
1 minute read
De muis en de Chianti
from Op Weg 1 - 2023
Ik heb het vorige nummer van dit blad bij de hand. ’t Is te zeggen, ik heb een muis in de hand. Dat beestje slaat voor mij de bladzijden om en ik geef het opdracht om wat sneller te scrollen. Mijn geest vlucht weg en sleept mij mee over woeste hoogten en door lieflijke valleien doorheen andermans tochtavonturen. Maar fysiek blijf ik in een kantooromgeving zitten. Op een bureaustoel voor een flitsend computerscherm met op de achtergrond de radio. Enkele streepjes muziek worden onderbroken door een opgehitste voetbalreporter die mij op de hoogte houdt van de tussenstand in Kroatië –Argentinië. Foei, zo kan je dit blad niet lezen! Het scherm en de radio gaan uit en ik verhuis met de papieren versie van Op Weg naar een zetel. Een glas Chianti naast een kaars vervolledigen het decor. Ik mis enkel nog wat muziek over vervlogen tijden, over de liefde voor en de schoonheid van het landschap. In mijn oude cdcollectie stoot ik bij de Corsicanen op de Messa
Corsa per i tempi novi van de groep Tavagna. De galmende zuivere a capella gezangen van bas, tenor en bariton overstijgen hemelhoog een zomaar ‘gezongen mis’. Met de meerstemmige paghjellas daalt het hele Middellandse Zeegebied neer over de teksten en de foto’s in mijn Op Weg. De muziek streelt het maquis, ebt weg over de golven aan het strand en waait tenslotte de kamer binnen. De langgerekte noten komen uit diepe Alpenkloven, uit Italiaanse bergdorpjes, uit Arabische souks en zowaar ook uit de kosmos.
Iemand opperde ooit dat er geen grotere kwelling bestaat dan alleen te moeten vertoeven in het paradijs. Maar vanavond heb ik echt niemand nodig. Met het echoënde aparte timbre van Tavagna in het Gloria in Excelsis Deo trek ik me terug in het spoor van de eenzame fietser op de foto. Bij het golvende groene landschap van Devon komen de herinneringen boven aan mijn beklimming van Glastonbury

Tor. Met het slepende Alleluia voel ik mij als de jongen van veertien die zich op de Col de By in de Aosta-vallei even van de groep had afgezonderd. Starend naar de donkere wolken en de opstijgende mist en zich afvragend of we nog de weg naar ons basiskamp in Ollomont zouden terugvinden. Maar ’s avonds zaten we toch met zijn allen te zingen rond het kampvuur. Stiekem dronk ik er mijn eerste glas Chianti.
Ik neem nog een slok en blader verder. Plots vraag ik me af of er lezers van Op Weg op dit moment naar een scherm zitten turen. Met een kaars en een glas Chianti naast het toetsenbord? Ik geloof het nooit. En moest het toch zo zijn, dan hoop ik dat de muis hun glas omstoot.