
3 minute read
Delen als default
Hoe kan beter gebruik van data bijdragen aan beter medisch-wetenschappelijk onderzoek? Om daarop een antwoord te geven, kwam Egge van der Poel in juni naar de Dataweek in het Maasstad Ziekenhuis. In oktober voelde Wetenswaardig de datascientist en medeauteur van het boek Geheelmeesters, compromisloos radicaal betere zorg, nog eens nader aan de tand. Zijn advies? Blijf verbeteren door samen vragen te stellen.
Komt een datascientist bij de dokter. “Wat kom je doen?”, vraagt de dokter. “Jou beter maken”, antwoordt de datascientist… Egge van der Poel begint zo weleens een blog. Het is zo ongeveer ook wat gebeurde tijdens de opening van de Dataweek in het Maasstad Ziekenhuis. ‘Datascientist’ Van der Poel – want zo noemt hij zich nog steeds – kwam vertellen over hoe zorgverleners data beter kunnen inzetten in werk en wetenschap. Maar eigenlijk gaat het hem helemaal niet persé om data. Egge van der Poel pleit ervoor om ‘nog niet benut potentieel’ in te zetten om ons leervermogen te vergroten. Dat potentieel kan data zijn, maar ook verhalen, collega’s of mensen.
“WE MOETEN ONS NOG NIET
BENUT POTENTIEEL INZETTEN OM ONS LEERVERMOGEN TE VERGROTEN.”
Samen leren
Data en verhalen op zichzelf hebben geen betekenis. We zullen er mee aan de slag moeten: ze delen met elkaar, die dialoog opzoeken en daarvan leren. “In de wetenschap werd altijd alle energie ingezet op meten”, zegt Egge van der Poel. “Maar we moeten juist inzetten op samen leren en verbeteren.” Dat vraagt een hele andere manier van denken door onderzoekers en organisaties. “Veel onderzoekers zijn bezig om zoveel mogelijk data te verzamelen, dat gaat meestal heel gefragmenteerd. Er is nauwelijks sprake van samenwerking tussen ziekenhuizen of vakgroepen. Het is vreselijk moeilijk om dat goed in te regelen, niet alleen op het gebied van IT, maar vooral in de afspraken er omheen. Op financieel en prestatieniveau zijn er in de zorg allerlei barrières, omdat delen niet wordt beloond. Mensen maken juist carrière als ze dingen bij zichzelf houden, of dat nou data zijn, informatie of kennis. Delen is niet ‘default’.”
“DATA EN VERHALEN OP ZICHZELF HEBBEN GEEN
BETEKENIS, WE MOETEN ERMEE AAN DE SLAG.”
Big dating
In een eerder leven werkte Egge van der Poel als natuurkundige bij CERN, de Europese organisatie die fundamenteel onderzoek doet naar elementaire deeltjes. Daar zag hij hoe het ook anders kan. “We waren met z’n allen op zoek naar het Higgs-deeltje. Door ‘big dating’ is dat gelukt. Dat is: zonder belemmering data delen en samenwerken aan een hoger doel. Dat is dé manier om waarde te creëren. Ik wilde dat idee ook graag naar de zorg en het medisch wetenschappelijk onderzoek brengen.” Alleen toen hij zo’n tien jaar geleden in de zorg begon, kwam hij van een koude kermis thuis. Dat hoger doel, of ‘common goal’ zoals Van der Poel het noemt, bleek nog nauwelijks te bestaan. “Binnen de zorg zijn de werelden van het leren en het doen gescheiden”, zegt hij. “Je hebt de onderzoekstoren en je hebt de kliniek. Daar zit soms vijftien minuten wandelen tussen, maar ook soms een kennistoepassingskloof van vijftien jaar! Dat is echt jammer. De uitdagingen waar we voor staan zijn zo fundamenteel, dat we zo geen oplossingen gaan vinden. Daarvoor moeten we een andere houding gaan aannemen: een lerende houding.”
Allermoeilijkste vraag
“Hoe onderzoekers dat kunnen doen? Het gaat om door blijven vragen. Om echte nieuwsgierigheid. Er is een groep mensen waar ze van kunnen leren. Er bestaat een categorie die heel goed in staat is om hypothesen te formuleren, een experiment daarbij te verzinnen, dat uit te voeren, de resultaten te interpreteren en op basis daarvan een nieuwe hypothese te formuleren. Dat zijn kleuters. Maar gaandeweg onze opleiding en onze carrière raken wij dat vermogen kwijt.” Wetenschappers denken nu vaak aan de voorkant na over hun vraagstelling om zo de financiering binnen te halen. De rest van het onderzoek is vaak saaier en uitvoerend werk, legt Egge van der Poel uit. Daarmee ontdek je gaandeweg geen nieuwe dingen.
“DATA DELEN EN SAMENWERKEN AAN EEN HOGER DOEL. DAT IS DÉ MANIER OM WAARDE TE CREËREN.”
Daarom wil hij onderzoekers aansporen tot continu vragen stellen. Ook als het gaat om data. Hij haalt de woorden van AI-expert Susan Etlinger aan, die haar publiek tijdens een TEDtalk ooit voorhield: Als je bezig bent met data-analyse, stel jezelf dan de állermoeilijkste vraag: ‘Laat de data dit echt zien, of ben ik gewoon blij met wat de data me laat zien?’. Met andere woorden: blijf altijd kritisch.
Vragen stellen
Deze ‘lerende houding’ zouden niet alleen onderzoekers moeten hebben, maar ook zorgverleners en zorgbestuurders, vindt Egge van der Poel. “Maar daar is bestaanszekerheid voor nodig. Een onderzoeker gaat van tijdelijk contract naar tijdelijk contract. Een bestuurder moet ook worstelen om aan te blijven. Dat werkt eerder kortetermijndenken in de hand, dan langdurig verbeteren door middel van vragen stellen. Want nog altijd geldt: vragen zijn belangrijker dan antwoorden.”