Auschwitz Bulletin, 1999, nr. 01 Januari

Page 41

moesten wachten om er een plaatsje te vinden, het is niet bekend. Ik kan het niet beschrijven en er is geen foto die de werkelijkheid kan tonen. Na aankomst in Birkenau bleven de vrouwen daar en gingen wij, de mannen, naar het (stiefmoeder)kamp Auschwitz. In blok 11, het bunkerblok bleven wij veertien dagen in quarantaine. We sliepen er op de bovenzaal met ± 500 mannen, met drie en twee in één bed van zeventig a tachtig cm. breed. Luchten deden wij tussen de barakken 10 en 11. Barak 10 had met houten schotten geblindeerde ramen. Erachter hoorden wij vrouwenstemmen fluisteren. Met een groot transport, waar wij diamantmensen bij waren, kwamen we vervolgens in Monowitz. Weer moesten we veertien dagen in quarantaine, waarin ontzettend veel is gebeurd. Vaak werden we opgetrommeld om in b u i t e n c o m m a n d o grote steenbrokken te sjouwen en in stukken te slaan. Ik had het geluk met nog enige mannen Stubendienst te doen, in een verderop gelegen barak. We kwamen langs de Puff, een barak op een open plek, omgeven met prikkeldraad. Er buiten stond een edelgermaanse kapo zich op te warmen. Zelfs een wachtpost die voor de ingang zijn voeten stond warm te stampen flirtte met de vrouwen achter de vensters. Wij kwamen in het voorste gedeelte van de barak. Het zag er keurig uit. Ook in de slaapzaal was alles aan kant en de Bettenbau was ondanks de dunne lappendekens tot in de perfectie uitgevoerd. Met vier man waren wij vlug klaar met schoonmaken, toen mochten we van de barakleider voor in de eetzaal gezellig bij elkaar blijven zitten. Van hem kregen we een schep soep uit één van de gamellen, heerlijk heet water waarin

wat geschrapte deeltjes rammenas en komijntjes zwommen. (Honds ondankbaar!) Toen kwam er een groep opmerkelijk jonge jongens ordelijk naar binnen. Zij liepen door naar hun bedden. Een van hen, de jongste en kleinste, liep verder door waar de Blockdlteste, bij een geopende kast, hem stond op te wachten. Deze, een kleine Rijksduitser van een jaar of vijfenveertig, gaf het jongetje wat lekkernij uit de kast. Uit dankbaarheid schurkte het jochie tegen hem op en de kapo aaide over het hoofd en kuste bukkend het kind op de mond. Lang hielden zij hun monden kussend op elkaar. Een levensgevaarlijke vrijage, zo'n sexuele verhouding, maar toch ook een verbinding als tussen vader en zoon.

Gleiwitz In Monowitz werd ons transport in groepen verdeeld, die over diverse werkkampen werden verspreid. Met een legerauto werd de groep van veertig, voor het merendeel diamantmensen, naar het kamp Gleiwitz gereden.

Ik zou het over sex hebben. Op een van de eerste dagen stond ik in een diepe kuil te graven. Ik stond met mijn schoenen in het bodemwater. "Ik heb mijn vrouw op de reis vier keer genaaid!" hoorde ik zeggen. Een man van tegen de veertig, die ik bij mijn weten niet eerder had gezien stond, geleund op zijn schep, van boven op mij neer te kijken. Zeker een manier om zich voor te stellen, dacht ik even. Ik werd heet van woede... en jaloezie. Ik dacht aan de veertien eeuwenlange maanden die mijn geliefden en ik gescheiden waren geweest en het storende geluidje van de baby van Kurt, toen ik Fietje in mijn armen wilde nemen. Woedend stak ik mijn spade in de wand van de kuil. Een groot stuk grond scheurde los en dreigde op mij neer te komen. Een paar van onze jongens zagen het gevaar en trokken mij op de kant. Misschien had die man, wie dan ook, mij deelgenoot willen maken van het laatste gelukkig samenzijn met zijn vrouw. Hij wist ook van de hoed en de rand. Hij had ook misschien de selectie gepasseerd met vrouw en kind(eren). Er moest afschuwelijk hard aan de opbouw gewerkt worden. Zakken cement van 50 kilo, rails die bevroren koud het vel van je vingers verbrandden, zand en stenen vervoeren met lorries die uit de rails liepen en er weer tussen getild moesten worden. Bij dat laatste werk werd Juda Lap als voorman aangesteld. Juda, een lieve, zachtaardige man, kwam 's avonds huilend bij mij, omdat hij vooral de oude mensen met slagen moest voortdrijven. De eerste mei werd gevierd. Wij stonden tegen de barakken met sneeuw bedekte daken, te kleumen, rillend in onze vloeidunne slechte kleren. Velen van ons werden binnen enkele maanden ernstig ziek en gingen


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.