
2 minute read
2.3 Het voorgenomen besluit
Voorbeeld
Op internationaal groepsniveau wordt de sluiting van een locatie voorbereid. Zodra die sluiting een aannemelijk scenario wordt, moet de bestuurder met de ondernemingsraad in overleg over het adviestraject. Dat moet dus niet pas gebeuren op het moment waarop de sluiting als businesscase is uitgewerkt, maar op het moment waarop die richting zich als een voldoende reële optie aftekent.
Het is geen vereiste dat het besluit in voorbereiding ook op papier is gezet. Een strikte omkadering is ook niet mogelijk, omdat dit verschilt per besluit en per onderneming. Er kan dus niet in algemene zin gezegd worden wanneer sprake is van een voorgenomen besluit in voorbereiding. Wel wordt aangenomen dat het voornemen al enigszins concreet moet zijn; er is een daadwerkelijk voornemen om een adviesplichtig besluit te nemen, maar hoe en op welke wijze, is nog niet duidelijk.
Een intentieverklaring tot bijvoorbeeld een fusie kan een besluit in voorbereiding zijn, maar het kan ook een voorgenomen besluit zijn of zelfs een al genomen besluit. Of sprake is van het één of het anders is onder meer afhankelijk van de inhoud van de intentieverklaring.1 In hoeverre heeft de ondernemer nog de vrijheid om een volledig ander besluit te nemen? De mate waarop de ondernemer zich vastlegt, is cruciaal. In veel gevallen zal de ondernemingsraad moeten worden betrokken voordat de intentieverklaring wordt overeengekomen.
Schending van artikel 24 WOR Laten we teruggaan naar de verplichting van de ondernemer om de ondernemingsraad te informeren over voorgenomen besluiten in voorbereiding. Het is niet zo dat, wanneer de ondernemer geen mededeling doet, per definitie vaststaat dat de ondernemer niet in redelijkheid tot zijn besluit kan komen. Met name is van belang of de ondernemer deze schending ‘goedmaakt’ in het verdere adviestraject: de ondernemer moet borgen dat het advies van de ondernemingsraad van wezenlijke invloed kan zijn op de besluitvorming. Als de ondernemer niets mededeelt, of dat niet tijdig doet, dan kan het voorkomen dat de ondernemingsraad nog voldoende invloed kan uitoefenen.2
2.3 het voorgenomen besluit
Zodra het besluitvormingsproces zo ver gevorderd is dat dit voldoende concreet is, is er sprake van een ‘voorgenomen besluit’ in de zin van artikel 25 lid 1 WOR. Daarover moet de ondernemingsraad om advies worden gevraagd. Er mag nog geen definitief besluit liggen. De ondernemingsraad moet namelijk nog wezenlijke invloed kunnen uitoefenen. Het betekent dat de ondernemingsraad al in een voldoende vroeg stadium
1 Hoge Raad, 7 oktober 1998 - JAR1998/251. 2 Hof Amsterdam (OK), 8 februari 2007 - JAR2007/67, Hof Amsterdam (OK), 6 oktober 2006 - ECLI:NL:GHAMS:2006:AZ1985.





