1 minute read

Is schaken sport?

Begin september ging er een golfje van ontzetting door de Nederlandse schaakwereld. De staatssecretaris van Financiën liet weten geen mogelijkheden te zien om de denksporten op dezelfde manier vrij te blijven stellen van betaling van BTW als de ‘echte’ sporten. Dit op grond van een uitspraak van het Europees Hof waarin was bepaald dat bridge geen sport is, omdat er slechts “een te verwaarlozen lichamelijke component” in zit. Dat ging dus om bridge, maar de consequentie is voor ons, schakers, hetzelfde: we moeten BTW gaan betalen. Nu heb ik zelf een beroepsschakersleven lang BTW ‘genoten’, zoals mijn belastingadviseur het altijd noemde, dus ik schrok hier niet direct van, maar de extra administratieve rompslomp voor bestuurders die hier het gevolg van gaat zijn is uiteraard niet leuk en de dreiging van een gedwongen contributieverhoging voor KNSB-leden evenmin.

Toch lijkt het me dat de verontwaardiging over zowel de gerechtelijke uitspraak als de beslissing van de staatssecretaris (die ons nog een trap na gaf door het schaken uitdrukkelijk niet als “immaterieel cultureel erfgoed” te zien) niet zozeer voortkomt uit praktische bezwaren, maar uit gekrenktheid. Dus schaken zou géén sport zijn? Blijkbaar ervaren we verwijdering uit de sportwereld als een degradatie.

Advertisement

Maar is schaken sport? Tja, het is maar welke definities je hanteert. Juist daarom zal een rechter, die per definitie met definities werkt, uiteindelijk op ja of nee uitkomen. Maar verschraalt deze denkwijze de werkelijkheid niet, zoals ook een uitslag onder de notatie van een schitterende partij alle complexiteit, alle spanning en alle schoonheid van een confrontatie tussen twee creatieve geesten, tot een boekhoudkundige verdeling van het punt reduceert? Laten we om te beginnen trots zijn. Schaken is méér dan sport, zoals het ook meer is dan immaterieel cultureel erfgoed. Laten we

This article is from: