Minder kwetsbaar mee kwaliteit

Page 1

MINDER KWETSBAAR, MEER KWALITEIT Een antwoord op krimp in een veranderende omgeving


2


Inhoudsopgave VOORWOORD ....................................................................................................................................... 4 1. SAMENVATTING ......................................................................................................................... 5 2. INLEIDING ................................................................................................................................... 6 3. WIJ VOORZIEN: PROGNOSES EN MIDDELEN .......................................................................... 7 Prognose 2012 - 2030 ............................................................................................................... 7 Gemiddelde schoolgrootte .................................................................................................... 7 Financiën ................................................................................................................................... 8 Minder kwetsbaar, meer kwaliteit .......................................................................................... 9 4. WIJ WILLEN: DOELSTELLINGEN EN UITGANGSPUNTEN ......................................................... 10 Onderwijs en maatschappij .................................................................................................. 10 Werkgelegenheid en professioneel personeel ................................................................... 10 Hoge kwaliteit ......................................................................................................................... 10 Kwaliteit materieel .................................................................................................................. 11 Passend Onderwijs ................................................................................................................. 11 Transformatief leren (en communiceren) ........................................................................... 12 Interne samenwerking ........................................................................................................... 12 Externe samenwerking ........................................................................................................... 12 5. WIJ KUNNEN: ONTWIKKELINGEN ............................................................................................ 14 Kleine scholen ......................................................................................................................... 14 Grotere groepen .................................................................................................................... 14 Vergrijzing van het personeel ............................................................................................... 15 Samenwerking ........................................................................................................................ 15 Overcapaciteit en afschrijving ............................................................................................. 16 Rijksbeleid ................................................................................................................................ 16 6. NAAR ‘PASSEND ONDERWIJS’: BELEID EN AANPAK ............................................................ 17 Vragen naar de toekomst ..................................................................................................... 17 De opdracht: scenario’s ........................................................................................................ 17 Schoolgrootte: de norm ........................................................................................................ 18 Samenwerking met de gemeenten .................................................................................... 19 Tijdpad ..................................................................................................................................... 19 7. Bijlagen .................................................................................................................................... 21 BIJLAGE 7.1 ................................................................................................................................... 22 Strategisch Beleidsplan 2011-2015: missie en visie. ‘Wie we zijn, en wat we willen’ ........... 22 BIJLAGE 7.2 ................................................................................................................................... 24 Bestuursakkoord Primair Onderwijs d.d. 17 januari 2012: streefdoelen tot 2015 .................. 24 BIJLAGE 7.3 ................................................................................................................................... 25 Kernboodschap PO-Raad ......................................................................................................... 25 Schoolgrootte per 1 oktober 2011 en Scholen in de regio naar schoolgrootte ................. 26 BIJLAGE 7.5 ................................................................................................................................... 27 De gemiddelde schoolgrootte.................................................................................................. 27 BIJLAGE 7.6 ................................................................................................................................... 29 Leegstand (overcapaciteit) in cijfers ........................................................................................ 29 COLOFON ............................................................................................................................................ 30

Versie 8 04—06-2012

3


VOORWOORD weinig Groen, veel Grijs, Krimp, Kwetsbaar, en dan…? Zo heette het visiedocument dat in januari 2012 zijn weg in onze organisatie vond en veel respons heeft opgeleverd. Het werd besproken in de Raad van Toezicht, het directieoverleg, de medezeggenschapsraden van de vijfentwintig scholen die bij Penta Primair zijn aangesloten, de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) en de staf. Door sommigen werd er ook schriftelijk op gereageerd. De kanttekeningen – kritisch én opbouwend van aard – betroffen niet alleen de structuur en de opzet van het document, maar vooral ook de inhoud. Er werd gepleit voor meer samenhang en een steviger onderbouwing. En er werden aanbevelingen gedaan voor het in de toekomst te voeren beleid. Dit beleidsdocument is een uitwerking van het visiedocument. Bij het opstellen ervan heb ik dankbaar gebruik gemaakt van de respons en de kanttekeningen. Daarbij heb ik geprobeerd om een duidelijke visie op onderwijs te geven, met ‘kwetsbaarheid en kwaliteit’ als centraal thema, en waarin aandacht is, in hun onderlinge samenhang, voor de ontwikkeling van kinderen, de schoolgrootte, de professie van vakmensen en de ouders als partner. Natuurlijk staat in dit beleidsdocument de christelijke identiteit in de doelstelling en de missie van Penta Primair voorop. Een ander uitgangspunt is dat de gemeentelijke overheid een belangrijke partner is en blijft, en dat geldt ook voor de samenwerking met het gereformeerd en openbaar onderwijs. Daarnaast komt de vraag aan de orde wat nieuw beleid betekent voor het personeel, de leerlingen en voor de sociale omgeving waarin kinderen opgroeien. Het beleid dat in dit document wordt verwoord is een richtinggevend kader. Niet op alle afzonderlijke omstandigheden is hetzelfde beleid toe te passen. Dat ik niet op alle vragen kan ingaan die naar aanleiding van het visiedocument zijn gesteld, heeft ermee te maken dat het beleid – minder kwetsbaar, meer kwaliteit – veelvuldig ‘maatwerk’ behoeft, dat in onderling overleg tot stand komt, rekening houdend met specifieke criteria en omgevingsfactoren. Voor beide, het richtinggevende kader en maatwerk in overleg, is evident dat onze organisatie voor ingrijpende besluiten staat. Dat vraagt om openheid, duidelijkheid, samenwerking en een goede communicatie. Johan Heddema, directeur-bestuurder Grootegast, april 2012

4


1. SAMENVATTING Bestuurlijke schaalvergroting heeft tot gevolg dat besturen zelf beleid moeten maken over het onderwijs aan hun scholen. Hoe kunnen zij kwetsbaarheid verminderen en waar mogelijk voorkomen, terwijl zij tegelijkertijd alles in het werk stellen om de kwaliteit van het onderwijs op peil te houden en liefst te verhogen? Penta Primair is doende deze strategische vragen te beantwoorden, en doet dat in samenspraak tussen de Raad van Toezicht, de directeuren, het personeel, de staf en de raden van medezeggenschap (MR-en en GMR). Dit beleidsdocument is een uitwerking van het visiedocument over Krimp en kwetsbaarheid dat in januari 2012 is uitgebracht. In dit document onderzoeken we in hoofdstuk 2 wat de effecten van de economische recessie en de krimp zijn op het primair onderwijs in het werkgebied van Penta Primair. In het derde hoofdstuk (‘Wij voorzien…’) worden de thema’s prognoses en middelen beschreven. Een belangrijke vaststelling, die om een beleidsmatig antwoord vraagt, is dat het totale leerlingenaantal van Penta Primair in de komende decennia naar verwachting met 20% zal dalen. Desalniettemin blijkt uit recente leerlingenprognoses dat alle huidige basisscholen van Penta Primair op z’n minst tot en met 2031 boven de grens van 23 leerlingen blijven. Per 1 oktober 2011 gold voor twee basisscholen dat het aantal leerlingen lager was dan de gemeentelijke opheffingsnorm. Om te voldoen aan de voorwaarden van de ‘gemiddelde schoolgrootte’ moet het aantal leerlingen op de basisscholen van Penta Primair 2.403 bedragen. Dit cijfer fluctueert, onder meer als gevolg van fusies, en wordt elk jaar geactualiseerd. Penta Primair telde op 1 oktober 3.473 leerlingen. Naast een goed onderwijsgever wil Penta Primair ook een zorgvuldig werkgever zijn. Daartoe wordt in dit document ook in kaart gebracht wat de consequenties van de recessie en de krimp voor het personeel van Penta Primair zijn, terwijl tegelijk wordt gezocht naar innovatieve mogelijkheden om de professionaliteit van de leerkrachten en het management verder te vergroten. Gelukkig is de financiële situatie waarin Penta Primair verkeert positief. In het vierde hoofdstuk van dit document wordt beschreven waar Penta Primair voor staat (‘Wij willen…’): een professionele organisatie op christelijke grondslag die onderwijs integreert in de context van de samenleving en ook anderszins sociaal en maatschappelijk haar verantwoordelijkheid neemt. Of dat allemaal waar te maken valt, laat staan in één keer, hangt mede af van de interne en externe ontwikkelingen die Penta Primair soms voor uitdagingen, soms voor dilemma’s stellen. Een en ander wordt geduid in het vijfde hoofdstuk (‘Wij kunnen…’). Op 1 augustus 2013 treedt de wet Passend Onderwijs in werking. Penta Primair is doende haar organisatie daarvoor klaar te maken. Dat vraagt om visie en beleid – uitgaande van wat we willen en wat mogelijk of haalbaar is. Beleid en aanpak worden in het zesde hoofdstuk beschreven. De uitspraken die daar worden gedaan – bijvoorbeeld ten aanzien van de schoolomvang: 100 leerlingen, met 85 als ondergrens –, hebben een richtinggevend en kaderstellend karakter. Daarnaast is ‘maatwerk’ nodig dat recht doet aan de verschillen tussen de scholen en in de regio. Er wordt voor gekozen het beleidsmatig kader nader uit te werken in scenario’s. In hoofdstuk 6 zijn ook de uitgangspunten opgenomen waaraan zulke scenario’s zouden moeten voldoen. Wie kwetsbaarheid wil reduceren en tegelijkertijd kwaliteit verder wil versterken, heeft zowel belang bij een kader als bij afspraken over maatwerk. Dat kán om lastige beslissingen vragen. Dit document wil de beslissers helpen een koers te bepalen door aan te geven waaraan die beslissingen moeten voldoen en zullen worden getoetst.

5


2. INLEIDING Nederland verkeert in een economische recessie. In tal van gemeenten, ook in de provincies Groningen en Drenthe, heeft dit geleid tot krimp. Het is niet overal mogelijk gebleken tijdig en adequaat te anticiperen op neerwaartse economische en demografische ontwikkelingen. Dat raakt ook het onderwijs. Penta Primair wil de consequenties van die ontwikkelingen analyseren om beleidsmaatregelen voor te bereiden waarmee effectief op de nieuwe situatie kan worden gereageerd. Ondanks dat onderwijs op vele politieke agenda’s een beschermde positie inneemt, is er de afgelopen jaren sprake van een ferme bezuiniging die zich vertaalt in minder middelen en daardoor minder personeel. Het adagium luidt ‘Meer met minder’. Maar dat is niet het enige probleem. Door de terugloop in de bevolking daalt het aantal kinderen, de huizenbouw stagneert en er is een toenemende maatschappelijke druk op het onderwijs om zich aan te passen aan de ‘transformatiemaatschappij’. Opbrengstgericht werken vraagt om ander klassenmanagement. Constateringen als deze leiden beleidsmatig gesproken tot vragen als:      

hoeveel kinderen heeft een school nodig? hoe verdeel ik de groepen, om goede kwaliteit en optimale prestaties te garanderen? wanneer krijgt ieder kind de aandacht die hij of zij, maar ook de ouder, mag verwachten in een school anno 2012? wanneer is er nog sprake van een verantwoorde werkomgeving en een aanvaardbare taakbelasting voor het personeel? wat betekent dit voor het personeel en zijn professionele ontwikkeling? wat betekent dit voor de sociale omgeving van de school alsook voor de gemeente?

Het beantwoorden van deze vragen is mede van belang om onszelf gereed te maken voor de invoering van de wet Passend Onderwijs. Die wet werd op 15 maart jl. door de Tweede Kamer aangenomen en zal op 1 augustus 2013 worden ingevoerd. De wijzigingen ten opzichte van het wetsontwerp zijn minimaal: de bezuinigingen ter grootte van 300 miljoen euro gaan gewoon door. Het kan niet anders of dit heeft gevolgen voor het ondersteuningaanbod dat scholen in hun ondersteuningsprofiel aan leerlingen kunnen aanbieden. (Deze verwachting wordt gestaafd door het feit dat in de wet Passend Onderwijs het woord zorg is vervangen door ondersteuning, behalve waar het gaat om de wettelijke taak voor scholen: de zorgplicht.) Ook het Westerkwartier en de gemeente Noordenveld, het werkgebied van Penta Primair, ontkomt niet aan het zoeken naar oplossingen voor de gevolgen van de recessie en de krimp. In plaats van af te wachten tot de grens van 23 leerlingen is bereikt, wil Penta Primair actief de kwetsbaarheid van het onderwijs verminderen en tegelijkertijd de kwaliteit daarvan verhogen. Dat moet de inzet van het beleid zijn. Bij de uitwerking van dat nieuwe beleid kunnen landelijke initiatieven als voorbeeld dienen. Zo kan onder andere worden verwezen naar www.leerlingendaling.nl.

6


3. WIJ VOORZIEN: PROGNOSES EN MIDDELEN Prognose 2012 - 2030 Elke twee jaar maken we voor alle scholen een prognose van de ontwikkeling van het aantal leerlingen. De laatste prognose, gemaakt door de Besturenraad (januari 2011) geeft een sterk dalend aantal. De gemeente Noordenveld heeft – als gevolg van wijzigingen in de Regiovisie – een actuele prognose laten opstellen (februari 2012). De uitkomsten ervan, een negatieve trend van bijna 25%, mogen verontrustend worden genoemd. Landelijke berekeningen laten een daling van ruim 20% voor onze regio zien. Extrapoleren we deze 20% voor het primair onderwijs in de gemeenten in het Westerkwartier, dan zien we – met als peildatum: 2030 – voor het christelijk onderwijs een daling van 3.657 leerlingen naar 2.926 leerlingen (-/- 731), voor het openbaar onderwijs van 4.781 naar 3.825 (-/- 956) en voor het gereformeerd onderwijs van 722 naar 578 (-/- 144). Dat vraagt niet alleen om nieuw beleid op de korte termijn maar ook op de middellange en lange(re) termijn. Omdat de demografische situatie in het Westerkwartier vergelijkbaar is met die in Noordenveld, is ook daar een grondige heroriëntatie nodig. De prognose van de Besturenraad ziet er als volgt uit (in 2013 worden de gegevens geactualiseerd):

2012

2015

2020

2025

465 455

454 428

450 386

469 368

466 346

696

683

673

642

406

376

364

363

actueel Grootegast actueel Zuidhorn

703 705 430 416 794 809 1076

745

682

676

692

1062

1084

1055

1023

actueel

1088 3468 3473

3363

3275

3237

3186

actueel

Noordenveld prognose 2012 Leek actueel Marum

Totaal

2030 2012 -/- 2030 1 -109

-24%

Prognose Besturenraad d.d. januari 2011 (met een actualisatie voor Noordenveld d.d. februari 2012) Gemiddelde schoolgrootte De hiervoor genoemde ‘opheffingsnorm’ is verschillend voor de vijf gemeenten in het werkgebied van Penta Primair – Noordenveld, Leek, Marum, Grootegast en Zuidhorn. Die norm is immers gerelateerd aan het aantal inwoners per vierkante kilometer. Omdat Penta Primair in vijf gemeenten werkzaam is, schrijft de wet voor dat moet worden gerekend met een gewogen gemiddelde. Dit gemiddelde bedraagt 57,68 leerlingen. Scholen van Penta Primair worden open gehouden door toepassing van de regel over de ‘gemiddelde schoolgrootte’ (zie ook: Bijlage 7.5). Die moet 10/6 x 57,68 zijn, dus 96,133. Per 1 oktober 2011 had Penta Primair 3.577 leerlingen (3473 + 3%). Verdeeld over 25 scholen, is dit een ‘gemiddelde schoolgrootte’ van 143,08 leerlingen. Twee scholen hebben minder leerlingen dan de gemeentelijke opheffingsnorm vraagt. Voor die twee scholen, CDS De Oleander in Oostwold en CBS Visvliet-Pieterzijl, wordt jaarlijks een melding gedaan bij de minister.

7


Op grond van wet- en regelgeving (WPO) is een minimaal leerlingenaantal van 2.403 vereist (zijnde 25 x 96,133). Uitgaande van de recentste leerlingenprognoses kunnen de scholen van Penta Primair op basis van de ‘gemiddelde schoolgrootte’ tot 2031 in stand worden gehouden, mits zij boven de grens van 23 leerlingen blijven. Financiën Na drie jaar met stevige verliezen geeft de jaarrekening van 2011 een positief beeld. Dit onderstreept de transparante en gezonde financiële positie van Penta Primair. De organisatie werkt met een meerjaarlijkse planning voor personeel, leermiddelen en onderhoud. Daardoor wordt gewaarborgd dat Penta Primair bijtijds kan inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Zo’n financieel gezonde positie ontstaat in de eerste plaats vanuit goed beheer, met een duidelijke planning en control binnen alle lagen van de organisatie. Daar horen een sluitende (meerjaren)begroting en een toereikende reservepositie bij. Deze reservepositie (zie: www.pentaprimair.nl/jaarrekening) is noodzakelijk om de daling van het aantal leerlingen, knelpunten in de formatie en de bezuinigingen te kunnen opvangen. In de komende jaren is uit de reserves ruim één miljoen euro beschikbaar om op deze ontwikkelingen te reageren. Daarnaast is er het streven om de kwaliteit te verbeteren tot boven het niveau van de inspectienorm. Waar zich ernstige knelpunten in de formatie voordoen, kan een beroep op de financiële reserves worden gedaan. Het uitgangspunt blijft dat iedere school de groepsverdeling maakt aan de hand van het vastgestelde budget. Extra investeren in de formatie leidt tot structurele verplichtingen en dat is in een situatie van krimp onverstandig. Gelet op de krimp, zullen we de verplichtingen voor personeel moeten minimaliseren, of zelfs moeten overgaan tot een ‘pay roll’-constructie. Inzet van personeel bóven de formatie is alleen gerechtvaardigd bij knelpunten en calamiteiten, zulks beoordeeld door de directeur-bestuurder op advies van de staf. In de begroting is hiervoor een minimaal budget opgenomen. Om recht te doen aan de vele ontwikkelingen in het onderwijs wil Penta Primair in haar begroting voldoende middelen vrijmaken voor nieuwe investeringen en het verder professionaliseren van haar personeel, zowel leerkrachten als leidinggevenden. De voornaamste bezuinigingen waarmee Penta Primair de afgelopen jaren te maken heeft gehad betroffen schoolbegeleiding, renteopbrengsten, energie en afnemende bijdragen van gemeenten. Ook heeft het Rijk zijn bijdrage verlaagd aan de middelen voor Bestuur en Management en de groeiregeling. Ook de invoering van de wet Passend Onderwijs in 2013 zal naar verwachting een negatief effect op de begroting hebben. Daar staat tegenover dat dankzij het bestuursakkoord tussen de minister en de staatssecretaris van OCW en de PORaad extra middelen beschikbaar komen, bedoeld om de doelen van het akkoord te realiseren. Penta Primair beschikt over een beleidsrijke meerjarenbegroting met een negatief meerjarenperspectief. Door een correctie toe te passen op het leerlingenaantal (de zogenoemde ‘Ttelling’) heeft die begroting een realistisch karakter. Penta Primair besteedt 83% van het geld aan personeel en 17% aan materieel. Door de krimp in leerlingenaantallen en afnemende vergoedingen zal deze verhouding bij ongewijzigd beleid sterk onder druk komen te staan. In verhouding zal er minder geld voor personeel zijn. De financiële situatie van Penta Primair is positief. Maar het is goed om ons te realiseren dat het nakomen van personele verplichtingen en dus het aan het werk houden van onze vaste mensen al een flinke inspanning vereist. Uitbreiding van de formatie is niet mogelijk.

8


Minder kwetsbaar, meer kwaliteit De scholen van Penta Primair staan goed aangeschreven. Het leerlingenaantal in de regio als geheel is in het afgelopen decennium afgenomen van 8.561 (2002) naar 7.937 (2011), een daling die zowel voor rekening komt van het gereformeerd als van het openbaar onderwijs. Penta Primair, daarentegen, is in dezelfde periode gestegen met 5 leerlingen: van 3.468 (2002) naar 3.473 (2011). Dit vertaalt zich in een toename van het belangstellingspercentage van 40,5% (2002) naar 43,8% (2011). Vanzelfsprekend zijn er verschillen per gemeente. Om het huidige niveau ten minste te behouden of zelfs verder uit te bouwen wordt actief beleid gevoerd. De scholen stellen zich klantgericht op. Niet alleen de kwaliteit van het onderwijs is daarbij van belang, maar ook de kwaliteit van de huisvesting. De kwetsbaarheid en de kwaliteit waarvan sprake is in de titel van dit document betreffen het onderwijs zelf, de professionele reikwijdte van het personeel ĂŠn de financiĂŤn voor de materiĂŤle instandhouding van de gebouwen (onderhoud en overcapaciteit). Wie kwetsbaarheid wil reduceren en tegelijkertijd kwaliteit verder wil versterken, heeft zowel belang bij een richtinggevend, meerjarig beleidskader als bij afspraken over maatwerk die recht doen aan verschillen tussen scholen en in de regio. Het is duidelijk dat de krimp ook Penta Primair als organisatie in de komende jaren voor lastige en ingrijpende afwegingen zal stellen. Omwille van de kwaliteit van het onderwijs moeten moeilijke beslissingen worden genomen. Dit document wil de beslissers helpen een koers te bepalen door aan te geven waaraan die beslissingen moeten voldoen en zullen worden getoetst.

9


4. WIJ WILLEN: DOELSTELLINGEN EN UITGANGSPUNTEN Onderwijs en maatschappij Een school is een professionele organisatie. Van het onderwijzend personeel wordt gevraagd dat het onderwijs biedt van goede kwaliteit. Van het onderwijs wordt ook verwacht dat het als maatschappelijke organisatie zijn verantwoordelijkheid neemt en onderwijs integreert in de context van de samenleving, met een open oog voor de ontwikkelingen die zich daarin voordoen. Dit vraagt om beleid en maatschappelijk verantwoorde keuzes. Penta Primair is de stichting voor christelijk primair onderwijs in het Westerkwartier en de gemeente Noordenveld. Christelijk onderwijs voorziet in ons werkgebied in een duidelijke behoefte. Dit is af te lezen uit het belangstellingspercentage van het aantal leerlingen dat de scholen van Penta Primair bezoekt (dat perecentage bedroeg in 2011 43,8%). De doelstelling van Penta Primair is het bevorderen van het christelijk primair onderwijs. Bij het besluit tot fusie in een samenwerkingsschool – een school waarin zowel openbaar als bijzonder onderwijs zich thuisvoelen – zal de christelijke identiteit steeds prioriteit krijgen in de fusiebesprekingen en het fusierapport. Een recent voorbeeld biedt Sebaldeburen, in 2007. Actuele processen in Boerakker (fusie met De Til, 2012) en Oostwold (fusie met De Gavehoek, 2012) bevinden zich in een afrondende fase. De fusie binnen Penta Primair in Visvliet-Pieterzijl met De Borgstee is beoogd voor 2013. Werkgelegenheid en professioneel personeel Penta Primair wil een goede werkgever zijn. Daarbij is de menselijke maat van groot belang. Penta Primair hanteert het werkgelegenheidsprincipe overeenkomstig het anciënniteitsbeginsel. Het personeel wordt eerst één jaar in het Risicodragend deel van de Formatie (RddF) geplaatst alvorens werkelijk tot ontslag kan worden overgegaan. Penta Primair streeft naar een evenwichtig personeelsbestand met een evenredige leeftijdsopbouw. Het Integraal Personeels Beleid (IPB) geeft veel aandacht aan de professionalisering van het personeel. Elke medewerker moet voortdurend aan persoonlijke groei en vakmanschap werken. De kwaliteit van lesgeven moet, zoals omschreven in het toezichtkader van de onderwijsinspectie, op een hoog peil zijn. Bij het gesprek over de kwaliteit van het onderwijs gaat het niet alleen over de leerprestaties en de Citoscores. Kwaliteit wordt in hoge mate bepaald door het personeel. Daarbij is bijvoorbeeld de beschikbaarheid van generalisten voor het uitvoeren van diverse coördinerende taken en functies (LB), naast specialisten, van belang. Een schoolteam moet dan ook de beschikking hebben over meerdere professionals. Bij een kleine school komen deze taken en functies samen bij een beperkt aantal mensen. Binnen de ‘lump sum’ wordt de formatie over de scholen verdeeld naar rato van de bekostiging en op grond van de jaarlijkse teldatum. Minder leerlingen betekent minder inkomsten. Door mobiliteit kan het teveel aan personeel op een school binnen een grote organisatie relatief eenvoudig worden opgelost. Is er sprake van terugloop in de hele regio – inclusief een afnemende prognose en slechts weinig natuurlijk verloop –, dan is overplaatsing lastig en ontslag onvermijdelijk, met toepassing van de regels van het RddF (voorafgaande plaatsing gedurende één jaar). Hoge kwaliteit De wet op het Onderwijstoezicht (WOT), in januari 2012 voor het laatst gewijzigd en van kracht per 1 juli 2012, spreekt besturen aan op hun verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs en het inrichten van zodanig zorgvuldige processen dat een continue ontwikkelingslijn voor leerlingen is garandeerd. In dit verband werken alle scholen van Penta Primair gericht aan meer onderwijsopbrengsten op basis van data-analyse en door middel van het opstellen van verbeterplannen. Daartoe werkt elke school sinds augustus 2010 met een geïntegreerd ‘Schooljaarverslag’.

10


Penta Primair wil een organisatie zijn waarbinnen kinderen zich maximaal kunnen ontwikkelen en waardoor zij zowel op cognitief als op sociaal-emotioneel en creatief gebied goed worden toegerust. Kinderen moeten zich als zelfbewuste volwassenen een plaats kunnen verwerven in de samenleving. De kern van het onderwijs ligt bij de basisvaardigheden lezen, schrijven, taal, rekenen/wiskunde. Taal/leesonderwijs heeft prioriteit, maar de basisvaardigheden zijn met elkaar in balans. Het geven van kwalitatief goed onderwijs is het primaire proces van Penta Primair. Opbrengstgericht werken en verdere versterking van de ondersteuning zijn hierbij de speerpunten. De opbrengsten bij de basisvaardigheden, zowel tussentijds als aan het eind van de basisschool, moeten zich op een niveau bevinden dat past bij de schoolpopulatie, waarbij wordt gestreefd naar bovengemiddelde opbrengsten. Het personeel van Penta Primair is momenteel actief doende met handelingsgericht werken (HGW) als professionele vaardigheid, dat wil zeggen: met een systematische manier van werken waarin het onderwijsaanbod wordt afgestemd op de basis- en onderwijsbehoeften van elk kind. Kwaliteit van onderwijs is natuurlijk een subjectief begrip. Een kleine school met een basisarrangement van de inspectie levert goede kwaliteit, maar is door de omvang kwetsbaar. In het jaarverslag 2010 van de inspectie werd aangegeven dat bij kleinere scholen het aantal (zeer) zwakke scholen groter is dan bij omvangrijker instellingen. Penta Primair ziet ICT als een integraal onderdeel van het onderwijs. Binnen bijna alle vakgebieden biedt ICT kansen ter ondersteuning of vervanging van reguliere werkvormen. ICT kan de kwaliteit van het onderwijs verhogen! Penta Primair is alert op ontwikkelingen en innoveert en investeert waar mogelijk. De komende jaren is in de begroting geld beschikbaar voor de inzet van ICT-ers om scholen nadrukkelijk te ondersteunen bij de implementatie van ICT in de dagelijkse praktijk, ook in relatie tot leerstofplanning en klassenmanagement. Penta Primair onderschrijft van harte het bestuursakkoord Primair Onderwijs, dat op 17 januari 2012 door de minister en de staatssecretaris van OCW en de PO-Raad is getekend. Het akkoord is in lijn met de doelen uit ons Strategische Beleidsplan 2011-2015. Zowel de missie en visie van Penta Primair, ‘Wie we zijn, en wat we willen’, als de streefdoelen tot 2015 uit het bestuursakkoord zijn opgenomen in de bijlagen bij dit beleidsdocument. Kwaliteit materieel De schoolgebouwen van Penta Primair verkeren in goede staat. Natuurlijk willen we dat zo houden, hetgeen blijvend om investeringen vraagt. Ook in ‘overig materieel opzicht’ zijn de scholen goed geoutilleerd. In het Meerjaren Investerings Plan (MIP) is een duidelijk beeld gegeven van de vervangingscyclus. Dit geldt ook voor het Meerjaren Onderhouds Plan (MOP). Een lager leerlingenaantal per school verhoogt de afschrijvingslast van leer- en hulpmiddelen in de begroting. Passend Onderwijs Nu de wetgeving rond de invoering van Passend Onderwijs is afgerond, berust de ‘zorgplicht’ bij het schoolbestuur. Dit betekent dat als een leerling bij een van de scholen van Penta Primair wordt aangemeld het bestuur verantwoordelijk is voor het zoeken van de plek die het beste past bij de ondersteuning die dat kind nodig heeft. Een belangrijk uitgangspunt én voorwaarde bij de uitvoering van Passend Onderwijs is dat voor alle scholen in het nieuw te vormen samenwerkingsverband een uniform basisarrangement wordt geformuleerd. Elke school moet in staat zijn om aan dit ondersteuningsprofiel te voldoen. Het profiel geldt voor alle scholen. Dit te realiseren zal vooral van kleinere scholen veel inspanning en inzet vragen. Naast inzicht in de ondersteuning voor elk kind is ook inzicht nodig in de ondersteuningsmogelijkheid van de leerkracht. Penta Primair heeft de afgelopen jaren een constructieve en pro-actieve rol gespeeld bij de voorbereiding van de wet Passend Onderwijs. Op bestuurlijk niveau zijn belangrijke stappen 11


gezet om een goed functionerend samenwerkingsverband tot stand te brengen. Binnen dit samenwerkingsverband is geïnvesteerd in de kennis en vaardigheden van het personeel voor het handelingsgericht werken, werken met groepsplannen, en de administratie hiervan. Penta Primair heeft het besluit genomen over te gaan tot de integrale aanschaf van ParnasSys en EWS (Early Warning System) als onderdelen van een managementinformatiesysteem dat administratieve werkzaamheden vereenvoudigt en het analyserend vermogen van leerkrachten ondersteunt.

Transformatief leren (en communiceren) Onderwijs in de zin van ‘leren van veel feitenkennis’ heeft plaatsgemaakt voor het leren van informatie. ICT heeft de wereld achter de voordeur gehaald. Leer het kind de juiste vraag te stellen en hij kan het antwoord geven. Parate kennis is niet meer van deze tijd. De basisvaardigheden voor rekenen, taal en lezen zullen er nog wel even zijn (al maken we al mee dat aan grammaticaal correct schrijven een lagere waarde wordt toegekend). Voor de toekomst lijkt vooral het transformatief leren steeds belangrijker te worden. Dat wordt als volgt omschreven: leerprocessen die doelgericht worden opgezet met het oog op de bevraging, deconstructie en reconstructie van betekenissen en zingevingskaders. Deze leerprocessen vergroten het begrip en het inzicht van de lerende in de samenlevingsverbanden en de werkelijkheid waarin hij zich beweegt. Niet zozeer de nuttigheid van deze leerprocessen is de toetssteen maar de zinvolheid ervan. Deze werkwijze veronderstelt een andere didactische en pedagogische vaardigheid. De school van de toekomst zal nog een gebouw zijn, maar met andere werkeenheden en organisatievormen en meer wisselwerking tussen school en thuis. De sociale component zal in het proces van menswording almaar aan betekenis winnen. Ook het personeel van Penta Primair zal en wil tijdig anticiperen op deze ontwikkeling.

Interne samenwerking De scholen van Penta Primair werken op vele terreinen samen. Een overzicht:          

Ondersteuning – werkgroep Interne Begeleiders BICTsooi – werkgroep ICT-coördinatoren MIS – werkgroep managementinformatiesysteem Management – directieoverleg BIOSCHOOP – wet op de Beroepen in het Onderwijs (BIO), scholing en opleiding W&P – werkgroep werk en professionaliteit Continurooster – werkgroep continurooster Functiemix – werkgroep invoering functiemix Scholenfusie – werkgroepen Oostwold, Boerakker, Visvliet- Pieterzijl Intervisie – vijf intervisiegroepen van directeuren

Daarnaast zijn er incidentele samenwerkingsvormen, als het kleine-scholenoverleg. Ook wordt samengewerkt op gebieden als het schoolprofiel, veranderingsthema’s als taal- en reken-verbetertrajecten, cultuur en techniek, of wanneer de lokale situatie daar om enigerlei reden aanleiding toe geeft. De scholen verschillen van onderwijsconcept, maar de onderlinge verhouding en samenwerking is constructief. Er is sprake van open verhoudingen en bereidheid om van elkaar te leren en elkaar te versterken. Externe samenwerking Landelijk zien we dat het concept Brede School een grote opgang maakt. Binnen dit concept worden onderwijs, welzijn en zorgvoorzieningen in onderlinge samenhang 12


aangeboden aan kinderen en ouders, waardoor kansen worden vergroot en gewenste ontwikkelingen versterkt. De gemeenten in het werkgebied van Penta Primair hebben hierin niet allemaal een uniforme keuze gemaakt. Noordenveld heeft er bij het opzetten van het Integraal Huisvesting Plan Onderwijs voor gekozen géén brede scholen te bouwen en zich tot onderwijs te beperken. Leek, Grootegast en Zuidhorn streven wel naar het realiseren van brede scholen, waarbij de omvang bepaalt hoe breed het aanbod kan worden. Voor Penta Primair is het brede-schoolconcept – waarbij verschillende partners samenwerken aan de brede ontwikkeling van kinderen van 0 tot 12 jaar – een wezenlijk beleidsuitgangspunt. (Terzijde moet daarbij opgemerkt worden dat het werken in een brede school in één gebouw voordelen biedt, maar dat afzonderlijke huisvesting in elkaars directe nabijheid ook tot uitstekende samenwerking kan leiden.) Penta Primair wil de doorgaande ontwikkeling van 0 tot 12 jaar bevorderen door afstemming te zoeken met de Vroeg Voorschoolse Educatie (VVE). Echter, in scholen met weinig kinderen is de VVE-voorziening door het geringe aanbod niet beschikbaar. Ook hier geldt een minimale omvang om een voorziening in stand te houden en daarmee de doorgaande lijn te bevorderen. In regionaal verband wordt de samenwerking met onderwijs- en zorgpartners in het Westerkwartier en Noordenveld steeds intensiever. Samenwerking wordt gezien als een krachtig middel om resultaat te bereiken op het terrein van Passend Onderwijs. Samenwerking met andere denominaties wordt breed geïnitieerd en gestimuleerd. Dit geldt bijvoorbeeld voor de Stichting Westerwijs (openbaar onderwijs in het Westerkwartier), OPON (Openbaar Onderwijs Noordenveld), de gereformeerde basisscholen die verenigd zijn in Noorderbasis, de Christelijke Onderwijs Groep Drenthe (COG Drenthe) in Assen en de christelijke Jenaplanschool De Kring in Nuis.

13


5. WIJ KUNNEN: ONTWIKKELINGEN Of een organisatie haar doelstellingen en uitgangspunten kan verwezenlijken (‘Wij willen…’) is mede afhankelijk van tal van interne en externe ontwikkelingen. Het mag duidelijk zijn dat de economische recessie en de krimp van het aantal leerlingen, maar ook tal van maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen, van invloed zijn op de toekomst van Penta Primair en het onderwijs op haar scholen in het Westerkwartier en de gemeente Noordenveld. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste ontwikkelingen nader in kaart gebracht en geduid. Kleine scholen Omdat er in de afgelopen jaren steeds minder personeel beschikbaar was, ervaart het zittende personeel een almaar groter wordende druk. Nóg minder personeel, en deze druk zal verder toenemen. Dit geldt voor alle scholen, maar kleine scholen hebben het zwaarder en zijn kwetsbaarder: een gering aantal personen moet een groot aantal taken uitvoeren die op een grote school door meerdere mensen worden gedaan. Het gaat niet alleen om taken als het organiseren van een sportdag, het Sinterklaasfeest of de kerstviering, maar juist ook om taken die verband houden met de kwaliteit van het lesgeven in de basisvaardigheden, zoals nascholingsbijeenkomsten en overleg, projecten, natuur- en milieu-educatie (NME), cultuureducatie, methodekeuze en medezeggenschap, etc.. Natuurlijk zijn er ook zaken die op kleine scholen juist makkelijker gaan omdat er minder kinderen zijn, maar het overheersende gevoel is toch dat er een toenemende druk wordt ervaren. De bekostiging van een kleine school is anders dan die van een grote school. Door de kleinescholentoeslag – hoe kleiner de school, hoe hoger de toeslag – is er relatief meer geld beschikbaar. Maar dit is ook hard nodig voor het afschrijven van materieel en exploitatie. Een punt van zorg is de overhead op kleine scholen, die relatief gezien eveneens groter is. De omvang daarvan valt moeilijk te beïnvloeden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de directeur: op een kleine school geldt een minimale omvang van 0,4 fte (bij 40 leerlingen tot 80 leerlingen). Voor een administratief medewerker en de conciërge geldt dit ook, maar in mindere mate. Minder bekostiging kan niet één op één worden doorvertaald in deze overhead. Ondanks de kleine-scholentoeslag gaat er dus steeds meer geld per leerling op aan de overhead. Minder ondersteuning en een kleiner onderwijsteam dat het relatief drukker heeft, maakt kleine scholen kwetsbaar: de kans op ziek worden is groter. Op sommige scholen is één leerkracht een derde deel van het team. Dat geldt ook als hij of zij niet optimaal functioneert of presteert. Dit impliceert dat de onderwijskwaliteit in een kleine setting veel moeilijker te borgen is. Van het personeel vragen wij dat het zijn pedagogische en didactische vaardigheden verder ontwikkelt en zich sterk verantwoordelijk voelt voor de maatschappelijke opdracht die de school heeft. Deze beide uitgangspunten vereisen een organisatie die in kwantiteit een minimale omvang heeft om aldus kwalitatief optimaal te kunnen presteren, met voldoende ruimte voor persoonlijke ontwikkeling en innovatie. Grotere groepen Op nagenoeg alle scholen hebben de bezuinigingen die gepaard zijn gegaan met de economische recessie geleid tot het vergroten van groepen. Voor de kleinere scholen betekende dit veelal het samenvoegen van groepen met kinderen van uiteenlopende leeftijden met navenante ontwikkelingsniveaus. Combinatieklassen met meer dan twee groepen vragen meer van de leerling én de leerkracht. Tegelijkertijd zitten er in elke groep minder leerlingen. Kinderen hebben dus minder leeftijdsgenootjes in hun groep. Dit heeft consequenties voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en de mogelijkheden om zich aan elkaar op te trekken. Leerkrachten zien de groep als een sociale omgeving waarin kinderen samen leren en samen spelen. Om sociale vaardigheden te kunnen ontwikkelen is een minimale groepsgrootte een vereiste. 14


Groep: een begripsbepaling In dit document wordt gesproken over groepen. Wat bedoelen we hiermee? Een school heeft acht leerjaren, met soms een instroomgroep voor de kinderen die gedurende het schooljaar de leeftijd van vier jaar bereiken en voor het eerst naar school gaan. Deze leerjaren worden naar gelang het aantal kinderen in een leerjaar verdeeld in groepen. Elke groep beschikt over een lokaal met een leerkracht. Kleine scholen voegen noodgedwongen leerjaren samen. Die samenvoeging noemen we in dit document een groep en kan bestaan uit twee of drie leerjaren. Of, om het in de praktijk van alledag te zeggen: groep 3-4 heeft juf Ineke. Los van de mening van de leerkracht over de groepsgrootte, zijn ook de ouders in toenemende mate kritisch over de samenstelling en omvang van de groep waarin hun kind de school doorloopt. Ouders blijven autonoom en kiezen er zelfs voor bewust verder te reizen om aan wens van een voldoende groepsgrootte voor hun kind te voldoen. Hiermee zullen we rekening moeten houden. Dat vraagt van Penta Primair een pro-actieve houding, geen re-actieve. Aan het onderwijzend personeel op (krimp)scholen worden hogere eisen gesteld op terreinen als klassenmanagement, instructievaardigheid en het invoeren van andere onderwijs-concepten. Daarop zullen we moeten anticiperen. Relevant is de vraag wanneer de kwaliteit die we willen bieden in het geding komt. Dit hangt van tal van factoren af, maar zeker is dat elk kind méér in de groep ook méér inzet van de leerkracht vraagt. Penta Primair kijkt naar de ontwikkelingen in de groepen, spreekt met en luistert naar directeuren en leerkrachten. Dit leidt tot een uitgangspunt over de minimale schoolgrootte dat door directeuren, personeel en staf wordt onderschreven. Een combinatieklas bestaat uit ten hoogste twee groepen. Daarbinnen zijn meerdere niveaus aanwezig. Voor de leerkracht is dit verantwoord en hanteerbaar. Vergrijzing van het personeel Het krimpend leerlingenaantal belemmert de doorstroming van jong personeel. De belangrijkste reden hiervan is dat geen nieuw personeel kan worden aangenomen vanwege verplichtingen aan zittend personeel. Daardoor stijgt de gemiddelde leeftijd van het personeel. Pabo-studenten komen moeilijker aan een baan. De gemiddelde personeelskosten stijgen, want ouder personeel is duurder. De maatregelen die het aantrekkelijk maken om steeds later met pensioen te gaan, versterken het proces van vergrijzing binnen de teams en de organisatie. Penta Primair wil professioneel personeel dat zich voortdurend ontwikkelt. Geen of weinig aanwas van nieuwe, jongere docenten geeft daarbij minder nieuwe inspiratie. Onderwijs blijft innoveren en ontwikkelt nieuwe werkvormen en leerstrategieën. Die innovatie vraagt andere didactische, pedagogische en analyserende vaardigheden. Jonge leerkrachten zijn voor een evenwichtige opbouw van een team onontbeerlijk. Kijkend naar de leeftijdsopbouw van het personeel, valt te voorzien dat vanaf 2017 velen gaan stoppen met werken. Dan ontstaat vacatureruimte. In de periode tot 2017 wil Penta Primair in samenwerking met het ministerie van OCW plannen maken om door middel van flankerend beleid jonge mensen aan zich te binden. Het personeel van Penta Primair is benoemd door het bestuur. Dit impliceert dat de medewerk(st)ers een baangarantie hebben. Deze baangarantie geldt ook bij fusies, zodanig dat personeel ook op een andere school dan de fusieschool kan worden ingezet. Doet zich een fusie buiten Penta Primair voor, dan wordt rekening gehouden met de persoonlijke voorkeur van het betreffende personeelslid inzake de identiteit. Samenwerking Penta Primair zoekt, zoals eerder gezegd, de samenwerking niet alleen intern, maar ook extern. Maatschappelijke ontwikkelingen nodigen hiertoe uit. Onder andere het brede15


schoolconcept en de mogelijkheden van samenwerking met de kinderopvang, het welzijnswerk en de jeugdzorg vragen om een andere inrichting van onderwijs. Ook dat vraagt om voldoende omvang, om ‘massa’: kleinschaligheid bemoeilijkt noodzakelijke of gewenste veranderingen vanuit financieel-economisch oogpunt. Overcapaciteit en afschrijving Penta Primair heeft op haar 25 scholen in 2012 in totaal een overcapaciteit van 3.000 m2. (Voor de drie scholen in de gemeente Noordenveld zijn inmiddels actuele cijfers bekend. Die zijn opgenomen in Bijlage 6.6. Verwacht mag worden dat de cijfers voor de scholen in het Westerkwartier een nagenoeg identiek beeld zullen opleveren.) Overcapaciteit zorgt voor relatief hoge kosten voor gas/water/licht en schoonmaak. Het is lastig om deze kosten evenredig af te laten nemen als het leerlingenaantal krimpt. Per leerling is 3,5 m2 beschikbaar (bron: Huisvestingsverordening Onderwijs). Die ruimte betreft het lokaal, de hal, toiletten en overige ruimtes. Daar is niet makkelijk op te ‘bezuinigen’. Overcapaciteit van 100 m² is dus vergelijkbaar met één groep van circa 30 leerlingen. Het niet tijdig aanpassen van de huisvestingssituatie plaatst het schoolbestuur voor onnodige personele en materiële kosten. Ook leermaterialen en meubilair dat niet meer gebruikt wordt drukken op de afschrijving. We realiseren ons dat het zoeken naar en het realiseren van structurele oplossingen om overcapaciteit terug te dringen tijd vraagt. Penta Primair zal intussen maatregelen nemen om de kosten ervan te beperken. Concreet kan worden gedacht aan het permanent afsluiten van lokalen (inclusief energiekosten, schoonmaak en onderhoud). Het zoeken van medegebruik is een alternatief. Constructief overleg met de gemeenten is daarbij van groot belang. Penta Primair is slechts juridisch eigenaar van de schoolgebouwen. We zijn verantwoordelijk voor de exploitatie van het gebouw. Bij fusie vervalt het gebouw aan de lokale overheid als economisch eigenaar. De gemeente wordt hiermee vaak onbedoeld opgezadeld met de boekwaarde van het gebouw. Rijksbeleid Vanaf 1 augustus 2013 geldt de ‘zorgplicht’ en zijn alle scholen verplicht om Passend Onderwijs te bieden. De invoering van Passend Onderwijs beoogt dat voor minder geld dezelfde of betere ondersteuning/onderwijs wordt geleverd. Wel komen er extra middelen voor deskundigheidsbevordering. Een andere stimuleringsregeling is het Aktieplan Leerkracht. Dit is per 1 januari 2009 ingevoerd en bedoeld om het beroep leerkracht aantrekkelijker te maken. Dit wordt bewerkstelligd door onder andere een betere salariëring, meer carrièreperspectief en meer functiedifferentiatie (functiemix). Een van de consequenties van het beleid van de rijksoverheid is dat meer (speciale) kinderen op de basisschool blijven. Er moet minder worden verwezen naar speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Penta Primair onderschrijft dit uitgangspunt, ook al impliceert het dat er minder geld beschikbaar is: de rugzakjes verdwijnen en de externe hulp die daarbij hoorde vermindert. Ook dit zal leiden tot grotere druk op de leerkrachten.

16


6. NAAR ‘PASSEND ONDERWIJS’: BELEID EN AANPAK Penta Primair is een ambitieuze organisatie, maar ook een organisatie met een reële kijk op de werkelijkheid. ‘Wij willen’ op effectieve en efficiënte wijze veel bereiken – minder kwetsbaar, meer kwaliteit –, maar ‘wij kunnen’ niet alles, en zeker niet alles tegelijk: we moeten rekening houden met interne en externe ontwikkelingen die ons zowel voor uitdagingen als dilemma’s zullen stellen. Vragen naar de toekomst  Hoe kan Penta Primair de kwaliteit van het onderwijs op al haar scholen vasthouden en verbeteren?  Hoe kan Penta Primair zorgen dat haar personeel kan inspelen op de ontwikkelingen rond Passend Onderwijs, gemotiveerd en fit blijft, en zich voldoende kan professionaliseren?  Hoe kan Penta Primair zorgen dat de uitdagende gebouwen met moderne ICTvoorzieningen en leermaterialen ook in de toekomst gewaarborgd blijven?  Hoe kan Penta Primair goede samenwerkingsmogelijkheden gebruiken?  Hoe kan Penta Primair het onderwijs ‘passend’ maken, waarbij rekening gehouden wordt met de behoeften van de ouders? Met andere woorden: hoe houden wij het Onderwijs dat… passend is bij de kwaliteit die wij voor ogen hebben, passend is bij de gebouwen en voorzieningen, passend is bij de financiële middelen binnen de ‘lump sum’? Het antwoord op deze vragen zal in de komende tijd moeten worden gevonden aan de hand van de richtinggevende en kaderstellende uitspraken die in dit document zijn gedaan. Penta Primair wil via een positieve, pro-actieve weg op zoek gaan naar kansen om te behouden wat goed is en te verbeteren wat beter kan. Dit betekent in veel situaties dat we lastige antwoorden niet uit de weg mogen gaan en bereid moeten zijn soms pijnlijke besluiten te nemen, zij het in bestaand beleid of nieuw beleid. Een dergelijke koers vraagt om visie, keuzes, inlevingsvermogen en begrip. Maar vooral ook om een zorgvuldige communicatie jegens de betrokken partners – ouders, personeel, maar ook de gemeenten, als economisch eigenaar van de gebouwen. De opdracht: scenario’s Het ontwikkelen en implementeren van een beleidskader voor álle scholen maar ook van maatwerk in voorkomende gevallen vraagt om scenario’s die in goed overleg met alle betrokkenen worden ontworpen en vastgesteld – de Raad van Toezicht, de directeurbestuurder, directies en medezeggenschapsraden. Ook dorpsraden zullen waar nodig actief bij het uitwerken van scenario’s worden betrokken. Wat zijn de uitgangspunten waaraan scenario’s ten minste moeten voldoen? Daarbij denken wij aan de volgende aspecten en opgaven.       

De kwaliteit van het onderwijs staat voorop. Innovatieve oplossingen krijgen voorrang. Het collectieve karakter en de interne solidariteit van Penta Primair zijn een groot goed. Creëer oplossingen om de leegstand (overcapaciteit) verder te beteugelen. Gebruik de kansen die ‘brede scholen’ en multifunctionele accommodaties bieden. Weeg zorgvuldig af waar het fuseren van scholen nodig of wenselijk is dan wel of er alternatieve vormen van samenwerking zijn. Wanneer winnen de voordelen het van de nadelen? Bedenk een bestemming voor een vrijkomend gebouw. 17


Zorg voor maatwerk dat past bij een specifieke situatie, dorp of regio.

Binnen de scenario’s dient bijzondere aandacht te worden gegeven aan de positie van kleine scholen. Denk daarbij aan de volgende aspecten en opgaven.   

Hoe kan de kwetsbaarheid van kleine scholen worden verminderd? Twee groepen in één lokaal is verantwoord met het oog op de kwaliteit van het onderwijs en de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Wanneer is het moment gekomen dat het leerlingenaantal onverantwoord laag is? Wat betekent de fusie van een school voor kinderen en ouders? Wat gebeurt er met het gebouw? Wat doet het met het dorp? Wat zijn de kansen?

Vooropgesteld dat maatwerk het uitgangspunt is, vindt Penta Primair het belangrijk om een ondergrens voor de schoolgrootte vast te stellen. Daarbij gaan we uit van de school als eenheid van bekostiging: de inkomsten op schoolniveau bepalen hoe groot de speelruimte is. Schoolgrootte: de norm Kwetsbaarheid wordt vooral veroorzaakt doordat tal van omstandigheden en factoren zich in samenhang voordoen en daardoor elkaars effecten versterken. Denk aan: de ontwikkelingen vanuit Passend Onderwijs, de hoge eisen die we stellen aan de kwaliteit van het onderwijs, de inspanning die het voor leerkrachten met zich meebrengt om binnen Passend Onderwijs het handelingsgericht werken professioneel te realiseren, de beperktere sociale ontwikkeling van kinderen in te kleine groepen, alsook de marginale financiële ruimte en de exploitatielast door overcapaciteit in gebouwen. Op grond van deze effecten is Penta Primair van mening dat een school daarom een minimale omvang moet hebben van vier groepen. Een mening die in de organisatie breed wordt onderschreven. Dit betekent: in een school minimaal vier combinaties van elk twee leerjaren. Die groepen kennen meerdere niveaus, die door middel van effectief klassenmanagement voldoende aandacht van de leerkracht krijgen. Bij doelmatig klassenmanagement zijn drie niveaus voor een leerkracht goed te hanteren. Meer niveaus vragen om extra ondersteuning, maar het formatiebudget voorziet helaas niet in middelen voor een klassenassistent of een onderwijsondersteuner. Gezien de beschikbare formatie, ligt het kritische aandachtspunt op de scholen van Penta Primair bij 100 leerlingen. Daalt dit aantal, dan moeten een omgevingsanalyse en een prognose een nadere oriëntatie op de toekomst mogelijk maken. Voor vier groepen ligt de uiterste grens bij 85 leerlingen (afhankelijk van de verdeling tussen van 4 tot 7 jaar en 8 jaar en ouder, omdat de bekostiging verschilt). Aangezien scholen met minder dan vier groepen kwetsbaarder zijn, gaan we met deze scholen in gesprek over de toekomst. In samenspraak met de directie, het personeel en de ouders willen we zoeken naar scenario’s die recht doen aan de specifieke situatie. Dit kan leiden tot een fusie of andere vormen van samenwerking. Zo nodig wordt een dorpsraad gevraagd mee te denken, en in elk geval wordt de lokale overheid in een vroegtijdig stadium betrokken, als economisch eigenaar van de gebouwen. Een school heeft dus 100 leerlingen met 85 als ondergrens. Met inachtneming van deze norm…  kunnen 4 groepen worden geformeerd. Dit geeft verantwoorde mogelijkheden voor instructie en klassenmanagement, en aandacht voor sociaal-emotionele ontwikkeling;  zijn de mogelijkheden om ook in kleine kernen samen te werken met opvangorganisaties/ketenpartners financieel bereikbaar;  blijft de mogelijkheid bestaan tot een gezonde mix van overhead, leerkrachtformatie en leerlingenaantal;  blijft het christelijk primair onderwijs financieel verantwoord en betaalbaar.

18


Maatwerk houdt in dat in bijzondere omstandigheden verantwoord en steeds in overleg naar een passende oplossing wordt gezocht. Er is nooit sprake van koude sanering op grond van enkel financiële argumenten. Maatwerk betekent ook dat de kwaliteit van het onderwijs nimmer van ondergeschikt belang kan zijn ten opzichte van andere argumenten. Samenwerking met de gemeenten Penta Primair hecht vanzelfsprekend grote waarde aan constructief overleg met de gemeentebesturen in haar werkgebied. Omdat onderwijshuisvesting een thema is dat de gemeentegrenzen overstijgt, is in het Westerkwartier inmiddels een overleg gestart tussen de vier gemeenten, met als oogmerk een regionaal huisvestingsplan op te stellen. De gemeente Noordenveld neemt niet actief deel aan dit overleg, maar de gegevens van de scholen aldaar worden wel in het overleg meegenomen. Daarnaast hebben de gemeenten het initiatief genomen om gezamenlijk tot een Regionale Educatieve Agenda te komen. Het spreekt voor zich dat Penta Primair hier alle medewerking aan zal verlenen. Tijdpad Wat betreft het tijdpad gelden onderstaande deadlines:  bespreking in de Raad van Toezicht in april 2012;  bespreking van dit document in het directieoverleg en de GMR-bijeenkomt in mei 2012;  vóór 1 juli 2012 vaststelling van dit document, “Penta Primair: minder kwetsbaar, meer kwaliteit”;  per 1 september 2012 is een inventariserend overzicht van de regionale situatie en maatwerkgebieden beschikbaar;  schooljaar 2012-2013: ontwikkelen scenario’s voor diverse gebieden;  voor de uitwerking van de scenario’s zal een nader stappenplan worden ontwikkeld.

19


COLOFON Dit beleidsdocument over de ontwikkelingen in het christelijk primair onderwijs in het Westerkwartier en Noordenveld werd op basis van een in januari 2012 uitgebracht visiedocument voorbereid en opgesteld door de directeur-bestuurder van Penta Primair, Johan Heddema. Bij de eindredactie werd hij ondersteund door Anton Brand te Groningen. De directeur-bestuurder heeft over de inhoud van het beleidsdocument overeenstemming bereikt met de Raad van Toezicht en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Het initiatief tot een gesprek over krimp en kwetsbaarheid op lokaal niveau kan door de dorpsraad, ouders, directie en team van de school of de directeur-bestuurder worden genomen. Fotografie: Ewoud Rooks Vormgeving: Marieke QuarrĂŠ De volledige tekst van het beleidsdocument staat op de website van Penta Primair: www.pentaprimair.nl. Grootegast, juni 2012

20


7. Bijlagen

21


BIJLAGE 7.1 Strategisch Beleidsplan 2011-2015: missie en visie. ‘Wie we zijn, en wat we willen’ Motto 1 en al aandacht Missie Het onderwijs bij Penta Primair richt zich op de toekomst van het kind en de weg waarlangs het kind onderweg naar die toekomst zijn identiteit kan ontwikkelen en hierin voldoende resultaat bereikt om zelfstandig deel uit te kunnen maken van de maatschappij. De missie van Penta Primair wordt gekenmerkt door vijf (penta) richtingen, waaraan kernkwaliteiten zijn verbonden:  Identiteit gericht We geven vorm aan open christelijk onderwijs Bijbelse verhalen over God en mensen inspireren ons bijzonder Er is een actieve betrokkenheid op de waarde(n)volle omgeving waarin we leven De medewerkers hebben aandacht voor waarden en normen vanuit de christelijke identiteit  Leerling gericht Ieder kind is welkom, voelt zich veilig en gewaardeerd Zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van kinderen staat voorop Er is respect voor verschillen tussen kinderen, en aandacht voor tolerantie en solidariteit Er is in de school plaats voor ontmoeting  Toekomst gericht Ons onderwijs is vernieuwend en hanteert verschillende concepten ICT is een speerpunt als middel om kennis te verwerven De organisatie is voortdurend in beweging met als kenmerken: trendsettend, proactief en ambitieus We spelen in op maatschappelijke ontwikkelingen  Resultaat gericht Ons onderwijs is van hoge kwaliteit en er zijn geen zwakke scholen De medewerkers zijn professionals en bieden passend onderwijs We stimuleren kinderen om hun talenten veelzijdig te ontwikkelen, cognitief, creatief en sociaal  Maatschappij gericht We staan midden in de samenleving en de medewerkers zien ouders als metgezel en partner Ons onderwijs maakt kinderen bewust van thema’s als natuur, milieu, derde wereld, mensenrechten en duurzaamheid Penta Primair verbreedt haar oriëntatie richting funderend onderwijs, van voorschools naar het voortgezet onderwijs. Doorlopende ontwikkeling en leerlijnen; een stevig fundament Visie Vanuit de vijf richtingen en de kernkwaliteiten luidt de visie van Penta Primair: Kinderen ontplooien hun kwaliteiten optimaal.  met aandachtige uitnodiging  met uitdagende en stimulerende begeleiding  vanuit een bijzonder inspirerende identiteit De scholen kenmerken zich als open christelijke scholen.  de Bijbelse verhalen over God en mensen inspireren tot actieve betrokkenheid op de omgeving waarin we leven; de omringende schepping met mensen, dieren en planten 22


 de levensbeschouwelijke, pedagogische en onderwijskundige identiteit is zichtbaar in ons onderwijs De veranderende maatschappij vraagt steeds opnieuw om een keuze.  we geven de ruimte aan allen die zich in onze identiteit herkennen, deze waarderen en respecteren  een pluriforme schoolbevolking is een waardevolle voorbereiding op de pluriforme samenleving  het leren uitgaan van verschillen is een levensbeschouwelijke en pedagogische opdracht voor onderwijs en opvoeding; een betrokken dialoog tussen school en thuis.

23


BIJLAGE 7.2 Bestuursakkoord Primair Onderwijs d.d. 17 januari 2012: streefdoelen tot 2015

In januari 2012 is het bestuursakkoord afgesloten tussen de minister en de staatssecretaris van OCW en de PO-Raad. Dit akkoord kent de volgende streefdoelen tot 2015:        

60% van de basisscholen opbrengstgericht schoolbesturen formuleren meetbare doelen voor beoordelen van de eigen leerlingprestaties scholen met een leerlinggewicht meten de opbrengsten in groep 1 en 2 60% van de basisscholen betrekt ouders actief bij de ontwikkeling en leerprestaties van de leerlingen landelijk zijn er nog maximaal 35 zeer zwakke basisscholen nagenoeg alle leraren zijn bekwaam in het volgen en systematisch analyseren van de voortgang in ontwikkeling van de leerlingen 50% van der leraren en nagenoeg alle directeuren registreren zich in het beroepenregister voor bijna alle leraren is er een bekwaamheidsdossier en jaarlijks een beoordelingsen/of functioneringsgesprek. Minstens 80% van de startende leerkrachten is tevreden over de begeleiding alle scholen maken hun opbrengsten transparant in vensters PO

Penta Primair heeft de meeste doelen in het Strategisch Beleidsplan 2011-2015 vastgelegd en werkt aan de streefdoelen.

24


BIJLAGE 7.3 Kernboodschap PO-Raad

25


BIJLAGE 7.4 Schoolgrootte per 1 oktober 2011 en Scholen in de regio naar schoolgrootte

Scholen van Penta Primair naar schoolgrootte per 1 oktober 2011

Scholen in de regio naar schoolgrootte: Penta Primair, Westerwijs, De Kring, OPO Noordenveld, COG Drenthe en Noorderbasis

26


BIJLAGE 7.5 De gemiddelde schoolgrootte

Om scholen met een leerlingenaantal dat lager is dan de opheffingsnorm toch in stand te kunnen houden, kan het bevoegd gezag een beroep doen op de wettelijk mogelijke uitzonderingssituatie van de ‘gemiddelde schoolgrootte’ (art. 157 WPO). Als de gemiddelde schoolgrootte van alle basisscholen onder het bevoegd gezag minimaal 10/6 maal de opheffingsnorm bedraagt dan kan een school of kunnen meerdere scholen met een leerlingenaantal lager dan de opheffingsnorm toch in stand gehouden worden. Daarbij geldt in principe aanvullend nog de voorwaarde dat de school een minimum aantal leerlingen van 23 moet tellen. Hierbij dient voor de volledigheid ook nog gewezen te worden op een wetswijziging, gepubliceerd in het Staatsblad, jaargang 2010 onder nummer 755. Het betreft de discretionaire bevoegdheid van de minister om op verzoek van het bevoegd gezag een school die onder de 23 leerlingen komt toch in stand te houden. Hierbij dient aan twee voorwaarden te zijn voldaan: de kwaliteit van de school wordt door de inspectie als voldoende beoordeeld én er is op termijn perspectief op structurele groei van het leerlingenaantal. In artikel 157 WPO worden twee situaties onderscheiden. Ten eerste: een bevoegd gezag dat scholen in stand houdt in uitsluitend één gemeente, of een deel van een gemeente. Hier geldt voor het berekenen van de ‘gemiddelde schoolgrootte’ vanzelfsprekend ook slechts één gemeentelijke opheffingsnorm. Ten tweede: een bevoegd gezag dat scholen in stand houdt in meerdere gemeenten. Dan zijn om voor de uitzonderingssituatie in aanmerking te komen de voorwaarden van toepassing zoals omschreven in artikel 157, tweede lid WPO. Omdat het schoolbestuur in meerdere gemeenten scholen in stand houdt, wordt de berekening complexer, want er zijn immers meerdere opheffingsnormen. Voor Penta Primair is de tweede situatie van toepassing. De voorwaarden voor toepassing van de ‘gemiddelde schoolgrootte’ worden in artikel 157, eerste lid WPO als volgt omschreven: de bekostiging van een bijzondere school wordt niet beëindigd en een openbare school niet opgeheven op grond van artikel 153 indien de school ten minste 23 leerlingen telt, de gemiddelde schoolgrootte van alle scholen van dat bevoegd gezag ten minste 10/6x de voor die gemeente onderscheidenlijk dat deel van de gemeente geldende opheffingsnorm, dan wel ten minste 290 bedraagt en het bevoegd gezag tijdig de in artikel 160, tweede lid, bedoelde mededeling heeft gedaan. De norm voor toepassing van de uitzonderingssituatie ‘gemiddelde schoolgrootte’ is voor Penta Primair: 10/6 X 57,68 = 96,133. De werkelijke ‘gemiddelde schoolgrootte’ over de 25 basisscholen van Penta Primair berekend op basis van de leerlingenaantallen per 01/10/2011 is:

Penta Primair

Aantal scholen Aantal leerlingen + 3% 25 3.577

27

Gemiddelde schoolgrootte 143,08


Hieruit blijkt dat op basis van de leerlingenaantallen per 1 oktober 2011 Penta Primair ruimschoots voldoet aan de norm voor toepassing van de ‘gemiddelde schoolgrootte’. Vervolgens is vanzelfsprekend de vraag relevant of het Penta Primair ook de komende jaren aan deze norm zal kunnen voldoen. Met in totaal 25 basisscholen en de norm van 96,133 leerlingen per school is de rekenkundige ondergrens voor het totaal aantal leerlingen: 25 x 96,133 = 2.403. Met andere woorden: als het leerlingenaantal inclusief de 3% opslag minimaal 2.403 bedraagt, kan het schoolbestuur, om de scholen met een leerlingenaantal lager dan de gemeentelijke opheffingsnorm in stand te kunnen houden, een beroep blijven doen op de uitzonderingssituatie ‘gemiddelde schoolgrootte’. Daarbij blijft (afgezien van de eerder genoemde discretionaire bevoegdheid van de minister) overigens ook de voorwaarde gelden dat de betreffende scholen ieder afzonderlijk ten minste 23 leerlingen tellen. Omdat de 3% opslag over het feitelijk leerlingenaantal per afzonderlijke school wordt berekend en vervolgens altijd naar beneden afgerond dient te worden (art. 152 WPO) is er geen harde rekenkundige ondergrens voor het totaal aantal feitelijke leerlingen te geven. Immers, ditzelfde totaal aantal kan met een andere verdeling over de scholen door de afrondingen in de berekening van de 3% opslag tot een andere uitkomst leiden. In het meest extreme geval is de uitkomst op alle 25 scholen een getal met 99 honderdste achter de komma. Door de verplichte afronding naar beneden kan dit maximaal 25 x 0,99 = 24,75 leerlingen verschil geven. Anders gezegd: er is een zekere risicomarge van ongeveer 25 leerlingen. Uit de beschikbare gegevens blijkt dat op basis van de huidige leerlingenprognoses de ondergrens van het benodigd aantal leerlingen tot en met het jaar 2031 niet bereikt wordt. Volgens de prognoses blijft het leerlingenaantal al die jaren ruimschoots boven het benodigd aantal om de uitzonderingssituatie ‘gemiddelde schoolgrootte’ toe te kunnen passen. Daarmee kunnen alle huidige basisscholen van Penta Primair in standgehouden worden, mits wordt voldaan aan de in art. 157 WPO gestelde voorwaarden: - de school heeft meer dan 23 leerlingen; - het bevoegd gezag doet tijdig de in art. 160 WPO bedoelde melding. Volgens de meest recente leerlingenprognoses blijven alle huidige basisscholen van Penta Primair op z’n minst tot en met 2031 boven de grens van 23 leerlingen. Omdat de uitzonderingssituatie ‘gemiddelde schoolgrootte’ vooralsnog voldoende zekerheid biedt voor de mogelijkheden tot instandhouding is een analyse van de overige uitzonderingssituaties achterwege gelaten.

28


BIJLAGE 7.6 Leegstand (overcapaciteit) in cijfers

Roden: Leegstand (overcapaciteit): prognose 2012 in m² vloeroppervlak

toename 2012 271

2020 407

2027 467

2027 -/- 2012 196

de Haven

366

436

472

106

de Woldzoom

413

554

584

171

totaal per jaar

1050

1397

1523

473

de Hoeksteen

29


COLOFON Dit beleidsdocument over de ontwikkelingen in het christelijk primair onderwijs in het Westerkwartier en Noordenveld werd op basis van een in januari 2012 uitgebracht visiedocument voorbereid en opgesteld door de directeur-bestuurder van Penta Primair, Johan Heddema. Bij de eindredactie werd hij ondersteund door Anton Brand te Groningen.

30


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.