3 minute read

Met filosofietser Jan Fossen langs de binnenrand van Nederland

Jan Fossen, voormalig redactielid van De Penseelstreek, schreef een luchtig boekje over fietsen, vol terloopse overpeinzingen en wijsheden. Op de fiets heb je tijd om na te denken, en het fietsen zelf voedt het denken. Vrij naar Nietzsche, een fervent wandelaar: ‘Als je spieren geen feestvieren, wordt het denken bloedeloos.’

Op 14 augustus 2019 gaf Jan Fossen (1963) met zijn linkervoet op de trapper zijn fiets een zetje, slingerde zijn rechterbeen over het zadel, trapte enkele keren en keek nog even achterom de Van Ruisdaelstraat in. Zijn spieren waren nog wat stram maar wisten dat ze aan het werk moesten en gaven zich al snel gewonnen. Net als zijn geest die onbekommerd gedachten ging produceren die door de wind werden meegenomen.

Advertisement

Zo begon Jan Fossen in zijn eentje aan een fietstocht langs de binnenrand van Nederland. Eerst langs de oostgrens naar het Noorden, vervolgens langs de Waddenzee, het IJsselmeer en de Noordzee naar Zeeuws-Vlaanderen, dan verder langs de Belgische grens naar Vaals en ten slotte langs de Duitse grens weer terug naar Arnhem. Soms fietste hij een week achter elkaar, soms één of een paar dagen.

Hoeveel kilometer hij precies heeft afgelegd, weet Jan niet, maar hij schat zo’n 3000 omdat hij om alle Zuid-Hollandse en Zeeuwse eilanden fietste. Precieze afstanden vindt hij ook niet zo belangrijk. Zijn tocht was een prestatie, maar geen prestatietocht (en zeker geen prestigetocht wat veel wielrenners ervan maken). Jan: “De charme zit hem in het onderweg zijn, de vrijheid, de verrassingen, het dwalen, het meditatieve, de flow waarin je terechtkomt … Het leven is als fietsen. Om in balans te blijven moet je blijven bewegen, zei Einstein.” mensen zeker stimuleren om dergelijke fysiek en mentaal heilzame fietstochten te gaan maken maar niet om zijn routes na te gaan rijden. “Het is beter je eigen taak te verrichten, hoe gebrekkig ook, dan die van een ander, hoe bekwaam ook”, citeert hij een Indiase wijsgeer.

‘Fietsen tegen de grens’ is Jan’s eerste boek voor een breder publiek maar niet zijn eerste boek. Jan is van huis uit gezondheidswetenschapper en verdient als zp’er (zelfstandig professional) de kost met de kwaliteitsontwikkeling van de gezondheidszorg. Zo verzorgde hij visitaties van medisch specialisten waarover hij een boek schreef en doet hij audits bij huisartsenpraktijken. Voor zijn eenmansbedrijf ‘Dokteranders Jan Fossen’ schrijft hij ook blogs. Tien jaar lang schreef hij artikelen voor De Penseelstreek. Vlak voor het verschijnen van zijn boek is hij naar Friesland verhuisd waar zijn vrouw Nelly vandaan komt.

Zijn boek is opgedeeld in dertig etappes, maar bevat alleen globale routeaanduidingen, geen gedetailleerde routekaartjes. Zijn zoon Eimert die op de kunstacademie zit, tekende de illustraties. Jan wil

Waarom nu een boek over fietsen en waarom dit boek? Jan: ”Ik hou van fietsen en van schrijven. Tijdens de vele fietstochten die ik gemaakt heb – naar Santiago de Compostella, langs de Rijn, Donau en Elbe, soms met anderen maar meestal alleen - waaiden er allerlei gedachten mijn hoofd binnen. Die wilde ik vasthouden, ging er dus aantekeningen van maken en erop reflecteren. Daarnaast hou ik van filosofie en filosoferen. Daarom heb ik bij de Internationale School voor Wijsbegeerte (ISVW) in Leusden een ‘René Gude week’ gevolgd over de denkbeelden van deze inmiddels overleden filosoof en voormalig Denker des Vaderlands en directeur van het ISVW. Later volgde ik daar de cursus ‘Maak je eigen boekproject’ om mijn idee voor een filosofisch getint boek over fietsen concreet gestalte te geven. Daar heb ik de opzet bedacht, de stijl zoals de ik-vorm en de tegenwoordige tijd en de verweving met filosofie. Terloops in korte uitweidingen, het fietsen moest centraal staan. Ik heb ook wat proefhoofdstukken geschreven en daar feedback op gekregen.”

Het boek is een mooie, afgewogen mengeling geworden van fietservaringen, observaties en overpeinzingen. De hoofdstukken zijn lekker kort, ze hebben een kapstok waardoor ze elkaar niet overlappen, de stijl is vloeiend en pittig, en de overpeinzingen zijn prikkelend omdat ze niet uitmonden in verhandelingen. Bij het lezen heb ik heel wat passages gemarkeerd. Bijvoorbeeld over het nut en de charme van het dwalen op de fiets en het laten dwalen van je gedachten. “Dwalen is loslaten, de vaste lasten laten voor wat ze zijn. Tijdens het fietsen tellen alleen de losse lasten. Dwalen staat voor vrijheid. Leven en denken zonder hier verwachtingen bij te hebben.”

Andere overpeinzingen gaan over de ongemakken onderweg (regen, stramme spieren, andere weggebruikers, pech) en het belang van een zekere onverstoorbaarheid. In het laatste schuilt volgens Jan het ultieme genot. Het ware genot is gematigd genot. Luxe is meer last dan lust. Het streven ernaar en het vasthouden ervan leiden alleen maar tot ongeluk en angst. En, maak je niet nodeloos druk om dingen die je toch niet kunt veranderen. Als je de dingen neemt zoals ze zijn, voel je misschien wel verdriet maar lijd je er niet onder. Een doordenkertje is dat je tijd kunt winnen door traag te fietsen. Het duurt langer waardoor alle uren diepte en lucht krijgen in plaats van dat ze worden gevuld tot ze barstensvol zitten. Door de tijd uit te rekken verdiep je de ruimte.

Ik ben zelf een fervent fietser en heb meer dan een meter fietsboeken. Dit boek is een welkome aanwinst omdat het anders is dan de bestaande fietsboeken. Jan: “Ik heb niet gekeken naar wat er was. Wilde niet per se iets anders maken. Ik wilde een eigen boek schrijven, waarbij het plezier van filosofietsen centraal staat.” Daar is hij in geslaagd.

Jan Fossen (2022), Fietsen tegen de grens. In 30 etappes langs de binnenrand van Nederland. Uitgeverij Noordboek. Prijs: 14,90.

This article is from: