Waterspiegel 4: minister Barry Madlener, kwaliteit drinkwaterbronnen en kennismaking Tjeerd Rozendaa

Page 1


‘Voldoende en betaalbaar drinkwater’
Barry Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Het drinkwater­

AANTAL GLAZEN

KRAANWATER PER DAG:

ik drink ongeveer tien glazen kraanwater per dag.

OP HET GEBIED VAN

DRINKWATER BEN IK TROTS:

op de ontwikkeling van moderne meettechnieken. Wij weten daardoor heel goed hoe het gesteld is met onze waterkwaliteit. Door innovatie, ook met gebruik van AI, kunnen we dit nog beter meten en monitoren.

MIJN SPEERPUNT VOOR

HET WATERBELEID IS:

om voldoende schoon water te hebben in Europa. Niet alleen omdat Nederland een slechte waterkwaliteit heeft. Ook omdat je nu ziet dat we door extreem weer een tekort aan water hebben in zomerperioden.

ALS IK AAN DRINKWATER

DENK, DAN:

denk ik aan luxe. We zijn erg gewend aan voldoende en schoon drinkwater, en dat dit gewoon uit de kraan komt. Terwijl er zoveel mensen in de wereld zijn die deze luxe niet hebben.

Naam: Marieke Koekkoek

Functie: Tweede Kamerlid Volt

Leeftijd: 35

Voldoende en betaalbaar drinkwater

Sinds 2 juli van dit jaar is Barry Madlener (PVV) minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Wat is zijn visie op het drinkwaterbeleid en hoe gaat hij zijn verantwoordelijkheid op dat gebied vormgeven?

Nieuwe bestuursvoorzitter Vitens

Tjeerd Roozendaal volgde eerder dit jaar Jelle Hannema op als bestuursvoorzitter van Vitens. Welke uitdagingen en kansen ziet hij voor de drinkwatersector? 22

Verder in dit nummer

Waterkwaliteit bronnen onder druk

Waar lopen de drinkwaterbedrijven tegenaan op het gebied van bronkwaliteit en hoe gaan zij hiermee om? 14

Waterweerbaarheidsstrategie

De Europese Strategie voor Waterweerbaarheid van de nieuwe Zweedse milieucommissaris Jessika Roswall is een mooie kans om water hoger op de Europese agenda te krijgen. 26 8

Den Haag 4 – Drinkwaterbeeld: WML 13 – Duurzaam: Oasen 18

De drinkwaterplek van Jeroen van Heugten 20 – Waterpoort KRW 25

Kort nieuws 27 – Achterspiegel 28

Inhoudsopgave

Tweede Kamer eensgezind

over belang schoon water, weg ernaartoe verschilt

Op 18 november vond het Wetgevingsoverleg Water plaats. De Tweede Kamerfracties van VVD, NSC, CU (ook namens de SGP), GroenLinks-PvdA, PvdD, BBB, D66 en PVV debatteerden met minister Madlener van IenW.

Kaderrichtlijn Water

De Kamerleden stelden kamerbreed het belang van het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) aan de orde. Geert Gabriëls (GroenLinks-PvdA) stelde dat ‘de tijd dringt’ en vroeg de minister meer te doen om de KRW-doelen te halen. Eén van de redenen was dat drinkwaterbedrijven steeds meer moeten zuiveren vanwege de slechte waterkwaliteit. Ook vroeg Gabriëls aandacht voor meer capaciteit bij Omgevingsdiensten voor vergunningen, toezicht en handhaving (VTH).

Pieter Grinwis (CU) vroeg hoe een nieuwe ‘stikstofcrisis’ voorkomen kon worden, zeker als Europa gaat ingrijpen omdat Nederland te weinig aan de waterkwaliteit doet. Ook Hidde Heutink (PVV) vroeg de minister te voorkomen dat Nederland in 2027 op het ‘waterslot’ gaat. Aant Jelle Soepboer (NSC) en Ines Kostić (PvdD) vonden het belangrijk lozingen te verminderen, onder andere door lozingsvergunningen in kaart te brengen en te actualiseren. Soepboer wilde in gesprek met Duitsland om de schadelijke effecten van de lozingen in de Rijn aan te pakken.

De minister gaf aan dat er wordt gewerkt aan versterking van de Omgevingsdiensten en dat lozingen moeten worden bezien en aangepast als ze het halen van de KRW-doelen in de weg staan. ‘Alles wat niet in het water komt, hoeft er bij de productie van drinkwater niet uitgehaald te worden’, aldus Madlener.

PFAS en andere zeer zorgwekkende stoffen

Heutink (PVV) stelde dat Nederland opdraait voor problemen uit het buitenland. Nederland zou alleen verantwoordelijk moeten zijn voor zelf veroorzaakte verontreinigingen. Mpanzu Bamenga (D66) zei dat de zuivering van PFAS steeds kostbaarder wordt en vroeg naar het overzicht van PFASlozingen in Nederland. De minister reageerde dat Nederland niet verantwoordelijk gehouden kan worden voor buitenlandse verontreiniging. Nederland kan hiervoor een uitzondering krijgen bij de KRW. De minister meldde dat het overzicht van KRW-stoffen waarschijnlijk in 2027 klaar is, voor andere zeer zorgwekkende stoffen is er pas in 2032 een overzicht.

Den Haag

‘Meer water vasthouden’

Landbouw

De Tweede Kamerfracties vroegen de minister veel over hoe het verder moet zonder het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Grinwis stelde dat het kabinet het NPLG pardoes heeft weggegooid, waardoor de bijdrage vanuit landbouw om de waterkwaliteit te verbeteren, is weggevallen. Verontreinigingen door mest en bestrijdingsmiddelen moeten dringend worden aangepakt om de KRW-doelen te halen, volgens de Kamer. De minister kondigde aan dat de minister van LVVN begin december komt met een brief over het landelijk gebied.

Voldoende drinkwater

Alle Kamerleden benadrukten het belang van voldoende en schoon drinkwater. Kostić (PvdD) benoemde dat voldoende drinkwater op lange termijn niet meer vanzelfsprekend is zonder maatregelen. Heutink (PVV) stelde dat er vooral een tekort is aan voldoende vergunningen. Bamenga (D66) vroeg de minister hoe hij zorgt dat er voldoende drinkwaterbesparing plaatsvindt. Hij vertelde hoe hij van een drinkwaterbedrijf leerde dat vele ondiepe grondwateronttrekkingen door de landbouw problemen opleveren voor het grondwater. Cor Pierik (BBB) reageerde dat de landbouw een belangrijke voedselproducent is en dat de burger ook geen hoge voedselprijzen wil.

Aanbod vergroten

De minister antwoordde vol in te zetten op water vasthouden. Illegale grondwateronttrekkingen vond hij zorgwekkend; de regelgeving hiervoor wordt aangescherpt. Drinkwaterbesparing is volgens de minister een belangrijk onderwerp. Hij gaf aan dat provincies en drinkwaterbedrijven bezig zijn het aanbod van drinkwaterbronnen te vergroten. Tegelijkertijd wordt gewerkt aan het tegengaan van verspilling. In het najaar 2025 komt de minister met een afweging over wat passend is voor bouwregelgeving en (her)gebruik van regenwater.

Hidde Heutink, PVV.
Habtamu de Hoop, GroenLinks-PvdA.
Mpanzu Bamenga, D66.
Ines Kostić, PvdD.
Aant Jelle Soepboer, NSC
Pieter Grinwis, CU.
Geert Gabriëls, GroenLinks-PvdA.
Peter de Groot, VVD.
Cor Pierik, BBB.
Minister Barry Madlener, PVV.
‘Ik wil me sterk maken voor voldoende en betaalbaar drinkwater’
Sinds 2 juli van dit jaar is Barry Madlener (PVV) minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW).
Wat is zijn visie op het drinkwaterbeleid en hoe gaat
hij zijn verantwoordelijkheid op dat gebied vormgeven?

inister van IenW Barry Madlener (1969) heeft al flink wat politieke ervaring: sinds 2002 was hij gemeenteraadslid in Rotterdam, Europees Parlementslid en gedurende twee perioden lid van de Tweede Kamer. Hij hield zich onder andere bezig met verkeer, volkshuisvesting, landbouw en water. ‘Ik groeide op onder de rook van de Rotterdamse haven en ben daar altijd trots op geweest. Onze havens, wegen, luchthavens en vaarwegen zijn essentieel voor onze welvaart. Ik ben trots dat ik als minister voor deze prachtige infrastructuur mag zorgen.’

‘De eerste twee woorden waar ik aan moet denken, als mensen mij vragen stellen over het Nederlandse drinkwater, zijn: betrouwbaarheid en trots. Elke keer als ik in het buitenland flessenwater in de supermarkt moet kopen, omdat het water uit de kraan daar niet lekker of niet betrouwbaar is, ben ik trots op hoe wij dat in Nederland geregeld hebben. Schoon, lekker, betaalbaar en betrouwbaar water dat 24/7 uit de kraan komt: wij vinden dat in Nederland vanzelfsprekend, maar dat is het allerminst. Dat zie je al snel als je de grens overgaat, maar ook in ons land lijken de grenzen van wat er kan, in zicht te komen. De uitdagingen worden groter, zowel op het gebied van kwaliteit als van kwantiteit. Een watertekort ligt op de loer en in sommige regio’s zijn nieuwe drinkwateraansluitingen lastig of niet te realiseren. ‘

‘Juist daar wil ik me dus sterk voor maken, want ik vind het onbestaanbaar dat we in Nederland zouden inboeten op de beschikbaarheid van drinkwater voor iedereen. Betaalbaar en schoon drinkwater is een eerste levensbehoefte voor mensen, maar ook voor bedrijven kan water van levensbelang zijn. Ik wil dus het goede behouden, en waar mogelijk versterken en verbeteren. Het watersysteem is een complex samenspel van belangen, tegen de achtergrond van veiligheid, het voorkomen van wateroverlast en het waarborgen van waterbeschikbaarheid. Dus kijk elkaar en de andere stakeholders goed in de ogen en ga voor het gemeenschappelijk belang. Laat per samenhangende regio zien wat een duurzame balans is, met inachtneming van zaken zoals de ruimtelijke druk en de belangen van andere watergebruikers. We zullen ‘alle monsters in de bek moeten kijken’, anders gaan we het niet redden. In het verre verleden hebben de inwoners van onze delta de koppen bij elkaar gestoken om zich te verdedigen tegen het water en ik weet dat we dit nu weer kunnen, ook al gaat het nu om de beschikbaarheid van water.’

Hoe gaat u uw verantwoordelijkheid voor drinkwater als minister vormgeven?

Madlener: ‘Vooropgesteld: de drinkwaterbedrijven hebben hun zaakjes goed voor elkaar. Er is momenteel geen reden voor zorgen over de kwaliteit of de beschikbaarheid van drinkwater. We moeten ervoor zorgen dat dat in de toekomst ook zo blijft, en daar is actie voor nodig. De vraag naar drinkwater groeit nog steeds. Er zijn duidelijke signalen dat voor de uitbreiding van de drinkwatervoorziening een aantal zaken moet worden geregeld. De huidige infrastructuur en vergunningen zijn niet voldoende om aan de toekomstige drinkwatervraag te voldoen. Het RIVM heeft eerder al aangegeven dat in 2030 100 miljoen m3 extra drinkwater nodig is. Het gezamenlijke Actieprogramma Beschikbaarheid Drinkwaterbronnen 2023-2030 van de provincies, de drinkwaterbedrijven en het ministerie van IenW, dat rond de jaarwisseling openbaar wordt, moet dit gaan oplossen. Drinkwater heeft dus nadrukkelijk mijn aandacht. Ik heb alle drinkwaterbedrijven uitgenodigd op mijn ministerie om met hen te spreken over de uitdagingen die we op dit vlak hebben.’

‘Want dit is een onderwerp dat de drinkwatersector niet alleen kan oplossen. Hier is samenwerking met alle stakeholders nodig: het ministerie en Rijkswaterstaat, de provincies, de waterschappen, de gemeenten én natuurlijk de drinkwaterbedrijven. Een belangrijk aandachtspunt zijn de vergunningen voor het onttrekken van grondwater en het innemen van oppervlaktewater. Het duurt lang om te komen tot de benodigde vergunningen voor een nieuwe of een uitbreiding van een bestaande drinkwaterproductielocatie. Dat moet anders, want we moeten sneller kunnen schakelen.’

Hoe gaat u de levering van drinkwater voor de toekomst borgen?

Madlener: ‘Die 100 miljoen kubieke meter extra drinkwater moet er komen. We gaan dus kijken hoe de vergunningstrajecten sneller kunnen. Ik heb de drinkwaterbedrijven gevraagd wat ik op dit vlak concreet kan doen voor hen. Ik heb onlangs de WACC verhoogd, zodat de drinkwaterbedrijven meer rendement kunnen maken op het eigen vermogen en daarmee meer kunnen investeren. In eerste instantie is de sector natuurlijk zelf verantwoordelijk, maar waar ik kan, wil ik graag helpen. Ik voel me als minister echt verantwoordelijk dat er voor elke Nederlander voldoende, schoon en betaalbaar drinkwater beschikbaar is.’

‘Je zou kunnen kijken of er meer oppervlaktewater kan worden ingezet voor de drinkwaterproductie, een van mijn aandachtspunten voor het nieuwe Nationaal Water Programma. Ook denk ik dat er nog veel te winnen is door koppeling van de drinkwaternetten, waardoor bedrijven elkaar kunnen helpen, bijvoorbeeld bij langdurige droogte.’

Wat verwacht u van de drinkwaterbedrijven?

Madlener: ‘Zij zullen vooral de watervraag op middellange en langere termijn goed in de gaten moeten houden. Op basis van hun analyse kunnen we met alle partijen dan naar oplossingsrichtingen zoeken. Het Actieprogramma Beschikbaarheid Drinkwaterbronnen 2023-2030 geeft wat dat betreft goede handvatten voor de borging van de levering van drinkwater. Het is belangrijk dat we voor alle toepassingen voldoende drinkwater tot onze beschikking hebben, nu en in de toekomst. De drinkwaterbedrijven maken zich zorgen over of het lukt om altijd aan de volledige drinkwatervraag te blijven voldoen, bijvoorbeeld bij piekmomenten tijdens droogte. Met provinciale actieplannen willen we deze knelpunten oplossen. Dat vraagt iets van ons allemaal, bijvoorbeeld door zuinig om te gaan met drinkwater. We zullen dus ook kritisch moeten kijken naar waar we ons kostbare drinkwater voor gebruiken. Voor bepaalde bedrijfsmatige toepassingen, zoals het koelen van serverparken, heb je geen drinkwater nodig, dat kan ook met een lagere kwaliteit water. Ik ben een groot voorstander van de inzet van innovatieve technieken om bij bedrijven water te besparen. Maar het begint met awareness: iedereen in Nederland moet zich ervan bewust zijn dat we verstandig en spaarzaam moeten omgaan met ons drinkwater. Ik ben er zeker van dat die aandacht leidt tot beweging en positieve resultaten.’

Hij vervolgt: ‘Ik wil niet de minister zijn die consumenten oplegt hoeveel water ze per dag exact mogen gebruiken. Ook ben ik geen voorstander van alternatieven zoals een grijs waternetwerk, omdat die kostprijsverhogend zijn voor woningen. Maar ik roep wel op tot zuinig omgaan met drinkwater. En ik verwacht vooral veel van de besparingen bij het bedrijfsleven. Als er interessante businesscases mogelijk zijn, bijvoorbeeld door waterbesparing te koppelen aan energiebesparing of de terugwinning van grondstoffen, wordt het voor bedrijven interessant om hierin te investeren. Daarom ben ik ook niet tegen een hogere drinkwaterprijs voor grootafnemers, als stimulans om meer te besparen. Recent heb ik aangekondigd dat ik samen met het ministerie van Financiën ga onderzoeken of het logisch is om het heffingsplafond van de Belasting op Leidingwater te verhogen. Maar de prijs voor consumenten mag niet stijgen in mijn optiek. We willen ook beter in kaart brengen wie er wanneer grondwater onttrekken aan de bodem en voor welke doelen. De drinkwatervoorziening is van groot nationaal belang. In perioden van droogte moet de drinkwaterproductie voor huishoudelijk gebruik voorrang hebben.’

‘Het goede behouden en waar mogelijk versterken’
Barry Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat.

Hoe kunnen de waterkwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) voor drinkwaterbronnen bereikt worden?

Madlener: ‘Naast waterkwantiteit is waterkwaliteit een belangrijk zorgpunt. Op verschillende manieren wordt de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater bedreigd door verontreinigingen. Daarom moeten we nu echt stappen nemen om te gaan voldoen aan de doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water. Dat is belangrijk voor de ecologie, maar ook voor de drinkwaterproductie. Want van schoner water kun je makkelijker schoon drinkwater maken. Ook bijvoorbeeld voor de infiltratie van oppervlaktewater – een van de methoden om de drinkwaterproductie te vergroten – is het beter als de kwaliteit daarvan in de basis al goed is.’

Niet somberen

‘Het is duidelijk dat we niet alle KRW-doelen tijdig gaan halen.

Maar ik wil niet somberen, ik denk dat we een heel eind komen: op veel plekken bereiken we goede resultaten. Ik zie op korte termijn geen grote bedreigingen voor de drinkwaterproductie door vervuiling.’

‘Uiteraard zijn er zorgen over diffuse verontreinigingen zoals medicijnresten, PFAS en andere opkomende stoffen, maar er wordt ook hard gewerkt aan technische oplossingen. Dat is in het verleden altijd gelukt en ik ga ervan uit dat dit nu niet anders zal zijn. En bovenal zetten we in op het voorkómen van verontreiniging. Want als een stof niet in het grond- of oppervlaktewater terechtkomt, hoef je het er ook niet uit te zuiveren. Zo streven wij in Europees verband naar een verbod op niet-essentiële toepassingen van PFAS.’

Wie zijn er volgens u aan zet op dit dossier?

Madlener: ‘Op het gebied van waterkwaliteit hebben alle stakeholders een opdracht. De landbouw zal nu echt iets moeten doen aan de uitspoeling van pesticiden en nutriënten. De industrie moet minder gaan lozen. De waterschappen zullen de rioolwaterzuiveringen moeten aanpassen. En, zeer belangrijk: Rijkswaterstaat en de provincies gaan kritisch kijken naar de vergunningverlening. Zo worden ‘eeuwigdurende’ lozingsvergunningen beperkt in de tijd en worden best practices voorgeschreven om bedrijven te stimuleren minder te lozen. Ik verwacht veel van deze aanpak, zonder dat dit veel economische pijn hoeft te doen.’

Veel vertrouwen

‘Tot slot wil ik het grote vertrouwen noemen dat wij allemaal mogen hebben in onze drinkwatervoorziening. We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om te zorgen voor een hoge kwaliteit drinkwater. Volgens mij slagen we daar in Nederland samen al meer dan 150 jaar heel goed in en ik heb alle vertrouwen dat dit zo zal blijven.’

Drinkwaterbeeld

Pompstation Grubbenvorst

In het Noord-Limburgse Lottum werkt WML aan de nieuwbouw van pompstation Grubbenvorst. De verzilting van de lokale bronnen is opgelost door de winning te spreiden. Met de toepassing van een modulaire zuivering wordt het mogelijk om flexibeler in te spelen op waterkwaliteitsveranderingen. Het nieuwe station heeft een capaciteit van 3 miljoen m3 per jaar. Tijdens de bouw gaan de productie en levering van drinkwater vanaf hetzelfde terrein 24/7 ongestoord door.

Waterkwaliteit bronnen onder druk

‘Preventie is de enige duurzame oplossing’

Strategisch beleidsadviseur Sandra Verheijden (Brabant Water): ‘Bij kwetsbare winningen is het grondwater nergens meer 100% schoon’.

Adviseur bronnen Gertjan Zwolsman (Dunea): ‘Nieuwe Richtlijn Stedelijk Afvalwater is wel een lichtpuntje’.

Nederland beschikt over een beperkt aantal bronnen voor de productie van drinkwater: grondwater (goed voor 60% van ons drinkwater), oppervlaktewater (39%) en duinwater (1%). De waterkwaliteit van deze bronnen is belangrijk voor de kwaliteit van ons drinkwater en bepaalt welke zuiveringsinspanning een drinkwaterbedrijf moet leveren. Waar lopen de drinkwaterbedrijven tegenaan op het gebied van bronkwaliteit en hoe gaan zij hiermee om?

Waterkwaliteit

Brabant Water: ‘Bescherm de bronnen’

Voor de productie van drinkwater gebruikt Brabant Water alleen grondwater. ‘Voor de langere termijn zoeken wij wel naar aanvullende bronnen, zoals brak grondwater en zeewater’, aldus strategisch beleidsadviseur Sandra Verheijden.

Hoe beoordelen jullie de ontwikkeling van de kwaliteit van de bronnen?

‘Van onze 35 winningslocaties is ongeveer de helft goed beschermd door een ondoordringbare kleilaag in de ondergrond. De andere helft is kwetsbaar voor verontreiniging vanaf het maaiveld door het ontbreken van zo’n beschermende laag. In het algemeen zien we dat de kwaliteit van het grondwater achteruitgaat en daar maken we ons zorgen over.’

Van welke verontreinigingen hebben jullie (toenemende) last?

Verheijden: ‘Op verschillende locaties zien we de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen toenemen, in aantal en in concentratie.’

‘Wat er niet in zit, hoef je er ook niet uit te zuiveren’

‘Daarnaast zien we dat de uitspoeling van meststoffen leidt tot toename van de hardheid en soms van metalen in het grondwater. Lokaal zien we soms verontreiniging, van vuilstorten of oude industriële vervuiling. Tot slot constateren we op alle kwetsbare winningslocaties ‘vergrijzing van het grondwater’. Dit betekent eigenlijk dat het water nergens meer echt schoon is en altijd wel enkele uiterst kleine sporen van stofjes bevat, zoals PFAS, bestrijdingsmiddelen, medicijnresten, enzovoort.’

Wat moet er gebeuren om deze trend te keren?

Verheijden: ‘Zorg ervoor dat er geen stoffen in het grondwater komen die er niet in horen. Wat er niet in komt, hoef je er ook niet uit te zuiveren. Preventie is dus heel belangrijk. Bovengrondse activiteiten, zoals het gebruik van bestrijdingsmiddelen, moet je afstemmen op de kwetsbare functies die ‘eronder zitten’. Het waterbeleid moet aansluiten bij de KRW-doelen. We moeten er ook voor zorgen dat de regels om het grondwater te beschermen goed bekend zijn bij grondgebruikers in grondwaterbeschermingsgebieden en dat er voldoende toezicht en handhaving is.’

Wat kun je als drinkwaterbedrijf doen om een goede bronaanpak te ondersteunen?

Verheijden: ‘De drinkwaterbedrijven en de betrokken overheden moeten nadrukkelijker agenderen wat er goed en niet goed gaat. Daarnaast gaan we samen met de provincie het bewustzijn vergroten van bewoners en grondgebruikers in grondwaterbeschermingsgebieden ten aanzien van de geldende regels. Ook geven we natuurlijk zelf het goede voorbeeld. Omdat natuur de beste bescherming is voor de grondwaterkwaliteit, ontwikkelen we onze waterwingebieden tot drinkwaterlandschappen. Daarnaast stellen wij bij de uitgifte van gronden buiten de waterwingebieden voorwaarden aan onze pachters die rekening houden met de bescherming van de winningen en een gezonde bodem.’

Verheijden: ‘Brabant Water investeert samen met andere stakeholders via projecten zoals BodemUp of Schoon Water in bewustwording van agrarische bedrijven in onze beschermingsgebieden. Daarnaast breiden wij de monitoring uit: meer monstername, uitgebreidere analysepakketten, vaker meten van meer stoffen, enzovoort. We bereiden ons hiermee ook voor op extra zuiveringsstappen in de toekomst, met name bij de meest kwetsbare winningen. Op twee locaties zijn we al aanvullend gaan zuiveren op bestrijdingsmiddelen, een derde locatie is in ontwikkeling. Het uitgangspunt voor Brabant Water blijft bescherming van de bronnen en de winningen, ook omdat er eigenlijk nauwelijks alternatieve locaties voor drinkwaterwinningen beschikbaar zijn. ‘Preventie is de enige duurzame oplossing’, aldus Verheijden.

Sandra Verheijden (Brabant Water).

Dunea: ‘Innamestops tot drie maanden lang’

Drinkwaterbedrijf Dunea is een 100% oppervlaktewaterbedrijf, met als primaire bron de Afgedamde Maas in Noord-Brabant.

Hoe beoordelen jullie de ontwikkeling van de kwaliteit van de bronnen? Adviseur bronnen Gertjan Zwolsman: ‘Niet best, we zitten er dan ook bovenop, bijvoorbeeld via het uitvoeringsprogramma van het rivierdossier Maas. Dat benoemt stoffen in het Maaswater waarvoor extra maatregelen moeten worden genomen, zoals PFAS, melamine en AMPA, een afbraakproduct van glyfosaat. Naast deze structurele problemen zijn er ook incidentele lozingen. De afgelopen tien jaar waren er vier grote incidenten waardoor we soms tot drie maanden geen Maaswater konden innemen. Wij hebben vooral last van opkomende stoffen. Dunea zuivert nu al extra vanwege PFAS, met actief kool. Daarmee weten we de concentratie voldoende laag te houden, maar het is geen duurzame oplossing voor het probleem.’

Andere zorgwekkende verontreinigingen zijn bestrijdingsmiddelen uit met name de Bommelerwaard, waaruit overtollig water wordt afgevoerd naar de Afgedamde Maas, vlak voor het innamepunt van Dunea. Daarnaast zijn medicijnresten een probleem, die via rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) in het oppervlaktewater komen.

Wat moet er volgens jullie gebeuren om deze trend te keren?

Zwolsman: ‘Voor PFAS een totaalverbod. Voor de bestrijdingsmiddelen uit de Bommelerwaard is, mede op initiatief van Dunea, een speciale tuinbouwriolering ontwikkeld. Uit dit rioolwater worden op de rwzi in Zaltbommel via een extra zuiveringsstap de bestrijdingsmiddelen verwijderd. Inmiddels is zo’n 60% van de tuinders aangesloten, het zou mooi zijn als dat 100% wordt. Verder zijn wij actief in de Schone Maaswaterketen, waarin wordt gesproken over concrete maatregelen die de waterkwaliteit van de Maas kunnen verbeteren.’

Weeffouten in wetgeving

‘Een belangrijke fout vind ik dat de KRW een horizon van 15 jaar heeft, met de mogelijkheid voor extra uitstel, zonder afdwingbare tussendoelen. Daardoor wordt de urgentie pas gevoeld tegen het einde, als het te laat is. En ook op andere vlakken gaat het fout. Zo is de vergunningverlening voor industriële lozingen sterk verouderd, niet compleet en niet expliciet genoeg. Daarnaast zijn toezicht en handhaving onvoldoende. Rijkswaterstaat en de waterschappen zijn bezig met een inhaalslag op het gebied van de directe lozingen, maar dat gaat niet snel genoeg.’

Toelating bestrijdingsmiddelen

‘Verder bevat het toetsingskader voor de toelating voor bestrijdingsmiddelen een grote weeffout. Bij de toelating wordt niet getoetst aan de KRW-normen. Het is daarom belangrijk om er snel voor te zorgen dat de KRW-normen meegenomen worden in de toelating van bestrijdingsmiddelen. De ministers van IenW en LVVN beloofden eerder dit jaar te zullen uitzoeken hoe dat kan. Daarnaast zouden geen middelen moeten worden toegelaten die niet met een gangbare analysemethode kunnen worden gedetecteerd.’

Wat kun je als drinkwaterbedrijf doen om een goede bronaanpak te ondersteunen?

‘Neem KRW-normen mee bij toelating bestrijdingsmiddelen’

Zwolsman: ‘Dunea vraagt in de gremia waar het over waterkwaliteit gaat, zoals de rivier- en gebiedsdossiers, aandacht voor de problematiek. Verder zoeken we contact met de omgeving, om met stakeholders aan oplossingen te werken. En tot slot kunnen we extra zuiveren, maar dat heeft niet de voorkeur. Voorkomen is immers beter dan genezen.’

Gertjan Zwolsman (Dunea).

Groen onderhoud aan ‘groene huisjes’

De weg naar duurzaam drinkwater begint bij de bron. In het Groene Hart, langs de oevers van de Lek, pompt Oasen water omhoog met behulp van winputten. Deze karakteristieke ‘groene huisjes’ pompen het oevergrondwater omhoog vanuit dieper gelegen zandlagen.

Om deze winputten in goede staat te houden, is onderhoud nodig. Het is met name van belang om verstoppingen te voorkomen.

Een specifieke verstopping kan ontstaan aan de boorgatwand, oftewel de scheiding tussen zand en filtergrind. Om dit vóór te zijn, spoelt Oasen winputten regelmatig schoon via regeneratie.

Om te regenereren is het eerst nodig om een aantal zware onderdelen uit de winput te halen. Een kleine hijskraan tilt deze materialen, zoals stijgbuizen en

de pomp, uit de winput. Tot voor kort werden hier diesel-aangedreven kranen voor gebruikt. Sinds het voorjaar van 2024 is Oasen overgestapt op elektrische hijskranen.

Een duurzame verbetering voor mens en milieu. Niet alleen wordt de CO2-uitstoot hiermee verminderd. Ook is er een lagere stikstofuitstoot in de natuurgebieden

waar deze winputten in of vlak bij liggen. Bovendien maken de elektrische kranen een stuk minder geluid, wat wel zo fijn is voor de onderhoudsmedewerkers.

De drinkwaterplek van... Jeroen van Heugten

‘Zorgen

dat data veilig en verantwoord blijft stromen’

Als applicatie-integratie specialist zorgt Jeroen van Heugten (40) samen met vier collega’s van zijn team op de afdeling Bedrijfsapplicaties voor het aan elkaar knopen en reguleren van datastromen binnen de verschillende bedrijfsprocessen van Brabant Water.

Wat maakt deze plek voor jou zo bijzonder?

‘We staan hier in hartje Den Bosch, waar ik woon en werk. Midden op de Markt staat een puthuisje, boven een oude waterput, waar de inwoners van de stad sinds het jaar 1500 grondwater konden halen! Ook nu nog heeft Brabant Water in dit huisje een openbaar watertappunt. Deze plek symboliseert voor mij de kern en het belang van publieke drinkwatervoorziening: al eeuwen zijn mensen bezig om ervoor te zorgen dat er goed drinkwater beschikbaar is. Vroeger met de eenvoudige techniek van een put met een emmertje dat je moest optakelen, tegenwoordig grootschalig, met de meest geavanceerde ICT zoals cloud platforms en innovatieve zuiveringstechnieken. Als ik hier langsloop, dan ben ik trots dat ik daar deel van mag uitmaken.’

Waarom heb jij gekozen voor de watersector?

‘Na mijn hbo-studie Technische Informatica heb ik al meteen bewust gekozen voor de watersector. Ik heb eerst dertien jaar bij een bedrijf in de afvalwatersector gewerkt. Ik vind het belangrijk een steentje bij te dragen aan de samenleving, om werk te doen dat iets betekent. En schoon water is natuurlijk om veel redenen belangrijk voor de maatschappij. Begin 2024 kwam deze baan bij Brabant Water langs en het leek me geweldig om mijn kennis en ervaring in te zetten voor duurzaam en schoon drinkwater. Ons applicatieteam is momenteel druk bezig met het project

Integratie van bedrijfsapplicaties ’

SOFIA: Smart Operations From Intelligent Assets. We bouwen integraties rondom een digital twin, een virtueel model van het complete leidingnet van Brabant Water. Met de data van sensoren op strategische plekken in het netwerk en van de slimme watermeters bij de consument – en nog veel meer andere bronnen – kunnen de operators dan 24/7 real-time alle waterstromen monitoren. We willen eigenlijk van elke druppel water weten waar die zich binnen ons netwerk bevindt. Maar wij zorgen ook voor de integraties tussen andere softwaresystemen, zoals voor de planning en aansturing van de monteurs en de storingsdienst. Ik vind het mooi om te zien hoe we allemaal samenwerken aan dat ene doel: 24/7 schoon en betrouwbaar drinkwater leveren bij klanten, nu en de toekomst.’

Grote uitdagingen op het gebied van waterkwaliteit en -kwantiteit samen te lijf gaan’

Tjeerd Roozendaal, bestuursvoorzitter van Vitens.

jeerd Roozendaal (56) volgde op 1 april van dit jaar Jelle Hannema op als bestuursvoorzitter van Vitens. Roozendaal is al zijn hele leven gefascineerd door en bezig met water. Welke uitdagingen en kansen ziet deze waterman en ‘organisatie-ingenieur’ voor Vitens en de drinkwatersector?

Na zijn studie Hydrografie aan de Hogeschool van Amsterdam studeerde Roozendaal Geodesie aan de TU Delft: ‘Ik heb aanvankelijk veel internationaal gewerkt, in de offshore- en baggersector. Met de komst van onze kinderen wilde ik wonen, werken en leven bij elkaar hebben en ook meer betrokken zijn bij mijn eigen leefomgeving. Ik zet me graag in voor maatschappelijke zaken en neem daar ook verantwoordelijkheid voor. Ik ben toen bij de gemeente Amsterdam aan de slag gegaan, en later bij Rijkswaterstaat.’

Samen werken

Vóór zijn overstap naar Vitens was Roozendaal als hoofdingenieurdirecteur bij Rijkswaterstaat onder andere landelijk verantwoordelijk voor de waterveiligheid. Ook hield hij zich bezig met waterkwaliteitsvraagstukken, zoals zoutintrusie. ‘De rode draad in mijn werk en mijn leven is water, daar heb ik iets mee. Bij Rijkswaterstaat leerde ik hoe belangrijk de kwaliteit van oppervlakte- en grondwater is voor de drinkwatervoorziening. Dus toen deze vacature bij Vitens voorbijkwam, vond ik dat heel interessant. De uitdagingen in de drinkwatersector zijn groot en daar wil ik graag een concrete bijdrage aan leveren. Er komen op dit moment verschillende, inhoudelijk complexe vraagstukken bij elkaar, zoals een vernieuwingsslag op het gebied van onze infrastructuur en veranderingen op het gebied van stakeholdersmanagement. Ik geloof dat goed luisteren en waarnemen daarbij meer dan ooit van betekenis zijn. Samenwerken is voor mij eigenlijk twee woorden: samen werken.’

Ontwikkelingsgericht organiseren ‘Binnen Vitens zijn we bezig met onze streefstructuur: de toekomstige infrastructuur die nodig is om voldoende water te kunnen winnen en om voldoende drinkwater op de juiste plek te kunnen krijgen. Dat vraagt om goede afstemming, om een transitie van het watersysteem en het goed benutten van de ruimte. De realisatie gaat niet in één keer, daar werken we stapsgewijs naartoe. Dat gaat soms geleidelijk, soms met schokjes: ik noem dat ‘ontwikkelingsgericht organiseren’. Dat levert uiteindelijk een robuuste, veerkrachtige infrastructuur op. Hetzelfde geldt voor de ontwikkeling van onze organisatie als geheel.’

Wat zijn de uitdagingen voor de drinkwatersector en voor Vitens?

Roozendaal: ‘Het voldoen aan onze wettelijke taak om overal voldoende drinkwater van hoge kwaliteit te leveren staat onder druk. Dat komt doordat de vraag naar drinkwater toeneemt, maar ook doordat we onvoldoende drinkwater uit beschikbare bronnen kunnen maken en bij onze klanten kunnen ‘afleveren’. De drinkwaterbedrijven staan voor enorme investeringen die nodig zijn voor de vervanging en uitbreiding van onze infrastructuur, bijvoorbeeld door de woningbouwplannen en door de vervanging van onze assets. En het gaat ook om de maakbaarheid: er zijn in de hele keten onvoldoende mensen om al deze projecten te realiseren, bij ons, bij overheden en bij aannemers. Ook de klimaatverandering heeft gevolgen voor onze operatie. Zo moeten wij een geheel nieuwe, grote distributieleiding aanleggen tussen Salland en Twente, omdat daar door verdroging te weinig water voorhanden is voor de drinkwaterproductie. Zelfs de recente kookadviezen in delen van ons verzorgingsgebied bleken veelal klimaat-gerelateerd. Door de enorme neerslagpieken van de afgelopen maanden is het grondwaterpeil lokaal enorm gestegen. Hierdoor kon water van buitenaf, denk aan grond- of regenwater, via technische mankementen onze reservoirs binnendringen. Deze mankementen kwamen aan het licht door de hoge grondwaterstanden.’

‘Ontwikkelingsgericht werken aan de streefstructuur’

Waterkwantiteit en brondiversificatie

‘We zien dat het verkrijgen van voldoende vergunningen voor het winnen van grondwater steeds complexer wordt. Dat komt door de drukte in de openbare ruimte en de belangen van anderen in de omgeving. Maar ook door ingewikkelde bestuurlijke afwegingstrajecten en vertraging bij vergunningverlenende instanties. Verder neemt het aantal geschikte locaties voor grondwaterwinning snel af. Vitens sorteert daarom voor op brondiversificatie, door het gebruik van oppervlaktewater als bron voor de productie van drinkwater. We doen dat al langs de IJssel en de Vecht, door grondwater te winnen dat grotendeels wordt aangetrokken uit de rivieren. Dit is een enorme opgave, ook qua infrastructuur.’

Drinkwaterbesparing en watervriendelijk bouwen ‘Vitens zet fors in op waterbesparing, bij zakelijke én particuliere klanten. We streven naar een reductie van 20% in 2035. Als dat succesvol is, helpt dat om op piekmomenten het drinkwater bij onze klanten te krijgen. Ook kunnen we dan ons investeringsprogramma een stuk efficiënter en beheersbaarder maken, en ontlasten we bijvoorbeeld de natuur. Een goed voorbeeld is de Bouwtafel Watervriendelijke Wijken die we samen met de provincie en ketenpartners in Gelderland hebben opgericht om drinkwatervriendelijke woonwijken te realiseren. Door slim gebruik van drink- en hemelwater kunnen we hier forse waterbesparingen bereiken, zoals in een full-scale proef in Gelderland wordt aangetoond. Dit zijn tot nu toe nog pilots die we in samenwerking met provincies en gemeenten doen in het kader van een landelijk onderzoek naar risico’s.’

‘Fors inzetten op drinkwaterbesparing’

Waar bent u trots op bij Vitens?

Roozendaal: ‘Ik word erg blij van samen mogen werken met professionals en daar lopen er hier zo’n 1.600 van rond, dus dat is echt een voorrecht. Ik heb als eerste kennismaking met het bedrijf overal op de werkvloer rondgekeken, bij de monteurs, de inspecteurs, het callcenter. Ik ben echt onder de indruk van de kundigheid en betrokkenheid van deze mensen, die dagelijks het echte werk doen om uitdagingen op te pakken en ons product op een goede en veilige manier bij onze klanten te krijgen. Ik ben dus écht trots op onze organisatie, maar ook daar ligt een uitdaging om als organisatie aantrekkelijk te blijven. Daarom kijk ik graag met de organisatie hoe we Vitens zo goed mogelijk kunnen inrichten. Net als onze infrastructuur, moet onze organisatie ook toekomstbestendig zijn.’

Kun je iets vertellen over jezelf?

‘Ik ben geboren en getogen in Gouda, maar woon al heel lang in Amsterdam. Getrouwd met An, twee zoons. Ik werk graag hard, ook aan mijn vitaliteit: dat betekent veel sport, mijn belangrijkste vrijetijdsbesteding. Ik loop drie of vier triatlons per jaar. Vooral zwemmen is mijn favoriet, ik hou van water. Ik sta heel vroeg op en probeer vóór mijn werk drie of vier keer per week al een uur te trainen. En daarna lekker opgeladen aan de slag op kantoor!’

Waterpoort Kaderrichtlijn Water: ‘Schoon water? Ja graag!’ -

maar hoe, blijft een twistpunt

Tijdens de Waterpoort die de Unie van Waterschappen en Vewin op 4 november organiseerden in Nieuwspoort, debatteerden politici en bestuurders over de Kaderrichtlijn Water. Pieter Litjens (Vewin) stelde bij de opening: ‘De gedachte dat we aan waterkwaliteit moeten werken omdat het ‘moet van de KRW’, is onzin: deze afspraken hebben we zelf gemaakt.’ Sander Mager (Unie van Waterschappen) voegde hieraan toe: ‘Het mestbeleid en het stelsel van vergunning, toezicht en handhaving zijn niet KRW-proof.’ Volgens Tessa Rötscheid (Universiteit Utrecht), die onderzoek doet naar de uitvoering van de KRW, gaat het om een resultaatverplichting: ‘Je moet de doelen halen. Zo niet, dan kan een dwangsom volgen, of wordt een vergunning ingetrokken.’

Verplichtende maatregelen

Tijdens het debat ging het eerst over verplichtende maatregelen. Geert Gabriëls (GroenLinks-PvdA) zei: ‘Het Nationaal Programma Landelijk Gebied was juist geschikt voor

verplichtende maatregelen, maar dat is afgeschaft.’

Cor Pierik (BBB) vroeg aandacht voor wat de landbouw al heeft gedaan, en Tanja Klip-Martin (VVD) zei dat de agrarische sector een belangrijke bijdrage kan leveren. Annette Ottolini (Evides Waterbedrijf) stelde: ‘Het is van de gekke dat we steeds meer moeten doen om schoon drinkwater te maken. Bronnen worden absoluut onvoldoende beschermd.’

Economische belangen

Bij de tweede stelling ging het over de afweging tussen economische belangen en het halen van de KRW-doelen. Jennifer Bloemberg (Waterschap Amstel, Gooi en Vecht) stelde dat Nederland in economische problemen komt, als we de KRW-doelen niet halen. Ottolini vertelde dat een Amerikaans bedrijf is gestopt met lozen vanwege rechtszaken; niet lozen kan dus blijkbaar toch. Gabriëls verzuchtte tot slot dat iedereen het eens is, totdat het concreet wordt.

Eurocommissaris Milieu Roswall gaat waterweerbaarheidsstrategie uitwerken

In Brussel treedt een nieuwe Europese Commissie aan. Na hoorzittingen in het Europees Parlement kan het voorgestelde team van Ursula von der Leyen aan de slag. Voor het eerst krijgt een Eurocommissaris naast milieu ook de expliciete verantwoordelijkheid voor waterweerbaarheid.

Begin november deden de door Von der Leyen voorgestelde Eurocommissarissen examen in het Europees Parlement. Ze werden in hoorzittingen aan de tand gevoeld over hun achtergrond, ideeën en bekwaamheid voor de hun toebedeelde portefeuilles. Zo ook de nieuwe Zweedse milieucommissaris Jessika Roswall, die de verantwoordelijkheid krijgt om een Europese Strategie voor Waterweerbaarheid op te stellen. Volgens Vewin is dit een uitgelezen kans om water hoger op de Europese agenda te krijgen. Hierbij gaan waterkwaliteit en -kwantiteit hand in hand, en moeten bronbeleid en ‘de vervuiler betaalt’ uitgangspunten zijn. Ook dient grensoverschrijdende samenwerking tussen sectoren, overheden en lidstaten versterkt te worden om een robuustere beschikbaarheid van drinkwaterbronnen in de toekomst te kunnen realiseren.

Contouren van de strategie

Von der Leyen had al een voorzet gegeven waar de strategie zich op moet richten: efficiënt watergebruik, waterschaarste,

watervervuiling, en op de risico’s gelieerd aan water. Daarnaast zal in de strategie bekeken worden hoe schone technologieën kunnen worden ontwikkeld. Ook moet de strategie voorstellen bevatten voor de digitalisering van waterbeheer, waterkringlopen en nutsbedrijven in de watersector.

‘Bron tot zee’-aanpak

Roswall had hieraan weinig concreets toe te voegen. Ze sprak over een ‘bron tot zee’-aanpak, waarbij ze wil inzetten op implementatie en vereenvoudiging van bestaande wetgeving, en investeringen in infrastructuur en technologie. De vaagheid in haar antwoorden en het ontbreken van details en timing leverde haar zoveel kritiek op dat ze niet direct werd goedgekeurd. Het kostte de milieucommissie een dag extra om groen licht te geven.

PFAS?

Roswall werd ook gevraagd naar haar standpunten ten aanzien van een Europees verbod op PFAS. Vewin pleit al jaren voor een totaalverbod op PFAS ter bescherming van de drinkwaterbronnen. In haar teleurstellende antwoorden stelde Roswall dat ze zich weliswaar hard zal maken voor een spoedig verbod van PFAS in consumentenproducten, maar dat industrieel gebruik wat haar betreft onder voorwaarden wel door kan gaan. In ieder geval tot er goede alternatieven zijn.

CONTINU BETROUWBAAR DRINKWATER LEVEREN

Begin 2025 verschijnt een nieuwe editie van het kennisdocument Continu betrouwbaar drinkwater leveren. Hierin wordt beschreven hoe het leveren van drinkwater, als primaire levensbehoefte, in Nederland is georganiseerd. Het gaat daarbij om zowel normale omstandigheden als om crisissituaties.

Het document geeft antwoord op vragen als:

- Hoe robuust is de drinkwatervoorziening?

- Hoe gaan drinkwaterbedrijven om met allerlei bedreigingen, storingen of calamiteiten?

- Aan welke wettelijke verplichtingen moeten zij voldoen?

- Hoe zit het drinkwatersysteem (grotendeels ondergronds) in elkaar?

- Wat doen drinkwaterbedrijven om de drinkwatervoorziening in de toekomst veilig te stellen?

Kortom, alles over het waarborgen van de continuïteit van de levering van goed en voldoende drinkwater. Meer informatie:

FACTSHEET KADERRICHTLIJN WATER: NEDERLAND DREIGT DEADLINE TE MISSEN

Nederland dreigt de deadline voor de Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 te missen. In een reeks factsheets heeft Vewin verschillende stoffen uitgelicht die een bedreiging vormen voor de kwaliteit van onze drinkwaterbronnen, en hoe verontreiniging door deze stoffen met urgentie moet worden aangepakt.

De vijfde factsheet gaat dieper in op de Kaderrichtlijn Water zelf en toont de verschillende bronnen en emissieroutes van verontreinigingen. Afhankelijk van de emissiebron en -route is een specifieke aanpak nodig om verontreiniging van drinkwaterbronnen te voorkomen. Bronaanpak verdient hoge prioriteit, net als verbetering van toelating en van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Eerdere factsheets richten zich op nitraat, bestrijdingsmiddelen, medicijnen en opkomende stoffen.

Bekijk de factsheet

COLOFON

Waterspiegel is een periodieke uitgave van Vewin, de Vereniging van waterbedrijven in Nederland. Waterspiegel brengt nieuws, achtergronden en opinies uit de wereld van (drink)water en aanverwante sectoren.

WWW.VEWIN.NL

HOOFDREDACTEUR

Madelon Vink, vink@vewin.nl

REDACTIE

Arjen Frentz, Hans de Groene, Madelon Vink, Patricia van der Linden, Noortje van Zijl, Philip Reedijk redactiewaterspiegel@vewin.nl

INTERVIEWS EN EINDREDACTIE

Philip Reedijk

FOTOGRAFIE

Michelle Muus, Tom Pilzecker, Europees Parlement, Volt, WML, Oasen, Shutterstock.

ABONNEMENTEN

Waterspiegel wordt gratis toegezonden aan mensen die beroepsmatig betrokken zijn bij de watersector. Adreswijzigingen sturen naar info@vewin.nl. Verzoeken om een abonnement zijn ter beoordeling van de hoofdredactie: redactiewaterspiegel@vewin.nl.

Artikelen uit deze uitgave mogen worden overgenomen na toestemming van de uitgever. De gebruikte foto’s zijn bedoeld als illustratie en hoeven niet de beschreven situatie letterlijk weer te geven. De redactie heeft zijn uiterste best gedaan om alle copyright-houders van gebruikt beeldmateriaal op te sporen. Indien u meent dat u rechthebbende bent, kunt u zich bij ons melden.

Waterspiegel wordt verzonden in een seal van biofolie. Deze mat-transparante folie is binnen 90 dagen volledig composteerbaar en mag dus in de GFT-bak. Biofolie is gemaakt van de reststoffen van maisproducten en aardappelzetmeel.

UITGEVER

Philip Reedijk , Maaskade 38, 3071 NB Rotterdam, T 010 – 404 80 41.

VERNIEUWD!

Achterspiegel

Drinkwater zwaarder belasten is niet effectief om te besparen

Begin november stuurde minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) een brief en onderzoeksrapport naar de Tweede Kamer over het beprijzen van watergebruik. Het onderzoek toont duidelijk aan dat prijsverhogingen niet effectief zijn om watergebruik te beperken. Vewin is het eens met het plan van de minister om daarom niet te sleutelen aan de prijs van drinkwater voor huishoudens. Opmerkelijk is dat de minister voor grootverbruikers wel aan lastenverzwaring denkt; Vewin wijst dat af.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.