5 minute read

Wat je gelezen moet hebben

Zomer van de vriendschap – Oostende 1936

80 jaar na het beëindigen van de Tweede Wereldoorlog herdenken we het einde van een vreselijke oorlog en een verschrikkelijk regime. In de verzetscafés wordt hulde gebracht aan de moedige verzetshelden. Maar het is misschien ook belangrijk om stil te staan bij de periode die aan de oorlog voorafging. Het is essentieel om het verleden te kennen en te begrijpen waar en waarom het misliep. Daarom enkele leestips.

Jaren geleden ontdekte ik het boek Gute Nacht, Freunde van Christoph Buchwald. Christoph Buchwald is de kleinzoon van een Duitse uitgever en zelf uitgever. Zijn opa gaf hem al vroeg de mooiste boeken om te lezen, wat hem al snel de liefde voor taal en letteren bijbracht. Op een gegeven moment vroeg een vriend: “Zou je Duitsland kunnen schetsen in 25 boeken?” Is het mogelijk om een beeld van een land, zijn geschiedenis en zijn DNA te schetsen? Hij ging de uitdaging aan. Uiteraard is het een persoonlijke keuze – andere lezers kunnen best vanuit hun voorliefdes tot een andere lijst komen. Gute Nacht, Freunde bevat de korte inhoud en een recensie van de 25 gekozen boeken.

Zijn lijst heeft drie kenmerken: de 25 boeken geven een levendig beeld van een tijdperk waarin bepalende gebeurtenissen van de afgelopen 100 jaar geschiedenis zijn opgetekend; ze onderscheiden zich in verhalend en stilistisch opzicht en zijn beschikbaar in goede Nederlandse vertaling; ze maken indruk door stijl, spanning, conflictsituatie en inzicht in de condition humaine, én inspireren als leeservaring zodat we het bedlampje pas uitdoen als we de laatste zin hebben gelezen. Je kunt deze 25 boeken zien als een tijdsbeeld van de 21ste eeuw.

Daaruit is Zomer van de vriendschap –Oostende 1936 van Volker Weidermann een aanrader. Duitse schrijvers die voor de nazi’s moesten vluchten, hebben tussen 1933 en 1945 vanuit hun toevluchtsoorden grote werken gepubliceerd waarin thema’s als vlucht en ballingschap centraal staan. Denk bijvoorbeeld aan Kinderen zonder land van Irmgard Keun.

Auteurs als Heinrich en Thomas Mann, Joseph Roth, Stefan Zweig (beiden Oostenrijkers), Lion Feuchtwanger, Anna Gmeyner en vele anderen bevonden zich in hun ballingsoord in een hopeloze situatie. Sommigen pleegden zelfmoord, anderen gaven er de voorkeur aan na de oorlog niet naar Duitsland terug te keren.

Wat ballingschap betekent, hoe het voelt om in Duitsland in het opsporingsregister van de Gestapo te staan, te zien hoe steeds meer vluchtwegen naar een reddend buitenland worden afgesneden, wat het betekent om je lezers te verliezen en je eigen boeken op de brandstapel of in de index te zien belanden, is het onderwerp van talrijke onderzoeken uit de jaren ‘80.

In 2014 bracht Volker Weidermann, redacteur van Der Spiegel, met zijn roman Zomer van de vriendschap – Oostende 1936 de bestsellerlijst binnen. Het boek behandelt de zomer van 1936, waarin drie totaal verschillende literaire beroemdheden tegelijkertijd in Oostende belanden en daar proberen een zo onbezorgd mogelijke week door te brengen. Het zijn de zeer welgestelde Stefan Zweig, de permanent platzakke Joseph Roth en de ‘champagnemerel’ Irmgard Keun. Het is hun laatste ontmoeting in vrijheid, waarin iedereen zijn best doet om nog eenmaal met de moed der wanhoop het leven te vieren en de Duitse ellende te vergeten, voordat de wereld daadwerkelijk in brand vliegt.

Zweig bewondert Roth als een genie en betaalt in Oostende zijn reuze drankrekeningen, waarvoor Roth hem uitscheldt. Zweig is net aan het scheiden en daardoor melancholiek en uitgeput. Roth daarentegen beleeft een onverwacht Liebesglück met de mooie Irmgard Keun, hoewel zij hem probeert van de drank af te helpen, terwijl hij haar juist probeert te verleiden tot de drank!

Alle drie dromen ze van een ander Duitsland, en het zijn drie verschillende dromen.

Hoe het na dat juniweekend in Oostende, waar Weidermanns boek eindigt, met de drie hoofdrolspelers verdergaat, is geen opbeurend verhaal. Irmgard Keun trekt met drankorgel Roth, die tot over zijn oren verliefd is op haar, naar Wenen en na de Anschluss naar Amsterdam. Daar verleidt ze een naziofficier om aan valse papieren te komen en verblijft een tijd in Amsterdam met Roth. Roth vertrekt naar Parijs, waar hij zich dooddrinkt. Na de oorlog gaat Keun terug naar Duitsland, waar ze een onopvallend bestaan gaat leiden.

Zweig vlucht met zijn secretaresse, die ondertussen zijn minnares is geworden, naar Brazilië en pleegt samen met haar zelfmoord in 1942. Uitgeput, geïsoleerd en vertwijfeld.

Zo is Oostende 1936 een zomervakantie aan de afgrond geworden, waarna niemand zijn gewone leven kon hervatten. Hetzelfde thema wordt behandeld in het boek Oostende, de zomer van 1936 door Marc Schaevers. Op zijn gekende grondige manier reconstrueert hij de zomer aan zee, onheilszwanger, zeker voor de lezer die de toekomst kent, maar ook vol vriendschap en passie.

In Oostende verbleef ook de kunstschilder Felix Nussbaum, een Joods schilder uit Osnabrück, die voor het naziregime gevlucht was en zich in Oostende had gevestigd. Marc Schaevers schreef zijn verhaal – dat eindigde in Auschwitz – in het weergaloze boek Orgelman. Felix Nussbaum. Een schildersleven. Het boek werd bekroond met de Gouden Boekenuil in 2015.

Een uitsmijter

Het lezen van het werk van Joseph Roth is een absolute must. Joseph Roth was naast schrijver van beroemde romans als Radetzkymars, Job en Hotel Savoy ook een rusteloze journalist die als een razende reporter door Europa trok na de Eerste Wereldoorlog, een tijd waarin het gistte van spanningen en conflicten tussen staten en binnen landen. Roth zag het en schreef erover, in een ongelooflijke taal, die door Els Snick knap is vertaald. Deze reportages zijn gebundeld in het boek Beschaafden in het land der barbaren. Briljant geschreven en verbazend actueel. Roth lees je om zijn prachtige observaties, van die steden, maar vooral van hun bewoners, die hij beschrijft met ongeevenaarde mensenkennis – en een recht evenredig gevoel voor humor.

Sonja De Craemer voorzitter Willemsfonds

This article is from: