E12 ECONOMIE & FINANCIEN UW GELD EN UW LEVEN
Dirk Vansintjan (47) is bestuurder bij Ecopower en woont samen met anderen in de molen Van Doren, aan de oevers van de Dijle. Hij leeft van en voor zijn molen.
Leven van en voor een watermolen VA N O N Z E M E D E W E R K E R
JAN BOSTEELS Idyllischer ROTSELAAR
wonen dichtbij een stad als Leuven is haast ondenkbaar. Langs de gemeenschappelijke, twee hectare grote tuin van het molenhuis van de molen Van Doren stroomt de Dijle voorbij. Via een kleine waterkrachtinstallatie voorziet ze 140 huishoudens op milieuvriendelijke wijze van stroom. Dirk Vansintjan is een van de oorspronkelijke eigenaars. Het begon als de collectieve droom van de leden van een gemeenschapshuis in Leuven. Afgestudeerd als licentiaat Germaanse filologie in de vroege jaren tachtig was Vansintjan met enkele andere jonge werklozen in Rotselaar verzeild geraakt. ‘We woonden met zijn vijven samen in een huis met een grote tuin. We hadden elk 212 euro werklozensteun per maand. Het klassieke huisje met tuintje in een verkaveling zagen we niet zitten. Zo kwamen we uit bij wat nu co-housing heet. We bezochten boerderijen en kastelen en we geraakten gefascineerd door de grote ruïne om de hoek die hier stond te verkommeren.’ Geld had Vansintjan nauwelijks in die tijd, maar de molen Van Doren — met alles erop en eraan — kostte slechts 50.000 euro. Het pand werd in een tiental wooneenheden verdeeld. ‘Elke woning is autonoom, maar er is ruimte om dingen collectief te doen.’ Voor hij in de groenestroomsector terechtkwam — eerst bij Ecowatt en nu bij Ecopower — zwom Dirk Vansintjan door heel wat watertjes. ‘Ik deed wat tijdelijke opdrachten in het onderwijs en ik werkte vier maanden in het Europees Parlement bij Paul Staes, om de fractiewerking op poten te zetten.’ Vansintjan verdiende er een halftijds loon voor voltijds werk. ‘Dat was zo’n 1.500 euro netto, niet mis in 1985. Ik kan begrijpen dat ze het Europees Parlement een gouden kooi noemen.’ ‘Het was niets voor mij. Ik was constant elektrostatisch geladen door de kunststof in die gebouwen. Als ik iets aanraakte, dan vonkte het. De voortdurende verhuizing naar Straatsburg was om stapelgek te worden. En ik wil ook af en toe met mijn handen werken. Oorspronkelijk zou ik hier de moestuin onderhouden — het was toen nog onze droom om volledig zelfvoorzienend te zijn — maar als je een keer door molens bent gegrepen, krijg je letterlijk een slag van de molen.’ Vansintjan werd jarenlang via allerlei nepstatuten ingeschakeld in de vzw TSAP, waaruit later Ecowatt groeide. Hij werkte eerst als vrijgestelde van stempelcontrole, dan als BTK’er, en later als ‘heel kleine zelfstandige’ voor bedragen die varieerden van 625 tot 1.500 euro bruto. ‘Af en toe maak-
Dirk Vansintjan: ‘We kopen veel bio, maar niet alles.’’ © Jos Verhoogen
te ik me zorgen over mijn pensioen. Pas sinds ik voor Ecopower werk, is alles geregeld zoals het hoort.’ Naast zijn deeltijdse job voor Ecopower (70 procent), waar hij onder andere verantwoordelijk is voor de watermolensites en voor de rest werkt als ideeënleverancier, lobbyist, promotor en bestuurder, is Vansintjan ook nog onbezoldigd actief in de raad van bestuur van ODE Vlaanderen vzw, de organisatie voor duurzame energie. Tot eind 2006 was hij gedurende twaalf jaar gemeenteraadslid voor Agalev en Groen! ‘Alles wat ik daarmee verdiende, gaf ik af aan de partij. Zo kon niemand me verwijten dat ik een zakkenvuller was.’ Vansintjan meent dat groene stroom alleen maar kan doorbreken als mensen de voordelen ervan in hun eigen leven ondervinden. De Ecopower-stroomgenerator die door de waterturbine van
Portefeuille ● ● ●
● ● ● ● ●
Maandelijkse netto-inkomsten: 2.000 euro Inkomen partner: 2.200 euro Vastgoed: eigen huis van 100.000 euro (schatting 1998) Burgerlijke staat: getrouwd, 2 kinderen Wagen: Opel Combo Pensioensparen: via groepsverzekering Spaargeld: 15.000 euro Beleggingen: voor 4.000 euro aandelen Ecopower
de molen Van Doren wordt aangedreven, is een illustratie van zijn stelling. Hij levert zo’n 500 MWh per jaar — goed voor 500 groenestroomcertificaten, een omzet van ongeveer 70.000 euro per jaar en het jaarverbruik van 140 huishoudens. Met hun betrokkenheid in de groene beweging lijkt het vanzelfsprekend dat alles ten huize Vansintjan bio is, maar Dirk Vansintjan heeft nog andere prioriteiten. ‘Wij vinden het heel belangrijk dat de kruidenier ‘t Verschil in het dorp blijft bestaan. Bejaarde mensen kunnen er terecht voor honderd gram geraspte worteltjes. Zo’n winkel speelt een belangrijke rol in het zelfstandig blijven van mensen. Dus kopen wij er veel. We betalen er wellicht dan in de Aldi, maar ik kijk nooit echt naar de prijs van producten. We zijn Bourgondiërs, we houden van goede wijn en lekker eten. We gaan wel naar de natuurwinkel, maar ook bij Delhaize vinden we veel bio-aanbod. En we kopen groenten van onze bioboer. We kopen dus veel bio, maar niet alles.’ Waar is het spaargeld van het gezin voor bestemd? ‘Onze woning is een beschermd monument en ze ligt in een natuurgebied. Aan de buitenkant mogen we niets veranderen, dus isoleren we onze buitenmuren en ons dak langs binnen en we installeren centrale verwarming die gestookt zal worden met het hout dat de Dijle elke dag aanvoert. Nu moeten we dat soms verkopen.’ - site: www.ecopower.be site: www.dirkvansintjan.be
DE STANDAARD ZATERDAG 5, ZONDAG 6 MEI 2007
BETER BELEGGEN Lafarge en Ciments Français X AV I E R VA N D O O R N E
Het resultatenseizoen is volop bezig en als rode draad zien we dat de meeste bedrijven stevige resultaten neerzetten met dito vooruitzichten. De aandelenmarkten gingen de afgelopen weken dan ook mooi hoger. Dat geldt zeker ook voor de industriële bedrijven met vaak hoge vaste kosten en bijgevolg ook een hoge operationele hefboom. Dat is ook het geval bij cementbedrijven. Afgelopen week kon Lafarge, ‘s werelds toonaangevende cementproducent, uitpakken met mooie cijfers. De aandeelhouders van GBL, die onrechtstreeks 17 procent in het bedrijf hebben, zullen het graag zien. We willen het vandaag evenwel hebben over een concurrent in de sector, Ciments Français (170 euro). Ciments Français is naar grootte de zesde cementproducent ter wereld en wordt gecontroleerd door Italcementi, dat op zijn beurt onder controle valt van Italmobiliare. Ciments Français omvat alle niet-Italiaanse activiteiten van de groep. Hoewel Frankrijk met ongeveer een derde van de omzet nog altijd de belangrijkste markt is, zijn de activiteiten in groeilanden de voorbije jaren fors toegenomen. Zo is de capaciteit, mede dankzij overnames in die groeilanden (Egypte, Bulgarije, Thailand, Marokko, Indië), sterk uitgebreid. Gelet op de sterke groei van het bnp in die landen is de vraag naar cement er sterk. Het bedrijf kan de voorbije tien jaar een gestage groei in zijn cijfers laten zien en kende de voorbije maanden en jaren een re-rating. Met een verwachte winst van 14 euro per aandeel in 2007 (een koers-winstverhouding van 12) blijft Ciments Français evenwel een van de goedkopere aandelen in de sector. We geloven dat er ook de komende jaren nog een mooie winstgroei inzit. Dat is mede mogelijk dankzij de consolidatie die zich in de sector al gedeeltelijk heeft voltrokken, waardoor de volumestijgingen gepaard gaan met een mooie winstmarge. Wegens het oligopolistische karakter van de sector en de beperkte transporteerbaarheid van cement kunnen prijsverhogingen relatief gemakkelijk doorgerekend worden aan de eindklant. En met de stijgende energiekosten is dat absoluut noodzakelijk. Een tweede element waarop ons geloof gebouwd is, is de operationele hefboom die zich in de groeilanden nog kan versterken. Uiteraard zijn er risico’s verbonden aan een afkoeling in de huizenmarkt, onder meer in Amerika. Gelet op de toegenomen focus op de groeilanden menen we dat Ciments Français goed gewapend is om daaraan het hoofd te bieden. Cement wordt vandaag niet echt gekenmerkt door grote innovatieve elementen. In de (eerder verre) toekomst zou dat mogelijk kunnen veranderen. Zo heeft de R&D-afdeling na meer dan tien jaar onderzoek een speciaal soort cement ontwikkeld dat de stadsvervuiling kan verminderen. Volgens bepaalde wetenschappelijke studies en testresultaten zou het gebruik van 15 procent van dat speciale cement de vervuiling met de helft kunnen verminderen. Dat alles verkeert evenwel nog in een testfase, maar het toont aan dat de groep vooruitdenkt. Behalve de goede operationele gang van zaken is er een speculatief element. Italcementi verhoogde zijn belang de voorbije jaren stelselmatig en heeft nu 76 procent van de aandelen in handen. Italcementi heeft zowel de financiële mogelijkheid als de aantrekkelijke voorwaarden — een overname van Ciments Français zou bijdragen tot een toename van de winst per aandeel Italcementi — om een overnamebod te doen. Op dat vlak kunnen we ook vermelden dat de zittende ceo, de heer Yves-René Nanot, inmiddels de respectabele leeftijd van 70 jaar heeft bereikt. Op de website van het bedrijf kunt u ook zien dat het bedrijf eigen aandelen inkoopt. De free float wordt bijgevolg stapje voor stapje kleiner en het lijkt een kwestie van tijd vooraleer het bedrijf van de beurs verdwijnt. - Xavier Vandoorne is senior portfolio manager bij ABN Amro.
HET ANTWOORD VAN DE ANALIST - W W W. S TA N DA A R D. B I Z /A N A L I S T
Hebt u een vraag over beleggen? Stuur dan een mailtje naar analist@standaard.be. Wij leggen uw vraag voor aan de analisten Danny Reweghs en Alain Deneef .