Auschwitz Bulletin, 1996, nr. 03 Augustus

Page 1

40e jaargang, nr. 3, Augustus 1996. Verschijnt 6x per jaar Een uitgave van het Nederlands Auschwitz Comité; postbus 74131,1070 BC Amsterdam

Auschwitz Bulletin Rechtsomkeert? Lea Rabin heeft tevergeefs een beroep gedaan op de Israëlische kiezers en nog geen kiezers. Haar fanatiekste landgenoten overdonderden de redelijken. En men kan alleen maar hopen dat de -nieuwe regeerders van Israël oog mogen hebben voor de werkelijkheid. De schok die het schot op Jitschak Rabin teweeg bracht schijnt uitgewerkt of nu anders te werken. Intussen had bij het terrein van kamp, nu museum Auschwitz een demonstratie van Poolse extreme nationalisten plaats ten gunste van de voorgenomen supermarkt, voor het toegangshek van dit kamp. Na de protesten allerwegen had de Poolse regering de supermarkt op de lange baan geschoven en demonstraties op 'gevoelige' plaatsen door verscherpte regels belemmerd. Een langgerekt welles-nietes volgde. Het lijkt een wrang naspel van de grote tragedie.

Gewillige Beulen Er is in die tragedie een nieuwe inschatting verschenen: 'Hitiers bereidwillige beulen' ('Hitiers willing executio ners') van Daniël Jonah Goldhagen, een jonge hoogleraar aan de befaamde universiteit van Harvard bij Boston. Het betoog van deze socioloog/historicus komt er op neer dat de Shoa niet zozeer was uitgevoerd door de SS en con-

sorten, maar door toedoen van de meeste Duitsers. De grote moord is volgens Goldhagen een uitvloeisel van eeuwenoud en ongevenaard antisemitisme. Er is al een felle pennenstrijd aan de gang: Eli Wiesel, oud-gevangene van Auschwitz, auteur en winnaar van de Nobelprijs voor de vrede, heeft verklaard dat de Shoa vooral het werk is geweest van miljoenen gewone Duitsers. Zoals het was In AuschwitzBirkenau is de bevrijding na 51 jaar op waardige wijze herdacht door meest jonge mensen uit vele landen, in het bijzonder de Verenigde Staten. De stroom literatuur over het lot van joden in de jaren 1 9391945 zwelt nog steeds aan. Ook documenten komen nu en dan aan het licht. Behalve de genoemde, omstreden studie uit Amerika verschijnen in steeds meer landen reeksen historisch- en toneelwerk, fictie en poëzie over de zwarte jaren. Niet alleen de jongste generatie vervolgden, ook de kinderen en kleinkinderen hebben hun literaire weerklank gevonden. Het Anne Frank Huis, een van de drukst bezochte trefpunten van Nederland, zal enerzijds in de oorspronkelijk staaat worden teruggebracht, anderzijds meer en beter bezoekers kunnen ontvangen met passende toelichting.

Zichtbare geschiedenis Een andere, ook in Nederland bijeen te brengen collectie is de zichtbare geschiedenis; 'Survivors' overlevenden van de Shoa. Men wil de grootste verzameling ooit, getuigenissen van de grote ramp, Shoa, aanleggen. Men hoopt zo, met de modernste hulpmiddelen, op de valreep (wegens ouderdom van de overlevenden) gegevens te conserveren, die anders reddeloos verloren zouden gaan. De filmer Steven Spielberg wil een duizendvoudige getuigenis om zo, te elfder ure, uniek materiaal voor de vergetelheid behoeden.

Nog steeds en alweer Er mogen dan hele cohorten meest jonge mensen langs de Westertoren trekken om zich te verdiepen in de hoop en de angsten van een jong meisje aan de vooravond van de dood -er wordt al weer op grote schaal vermoord, verminkt en verkracht. Een medewerker van de Groene Amsterdammer somt de geweldplegers en hun herauten op in Zuid-Amerika, Zuid-Azië en op afstand in de VS en Canada. En ook elders in de Oude en Nieuwe Wereld. De Verenigde Naties decreteren, maar kunnen klaarblijkelijk niets doen. De oud-SS-er Priebke, schuldig aan massamoord in de


Arbeatijnse grot buiten Rome, wordt berecht als in een zouteloze klucht. In Cambodja of Peru zijn het geen achtergebleven imbecielen die brildragers ophangen en artsen het oerwoud injagen, maar guerilla's die zo van de universiteit komen aanlopen. Terugval in de middeleeuwen noemt Aart Brouwer dat (de Groene, 1 2-6-96). Het is een grootscheepse verrechtsing, een consolidatie van rechts, die duidelijk valt waar te nemen, bijvoor beeld in Israël. Eens gekenmerkt door een reeks kibboetzen, landbouwcommunes. Wij overlevenden deden ongehoorde ervaringen op. Met ons Auschwitz Comité en bevriende groepen proberen wij ons aller ervaringen te gedenken en op dreigende gevaren te wijzen. Van rechtsomkeert gaan kan geen sprake zijn. Eva Tas

Nederlandse Auschwitz Comité Ere-voorzitter: Annetje Fels-Kupferschmidt Voorzitter: Anita Löwenhardt Secretariaat: H. Sarfatij Postbus 7 4 1 3 1 , 1 0 7 0 BC Amsterdam tel./fax 0 2 0 - 6 7 2 3 3 8 8 Penningmeester: J . M . Waterman, Wulp 3 0 , 1111 WJ Diemen tel./fax 0 2 0 - 6 9 9 6 5 6 2 Bankrek: ABN/AMRO, nr. 4 0 . 0 1 . 7 5 . 0 8 8 . Postbank 2 9 3 0 8 7 en 4 8 7 5 5 0 0 Hoofdredactie: drs. Eva Tas Redactie: Max Arian, Anita Löwenhardt, Clairy Polak, Theo Gerritse Redactie-adres: Roeterstraat 142, 1018 WE Amsterdam fax: 4 . 2 1 1 . 2 1 9 Abonnementenadministratie: Jacques Grishaver, Knoopkruid 54, 1 1 1 2 PV Diemen tel./fax: 0 2 0 - 6 9 9 0 6 5 8

AGENDA

FILM 'ALETTA'

DAG VAN HET VERZET

De film 'Aletta Jacobs. Het hoogste streven' (65 min.) van regisseur Nouchka van Brakel, met onder anderen Max Arian en Hennie de Swaan, wordt nog op 4, 1 1 , 1 8 en 25 augustus vertoond in het Joods Historisch Museum. Op die dagen begint de film om 11.00 uur en wordt dan doorlopend vertoond. In het museum is nog tot en met 8 september de dubbeltentoonstelling te zien van de fotografen vader en zoon Salomon: 'Peter Hunter/Otto Salomon, emigrant in Londen. Foto's 1 9 3 5 - 1 9 4 0 .

Op 31 augustus wordt de Dag van het Verzet weer gehouden, dit maal op de vliegbasis Soesterberg. Het programma begint om 10.30 uur precies. Als spreker is de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mevrouw dr. E. Borst-Eilers uitgenodigd. Ook de voorzitter van de stichting Samenwerkend Verzet 1940-1945, de heer P.J.G. Molthof, zal een toespraak houden. Mensen die deze dag willen bijwonen, moeten zo snel mogelijk 25 gulden (per persoon) overmaken op giro 51 66 870 of bank 91 411 30 307 t.n.v. 'Comité Dag van het Verzet' Elburg. Toegangskaarten met routebeschrijving, worden half augustus toegezonden.

HERDENKING ENSCHEDE De herdenking van de omgekomen joodse burgers van Enschede en omgeving vindt dit jaar niet zoals gewoonlijk plaats op 14 september, maar op donderdag 12 september. Dit in verband met het begin van Joods Nieuwjaar. De herdenking begint om 1 1.00 uur bij het monument in de Prinsestraat.

CURSUSSEN J.M.W. Joods Maatschappelijk Werk begint vanaf september weer met een groot aantal cursussen en gespreksgroepen. Voor nadere inlichtingen moet nu contact opnemen met J.M.W. De Lairessestraat 145 1075 HJ Amsterdam. Tel: 020-67 30 629 Een greep uit het programma-aanbod: studiegroepen joodse cultuur in Amsterdam, Apeldoorn, Eindhoven, Groningen en Den Haag. Cursussen levensverhalen schrijven in Amersfoort, Amsterdam en Heiloo. Gespreks groepen: 'kind in de oorlog', 'generaties in gesprek', 'voortijdig uit het werkproces', 'joods en homosexueel/lesbisch' en 'vrouwengroep: joods en dik, (te) zwaar belast?'

NA OORL OGSE GENERA TIE Op zaterdag 30 november wordt in de Rode Hoed in Amsterdam een landelijke ontmoetingsdag georganiseerd voor de naoorlogse generatie. De dag is een initiatief van de vereniging Kinderen van Verzetsdeelnemers 1940-1945 (KvV) en wordt georganiseerd door de stichting ICODO, in samenwerking met KvV, de Werkgroep Indische naoorlogse generatie van de KJBB ' 4 1 - ' 4 9 en de vereniging Jonag (Joodse Naoorlogse Generatie). De dag, met het motto 'Naoorlogse generatie naar het jaar 2 0 0 0 en verder', zal een feestelijk karakter hebben en uit verschillende onderdelen bestaan. Centraal zal de ontmoeting en uitwisseling staan tussen de verschil lende groepen naoorlogse generatie. Toegangskaarten kunnen vanaf heden schriftelijk aangevraagd worden bij de stichting ICODO, onder vermelding van naam, adres, telefoonnummer en geboortedatum. Aarzel niet te lang, de plaatsen zijn beperkt en de aanvragen worden in volgorde van binnenkomst gehono reerd. Voor nadere informatie: Joke van Beetem (KvV): 030-2800634 Contactpersoon ICODO: Gerry JÜris: 0 3 0 - 2 3 4 3 4 3 6


Bij de dood van David van Geens David van Geens is er niet meer. Wij hebben een bescheiden, toegewijde vriend verloren. Een in alle eenvoud oprechte vriend. David was een van de laatste overlevenden van Auschwitz in ons midden; zelfs was hij de jongste oud-Auschwitzer. Zijn eerste vrouw met baby zijn in het kamp vermoord. Met zijn tweede vrouw Elly vormde hij een harmonieus paar. Koning David en koningin Esther, al is de bijbelse combinatie anders. Zijn kleinkinderen zijn ongetwijfeld de vreugde van zijn latere jaren geweest, ook al is hem daarbij leed niet bespaard gebleven. Hij laat een leegte en een dierbare herinnering na. Eva Tas

Zij zijn weer bij elkaar David van Geens en Elly Weer is een van de oprichters van ons comité weggevallen. David, door Eva gekscherend koning getiteld. Evenzo werd Elly als Esther door Eva op een troon geplaatst. Zij waren een koninklijk paar. Toen Esther was gestorven, legde David direct beslag op de nog lege plaats naast haar graf. Iedere week reed hij naar de rustplaats, met het verlangen zo spoedig mogelijk, wat hem betrof, zich bij haar te voegen. Hij wilde hun gouden huwelijk tot in der eeuwigheid in stand houden. Elly, Rotterdamse, die van Jodene mensen sprak, en David, ze konden letterlijk en lichamelijk niet zonder elkaar. Voor hen gold de uitspraak 'Geen woorden maar daden' wel zeer. In het begin van het comité en nog jaren lang, werd de krant bij hen in de Orteliusstraat (uit de buurt? We hadden geen buurt meer) gebanderolleerd. En tegen de nacht, met een paar niet te dure sigaartjes werden degenen die aan de post werkten willig gemaakt. Bij het werk waren altijd een paar vriendinnen uit het verzet. Het wikkelen dat vlotte met een onderbreking van Soep (met een hoofdletter omdat het zeker geen

4

David van Geens. Foto: Han Singels kampmaal was), was eigenlijk bijzaak. In het begin was de oplage 500 exemplaren. Door werken, propageren en inhoud werden dat er duizenden. David adresseerde zomer en winter in hun tuin schuurtje. Alleen, omdat er geen plaats was voor meer mensen. Trouwen, wij hadden ook te zorgen voor zaken als brood op de plank. Op mooie zomeravonden kwamen wij op het Zandvoortstrand samen en op zaterdagmiddag kwamen zij vaak op visite. Zij bleven dan wel eten. David, die geen restauranteten kon waarderen, kieskeurig als hij was, accepteerde de soep van m'n Eva. Bij ritjes naar Rotterdam was Elly onze gids, een uitgemaakte zaak, waarbij zij ons dan

steevast finaal de verkeerde kant opstuurde. Maar wij - en vooral Elly - bleven lachen. Voor de oorlog kende ik David niet, wel zijn vader. Die stond op de Maandagmarkt op het Amstelveld met pantograafs, eigen fabrikaat. David vertelde dat hun grote gezin van zusters en broers de latjes sneden en met spijkertjes het produkt in elkaar zetten. Die dingen konden beeltenissen en foto's vergroten, maar de inkomsten moeilijk. Als u begrijpt w a t ik bedoel. Esther en David hebben een heel groot deel van ons comité en ons leven gevuld. Vaak heb ik nog het idee naar hun adres te rijden, maar ook dat is niet meer. Jacques I. Furth


Project van Spielberg vervult persoonlijke behoefte van mensen om hun verhaal te vertellen. Een gesprek met Denise

Citroen

"Via via hoorde ik ervan. Ik had mijn oog op een artikel in de krant laten vallen en op een gegeven moment werd ik gebeld: het gerucht ging dat een projectleider uit Amerika in A m sterdam was op zoek naar intervie wers en vrijwilligers, maar ook naar een coördinator. Toen dacht ik: 'dit moet ik gaan doen, dit is mijn kans'. Ik voelde dat ik mijn talenten, mijn capaciteiten pas echt zou kunnen aanwenden op een plek waar het over de oorlog mocht gaan. Wat voor mij het allerbelangrijkste is, is dat het om levensverhalen en om overlevingsverhalen gaat. Dat is alweer iets heel anders dan dat je het alleen maar over de shoah zou hebben. De combinatie van het onderwerp en de werkzaamheden, het organiseren, is wat me aanspreekt en goed afgaat. Het project is in Nederland gestart met veel aandacht in de media. Daarop kwamen zowel de interviewers als meteen al een heel aantal getuigen af. Toen we begonnen met filmen (op 8 juni 1995, red.) hadden we al honderdvijftig ingeschreven survivors. Wat meteen vanaf het begin gebeurde was dat mensen die gefilmd waren het verder gingen vertellen: 'HET IS OOK IETS VOOR JOU'. Eigenlijk is dat zinnetje het meest wervende voor ons gebleken. De eerste weken hebben we de mensen gefilmd met de kampverhalen, een soort kroongetuigen. Ik was er ontzettend gelukkig mee dat juist die mensen, zich als eerste hadden ingeschreven. Wat w e altijd zeggen als mensen bellen om meer informatie, en vragen: 'Is mijn verhaal wel belangrijk genoeg',is: 'leder verhaal is uniek en één bladzijde uit een heel groot boek'. Als mensen de film, die ze in hun hoofd hebben, willen vertellen doet het er niet toe hoe ze hebben overleefd, maar dat zehebben overleefd en nu nog steeds leven.

Voor de survivors of the shoah worden niet alleen joodse overlevenden gefilmd, maar ook nog een aantal andere groepen, waaronder mensen die hun leven gewaagd hebben om joden te redden, zigeuners en homoseksuelen. We zijn net brieven aan het versturen naar mensen die een Yad Vashem-onderscheiding hebben gekregen, althans de groep vanaf 1990. In Amerika praten ze ook over liberators, mensen die aan het bevrijdingsfront waren en op die manier veel gezien hebben. Ook hebben ze het over war trials; mensen die grote processen hebben bijgewoond of getuige waren.

Achtergrond van de medewerkers Wat de Amerikanen voorspelden kwam uit; éénderde van de interviewers komt uit de mediahoek (radio, t v , theater), éénderde uit oral history, de geschiedkundigen, en éénderde uit de hulpverlening, van psychiater tot maatschappelijk werker. Dat is de beroepsmatige achtergrond van de kandidaat-interviewer. Motivatie van de kandidaten heeft bij de uiteindelijke keuze een grote rol gespeeld. Met name de nietjoodse interviewers worden door de overlevenden vaak naar hun motivatie gevraagd, vanwege het blootgeven van hele intieme informatie. Dat was bekend en werd op de training ook besproken. Het vermogen om te luisteren en je eigen vraagstelling achterwege te laten zijn andere belangrijke aspecten. Overzicht hebben, zodat je kunt versnellen en vertragen waar nodig en er ook voor te zorgen dat diegene klaar is na twee uur, wat de ge middelde duur van een interview is. De joods/ niet-joods verhouding is fifty-fifty. Dat is niet alleen wereldwijd het beeld, maar ook bewust beleid van de stichting. De shoah is

de joden aangedaan, maar is niet alleen een zaak van de joden. Ik laat het ook aan de geïnterviewde over. Als ze vragen om een joodse interviewer; ' w a n t dit kan ik alleen maar aan een jood vertellen', dan heb ik daar alle respect voor en komt er een joodse interviewer. Als ze er niet specifiek om vragen ga ik op mijn intuïtie af. Het gaat om een match tussen t w e e mensen en die maak ik op basis van verschillende aspecten. Niet alleen op joods of niet-joods. Ik associeer onder andere op stemgeluid. Omdat we met een vast team werken heb ik dat kunnen ontwikke len. Ik vraag altijd aan de getuige om even een paar hoofdstukken uit hun overlevingsverhaal te noemen. De manier waarop ze daar dan op in gaan, en dat kan heel verschillend zijn, zegt mij ook al iets over de intervie wer. Ik doe dat overigens in nauw overleg met Wils van der Ven. Als ik iets van de survivor beschrijf, heeft hij vaak dezelfde naam in gedachten. Dan weet ik dat het wel goed zit! We proberen zoveel mogelijk eventuele problemen te voorkomen door van te voren te zeggen dat mensen zich ten alle tijden kunnen terugtrekken: 'Het is uw tijd, uw moment. Van ons moet het nooit doorgaan.' Ze mogen ook om een andere interviewer vragen en dat is ook een aantal keren gebeurd. Omdat je met zoveel mensen werkt, ben je flexibel. In Nederland alleen al zijn er honderd vrijwilligers. Er heersen veel vooroordelen over Amerika, heb ik gemerkt, soms nog ongenuanceerder dan we over Duitsers praten. Wat Amerikaans is aan het project is de grote hoeveelheid, het denken in enorme aantallen. Binnen Nederlandse begrippen merk ik dat het heel ongewoon is om iedereen aan het woord te laten, geen limiet te stellen aan aantallen of middelen. Dat doet niets af aan de kwaliteit van het project. Ik krijg in die zin een dubbele opdracht


mee, enerzijds om op de hele wereld hetzelfde te doen, de training is ook daarop gericht geweest, anderzijds om het een Nederlands project te maken; ' w e willen dat de Nederlanders zich erin herkennen.' De organisatie kent natuurlijk bepaalde fases. We zitten nu nog steeds in de fase van produktie. Het is nu van belang zoveel mogelijk getuigenissen op te nemen, omdat de meeste mensen rond de zeventig, tachtig jaar zijn. Intussen wordt al een begin gemaakt met het catalogiseren van w a t gezegd is en met het invoeren van een trefwoordensysteem. De organisatie doet nog geen directe uitspraak over wanneer het archief gereed is. Het streven is nog steeds om 5 0 . 0 0 0 getuigenissen vast te leggen voor eind 1997. De Amerikaanse aanpak is de ruggegraat van het project, maar de vrijheid om het verder vorm te geven hebben we niet alleen genomen maar ook gekregen.

Nederlandse medewerking Het voordeel dat we vanuit Amerika zijn opgestart en betaald worden is dat we van niemand afhankelijk zijn, financieel. Ik vind het wel heel belangrijk om goede relaties te hebben. Toen ik deze baan kreeg aangeboden ben ik meteen naar Judith Belinfante (directrice Joods Historisch Museum) gegaan: "zal ik dit doen?". Want ik wilde wĂŠl weten of zij het project zag zitten. Anderen zoals het RIOD en Anne Frankstichting zijn wat terughou dender geweest, meer gespitst op w a t er uiteindelijk uit zou komen. Maar ik heb ook contact gezocht met Joods Maatschappelijk Werk over eventuele opvang na afloop van een interview. Zij hebben aangeboden dat w e na afloop van het interview een brief kunnen geven met hun adressen en van het Joodse Riagg. Zo komt elke instantie op zijn eigen tijd met het project in aanraking. Ik denk dat de waarde van het project op verschillende tijden anders zal zijn. Maar wij merken dat het project nu, nog voor dat het een

Denise Citroen en Wils van de Ven. Foto: Carla van Thijn archief is, zijn waarde al bewezen heeft door de uitwerking die de videobanden, die de overlevenden na zes tot acht weken krijgen thuisgestuurd, hebben. De reacties daarop zijn ontzettend positief. Mensen vinden altijd dat ze meer gezegd hebben dan ze dachten. Plus dat ze de band laten zien aan anderen met name aan hun kinderen. Wat blijkt is dat, wat ze nooit rechtstreeks konden vertellen, door tussenkomst van de camera wel ineens mogelijk is. Het brengt de ouders en hun kinderen dichter bij elkaar.

De toekomst Het archief moet gezien worden als een ruwe bron, een verzameling van een heleboel verhalen. Over de waarde later wordt gespeculeerd. Het is niet de bedoeling van de stichting het archief los t e laten op het pu bliek. Het wordt goed bes-

chermd en komt ook zeker niet op internet. Waar we in Nederland mee bezig zijn is, wellicht met steun van de overheid, een volgende stap mogelijk te maken: van archief naar educatie. Het zal een aantal jaren duren, voordat het digitale archief uiteindelijk naar Nederland komt. Het Joods Historisch Museum wil daarom kopieèn van alle banden verzamelen. Zodat in ieder geval de Nederlandse banden zijn gewaarborgd voor de volgende generaties. Ik weet dat een heleboel mensen er zo langzamerhand wel vanaf w e t e n , maar nog steeds aan het afwegen zijn ...ik denk dat het belangrijkste voor mij is, dat de mensen die ervoor in aanmerking komen een beslissing nemen of ze al dan niet meedoen. Zodat de stichting na afloop kan zeggen: 'ledereen heeft een kans gehad." Carla van Thijn


Vijfenvijftig jaar Februaristaking Dit jaar, 1 9 9 6 , is het vijfenvijftig jaar geleden dat de Februaristaking plaats vond. Ook is het het jaar van de vijftigste herdenking daarvan. Ronde getallen zijn dit. Maar zij waren ook aanleiding om een stukje geschiede nis na te gaan, en wel hoe men in die halve eeuw met de herinnering aan de staking is omgegaan. Daarover is door het Comité Herdenking Februaristaking 1941 in samenwerking met het Rijksinstituut voor Oorlogsdocu mentatie een interessant boekje uitgegeven. Het bevat vijf lezingen over het onderwerp "Amsterdam en de Tweede Wereldoorlog" die door een groep van voornamelijk jonge historici aan de Universiteit van Amsterdam zijn gehouden. De lezingen gingen over de betekenis van de Februaristaking, maar dan wel meer na dan in de oorlog. Dat heeft er natuurlijk mee te maken dat de herdenking al na enkele jaren een nogal beladen onderwerp werd. Aanvankelijk niet, zoals bij de eerste herdenkingen meteen na oorlog, of bij het ontstaan van de wapenspreuk "Heldhaftig, Vastberaden, Barmhartig" die op grond van de staking aan Amsterdam verleend werd. De definitieve verankering van de herinnering vond plaats in het bekende beeld van de Dokwerker in 1 9 5 2 . Maar toen was ook al onder invloed van de volgende 'oorlog', de 'koude', een ontwikkeling op gang gekomen waarbij een -zeker achteraf bezien betreurenswaardige scheiding van geesten optrad die jaren aanhield. Een chronologische lijst aan het eind van het boek geeft de verschillende sporen die daarbij gevolgd werden heel helder weer. Wie de vijftig herdenkingen van de Februaristaking op een rij zet, ziet een heel tijdsbeeld opdoemen. De scheiding der geesten, die ik noemde, kwam er op neer dat t w e e partijen tegenover elkaar kwamen te staan. Aan de ene kant het gemeentebestuur van Amsterdam dat als de algemene vertegenwoordiger van de in 1941 protesterende

bevolking van de stad optrad. Daartegenover stond de CPN die zich als de ware representant van de stakers beschouwde en het initiatief en de actie van destijds steeds verder monopoliseerde. Het leidde vanaf 1953 tot twee gescheiden herdenkingen op de 2 5 februari: 's morgens van het gemeentebestuur, 's middags van de CPN. Er werd niet meer gesproken, niet met elkaar en niet meer bij de herdenking. Zo werden de eerste vijfentwintig jaar afgesloten. De tweede lieten een geleidelijke toenadering zien, meteen bij de start in 1966 beginnend met een herstel van de gezamenlijke herdenking. Wel nog steeds zonder woorden, in een voorzichtig ritueel zoals het boek zegt. Zo is het sindsdien ook gebleven. e

De schrijvers gaan in op de verschillende accenten van de Februaristaking. Het was in de eerste plaats natuurlijk een staking, een arbeidersstrijdmiddel. Daarmee kwamen de werkers in opstand tegen de bezetter. Het waren de stakers die de eerste slachtoffers werden. Dit accent werd vanzelfsprekend door de CPN benadrukt. De staking was een protest tegen de opkomende jodenvervolging. Tal van burgers in Amsterdam en daarbuiten traden op ter verdediging van hun joodse stadgenoten. Dit was meer het algemene standpunt. In de zestiger jaren ontstond een voor die tijd kenmerkende verruiming in de betekenis van de Februaristaking. De staking werd tot een symbool voor links protest en verzet bij actuele politieke zaken van allerlei aard. En in onze tijd vond een nog verdere verbreding plaats naar een oproep tot verdraagzaamheid en waakzaamheid, dit laatste ter bestrijding van discriminatie en vreemdelingenhaat. Zo werd de historische jodenvervolging in een eigentijds kader geplaatst. En dan is er de vraag die de laatste jaren steeds vaker wordt gesteld: de Februaristaking was goed en bewonderenswaardig, maar was het ook genoeg. Voorzichtig wordt er

hier en daar in het boek op ingegaan. De Februaristaking zelf, de invloed die er tot in onze tijd van is uitgegaan, de verschillende kanten die de herdenking ons toont, de rollen van de diverse 'medespelers', dit alles wordt in de vijf hoofdstukken steeds weer op een andere manier belicht. Wie daarom niet alleen geïnteresseerd is in een feitelijke gang van zaken, maar ook wil weten hoe "Herinnering en historische visies" op het beeld van deze uitzonderlijke verzetsdaad hebben ingewerkt, moet dit boek zeker lezen. Het is mooi vormgegeven en voor een relatief lage prijs te verkrijgen. Herbert Sarfatij

H.M. Beliën en M.H. van Hoogstraten (red.). Herinnering en historische visies. De betekenis van vijfenvijftig jaar Februaristaking in Amsterdam. [1996], 128 blz. Uitgegeven door de Stichting Comité Herdenking Februaristaking 1 9 4 1 . Te verkrijgen bij het secretariaat: Grebbebos 18, 2 1 3 4 KV Hoofddorp. Prijs f. 15,- (incl. verzending)

De activiteiten van het Nederlands Auschwitz Comité, waaronder de uitgave van dit blad, worden mede mogelijk gemaakt door de opbrengsten uit de Giroloterij en de Bankloterij. Uw deelname aan de Giro- en/of Bankloterij wordt daarom van harte aanbevolen.


Gedichten bij het Auschwitz monument Ons Auschwitz Monument is geadopteerd door de Amsterdamse basisschool Sint Lidwina. Elk jaar rond de 4e mei houden leerlingen van groep 8 (de hoogste klas) van deze school hun eigen herdenking bij het monument. Dit jaar deden zij dat op woensdagochtend 24 april, om 9.30 uur in het Wertheimpark. Zij lazen daar zelfgemaakte gedichten en verhalen voor. Zoals deze: Nooit meer Auschwitz Zo heet het monument dat iedereen uit onze klas kent. Het verdriet en de pijn, nooit mag het meer zo zijn.Hier leggen we bloemen neer, elk jaar weer een keer. Voor de herdenking

MEDEDELINGEN

DA CHA U-MONUMENT De stichting Nationaal Dachau Monument is het met de gemeente Amsterdam eens geworden over de plek voor dit monument. Het nationaal Dachau-monument komt in het Amsterdamse Bos, recht tegenover de Bosbaan. Aanvankelijk zou het monument in het Vondelpark geplaatst worden, maar onder meer na protesten van omwonenden werd gezocht naar een andere plek. Het streven is erop gericht het monument begin oktober te onthullen.

REBEL, MIJN HART Voor degenen die de indrukwekkende tentoonstelling 'Rebel, mijn hart' in De Nieuwe Kerk in Amsterdam destijds gemist hebben, is er goed nieuws. Het bijbehorende boek is nog te bestellen. Het boek, dat ook 'Rebel, mijn hart' heet, biedt een overzicht van alle in Nederland en Nederlands- Indiae wonende kunstenaars, die tijdens de Tweede Wereldoorlog door verzetswerk, in concentratieof vernietigingskampen, oftewel ten gevolge van de bezetting het leven

van dat jaar komen we allen bij elkaar. Nooit meer Auschwitz

schuilplaatsen zoeken wonen hier veel veiliger.

Saskia en Tamara

Nooit meer oorlog Dit is een monument, dat iedereen wel kent. Al die joden, er waren wel tienduizenden doden. Het was oneerlijk, maar Hitler vond het heerlijk. Het was in 1940 gebeurd, en al die levens werden verscheurd. Nooit mag het ooit nog gebeuren, nu het leven is met kleuren, met vriendschap en vrijheid en leven met blijheid.

Het Auschwitz monument Het Auschwitz monument is belangrijk voor iedereen vooral voor de mensen die het hebben meegemaakt. Want het is heel droevig dat sommige mensen hun familie hebben verloren. Daarom zijn wij bij het Auschwitz Monument. Het was moeilijk om in die tijd te leven. Daarom zijn wij blij dat wij het nu veel beter hebben dan de mensen van toen. Want zij moesten

lieten. Daarbij wordt in zes essays aandacht geschonken aan de kunsten in de jaren 1 9 3 0 - 1 9 4 5 . Het boek bevat verder ruim 120 biografieĂŤn van omgekomen schilders, beeldhouwers, grafici, fotografen, tekenaars, architecten, schrijvers en componisten. Het boek is fraai vormgegeven door Ralph Prins, rijk geĂŻllustreerd en kan gelden als blijvend monument voor alle tijdens de bezetting gevallen kunstenaars. Het boek kost 4 9 , 5 0 gulden (paperback) of 65 gulden (gebonden) en kan besteld worden bij D'ARTS, Herengracht 5 9 , 1015 BC Amsterdam. Bij de bestelling vermelden: naam, adres, postcode, woonplaats en telefoonnummer.

SACHSENHAUSEN Het boekje over het begin en einde van het kamp Sachsenhausen, met onder meer 1 7 foto's uit het kamp, in 1992 uitgegeven door de Vriendenkring Sachsenhausen is nog te bestellen door 15 gulden over te maken op gironummer 22 52 752 t.n.v. stichting Nederlandse Vriendenkring Sachsenhausen in Dwingeloo, onder vermelding van 'aankoop boekje'

en

wij

Van Stephanie en Elly

Poolse premier biedt joden zijn excuses aan De Poolse premier Cimoszewicz heeft zijn excuses aangeboden vooralle vroegere anti-joodse gewelddadigheden in Polen. De regeringsleider bood zijn verontschuldigingen aan tijdens de herdenkings plechtigheid voor de slachtoffers van de pogrom in Kielce, afgelopen 4 juli vijftig jaar geleden. De herdenkings bijeenkomst van het bloedbad in Kielce begon met het loeien van de sirenes. Op 4 juli 1946 brachten inwoners van de Zuidpoolse stad ten minste 4 2 , mogelijk zelfs ruim 70 joodse medeburgers om het leven. De pogrom ontstond na geruchten dat joden een Pools kind zouden hebben ontvoerd. Uit angst voor verdere excessen verlieten de volgende maanden ruim honderdduizend joden het land. (DPA)


LEVEN TUSSEN HETE EN KOUDE OORLOG door Rimco Spanjer Onlangs verscheen in Duitsland de dubbel-autobiografie van Lin Jaldati en Eberhard Rebling. Hun levensherinneringen van 1911 tot 1988 zijn verweven met de twintigste eeuwse geschiedenis, van Auschwitz tot de Wende en alles wat daarna kwam. Een gesprek met Eberhard Rebling, ooggetuige van deze eeuw. Berlijn 1 9 1 1 . Eberhard Rebling w o r d t o p 4 d e c e m b e r g e b o r e n als z o o n v a n een P r u i s i s c h e o f f i c i e r , die niet alleen de s o l d a t e n v a n zijn regim e n t , m a a r o o k zijn v r o u w en k i n deren c o m m a n d e e r t . De j o n g e Rebling b l i j k t g r o t e aanleg v o o r p i a n o s p e l e n t e h e b b e n . Hij bez o e k t v a n j o n g s af aan v e l e c o n c e r ten en schrijft schriftjes vol r e c e n s i e s . Na h e t g y m n a s i u m g a a t hij M u s i k w i s s e n s c h a f t e n s t u d e r e n , w a a r i n hij al in 1 9 3 5 p r o m o v e e r t in een Berlijn, w a a r de n a z i ' s de o r d e v a n de d a g b e p a l e n . Een Nederlandse v r i e n d v e r t e l t de j o n g e d o c t o r o v e r M a r x en E n g e l s , die t o t d a n toe onbekenden voor hem waren. Uit deze v r i e n d s c h a p o n t s t a a t een b o e k o v e r de v e r b u r g e r l i j k i n g v a n de D u i t s e k u n s t e n in de A c h t t i e n d e E e u w , d a t in 1 9 3 6 in L e i d e n vers c h i j n t . In d a t z e l f d e jaar v e r l a a t de marxistische musicus het bruine Berlijn, o m d a t hij als ' p o l i t i s c h e r G e g n e r ' zijn l e v e n n i e t langer zeker is. Eerst w o o n t hij in V o o r b u r g , later in Den H a a g , w a a r hij in 1 9 3 8 Lin Jaldati ontmoet. A m s t e r d a m 1 9 1 2 . In e e n a r m j o o d s gezin in de J o d e n h o e k w o r d t o p 1 3 december Rebekka Lientje Brilleslijper g e b o r e n . Haar v a d e r en m o e d e r h e b b e n een g r o e n t e z a a k en m o e t e n hard w e r k e n o m t e k u n n e n l e v e n . Na de b a s i s s c h o o l k o m t o o k Lientje in de zaak. M a a r ze w i l d a n s e r e s w o r d e n . T e g e n de w i l v a n haar v a d e r v o l g t ze 's a v o n d s in het g e h e i m d a n s l e s s e n . In de c r i s i s j a r e n ' 3 0 g a a t ze in een naaiatelier w e r k e n , 's a v o n d s t r e e d t ze o n d e r de a r t i e s t e n n a a m Lin J a l d a t i op als d a n s e r e s . In 1 9 3 8 d a n s t ze m e t de

Revue in D e n H a a g , ze l o g e e r t daar bij vrienden. Daar w o o n t ook Eberhard R e b l i n g . Ze w o r d e n v e r l i e f d , t r e d e n samen op met Joodse program m a ' s en g a a n in het v e r z e t . In 1 9 4 2 d u i k e n ze b e i d e n o n d e r , e e r s t in Bergen en A m s t e r d a m , d a a r n a in N a a r d e n , s a m e n m e t de hele f a m i l i e van Lm.

B e s n y ö o p de L e i d s e k a d e g e l o p e n , het s c h u i m s t o n d o p m i j n m o n d . Dat w a s mijn Quatorze Juillet. Toen T o m H u l c e , de h o o f d r o l s p e l e r uit de film A m a d e u s dit verhaal via vrienden v a n o n s h o o r d e , zei h i j : ' O h , t h a t ' s a t e r r i f i c s t o r y , w e m a k e a s c r i p t of i t ! ' . Daar is n a t u u r l i j k n o o i t iets v a n terecht gekomen."

Ik s p r e e k m e t Rebling in A m s t e r d a m . Hij o n t v a n g t m e bij zijn s c h o o n z u s J a n n i e , de zus v a n zijn in 1 9 8 8 o v e r l e d e n v r o u w L i n . Rebling b e z o e k t A m s t e r d a m n o g z o ' n drie keer per jaar. Hij h o u d t v a n die s t a d , een k u n s t w e r k v o l g e n s h e m . Hier h e e f t hij v r i e n d e n v o o r het l e v e n g e m a a k t , hier k o m t zijn

Rebling d o o k t o t h e t e i n d e v a n de o o r l o g o n d e r m e t zijn driejarige d o c h t e r t j e K a t h i n k a . L i n , J a n n i e en h u n f a m i l i e w e r d e n naar W e s t e r bork gedeporteerd, september

vrouw v a n d a a n . En hier heeft J a n n i e h e m op 1 4 j u l i 1 9 4 4 v a n de d o o d g e r e d . Rebling (in v l o e i e n d N e d e r l a n d s ) : " O p 1 0 juli 1944 s t o n d p l o t s e l i n g de SS r o n d o n s huis, w e w a r e n verraden. W e w e r d e n v e r h o o r d in de E u t e r p e s t r a a t de t e g e n w o o r d i g e Gerrit v a n der V e e n straat door Gestapochef Willy L a g e s . Lages zei: ' w e n n Sie w e i t e r so s t ö r r i g sind k a n n ich I h n e n a u c h nicht helfen. M o r g e n früh überg e b e n w i r Sie d e m M i l i t a r g e r i c h t . Sie werden verurteilt wegen F a h n e n f l u c h t , L a n d e s v e r rat, S a b o t a g e u n d R a s s e n s c h a n d e ' . De s i t u atie w a s h o p e l o o s . De v o l g e n d e m o r g e n w e r d ik s a m e n m e t J a n n i e d o o r een p o l i t i e b u s a f g e h a a l d , die o n s naar de E u t e r p e s t r a a t zou b r e n g e n . M a a r de a u t o reed in een a n d e r e r i c h t i n g . J a n n i e v r o e g de b e w a k e r w a a r w e h e e n g i n g e n , en die zei d a t ze n o g i e m a n d g i n g e n a f h a l e n . Eén v a n de t w e e b e w a k e r s stapte uit. Jannie ging helemaal naar v o r e n z i t t e n . Ik d a c h t : ' d i t is de k a n s v a n je l e v e n ' . H e t w a s o n t z e t t e n d h e e t die d a g , de r a m e n van het politiebusje stonden open. Ik s p r o n g o p en w r o n g m e d o o r het r a a m . A l l e s in één s e c o n d e . Ik zag nog dat Jannie o p ' t zelfde ogenblik de b e w a k e r o m de hals v i e l . Hij p r o b e e r d e m i j n jas t e p a k k e n , die doormidden scheurde. Als een i d i o o t n a m ik de b e n e n . V i a allerlei z i j w e g g e t j e s ben ik t o e n naar Eva

1 9 4 4 g i n g e n ze o p t r a n s p o r t naar Auschwitz. De o u d e r s en het b r o e r t j e v a n Lin en J a n n i e w e r d e n v e r g a s t . T o e n het Rode Leger dichter bij A u s c h w i t z k w a m , w e r d e n J a n n i e en Lin naar Bergen-Belsen g e b r a c h t . Ze o v e r l e e f d e n deze h e l . O p 2 7 m e i 1 9 4 5 s t o p t e er een a u t o in O e g s t g e e s t , w a a r o p d a t m o m e n t Rebling in een h u i s c o n c e r t o p t r a d . R e b l i n g : " L i e n t j e h a d h e t p a p i e r t j e m e t het adres e r o p in A m s t e r d a m v e r g e t e n . Ze reed met een arts door O e g s t g e e s t , en h o o r d e p l o t s e l i n g uit een h u i s e e n h o b o s p e l e n , en riep: ' d a a r m o e t h e t z i j n ' . W e z a t e n m i d d e n in de B r u i l o f t s c a n t a t e v a n B a c h (Rebling z i n g t ) : U n d d i e s e s ist das G l ü c k e , daft d u r c h ein h o h e s Gunstgeschicke, Z w e i S e e l e n e i n e n S c h m u c k erl a n g e t A n d e m viel Heil u n d S e g e n pranget. Ik k e e k uit h e t r a a m , en zag L i e n t j e . Ze w o o g n o g 3 6 k i l o . " O p vier g e l u k k i g e j a r e n na de o o r l o g v o l g d e e e n m o e i l i j k e t i j d v o o r het e c h t p a a r . Rebling k a n g e e n w e r k k r i j g e n , o m d a t hij lid w a s v a n de C P N en in De W a a r h e i d s c h r e e f . R e b l i n g : "Er b e g o n in die t i j d in N e d e r l a n d e c h t een h y s t e r i s c h e atm o s f e e r t e g r o e i e n , p r e c i e s zoals d o o r M c C a r t h y in A m e r i k a . Een felle c o m m u n i s t e n h a a t , w e z a t e n m i d d e n in de K o u d e O o r l o g . De K o r e a - O o r l o g w o e d d e , en v e l e n v r e e s d e n een D e r d e W e r e l d o o r l o g . " In 1 9 5 2 v e r h u i s t h e t hele g e z i n naar OostBerhjn om enthousiast te helpen o m een n i e u w e m a a t s c h a p p i j


op te bouwen. Rebling krijgt een professoraat als directeur van de Hochschule für Musik. Lin zingt Jiddische Liederen, Eberhard begeleidt haar op de piano. Met hun t w e e dochters, de violiste Kathinka en de toneelspeelster Jalda, geven ze later tot Lins dood concerten in vele landen, waaronder Israël, de VS en Nederland. In het boek schrijft u, dat u vaak twijfelde of de socialistische staat die u voor ogen stond wel in de DDR kon worden opgebouwd. Waaraan twijfelde u? De DDR werd opgebouwd als een anti-fascistische, democratische staat. Naar ons idee moest 'die freie Entwic klung eines jeden die Bedingung für die freie Entwicklung' van allen zijn, naar de woorden van Marx en Engels. We dachten, dat een bevolking die zo met het nazisme verweven was daar nog niet rijp voor was. Het socialisme werd geforceerd, met als gevolg de Opstand van 1 7 juni 1 9 5 3 . Zelf ondervonden u en uw vrouw ook problemen. In de eerste tijd hadden we niet veel problemen, al kregen we wel met antisemitisme te maken. De bel van ons huis werd stukgetrokken, ook ontving Lin anonieme brieven, 'rotjodin'. Echter, mijn vrouw kreeg veel bijval als ze optrad. De Jiddische cultuur was voor vele mensen onbekend. In de jaren ' 5 0 zong Lin meerdere malen op de Leipziger Messe, waarbij veel internationaal publiek aanwezig was. In 1966 hebben we zelfs een boek met Jiddische Liederen uitgegeven. Veel hing met de politieke situatie samen. Na de bouw van de muur in 1961 ging het in de DDR beter. Ulbricht introduceerde een nieuwe economische, meer gedecentraliseerde, politiek. De situatie ging vooruit. Ook op cultureel gebied ging het beter. Er kwam een radiozender DT64, die nog steeds bestaat, waar ze Jazz-muziek en dergelijke draaide. Maar na drie jaar veranderde dat ineens. In 1967 gaven w e een avond in het Poolse Cultuurcentrum met Hederen van Mordechai Gebirtig, die in 1942 in het Getto van Krakau om het leven

gekomen was. Sem Davids, een goede vriend van ons en destijds redacteur van de Groene, had voor ons al in 1 9 4 7 een boekje met liederen van Gebirtig uit Polen meegebracht. Op die avond brak de zesdaagse oorlog tussen Israël en de Arabische Staten uit. In de DDRmedia werd dit agressie genoemd tegen de Arabische landen, ze waren de eersten die de DDR erkend hadden. Daarna werd het zingen van Jiddische Liederen moeilijker. Ik weet nog goed, dat ik woedend w a s , toen het beroemde lied van Gebirtig 's Brennt, dat Lin meer dan 1000 maal gezongen heeft, uit één van mijn televisie-programma's geknipt w e r d . Pas in 1972 toen de DDR internationaal erkend werd en lid van de Verenigde Naties, begon het weer beter te gaan. De Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa die in 1975 in Helsinki plaatsvond verminderde de internationale spanningen. In dit jaar begon dan ook Lins grote comeback. Vanaf toen zong ze elk jaar op de Berliner Festspiele. Ze werd een beroemdheid in de DDR en ver daarbuiten. In het na woord van het boek schrijft u dat u vooral in de jaren '80 teleurgesteld raakte in de DDR. Was u blij toen de muur viel? Ik was blij toen de muur k w a m ! Je kunt je dat niet voorstellen, maar de DDR werd in de jaren ' 5 0 door de zwarte handel economisch bewust kapotgemaakt. Een Westduitse professor heeft uitgerekend dat door het illegale wisselen van Westin Oostmarken de DDR meer dan honderd miljard mark misgelopen is. Zo was het ook bij mij op het conservatorium. De studenten hoefden niets te betalen en vertrokken na hun opleiding naar het westen. De spanningen in de DDR werden vooral in de jaren ' 8 0 groter. Het verschil tussen datgene w a t in de krant stond en op de televisie vertoond werd, stond in zo'n schril contrast met de werkelijkheid, dat de toestand ondraaglijk werd. De hele machtsstructuur was verouderd, er werd veel gehuicheld. Dit socialisme werd alleen nog door

de machthebbers bepaald. Toen de muur in 1989 openging, was ik daarom ook terecht blij. Wel ben ik teleurgesteld over de manier waarop de eenwording tot stand gekomen is. Ik had gedacht dat dit een proces van meerdere jaren zou worden. Maar toen de Westmark ingevoerd werd gingen van de één op de andere dag de DDR-bedrijven failliet. De Treuhandgesellschaft werd opgericht, en die hoefde alleen maar verantwoording aan de Minister van Financiën af te leggen. Hele bedrijven werden tegen de laagste prijzen door de concurrenten uit West-Duitsland opgekocht. Eén van de grootste fouten in het Einigungsvertrag is dat 'Rückgabe vor Enschadi gung' gaat. Maar de mensen uit de vroegere DDR stemden in 1990 massaal op Kohl. (Rebling verheft zijn stem:) Ze wilden de vlugge Westmark hebben, waarmee ze alles konden kopen, waarmee ze naar Mallorca konden gaan, waarmee ze een nieuwe auto konden kopen, enzovoorts. Dan moet u ook teleurgesteld zijn in uw eigen landgenoten. Dat ben ik ook, natuurlijk. Maar ik zie de tegenbewegingen al weer komen. De teleurstelling neemt toe, de 'blühende Landschaften' die Kohl beloofd had, zijn nergens te zien. Vele mensen hebben kredieten opgenomen, die ze nu niet terug kunnen betalen. In het begin waren velen enthousiast, begonnen meteen een klein bedrijfje, en nu gaan ze allemaal failliet, omdat ze geen kapitaal achter de hand hebben. Zojuist las ik in De Volkskrant dat de werkeloosheid tot 4 miljoen zal toenemen. Het is geen toeval dat in Polen de oudcommunist Kwa niewski aan de macht gekomen is. Het is ook geen toeval dat in de voormalige DDR de PDS (Partei Demokratische Sozialisten van Gregor Gysi, door tegenstanders de opvolger van de staatspartij SED genoemd, RS), steeds meer aanhang krijgt. De mensen beseffen dat in de DDR bepaalde dingen beter geregeld waren, die door de Kohl-politiek weggevaagd zijn. De medische ver-


zorging bijvoorbeeld was vroeger gratis. Een heel typerend sig naai is dat na 1990 het geboortencijfer in de Oostelijke Bundeslander met 60 procent daalde. Veel vrouwen zijn nu werkeloos. Het is gewoon niet waar dat de vrouwen moesten werken, omdat de man te weinig verdiende. Natuurlijk speelde dat een rol, net zoals nu in veel Westerse landen, maar het belangrijkste was dat de vrouw onafhankelijk was. De kinderopvang was van hoog niveau, de abortuswet veel soepeler. Bent u somber ten aanzien van de toekomst? Nee, ik ben niet pessimistisch. Het is iets heel geks, dat ik rationeel niet verklaren kan, maar tegen het einde van een eeuw komen er altijd van die ondergangsfilosofieën. Dat was zo voor de Franse Revolutie en in het Fin de Siècle. Nu zie je alle mogelijke sektes opkomen die het einde van de wereld voorspellen, allerlei irrationele theorieën en geloof in horoscopen vinden weer opgang. De wereld zal niet ten onder gaan. Ondanks alle catastrofes die deze eeuw teisterden, zien w e nu, in de allerlaatste tijd, dat Palestijnen en Israëli's aan één tafel zitten, dat een man als Rabin, die de zesdaagse oorlog leidde, nu met zijn vijanden tot overeenkomst komt. Wat hebben ze die Arafat niet als een schoft en terrorist uitgeschreeuwd. Rabin is er niet meer, maar Peres zet dit proces voort. Als je ziet wat er afgelopen kerst in Bethlehem gebeurde, dat vind ik zo'n grote vooruitgang! Vijf jaar geleden had niemand durven voorspellen dat Israël bepaalde gebieden van de Westbank zou teruggeven, dat er vrede zou komen. Nu begint er zelfs in de verhouding met Syrië een kentering te komen. Een ander voorbeeld is natuurlijk Nelson Mandela, de grootste politicus van deze tijd. Een man die 27 jaar onder de meest afschuwelijke omstandigheden in de gevangenis gezeten heeft, en die nu met zijn ergste vijanden één regering vormt, en probeert een democratisch land op te bouwen, hoe moeilijk dat ook is. Daar heb ik de

grootste hoogachting voor, voor dat verstand en die tolerantie, die toch op den duur de doorslag geven. Maar in Oostenrijk bijvoorbeeld wordt de nationalistische beweging weer sterker, neemt de intolerantie toe. Ja, de ontwikkelingen verlopen altijd met grote tegenstrijdigheden. (Rebling schiet omhoog:) Dat hebben we van Marx geleerd! De ontwikkelingen gaan altijd op en neer. Friedrich Engels heeft eens gezegd dat de wereldge schiedenis altijd in een 'zigzagbeweging' gaat. We zitten op het ogenblik in een 'zag', maar de volgende 'zig' komt beslist. Of ik het nog beleef weet ik niet. Ik heb in mijn lange leven vier politieke omwentelingen in Duitsland meegemaakt, in 1918, 1933, 1945 en 1990. De vijfde komt beslist. Wanneer en hoe, dat weet ik niet, ik ben geen profeet. Maar zoals het nu gaat kan het eenvoudig niet verder, dat de rijken steeds rijker worden en de armen armer. Als je weet dat er dagelijks miljarden dollars van het ene naar het andere land geschoven worden, zonder dat er belasting over wordt betaald! Daar zou de hele VN mee gefinancierd kunnen worden. Maar ik besef dat alles door de globalisering van de economie veel moeilijker geworden is. Daarom ben ik ook zo teleurgesteld dat het CSVEproces dat zo goed begon zo naar de achtergrond geduwd is en de NAVO -een militair verbond - zo op de voorgrond staat. Maar zoals gezegd, de tegenbeweging is er ook weer. In Zuidoost-Azië hebben enkele regeringen hun land onlangs tot atoomvrije zone verklaard, waar wij sinds de jaren ' 5 0 in Europa voor gepleit hebben. Er zijn altijd zoveel positieve en negatieve dingen tegelijkertijd te noemen, maar ik ben er van overtuigd, dat is mijn optimisme, dat als er ook door de milieuvervuiling meer catastrofes komen, de mensen zo vertandig worden, dat ze eindelijk beginnen de dingen in de goede richting te veranderen. Ik kan me voorstellen dat er een tijd komt van minder oorlogen, maar hoe dat kan

gebeuren, dat weet ik niet, ik ben geen futuroloog, gewoon maar een musicus. Hoe verklaart u uw eigen optimisme? Het is een merkwaardig feit, dat mensen die in het verzet gezeten hebben een ongelofelijke arbeidswoede gekregen hebben. Ze moesten actief blijven. Dat geldt voor mij nog steeds, het gold ook voor mijn vrouw. De jaren ' 4 0 - ' 4 5 hebben mijn generatie gevormd. Na mijn boeken over de dans in India en Indonesië ga ik dit jaar nog artikelen voor een danstijdschrift schrijven over de klassieke danskunst in Cambodja, Thailand, Laos en Burma. Allemaal landen die Lin en ik bezocht hebben. Daar komt bij dat zowel Lientje als ik in onze jeugd in opstand gekomen zijn tegen ons eigen milieu. Ik tegen mijn vader, tegen het militairisme, zij tegen het kleinbur gerlijke milieu. We hebben ons altijd de woorden van haar moeder herinnerd: "probeer zelf te leven en niet geleefd te w o r d e n " . De boodschap van ons boek zijn de beginwoorden van het Jiddische Partizanenlied dat Hirsch Glik in het Getto van Vilna schreef, Sog nit kejnmol as du gejst dem leztn Weg. Zo hebben we geprobeerd met onze optredens tegen Dummheit en Rassenhaft te strijden, zoals Lin het zei. Waarschijnlijk hebben we onze invloed overschat. Toch geloof ik in een betere maatschappij, in de woorden van Jezus uit de Bergrede, in de Utopia van Thomas Morus en in de woorden van Marx en Engels. Het is geen kerkelijk geloof, maar een humanistisch geloof. Ik geloof niet in een paradijs. Mensen zijn zo ontzettend verschillend, er zijn altijd conflicten. Maar mijn hoop is dat de mensen wijs zullen worden, dat ze hun conflicten niet meer met wapens oplossen, maar op een vreedzame manier.

Lin Jaldati/Eberhard Rebling, Sag nie, du gehst den letzten Weg, Lebenserinnerungen 1911-1988, BdWi-Verlag, Marburg 1995, 69,- DM, 772 p. (Dit boek is een uitgebreidere versie van het boek dat in 1986 onder dezelfde titel verschenen is.)


Geen dag voorbij zonder de oorlog G.L. Durlacher 1 9 2 8 - 1 9 9 6 Hij had, vertelde hij me twee jaar geleden, een uitnodiging gekregen om in Baden-Baden, zijn geboorteplaats, te komen voorlezen uit zijn werk. Gerhard Durlacher zag daar erg tegen op. Zijn angst om naar Duitsland te gaan, om in het Duits iets voor te lezen, was weliswaar na eerdere bezoeken aan dat land verdwenen, maar voor BadenBaden lag dat anders. Want daar was hij opgegroeid. Daar had hij als jongetje de opkomende jodenhaat ervaren. Uit die stad was hij met zijn ouders weggevlucht naar het toen nog veilige Nederland. Een jaar later zie ik dat hij die uitnodiging toch heeft aanvaard. In zijn (laatste) boek 'Niet verstaan', beschrijft hij zijn gevoelens als hij, negenveertig jaar na zijn bevrijding uit Auschwitz, in de ridderzaal van het oude stadhuis van Baden-Baden staat. Op de eerste rij in de overvolle zaal zitten zijn vrouw, de burgemeester van Ba den-Baden en allerlei notabelen. Hij heeft geen gevoel van triomf, nu hij hier staat: hij die als kind van acht deze stad moest ontvluchten. Hij is, hoe hartelijk ontvangen ook, nerveus. Na afloop komen er mensen naar hem toe, oudere heren, die hem zeggen vroeger bij hem in de klas te hebben gezeten, of zijn vader goed te hebben gekend. Mensen leggen hem het boek voor waaruit hij heeft voorgelezen -'Drenkeling, Kinderjaren in het Derde Rijk' - en vragen hem dat te signeren, met hun eigen naam erbij. Een paar van die namen roepen onaangename associaties bij hem op. Wie Durlachers boeken kent - en zeker als je er, zoals ik nu heb gedaan, nog eens doorheen bladert, hier en daar een stukje overleest realiseert zich de ongelooflijke, bijna absurde contrasten tussen toen en nu en begrijpt beter dan ooit zijn angst om toch weer - hij is er na de oorlog al eens geweest - naar

die stad terug te gaan en de onaangename gevoelens die daar bij hem bovenkwamen. Want in datzelfde, daar voorgelezen 'Drenkeling' beschrijft hij bijvoorbeeld tot in nooit vergeten details hoe hij daar, als eersteklassertje, behandeld werd. Door mede scholieren die hem achterna zitten, hem slaan met hun koppelriemen en die nu - wie weet - zich onder zijn gehoor bevinden. Maar ook door de 'Oberlehrer', die op de eerste schooldag aan Gerhards moeder en aan die van een ander joods jongetje vraagt liever morgen terug te komen, want er worden nu klassenfoto's gemaakt en Sie verstehen... joodse kinderen... Alle vijf boeken die hij schreef zijn autobiografisch en allemaal gaan ze over de oorlog, waarvan hij, zoals hij zei, nooit loskwam. "Er gaat geen dag voorbij, of ik heb ermee te maken in mijn geest. Als je erover schrijft, kun je het eventjes naast je neerleg gen. Je ontlast als het ware je hersenen een beetje." In zijn eerste boek, 'Strepen aan de hemel', probeert Dur lacher een antwoord te vinden op de vraag, hoe het mogelijk was dat zes miljoen joden werden vermoord en, vooral, dat de wereld daarbij toekeek. Een sluitende verklaring heeft hij niet kunnen vinden. Dat kan ook niet, alleen 'deelverklaringen'. Bijvoorbeeld "de zonde van de onverschilligheid", zoals Eli Wiesel het uitdrukte. "Je ziet dat in het klein om je heen en in het groot, zoals jegens BosniĂŤ." In het in 1987 verschenen 'Drenkeling' beschrijft hij hoe hij eens na een vakantie in Zwitserland, op de terugreis vis Duitsland ineens de naam Baden-Baden ziet opduiken en impulsief de afslag daarheen neemt. Hij ziet de meubelwinkel van zijn oma, onveranderd, "nog steeds van hem, wiens naam

in boosheid thuis werd uitgespro ken." Hij staat stil voor zijn vroegere school, zoekt vergeefs naar de plaats waar eens de synagoge stond, nu een garage voor vrachtwagens. En dan komt er zo'n mooie, typisch Durlacher-zin: " 'Wij wisten niets, bijna niets', is steeds het antwoord dat op de vraag vooruitloopt en haar tot stilte reduceert." "Maar", zo schrijft hij dan, "dit is geen land van blinden, stommen, doven, leder die horen wilde, kon horen, leder die zien wilde, kon zien. De toespraken waarin de hese demagogen onze ondergang verkondigden, schalden vanaf 1933 uit alle luidsprekers. De maatregelen om ons te isoleren, waarmee dag na dag een stuk van onze vrijheid afgesneden werd, stonden met vette letters in alle kranten." Een duidelijke uitspraak over de mensen die eens zijn landgenoten waren, maar die zijn ouders en bijna zijn hele familie vermoordden, en wier taal hij niet meer als de zijne beschouwde. Durlacher was een aardigste mensen die ik ooit heb gekend. Iemand die het betreurde dat het de meeste mensen ontbreekt aan 'Zivilcourage', aan burgerlijke moed, maar zei niemand daarvoor te durven veroordelen, "behalve verraders". Jet Kunkeler Overgenomen uit dagblad Trouw van 3 juli 1996


In memoriam G.L. Durlacher In 'Quarantaine' staat een van de mooiste zinnen uit de volumineuze inhoud van het kleine oeuvre van G.L. Durlacher. "In de koude avondlucht probeert dr. Belinfante mij uit te leggen wat vrije wil en wat determinisme is." Gerhard Durlacher, bijna 68 jaar oud, toen hij dinsdag 2 ju11 overleed, kijkt ook in deze vierde van zijn vijf bundels terug op zijn belevenissen als jongen, in de kampen. Dit was 'nog maar' Theresien stadt waar hij - zoon van Duitse vluchtelingen, met zijn ouders via Westerbork op transport gezet - de warmte ondervond van een mens met aandacht In zijn eerste boek, 'Strepen aan de hemel' (1985), beschrijft hij waar de reis eindigde: in Ausch-

witz-Birkenau, net 'Familienlager' voor joden uit Theresien stadt. De strepen in de lucht van de vliegtuigen van de geallieerden, zomer 1944, betekenden geen bevrijding, maar markeerden de dood van Durlachers ouders en nog vele duizenden. Het Familienlager werd al spoedig geliquideerd, het was niet langer nodig als 'set-up', nu de inter-nationale wereld erin geluisd was met het Rode Kruis-bezoek die zomer aan Theresienstadt. Durlacher werd als jonge jongen opnieuw op transport gezet. In de trein uit Theresienstadt naar Birkenau waarin Durlacher zat, ging ook mijn oud-tante Emmy J. Belinfante mee, ontdekte ik (samen met HenriĂŤtte Lakmaker schrijf ik de biografie van deze journaliste, een van

de eerste v r o u w e n die professioneel in de journalistiek werkzaam was). Emmy J . Belinfante heeft Birkenau niet overleefd. Ik sloot niet uit (en hoopte) dat Durlacher haar ontmoet had, in de nabijheid van de wiskundeleraar 'dr. Belinfante': in de Hamburgerkazerne in Theresienstadt, of anders in de trein of - op zoek naar zijn moeder - in het Familienlager in Birkenau, opgevangen in een glimp, Hij zei me dat dit niet het geval was. Ik wist dat de twee Belinfantes van respectievelijk de 'Haagse' en de 'Amsterdamse tak' waren, die kenden elkaar niet allemaal, maar je wist het maar nooit. Weer kwam ik iets dichterbij het onbegrijpelijke van wat zich in de kampen heeft afgespeeld: onder die tallozen kon je het geluk hebben met een enkeling 'mee te leven', van de anonieme massa bleven je alleen de gezichten bij die samenvielen met andere gezichten, en weer andere. Durlacher vertelde me in dat gesprek, vorig jaar, net terug te zijn uit Duitsland, van een bijeenkomst over het blootleggen van de Auschwitz-archieven. Dat ze dat deden, deed hem goed. 'Ze' namen hun verantwoordelijkheid Dat was het bijzondere, dat hij, voor wie de kampen bijna een leven lang te traumatisch waren om over te vertellen, was open gebarsten, na therapie. Dat hij, als wetenschapper niet in staat om zijn ziel te laten spreken, het verhaal zocht Dat ontsloeg hem niet van de plicht, vond hij, om zich te documenteren Want als zijn boeken iets niet waren, was het fictie. En zodoende deed hij recht aan de doden. Want Maurits Joost Belinfante, Emmy J Belinfante, de vernietigden, leven voort in verhalen

(ĂŻcrlurril Dm hu hei I <<h>- U e r n Cn>nc. daa.NudTi <uis\

Joost Divendal (eindredacteur dagblad Trouw)

| i

1


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.