aanmeldformulier stond een vink-box. Ging je als kantoor bij voorbaat akkoord met bindend advies dan moest je dat boxje aanvinken. Wat had Tom Poes nu bedacht? Wij zetten dat vinkje in het boxje er alvast in. De adviseur die dat niet wil moet het vinkje dan maar uitzetten! Binnen DFO zagen wij dit en vonden dit niet fraai. Eerlijk is eerlijk. Wij hebben daar een groot nummer van gemaakt. Met als mogelijk resultaat dat nu 15 jaar later nog steeds een groot deel van het intermediair bij voorbaat niet akkoord gaat met het bindend advies. Het standpunt was dat Kifid op dat moment niet integer opereerde. Het stondpunt is echter dat Kifid zich sindsdien meer dan bewezen heeft en een professioneel kantoor gewoon tegen zijn klanten zou moeten zeggen: wij doen elke dag onze stinkende best u zo goed mogelijk van dienst te zijn. Hebben wij eens verschil van mening dan praten wij daarover en lossen het op. Lukt dat niet dan is er een onafhankelijke commissie van deskundigen en dan vragen we die om een oordeel. Als die ook vindt dan jij gelijk hebt, dan accepteren wij dat wij het misschien toch niet goed gezien hebben.

Door de jaren heen heeft de geschillencommissie wijze uitspraken gedaan. Bij afwijzingen van klachten denk ik weleens ‘het mag wel iets minder juridisch en iets meer menselijk.’ Maar om nu te zeggen dat er onredelijke eisen gesteld worden aan het intermediair? Nee dus. Misschien is het tijd om als financieel adviseurs de ‘vinkjes-affaire’ te vergeten en maar gewoon bij voorbaat bindend advies toch te accepteren.

LEDENAANTALLEN ADFIZ EN SEH DALEN; LICHTE STIJGING BIJ NVHP

Van terugloop door vergrijzing en consolidatie tot een heel lichte stijging door toenemende deskundigheidseisen. De ledenontwikkeling van de brancheverenigingen in de financiële dienstverlening is appels met peren vergelijken. AM deed een rondgang langs NVHP, SEH en Adfiz. Niet elke branchevereniging bleek echter even transparant.

Door: Alexandra Meijer

Het eerste verschil dat benoemd moet worden is dat de leden bij NVHP en SEH personen zijn, waar dat bij Adfiz kantoren zijn. Adfiz vindt daarom dat aantallen niet zoveel zeggen. “Ze geven een vertekend beeld. Achter het begrip ‘één lid’ kan een eenpitter schuilen, maar ook een bedrijf als Aon met circa 2.500 medewerkers of Veldsink met meer dan 70 vestigingen”, zegt de woordvoerder. De branchevereniging voor onafhankelijk financieel adviseurs wil om die reden geen ledenaantallen noemen. Vermoedelijk ligt het aantal op 736 als wordt uitgegaan van het overzicht van onafhankelijk adviseurs op de website van de Adfiz.

Wel laat Adfiz weten dat het aantal leden als gevolg van de consolidatie in het intermediair daalt. “Het houdt elkaar net niet in evenwicht.” Het aantal starters – dat zijn er meer dan het aantal overnames – kan het dalende ledenaantal door de consolidatie niet compenseren. Het bereik zou daardoor hetzelfde blijven. Het marktaandeel Adfiz-leden in de intermediaire distributie is 85 procent in de zakelijke markt en 55 procent in de particuliere markt.

Vergrijzing en beperkte instroom

Bij de verenigingen voor hypothecair planners en hypotheekadviseurs zijn ook verschillen te zien. NVHP vertoont sinds 2017 elk jaar een lichte stijging in ledenaantallen, terwijl het aantal leden bij SEH de afgelopen vijf jaar consequent daalt. SEH-directeur Bart de Nie heeft daar een verklaring voor: vergrijzing. “Veel mensen gaan met pensioen, gaan ander type werk doen of bekleden een andere functie binnen een bedrijf. Tegelijkertijd is de instroom beperkt.”

OVERZICHT LEDEN AANTALLEN EN CONTRIBUTIES

NVHP

Jaartal 2017 2018 2019 2020 2021

Aantal leden (per 31 december) 1.131 1.139 1.146 1.149 1.158

Contributie 310 310 310 310 310

SEH

Jaartal 2017 2018 2019 2020 2021 2022

Aantal leden 8.500 8.171 7.650 7.333 7.139 6.868

‘Niet-standaarddossiers’

Waarom het ledenaantal bij de NVHP wel voorzichtig stijgt, licht secretaris Ilja Nanninga toe. “De geleidelijke groei van de EHP’ers heeft vooral te maken met het feit, dat bij advisering van hypothecair krediet, de adviseurs met steeds meer ‘aanpalende’ gebieden te maken krijgen.” Ze noemt als voorbeeld onder meer nalatenschapsplanning, samengestelde gezinnen en alternatieve samenlevingsvormen.

“Dit soort ontwikkelingen zijn in beperkte mate onderdeel van de deskundigheidseisen in het kader van de Wft. Dat is geen verwijt: de Wft stelt basiseisen. Adviseurs die vaker te maken krijgen met niet-standaarddossiers zullen zelf de behoefte voelen aanvullende opleidingen te volgen en deze extra kennis te onderhouden”, vervolgt Nanninga. Bij zowel de NVHP als SEH moeten leden een opleiding volgen en examen doen om zich aan te mogen sluiten.

Investeren in vakbekwaamheid

Volgens De Nie zijn er steeds minder mensen die de erkenning willen halen. Dat zou onder meer komen doordat er steeds minder mensen werkzaam zijn in de financiële sector. “Wat je ook de laatste jaren ziet, is dat er veel mensen gedetacheerd worden. Dat moet zo goedkoop mogelijk, dus die mensen halen hun Wft-diploma en dan gebeurt er niks meer.” De directeur vindt dat er niet wordt geïnvesteerd in vakbekwaamheid, terwijl adviseren alleen maar ingewikkelder zou zijn geworden.

Ook de contributie door de jaren heen werd onder de loep genomen. Bij Adfiz varieert deze tussen de 1.500 en 50.000 euro, afhankelijk van het aantal fte’s per kantoor. Bij de NVHP bedraagt de contributie al vijf jaar lang 310 euro per jaar. Bij SEH ligt die een stuk lager met tegenwoordig een jaarlijkse contributie van 130 euro. In 2017 was dit nog 110 euro, maar vanwege de kosten voor een consumentencampagne zag de vereniging zich genoodzaakt de prijs voor het lidmaatschap te verhogen.

This article is from: