Verkoop je meer met je posts op sociale media? Twee bakkers delen hun aanpak en ervaringen.
Desem is een blijvertje
De populariteit van desembrood nam in coronatijd snel toe. Voor goed brood rijdt men nu om.
Coupe du Monde de la Pâtisserie
Na vijftien jaar afwezigheid staat Nederland in januari 2026 weer op het internationale toneel.
Klaar voor 2026?
Gezondheid, gemak en beleving zijn de trends bij de consument. Wie hierop inspeelt blijft relevant.
Vezels winnen terrein
Fibermaxxing verschuift razendsnel van hype naar richtinggevende trend. Welke kansen biedt dit?
Verpakking is grondstof
Verpakkingen moeten duurzamer en beter recyclebaar worden. Strenge Europese regelgeving is onderweg.
Vendingmachine helpt bij drukte
Voor bakkers is december een piekmaand. Een vendingmachine kan dan uitkomst bieden.
Een goede stol lacht je toe
Volgens Nico Bloem zit het onderscheid tussen een redelijke en een uitmuntende stol in de kleinste details.
Jong en gedreven: Sander Loman
De liefde voor het vak dreef Sander Loman naar Bakker Borgesius op Tholen. ‘De passie zit heel diep.’
Worstenbroodje in de kerstboom
Bakkerij Floor van Lieshout uit Tilburg introduceert iets echt Brabants: de worstenbroodkerstbal.
Geheim ingrediënt
Receptuur, vakmanschap, kwaliteit, klantrelatie: allemaal belangrijk. Nog belangrijker is de bedrijfscultuur.
Hoe blijf je vitaal?
We weten allemaal dat het belangrijk is om goed voor jezelf te zorgen, maar hoe doe je dat: vitaal blijven?
Dresdner Christstollen
Dresdner Christstollen moeten voldoen aan hoge eisen. Grootmeester Tino Gierig deelt zijn recept.
4
8
18
22
Roeptoeteren
Sociale media zijn niet meer weg te denken uit de samenleving, al zouden we dat allemaal soms willen. Zeker als deze manier van communiceren voor minder prettige zaken wordt ingezet, zou je je medemens (kids voorop) ervoor willen behoeden.
In ondernemersland is het een ander verhaal. Daar zijn socials een modern middel voor de promotie van bedrijf, beroep en product.
Is het werkelijk nieuw? Nee, vroeger al roeptoeterden bakkers vrolijk in de rondte als verse waar uit de ovens rolde. Dat gebeurde met de bakkershoorn. De bakkershoorn was het instrument waarmee bakkers hun dorp of stad wakker schudden. Het geluid van de hoorn was een dagelijks signaal voor de burgers om brood of andere bakkerswaar te komen kopen. Het principe was simpel: geluid maken om de aandacht van de klanten te trekken.
21 11 25 17 33
Column Joep Gommans
‘Wie online raakt, verkoopt meer’: laat je zien in de online winkelstraat.
Column Vicky Littlejohn
Eenvoud is het beste recept, ook bij (dure) opleidingen.
Coöperatie Beko
Slagvaardiger door centrale directie en scherpere inkoop.
NBOV
Verkoop via het web maakt het verschil.
Column Wim Kannegieter
‘Er is dit jaar veel veranderd, maar ook veel hetzelfde gebleven.’ 24 30
Het medium mag dan veranderd zijn, het doel nog steeds hetzelfde: de klant laten weten wat je te bieden hebt. Vandaag de dag gebruiken bakkers sociale media als hun moderne bakkershoorn. Via platforms als Instagram, Facebook –en voor de jongere generatie TikTok – kunnen zij direct met hun klanten communiceren en laten weten wanneer de winkel vol ligt met versgebakken producten.
Sociale media zijn een waardevolle troef. Ze helpen je als ondernemer om klanten te vertellen over je winkel en je producten. Ze doen dienst als verlengstuk van zowel je fysieke als je digitale winkel. Op die manier houd je consumenten alert en gefocust op jouw zaak.
In dit nummer van Bakkerswereld vertellen ondernemers Van der Steen en Van de Ven over de manieren waarop zij sociale media inzetten voor hun bakkerijen. De inzet is veelledig: aanprijzen van winkels, brood en banket, productinformatie én levendige info over de menselijke kant van het vak. Socials stellen ondernemers in staat te vertellen hoe zij dagdagelijks producten met liefde maken, met als hoogtepunt de decembermaand waarin hun bakkerij- en winkelmedewerkers schouder aan schouder staan om klanten zo goed mogelijk van dienst te zijn. Het plezier dat ze daaraan beleven mág ervan afspatten. Dat roeptoeteren is goed voor zelfwaardering en de promotie van dit prachtvak.
Bakkers scoren op socials met ambacht en medewerkers in beeld
Online ‘raken’ werkt
‘Wie online raakt, verkoopt offline meer’, schrijft Joep Gommans in zijn column elders in dit blad. Delen bakkers die mening? Hoe pakken zij dat aan, online raken? En verkoop je inderdaad meer als je de juiste snaar weet te raken met je posts op sociale media? Twee bakkers delen hun aanpak en ervaringen. De rode draad: vooral content over het bakkersambacht en de mensen achter het bedrijf scoort.
Met 5300 Facebook-volgers en ruim 1100 Instagram-volgers zijn de sociale media anno 2025 een belangrijk communicatiekanaal voor Bakker Van de Ven in Venhorst. ‘Sociale media zijn uitgegroeid tot een vaste waarde in onze bedrijfsvoering. Het is voor ons een manier om continu in contact te blijven met onze klanten en nieuwe klanten te werven’, zegt Ruud van de Ven.
De planning en het opstellen van de socialemediaberichten is met name de verantwoordelijkheid van marketingmedewerker Yvonne Bouman. Zij maakt – meestal enkele maanden vooruit – een onderwerpenplanning en plant de berichten in op Facebook en Instagram. ‘We streven ernaar om minimaal één tot twee keer per dag iets te plaatsen’, zegt Bouman. ‘Dan blijf je opvallen. Daarbij bereikt niet ieder bericht alle volgers. Om bij iedereen onder de aandacht te blijven, moet je dus regelmatig iets online zetten.’
Persoonlijk maken
Bakker Van de Ven spitst haar socialemediaposts in een bepaalde maand vaak toe op een specifiek thema. In januari ligt de focus bijvoorbeeld op volkorenproducten, aangezien consumenten dan veel aandacht hebben voor gezond eten. ‘Daarbij profileren wij ons als dé volkorenspecialist’, zegt Bouman. ‘Los van deze thematische posts, houden we altijd ruimte voor spontane berichten. Bijvoorbeeld als er iets leuks gebeurt in de bakkerij.’
Volgens Ruud van de Ven scoren deze spontane berichten doorgaans het beste. ‘Consumenten willen een inkijkje in je bedrijf, weten waar je medewerkers mee bezig zijn. Zo plaatsten we onlangs een filmpje van bakkers die anijskrollen maakten. En van de dochter van Yvonne, die spontaan meehielp bij het klaarzetten van de vlaaien. Dergelijke berichten genereren enorm veel likes: je maakt het namelijk persoonlijk en betrekt consumenten bij je bedrijfsvoering. Maar het is ook een kwestie van experimenteren: kijken wat wel en niet werkt. Gaandeweg ontwikkel je daar een steeds beter gevoel voor.’
Harde omzetresultaten
De hamvraag is natuurlijk wat investeren in sociale media oplevert? Volgens Van de Ven is het onmogelijk om hier harde omzetresultaten aan te koppelen. ‘Maar het doet absoluut iets; je hoort mensen in de winkel regelmatig praten over de filmpjes of berichten. Of ze daardoor ook specifieke producten gaan kopen, is moeilijk te zeggen. Maar sowieso zorgen sociale media voor extra klantenbinding; daarbij kun je je bedrijf hiermee beter in de markt zetten en een specifiek imago laden. Wij willen vooral overbrengen dat we staan voor kwaliteit en dat we een leuk bedrijf zijn, waar medewerkers het onderling gezellig hebben.’
Bakker Van de Ven wil haar socialemedia-activiteiten in de toekomst uitbreiden richting TikTok en Snapchat. ‘Daarmee spreek je namelijk een jongere doelgroep aan’, zegt Bouman. ‘Feit is wel dat dit een hele andere tak van sport is dan Facebook en Instagram. We moeten ons hier nog in verdiepen.’
Werkplezier overbrengen
Ook bij Van der Steen, De Echte Bakker in Made groeiden de sociale media de afgelopen jaren uit tot een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering. ‘Je kunt er als bakker gewoon niet meer omheen. Ben je niet of weinig actief op sociale media, dan laat je omzetkansen liggen’, stelt Linda van der Steen. ‘Wij adverteren nagenoeg niet meer in printmedia; alle focus ligt op de socials. Consumenten proberen we te bereiken via Facebook, Instagram en TikTok. Op zowel Facebook als Instagram plaats ik dezelfde content; ik maak hier geen onderscheid in. TikTok gebruik ik om langere filmpjes te plaatsen, meer gericht op de jongeren.’
Tekst Ank van Lier Beeld Peter Roek en Bakker Van de Ven
Ruud van de Ven: ‘Kijken wat wel en niet werkt.’
Meezingen met de radio
Van der Steen sluit zich aan bij Bakker Van de Ven: berichten over wat er binnen het bedrijf gebeurt en waarin medewerkers centraal staan, scoren met afstand het best. ‘Ik maakte vanochtend bijvoorbeeld een filmpje van twee banketbakkers die speculaastaartjes opspuiten terwijl ze meezingen met de radio. Beter kun je het ambacht en het werkplezier binnen je bedrijf niet overbrengen!’
De onderneemster werkt niet met een vaste planning
qua socialemediaberichten. ‘Het meeste doe ik ad hoc. Ik loop de bakkerij in en kijk wat er speelt, zodat volgers ook echt zien hoe het er bij ons aan toegaat. En die berichten scoren ook. Veel beter dan de wekelijks aanbiedingen, die we ook wel op de socials zetten. En als we een prijs winnen met een vakwedstrijd, communiceren we dat ook. Dat doet het meestal ook goed, zeker als je er ook een medewerker aan koppelt. Maar alleen een productfoto met wat informatie plaatsen, dat is echt not done.’
Filmpjes scoren het beste
Van der Steen merkt dat filmpjes veel beter scoren dan ‘statische’ berichten. ‘Het bereik is enorm; sommige filmpjes genereren op TikTok wel meer dan 100.000 views. Andere filmpjes scoren daarentegen weer minder. De reden daarvoor is vaak moeilijk te ontrafelen. Het is wel belangrijk dat je inspeelt op wat er op dat moment trendy is op TikTok. De filmpjes op TikTok kunnen langer zijn dan een filmpje – een zogeheten reel – op Facebook en Instagram. Bij een reel is 10 tot 15 seconden de max, op Tiktok kun je meer vertellen.’
De onderneemster streeft ernaar om twee keer per dag een socialemediapost te plaatsen; in de ochtend en aan het begin van de avond. ‘Hoe vaker en consequenter je iets plaatst, hoe beter je bericht wordt opgenomen in de feeds van je volgers.’ Het bedenken, maken en editen van de berichten en filmpjes kost Van der Steen iedere dag behoorlijk wat tijd. ‘Je wilt toch een leuk muziekje onder een filmpje, een grappige tekst erbij, enzovoorts. Ik heb me dat helemaal zelf eigen gemaakt, geen trainingen gevolgd. Maar onze dochter, die werkzaam is in de marketing, fluistert me ook wel soms wat in.’
Verschil maken
De onderneemster is ervan overtuigd dat ‘online raken’ extra omzet genereert. Alhoewel ook zij aangeeft dat dit niet meetbaar is. ‘Maar je merkt op heel veel vlakken dat het iets doet. Adverteren we bijvoorbeeld met ‘laatste rondje pakketten’ via
Klanten bestellen in de winkel een product dat ze op de socials hebben gespot.
Op socials kun je van alles laten zien, zoals aanbiedingen en nieuwe producten in het assortiment.
sociale media, dan zien we het aantal abonnees meteen groeien. Ook hebben we het bestellen via WhatsApp een flinke boost kunnen geven door deze optie te delen via onze socials. En onlangs kwam er zelfs iemand helemaal uit Scheveningen naar onze winkel, puur omdat onze producten er op sociale media zó lekker uitzagen. Dit soort voorbeelden
Tips van Bakker Van de Ven en
Echte Bakker Van der Steen
• Sociale media doe je er vandaag de dag niet meer even bij. Maak iemand binnen je bedrijf verantwoordelijk hiervoor, zodat de structuur en continuïteit gewaarborgd zijn.
• Zorg dat je frequent en regelmatig berichten post; liefst één of twee keer per dag. Op die manier bereik je je hele volgerspubliek en blijf je onder de aandacht van (potentiële) klanten.
• Reageren mensen op een bericht? Plaats dan een duimpje of een korte reactie. Op die manier voelen mensen zich gezien en versterk je de band met je klanten.
• Maak gebruik van ChatGPT en andere AItools. Bijvoorbeeld voor het schrijven van een pakkende post of het herschrijven van een tekst. Of om een afbeelding aan te passen of aantrekkelijker te maken.
• Breng humor in je berichten en filmpjes; het hoeft niet altijd even serieus te zijn.
Bij voorkeur gaan er twee posts per dag online. Filmpjes scoren het best.
geven wel aan dat actief zijn op deze platforms echt een verschil maakt.’
LinkedIn voor zakelijke markt
Los van de socialemediaplatforms gericht op consumenten is Van der Steen ook actief op LinkedIn. Dit om de afzet via het derde kanaal een extra impuls te geven.
‘En dat werkt’, zegt de onderneemster. ‘We brengen hier bijvoorbeeld onze sinterklaasproducten of eindejaarspakketten onder de aandacht. En tijdens corona promootten we de brievenbuspakketten die we kunnen leveren. We hadden honderd doosjes besteld, maar kregen uiteindelijk meer dan 2000 bestellingen! Ook actief zijn op LinkedIn kan dus veel opleveren.’
Linda van der Steen loopt elke dag wel een keer de bakkerij in om een filmpje te maken.
Desem is een blijvertje
Voor goed brood fietst Nederland om
De populariteit van desembrood nam tijdens de lockdowns in het coronatijdperk in razend tempo toe. Thuisbakkers bogen zich massaal over hun desemstarters en professionele bakkers namen het brood op in hun assortiment. Desem is here to stay.
In steden in Nederland schieten ze als paddenstoelen uit de grond: hippe desembakkerijen waar menig dertiger en veertiger brood afhaalt of neerstrijkt voor een havercappucino en knisperende viennoiserie.
In Den Haag zit Bartine Bakery, Rotterdam heeft onder meer Jordy’s Bakery, in Utrecht kun je terecht bij Kameel en Amsterdam heeft onder meer Kometenbrood, Fort 9 en Mas. Niet zelden staan bij deze bakkers rijen voor de deur en is het brood aan het eind van de middag uitverkocht.
Net als bij brood zijn de ingrediënten van de bakkerijen vaak simpel: een betonnen vloer, houten stoeltjes en soms nog witte tegeltjes. Strak. Zo ook bij Louf, een bakkerij met vier vestigingen in Amsterdam. Het is er iedere ochtend druk en de broden zijn om drie uur meestal uitverkocht. Afgelopen najaar won hun klassieke desembrood de tweede prijs op De Broodsalon 2025. Mourad Saber, mede-eigenaar van bakkerij Louf: ‘Het feit dat we in een paar jaar tijd meerdere locaties hebben kunnen openen, zegt iets over ons, maar net zozeer over de populariteit van desembrood. We verkopen ook veel viennoiserie en koffie, maar goed brood blijft iets waarvoor mensen omfietsen.’
Veel desembakkers
Ook Rin van der Molen ziet de populariteit van desembrood stijgen. Hij is mede-oprichter van Bbrood, de bakkersketen die al in 2008 – ver voor de hype uit – begon met desembroden.
Van der Molen: ‘Het doet me deugd te zien dat brood en het ambacht van broodbakken de laatste jaren meer aandacht krijgen. Met name in stedelijke gebieden zijn veel desembakkers opgestaan en zie je bovendien dat mensen wat extra over hebben voor goede kwaliteit en specialiteiten. Desembrood
heeft door de natuurlijke fermentatie van de starter een heel rijke smaak en is makkelijk verteerbaar. Het is een prachtproduct.’
De desemstarter die wordt gebruikt voor het rijsproces van desembrood zorgt voor een diepe, nootachtige smaak van brood. Desembrood is behalve rijker van smaak ook langer houdbaar en volgens voedingsdeskundigen beter verteerbaar dan brood bereid met gist. Door de verwerking via de koeling is het rijzen en bakken goed te plannen, waardoor desembrood de bakker een welkome oplossing voor nachtwerk biedt.
Knappe prijzen
Menig broodliefhebber betaalt graag voor dit smaakvolle, knapperige brood, waarvoor al gauw tussen de €4,50 en €6,50 wordt neergeteld. ‘Let wel, steeds meer plekken bieden desembrood aan en daarmee zijn er ook steeds meer variaties’, zegt Van der Molen. Het valt op dat ook supermarkten steeds vaker desembroden op de bakkersafdeling hebben liggen, vaak voor prijzen waaraan de ambachtelijke bakker niet kan tippen. Van der Molen
benadrukt vooral dat het mooi is dat overal een herwonnen interesse in brood is.
De ambachtelijke bakkerijsector kent de laatste jaren veel stoppers. Food Service Instituut Nederland (FSIN) voorspelt dat tot 2030 nog bijna 30 procent van de klassieke speciaalzaken hun deuren moeten sluiten wegens een gebrek aan bedrijfsopvolging of onderscheidend vermogen. Desembakkers daarentegen hebben – als ze het goed doen – wél gunstige vooruitzichten, volgens het FSIN trendrapport van 2025: ‘Weet je je te onderscheiden van de supermarkt en doe je iets wat zij niet kunnen, dan zie je als speciaalzaak een zonnige toekomst tegemoet’. Saber van bakkerij Louf sluit zich aan bij deze voorspelling: ‘Onze grootste concurrent is niet een andere desembakker, maar de supermarkt om de hoek. Zij kunnen hun desembroden voor de helft van het geld aanbieden.’
Voor bakkers als Louf zitten de grootste kosten in arbeid. Maar wat de supermarkt níet heeft – op de gietvloer na misschien – is houten stoelen, witte tegeltjes en een heerlijk sfeertje. Dus voorlopig lijken desembakkers zoals Louf en Bbrood veilig.
Tekst Emma Kraanen Beeld Samira Kafala / archief
Mee op supportersreis met het Coupe du Monde-team naar Parijs
‘Wedstrijd is dé gelegenheid om je grenzen te verleggen’
Het is zover. Na vijftien jaar afwezigheid staat Nederland in januari 2026 weer op het internationale toneel van de Coupe du Monde de la Pâtisserie. ‘De wedstrijd is de ultieme gelegenheid om je grenzen te verleggen’, vertelt teamlid Tom van de Veen. Hij, Bart de Gans en Peter Remmelzwaal kunnen daarbij wel wat support gebruiken in Parijs. ‘Iedereen uit het vak is bij deze uitgenodigd om ons te komen aanmoedigen.’
Tekst Anne Mieke Ravenshorst
Tijdens de Europese kwalificatie in Parijs strijdt TeamNL voor een finaleplek in Lyon 2027. De voorbereidingen zijn intensief, technisch en soms genadeloos, denk aan reglementen die last minute veranderen en de vele eisen rondom sociale media en beeldmateriaal. ‘De wedstrijd is de ultieme gelegenheid om je
grenzen te verleggen’, vertelt teamlid Tom van de Veen. ‘Bart de Gans, Peter Remmelzwaal en ikzelf zitten natuurlijk al jaren in het vak. Je hebt veel gezien en gedaan, maar dit niveau dwingt je tot precisie, discipline en totale toewijding. Opvallend is dat vakmanschap alleen voor deze wedstrijd niet meer genoeg is: je moet als heuse showmaster de
jury kunnen entertainen. Je privéleven zet je twee jaar lang even op pauze, maar daar krijg je veel voldoening voor terug.’
Europese kwalificatie
Elk werelddeel heeft zijn eigen kwalificatie. Voor Europa vindt deze plaats tijdens SIRHA Bake &
Beeld Dutch Pastry Team
Bart de Gans, Tom van de Veen en Peter Remmelzwaal zijn ieder weekend in training in een exact nagebouwde wedstrijdbox. ‘Die is best krap met ons drieën.’
Snack op 18 en 19 januari in Parijs. Elk team werkt gedurende 5,5 uur volledig zichtbaar voor het publiek aan drie showstukken (ijs, chocolade en suiker) én drie smaakproeven: een re-invented tarte tatin, street food chocolate en een ijsdessert. De jury, onder leiding van niemand minder dan Pierre Hermé, beoordeelt op vakmanschap, smaak, innovatie en presentatie, maar ook op duurzaamheid, zero waste, inclusiviteit en kennisoverdracht. Het gaat niet alleen om het eindresultaat, maar om de visie achter het werk.
Peter Remmelzwaal, verantwoordelijk voor suikerwerk: ‘Landen als Japan of Frankrijk hebben soms meer dan honderd specialisten in suikerkunst. In Nederland kun je ze op één hand tellen. Dat maakt het extra spannend en motiveert me om het enthousiasme voor deze discipline hier aan te wakkeren.’
Het proces achter de schermen
Voor TeamNL begon het echte werk al een jaar eerder. Een ontwerpfase waarvan uiteindelijk slechts een fractie van de ontwerpen de wedstrijdvloer haalt, schetsen en piepschuimmodellen om de verhoudingen te bepalen. En dat zijn alleen nog de showstukken. Veel details zijn pas sinds enkele maanden bekend, dus niet alles valt vooraf perfect te plannen. Daarnaast moeten in de drie eetbare onderdelen de grondstoffen van sponsoren een hoofdrol spelen.
Daarna volgt vaktechnisch monnikenwerk: tijdstrainingen met complete runs in wedstrijdcondities, stopwatch aan, vaak tot diep in de nacht. Alles
draait om herhalen en perfectioneren, zodat elke actie straks geautomatiseerd is.
Coaching als sleutel voor succes
Het team wordt begeleid door Jeroen Goossens, voormalig deelnemer en internationaal jurylid. Zijn rol is cruciaal. Goossens: ‘We zijn slechts bij de kwalificatie, maar de opdracht doet qua niveau niet onder voor het wereldkampioenschap. Daarbij komt dat er deze editie veel Europese landen meedoen, maar liefst negen. En de wedstrijdkeuken is weer een tikje kleiner dan vorig jaar. Er is geen draaiboek dat we uit de kast kunnen trekken. Ja, ik zal niet ontkennen: het is een pittige kluif!’ Bart de Gans vult aan: ‘Zonder Jeroen zouden we dit avontuur simpelweg niet kunnen doen. Hij weet precies waar de jury op let en wanneer wij nog één stap scherper kunnen werken.’
Supporterstour en Holland House
Iedereen uit het vak is uitgenodigd om TeamNL live te komen aanmoedigen. Het treedt maandag 19 januari aan in de wedstrijdboxen; op zondag organiseert TeamNL inspiratietours door Parijs. ‘Het perfecte moment om samen met andere vakgenoten te netwerken en tegelijkertijd op de hoogte te raken van de laatste trends’, aldus de organisatoren. Ga je liever op eigen houtje op pad, in januari of op een ander moment? Stippel dan je route uit met de TeamNL Inspiratiegids. Een digitale gids met meer dan 100 topadressen in Parijs, inclusief Google Maps-routes, ideaal voor een compacte maar inspirerende voedingsreis.
De fanbase is natuurlijk ook uitgenodigd om het avontuur af te sluiten tijdens het Holland Housefeest. Op maandagavond kun je genieten van een walking dinner en een gezellig drankje met het team en andere vakgenoten.
Uniek evenement
Dit is een uniek evenement, relatief dichtbij huis. De organisatie: ‘Wacht niet te lang en geef je op. We hopen op een grote Nederlandse supportersgroep, zodat we samen kunnen bouwen aan één gezamenlijke missie: op naar het WK in Lyon 2027.’
Waarom deelname ertoe doet
De laatste keer dat Nederland in de finale stond was in 2009. Het beste resultaat ooit was zilver in 2005 en de prijs voor Best in Ice Carving. De motivatie om weer internationaal mee te tellen is groot.
Deelname:
• zet Nederland op de wereldkaart als innovatieland in patisserie
• stimuleert kennisoverdracht en inspireert jong talent
• versterkt positie Nederland in een sterk ontwikkelend Europees vakgebied
Supporters kunnen zich aanmelden via de QR-code.
Tom van de Veen met een van zijn creaties.
Jeroen Goossens laat niets aan het toeval over.
De
vier belangrijkste tips
Maak je bakkerij klaar voor 2026
Gezondheid, gemak en beleving bepalen het koopgedrag van de consument, ook in 2026. Wie als bakker inspeelt op trends als vezelrijke producten, natuurlijke ingrediënten, verrassende texturen en on-the-go-gemak, blijft relevant. De consument blijft tenslotte gevoelig voor veranderingen. Vier praktische tips om daar begin 2026 slim op in te spelen.
Het koopgedrag van klanten verandert zichtbaar, aldus Manon Teeuw van Sonneveld. Wat ze belangrijk vinden, verschilt sterk per generatie. ‘Millennials hechten waarde aan ambacht, herkomst en kwaliteit. Zij willen weten waar hun brood vandaan komt en hoe het gemaakt is’, ervaart ze. ‘Generatie Z is nog meer gericht op duurzaamheid, gemak en beleving via digitale kanalen. Deze groep verwacht dat merken transparant communiceren en aansluiten bij hun waarden.’
Gezondheid, smaak en kwaliteit
Daarnaast zoeken consumenten naar producten die gezondheid combineren met smaak en kwaliteit. Clean label wordt eveneens steeds belangrijker. ‘Consumenten willen minder toevoegingen, herkenbare ingrediënten en transparantie over herkomst. Om in te spelen op het veranderende consumentengedrag, hebben Teeuw en Oerlemans vier praktische adviezen voor bakkers.
Vier tips voor bakkers
1Combineer ambacht, gezondheid en smaak
Een product met een goed verhaal, ondersteund door voedzame ingrediënten en duurzame productie, heeft meer waarde dan ooit. Daarom ziet Teeuw veel kansen voor bakkers die gezondheid, ambacht en smaak weten te verbinden. ‘Consumenten zoeken naar brood of gebak dat én goed smaakt én iets extra’s biedt’, legt ze uit. ‘Bijvoorbeeld rijk aan vezels of eiwitten, gefermenteerd deeg voor betere vertering of verrijkt met bijzondere ingrediënten. Denk aan gezonde producten met een traktatiegevoel, of ambachtelijke producten met een moderne twist.’ Ook gemak speelt mee. ‘Individuele on-the-go-producten zijn bovendien een must. Denk aan gevulde broodjes of proteïnerijke muffins.’
Sonneveld: ‘Consumenten zoeken naar producten die én goed smaken én iets extra’s bieden.’
Teeuw adviseert om te beginnen bij de basis: ‘Bekijk je assortiment en identificeer welke producten je gezonder kunt maken door bijvoorbeeld het vezel- of eiwitgehalte te verhogen of alternatieve granen te gebruiken. Of kun je suiker of zout verlagen zonder kwaliteitsverlies?
Hiervoor bieden we oplossingen aan zoals onze mix Vamo Vezelmax, voor vezelrijk brood. Daarnaast zetten we in op zoutreductie door onder meer bij te dragen aan de ontwikkeling van Bakkerszout 2.0.’
2Speel in op textuurbeleving
Denk aan het verkopen van seizoensgebonden producten die inspelen op textuurbeleving, bijvoorbeeld extra crispy croissants of handige to-go crunchy bars, vervolgt Oerlemans. ‘Textuur is net zo
belangrijk als smaak. Dat wordt qua beleving soms nog onderschat.’
3Volg consumentengedrag actief
Het is belangrijk om consumentengedrag actief te volgen, bijvoorbeeld via sociale media of door in te spelen op trends met proeverijen. ‘Smaak verkoopt!’
4Experimenteer met internationale invloeden
Tot slot ziet Sonneveld dat internationale invloeden een steeds grotere rol spelen. ‘De consumptie van broodproducten verandert: van gesneden brood naar alternatieven zoals tortilla’s, Midden-Oosterse pita’s of Italiaanse pinsa. Dat biedt mogelijkheden voor zowel nieuwe texturen als smaken.’
Tekst Wendy Noordzij Beeld Sonneveld
Ben je er wel in de drukste winkelstraat?
Ik merk nog vaak: zodra het gesprek op sociale media komt, schuiven ondernemers een beetje ongemakkelijk op hun stoel heen en weer. ‘Ja… we doen er wel iets mee.’ En dat woordje ‘iets’ zegt eigenlijk alles. Socials worden nog te vaak gezien als bijzaak. Iets voor erbij. Leuk als er tijd over is.
Maar laten we eerlijk zijn: die tijd is er nooit. Ondertussen lopen meer mensen langs jouw online ‘etalage’ dan fysiek in je winkel. Sociale media is je drukste winkelstraat. Alleen… veel bakkers laten de winkel in die straat half open. Gordijnen half dicht, licht uit, alleen een foto van een brood in de hoek. Geen sfeer, geen verhaal, geen uitnodiging.
Een groot misverstand is denken dat het draait om volgers. Maar je hebt geen volgers nodig, je hebt fans nodig. Mensen die je energie voelen. Die niet alleen kijken, maar ook delen. Die jouw amandelstaaf in hun story gooien alsof het breaking news is. Die trots vertellen dat ze bij jou hun weekend beginnen. Fans maken je zichtbaarheid groter dan welke advertentie dan ook.
Iedereen roept dat sociale media ‘gratis’ zijn. Ja, het kost geen geld om te posten. Maar het kost wél tijd, discipline en lef. Want je moet durven laten zien wie je bent. Niet alleen perfecte plaatjes, maar ook het echte werk: de gezelligheid, het vakmanschap, de humor, de uitdagingen die bij het ambacht horen. Juist dát wordt gedeeld. Juist dáármee bouw je fans. De rest voelt al snel aan als een digitale folder… en niemand bladert vrijwillig door reclame.
Want socials zijn gratis, maar geen cadeautje. Als je ze niet voedt, blijft het een platte feed waar niemand iets mee heeft. Maar geef je het aandacht – net als je desem – dan groeit het. Dan wordt het warm, levendig, menselijk. En dát is het verschil tussen een volger en een fan.
Dus stel jezelf eens de vraag: open jij elke dag je winkel in de drukste winkelstraat? En als mensen daar langslopen, voelen ze dan een klik? Een verhaal? Iets waarvan ze denken: ja, hier hoor ik bij?
‘Wie online raakt, verkoopt offline meer’
Wat je geeft, komt ooit terug. Ook online. En wie online raakt, verkoopt offline meer.
Joep Gommans, eigenaar Bakkerij Support | Marketing en Meer
Fibermaxxing verschuift razendsnel van hype naar richtinggevende trend. Op sociale media zoals TikTok en Instagram wordt steeds vaker de hashtag #fibermaxxing of #fibremaxxing gebruikt om mensen te stimuleren meer vezels te eten. Welke kansen biedt dit voor de ambachtelijke bakker?
Fibermaxxing is door foodinfluencers in de VS ontstaan, weet Lucas Metsaars, Business Development Manager bij Rixona en deskundige sociale media. ‘Op sociale media zoals TikTok en Instagram gebruiken zij de hashtag #fibermaxxing of #fibremaxxing. Bij fibermaxxing draait het om maaltijden en snacks bouwen rond vezelrijke voedingsmiddelen. Denk aan het meer eten van volkorengranen, fruit, groenten, peulvruchten, zaden en noten. Het doel is om mensen te stimuleren om meer vezels te eten. Inmiddels is de trend overgewaaid naar Europa.’
Commerciële kans
Dat vindt hij een positieve ontwikkeling. ‘Fibermaxxing is met voldoende wetenschappelijk bewijs onderbouwd. Daardoor wordt deze trend door veel voedingsdeskundigen en diëtisten ondersteund. Als we dat naar Nederland vertalen zien we dat uit onderzoek van de Gezondheidsraad 90 procent van
de Nederlanders te weinig vezels binnenkrijgen. Dit is een ontzettend grote kans om Nederlanders te helpen om gezonder te worden. Maar ook om daar commercieel verder op in te spelen.’
Vincent van Buul, innovatiedirecteur Human Nutrition & Care EMEA bij dsm-firmenich, ziet dezelfde voordelen. ‘De focus op fibermaxxing helpt dat bewustzijn vergroten’, zegt hij. ‘Het is een van de veiligere voedingstrends van de laatste tijd. Vezels zijn goed voor onze darmen. Ze dragen bij aan verzadiging doordat ze water vasthouden en de vertering vertragen. Dat geeft consumenten langer een vol gevoel.’
Vezeltekort
Meer bekendheid over vezels is volgens Marianne Rook, gezondheidsvoorlichter van MDL Fonds, hard nodig. ‘Uit de voedselconsumptiepeiling blijkt dat vrouwen gemiddeld 18 gram vezels per dag binnenkrijgen en mannen 23 gram, terwijl het advies van
de Gezondheidsraad 30 tot 40 gram is. Dat ligt dus duidelijk te laag. Onze voedselomgeving maakt het lastig om gezonde keuzes te maken. Zo is 80 procent van het aanbod in de supermarkt ongezond en zijn vooral ongezonde producten in de aanbieding. Ook de prijs speelt mee: groenten en fruit zijn veel duurder dan ongezonde producten.’
Minder kans op aandoeningen
Dat is zorgelijk, benadrukt ze. ‘Vezels hebben op korte én lange termijn belangrijke voordelen. Ze zijn essentieel voor het microbioom: goede darmbacteriën leven op vezels. Bij het afbreken van bepaalde typen vezels komen stoffen vrij die de darmwand versterken. Ook ondersteunt het microbioom het afweersysteem. Op de langere termijn verkleinen vezels de kans op aandoeningen zoals darmkanker, hart- en vaatziekten en diabetes type 2.’
Tegelijk ziet ze risico’s in de hoeveelheid informatie die online rondgaat. ‘Je weet nooit of adviezen klop-
Tekst Wendy Noordzij
Lucas MetsaarsVincent van BuulMarianne Rook
Tips om in te spelen op fibermaxxing
1 Communiceer helder over vezels: consumenten willen weten hoeveel vezels producten bevatten. Kijk naar voorbeelden als Bolletje en Holie, die duidelijk vermelden hoeveel gram vezels er in hun producten zitten.
2 Kies ingrediënten die natuurlijk vezelrijk zijn: volkorengranen, zaden, noten en peulvruchten passen al in bestaande bakkerijrecepturen en sluiten goed aan op fibermaxxing.
3 Varieer met oplosbare vezels: cichoreiwortelvezels en andere oplosbare vezels kunnen de textuur ondersteunen, vooral in repen, snacks en functionele bakkerijproducten.
4 Begin met kleine stappen: voer het vezelgehalte geleidelijk op. Te veel vezels in één keer kan ongemak geven. Dat geldt voor consumenten, maar ook voor productontwikkeling.
5 Maak de gezonde keuze herkenbaar: productbenamingen en etiketinformatie kunnen duidelijker. Denk aan claims als ‘vezelrijk’, ‘bron van vezels’ of een eenvoudige vezelindex die laat zien hoe het product scoort. Vezels kunnen helpen om het gebruik van suiker te verminderen.
pen. Zo zijn er challenges waarbij mensen ineens heel veel vezels gaan eten. Dat is overdreven en voor veel mensen niet haalbaar. Te snel of in korte tijd te veel vezels eten, kan ongemak veroorzaken, zoals winderigheid of een opgeblazen gevoel, zeker bij mensen met gevoelige darmen. Het is belangrijk om de inname geleidelijk op te bouwen, te variëren met vezelrijke producten en voldoende te drinken.’
Functie van vezels
Naast de gezondheidsvoordelen hebben vezels een belangrijke functie in voedingsproducten, weet Rook. ‘Ze geven structuur, volume en een aangenaam mondgevoel, al kan dat de productontwikkeling lastiger maken.’ De rol van vezels is in uiteenlopende productcategorieën duidelijk zichtbaar. ‘In plantaardige producten zorgen ze voor stevigheid en sappigheid. Vezels kunnen helpen om suiker of vet te verlagen zonder verlies van smaak. In producten waarin dierlijke én plantaardige bestanddelen zitten, houden ze de bite en sappigheid op peil, ook bij een lager aandeel dierlijke ingrediënten. In functionele producten, zoals vezelrijke snacks of graanrepen, ondersteunen oplosbare vezels zoals cichoreiwortelvezels de textuur.’
Innovatie
De grootste innovatiemogelijkheden liggen volgens Van Buul in het combineren van gezondheid, smaak en duurzaamheid. ‘Vezels bieden veel ruimte om gezondere producten te ontwikkelen
zonder dat de eetbeleving hieronder lijdt. Ze zorgen voor body en stabiliteit. In bakkerijproducten, snacks en plantaardige alternatieven kan suiker en vet worden verlaagd met behoud van de juiste textuur. Enzymen, culturen en smaakoplossingen helpen om zachtheid en versheidbeleving te behouden.’
Metsaars ziet op dat gebied overeenkomsten met eerdere voedingshypes, zoals high protein of lowcarb. ‘Vrijwel alle supermarkten bieden producten met extra proteïne, zowel in het product als in de communicatie op de verpakking. Dit zou ook met vezels of extra vezels kunnen. Er komen al meer producten op de markt met claims als ‘vezelrijk’, ‘rijk aan vezels’ of ‘een bron van vezels’. Denk aan ontbijtgranen, repen en crackers. Bolletje is daar een mooi voorbeeld van, met hun vezelrijke crackers en beschuit. Ook Holie’s communiceert duidelijk op de achterkant van veel graanproducten hoeveel gram vezels erin zitten.’ Daarnaast ontstaan nieuwe kansen in andere schappen. ‘Zo heeft Becel bijvoorbeeld een plantaardige spread met haver en vezels gelanceerd.’
Duidelijke communicatie
Rook: ‘Het zou mooi zijn als het aanbod aan écht vezelrijke producten wordt vergroot en als etiketten minder ruimte bieden voor misleidende informatie. Bij brood wordt het vaak duidelijk aangeven of het wit, bruin of volkoren is. Bij crackers of muesli is dat lastiger. Bij dit soort producten moet je altijd
het etiket goed bekijken, en ook letten op de hoeveelheid toegevoegde suikers. Voor consumenten zou het mooi zijn als de gezonde keuze makkelijker wordt gemaakt.’
Van Buul ziet kansen in een vezelindex die helpt om de dagelijkse inname bij te houden. ‘Zo kan de index bijvoorbeeld laten zien hoe dicht iemand bij de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vezels zit. Het is zeer waarschijnlijk, en in sommige gevallen gebeurt het al, dat zo’n index kan worden gebruikt als een hulpmiddel om de vezelinhoud of index te benadrukken. Wanneer de vezelindex wordt weergegeven als een eenvoudig, gemakkelijk te begrijpen getal, kan deze producten onderscheiden (bijvoorbeeld: ‘ons brood scoort 85 op de vezelindex’) en worden gecommuniceerd zonder dat het als een officiële gezondheidsclaim wordt gezien.’
Grote trend
Metsaars verwacht dat vezels net zo groot, of zelfs groter, kunnen worden dan de eiwittrend. ‘Dat komt vooral omdat consumenten, in tegenstelling tot eiwitten, structureel te weinig vezels binnenkrijgen, met alle gevolgen van dien. De grote uitdaging is om consumenten duidelijk te maken waarom ze meer vezels nodig hebben en welke gezondheidswinst ze nu laten liggen. Laten we vanuit de voedingssector onze verantwoordelijkheid nemen door het verhaal vaker te vertellen en meer gezonde producten met voldoende vezels aan te bieden die echt lekker zijn. Daar liggen veel kansen.’
Bakkerij zet zich schrap voor nieuwe wetgeving
‘Verpakkingen horen geen afval te zijn, maar grondstof’
Verpakkingen moeten duurzamer en beter recyclebaar worden, ook in de bakkerij. Strenge Europese regelgeving is onderweg. Reden voor de Nederlands Vereniging voor de Bakkerij (NVB) om in samenwerking met Verpact een bijeenkomst te plannen waarbij grote spelers uit de branche aanwezig waren. ‘Verpakkingen zijn de grondstof voor morgen.’
Hoewel er geregeld algemene informatiesessies over duurzame verpakkingen zijn, blijkt er behoefte te zijn aan bakkerijspecifieke kennis en praktische handvatten over de nieuwe regels. Diverse bakkerijorganisaties vroegen zodoende om een branchegerichte update over duurzame verpakkingen, vooral de grootbedrijven. De aanwezige medewerkers van bakkerijen als Borgesius, Pandriks, Bake Plus en Pré Pain luisterden
op 4 november met grote belangstelling naar de presentaties van Verpact bij de NVB. De deelnemers zijn in hun bedrijven betrokken bij de keuze van verpakkingsmateriaal, zowel vanuit de inkoop, strategie, logistiek als (product)techniek. De nieuwe regels hebben behoorlijke impact op de hele bakkerijketen, zo werd duidelijk. Producenten en importeurs gaan de effecten ervan merken.
Verpact speelt een belangrijke rol in de uitleg van
de regels. In deze organisatie zijn sinds 1 maart 2024 de Stichting Afvalfonds Verpakkingen en de uitvoerende organisaties Nederland Schoon, Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV) en Nedvang vertegenwoordigd.
Complexe Europese wetgeving
Tijdens de presentaties stond de nieuwe en behoorlijk complexe Packaging and Packaging Waste Regulation (PPWR) centraal. Met deze gedetailleerde Europese wet worden flinke stappen gezet op weg naar een duurzame verpakkingsketen.
De PPWR is een complexe wet die voorbereidingen vergt van alle partijen in de keten. Daarom is het volgens Vincent Breedveld (accountmanager producenten & importeurs bij Verpact), zaak om tijdig in de materie te duiken en voorbereidingen te treffen. De verplichtingen gaan op zijn vroegst in op 12 augustus 2026. De nieuwe regels zijn nog niet voor honderd procent vastgelegd; er komen tot en met
Tekst Edwin Rensen Beeld Rensen en archief Bakkerswereld
Vincent Breedveld van Verpact legt uit dat de branche tijdig in de complexe materie moet duiken.De nieuwe regels hebben behoorlijke impact.
2029 zeker dertig aanvullende documenten met daarin nader uitgewerkte wettelijke vereisten. Die krijgen vorm in uitvoeringshandelingen: oftewel de praktische aanpak.
Afvalberg groeit
De complexiteit blijkt alléén al uit de verschillende soorten verpakkingen die in de richtlijnen worden genoemd en waarvoor vers chillende eisen gelden. Bijvoorbeeld: verzendverpakking, afhaalverpakking, primaire productieverpakking, serviceverpakking, verzamelverpakking en de verkoopverpakking. Vooralsnog lijkt de komende regeling voor kleinere bakkers overigens nog weinig impact te hebben: zij vallen onder micro-ondernemingen (zie verderop in dit artikel).
‘De regelgeving is al met al niet heel eenvoudig’, beaamt Vincent Breedveld. ‘En hier en daar is er ook wel kritiek, maar de afvalberg groeit en groeit. Het is dus wel echt nodig om deze regels op te stellen. Het streven is om de verpakkingen binnen Europa volledig circulair en duurzaam te laten zijn, met een minimale impact op het milieu. Het ultieme doel is fossielvrij circulair verpakken in 2050. Verpakkingen horen geen afval meer te zijn, maar de grondstof voor morgen.’
Verpakkingenpaspoort
Bedrijven zullen hoe dan ook hun zogeheten verpakkingenpaspoort op orde moeten hebben vanaf 12 augustus 2026. Daarin moet onder meer vermeld worden welke materialen zijn gebruikt, inclusief gewicht. Het vergt flink wat extra administratie. Verder staat vast dat er meer beperking komt op het gebruik van pfas in verpakkingen. Ook mag de concentratie van zware metalen zoals lood, cadmium, kwik en chroom-6 niet boven 100 mg/ kg uitkomen.
Vanaf 2030 moeten alle verpakkingen recyclebaar zijn volgens design for recycling -criteria en worden ze ingedeeld in recyclingscores (A-D), waarbij D vanaf 2035 verboden is.
Gehalte gerecycled materiaal
Verder is in de nieuwe Europese wetgeving een artikel opgenomen over de minimum inzet van recyclaat. Kunststof verpakkingen moeten vanaf 2030 een minimumpercentage post consumer-recyclaat bevatten, variërend per type verpakking, met verdere verhoging in 2040. De Europese Commissie evalueert uiterlijk in 2028 de milieuprestaties en technologische haalbaarheid van biobased kunststofverpakkingen.
Verpakkingen moeten vanaf 2030 ook zodanig ontworpen zijn dat gewicht, volume en lege ruimte tot een minimum worden beperkt (maximaal 50 procent lege ruimte). Voor herbruikbare verpakkingen gelden minimumdoelstellingen voor hergebruik van
transportverpakkingen, met 40 procent hergebruik binnen de EU en 100 procent binnen één lidstaat, uitgezonderd karton. Consumentenverpakkingen krijgen een geharmoniseerd etiket met materiaalinformatie.
Wie is de producent?
Het is volgens Vincent Breedveld verder heel belangrijk stil te staan bij de verschillende rollen die de PPWR onderscheidt. Partijen in de bakkerijbranche moeten zich afvragen of ze leverancier, fabrikant, importeur, distributeur, einddistributeur dan wel producent zijn, want iedere rol kent een eigen verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid als het gaat om duurzame verpakkingen.
Om een voorbeeld aan te halen: wie is de producent voor serviceverpakkingen? Dat is volgens Verpact de fabrikant, importeur of distributeur die als eerste in een land een verpakking op de markt brengt. En dan is daar nog de onderverdeling in ‘onbedrukt/zonder naam’ en ‘bedrukt/met naam’. Als de verpakking bij een Nederlandse leverancier wordt gekocht (het eerste geval hierboven), wordt de fabrikant of distributeur die eerder in de keten actief is, aangemerkt als producent. Bij koop bij een buitenlandse leverancier is de bakkerij de producent.
Micro-onderneming
Bij een verpakking ‘bedrukt/met naam’ is de producent (bij aanschaf bij een leverancier in Nederland of de EU) de fabrikant zodra de bakker een micro-onderneming is (een onderneming waar minder dan tien personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet of het jaarlijkse balanstotaal de 2 miljoen euro niet overschrijdt).
De bakkerij wordt als producént aangemerkt als de bakkerij geen micro-onderneming is. Bij koop bij een leverancier buiten de EU is de bakkerij hoe dan ook de producent, of het nu gaat om een micro-onderneming of niet.
Wanneer het gaat om de vraag wie producent is van transportverpakkingen is het verhaal duidelijker: in alle gevallen is de verkoper de producent. De bakkerij is dat nooit, ongeacht of deze in Nederland of daarbuiten is gevestigd. Bij de vraag wie de producent voor verpakkingen van ingrediënten is, kan gesteld worden dat de bakkerij dat niet is. De verkoper, ongeacht of deze in Nederland of daarbuiten is, is altijd de producent.
Recyclecheck
De aanwezigen in Wageningen waren het er aan het eind van de dag volmondig over eens dat het goed is tijdig geïnformeerd te worden. Ze gingen onder meer met elkaar in conclaaf over verschillende voorbeeldverpakkingen die werden genoemd. Ongetwijfeld volgen er nog meer sessies die nodig zijn om goed op de hoogte te raken van de Europese verpakkingseisen.
Verpact, bij monde van Rolf van Sprang, senior expert sustainable packaging, adviseerde hen onder meer om de Recyclecheck Verpakkingen alvast toe te passen. Deze is geüpdatet (versie 2026) aan de hand van de nieuwe wet- en regelgeving, verbeterde recyclingmethodes en innovaties in de markt. Bakkerijen kunnen aan de hand van de check voor diverse verpakkingen (vormvaste en flexibele kunststof verpakkingen, glas, metaal en papier en karton en drankkartons) alvast beoordelen of een verpakking goed recyclebaar is in het huidige systeem van inzamelen, sorteren en recyclen.
Aan de hand van een recyletest kunnen bakkerijen beoordelen of hun verpakkingen voldoen aan de regels.
Decemberpiek?
Een vendingmachine helpt je door de drukte heen
Voor bakkers is december een piekmaand. Met de feestdagen in aantocht draait alles om snelheid, gemak en service. De drukte in de winkel kan echter leiden tot lange wachtrijen en extra werkdruk voor het personeel. Een vendingmachine kan dan uitkomst bieden. Maar hoe pak je dat aan?
Vendolution biedt verkoopautomaten aan voor onbemande verkoop van uiteenlopende producten. Deze automaten zijn het hele jaar inzetbaar en komen juist rond de feestdagen goed van pas, vertelt Hanno de Joode namens het bedrijf. ‘Dan hebben consumenten vaak een volle agenda. Ze kunnen hun bestellingen via een webshop of bestellijst doorgeven, maar vervolgens staan ze alsnog in de rij om hun bestelling op te halen.’
Bestelling afhalen
Een verkoopautomaat biedt uitkomst. ‘Waarom geen module plaatsen om producten af te halen?’, zegt De Joode. ‘Je kunt de automaat koppelen aan je webshop en klanten zelfs een tijdslot laten kiezen voor het ophalen. Dat zorgt voor veel meer rust in het bedrijf. Klanten kunnen hun bestelling afhalen op het moment dat het hun uitkomt, zonder te hoeven wachten.’
De Joode benadrukt dat een vendingmachine bakkers veel flexibiliteit geeft. ‘Je verlengt in feite je openingstijden. Ook als de winkel gesloten is, kunnen klanten hun bestellingen ophalen. Stel dat iemand laat thuiskomt van het werk, dan hoeft die persoon niet meer uit te wijken naar de supermarkt. De verse producten liggen klaar in de automaat.’
Extra kansen in december
Voor bakkers biedt de automaat extra kansen in december, benadrukt De Joode. ‘Het maakt niet uit of producten gekoeld of ongekoeld zijn; beide zijn mogelijk. Denk aan kerststollen, luxe broodjes, banket of desserts. Er bestaan automaten met grote lockers, zodat complete bestellingen passen.’
Producten die overblijven, kunnen volgens hem ook buiten openingstijden nog in de automaat worden geplaatst. ‘Zo blijft de versheid behouden en kun je toch extra omzet genereren. Door producten tijdelijk met korting aan te bieden of slimme combideals te maken, stimuleer je bovendien impulsaankopen.’
Lage kosten, hoge service
Een vendingmachine vraagt volgens De Joode een relatief beperkte investering. ‘De aanschaf komt omgerekend neer op ongeveer tien euro per dag’, legt hij uit. ‘Soms zijn er verbouwingskosten als er een extra verkooppunt wordt geopend, maar vaak kan dat mooi gecombineerd worden met een geplande verbouwing.’
Ook de exploitatiekosten zijn beperkt. ‘Een automaat die buiten openingstijden beschikbaar is, kost gemiddeld twee euro per uur. Met de verkoop van een brood of een zakje broodjes verdien je dat al snel terug. Tegelijkertijd verhoog je de service naar je klanten: zij kunnen op ieder gewenst moment verse producten kopen.’
Breder publiek bereiken
Volgens De Joode maken vendingmachines de bakkerij dynamischer. ‘De klant die graag persoonlijk geholpen wordt, bezoekt de winkel. De consument die haast heeft, kiest voor de automaat. En ook mensen die buiten de vaste openingstijden willen kopen, kunnen eenvoudig hun producten meenemen. Zo bereik je een breder publiek en versterk je de band met je klantenkring.’
Voor bakkers die overwegen een vendingmachine te plaatsen, raadt De Joode aan om klein te beginnen.
Automaten zijn te koppelen aan een webshop.
‘Start met een selectie van hardlopers en seizoensproducten, zoals kerststollen en broodjes. Zorg dat de automaat goed zichtbaar is en koppel hem aan je webshop. Zo bied je klanten gemak én creëer je extra omzet.’
Tekst Wendy Noordzij Beeld Ank van Lier
Eenvoud is toch het beste recept
Laatst ging ik met mijn zoon mee naar de open dag van Wageningen Universiteit. Hij weet nog niet precies wat hij wil, maar zet hem in een laboratorium of achter een microscoop en hij gaat meteen ‘aan’. Voor hem was het de eerste keer op zo’n open dag, voor mij voelde het als terugkeren naar mijn eigen basis.
We reden ook langs de Vakschool en het NBC, gewoon om hem te laten zien waar ik ooit mijn opleiding volgde en mijn eerste fulltime baan had. De open dag was een succes. Voor hem, maar ook voor mij. Terwijl hij enthousiast langs proefopstellingen liep, dacht ik: Food Technology... misschien ga ik er zelf ook gewoon aan beginnen. Terug bij Proof vertelde ik erover. Een van mijn bakkers gaf aan in de toekomst misschien ook zo’n studie te willen oppakken. Ik vertelde over de mogelijkheden voor deelcertificaten aan de HAS, maar schrok ook van de kosten. Daarom dacht ik: hoe zou dit gegaan zijn als we nog een sociaal fonds hadden gehad?
Sinds 31 juli is er immers (nog) geen vernieuwd sociaal fonds. Volgens de berichtgeving wordt er gewerkt aan het Fonds Ambachtelijke Bakkerijen, en in de industrie aan het Sociaal Fonds Industriële Bakkerijen. Beide zouden er per 1 januari zijn, terwijl een hele reeks gezamenlijke, kostbare initiatieven die pas kortgeleden opgebouwd waren, weer worden opgedoekt. En dan denk ik – en dat heb ik al eens eerder gezegd: waarom richten we opnieuw niet één maar zelfs twee, hele organisaties op om geld te innen en weer uit te keren? Dat betekent weer dubbele, nieuwe websites met nieuwe afkortingen, strategieën die hernieuwd op papier met nieuw logo worden gezet, en weer mensen shuffelen op plekken met een andere naam. Verspilling? Ach ja, het gaat maar om een paar ton.
Ik begrijp dat sommige dossiers gezamenlijk opgepakt en gefinancierd moeten worden. Maar voor opleiden kan het misschien een stuk pragmatischer. Waarom niet gewoon in de cao afspreken dat werkgevers net als eerder een percentage van het loon reserveren voor (subsidies op) opleidingen? Net zoals met vakantiegeld: je legt het vast, je verantwoordt het. En als je het niet gebruikt, betaal je het uit aan de medewerkers. Dan dwing je werkgever én medewerker écht samen te kijken naar opleidingsbehoeften. Bovendien ontstaat er zo meer gedeelde verantwoordelijkheid: de reservering is gemaakt en is elke maand zichtbaar op loonstrook en loonjournaal. Een friendly reminder om dit ingrediënt in de werkmix niet te vergeten. Soms is eenvoud toch het beste recept.
Vicky Littlejohn is aanjager van Proof Bakery en bakkerij-ondernemer in Amersfoort
‘Verspilling? Ach ja, het gaat maar om een paar ton’
Nico Bloem over het verschil tussen goed en uitmuntend
‘Een goede stol moet je toelachen’
Volgens baktechnisch adviseur Nico Bloem zit het onderscheid tussen een redelijke en een uitmuntende stol in de kleinste details. Alles telt: de positie van de spijs, de kleur van de broodkruim en de korst, de structuur en fijnheid van rijs, het model en de vormgeving, de vulling en de smaakbalans en eeteigenschappen. Hoe zorg je voor de perfecte stol?
Nico Bloem is baktechnisch adviseur bij Dossche Mills en al decennialang een van de vaste gezichten bij de kerststollenkeuringen. Hij is zijn hele loopbaan gefascineerd geweest door gevuld brood. Paasstollen, kerststollen, pinksterstollen, krentenbrood, krentenbollen: hij noemt het zijn ‘voorliefde’. In de stollenjury komt die passie volledig tot zijn recht. ‘Met gevuld brood kun je echt onderscheid maken’, aldus Bloem. ‘Als je kritisch kijkt naar welke bloem je gebruikt, welke hulpgrondstoffen, hoeveel je doseert en hoe je dat samenbrengt in een optimaal proces. Kleine verschillen maken uiteindelijk het verschil van goed naar beter.’ Volgens Bloem begint kwaliteit al bij de basis. ‘Vooral jonge bakkers laat
ik altijd eerst het deeg voelen: wat is slap, wat is stevig en wat is stug? Zorg voor een goede basis voordat je een verdiepingsslag maakt.’
Voorwaarden
Een goede stol moet aan een reeks voorwaarden voldoen. ‘Kijkend naar de receptuur: kies een eiwitrijke kwalitatief hoogwaardige bloemsoort als vertrekpunt. Gebruik vervolgens de juiste hulpgrondstoffen waarbij veelal een type boterstolpoeder of een combinatie van vruchtenbroodpoeder met boter wordt gebruikt. Er zijn meerdere opties.’ Als aan de genoemde voorwaarden wordt voldaan, is dat aan de buitenkant al zichtbaar. ‘De kleur moet fris zijn. Dus niet donker en niet vaal.’
Correct opbollen en aanpunten vooraf is al cruciaal voor een mooi model, benadrukt hij. ‘De dikte van het deeg bij het uitrollen is ook van belang. Deze mag niet te dun worden. Als dat gebeurt, zakt de spijs weg en ontstaat er een zwakke plek achter de spijspil in de broodkruim en korst. De spijs hoort precies op de juiste plek te zitten.’
Daarnaast let Bloem op de vorm. ‘Een stol moet een mooie bolle rug hebben aan de bovenzijde. Dat zegt iets over de rijs, de deegontwikkeling en het uiteindelijke afbakken.’ Een gewijzigd inzicht ten opzichte van vroeger is het afstrijken met heelei direct na het vormen van de kerststol. ‘Deze handeling geeft een enorme verbetering van de korstkleur en de frisheid ervan.’
Tekst Wendy Noordzij Beeld Koos Groenewold
Vulling en smaakbalans
Regionale verschillen spelen nog altijd een rol in Nederland. ‘Traditioneel bestaat de vulling uit rozijnen en krenten, maar een combinatie met noten heeft ook veel meerwaarde. Sinaasappelstukjes of een bepaalde fruitmix kunnen het product uniek maken. Maar er zijn ook regio’s waar bakkers zeggen: mijn klanten willen geen kerstboomverlichting in hun stol.’
Bij het wassen van krenten en rozijnen geeft Bloem nog een belangrijke tip: ‘Zorg dat de gewassen en gewelde vulling goed nagespoeld wordt. De opgeloste suikers worden daarbij weggespoeld. Zo voorkom je dat het vruchtvleeswandje te zwak wordt als gevolg van ‘verstroping’. ‘Ook wordt het kapotdraaien van de vulling bij het doormengen vermeden.’
Een smaakstof als rumcompound kan heel waardevol zijn, is zijn ervaring. ‘Maar alleen als deze goed
Zeven aandachtspunten voor een goede stol
1 Frisse kleur: een goede stol heeft een heldere, frisse kleur aan de binnenzijde. Aan de buitenkant niet te donker en niet vaal.
2 Juiste positie van de spijs: bij het uitrollen mag het deeg niet te dun worden, anders zakt de spijs weg en ontstaat een zwakke plek. De spijs moet precies in het midden liggen.
3 Mooie bolle rug/bovenzijde: de vorm zegt veel over de rijs, de deegontwikkeling en het bakproces. Een stol met een mooie, ronde rug is vrijwel altijd goed ontwikkeld.
4 Goede structuur van het deeg en de broodkruim: het deeg moet niet te slap, te stevig of te stug zijn, en inclusief vulling de juiste temperatuur hebben. De juiste waterdosering en kneedtijd bepalen mede het fundament.
5 Vullingen in balans: rozijnen en krenten vormen de basis, maar noten, sinaasappelstukjes of een type fruitmix kunnen meerwaarde geven. De regionale voorkeur van de klant blijft richtinggevend.
6 Doordachte smaakstoffen: een rumcompound of andere smaakstof kan het product versterken, maar alleen bij optimale dosering. Te veel overheerst, te weinig doet niets.
7 Aantrekkelijke afwerking: lever de poedersuiker er los bij. De stol moet er zó goed uitzien dat hij je toelacht, ook zonder suikerlaag.
gedoseerd is. Gebruik je te veel dan overheerst de smaak; gebruik je te weinig dan is er geen effect.’ Volgens Bloem is dat juist wat stollen bakken zo mooi maakt: het gaat om nuances. ‘De consument merkt het direct als de balans niet klopt.’
Suikerdiscussie
De afwerking speelt eveneens een rol. Hoewel poedersuiker traditioneel is, verandert volgens Bloem dit inzicht. ‘Suiker staat voedingstechnisch ter discussie. Niet alle consumenten willen suiker op hun stol. Daarom adviseer ik om een stol zonder poedersuiker te verkopen en de poedersuiker er los bij te voegen. Het scheelt voor de bakker heel veel werk en dan kunnen de klanten zelf bepalen hoe ze de stol eten. Maar doordat je niet met suiker decoreert, moet de stol er wel extra aantrekkelijk uitzien. Hij moet je als het ware toelachen.’
Een goede stol moet aan een reeks voorwaarden voldoen.
De spijs mag niet wegzakken.
Met centrale directie en scherpere inkoop
Beko wil slagvaardiger worden
Beko Coöperatie werkt aan een slagvaardiger organisatie. Die wordt vanaf 2026 aangestuurd door één centrale directie die momenteel vorm krijgt. De nieuwe strategie legt de nadruk op scherpere inkoop, bundeling van de expertise van de vijf dochterondernemingen en meer oog voor de leden.
Eén factuur, één vrachtwagen is voor nu wat kort door de bocht, maar wel een mooi streven, zegt bestuursvoorzitter Luc van den Burgt. ‘Alleen al logistiek gezien is levering van bijvoorbeeld grondstoffen en verpakkingen met één vrachtauto al een groot voordeel. Zeker met de problematiek van bereikbaarheid in grote steden en in het kader van duurzaam ondernemen. Dat zijn zaken waar we wat mee moeten.’
Eén Beko
De bundeling van expertise geldt voor alle vijf de dochterondernemingen die onder de vlag van Beko Coöperatie werken: Beko Advies, Beko Groothandel, Beko Techniek, Beko Verpakkingen én Stolp International B.V. De organisatie gaat nadrukkelijker opereren als één geheel waarbij elk Beko-bedrijf zijn uniciteit behoudt. Het motto luidt: ‘1 Beko, Samen Sterker voor Morgen’.
De behoeften van de leden zijn leidraad voor alle activiteiten, laat de directie weten in een officiële verklaring. ‘De markt en de wensen van de bakkers veranderen snel. Wij willen daar als organisatie wendbaar en toekomstgericht op inspelen’, aldus ad interim-coöperatiedirecteur Eugène Scholten.
Scherpere prijzen
Door het jaarlijkse inkoopvolume te bundelen en gericht offertes bij leveranciers op te vragen, wil Beko genoemde scherpe prijzen kunnen bieden aan de leden. ‘Dit moet gebeuren zonder concessies te doen aan de kwaliteit van de grondstoffen, verpakkingen of apparatuur’, zegt Van den Burgt. ‘Of het nu gaat om korstdeeg, boter of slagroom – producten waar iedereen iets aan heeft, als je de inkoop bundelt kun je een betere deal sluiten. We willen de scherpste prijs, maar we willen ook kwaliteit; die blijft belangrijk.’
Om aan de wensen van de leden tegemoet te komen, is een Beko-ledenpanel in het leven geroepen op de ledenraadvergadering van 15 september
2025. De panelleden denken in het belang van alle leden actief mee over producten, leveranciers en timing. Zo combineert Beko een scherpe inkoop met sterkere ledenbinding.
Sneller en wendbaarder
Bestuursvoorzitter Van den Burgt is blij met de nieuwe aanpak. ‘We leven in een snel veranderende wereld, alles gaat sneller. Daar moeten we als bakkerij-ondernemers op inspelen. Met één centrale directie ben je sneller en wendbaarder. Zo kunnen we beter als één Beko opereren en zijn we beter in staat om de speerpunten te realiseren.’
‘Beko gaat steviger inzetten op groei, samenwerken en efficiëntie’, aldus Van den Burgt. Zo wordt onderzocht hoe de bestel- en logistieke systemen kunnen worden samengevoegd, net zoals de webshops en andere overkoepelende activiteiten.
‘Dit veranderproces zal niet direct in 2026 klaar zijn, het strategische plan loopt van 2026 tot 2028’, aldus de bestuursvoorzitter.
Tekst Anne Mieke Ravenshorst Beeld Beko
Beko op weg naar meer efficiëntie met een centraal aangestuurde directie.
Bestuursvoorzitter Luc van den Burgt.
Jeugdkampioen Boulanger Sander Loman:
‘Ik ben in hart en nieren een broodbakker’
De 21-jarige Sander Loman won tijdens het NK Jeugdvakwedstrijden 2024 de eerste prijs in de categorie Boulanger. Zijn liefde voor het vak begon al op de basisschool. Die liefde drijft hem nog steeds nu hij bij de glutenvrije bakkerij van Bakker Borgesius op Tholen werkt. ‘De passie zit heel diep.’
De liefde voor het bakkersvak zat er bij Sander Loman al vroeg in. Hoewel hij niet uit een bakkersfamilie komt, wist hij al jong dat hij de bakkerij in wilde. ‘Van kleins af aan was bakken mijn hobby. Op de kleuterschool vond ik de keuken het leukste deel van de speelhoek en ik was gek op koekjes maken.’
Van vmbo tot hbo
Niet gek dus dat hij na de basisschool koos voor het vmbo HBR (Horeca, Bakkerij, Recreatie) en als bijbaantje zeven jaar lang op de bakkerij-afdeling van de Plus werkte. Hij volgde de mbo-opleiding Brood & Banket in Middelburg en daarna mbo 4 Boulanger in Breda. ‘En nu zit ik in het eerste jaar van de hbo-opleiding Food, Business & Innovation in Vlissingen, een tweejarige opleiding waarmee ik mij verder wil verbreden’, vertelt hij.
Toch blijft zijn hart bij het brood liggen. ‘Ik ben in hart en nieren een broodbakker’, zegt hij trots.
‘Brood is een natuurproduct. Elke keer dat het uit de oven komt, geeft dat een gevoel van voldoening. Als je weet wat je ermee kunt, is er zo veel mogelijk.’
Creativiteit en vakmanschap
Tijdens het NK Jeugdvakwedstrijden 2024 kwam zijn creativiteit volop naar voren. Hij werd bekroond tot winnaar in de categorie Boulanger. ‘Een van mijn persoonlijke favoriete producten was een bietenbroodje: ik verving het water door rodebietensap en combineerde dat met pompoenpitjes en geitenkaas. Het zag er niet alleen mooi uit, maar smaakte ook geweldig.’
Sander vond het een spannende strijd. ‘Ik had mijn hoop eigenlijk op de derde plek gevestigd, de concurrentie was echt sterk.’
‘Elkaar helpen’
De wedstrijd bracht meer dan alleen een prijs. ‘Na afloop hebben we met de deelnemers recepten uitgewisseld en elkaar advies gegeven. Dat vond ik zo waardevol en leerzaam. Zo had ik bijvoorbeeld een pistachebrioche met een zelfgemaakte frambozenvulling gemaakt. Iemand anders had een ander recept voor die vulling, waarna we samen dat recept hebben verbeterd. Ik heb met sommige deelnemers nog steeds weleens contact. We moeten elkaar helpen in dit vak.’
Leren op industriële schaal
Sinds september 2025 werkt hij als junior QA/ QC-medewerker (Quality Assurance/Quality Control) bij Bakker Borgesius op Tholen. Daar voelt Sander zich helemaal op zijn plek. ‘Ik leer hier ontzettend veel. De schaalgrootte, de machines, de manier van
Tekst Rosita van der Kwaak Beeld Sander Loman/Borgesius
Samen met bakkerijmanager Wim Sebregts.Sanders winnende showtafel in 2024.
Aan de slag als kwaliteitsmedewerker.
werken, alles is nieuw voor mij. Ik hou me bezig met productkwaliteit en hygiëne. Ik zit veel op kantoor, maar help ook in de productie.’
In Tholen worden glutenvrije producten gemaakt, in de andere vestigingen van Borgesius niet. ‘Het proces is daardoor compleet anders dan ik gewend ben’, vertelt hij, ‘maar het is voor mij ook de perfecte kans om te leren. De glutenvrije markt is nog aan het groeien dus ik zie hier zeker een groot voordeel in.’
Zeeuwse bolus
Over de toekomst van het vak is hij realistisch: ‘Ik denk dat de toekomst in de industriële bakkerij ligt, al blijft het ambacht het mooiste wat er is. Die passie zit heel diep. In het buitenland moet ik altijd even langs de bakker, zeker in Frankrijk of Italië. Er gaat niets boven een Italiaanse ciabatta.’
In Nederland is er voor hem maar één mooiste product: ‘De traditionele Zeeuwse bolus, dat blijft
het mooiste product dat er is. Die is niet met een machine te maken, het blijft handwerk.’
Over zijn persoonlijke droom hoeft hij niet lang na te denken. ‘Misschien ooit mijn Meestertitel Boulanger halen. Maar ik zie mezelf hier over twintig jaar ook nog wel werken. Ik ben heel tevreden.’
Jong & Gedreven
In de rubriek Jong & Gedreven interviewt Bakkerswereld jongeren uit nieuwsgierigheid naar hun motivatie en drijfveren om bakker, banketbakker, chocolatier, leidinggevende of zelfs ondernemer te worden. In deze aflevering Sander Loman. Hij werd kampioen Boulanger tijdens het NK Jeugdvakwedstrijden in 2024. Sander denkt dat de toekomst van het vak bij de industrie ligt, maar koestert ook het ambacht.
Sander Loman controleert de producten in de glutenvrije bakkerij van Borgesius. Hij werkt ook mee in de productie.
Als ode aan het Brabantse worstenbroodje
Van Lieshout lanceert thema-kerstbal
Bakkerij Floor van Lieshout uit Tilburg introduceert een nieuw, echt Brábants kerstornament: de worstenbroodkerstbal. Met deze bijzondere kerstdecoratie brengt de bakkerij een eerbetoon aan het meest geliefde streekproduct van de provincie.
De culinaire provinciale lekkernij is in 2016 erkend als immaterieel cultureel erfgoed, maar als kerstversiering ontbrak het worstenbroodje nog tussen de vele kerstballen van croissants, macarons en andere zoete lekkernijen. Daarin brengt Bakkerij Floor van Lieshout nu verandering.
De Brabantse bakker wist volkszanger en stilist Roy Donders te strikken voor de promotievideo van de worstenbroodkerstbal. Een goede zet voor de verkoop, ‘want wie Brabant zegt, zegt worstenbrood’, aldus Floris van Lieshout.
Brabantse kerst(boom)
‘Het begon als een ludiek idee voor het personeel, maar hoe meer we ermee bezig waren, hoe enthousiaster we werden’, vertelt mede-eigenaar Floris van Lieshout. ‘Want wat is een Brabantse kerst zonder worstenbroodje op tafel én in de boom?’
Aan de hand van verse worstenbroodjes uit de bakkerij is een ontwerper aan het werk gezet. Na
verschillende dummy’s was er uiteindelijk een nagenoeg perfect schaalmodel van het worstenbroodje. Floris: ‘Dit model is omgezet in handgeblazen glazen kerstballen. Goudkleurig aan de zijkanten en mooi gebruind aan de boven- en onderkant. Alsof je er direct een hap van kunt nemen.’
De aanpak
Om eerst af te tasten hoe het concept gaat lopen, is gekozen voor een exclusieve lijn met een beperkt aantal worstenbroodkerstballen. Floris: ‘Het is spannend om zo’n idee tot leven te zien komen. Van de schetsen en kleimodellen tot de daadwerkelijke kerstbal. Wij zijn er trots op, maar hopen vooral dat het een kerstbal is die elke Brabander een glimlach op het gezicht tovert. Des te leuker dat we niemand minder dan Roy Donders hebben gestrikt als gezicht van deze actie.’
De kerstbal past in de groeiende trend om allerlei kleurrijke en smakelijk uitziende ornamenten in de kerstboom te hangen. Floris sluit ook niet uit dat hij
De jongste generatie
Roy Donders promoot de worstenbroodjeskerstbal.
in de toekomst meer vergelijkbare items lanceert. ‘Deze kerstbal is zo goed gelukt dat het zeker naar meer smaakt.’
Met de hand geblazen
De worstenbroodkerstdecoratie is sinds 10 december verkrijgbaar in de winkels van Bakkerij Floor van Lieshout. Omdat elke bal met de hand wordt geblazen, is de oplage beperkt en bedraagt de prijs € 10,95 per stuk. Wie zeker wil zijn van een exemplaar, kan er een reserveren via de url bakkerfloorvanlieshout.nl/kerstactie. Klanten met een spaarpas kunnen kruimels (spaarpunten) inwisselen voor 5 euro korting.
Over Bakkerij Floor van Lieshout
Overgrootvader Harrie van Lieshout begon het familiebedrijf in 1922. Ruim honderd jaar later runt Floris het bedrijf samen met zijn ouders Floor en Maaike en zijn broers Lars, Jan Willem en Max. De bakkerij telt intussen 22 winkels in en om Tilburg.
Tekst Anne Mieke Ravenshorst Beeld Bakkerij Floor van Lieshout
Van Lieshout nam met zanger Roy Donders een video op.
Verkoop via het web maakt het
verschil
Brood en banket verkoopt ook online
Als marketing- en communicatiespecialist bij de NBOV spreek ik dagelijks ambachtelijke bakkers die zeggen: ‘Ik heb het al druk genoeg in de winkel.’ Dat snap ik. Toch zien we dat klanten steeds vaker online kiezen waar ze brood, gebak of een lunch bestellen.
Klanten zoeken via Google, kijken op Instagram of Facebook en lezen reviews. Wie daar niet te vinden is, mist kansen. Daarom deel ik graag een paar praktische tips om met sociale media en verkoop via het web te starten of dit te verbeteren. Kies om te beginnen één of twee kanalen die bij je klanten passen. Voor veel bakkers werkt Facebook goed om lokaal zichtbaar te zijn en om verkoopacties te doen. Instagram is er voor mooie beelden en voor jongere doelgroepen. Zet er altijd je openingstijden, adres en een duidelijke link naar bestellen bij.
Van volgers naar bestellers
Op sociale media aanwezig zijn is stap één, maar webverkoop maakt het verschil. Met een webshop kunnen klanten op elk moment bestellen: ’s avonds op de bank of snel in de pauze. Denk aan taarten voor verjaardagen of klik-en-haal-op voor de lunch. Begin klein. Zet je best verkochte producten online en breid later uit. Zorg dat je foto’s duidelijk zijn en
Voordeel voor NBOV-leden
Een webshop of bestelapp opzetten hoeft niet ingewikkeld te zijn. NBOV biedt Bakeronline aan ter ondersteuning, een wereldwijde marktleider in gepersonaliseerde webshops, websites en bestelapps voor bakkers. Bakeronline helpt je om bestellingen sneller te verwerken en je online omzet te vergroten. NBOV-leden krijgen 20 procent korting op de eenmalige inrichtingskosten en 10 procent korting op de maandelijkse licentie. Wil je meer weten? Ga naar www.nbov.nl.
dat de klant in drie klikken kan afrekenen. Hoe makkelijker het gaat, hoe vaker mensen terugkomen.
Nieuwe trends
Er is online veel handige informatie te vinden over marketing, communicatie en nieuwe trends. Denk aan sites zoals Frankwatching met artikelen, workshops en trainingen over sociale media, webverkoop en het gebruik van AI. AI kan je bijvoorbeeld helpen met het bedenken van ideeën voor het maken van posts, het schrijven van korte teksten of het plannen van content.
Wat doet de NBOV?
De NBOV werkt samen met de overheid en organisaties binnen en buiten de bakkerijbranche om de belangen optimaal te behartigen in Den Haag, Brussel, lokaal en tijdens cao-onderhandelingen. Hoe meer ondernemers lid zijn, hoe meer de NBOV voor ambachtelijke bakkers kan betekenen.
Tekst Romy Rapis Beeld Shutterstock
De basis van elk bedrijf: de cultuur
Geheim ingrediënt van elke succesvolle bakkerij
Vraag een willekeurige bakker wat de basis is van zijn bedrijf en de kans is groot dat hij iets zegt over receptuur, vakmanschap, kwaliteit of klantrelatie. Allemaal waar. Maar er is iets wat vaak onzichtbaar blijft, terwijl het alles met elkaar verbindt: de bedrijfscultuur.
De manier waarop mensen met elkaar samenwerken, elkaar vertrouwen, elkaar corrigeren, ondersteunen en inspireren. Het is misschien niet te wegen, te meten of op voorraad te leggen, maar in de bakkerij is het net zo essentieel als meel, water en gist. De bakkerijbranche is een wereld van vroeg opstaan, precisiewerk, vakmanschap en teamwork. Productie, winkel, logistiek, verkoop. Zoals altijd staat elke schakel in verbinding met de andere. Iedereen weet: als één onderdeel breekt, breekt de ketting.
Onzichtbaar fundament
Daarom draait het in een bakkerij niet alleen om machines en recepten, maar vooral om mensen. Om hoe ze met elkaar omgaan, hoe ze samenwerken, hoe ze beslissingen nemen en hoe ze omgaan met druk, fouten of veranderingen. Dat geheel noemen we bedrijfscultuur. Het is het onzichtbare fundament onder de kwaliteit die de klant ziet… en proeft.
Cultuur ontstaat niet tijdens vergaderingen, maar op de werkvloer. In de bakkerij, in de winkel, in de
kantine, tijdens de vroege shift. Het gebeurt wanneer een ervaren bakker een leerling helpt bij de juiste vouwtechniek van croissants. Bij de winkelmedewerker die nét wat extra aandacht geeft aan een vaste klant. Of bij collega’s die elkaar helpen op een chaotische zaterdagochtend zonder dat iemand het hoeft te vragen. Dat is de ziel van het bedrijf. Het is geen tekst op de website, geen poster aan de muur, maar zichtbaar in gedrag.
Weerbaar
Een sterke cultuur maakt een team weerbaar, zeker nu de bakkerijsector onder druk staat. Personeelstekort, stijgende grondstofprijzen, veranderende consumentverwachtingen, automatisering. Er komt van alles op bakkers af. In tijden van verandering wordt het verschil zichtbaar tussen bedrijven die alleen functioneren bij mooi weer, en bedrijven die veerkrachtig blijven. Want als collega’s elkaar vertrouwen, als er liefde voor het vak is, en gemeenschappelijk belang en verantwoordelijkheid, dan beweegt iedereen mee met veranderingen zonder dat je daar dikke handboeken of ingewikkelde protocollen voor nodig hebt.
Maar wat gebeurt er als die cultuur verwatert? Het begint vaak subtiel. Nieuwe medewerkers voelen zich niet echt onderdeel van het team. Productie en winkel praten minder met elkaar. ‘Ons brood is goed genoeg’ wordt de norm, in plaats van ‘we willen het beste’. Mensen doen hun taak, maar voelen minder binding met het geheel. Zoals een bakker ooit zei: ‘Dan heb je nog wel medewerkers, maar geen vakmensen meer.’ Dat is het verschil tussen een team en een groep mensen die toevallig op dezelfde plek werkt.
Tekst Gert Jan van Egmond en Jan Buitelaar Beeld Shutterstock
Het draait in de bakkerij vooral om mensen.
Trots en inspiratie
Een bedrijf met sterke cultuur straalt iets uit dat veel verder gaat dan het product. Klanten voelen het. Medewerkers voelen het. Je ‘proeft’ het in de winkel, je ziet het in de glimlach van de verkoopmedewerker en je merkt het aan hoe trots mensen zijn op hun werk. En juist dát maakt dat medewerkers blijven, leren, groeien en bijdragen aan vernieuwing. Want wie zich gezien voelt, durft ideeën te delen. Wie zich verbonden voelt, wil verbeteren. En wie trots is op het vak, inspireert anderen. Cultuur is dus geen sfeer of gezelligheid. Het is strategie. Het bepaalt hoe snel kennis wordt overgedragen, hoe beslissingen worden genomen, hoe fouten worden opgelost en hoe je omgaat met klanten, leveranciers en collega’s. Sterker nog: cultuur beslist of een bedrijf groeit of vastloopt. Niet omdat processen of machines falen, maar omdat verbinding ontbreekt.
Menselijke maat
Leiderschap speelt daarbij een cruciale rol. In de bakkerij is leiderschap zichtbaar, tastbaar en met de menselijke maat. Het zit niet in rapporten of manage-
menttaal, maar in gedrag. In op tijd beginnen, luisteren, vragen, uitleggen, corrigeren, waarderen. Mensen volgen geen functie, maar een voorbeeld. Cultuur is uiteindelijk wat medewerkers doen als niemand kijkt, maar het wordt gevormd door wat ze elke dag zien. Kun je cultuur sturen? Ja, maar niet met instructies. Cultuur vraagt aandacht, tijd en bewuste keuzes. Organiseer momenten van ontmoeting. Laat mensen trots zijn op wat ze maken. Vier successen, leer van fouten en praat niet alleen over brood, maar ook over wat de bakkerij als menselijk bedrijf bijzonder maakt. Niet alleen werken, maar verbinden. Niet alleen produceren, maar trots ontwikkelen.
Waar sta je voor?
De vraag is dus niet: wat bak je? Maar: waar sta je voor? Wat bindt jullie? Waarom ga je elke ochtend vroeg je bed uit? In een wereld waarin alles sneller, digitaler en efficiënter wordt, is juist dat menselijke element je onderscheidend vermogen. Machines kunnen deeg kneden, programma’s kunnen planningen maken, maar het vakmanschap, het plezier en de trots van mensen kun je niet automatiseren. Cultuur is misschien niet zichtbaar op de balans, maar
het bepaalt wel de waarde van je bedrijf. Het is niet iets voor erbij. Het is de basis. Het is niet de decoratie op het brood, het is het gist. Hoe bakt u?
Jan Buitelaar, Resultsplus
Jan Buitelaar is de man achter Resultsplus in Bodegraven. Vanuit de dagelijkse praktijk is hij in staat problemen binnen de bedrijfsvoering te onderkennen en verbeteringen aan te dragen. De exploitatie van de bakkerij kent voor hem geen geheimen.
Gert Jan van Egmond, Juristvoordebakker.nl
Gert Jan van Egmond is bedrijfsjurist en gespecialiseerd in juridisch advies voor ondernemers in het midden- en kleinbedrijf. Met Juristvoordebakker.nl richt hij zich in het bijzonder op de ambachtelijke bakkerij.
Cultuur ontstaat niet tijdens vergaderingen, maar op de werkvloer.
Over fysieke, mentale en sociaal-emotionele vitaliteit
Vitaal blijven: hoe doe je dat in de praktijk?
We weten allemaal dat het belangrijk is om goed voor jezelf te zorgen, maar hoe doe je dat: vitaal blijven? Met vroege werktijden, fysiek werk en piekdrukte rondom weekenden en feestdagen, is aandacht voor vitaliteit in de bakkerij van belang.
Vitaliteit gaat volgens onderzoeksinstituut TNO om drie dingen: energie, motivatie en veerkracht. Het gaat dus niet alleen over fit zijn, maar ook over je prettig voelen, plezier hebben in je werk en kunnen omgaan met stress of tegenslag.
Vitaliteit gaat over hoe je je op dit moment voelt én wat je aankunt. Een vitale medewerker heeft genoeg energie om zijn werk goed uit te voeren, kan meebewegen met veranderingen en houdt ruimte over om te genieten van vrije tijd en hobby’s. In de bakkerij is vitaliteit belangrijk voor zowel medewerkers als werkgevers. Vergeleken met minder vitale medewerkers, zijn vitale medewerkers productiever, creatiever en meer betrokken. Bovendien zijn ze minder vaak ziek en blijven langer inzetbaar. Dat draagt direct bij aan een stabiele bedrijfsvoering en aan een goede kwaliteit van het eindproduct.
Vitaliteit wordt onderverdeeld in fysieke vitaliteit, mentale vitaliteit en sociaal-emotionele vitaliteit.
Fysieke vitaliteit
Fysieke vitaliteit gaat over wat je lijf aankan. In de bakkerij is dat een belangrijke pijler. Het werk vraagt veel van het lijf: veel staan, tillen, sjouwen, warmte en soms lange dagen. Om fysiek vitaal te blijven, moet je zorgen voor voldoende beweging, gezonde voeding en voldoende rust en herstel. Veel
bakkers denken dat ze door het vele fysieke werk automatisch genoeg bewegen. Toch is dat niet altijd zo. Het werk bestaat vaak uit repeterende bewegingen: deeg kneden, platen tillen, broden inschieten. Dit kan leiden tot eenzijdige belasting. Variatie in beweging, korte pauzes en bewuste oefeningen kunnen klachten helpen voorkomen. Dit kan bevorderd worden door werkzaamheden af te wisselen binnen het team. De inzet van hulpmiddelen voor zwaar tilwerk, zoals karretjes, kunnen de fysieke belasting verminderen.
Goede, voedzame maaltijden en voldoende drinken zorgen voor een stabiele bloedsuikerspiegel en meer uithoudingsvermogen. Door op de werkplek gezonde voeding aan te bieden, zoals volkorenproducten, groenten en fruit, is het gemakkelijker om een goede balans te houden. Uiteraard is ook herstel van belang.
Eerder verschenen al artikelen over je biologische klok en wat je kunt doen om de effecten van onregelmatige diensten en nachtwerk hierop in de hand te houden. Het lichaam is van nature niet ingesteld op onregelmatigheid en actief zijn in de nacht, maar een goed afgestemd eet- en slaapritme draagt bij aan een goed herstel.
Mentale vitaliteit
Mentale vitaliteit gaat over hoe je je hoofd fit houdt. Het bakkersvak vraagt aandacht, planning en creativiteit. Hoe ga je om met drukte, bijvoorbeeld rond
Als je gevoel van betekenis ervaart, geeft dat energie en motivatie
de feestdagen? Hoe reageer je op onverwachte situaties, zoals een kapotte oven of een zieke collega? En hoe blijf je plezier houden in vernieuwen en verbeteren?
Een mentaal vitaal team heeft ruimte voor ideeën en werkt in een sfeer waarin fouten gemaakt mogen worden, zolang je ervan leert. Dat maakt het werk leuker én motiveert medewerkers om mee te denken. Laat medewerkers bijvoorbeeld meedenken over nieuwe broodsoorten of bijzondere producten voor themaweken. Dat zorgt voor betrokkenheid en doorbreekt de dagelijkse routine. Ook duidelijke communicatie is belangrijk. Wanneer iedereen weet wat er van hem of haar wordt verwacht, geeft dat rust en overzicht. Onzekerheid en onduidelijkheid kosten juist veel energie.
Sociaal-emotionele vitaliteit
De sociale kant van vitaliteit draait om hoe je je voelt in de samenwerking met anderen. In de bakkerij ben je veel met collega’s samen. Dat betekent dat de sfeer op de werkvloer van grote invloed is op hoe je de dag begint en afsluit. Een team dat elkaar vertrouwt en helpt, kan veel meer aan. Even vragen hoe het met iemand gaat, een compliment geven of elkaar helpen bij drukte kan al een groot verschil maken.
Bij spanningen is het belangrijk om ze tijdig te bespreken, voordat irritaties uitgroeien tot echte problemen. Ook humor, gezelligheid en kleine tradities helpen. Denk aan samen een koffiemomentje, een broodproeverij of zo nu en dan een teamuitje.
Zingeving
Zingeving is een belangrijke motivator voor vitaliteit. Als je weet waarvoor je je bed uitkomt en aan je
Tekst Eveline Janse Beeld Shutterstock
gezondheid werkt, wordt alles eenvoudiger om het vol te houden. Zingeving wordt weleens gezien als iets zweverigs, maar in de praktijk is het heel concreet: het gaat over het gevoel dat je werk ertoe doet. In de bakkerij maak je iedere dag producten waar mensen blij van worden, waar gezinnen mee ontbijten en waar feestdagen mee gevierd worden. Dat is waardevol werk. Als je dat gevoel van betekenis ervaart, geeft dat energie en motivatie. Mensen zijn trots op hun vak en daar ligt een belangrijke bron van vitaliteit. Je kunt zingeving versterken door medewerkers te betrekken bij productverbetering, ruimte te geven voor nieuwe ideeën, samen acties op te zetten voor de buurt of een goed doel, en door successen te vieren. Een teamactie kan leuk zijn: brood doneren aan de lokale voedselbank, of samen een product bedenken waarvan een deel van de opbrengst naar een vereniging gaat. Het draagt bij aan trots, plezier en een gevoel van verbinding.
Aan de slag met een vitaliteitsplan
Een vitaliteitsplan helpt om structureel aandacht te geven aan welzijn en energie op de werkvloer. Dat hoeft geen dik document te zijn; een praktisch plan werkt vaak beter. Een goed vitaliteitsplan bevat ideeën om medewerkers zowel op teamniveau als individueel te ondersteunen om vitaal te blijven. De thema’s fysieke, mentale en sociaal-emotionele vitaliteit krijgen hier een plek in.
Op teamniveau kun je een workshop aanbieden, of een gezondheidscheck waarin deze onderwerpen zijn opgenomen. Maar denk ook aan het stimuleren van beweging door een fietsplan of gezond eten op de werkplek.
Balans
Een goede werk-privébalans is voor iedere medewerker belangrijk om vitaal te blijven. Hoe een ideale werk-privébalans eruitziet, verschilt sterk per persoon en is ook afhankelijk van de levens-
fase van iedere medewerker. Vraag daarom zeker ook aan medewerkers zelf waar behoefte aan is. Zo voorkom je maatregelen waar niemand op zit te wachten, en maak je ruimte voor oplossingen die écht bijdragen aan de vitaliteit. Zo lever je ook op het werk een bijdrage aan de vitaliteit van je medewerkers. En dat zie je terug in de kwaliteit van het werk én in het werkplezier.
Eveline Janse schrijft in opdracht van Veilig en Gezond in het bakkersbedrijf
Wil je meer lezen over veilig en gezond? Kijk dan op de website: bakkerswereld.nl
Mentale fitness is van belang om productief, creatief en betrokken te zijn en te blijven bij het bedrijf.
Traditie, techniek en strenge kwaliteitseisen
Dresdner Christstollen
In Dresden heeft de kerststol een bijna mythische status. De Dresdner Christstollen moeten voldoen aan hoge eisen die sinds 1991 zijn vastgelegd door de vereniging die deze specialiteit beschermt: de Schutzverband Dresdner Stollen. Meesterbakker en broodsommelier Tino Gierig van het Dresdner Backhaus is een expert op het gebied van deze beroemde stollen.
Tekst Allard van Gent Beeld Jie Lu
De stol duikt in Duitsland in 1474 voor het eerst in de bronnen op. Destijds gold het nog als een gebak voor de vastenperiode. Het gebruik van boter was in de vastentijd verboden. De Saksische keurvorsten Ernst von Sachsen en Albrecht der Beherzte waren daar niet blij mee. Het personeel en de soldaten kregen buikpijn van de lijnolie waarmee de stollen werden gemaakt. Ze schreven een brief naar de paus met het verzoek boter voor de stollen te mogen gebruiken. Het antwoord van de paus in de beroemde Butterbrief uit 1491 ligt vandaag de dag in het archief van de Saksische stad Freiberg.
Koninklijk gebak
Bijna honderd jaar later werd de stol uit Dresden uitgeroepen tot koninklijk gebak. Een ander memorabel jaartal is 1730, waarin de excentrieke koning
van Polen en grootvorst van Litouwen August de Sterke een stol van 1800 kilo liet bakken om te laten zien wat hij allemaal kon. Hiervoor moest een speciale oven worden gebouwd. De stol werd gebakken door de Dresdense bakker Johann Andreas Zacharias en zestig bakkersknechten. De stol was ongeveer zeven meter lang, drie meter breed en dertig centimeter dik. Op een door acht paarden getrokken wagen van de bakkerij werd hij naar het beroemde kamp van de koning gebracht. Vandaag de dag worden de Dresdense stollen door ongeveer honderd bakkerijen in en rondom Dresden gebakken. Die productie in Dresden en directe omgeving is een van de eisen waaraan de Dresdner Christstollen® moet voldoen. Daarnaast moet hij bestaan uit minimaal 50 procent boter, 65 procent rozijnen, 30 procent sinaasappelsnippers en citroensnippers en 15 procent zoete en bittere amandelen.
Expert
Meesterbakker en broodsommelier Tino Gierig van het Dresdner Backhaus is een expert op het gebied van deze beroemde stollen. Hij geeft ook workshops Dresdner Stollen bakken. Daarin legt hij onder andere uit dat in deelstaat Saksen een bijzondere uitzondering bestaat voor het gebruik van bittere amandelen bij de bereiding. ‘Bij ons in Saksen mogen we bittere amandelen gebruiken’, zegt hij. ‘In andere deelstaten vallen bittere amandelen onder de wetgeving voor giftige stoffen (Giftschutzgesetz), waardoor ze alleen via apotheken of reformwinkels verkrijgbaar zijn.’
Traditioneel wordt de Dresdner kerststol op basis van gist gemaakt. Een groot verschil met de Nederlandse kerststol is het gebruik van amandelspijs. Gierig vindt de spijsrol maar niks. Volgens hem lijdt
De deegstukken worden opgebold.
de smaak van alle andere ingrediënten hieronder. Hij verwerkt de amandelspijs volledig in het deeg. ‘Daardoor verhoog je het amandelgehalte en verlaag je het suikergehalte’, aldus Gierig.
Californië
Daarnaast gebruikt de broodsommelier voor zijn Dresdner Stollen zoete amandelen uit Californië, snippers van de bittersinaasappel (pomerans) en van de cederappel. Dat vermengt hij met suiker en een speciaal kruidenmengsel voor stollen. Dat bestaat uit kardemon, vanille, koriander, foelie en tonkabonen. Als zout gebruikt hij altijd zeezout, voor het raspen een Microplane-rasp.
Na het bakken komt er een borstel aan te pas om de warme stol met gesmolten boter in te smeren.
Tino Gierig is een grootmeester in de bereiding van de kostbare stollen. Foto: Michael Schmidt
Gierig: ‘Als je denkt: dit is genoeg, dan ga je er nog eens flink met de borstel overheen.’ Vervolgens wordt de stol rijkelijk met kristalsuiker bestrooid.
‘Dat vormt de beschermende laag – de traditionele verzegeling van de stollen’, zegt Gierig. Een dag later volgt de definitieve bezegeling met poedersui-
Receptuur & bereiding
ker. De stollen rijpen minimaal drie weken voordat ze worden verkocht. Daarna wordt hij met de dag beter, omdat de aroma’s zich blijven ontwikkelen. Ze zijn minstens een halfjaar houdbaar en eenmaal aangesneden nog drie tot vier weken eetbaar, mits koel, droog en donker bewaard.
Opmerking: in dit recept wordt de melk bereid uit melkpoeder en water. Waar in de werkwijze ‘melk’ staat, gaat het dus om deze melkpoederoplossing.
Ingrediënten
Voordeeg
• 0,120 kg tarwebloem type 405
Deeg
• 0,245 kg voordeeg
• 0,360 kg tarwebloem type 405
• 0,240 kg boter
• 0,060 kg citroensnippers
• 0,030 kg sinaasappelsnippers
• 0,045 kg zoete amandelen, fijngehakt
• 0,008 kg bittere amandelen
• 0,050 kg amandelspijs (Marzipanrohmasse)
Werkwijze
• 0,045 kg suiker
• 0,008 kg vollemelkpoeder
• 0,008 kg citroenschillenpasta (mix met stollenkruiden)
• 0,005 kg zeezout
• 0,040 kg water
• 0,450 kg rozijnen
• 0,070 kg rum
Vulling (voorbereiding): laat alle rozijnen een dag van tevoren in rum weken en volledig intrekken.
Voordeeg
Meng voor het voordeeg de eerste componenten – meel, de melkoplossing en gist – in een kom en laat dit mengsel ongeveer 40 minuten rijpen.
Hoofddeeg
Meng de overige ingrediënten, behalve de rozijnen, met de boter tot een samenhangend deeg. Kneed het deeg tot het volledig homogeen is. Pas wanneer het deeg compleet klaar is, worden de in rum gedrenkte rozijnen voorzichtig door het deeg heen gewerkt, zodat ze heel blijven. Laat het deeg nu 10 minuten ontspannen voordat het verder verwerkt wordt.
Vormen & rijzen
• Verwarm de oven voor op 210°C hete lucht.
• Vorm van het deeg een typische stol en leg deze met de naad naar beneden op een bakplaat.
• Laat de stol opnieuw 10 minuten rusten.
• Snijd de stol met een scherp mes over de lengte circa 0,5 cm diep in – dit geeft de karakteristieke vorm.
Bakken
Schuif de stol in het midden van de oven en verlaag de temperatuur meteen naar 165°C. Na 2 minuten wordt een houten lepel tussen de ovendeur geklemd om het vocht te laten ontsnappen. Bak de stol in totaal ongeveer 50 minuten tot hij goudbruin is.
Afwerking
Zodra de stol uit de oven komt, begint de belangrijkste smaakfase:
1 Zwarte en te donkere rozijnen worden verwijderd: dit voorkomt een bittere smaak.
2 De warme stol wordt royaal bestreken met gesmolten geklaarde boter (Butterschmalz): dit gebeurt in meerdere lagen voor een optimale houdbaarheid en aroma-opbouw.
3 Daarna wordt de stol meerdere keren door kristalsuiker gerold en van boven bestrooid. De volgende dag wordt de stol licht bestoven met poedersuiker.
Stollenseizoen
In Dresden begint het stollenseizoen begin oktober en eindigt ongeveer op 10 december. Gierig: ‘Dit jaar zijn we al eind augustus begonnen met bakken vanwege de lange transporttijden naar de VS, maar dat is een logistieke uitzondering, geen standaard.’
De Dresdner kerststol is een ware kassakraker. Volgens Gierig maakt hij zo’n tien procent van de jaaromzet uit. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er jaarlijks 5,4 miljoen Dresdner Stollen in de Saksische hoofdstad worden geproduceerd, verdeeld over de circa 95 bakkerijen die zijn aangesloten bij de vereniging die de merknaam beschermt. Daarbij moet worden aangetekend dat de twee grote bakkerijen Reimann en Dr. Quendt twee derde hiervan voor hun rekening nemen.
De Dresdense stollen zijn flink duurder dan de stollen in Nederland. In het Dresdner Backhaus gaat een kilo voor €39,50 over de toonbank. Dat komt deels door de verplichte hoeveelheid ingrediënten van hoge kwaliteit en de personeelskosten. De stollen moeten immers met de hand worden gemaakt. Het gebruik van margarine, kunstmatige aroma’s of conserveringsmiddelen is niet toegestaan.
Boter op de stol
Broodsommelier Tino Gierig beschouwt de Dresdner stol niet als brood, maar als gebak waarvan je ’s middags in de kersttijd bij een kop koffie of thee geniet. Op de vraag of hij net als in Nederland ook boter op zijn stol smeert, zet hij grote ogen op. ‘Boter erop? De stol zit vol met boter. Nee, dat is echt een absolute no-go.’
Tino Gierig in de productie.
Laatste knallende jaarwisseling
De decembermaand is aangebroken. In de bakkerijen van Nederland is het een drukte van jewelste. Eerst nog ‘even’ Sinterklaas en daarna barst het bakgeweld los. Niet alleen kerststollen maar ook luxe vloerbroden en veel mooie desserts en taarten worden in grote aantallen en met veel liefde geproduceerd.
Zoals elk jaar weer staan de bakkers in de decembermaand urenlang schouder aan schouder te produceren om heel Nederland van een mooie kersttafel te laten genieten. De kerstdagen zijn terecht een mooi en lekker slotstuk van weer een bewogen jaar.
Maar ook een jaar waarin we moesten leren leven met nieuwe machtsverhoudingen. Zowel internationaal als nationaal. Een jaar waarin afspraken werden gemaakt over twee cao’s voor de bakkerijsector in plaats van één cao voor het bakkersbedrijf. Een jaar waarin twee sociale fondsen in de bakkerijsector het licht zagen in plaats van een voor het bakkersbedrijf.
Kortom: er is in dit jaar veel veranderd, maar ook veel hetzelfde gebleven.
De komende jaarwisseling zal zeker met veel knallend vuurwerk worden begeleid. Voor velen een mooi moment. Maar voor steeds meer mensen, inclusief mijzelf, een moment van overlast en ergernis. Persoonlijk ben ik heel erg blij met déze verandering: 2025-2026 is de laatste jaarwisseling dat er legaal geknald mag worden.
Ik hoop van ganser harte dat het schouder aan schouder knallen qua productie in de bakkerijen nog vele jaren zonder haperingen doorgaat. Juist dat zijn de momenten waaruit bakkers veel voldoening halen. De saamhorigheid en het teamwork staan centraal. Daar zal niemand op tegen zijn.
Voor het nieuwe jaar wens ik alle bakkerij-ondernemers en medewerkers een topjaar toe. Zowel privé als in zakelijk opzicht. Ik toost bovenal op ieders gezondheid.
‘Er is in dit jaar veel veranderd maar ook veel hetzelfde gebleven’
Het belooft een jaar vol uitdagingen te worden. Samen staan we sterk voor een mooi product en een mooie sector. Met veel nieuwe kansen. Zoals Bakkerszout 2.0 en versterking van de duurzaamheid van de sector. Laten we 2026 dus gezamenlijk tot een topjaar maken.
Wim Kannegieter, directeur Nederlandse Vereniging voor de Bakkerij
KLANTENSERVICE Neem contact op met onze klantenservice voor vragen over uw abonnement of deelname aan
een evenement of congres wanneer u informatie over een levering of betaling wilt of een inlogcode wilt achterhalen, tel. 088-584 08 88, e-mail: klantenservice@vmnmedia.nl, postadres: Utrechtseweg 44, 3704 HD Zeist. Een adreswijziging kunt u mailen naar: adreswijziging@vmnmedia.nl.
ABONNEMENTEN klantenservice@vmnmedia.nl, tel. 088-584 08 88. Bakkerswereld verschijnt 8 keer per jaar. Online jaarabonnement: € 144,00 per jaar; online abonnement + vakblad: € 468,00 per jaar. Vanaf 2 medewerkers is een gunstig teamabonnement beschikbaar. Meer informatie op: www.bakkerswereld.nl/abonneren. Verzending buitenland op aanvraag. Prijzen zijn exclusief btw. Op alle uitgaven van VMN media zijn de Algemene Voorwaarden van toepassing. Deze zijn te vinden op www.vmnmedia.nl.
COPYRIGHT Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.
LEVERINGSVOORWAARDEN Op alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten van VMN media Food & Horeca
LEES MET JOUW ABONNEMENT OP HET VAKBLAD OOK ALLE
zijn van toepassing de algemene voorwaarden die zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel in Den Haag, Handelsregister Den Haag nr. 62002546. De algemene voorwaarden zijn in te zien op www.vmnmedia.nl/algemenevoorwaarden.
DISCLAIMER Alle in deze uitgave opgenomen informatie is met de grootste zorgvuldigheid samengesteld. De juistheid en volledigheid kunnen echter niet worden gegarandeerd. VMN media en de bij deze uitgave betrokken redactie en medewerkers aanvaarden dan ook geen aansprakelijkheid voor schade die het directe of indirecte gevolg is van het gebruik van de opgenomen informatie.
PUBLICATIEVOORWAARDEN Op iedere inzending van een bijdrage of informatie zijn de standaardpublicatievoorwaarden van VMN media van toepassing. Zie: www.vmnmedia.nl.
Advertentie
3 + 1* gratis!
150 jaar Dossche Mills
Dit jaar viert Dossche Mills een bijzonder jubileum: 150 jaar vakmanschap. En dat vieren we graag samen met jou! Speciaal voor jullie bakkers hebben we een feestelijke actie met twee exclusieve top producten die jouw broodassortiment naar een hoger niveau tillen. Profiteer nu van 3+1 gratis op Toendra of Artipan Koolhydraat Armer. Scan de QR code of vraag bij jouw Dossche Mills accountmanager voor meer informatie.
De keten verduurzaamt, de consument schuift op… hoe speel ik daarop in?
Zeker in de energietransitie. Zeker in de
De Nederlandse agro-food-industrie is extreem efficiënt. Van grond tot mond: elke schakel is onmisbaar. Maar tegelijkertijd wél vervangbaar. Gestuwd door de energietransitie, Europese regelgeving én de stijgende vraag naar verantwoorde producten zal de keten steeds duurzamer worden. De vraag is hoe jij, als een van de schakels in de keten, daarop kan inspelen. Hoe blijf je relevant en maak je op een slimme manier gebruik van de nieuwe ontwikkelingen? Begin bij ENTRA, het nieuwe platform van VMN Media voor energieprofessionals. Wij bieden concrete handvatten om kansen te pakken en valkuilen te vermijden. Praktische journalistiek voor complexe tijden. En dat is precies wat je nodig hebt. Zeker in de energietransitie.
Ook meer zekerheid in de energietransitie? Doe jezelf een plezier, check entra.nl.