Jaarmagazine Staatsbosbeheer 2022

Page 1

Staatsbosbeheer 2022

Deltanatuur

De wondere wereld van de Noordwaard

Landbouw

Geen scheiding tussen natuur en platteland

Minder CO2

Boomaanplant en veenvernatting

Jaarmagazine

“Balans houden tussen beschermen, beleven en benutten van de natuur is een uitdaging. We hebben te maken met droogte en stormen, met sterfte van bomen door ziektes. Tegelijkertijd ontvingen we door corona miljoenen bezoekers in onze terreinen. Dat vroeg veel extra inzet, toch vielen relatief weinig medewerkers uit – dat zegt iets over hun gedrevenheid. Afgelopen jaar waren er broedsuccessen van verschillende indicatorsoorten, zoals de visarend. Het aantal vrijwilligers groeide, evenals het aantal mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt die bij ons werken. De komende tijd steken we veel energie in concreet aangeven waar we stikstofproblemen kunnen aanpakken. We voeren maatregelen uit en zijn ook betrokken bij gebiedsontwikkeling. Daarbij zijn de specialisten in onze provinciale teams gesprekspartners voor lokale en regionale partijen. Verder is Staatsbosbeheer gevraagd mee te denken over vergroening van woonwijken en steden bij de bouw van woningen. Waar voorheen in de eindfase wat bomen en perkjes werden toegevoegd, krijgt natuur nu bij de start van ontwikkelprocessen de ruimte. Dat vind ik hoopvol.”

Samen met partnerorganisaties, vrijwilligers en overheden draagt Staatsbosbeheer bij aan een toekomstbestendig Nederland. Zo zoeken we waar mogelijk ruimte in onze gebieden voor het opwekken van groene energie (pagina 10) en gaan we de gevolgen van klimaatverandering tegen door de aanplant van meer bos en het vernatten van veen (pagina 20). We streven naar een gezondere landbouw en hogere natuurwaarde door het vervagen van de scheiding tussen landbouw en natuur (pagina 28). En we denken mee over groene, leefbare steden met natuur om de hoek (pagina 34). Door samen zo slim mogelijk gebruik te maken van de beperkte ruimte in ons kleine land, krijgt morgen alle ruimte.

2 Jaarmagazine 2022 Editorial
Fotografie Jeroen den Hartog Fotografie cover Ayla Maagdenberg © Jeroen den Hartog

Natuurinclusief

“We moeten het idee loslaten dat er een scheiding is tussen natuur en landbouw”, vindt hoogleraar Martijn van der Heide. En hij is niet de enige.

Blik vooruit

Vier visies op onze gezamenlijke toekomst: groene energie (p. 10), biobased (p. 26), groene stad (p. 34) en educatie (p. 44).

Erfgoed leeft

Prachtig, spannend en ook nog beschermd: werelderfgoed Fort bij Rijnauwen.

P. 4 Duo voor deltanatuur Wonderen van de Noordwaard.

P. 12 In goede banen Genieten van de natuur. Maar niet altijd en overal.

P. 18 5x Fauna

Projecten met een hoofdof sleutelrol voor dieren.

P. 20 Groener en natter De strijd tegen de gevolgen van klimaatverandering.

3
P. 28 P. 16 Rietbeheer P. 36 6.000 ha voor natuurboeren P. 32 5x Flora Op de barricade voor zeldzame planten. P. 12

Begin 2022 spraken Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer af om samen het beheer van de Noordwaard aan te pakken, een ontpolderde polder op een van dé deltanatuur-hotspots van West-Europa.

Rijkswaterstaat & Staatsbosbeheer Fotografie Ayla Maagdenberg & Rijkswaterstaat
4
Tekst Marieke Enter
5

De Noordwaard ligt precies tussen de rivier de Nieuwe Merwede en de Biesbosch in. In tegenstelling tot z’n buur de Biesbosch heeft de Noordwaard níet de status ‘nationaal park’. Evenmin heeft het gebied het predikaat Natura2000. En tóch is er topnatuur te vinden. Dat heeft alles te maken met de bijzondere rol in de Nederlandse waterhuishouding die het gebied heeft gekregen, plus de ligging in een van dé deltanatuur-hotspots van West-Europa.

Droge voeten

Van oorsprong is de Noordwaard een polder, waar tot voor kort ‘gewoon’ werd geleefd en geboerd. Sinds 2015 is het, als onderdeel van het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier, een doorstroomgebied. Dat houdt in dat op een aantal plekken de winterdijk is verlaagd, zodat het water van de Nieuwe Merwede

de Noordwaard in kan stromen zodra het waterpeil in de rivier hoger komt dan twee meter boven NAP. De inrichting van de Noordwaard is daarop afgestemd. Er staan alleen nog huizen en boerderijen op de hoger

uiteindelijk te worden afgevoerd naar zee. Die doorstroomfunctie heeft merkbaar invloed op de waterstanden in de rivier: die liggen hierdoor tijdens een hoogwaterpiek wel zo’n 30 centimeter lager. Zo helpt de Noordwaard de regio rondom Gorinchem en Dordrecht om droge voeten te houden – nu én in de toekomst, als door het veranderende klimaat rivieren vaker extreme neerslag te verwerken krijgen en de zeespiegel stijgt.

Storm als startpunt

gelegen delen. Verder wordt de begroeiing in het gebied open gehouden, zodat het overstromende rivierwater vrij spel heeft om dwars door het gebied verder de Biesbosch in te stromen, om via het Hollands Diep

Rivierwater stroomt niet ‘zomaar’ de Noordwaard in; daar is een combinatie van factoren voor nodig. Die situatie deed zich in 2020 voor het eerst voor: hoge rivierstand, springtij én westerstorm Ciara. Dit voorjaar, bij storm Eunice, was die optelsom er opnieuw. Zo’n overstroming geeft de deltanatuur een

Jaarmagazine 2022 6
Sinds 2015 is de Noordwaard, als onderdeel van rijksprogramma Ruimte voor de Rivier, een doorstroomgebied waar de natuur vrij spel heeft.
‘Het zijn beelden die we bijna vergeten waren’
Harm Blom Boswachter Biesbosch Rijkswaterstaat & Staatsbosbeheer © Niels Rietveld

enorme impuls. Het rivierwater spoelt oude plantenresten weg, neemt nieuwe plantzaden mee en geeft meegevoerde bodemdeeltjes – met name kalkrijk zand en klei – op een natuurlijke manier hun plek in het systeem. Dat zijn dé processen voor deltanatuur. Maar ook zonder de overstromingen waren natuurlijke herstelprocessen al gaande. Sinds de Noordwaard in 2015 werd ontpolderd en de intensieve landbouw werd afgebouwd, greep de natuur die kans met beide handen. Boswachter Harm Blom raakt er niet over uitgepraat. “Het is ongelooflijk hoe snel specifieke soorten hun

Natuur in de Noordwaard herstelt razendsnel

weg naar dit gebied hebben ge vonden, en in welke aantallen. In het voorjaar komen hier niet honderden grutto’s om op te vetten na hun tocht vanuit het zuiden, maar vele duizenden. Op de bloemrijke dijken zie je op een zonnige zomerdag niet één of twee koninginnenpages vliegen, maar wel twintig. Het zijn

Match made in heaven

De match tussen Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer lijkt made in heaven. Qua hart voor de zaak is dat ook zeker zo, maar dat neemt niet weg dat de Noordwaard-partners in de praktijk nog weleens tegen bestuurlijk-ambtelijke verschillen aanlopen. Nick Schoone, adviseur bij Rijkswaterstaat: “Staatsbosbeheer is bijvoorbeeld gewend te werken op eigen terreinen, terwijl Rijkswaterstaat het Rijksvastgoedbedrijf heeft

genaar, mét de regels en protocollen

die daarbij horen”, legt hij uit. Ook op andere vlakken hanteren beide partners niet altijd dezelfde werkwijze of beleid, zoals rond pachtovereenkomsten. Die onderlinge verschillen mogen een florerende Noordwaard evenwel niet in de weg staan, beaamt Schoone. “Iedereen is heel hard bezig om dingen op een goede manier in te regelen. Aan beide zijden is een enorme bereidheid om dit gewoon voor elkaar te krijgen. En terecht, want de natuur ziet de scheidslijnen tussen onze organisaties niet.

cm lager

Dankzij de doorstroomfunctie van het gebied liggen de waterstanden in de rivier tijdens een hoogwaterpiek zo’n 30 centimeter lager.

2m boven NAP

Als het waterpeil van de Nieuwe Merwede hoger dan 2 meter boven NAP komt, dan stroomt water de Noordwaard in.

Klimaatdoelen

Op staatsbosbeheer.nl/ klimaatbuffers vind je wat Staatsbosbeheer doet rondom klimaatadaptatie en klimaatbuffers.

7 Jaarmagazine 2022
© Tsekmister / iStock
©
Werry Crone

De Noordwaard ligt in de benedenstroom van de Waal. Ook bovenstrooms langs de Waal en Pannerdensch Kanaal werken Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat samen aan het beheer van natuurgebieden met jaarrond grazende kuddes die de vegetatie kort houden en gevarieerd maken.

beelden die we bijna vergeten waren. In de Noordwaard kom je weer soorten tegen in ouderwetse aantallen, in vele soortengroepen en in alle seizoenen.”

Teamwork

Om dat natuurherstel te koesteren en liefst verder te stimuleren, spraken Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer begin 2022 af om het beheer van de Noord-

waard samen aan te pakken, in ieder geval voor de komende tien jaar. Rijkswaterstaat blijft het technische beheer doen, het ‘harde werk’ aan kades, gemalen, bruggen en duikers, en waakt over de waterstanden. Staatsbosbeheer zorgt voor het natuur- en vegetatiebeheer, volgens de voorschriften uit de zogenoemde Vegetatielegger. Die geldt voor rivierbeddingen door heel Nederland. “Onder andere om te voorkomen dat begroeiing zo ver doorgroeit of uitbreidt dat de waterveiligheid in het geding kan komen, of dat vegetatie wordt verwijderd die belangrijk is voor de waterkwaliteit”, legt Nick Schoone uit, als adviseur waterkwaliteit en -kwantiteit bij Rijkswaterstaat nauw betrokken bij de Noordwaard.

In toom houden

Boswachter Harm is erg blij dat Staatsbosbeheer mede namens Rijkswaterstaat de 1.500 hectare Noordwaards doorstroomgebied mag beheren. “Zeker in zo’n dichtbevolkte regio – tussen Gorinchem en

4 Projecten met water in de hoofdrol

1Watersysteemherstel Binnenveld

Onder meer door waterpeilverhoging en het inlaten van schoon kwelwater krijgen de unieke blauwgraslanden, hooilanden en weidevogels een boost.

2Natuerlijk Fryslân 2050

In Natuerlijk Fryslân 2050 wordt steeds vanuit water en bodem gewerkt aan grote opgaven als landbouw,

biodiversiteit en klimaat. Het landschap wordt zo ingericht dat water beter de grond in kan zakken en vastgehouden wordt. Kijk op fmf.frl

3Kromslootpark

Het Kromslootpark bij Almere kreeg een flinke opknapbeurt. De Kromme Sloot werd uitgebaggerd en er kwamen nieuwe recreatievoorzieningen. Een deel van het water is niet voor kano’s toegankelijk

Dordrecht woont bijna een half miljoen mensen – is dat een fantastische schaal.” Zoals gezegd stelt het beheer ervan dus wel bijzondere eisen; in tegenstelling tot de Biesbosch mag plantengroei hier níet overal de kans krijgen om rietgorzen en wilgenvloedbossen te vormen. “Daarom krijgt de begroeiing als het ware elk jaar een reset”, legt Harm uit. Dat gebeurt deels via de grote grazers in het gebied: konikpaarden, Schotse hooglanders en waterbuffels. Daarnaast wordt de begroeiing machinaal in toom gehouden, bijvoorbeeld door lokale boeren die er kruidenrijk natuurhooi van persen. Harm: “De Noordwaard moet tot in lengte der dagen ‘het landschap der pioniers’ blijven: een afwisseling van water en kwelplaten, zoals het er ook uitzag toen het gebied vroeger ontstond. Een open, waterrijk en dynamisch gebied dat een grote boost geeft aan de Biesbosch.”

Grutto-pleisterplaats

Dat pionierslandschap is de laatste decennia zeldzaam ge-

en er is meer drasgebied, waar planten, amfibieën, vogels en libellen van profiteren.

4Grevelingen

Samen met partners binnen Life IP Deltanatuur werkt Staatsbosbeheer aan herstel van de getijdennatuur in de Grevelingen. Er wordt kennis verzameld en gedeeld over het ecosysteem, vooral over de relatie tussen onder- en bovenwaternatuur.

Jaarmagazine 2022 8
Rijkswaterstaat & Staatsbosbeheer © Xxxxxx Twan Teunissen © Paul Oostveen

worden in West-Europa. “Maar geef dit landschapstype weer de ruimte en het is bijna niet te geloven hoe snel allerlei typerende plant- en diersoorten terugkeren”, is Harms ervaring. Zo is de Noordwaard in korte tijd een belangrijke pleisterplaats geworden voor grote groepen grutto’s, Nederlands nationale vogel die in schrikbarend tempo achteruitgaat.

“Afgelopen voorjaar waren er zo’n vijfduizend om op te vetten. Dankzij de grote, slikkige platen die tweemaal daags droogvallen is hier een overvloed aan voedsel voor ze te vinden”, vertelt de boswachter. Die droogvallende platen zijn te danken aan de getijdenwerking, die voortvloeit uit de open verbinding met de Brabantse Biesbosch. Het zorgt voor een getijdenverschil van zo’n 30 centimeter, wat sterk bijdraagt aan de bijzondere ecologie van de

Noordwaard. De wisselende waterstanden maken bijvoorbeeld in het voorjaar geultjes en slenken toegankelijk voor paaiende

(trek)vissen. Zeeprik en houting hebben de weg al gevonden naar de Noordwaard; hopelijk volgen elft en fint ook snel.

Visarenden en lepelaars De Noordwaardse overstromingsvlaktes langs de grote hoofdwatergangen zijn voor

veel soorten heel erg belangrijk. Daarnaast zijn ze ook een lust voor het oog, met bijvoorbeeld jagende visarenden en foeragerende lepelaars die er regelmatig te zien zijn. Vogelaars kunnen hun hart ook ophalen aan an dere steeds zeldzaam wordende soorten zoals veldleeuwerik, wulp, kwartel, tureluur en zelfs kemphaan en watersnip. Voor de natuur én de recreanten is de Noordwaard dus een waar devolle aanvulling, vindt Harm. “Het is een fijn gebied voor fietsers, waar veel moois is te zien en genoeg ruimte is om lekker te kunnen genieten van de natuur zonder steeds op mede-natuurlief hebbers te stuiten. En verder is het heel inspiratievol om te zien hoe mooi en hoe snel de natuur zich weer kan herstellen. Een baken van hoop.”

Jaarmagazine 2022 9
Dankzij de grote, slikkige platen die tweemaal daags droogvallen is in de Noordwaard een overvloed aan voedsel te vinden voor grutto’s.
‘We willen dit samen gewoon voor elkaar krijgen’
©
Nick Schoone Adviseur Rijkswaterstaat
esvetleishaya / iStock
© Luc Hoogenstein / Buiten-Beeld
10
Greenport & Staatsbosbeheer Tekst Ron Elkerbout
Jaarmagazine 2022
Fotografie Raymond Rutting

Energie

In maart en april verrezen bij Greenport Venlo, langs de spoorlijn Venlo-Eindhoven, acht windmolens; drie daarvan op grond van Staatsbosbeheer. Staatsbosbeheer draagt bij aan de productie van duurzame energie door grondgebied beschikbaar te stellen.

Suzan Tack, omgevingsmanager bij Windunie: “Greenport Venlo is een grote gebiedsontwikkeling met aandacht voor natuurontwikkeling en recreatie, met de ambitie om in het gebied zoveel mogelijk duurzame energie op te wekken. Een onderdeel daarvan is dit windpark met twee typen windmolens, de Nordex N117 en de N133. Het getal staat voor de diameter van het rotorvlak, in meters. Deze molens tikken met de tip van hun bladen de 200 meter hoogte aan en hebben een vermogen van respectievelijk 3,6 en 4,8 megawatt (MW). Het windpark als geheel heeft

straks 35 MW opgesteld vermogen, vergelijkbaar met het verbruik van ongeveer 30.000 huishoudens. Voor de zomer kan dat operationeel zijn. We bouwen nu acht molens, mogelijk komt er nog eentje bij.

Ruimtegebruik combineren

In Nederland is ruimte schaars en de ‘makkelijke’ plekken voor windmolens zijn allemaal al wel in gebruik. We moeten dus ontwikkelen met gecombineerd ruimtegebruik, zoals hier bij Venlo. Er liggen al snelwegen (de A67 en de A73; red) en een spoor die geluid maken, er is bedrijvigheid en er is relatief

weinig bewoning. Dat zijn de plekken waar windenergie voor weinig mensen overlast veroorzaakt. Bij de toch al ingrijpende gebiedsontwikkeling maakten de overheden daarom de keus om hier een windpark te ontwikkelen en zo bij te dragen aan de opgave van het energieakkoord. In 2017 sloten Staatsbosbeheer en het Windpark al een overeenkomst voor de bouw van drie windmolens. Ze zorgen er samen voor dat de windmolens zo goed mogelijk in het landschap passen. Onze uitvoerder maakt met regelmaat een rondje door het gebied met een boswachter van Staatsbosbeheer. Het is gedeeltelijk landbouwgrond waar ook nu nog op geboerd wordt. Na de bestemmingsplanwijziging worden de gronden van het ontwikkelbedrijf Venlo en Staatsbosbeheer ingericht als natuur- en recreatiegebied, stuifduinlandschap en een golfbaan.

Ecologische impact

De ecologische impact van dit windpark valt ons enorm mee. Die onderzoeken we uiteraard als onderdeel van de vergunningaanvraag. We hebben een aantal maatregelen genomen: plekken ongeschikt gemaakt voor broedvogels en een nest van een buizerd naar een rustiger plek verplaatst. Samen met het Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo hebben we gezorgd

dat er voor de das evenveel foerageergebieden blijven. De das heeft van de windmolens geen last, maar kan bouwterreinen niet gebruiken om te foerageren. In de vergunning is ook opgenomen dat we onderzoek doen naar de gevolgen van het windpark voor vleermuizen. Vooraf kun je dat niet met zekerheid vaststellen, het is te veel afhankelijk van plaatselijke factoren. In de eerste jaren van operatie monitoren we dus hoe dat verder verloopt.

Leefbaarheid

Samen met de lokale energiecoöperatie werken we nu aan een leefbaarheidsfonds van een half miljoen euro voor de omwonenden. Er is een buurtschap met twaalf woningen. De buurtbewoners kunnen met de coöperatie bepalen waarvoor dit kan worden ingezet. Bovendien komt er een obligatieregeling, zodat iedereen kan meeprofiteren van de opbrengst van het windpark – ook mensen met een kleine beurs.”

Ruimte voor wind

Staatsbosbeheer

maakt ruimte vrij voor windprojecten van andere partijen in zorgvuldig geselecteerde natuurterreinen. staatsbosbeheer.nl/ windenergie

11
‘Samen zorgen dat de windmolens zo goed mogelijk in het landschap passen’
Jaarmagazine 2022

De natuur is van iedereen. Hoe meer mensen daarvan genieten, hoe beter, toch? Niet helemaal, want grote drukte in kwetsbare gebieden verstoort de leefomgeving van dieren en planten. Daarom is het belangrijk bezoekersstromen in goede banen te leiden.

Heerlijk buiten

Maar níet altijd en overal

De druk van recreatie en evenementen in Staatsbosbeheerterreinen liep al op voordat corona toesloeg. En toen binnen (bijna) niks meer mocht, trokken nog meer mensen naar buiten. Het positieve is dat nieuwe bezoekers de schoonheid van de natuur ontdekten. Maar het veroorzaakte ook extra druk op de natuur. Om te voorkomen dat dieren worden verstoord en planten vertrapt, zijn afspraken nodig over waar en op welke tijden en manieren bezoekers welkom zijn. De vraag is allereerst wanneer de mens voorrang krijgt en wanneer de natuur. Over het antwoord hoeft

Joanie van Esch, recreatieadviseur bij Staatsbosbeheer, niet lang na te denken: “De natuur gaat voor, recreatie is volgend. In veel gevallen verloopt dat probleemloos, zolang bezoekers zich aan de regels houden.”

Recreatiezonering

Bij de recreanten vormen wandelaars de belangrijkste bezoekersgroep, maar ook mountainbikers, ruiters, natuurfotografen en watersporters gaan voor hun hobby graag de natuur in. Evenementen zijn er in alle soorten en maten: van trouwerijen in het bos tot toertochten, festivals en droppings. Hoe verleid je bezoe-

kersgroepen om naar bepaalde plekken te gaan? Joanie noemt als instrument recreatiezonering: “Daarvoor bepaal je eerst wat de hoogste natuurwaarden zijn in een gebied en vervolgens kijk je welke intensiteit en vormen van recreatie daarbij passen.”

Communicatie

Ook de omgeving en terreinomstandigheden spelen mee. Als een natuurgebied aan een grote stad grenst, gaat het nooit lukken aan die kant rust te creëren. En op een natte bodem is paardrijden al snel (te) schadelijk. Joanie: “Door zones aan

12 Jaarmagazine 2022
Recreanten & Staatsbosbeheer Illustratie Emil Wikström Tekst Ellen Meijer
13 Jaarmagazine 2022

te wijzen met voorzieningen, denk aan horeca en parkeerplaatsen, leid je mensen die kant op. Bezoekers van verder weg volgen veelal gemarkeerde routes, ook daarmee kun je sturen.” Zonering is maatwerk, benadrukt ze, en vraagt in gebieden met verschillende eigenaren en belanghebbenden veel overleg. Zo is onlangs een zoneringsplan opgesteld voor de Veluwe waarin wij via de provincie net als gemeenten, bewonersplatforms en andere terreinbeheerders een stem kregen.

Wat mag waar?

Nog een manier om balans te houden tussen beschermen en beleven is via communicatie. Daarvoor moet je weten welke bezoekers naar een gebied komen en voor welke activiteit. Joanie: “En ook hoe mensen informatie zoeken. De een wil weten wat in een gebied te doen is, een ander kijkt naar plekken om een hobby uit te oefenen. Met alleen borden in het gebied kom

je er niet. Veel boswachters zijn dan ook actief op social media.”

Staatsbosbeheer zet soms bepaalde wandelroutes in de schijnwerpers om andere gebieden te ontlasten. Daarbij is van belang om bezoekers goed te faciliteren, meent Joanie: “Denk aan informatie op de website over een uitzichtpunt waar je wild kunt spotten. Mensen waaieren dan minder snel op eigen houtje uit over een gebied.”

Flexibele toegang

Gebieden in een bepaalde periode (deels) afsluiten geeft de natuur extra rust. Zo geldt in de Biesbosch een broedrust- en een winterrustregeling, waarbij bezoekers tijdelijk geen toegang hebben tot sommige kreken en wandelgebieden. In de Biesbosch wordt ook gewerkt met flexibele zonering. Gebieden blijven dan open, maar bijvoorbeeld rond het nest van een visarend is het vaarwater een tijdje dicht. Ook dan is voorlichting cruciaal, weet Joa-

nie: “Voor bootverhuurders en bezoekers moet helder zijn waar je wanneer mag varen.” Rond het broedseizoen vragen natuurbeheerders gezamenlijk aandacht voor de ‘Kraamkamers van Moeder Natuur’. Deze landelijke campagne wijst bezoekers erop dat dieren in die periode kwetsbaarder zijn voor verstoring. “Dan is het dus nog belangrijker dat recreanten op de paden blijven en hun hond aangelijnd houden”, aldus Joanie.

Participatie

Om bezoekers zo ver te krijgen dat ze rekening willen houden met de natuur, helpt het als Staatsbosbeheer ook naar hún wensen luistert. Daarom overleggen boswachters lokaal met allerlei belangenorganisaties. Via bezoekersonderzoeken wordt gepeild hoeveel recreanten waar komen en wat ze ondernemen. Voor bijna elke provincie is enkele jaren geleden zo’n onderzoek gehouden. In Brabant heeft Joanie als pilot

14 Jaarmagazine 2022
Recreanten & Staatsbosbeheer

bezoekersonderzoeken in drie natuurgebieden uitgevoerd die ook lieten zien welke gebruikersgroepen er komen, welke voorzieningen ze gebruiken, waarderen of missen en waar de grootste recreatiedruk zit. De uitkomsten zijn gebruikt voor het opstellen van een recreatiezonering voor deze gebieden.

Een goed voorbeeld van omwonenden laten meedenken en -beslissen noemt Joanie de website echtterschelling.nl. De boswachters op het Waddeneiland delen nieuws over natuur en recreatie, en bewoners kunnen hierover hun mening geven.

5x In goede banen

1Alternatieve wielerroute

In de Rottemeren is langs de Rottedijk veel overlast van wielrenners. Daarom is er een alternatieve route aangegeven voor snelle wielrenners: de WielerRotte.

4Natuur voor iedereen

Met behulp van samenwerkingen met derden maken we de natuur toegankelijk voor iedereen. Sinds november 2021 is er een scootmobielroute ‘Scoot to go’ in het Leersumse Veld. Ook zijn er twee paden voor mindervaliden gerealiseerd op de Utrechtse Heuvelrug dankzij de inzet van de boswachter.

2Meedenken op Terschelling

De wensen van de ene bezoekersgroep kunnen soms de vrijheid van een andere groep in de weg zitten. Zo zijn in onder andere het Groene Hart en West-Brabant afspraken gemaakt met hondenuitlaatservices om te voorkomen dat de natuur en andere recreanten last hebben van grote groepen loslopende honden. In zoneringsplannen wordt ook aangegeven óf een activiteit passend is in een bepaald ge bied en zo ja, waar en hoe vaak. Joanie: “Soms ervaren mensen een regel als beperking van hun vrijheid, maar na goede uitleg is er meestal wel begrip. Uiteinde lijk kunnen Staatsbosbeheer en bezoekers er alleen samen voor zorgen dat de natuur z’n gang kan gaan.”

Op Terschelling laten de boswachters eilanders en gasten meedenken via het platform Echt Terschelling. Recent is bijvoorbeeld een enquête gehouden onder eilanders en bezoekers over mountainbiken op het eiland.

3Rust voor vogels

5RenovatieZeearendhut

De zeearendhut in de Oostvaardersplassen is in samenwerking met Gehandicapten Overleg Lelystad toegankelijk gemaakt voor mensen met een fysieke beperking.

15
© Daniele Occhiato / Buiten-Beeld
‘Met alleen borden in het gebied kom je er niet’
Joanie van Esch Recreatieadviseur bij Staatsbosbeheer © Jeroen den Hartog © Merlijn Spenkelink © Tjibbe Hunink
16 Jaarmagazine 2022
Cultuurhistorie & Staatsbosbeheer Fotografie Ayla Maagdenberg

Historische plek vol leven

Fort bij Rijnauwen, dat door Staatsbosbeheer wordt beheerd, is het grootste vestingwerk in de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Het is een goed bewaard gebleven historisch militair complex met een rijkdom aan plant- en diersoorten. Er groeien onder meer orchideeën en bijzondere korstmossen en paddenstoelen. Ook is het een thuis voor dassen, vossen, reeën, buizerds, vleermuizen en ijsvogels. Een prachtige plek om te bezoeken en beleven, waarbij wél rekening gehouden moet worden met het kwetsbare karakter ervan. In 2021 kreeg de Nieuwe Hollandse Waterlinie de UNESCO Werelderfgoedstatus. Dit is de beste garantie voor het behoud en de bescherming van deze linie in een druk deel van Nederland. Onder de noemer ‘Verborgen geheimen en natuurlijke magie’ richt Staatsbosbeheer zich met samenwerkingspartners en vrijwilligers op een exclusieve beleving van het fort, waarbij de cultuur- en natuurwaarden worden onderstreept. Er worden in 2022 enkele monumentale gebouwen verbouwd om nieuwe familie-expedities, workshop- en vergaderfaciliteiten te starten. In het najaar van 2022 wordt er ‘proefgedraaid’, om in het voorjaar van 2023 het fort te ‘heropenen’. Kijk voor meer info op staatsbosbeheer.nl/fortbijrijnauwen

Cultureel erfgoed

Staatsbosbeheer is eigenaar van ruim achthonderd rijksmonumenten, zoals buitenplaatsen, forten, kastelen, hunebedden, archeologische schatten, historische tuinen en spoorbruggen. Kijk op staatsbosbeheer.nl/cultuurhistorie

17 Jaarmagazine 2022

5X Beestachtig goed

Maar liefst driekwart van de flora en fauna staat er in Nederland niet goed voor. Samen met partnerorganisaties spant Staatsbosbeheer zich in om soorten en ecosystemen toch te beschermen en te behouden. Vijf projecten met een hoofdrol voor dieren.

De otter ofwel de Europese otter of visotter was verdwenen in Nederland, maar sinds hij in 2002 weer is uitgezet, komt hij op steeds meer plekken in Nederland voor. Hij is zelfs gespot in de grachten van Amsterdam. Zijn leefgebied wordt uitgebreid door natuurgebieden met elkaar te verbinden en veilige passages aan te leggen onder (snel)wegen. De otter gedijt bij de oevers van schoon water, zoals rivieren, beken, sloten en kanalen, met genoeg dekking en rust.

18 Jaarmagazine 2022 Fauna & Staatsbosbeheer
© Ernst Dirksen / Buiten-Beeld Terug van weggeweest

werkzaamheden op het land uitgesteld. Dat leverde goede foerageeromstandigheden op. Zo blijkt opnieuw dat onder meer het verhogen van waterstanden helpt bij bescherming van weidevogels.

Maarsinghwijk te beschermen, schoonde Staatsbosbeheer samen met waterschap Hunze en Aa en de gemeente Stadskanaal het water op, zodat het niet dichtslibt en verlandt.

Binnen Programma Natuur werken Rijk en provincies met (natuur)organisaties aan méér en sterkere natuur in Nederland. Tot 2030 komt er jaarlijks 300 miljoen euro voor beschikbaar. staatsbosbeheer.nl/natuurherstel

Natura2000-beheerplan, wordt het waterpeil tijdelijk verlaagd om het areaal riet in de Oostvaardersplassen uit te breiden ten gunste van moerasvogels. Tijdelijk ontstaan poelen en slikvlakten die grote aantallen moerasen watervogels aantrekken. Zo vormden honderden kluten als het ware een zwart-witeiland in het moeras. De maatregelen worden uitgevoerd door Provincie Flevoland, Waterschap Zuiderzeeland, Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer.

De visarend broedt in Nederland alleen in de Biesbosch. In 2021 waren er vijf broedparen, waarvan drie succesvol; er vlogen in totaal acht jongen uit. De visarend profiteert, net als veel andere dieren in de Biesbosch, van de aanleg van nieuwe, waterrijke en stille natuur en bescherming van leefgebied. De Biesbosch is een

populair watersportgebied en dat gaat niet altijd samen met broedende visarenden. Zij kiezen steeds nieuwe plekken uit om te broeden.

In 2021 was voor het eerst een visarendnest live te volgen via beleefdelente.nl/ visarend

19 Jaarmagazine 2022
bescherming
4
Acht jonge visarenden © Astrid Kant / Buiten-beeld © Aaldrik Pot © Aaldrik Pot Ruimte voor de groene glazenmaker

Nederland wordt groener en natter

20 CO2 & Staatsbosbeheer
Illustratie Leon de Korte Beeld Niels Rietveld Tekst Paul Q de Vries
Jaarmagazine 2022

Als een boom groeit, onttrekt hij koolstofdioxide aan de lucht. Als veen opdroogt, staat het juist koolstofdioxide en andere broeikasgassen af. Door bomen te planten en veengebied te ‘vernatten’ draagt Staatsbosbeheer bij aan de strijd tegen klimaatverandering. En we krijgen er ook nog mooi landschap en waardevolle natuur voor terug.

21 Jaarmagazine 2022

Nederland wil 10 procent meer bos realiseren, uiterlijk in 2030. Die doelstelling, die is neergelegd in het Klimaatakkoord tussen overheden, bedrijven en organisaties, en de daaruit voortkomende Bossenstrategie 2020, komt neer op 37.000 hectare extra bos. Dat is ongeveer vijf keer de stad Utrecht. Staatsbosbeheer neemt daarvan 5.000 hectare voor zijn rekening en is al druk bezig met bomen planten, en daar de ruimte voor zoeken. Dat valt niet mee in een druk, klein land als Nederland,

waar elke vierkante meter al geclaimd, bestemd of in gebruik is. Staatsbosbeheer werkt daarom langs meerdere sporen, legt Harrie Hekhuis uit, programmadirecteur Bos & Klimaat bij Staatsbosbeheer. “We kijken ten eerste naar gebieden die we zelf in beheer hebben. Bijvoorbeeld kruidenarme graslanden waar niet veel potentie in zit en die we beter bos kunnen laten worden. Voor de langere termijn kijken we naar gebieden waar we graag bos zouden willen laten ontstaan, zoals in beekdalen, riviergebieden, in overgangszones van Natura 2000-gebieden en naast grote steden. In beide gevallen geldt dat er nauw overleg nodig is met allerlei betrokken partijen. Van provincies tot waterschappen en van bedrijven tot omwonenden. Ruimtelijke ordening is in Nederland strak geregeld.”

Natte voeten

Ook bij het nat maken of nat houden van veengebied is goed overleg met de buren essentieel. “Staatsbosbeheer heeft ongeveer 35.000 hectare natuur op veengebied in beheer. Daarvan is ongeveer 20.000 hectare matig tot sterk verdroogd. Als we daar het waterpeil verhogen om verdroging tegen te gaan, kan dat landgebruikers in de omgeving raken”, zegt Vera Geelen, projectleider Veenlandschappen & Klimaat bij Staatsbosbeheer. “Een complicerende factor daarbij is dat natuurgebieden tegenwoordig vaak hoger liggen dan het omringende boerenland. Daar wordt het waterpeil liefst laag gehouden, waardoor het land behoorlijk is ingeklonken. Je ziet het op sommige plekken aan de elektriciteitsmasten, die nu veel meer van hun betonnen sokkel laten zien dan veertig jaar geleden. Zo’n hoger gelegen natuurgebied is een soort omgekeerde bloempot, het water kan er zo uit weg lekken. Daar moet je allemaal rekening mee houden.” Het is een kwestie van finetunen om het optimale waterpeil te vinden.

Piet Ursem, boswachter Noordoost Drenthe bij Staatsbosbeheer knijpt een stuk levend veenmos samen waardoor er water uitloopt. Veenmos is een levende spons en houdt veel water vast.

Te laag en het veen gaat rotten en geeft koolstofdioxide af, te hoog en je krijgt mogelijk weer meer methaanuitstoot. Vera: “Zo’n 20 centimeter onder het maaiveld lijkt het optimum, maar dat is natuurlijk ook weer afhankelijk van het type landschap. In moerasgebieden en hoogvenen willen we het waterpeil het liefst tot aan het maaiveld.”

Jaarmagazine 2022 22
N
‘Het is een kwestie van finetunen om het optimale waterpeil te vinden’
CO2 & Staatsbosbeheer © Cas Rijper

Tonnen aan broeikasgas

Het planten van bomen zorgt ervoor dat er koolstofdioxide aan de atmosfeer onttrokken wordt. Een hectare bos neemt ongeveer 10 ton koolstofdioxide per jaar op. Bij vernatting is het juist de bedoeling te voorkomen dat veen wordt blootgesteld aan de lucht, gaat rotten en broeikasgassen als koolstofdioxide, methaan (moerasgas) en lachgas afgeeft. Als broeikasgas is methaan zelfs vele malen sterker dan koolstofdioxide. Er wordt nog steeds druk gerekend aan de precieze cijfers, maar grofweg kun je zeggen dat elke centimeter bodemdaling (een gevolg van verdroging) zo’n 22 ton koolstofdioxide per hectare de lucht in stuurt.

Ingewikkeld spel

Het planten van bomen gebeurt in 2022 in acht provincies, vooral in Gelderland en Brabant. Die krijgen er elk 50 hectare nieuw bos bij, geplant of door spontane ontwikkeling. Als alle plantlocaties dit seizoen goed afgerond kunnen worden, komt er in totaal 224 hectare bos bij. Vernatten vindt onder meer plaats in Westzijderveld en Oudeland van Strijen.

Voor de bomenplant moeten de vergunning en toestemmingen geregeld worden, en uiteraard de financiering. Harrie: “Het geld komt van bedrijven en particulieren, via onze stichting Buitenfonds,

we krijgen subsidies van rijk en bepaalde provincies, en we zetten eigen middelen in. Als dat geregeld is, gaan terreinvoorbereiders aan het werk en uiteindelijk de planters. Daarvóór hebben we de bomen al bij kwekers moeten bestellen natuurlijk, we werken vaak met driejarige bomen. Als alle bomen staan, volgt nog nazorg en het gewone bosbeheer.”

Bij vernatting hangt de aanpak af van het type veen. Vera: “Hoogveengebieden zoals De Pelen en het Bargerveen zijn voor het waterpeil volledig afhankelijk van de regen. Dat water wil je ter plekke vasthouden in bekkens eromheen. In laagveengebieden wordt het een ingewikkeld spel van water-

Jaarmagazine 2022 23
Vanuit het oogpunt van risicospreiding, biodiversiteit en klimaatbestendigheid streeft Staatsbosbeheer naar gemengd bos. De sponswerking van het landschap moet worden hersteld, zodat het water vastgehouden kan worden. © Lode Greven © Paul Oostveen

Meer bomen, minder koolstofdioxide

Één van de twee manieren om een bijdrage te leveren aan het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering is de aanplant van bomen. Want groeiende bomen, onttrekken koolstofdioxide aan de lucht. Staatsbosbeheer zoekt (en vindt) ruimte voor 5.000 hectare bomen door heel Nederland.

Nieuw bos

In Gelderland is in totaal 30 hectare nieuw bos geplant, dat komt neer op zo’n 95.000 bomen. Bijvoorbeeld in de Rampert bij Kerkwijk en in het Beesdse

veld onder Culemborg. In 2022 wordt opnieuw 25 tot 30 hectare bos aangeplant.

Brandwerende zones Na de brand in Nationaal Park De Meinweg herstelt de

Natte voeten om uitstoot gassen tegen te gaan

De andere strategie is het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen door opdrogend veen. De oplossing: vernatten. Dit kan door te zorgen dat het water beter vastgehouden wordt óf door het gebied actief natter te maken. Staatsbosbeheer doet dit op verschillende plekken.

natuur zich langzaam weer. Staatsbosbeheer legt onder meer brandwerende zones aan met loofbomen om te voorkomen dat een brand ooit nog weer zo groot kan worden.

Met Rabobank

Al voor de tweede keer heeft Staatsbosbeheer samen met Rabobank bomen aangeplant in Hardenberg. In 2021 ging het om 7.642 bomen, in 2022 om nog eens 14.500 bomen.

Westzijderveld

In het veenweidengebied van de Zaanstreek en Varkensland werkt Staatsbosbeheer aan het herstel van Natura-2000-gebied. Zo worden damwanden geplaatst en wordt er gebaggerd, onder meer bij het Westzijderveld.

Schraallanden langs de Meije Samen met provincie Utrecht gaat Staatsbosbeheer rond dit Natura 2000-gebied met blauwgrasland een bufferzone met hoog waterpeil instellen en inrichten als natuur. Het water blijft zo beter in het hoger gelegen reservaatsdeel.

Oudeland van Strijen

Waterschap Hollandse Delta en Staatsbosbeheer werken tot 2025 samen om een fluctuerend waterpeil in dit gebied te realiseren, van groot belang voor weidevogels.

Jaarmagazine 2022 24
CO2 & Staatsbosbeheer

beheer met molens, dammen, kaden en sluisjes. Dat moet allemaal op elkaar afgestemd zijn.”

Omdenken

Welke boomsoorten er geplant worden en wat precies het karakter wordt van het bos, hangt af van de precieze locatie. Harrie: “Soorten als populier en douglasspar groeien snel en halen dus ook snel veel koolstofdioxide uit de lucht. Maar we planten niet alleen bossen voor het klimaat, er spelen ook andere waarden mee. Zoals biodiversiteit en de recreatiebehoefte van mensen. Bossen zijn populairder dan ooit, dat zagen we wel tijdens de corona-lockdowns. En zeker met beekbegeleidend bos en veenbos ontwikkelen we mogelijkheden voor zeldzame bostypen met bijbehorende planten en dieren. Bossen spelen dan ook nog een rol in het verminderen van fijnstof en hout wordt steeds belangrijker als grondstof in de circulaire economie. Het is het mooist als één plus één drie is, en we al die belangen kunnen dienen met nieuw bos.”

Ook bij vernatting spelen meerdere doelen dan alleen het tegengaan van klimaatverandering.

“Weidevogels hebben baat bij open landschap, plas-drasland en afwisseling met botanische graslanden. Dit historische ‘Hollandse’ landschap wordt over het algemeen hoog gewaardeerd en is recreatief aantrekkelijk”, zegt Vera. “Uiteindelijk willen we de sponswerking van het landschap herstellen. Maar bedenk wel dat Nederland er de afgelopen decennia helemaal op is ingericht om zo veel mogelijk water zo snel mogelijk af te voeren. Dus nu we water willen vasthouden, vergt dat wel enig omdenken. We hebben molens nodig die water ook de andere kant op kunnen sturen.”

Dat omdenken herkent Harrie. “Staatsbosbeheer heeft in zijn beleid altijd geanticipeerd op en meebewogen met maatschappelijke ontwikkelingen. Bij de oprichting in 1899 was houtproductie belangrijk. In de jaren 60 en 70 ging het om recreatie en biodiversiteit, nu komt klimaat erbij.” Volgens hem moet de organisatie zelf ook weer wennen aan het actief inzetten op de groei van het bosareaal. “Voor de ontwikkeling van heide en duinen werd regelmatig bos gekapt, terwijl de ontwikkeling van nieuw bos weinig aandacht kreeg. Terwijl bos toch het hart vormt van wat Staatsbosbeheer al 123 jaar óók is. Nu we weer inzetten op groei van het bos, voelt het daarom een beetje als thuiskomen.”

Bekendelle bij Winterswijk is een van de weinige moersasbossen in Nederland en Natura 2000-gebied.

CO2

Meer informatie over wat Staatsbosbeheer doet om CO2 in Nederland te verminderen, vind je op staatsbosbeheer.nl/CO2

Jaarmagazine 2022
Vera Geelen Projectleider Veenlandschappen & Klimaat bij Staatsbosbeheer.
25
‘Het vergt wel enig omdenken’
© Bob Luijks/Buiten-beeld
26 Jaarmagazine 2022
Avantium & Staatsbosbeheer Tekst Ron Elkerbout
Jaarmagazine 2022
Fotografie Raymond Rutting

Biobased

dus veel minder materiaal nodig voor eenzelfde fles. Bovendien is het gasdicht. Belangrijk voor de houdbaarheid van bijvoorbeeld verse sappen en frisdrank met koolzuur.”

Reststromen

Hardhout snippers

Technologie-ontwikkelaar Avantium bouwt ’s werelds eerste fabriek die op commerciële schaal vanaf 2023 bouwstenen voor biobased plastics gaat produceren, plastics uit biologische grondstoffen. Staatsbosbeheer levert houtsnippers voor de plastics. Chief Technology Officer Gert-Jan Gruter vertelt over deze ontwikkeling.

Gert-Jan: “De wereld wil stoppen met kunststof gemaakt uit fossiele grondstoffen. Eerlijk is eerlijk: die transitie gaat langzaam. We kunnen alle materialen vervangen door natuurlijke alternatieven, maar dan moet je ook met dingen stoppen en dat gebeurt nog niet. Er is geen roadmap voor de afbouw van de fossiele industrie. Nu nog wordt in Antwerpen 8 miljard euro geïnvesteerd in nieuwe olieraffinage en chemicaliëncomplexen. Grootschalige productie maakt die materialen heel goedkoop.”

Superieur product

“Avantium werkt daarom aan materialen die niet alleen duurzamer zijn, maar ook betere eigenschappen hebben dan bestaande plastics. We hebben een techniek ontwikkeld om plantaardige suikers (uit zetmeel) om te zetten in FDCA (furaandicarbonzuur; red.), een grondstof voor PEF (polyethyleenfuranoaat; red.). PEF is 100 procent biobased. Vergeleken met het gangbare PET, dat voor plastic flessen wordt gebruikt, is PEF beter bestand tegen hogere temperaturen en het is sterker. Je hebt

“Glucose wordt de bouwsteen voor een biobased economie. In alle plantaardige biomassa zit zo’n 40 procent cellulose, dat volledig bestaat uit glucose. Maar die glucose uit houtsnippers, stro of ander restmateriaal is nog nergens ter wereld te koop. Er is geen producent die dat eruit kan halen. Avantium kan het inmiddels wél, in een proeffabriek. Een oud-Duitse technologie, het zogenoemde ‘Bergius proces’ van 105 jaar oud, bleek het best te werken. Daarom zijn we een jaar of tien geleden al gaan nadenken hoe we in Nederland aan grote hoeveelheden biomassa konden komen. Dan kom je al snel terecht bij Staatsbosbeheer, dat op zijn beurt zoekt naar mogelijkheden om ook reststromen van biomassa hoogwaardiger in te zetten dan in een energiecentrale.”

“De afgelopen jaren hebben we samen met Staatsbosbeheer, en partijen als RWE, AkzoNobel/Nouryon/ Nobian en Chemport Europe, gewerkt aan grootschalige bioraffinage in Nederland. Met snippers van loofhout gaan we uiteindelijk FDCA produceren, een lonend proces. Er is nog meer ontwikkeling nodig, dus we gaan verder.”

Basis voor transitie

“Het is voor Staatsbosbeheer mooi dat loofhout, zoals beuk en eik, interessanter is in ons proces. Voor ons productieproces worden geen bomen gekapt.

Bij de normale houtkap van loofhout voor onderhoud van bossen blijft altijd zo’n 25 procent aan takken en toppen over. Staatsbosbeheer kan ons daarmee voldoende volume leveren. Biomassa is het enige alternatief voor duurzame productie van kunststoffen. Met onze fabriek gaan we bewijzen dat dat ook op commerciële schaal kan. Ik hoop dat ons werk zo de basis legt voor de totale overgang naar biobased kunststoffen in de wereld.”

27 Jaarmagazine 2022
‘De wereld wil stoppen met kunststof gemaakt uit fossiele brandstoffen’
Biomassa Bij het beheer van natuurgebieden komt restmateriaal vrij. Staatsbosbeheer levert onder meer biogrondstoffen als riet en houtsnippers.
28 Jaarmagazine 2022
Boeren & Staatsbosbeheer Beeld Ayla Maagdenberg Illustratie Yvonne Roos Tekst Paul Q de Vries

“De manier waarop we in Nederland intensieve landbouw bedrijven, is funest gebleken voor de natuur en een gezonde bodem. ‘Groene woestijnen’ van raaigras en monoculturen, waarbij kunstmest en landbouwgif een dominante rol spelen, hebben bijgedragen aan verzuring, vermesting en verdroging. Lange tijd was alleen productie belangrijk in de landbouw. Zo is het ook drie generaties boeren onderwezen op de landbouwscholen”, zegt Theo Bakker, coördinator programma natuurinclusieve landbouw bij Staatsbosbeheer.

“We zijn er de tweede exporteur van landbouwproducten ter wereld mee geworden. Maar het ging ten koste van andere waarden, zoals biodiversiteit en landschapsschoon.”

Waarom is natuurinclusieve landbouw de oplossing? “We moeten niet langer tegen de natuur in boeren, maar mét de natuur werken”, zegt Martijn van der Heide. Hij is bijzonder hoogleraar Natuurinclusieve Plattelandsontwikkeling aan de Rijksuniversiteit Groningen. “Het idee loslaten dat er een scheiding is tussen natuur en landbouw, tussen natuur en platteland. Een scheiding die trouwens niet alleen in het denken van de boeren zat, maar ook in dat van natuurbeschermers. Het ene onderzoek na het andere toont aan

Theo Bakker

Adviseur natuurinclusieve landbouw

Theo Bakker is coördinerend adviseur Natuurinclusieve Landbouw bij Staatsbosbeheer. Hij voert in Zuid-Nederland keukentafelgesprekken met boeren die de overstap naar natuurinclusieve landbouw willen maken.

dat het vooral met de natuur op het platteland slecht gaat. Er is dus grote biodiversiteitswinst te verwachten als we natuur en landbouw laten samengaan. Ook omdat landbouw zo’n groot deel van het landoppervlakte van Nederland inneemt, grofweg 67 procent.” Theo vult aan: “Er is bovendien een enorme landschapswinst te realiseren. Het landschap en de natuur die we nu zo koesteren en beschermen, vormen in feite het agrarische landschap van voor de industrialisatie en de intensieve landbouw.”

Boeren houden van vrijheid

Hoe natuurinclusieve landbouw er in de praktijk uitziet, varieert per streek en per boer. Martijn: “Voor de ene boer is het misschien strokenteelt met verschillende gewassen in plaats van monocultuur. Dan ben je ook minder kwetsbaar voor insectenplagen. Op een andere plek is het misschien weer agrobosbouw. Of bloemrijke akkerranden, houtwallen, land waar niet elke boom en elk beekje uit het oogpunt van efficiëntie zijn

29 Jaarmagazine 2022
Hoe natuurinclusieve landbouw er in de praktijk uitziet, varieert per streek en per boer, zo legt hoogleraar Martijn van der Heide uit aan pachter Erik Lamers en boswachter Claudia Wessel.
Mét de natuur boeren, in plaats van tégen; we hebben een herinrichting van de hele voedselproductieketen nodig. Dat kan niet alleen op het bordje van de boer liggen. Staatsbosbeheer werkt mee aan de transitie naar natuurinclusieve landbouw.
© Frank Hoyinck

Het vee binnenhouden met meidoornhagen in plaats van prikkeldraad. Het is een goed voorbeeld van boeren mét de natuur.

weggestreken.” Theo beaamt dat maatwerk nodig is. “Geef de boer een doel en een soort toolbox waar hij zelf, naar eigen inzicht, uit kan putten om de natuur weer plek te geven. Boeren zijn ondernemers, die houden van vrijheid, dus laten we niet voor elke vierkante meter voorschrijven wat daar moet gebeuren.” Een paar constanten zijn er wel: minder gewasbeschermingsmiddelen en minder bemesting. “Met kunstmest voed je direct

Martijn van der Heide

Hoogleraar en beleidsadviseur

Martijn van der Heide is bijzonder hoogleraar Natuurinclusieve Plattelandsontwikkeling aan de Rijksuniversiteit Groningen, een leerstoel gefinancierd door de provincie Groningen en ingesteld door de Vereniging voor Hoger Landbouw Onderwijs. Ook is hij als beleidsadviseur betrokken bij het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

de plant, maar ook alléén de plant. Je zet het hele bodemleven buitenspel. Terwijl een goede bodem de basis is”, zegt Theo. “Het komt erop neer dat we natuurlijke processen weer in ere moeten herstellen”, voegt Martijn toe. “Dat is boeren mét de natuur. En dat we zoeken naar slimme synergieën, zoals dat heet. Als je een deel van het land een hoger waterpeil gunt, creëer je plas-drasland voor weidevogels maar óók meteen een waterberging. Handig met het oog op klimaatverandering.”

Optimaal rendement

Staatsbosbeheer helpt boeren om die transitie naar natuurinclusieve landbouw te maken. “We hebben 6.000 van de 40.000 hectare grond die wij landelijk verpachten gereserveerd voor natuurboeren die experimenteren met al die verschillende vormen van landbouw”, zegt Theo. “We bespreken hoe we de biodiversiteit kunnen verhogen op het land en wat de boer daarbij van ons nodig heeft. We zetten onze natuurkennis in op het erf en gebruiken zijn boerenkennis voor natuurbehoud. Ik zit wekelijks bij boeren aan de keukentafel en het valt me op hoe gemotiveerd

30 Jaarmagazine 2022
Boeren & Staatsbosbeheer

ze zijn om dit te laten werken, zeker de jongere generaties.” Maar we kunnen niet alleen naar de boeren kijken. Martijn: “De overheid heeft ook een rol. Zij moet een stip op de horizon geven, een visie ontwikkelen op de toekomst van landbouw. Boeren willen duidelijkheid. Beleid van pappen en nathouden kan niet meer. Of neem de banken: die richten zich met hun financiering nog te veel op turboboeren die alleen voor de export produceren. Er is nu ook discussie of supermarkten niet meer moeten doen om duurzame producten in hun assortiment op te nemen. En dan is er natuurlijk de consument, die nog steeds grote moeite heeft om een dubbeltje meer te betalen.”

Van akker tot bord

Uiteindelijk is herbezinning in de hele keten – van de akker tot het bord – nodig. “Wat doe je met goedkope importproducten?”, zegt Theo. “Die mag je volgens allerlei EU- en WTO-regels niet zomaar weren. Maar misschien moet dat toch maar gaan gebeuren. De boer moet wel een sluitend verdienmodel hebben. Stel hem in staat om niet meer te gaan voor het maximale, maar voor het optimale rendement.” Dan rijst de vraag hoe het met die opbrengsten zit, want boeren zijn immers nodig voor een goede en gezonde voedselproductie. “Oogsten zijn niet per se veel kleiner met natuurinclusieve landbouw”, verduidelijkt Theo. “Het probleem is veel meer de wereldwijde verdeling van voedsel.”

Samen zorgen voor het land

Hoe hopen de heren al met al dat de landbouw er in 2030 uitziet? “2030 is al snel hoor!”, zegt Martijn. “Ik hoop vooral dat we grote vraagstukken dan geïntegreerd aanpakken. Een slimme inrichting van het platteland kan zo veel doelen tegelijk dienen: landbouw, natuur, landschapsschoon, woningbouw, zonneweiden en windmolens voor de energietransitie. Wat goed is voor

de natuur kan ook goed uitpakken voor andere maatschappelijke uitdagingen.” Theo: “Ik hoop op een nog aantrekkelijker Nederland, met niet minder, maar meer boeren. Die gezonder en zelfs lekkerder voedsel verbouwen. Het platteland is dan niet meer alleen agrarisch land, maar een allemansland. Waar boswachters en boeren weer samen zorg voor dragen.”

Boeren gezocht

Staatsbosbeheer ondersteunt boeren met pachtgrond of eigen grond naast een natuurgebied van Staatsbosbeheer bij het natuurinclusief maken van hun bedrijf. Door deze boeren te adviseren hoe zij hun bedrijf kunnen extensiveren met aandacht voor biodiversiteit en kringlopen. En door te onderzoeken hoe die natuurinclusieve landbouw bijdraagt aan de natuurdoelen in de gebieden van Staatsbosbeheer. Kijk voor meer informatie op staatsbosbeheer.nl/ natuurinclusievelandbouw

Jaarmagazine 2022
31
Een slimme inrichting van het platteland is de basis voor een gezonde ontwikkeling van landbouw, natuur, landschap, woningbouw, zonneweiden en windmolens.
34 Jaarmagazine 2022
Rijksadviseurs & Staatsbosbeheer Tekst Ron Elkerbout Fotografie Raymond Rutting

Groene stad

De verstedelijking zet door, wereldwijd en ook in Nederland, onder meer in gebieden van Staatsbosbeheer. Hoe blijven of worden stedelijke gebieden een prettige leefomgeving? Welke dilemma’s komen daarbij naar voren en welke rol kan ‘de natuur’ daarin spelen?

Rijksadviseur Fysieke Leefomgeving, Jannemarie de Jonge: “Mensen hebben elkaar nodig voor steun, gezelschap, plezier, liefde en werk. De waarde van contact zagen we tijdens corona. We moeten er dan wel voor zorgen dat mensen op een gezonde en veilige manier kunnen samenleven. Er ligt eenzelfde oorzaak onder de huidige crisis van klimaatverandering als onder corona. We zijn sterk vervreemd van de natuur en de natuurlijke condities uit het oog verloren als voorwaarden voor gezond en veilig samenleven. De mens heeft de neiging zich boven de natuur te plaatsen en daar

plukken we nu de wrange vruchten van. Die natuur begint terug te vechten.”

Relatie herstellen

“We moeten dus onze relatie met de natuur herstellen, ook bij stedelijke groei. We hebben onszelf al verplicht om ten minste

10% meer bos te realiseren en te komen tot 10% groenblauwe dooradering op landbouwgronden. Als we dat gebruiken om stad en land te verbinden, gaat de kwaliteit van leven in stedelijke regio’s omhoog. Er zijn mooie voorbeelden in Nederland waar water weer de stad in getrokken wordt, met meer ruimte rond dat water, voor klimaatadap-

tatie. Zo ontstaat een groenblauwe dooradering, waar mensen in hun directe leefomgeving in contact staan met groen. Geen stadsparkje, maar echt beleefbaar groen. Ruimte is natuurlijk een vraagstuk in stedelijk gebied. Ik denk dat er nog veel ruimte is voor verdichting. Het is wel noodzakelijk om de derde dimensie erbij te betrekken – en dat hoeft echt geen superhoogbouw te zijn. Er zijn voldoende studies die aantonen dat steden verdicht kunnen worden met een hogere kwaliteit voor de samenleving. Vaak ook ruimtebesparend, zodat de groenblauwe structuur van de stad kan meegroeien.”

Optimaal rendement

“Het vraagt om andere ordeningsprincipes, integrerend werken aan de verschillende opgaves. In stedelijk gebied is het altijd en-en, nooit of-of. We moeten voldoende woningen bouwen én werken aan klimaatadaptatie, gezondheid en biodiversiteit. Er

wordt nu vaak op projectniveau ontwikkeld, dat is een van de blokkades. We moeten echt op een groter schaalniveau gaan werken en deze ontwikkelingen regionaal aanpakken. Beloftevol vind ik het initiatief van de Regionale Investeringsagenda’s, die regionaal de opgaven verbinden. Staatsbosbeheer werkt er ook aan mee. Zo ontstaan mogelijkheden voor ruimtelijke verschuivingen die nodig zijn om de groenblauwe structuren te versterken. Dan worden het waardevolle structuren, in plaats van plukjes her en der verspreid.”

“Staatsbosbeheer zoekt ook meer samenwerking met het Rijksvastgoedbedrijf en Rijkswaterstaat om te zien hoe ze gezamenlijk grond kunnen inzetten voor groenblauwe metropoolregio’s. Hiermee kan het Rijk als rentmeester laten zien hoe overheidsgrond wordt ingezet voor optimaal, breed maatschappelijk rendement.”

Een groene verbinding die stad en land verbindt, voert je vanaf je voordeur zo naar een recreatiegebied en natuur. Maar liefst 25 procent van de natuurgebieden die Staatsbosbeheer beheert, ligt vlak bij een stad.

De komende jaren komen er veel woningen bij, ook in de buurt van natuur. Staatsbosbeheer denkt mee over de inrichting van deze gebieden. Kijk op staatsbosbeheer.nl/groenemetropool

35 Jaarmagazine 2022
‘We moeten onze relatie met de natuur herstellen’
Groen vanaf de voordeur

Rietlanden zijn een zeldzame landschapssoort in Europa, die Staatsbosbeheer vooral om ecologische redenen wil behouden. Vakkundig rietbeheer is daarvoor noodzakelijk.

Hierin trekt Staatsbosbeheer samen op met vrijwilligers, pachters en andere betrokkenen.

Vakmensen & Staatsbosbeheer Beeld Jesse Kraal & Staatsbosbeheer Tekst Frieda Zieleman
36
kwestie
© vaitekune/iStock Jaarmagazine 2022
Een
van samenwerken
37 Jaarmagazine 2022

Verschraling

Rietlanden met vooral botanische waarde worden in de zomer gemaaid. Het doel is om de bodem te verschralen, om zo veel plantensoorten een kans te geven te groeien.

Vroeger werd het riet op veel plaatsen geteeld voor de oogst en de opbrengst, maar tegenwoordig is het een restproduct. De focus is verschoven naar natuurbeheer. Rietlanden hebben nu vooral waarde voor de aanwezige flora en fauna. Door het riet regelmatig te maaien, verruigt het land niet en onstaat er geen ongewenste boomgroei. Rietpercelen worden jaarlijks of eens in de zoveel jaar gemaaid. In het laatste geval ontstaat er een mooie mix tussen jong en oud riet. Dit speelt bijvoorbeeld in Lauwersmeer, waar een goede balans van belang is voor de Natura2000-doelsoorten. Zo nestelt de rietzanger graag in jonger riet, terwijl de roerdomp en de snor de voorkeur geven aan overjarig riet.

Complex

Rietbeheer is intensief werk, vaak op moeilijk bereikbare plekken. In de Noord-Hollandse veenweiden bijvoorbeeld is twee derde van het gebied vaarland. Deze rietlanden zijn bovendien niet altijd begaanbaar met zware machines. Dit maakt het maaien en vooral het afvoeren van het riet heel complex. Staatsbosbeheer werkt daarom samen met aannemers, vrij-

willigers, pachters en met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, via Binnenwerk. De maaiwerkzaamheden zelf worden gedaan door professionals, maar vrijwilligers helpen vaak bij het bij elkaar harken en afvoeren van het riet. Staatsbosbeheer heeft daarbij altijd de regie.

ge brakinvloeden. Dit riet wordt gecomposteerd of er worden schermen van gemaakt om de kustduinen te versterken en inwaaiend zand van het strand vast te houden, waardoor de duinen meegroeien met de stijgende zeespiegel. Ook het riet uit Lauwersmeer is niet van hoge kwaliteit. Sinds kort is voor dit riet een nieuwe bestemming gevonden: boeren fermenteren het riet en gebruiken het als bodemverbeteraar.

Verschil in kwaliteit

Wat er na de oogst met het riet gebeurt, is afhankelijk van de kwaliteit ervan. In de Weerribben is de bodem voedselarm, waardoor het riet niet zo snel groeit. Dit dunne, veerkrachtige riet is heel geschikt om daken mee te bedekken. In de Noord-Hollandse veenweiden is het riet brozer, vanwe-

Egbert Beens, boswachter bij Staatsbosbeheer in De Weerribben: “Voor het rietbeheer werken wij samen met de pachters in het gebied. Zij bundelen het gemaaide riet en leggen het op de hoger gelegen ribben. Vanaf daar kunnen we het riet met platbodems afvoeren. Op bepaalde plekken willen we het overjarig riet laten staan voor de moerasvogels en de grote vuurvlinders. Die plekken markeren wij, zodat alle betrokkenen weten dat we daar niet maaien. Kenmerkend voor De Weerribben zijn de molens die je overal ziet. Die gebruiken we om de rietvelden te bevloeien met water. Na het maaien, in het vroege voorjaar, beschermen we zo het jonge riet tegen nachtvorst.”

‘We markeren de plekken waar overjarig riet moet blijven staan’
Egbert Beens Boswachter De Weerribben Vakmensen & Staatsbosbeheer
38 Jaarmagazine 2022
Riet maaien is vaak intensief handwerk

Rietzanger

Moerastrekker

Bij een stevige ondergrond kun je voor het maaien een moerastrekker gebruiken. De boswachter bepaalt welke percelen geschikt zijn.

Verplaatsen

Vrijwilliger Dirk-Jan en boswachter Bert Jan van Staaveren varen naar de plekken om het gemaaide riet op te ruimen.

Berrie

Voor het verplaatsen van riet kan een berrie worden gebruikt. Dit is een soort brancard waar je het riet op harkt. Met twee man til je de berrie op om het riet te verplaatsen.

39 Jaarmagazine 2022
© Jefta Leeuwis De boottochten tussen de eilanden maken het vrijwilligerswerk in Polder Westzaan en Eilandspolder extra mooi. Door riet te maaien, krijgt de bodem meer licht. Daardoor krijgen andere plantensoorten een kans om te groeien.
40 Jaarmagazine 2022
Vakmensen & Staatsbosbeheer

Anselm Claassen, akkerbouwer in Vierhuizen:

“Ik gebruik het riet uit Lauwersmeer om de bodem van mijn akkers te verbeteren. Staatsbosbeheer levert het riet gehakseld bij me aan. Via de bokashimethode laat ik het fermenteren. Bokashi lijkt op composteren, maar je voegt mineralen, kalk en mest toe om de vertering op gang te brengen. Dit proces neemt ongeveer een half jaar in beslag, want riet is natuurlijk behoorlijk hard en stug. Na de zomer rijd ik het uit over de akkers. Dit is het tweede jaar dat ik dit doe, dus het is nog niet precies te zeggen

wat het effect is. Maar het is mooi dat een restproduct waar eigenlijk geen bestemming voor was, nu toch op een duurzame manier gebruikt wordt.”

Dirk Jan Booij, vrijwilliger in Polder Westzaan (bij vrijwilligersgroep Trilwacht) en Eilandspolder:

“Ik heb 25 jaar als beleidsmedewerker bij Milieufederatie Noord-Holland gewerkt en ben al 30 jaar gids in Polder Westzaan. Als kind kwam ik hier al. Ik vind beheer en bescherming van de veenmosrietlanden van groot belang. Er komen ontzettend veel rodelijstsoorten voor, zoals de roerdomp, de noordse woelmuis en de ronde zonnedauw. Met een enthousiaste groep vrijwilligers verwijderen we ongewenste groei van bomen en struiken. Vooral de invasieve exoot zwarte appelbes zorgt met zijn lange wortelstelsel voor bodemverdichting. Die willen we graag vóór de besvorming geheel weghalen, zodat de vogels de bessen niet verspreiden. In Polder Westzaan verwijderen we

de opslag voordat Staatsbosbeheer gaat maaien. Na de maaiwerkzaamheden zorgen we dat het maaisel zo snel mogelijk langs de kant of op hopen wordt gezet. Daar moet je niet te lang mee wachten, want anders verrijkt de bodem. In de Eilandspolder wordt een dag per maand vooral riet geruimd. Het is intensief werk dat je jaarlijks moet herhalen. Maar we zien dat het effect heeft: de welriekende nachtorchis komt bijvoorbeeld steeds meer voor. Dat komt echt doordat we de bodem schraal houden.”

Moerastrekkers, eenassige trekkers met rietrek, maaibalk of messenbalk. Het hangt af van de ondergrond en de omstandigheden ter plekke welke machine de klus helpt te klaren.

‘Met bokashi van riet verbeter ik de bodem’
Anselm Claassen Akkerbouwer
‘In rietlanden komen ontzettend veel rodelijstsoorten voor’
41 Jaarmagazine 2022
Biodiversiteit & Staatsbosbeheer Fotografie
Jelsma / ANP 42 Jaarmagazine 2022
Otto

Ruimte voor de wolf

De wolf woont weer in Nederland en daarmee is een toppredator teruggekeerd. Hoefdieren als reeën, herten en zwijnen moeten opeens weer rekening houden met een natuurlijke vijand. Zij vermijden plekken waar een wolf hen ongezien kan besluipen, waardoor andere dieren en planten (denk aan jonge boompjes) ook meer of andere kansen krijgen. De wolf heeft bovendien invloed op de hoefdierpopulaties, omdat hij vaak zwakkere prooien pakt.

Wat dat betreft gaat de komst van de wolf niet helemaal van een leien dak. Ook wij mensen moeten nog een beetje wennen aan de komst van dit grote roofdier. Zo kijken veel schapenhouders met argusogen naar het oprukken van de wolf, die vooral wanneer hij rondzwerft nog regelmatig gehouden schapen als prooi ziet. Aaldrik Pot, provinciaal adviseur in Drenthe en faunaspecialist bij Staatsbosbeheer: “Als wolven de kans krijgen zich te settelen in een gebied met voldoende wilde prooien en veehouders hun vee goed kunnen beschermen met wolfwerende rasters, is samenleven met de wolf heel goed mogelijk.”

Meer over de wolf

Lees het natuurverhaal met vijf vragen over de wolf op staatsbosbeheer.nl/5xwolf

43 Jaarmagazine 2022
Stichting NatuurWijs & Staatsbosbeheer Tekst Ron Elkerbout
44 Jaarmagazine 2022
Fotografie Raymond Rutting

Educatie

In de zomer en herfst brengt Mustapha el Jarmouni met het educatieprogramma NatuurWijs kinderen uit de Amsterdamse Indische Buurt drie dagen naar de bossen buiten de stad. Deze kinderen krijgen thuis weinig mee van de natuur.

kinderen de natuur in kunnen. Ze leren en ontdekken van alles over planten, dieren, insecten en zijn vooral in contact met de natuur. Ik merk dat ze zich veilig voelen, ze zijn nieuwsgierig, spelen met water in de zon, rennen, schreeuwen, maken vuur en bakken brood. Ze maken van planten en blaadjes een masker of een poppetje, echt bijzonder om te zien. Voor mijzelf is het ook een avontuur. In de stad zitten we meestal met activiteiten in een zaaltje en zijn er toiletten. In het bos niet. Dat is allemaal nieuw voor de kinderen. Ik

ben onder de indruk van de NatuurWijzers van NatuurWijs. Ze zijn professioneel, serieus en goed voorbereid. Ze vertellen mooie verhalen en er zijn boeken en een film om te bekijken daarna. Ik wil de kinderen vooral respect voor de natuur bijbrengen. Elk dier, elke plant en elk insect heeft een rol in de natuur en nut voor de planeet. Het gaat ook over schone lucht. Net als wiskunde en taal, zouden scholen aandacht moeten geven aan het vak natuur. Maar ik ben al heel blij met deze drie dagen per jaar.”

Staatsbosbeheer voert samen met Stichting NatuurWijs dit educatieprogramma uit en vindt dat elk kind de kans moet krijgen de natuur te ontdekken. Mustapha is actief in de Indische Buurt, met onder meer een schaakschool en een vakantiekamp voor kinderen.

Mustapha: “Armoede is de belangrijkste oorzaak dat kinderen uit de stad niet met natuur in aanraking komen. Heb je ouders met een laag inkomen, zonder

auto, dan zit je vast in de stad. Het overgrote merendeel van de kinderen uit de Indische Buurt is hier in de stad geboren en getogen, is mijn ervaring. De meesten van hen komen niet in de natuur. Als kinderen opgroeien zonder kennis van de natuur, dan zorgen ze er later ook niet goed voor. Het is als met rekenen en taal, laat kinderen met de natuur kennismaken, dan kunnen ze die kennis zelf verder ontwikkelen.

Daarom is het geweldig dat we in de zomer met deze

Iedereen naar buiten

Staatsbosbeheer heeft de ambitie dat alle kinderen in Nederland die binnen een straal van 5 kilometer van een natuurgebied van Staatsbosbeheer wonen meedoen aan begeleide activiteiten in de natuur. Want elk kind moet de kans krijgen de natuur te ontdekken en te leren zich ertoe te verhouden. Oók kinderen die niet met hun ouders mee de natuur in trekken. Staatsbosbeheer werkt hiervoor samen met onder meer Stichting NatuurWijs.

Kijk voor meer informatie op staatsbosbeheer.nl/kindennatuur

‘Natuur zou een vak moeten zijn op school, net als taal en wiskunde’
45 Jaarmagazine 2022

In vogelvlucht

Staatsbosbeheer zet zich in om het groene erfgoed van Nederland te beleven, beschermen en benutten.

270.000 hectare natuur

Beheer van in totaal 270.000 hectare natuur in Nederland:

- 96.000 ha bos

- 17.000 ha heide

- 25.000 ha water

- 85.000 ha grasland

- 12.000 ha zand

- 35.000 ha overig

van de terreinen is open voor publiek

255.364 m3

100% van de Staatsbosbeheer terreinen is FSC gecertificeerd en daarmee al het geoogste hout en biomassa. Er is in 2021 255.364 m3 rondhout geoogst, dat is 3% van het totale houtverbruik in Nederland. Er kwam 62.844 ton biomassa uit

reststromen vrij. Er zijn 17 overeenkomsten met natuurboeren, die in totaal 2.404 hectare natuurinclusief beheren. Staatsbosbeheer leverde 500.000 bomen en struiken aan derden en er werd 13.000 kilo zaad geoogst.

Duurzaam benutten
46 Jaarmagazine 2022
Cijfers & Staatsbosbeheer Illustratie Leon de Korte
rondhout

Meer cijfers zijn te vinden op staatsbosbeheer.nl/ feitenencijfers

192 ha

nieuw bos aangeplant

Klimaatdoelstellingen

Staatsbosbeheer draagt bij aan het behalen van de klimaatdoelstellingen uit het Klimaatakkoord. Onder meer door bosaanplant en veenvernatting. In 2021 zijn 1,5 miljoen bomen geplant in terreinen van Staatsbosbeheer. Ook stelt Staatsbobeheer grond ter beschikking voor windmolens en zonnepanelen.

speelbossen en andere buitenspeelplekken

Recreatie en beleving

Er zijn in de Staatsbosbeheergebieden 4.777 km aan gemarkeerde wandelroutes. Er is 75 km aan routes voor mindervaliden, 2.353 km aan fietspaden en 1.011 km aan MTB-routes. Staatsbosbeheer heeft 26 natuurkampeerterreinen, met in 2021 322.892 overnachtingen. Daarnaast zijn er 53 vakantiewoningen met 3.711 geboekte overnachtingen in 2021.

Middelen

Staatsbosbeheer had in 2021 een omzet van 230 miljoen euro. Het Ministerie van LNV droeg 28 miljoen euro bij en de Provincies 69 miljoen via de SNLbijdrage. De bijdrage uit projecten was 56 miljoen euro. Kijk voor meer info op staatsbosbeheer.nl/jaarverslag

vrijwilligers

Samenwerken

Bij Staatsbosbeheer werkten in 2021 1.329 mensen (66% man, 35% vrouw), waaronder 25 leerlingen en 101 boa’s. Staatsbosbeheer werkt samen met 8.265 vrijwilligers en biedt 3.588 maatschappelijke banen via samenwerkingspartners.

Uitgever  Staatsbosbeheer, Amersfoort

Concept en realisatie  LBL, Arnhem

Artdirection en vormgeving  Yke Bartels, Yvonne Roos, Patrick Bruggink

Redactionele bijdragen  Ron Elkerbout, Marieke Enter, Anneke Leibbrand, Ismay Megens, Ellen Meijer, Gabriëlle Philips, Geert-Jan Roebers, Paul Q de Vries, Frieda Zieleman, Regina Zoeter

Lithografie

Willem Grafische Bewerkingen

Druk

Opmeer, Den Haag

Redactieadres  Staatsbosbeheer

Postbus 2, 3800 AA Amersfoort  redactie@staatsbosbeheer.nl

Dit magazine wordt gedrukt op papier dat is gemaakt van bomen afkomstig uit FSC-gecertificeerde bossen. Het drukproces voldoet tevens aan de eisen beschreven in de milieunorm ISO 14001.

Niets uit deze uitgave mag, in welke vorm en op welke wijze dan ook, worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De redactie betracht de grootst mogelijke zorgvuldigheid bij de samenstelling van dit magazine. Voor eventuele fouten kan de redactie noch Staatsbosbeheer enige verantwoordelijkheid nemen.

8265 €
230.000.000
47 Jaarmagazine 2022

De zandhagedis

Je kunt ze steeds vaker zien terwijl ze zich op het zand opwarmen: de zandhagedis. Staatsbosbeheer monitort zijn aanwezigheid jaarrond en er worden steeds meer zandhagedissen gezien en geteld. Dat is niet alleen goed nieuws voor het dier zelf; zijn aanwezigheid is ook een goede graadmeter voor de kwaliteit van de natuur waarin hij leeft. Zijn er veel zandhagedissen in een duingebied, dan zijn er open duinen waar het zand

vrij spel heeft. Er is dus sprake van een natuurlijke dynamiek en dat is van vitaal belang voor dit landschapstype. De zandhagedis leeft op open plekken, vooral in de duinen en in heidegebieden. Door herstel van dit soort gebieden, neemt de zandhagedis in aantal toe. Zo worden stukken duin opengemaakt en heidegebieden minder grootschalig geplagd.

Groene oren

Weten wat de aanwezigheid van specifieke planten of dieren zegt over de staat van een natuurgebied? In de podcastserie Groene Oren worden soorten uit de Nederlandse natuur geïnterviewd en komt onder andere Leopold de zandhagedis zélf aan het woord.

Kijk op staatsbosbeheer.nl/ groeneoren

Biodiversiteit & Staatsbosbeheer Fotografie Taviphoto/iStock

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.