
7 minute read
NP Oostkamp
Klimaatverandering duidelijk voelbaar in de Vallei van de Zuidleie
De vennetjes in Gevaerts-Noord vielen al vroeg in het jaar volledig droog
Advertisement
De recordbranden in Australië, Zuid-Amerika en Californië, het versneld smelten van gletsjers en noordpoolijs en ontdooien van permafrost in Siberië beheersten het voorbije jaar het internationale klimaatnieuws. Bij ons ondervonden we de klimaatverandering aan de lijve door verderzetting van de trend: meer hittegolven en perioden met neerslagtekorten. Terwijl de problemen met de drinkwatervoorziening door voorzorgsmaatregelen van de drinkwatermaatschappijen schijnbaar nogal meevielen, was vooral de droogte in de landbouw het afgelopen halfjaar prominent in het nieuws. Uit de grotere waterlopen (in Oostkamp en Beernem o.a. het kanaal Gent-Brugge) werd door landbouwers massaal water gepompt. Tankwagens reden af en aan van heinde en ver. Dieselpompen werden geïnstalleerd om water naar de omringende velden te verpompen. Grondwater werd massaal opgepompt om de gewassen te beregenen. De impact van de hitte en droogte op natuur bleef in de media, helaas, wat onderbelicht. Aan de hand van een kleine fotoreportage breng ik hieronder een summier en anekdotisch overzicht van enkele vaststellingen uit de Vallei van de Zuidleie.
Door het neerslagtekort in het voorjaar vallen de ondiepe vennetjes in Gevaerts-Noord vervroegd droog. Dit was dramatisch voor de overleving van de larven van kikkers en salamanders en ander waterleven. De ooit vrij grote populatie duizendknoopfonteinkruid is teruggedrongen naar een vlekje in een diepere drinkpoel voor de grazers.
De Bornebeek, Merlebeek en Lijsterbeek vielen in augustus volledig droog met nefaste gevolgen voor het normaal rijke aquatische leven.
Het laagveenmoeras van de Leiemeersen vormt de historische kern van de Vallei van de Zuidleie. Door de lage hoogteliggen en de aanvoer van grondwater is de bodem er het hele jaar door nat, waardoor organisch materiaal niet afbreekt en zich opstapelt onder de vorm van veen. Dat is in het Brugse Ommeland een bijzonder fenomeen. De veenaangroei verloopt aan een snelheid van ongeveer 1mm per jaar. Dit jaar werd echter een historisch lange periode van droogte genoteerd met grondwaterpeilen die op de normaal natste plekken wegzakten tot 75cm onder het maaiveld. De voorbije paar jaren kenden we ook droge perioden, maar nooit zakte het waterpeil zo langdurig en zo diep weg. De populatie van duizenden exemplaren van het eenjarige moeraskartelblad (foto 1 volgende pagina), een van de unieke soorten van het gebied, is hierdoor al gereduceerd tot enkele tien
tallen exemplaren. De kieming van moeraskartelblad gebeurt vooral in augustus-september, maar door de droogte sterven de kiemplanten en het zaad blijft maar 1 jaar kiemkrachtig. Het is een cruciale soort bij de vorming van trilveen, een uiterst zeldzaam natuurtype in Vlaanderen.
Het grondwater in de Leiemeersen is zeer basenrijk en dat uit zich in het voorkomen van unieke soorten die we vooral kennen van natte duinvalleien, zoals de moeraswespenorchis (foto 3 volgende pagina). In 2019 werd al een achteruitgang van deze zomerbloeier vastgesteld, maar in 2020 kwamen van de ooit honderden exemplaren nog slechts enkele tientallen in bloei. Vele planten stonden ter plekke te verschrompelden. Ook de duizenden brede orchissen, waarvoor het gebied zo gekend staat, kenden een slecht jaar. Vele planten kwamen door de droogte niet tot zaadzetting met zichtbaar verschrompelde zaaddozen.
Wanneer een venige bodem langdurig in contact komt met zuurstof, breekt het organisch materiaal af. Dit is precies wat gebeurde op de hoogst gelegen plaatsen in het veenmoeras. Het veen, dat normaal een plastische structuur heeft, verkruimelt en mineraliseert tot stof met vrijstelling van stikstof en fosfor. Dit was goed zichtbaar in bijvoorbeeld molshopen (zie foto 4 volgende pagina). Van de nutriënten profiteren vooral competitieve grassen uit voedselrijkere milieus, zoals de gestreepte witbol, een echte storingssoort die we niet graag zien toenemen, want ze concurreert de lokale typische soorten weg door haar uitbundige groei. Eens het veen ‘veraard’ is, is er geen weg meer terug. Tenzij er
1: Moeraskartelblad - Kris Decleer


3: Moeraswespenorchis - Kris Decleer
2: Bloei van blauwalgen - Kris Decleer


4: Veraarding van veen - Kris Decleer
5: Blaasjeskruid - Kris Decleer

langdurig opnieuw actieve veenopbouw plaatsvindt, blijft het voor de aanwezige natuur een permanente en nefaste ‘eutrofiëringsbom’.
In de ondiepe veenpoelen in de Leiemeersen is de uitbundige bloei van blaasjeskruid normaal een jaarlijks terugkerende lust voor het oog (foto 5). Dit was in de afgelopen zomer veel minder het geval. In de minst diepe poelen stond nog nauwelijks water, dat bovendien op de piek van de hoge zomertemperaturen was opgewarmd tot ca. 30 graden. Dit leidde tot verminderde zuurstofgehaltes en chemische processen in de organische onderwaterbodem, waarbij nitraten en fosfaten vrijgesteld worden. Het stilstaande warme water werd zo een kweekvijver voor giftige blauwalgen (eigenlijk een bacterie) die een fluo-groene drijflaag op het water vormt (foto 2). Die algenbloei zorgt voor nog meer zuurstofarmoede waarbij een groot deel van het natuurlijk waterleven afsterft. Watervogels, vissen en ook de mens worden ziek van de toxines die de bacteriën afscheiden, terwijl ook botulisme kan optreden.
De droogte in de Leiemeersen (groen kader op kaart pg. 51) is natuurlijk een direct gevolg van de gewijzigde klimatologische omstandigheden in neerslag en temperatuur. Maar er speelt ook een indirecte oorzaak, namelijk verminderde grondwateraanvoer. De geregistreerde lage grondwaterpeilen laten vermoeden dat de voor het gebied cruciale aanvoer van grondwater tijdens de voorbije droogteperiode nagenoeg was
stil gevallen. Normaal is het grondwater vrij goed gebufferd tegen kortstondige perioden van neerslagtekort, maar dit gaat niet langer op wanneer er langdurig ook massaal grondwater wordt opgepompt voor beregening van gewassen, drinkwater voor de grootschalige intensieve veehouderij of industriële toepassingen. Op het kaartje pg. 51 zijn de vergunde grondwaterwinningen in het ruime infiltratiegebied van de Leiemeersen weergegeven (bron: Geopunt). Hoewel de winningen vaak op de net iets diepere grondwaterlagen gebeuren, heeft dit onvermijdelijk ook een effect op de bovenliggende grondwatervoerende laag die van belang is voor onze natuurgebieden. In Vlaanderen weet niemand precies hoeveel grondwater er (vergund of illegaal) opgepompt wordt, noch wat het cumulatief effect is op de voor grondwaterafhankelijke natuur belangrijke grondwaterstromen. Bij gebrek aan systematische controle heerst hier in de praktijk helaas de willekeur.
Slotbeschouwing en oproep
Wat we vandaag meemaken is het effect van een gemiddelde temperatuurstijging op aarde met 1,1°C. De klimaatmodellen tonen dat we momenteel op koers zitten voor een gemiddelde temperatuurstijging met 5°C tegen 2100. De effecten van klimaatverandering op onze natuursystemen zijn vandaag al zeer zorgwekkend. Wat we bij planten waarnemen is slechts een topje van de ‘ijsberg’; de effecten op veeleisende typische diersoorten, bijvoorbeeld de vele ongewervelde dieren die het gros van de biodiversiteit uitmaken, blijven vaak verborgen, maar er is geen enkele reden om aan te nemen dat de effecten hier minder dramatisch zijn. Eenmaal een zeldzame soort uitsterft, is dat door de grote versnippering van onze natuurgebieden vaak ook
Vergunde grondwaterwinningen in het infiltratiegebied van de Leiemeersen (bron: Geopunt)

definitief. Af en toe zien we een mobiele zuidelijke soort die in onze natuurgebieden opduikt (bv. dit jaar voor het eerst zuidelijke glazenmaker in de Leiemeersen), maar dat is niet meer dan een zeer schrale troost. Als we er niet in slagen om de klimaatverandering een halt toe te roepen, zal de impact op onze natuurgebieden en alle inspanningen die we er doen om soorten veilig te stellen, zonder meer desastreus resp. tevergeefs zijn. Hierbij hoort een oproep naar iedereen die biodiversiteit een warm hart toedraagt, om naar de publieke opinie nog sterker de alarmbel te luiden en mee te ijveren voor de drasAls we er niet in slagen om de klimaatverandering een halt toe te roepen, zal de impact op onze natuurgebieden en alle inspanningen die we er doen om soorten veilig te stellen, zonder meer desastreus resp. tevergeefs zijn.
tische maatregelenmix die we nodig hebben om de klimaat- en biodiversiteitscrisis het hoofd te bieden. Voor de beheerders van onze natuur is er de uitdaging om de gebieden robuuster te maken en beter te bufferen tegen klimaatverandering. Hopelijk zal ook de Europese Green Deal tot die noodzakelijke koerswijziging bijdragen (waarover in een volgende De Spille meer). Voor wie nog niet overtuigd was: het is echt alle hens aan dek voor de toekomst van onze natuur.
Kris Decleer
Hier jouw advertentie?
Neem contact op met
