
8 minute read
Schrijf een schaakboek!
Volgens onderzoek zouden veel Nederlanders graag nog eens een boek schrijven. Onder deze aspirant auteurs zitten vast ook KNSB-leden. Ter inspiratie sprak Schaakmagazine met vier auteurs over hun uiteenlopende schaakboeken - en hoe je die maakt.
Je loopt door een museum, een kasteel, een landhuis of een oud stadje en je oog valt op? Een schaakbord! Natuurlijk maak je een foto. Die laat je aan wat mensen zien, je deelt ‘m misschien op social media en daar blijft het bij. Rob Spaans (rating 1823) van Schaakvereniging Heerhugowaard pakt het anders aan.
Advertisement
Spaans besteedt zijn vakanties in binnen- en buitenland al zo’n vijftien jaar aan schaakmotieven. Schaakschilderijen, schaakbeelden, schaakmozaïeken, schaakgraven, schaaktapijten, schaakschoenen, schaakstraten en schaakdorpen. Hij fotografeert ze niet alleen, maar gaat ook op zoek naar het verhaal erachter. Zo’n vier jaar geleden besloot hij die verhalen in eigen beheer uit te geven. Dit werd de ‘Reisgids voor Schaakliefhebbers’
Verdwenen dames
Spaans: ‘Daarop krijg ik nog steeds veel reacties. In Wijk aan Zee sprak ik Ad van Schie, eigenaar van café de Zon. Hij had mijn boek van zijn vrouw gekregen. Maar hij vond een fout in één van de verhalen. Daar stond dat tijdens het Tatatoernooi van 1990 een actiegroep alle witte koningen van alle borden (ook de demonstratieborden) had ontvoerd. Ad wist uit betrouwbare bron dat het de dames waren die waren geroofd.’
Spaans tekende het juiste verhaal op in de ‘Anekdotengids voor Schaakliefhebbers’, die vorig jaar verscheen. Spaans: ‘Daarin kon ik een boel aanvullingen en natuurlijk nieuwe verhalen kwijt.’ Net als de Reisgids is de Anekdotengids omvangrijk. Zo’n tweehonderdvijftig pagina’s vol korte, onderhoudende, schaakverhalen. Niet ingedeeld op thema, maar op het jaar waarin ze spelen. Zo kom je van ‘Het schaakwapen van Kroatië’ naar ‘Schaken op slippers’.
Spaans maakte zijn boeken helemaal zelf. Alleen het drukken besteedde hij uit. ‘Aan het eerste boek heb ik een jaar lang elke dag gewerkt’, vertelt Spaans. ‘Ik had enorm veel materiaal, maar moest zaken verder uitzoeken en ook het schrijven zelf is een klus, het moest natuurlijk wel lekker lees- baar zijn. Over de Anekdotengids heb ik anderhalf jaar gedaan. Mijn vrouw heeft alles gelezen. Gelukkig is ze ook geïnteresseerd in cultuur en gaat ze graag mee op mijn zoektochten.’
Niet-schakers

Spaans: ‘Mijn vrouw schaakt niet en kon dus controleren of de teksten ook voor nietschakers begrijpelijk zijn. Ik wil me namelijk op een brede groep van cultuurliefhebbers richten. Het blijkt wel wat moeilijk om dit niet-schakerspubliek te bereiken. Mijn boek heeft geen ISBN-nummer, omdat ik opzag tegen de kosten en administratie. Ik kan het daardoor niet via een webwinkel als bol. com verkopen. Ik sta wel op boekwinkeltjes. nl en de boeken liggen bijvoorbeeld bij Schaak&Go winkel het Paard in Amsterdam.’
‘Ik verkoop mijn boeken verder via mijn werkgever New in Chess, op toernooien en bij de schaakboekenmarkt van het Max Euwe Centrum’, vult Spaans aan. ‘Vanwege coronamaatregelen gaan veel activiteiten helaas niet door. Gelukkig ben ik voor beide boeken al wel uit de kosten. Ik besloot er vijfhonderdtwaalf te laten drukken, dat is acht maal acht maal acht en dat vond ik wel passend. Bij grotere aantallen wordt het drukken ook goedkoper. Gelukkig staan de dozen thuis niet in de weg en vind ik het verzenden van bestellingen niet vervelend.’

Zwerven
Met ‘Zwerven in het land van de schakers’ maakte schaakveteraan Ruud Aalbersberg (rating 1235) van Schaakvereniging Voorschoten in juli zijn debuut. In het boekje op magazineformaat bundelde Aalbersberg zijn bijdragen aan Man & Paard, het clubblad en de trots van de schaakvereniging. De publicatie van zestig pagina’s bevat uiteenlopende schaakverhalen, partijen, illustraties en foto’s. Grafisch bureau Christine van der Ven verzorgde het ontwerp en de lay-out.
‘Ik had altijd al oog voor het schaken als cultuurverschijning’, vertelt Aalbersberg.
‘De laatste vijftien jaar ben ik meer gaan schrijven en verzamelen. Ik was ook vrijwilliger bij het Nederlands instituut voor Kunstgeschiedenis (RKD) in Den Haag en zag daar veel afbeeldingen die ik kon gebruiken. Bijvoorbeeld in het essay over Lucas van Leyden die rond 1508 het eerste zelfstandige olieverfschilderij met schaken als centraal thema maakte.’
Schaaknagellak
Aalbersberg: ‘Ik vond ook reclames met schaakafbeeldingen, zoals voor Schotse whisky en voor nagellak! En schaakcartoons. Ik moest wel letten op het copyright voor de afbeeldingen. Zo heb ik een foto opgenomen van een sculptuur van Frans Fritschy, van een schaaksimultaan. Daar vraag ik dan toestemming voor. En ik heb veel onderzoek gedaan. Voor het verhaal over de grimmige schaakstukken van Lewis Island vroeg ik een Schotse toparcheoloog naar de ouderdom. Meest waarschijnlijk is een datering tussen 1150 en 1230.
‘Al had ik de essays dus al eerder gepubliceerd, het was nog best wat werk om ze te actualiseren en om de illustraties te ordenen. Die zijn essentieel en maken het geheel levendig. Omdat ik over allerlei onderwerpen schrijf: van Buddingh’ tot Bach, heb ik voor mijn onderzoek veel verschillende mensen gesproken. Dat is het leukste!’
Beter schaken
Internationaal Meester Willy Hendriks (rating 2425) van de Arnhemse Schaakacademie werkt aan zijn derde schaakboek. Hij houdt nog even geheim wanneer het verschijnt en waarover het precies gaat, maar het zal hetzelfde thema hebben als zijn eerdere boeken: ‘Hoe word je een betere schaker?’. Hendriks: ‘Na mijn eerste boek ‘Move First, Think Later’, heb ik lang gezocht naar een nieuwe thematiek. Ik vond dat ik iets heel anders moest doen. Totdat ik bedacht dat een betere schaker worden, genoeg ruimte bood voor meer boeken.’
Schaakuitgever New in Chess (NIC) uit Alkmaar stelde Hendriks in 2011 voor een boek te maken. Hendriks: ‘Ze kenden mijn stukken uit dagblad De Gelderlander en Schaaknieuws en mijn werk als schaaktrainer. Ik zet mijn kennis en interesses in de filosofie, psychologie, geschiedenis en evolutieleer in om de centrale vraag te beantwoorden. Alles wat ik toen wist en vond, staat in mijn eerste boek. Ik heb echt mijn hart uitgestort.’

Hendriks: ‘Veel mensen willen weten hoe het schaken een kijkje biedt in de menselijke geest. Schaken wordt gezien als een intellectuele topprestatie. Menig schaker vraagt zich weleens af of zijn schaken iets zegt over zijn psyche. Ik kan gelukkig goed om mezelf lachen als ik er weer eens naast grijp. Dan denk ik: “Hoe kan ik toch zo zitten knoeien?!” Er wordt wel steeds meer bekend over het brein, maar veel weten we ook nog niet.’
Grote omkeerder
Desgevraagd vertelt Hendriks dat hij op zijn eerste boek veel positieve reacties heeft gekregen. ‘Lezers vonden het prettig dat ik de boel op z’n kop zet. Eerst zetten, dan denken! Ze hadden zelf ook al het gevoel dat een betere schaker worden anders gaat dan wat ze er in de traditionele boekjes over lazen. Ze zeiden: “Dit is het eerste schaakboek dat ik uitgelezen heb!” en “Jouw boek is een pageturner”. Dat zijn grote complimenten. Ik ga graag weer naar schaakverenigingen om te vertellen over mijn ideeën, maar vanwege de coronamaatregelen is dat lastig.’
‘Mijn boeken zijn serieuze schaakboeken, maar ze zijn ook vrolijk. Ze zijn voor de lezer die lui op de bank ligt. De schaakfragmenten zijn kort, je hoeft er geen schaakbord bij te pakken om ze te begrijpen. Ik begin elk hoofdstuk met opgaven, zodat je meteen kunt nadenken over een stelling. Die komen dan later terug. Soms zijn ze moeilijk, soms makkelijker. Schakers met belangstelling voor wat er in hun hoofd gebeurt, zullen mijn boeken leuk vinden. Je moet dus wel belangstelling hebben voor meer dan de schaakzetten alleen.’
Hard werken
Hendriks: ‘Schrijven is hard werken. Ik lees veel eromheen, heb altijd een boekenlijst. Die boeken zitten vol Post-its, zodat ik delen die ik wil gebruiken, kan terugvinden. Ik doe ook veel onderzoek online. Overal heb ik mapjes met stukken informatie. Als trainer heb ik veel schaakmateriaal in databases. Ik voeg diagrammen met opgaven en stellingen toe aan de tekst. Het is veel schakelen. Ik ben geen snelle schrijver, ik kan weleens naar een leeg scherm turen.
Maar als ik eenmaal op dreef ben, komen de ideeën vanzelf.’
‘Ik schrijf direct in het Engels, dat is wel iets lastiger dan in je moedertaal. In mijn boeken staat veel tekst, dus dat het correct Engels is, is extra belangrijk. De uitgever kijkt daar ook nog naar. Mijn eerste boek is trouwens vertaald in het Duits, Italiaans en Spaans. De titels en het omslagontwerp zijn mijn eigen idee. Gelukkig vond de uitgever die ook leuk.’
Evolutieleer
Voor zijn nieuwste boek On the Origin of Good Moves: A Skeptic’s Guide to Getting Better at Chess, dat bij NIC verscheen in april, volgt Hendriks in grote lijnen de schaakgeschiedenis. ‘Ook ik begin bij Greco, van wie ik trouwens een enorme fan ben, dus dat treft. Ik bekijk hoe de schaaktheorie zich heeft ontwikkeld en hoe dat zo is gekomen. Ik zet daar natuurlijk mijn vraagtekens bij. Ik ben niet voor niks de grote omkeerder. Juist de verschoppelingen zijn mijn helden.’

‘Ik denk dat het schaakspel zich niet heeft ontwikkeld door briljante geesten met revolutionaire ideeën maar dat het geleidelijk ging, van onderaf, met kleine stukjes kennis waaruit nieuwe ideeën kwamen, evolutionair. Er kwam natuurlijk ook steeds meer informatie, men ging partijen noteren, toernooien organiseren, er kwamen schaakboeken en schaakrubrieken.’
Positionele offers
Ook van Internationaal Meester Merijn van Delft (rating 2391) van MuConsult Apeldoorn kwam dit jaar een boek uit bij NIC: ‘Mastering Positional Sacrifices’. Het positionele offer is een favoriet thema van de fulltime schaaktrainer en –coach. Van Delft: ‘In dit abstracte onderwerp van grote schoon- heid komen tijd, ruimte en materiaal bij elkaar. Je hebt minder materiaal, maar staat dominant, het verzilveren kan kort of langer duren. Het is moderner dan het tactische offer. Sinds mijn schaakjeugd, in de jaren negentig, zijn we het steeds beter gaan begrijpen.’
‘Ik heb een feel good trainingsboek gemaakt voor een breed publiek. Als leerboek heeft het een duidelijke structuur: ik leg eerst de basis uit en laat dan de extreme voorbeelden zien, daarna komen opgaven zodat je het geleerde kunt oefenen. Je kunt mijn boek ook op een lichte manier lezen, ter inspiratie. Blader het door en bekijk de partijvoorbeelden die je bevallen. Een waarschuwing: voor echte beginners is het waarschijnlijk te moeilijk, topprofessionals worden misschien te weinig verrast.’
Van Delft: ‘In de zomer van 2019 heb ik het hele landschap in kaart gebracht. Ik heb al het materiaal trefwoorden gegeven, zoals ‘kwaliteitsoffer’ of ‘pionoffer op b3’. Zo kreeg ik een lange trefwoordenlijst. Sommige dingen kon ik clusteren, andere uitbreiden. Voor die pionoffers ben ik bijvoorbeeld alle velden van het schaakbord afgegaan. Daar heb ik dan weer partijvoorbeelden bij gezocht.’
Superhuman
Naast klassieke voorbeelden heeft Van Delft ook fragmenten van teamgenoten opgenomen. Het is extra leuk om partijen van Nederlandse toppers te zien. ‘Het Tatatoernooi van begin dit jaar, kon ik nog net meenemen’, vertelt Van Delft. ‘Erwin l’Ami speelde een prachtige partij met een dubbel kwaliteitsoffer. Verder heb ik een aantal waanzinnige computerpartijen opgenomen. Zo zit er in mijn boek ook een tijdlijn, van de negentiende eeuw tot kunstmatige intelligentie.’
‘Ik ben pas begonnen met schrijven toen ik de structuur had staan. Rondom de jaarwisseling ben ik alle partijen gaan becommentariëren. Daar heb ik gelukkig veel ervaring mee. Ik heb het boek direct in het Engels en in Chessbase geschreven. NIC heeft de inhoudelijke redactie gedaan en het Engels nagekeken. Ik denk dat ik er zo’n driehonderd uur aan heb besteed.’

‘Ik wilde heel graag een gaaf boek over dit onderwerp maken en ik wist er al alles van’, zegt Van Delft. ‘Het was een thuiswedstrijd. Een boek schrijven over toreneindspelen zou voor mij een drama zijn. Ook over de scriptie voor mijn studie heb ik best lang gedaan. Maar als je boven de materie staat en weet wat je wilt: Schrijf dat boek!’
Rob Spaans heeft een website met verhalen en foto’s: sites.google.com/ view/scacchis-reisgids
‘Zwerven in het land van de schakers’ is te bestellen bij de auteur via roaalbersberg@hetnet.nl
Voor de boeken van Willy Hendriks en Merijn van Delft, zie: www.newinchess.com