Herkauwer 101 - augustus 2020

Page 1

Samen werken aan diergezondheid

GD-magazine - augustus 2020 - nummer 101

herkauwer

REPORTAGE

Controleren om op tijd bij te sturen

KLAUWGEZONDHEID

Het belang van direct behandelen

VITAMINE E

Belangrijk voor een goede weerstand


UBAC Subunit-vaccin tegen klinische mastitis veroorzaakt door Strep. uberis

NEEM CONTROLE OVER STREP. UBERIS www.mastitisvaccination.com

UBAC, emulsie voor injectie voor rundvee. SAMENSTELLING PER DOSERING: Lipoteichoisch zuur (LTA, Lipoteichoic Acid) van het biofilm hechtingscomponent (BAC, Biofilm Adhesion Component) van Streptococcus uberis, stam 5616 ≥ 1 RPU (Relative Potency Unit). Montanide ISA 907,1 mg. Monophosphoryl Lipide A (MPLA). INDICATIES: Voor actieve immunisatie van gezonde koeien en vaarzen ter vermindering van het optreden van klinische intramammaire infecties veroorzaakt door Streptococcus uberis, ter vermindering van het celgetal in melkmonsters van Streptococcus uberis-positieve kwartieren en ter vermindering van melkproductieverliezen als gevolg van intramammaire infecties met Streptococcus uberis. WIJZE VAN TOEDIENING: Intramusculair. Het vaccin vóór toediening op een temperatuur van +15 tot +25 ºC laten komen. Schudden voor gebruik. DOSERING: Dien een dosis (2 ml) toe middels diep intramusculaire injectie in de nekspieren volgens het volgende immunisatieprogramma: eerste dosis ongeveer 60 dagen vóór de verwachte afkalfdatum, tweede dosis ten minste 21 dagen vóór de verwachte afkalfdatum en een derde dosis HIPRA BENELUX dient ongeveer 15 dagen na het afkalven te worden toegediend. BIJWERKINGEN: Lokale zwelling met een diameter van meer dan 5 cm op de Nieuwewandeling 62 plaats van injectie is een veel voorkomende reactie na toediening van het vaccin. Deze zwelling zal 17 dagen na vaccinatie verdwenen zijn of duidelijk in omvang verminderd. In sommige gevallen kan de zwelling echter gedurende maximaal 4 weken aanhouden. In de eerste 24 uur na de 9000 Ghent injectie kan gewoonlijk een voorbijgaande stijging van de rectale temperatuur optreden (gemiddelde stijging van 1 °C, maar dit kan bij sommige Belgium dieren oplopen tot 2 °C). CONTRA-INDICATIES: Geen. WACHTTERMIJN: Nul dagen. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN: Alleen gezonde dieren vaccineren. Kan tijdens dracht en lactatie worden gebruikt. Gekoeld (2 ºC – 8 ºC) en beschermd tegen licht bewaren en transporteren. Niet invriezen. Dit diergeneesmiddel bevat minerale olie. Accidentele injectie/zelf-injectie kan ernstige pijn en zwelling tot gevolg hebben, vooral in geval van injectie in een gewricht of vinger. Zonder spoedig medisch ingrijpen kan dit in zeldzame gevallen leiden tot verlies van de betrokken vinger. Tel. (+32) 9 296 44 64 VERPAKKING: Kartonnen doos met 20 glazen injectieflacons met elk 1 dosis (2 ml). Kartonnen doos met 1 PET injectieflacon met 5 doses (10 benelux@hipra.com ml). Kartonnen doos met 1 PET injectieflacon met 25 doses (50 ml). Kartonnen doos met 1 PET injectieflacon met 50 doses (100 ml). VERGUNwww.hipra.com NINGHOUDER: LABORATORIOS HIPRA S.A. Avda. la Selva 135. 17170 Amer (Girona) Spanje. Tel. (34)972430660. EU/2/18/227/001-004 UDD. Gebruik geneesmiddelen op verantwoorde wijze. RU1807NLUBAC


voorwoord

WAARDERING Net als veel melkveehouders voer ik veel gesprekken in de vriendenkring over de boerenprotesten. Los van de technische en ingewikkelde details, gaat de discussie dan vaak over in hoeverre de acties nog op sympathie van de Nederlandse burgers kunnen rekenen. Want onderzoeken tonen aan dat die sympathie afneemt en dat men zich afvraagt of de veehouders de problemen wel zien en niet met de rug naar de samenleving staan. Mijn antwoord is steevast: mijn hele leven werk ik voor en met melkveehouders en tekenend is dat er altijd bereidheid was en is om in te spelen op de wensen van de samenleving. Dat zijn niet alleen mooie woorden, want er zijn voorbeelden te over. Laat ik er enkele noemen, waaronder de reductie van antibiotica. Nadat het wettelijk kader helder was, heeft de sector op basis van goed onderzoek en heldere keuzes het gebruik van antibiotica in een aantal jaren drastisch (met twee derde) teruggebracht. Kijk naar de kalversterfte. Die cijfers liepen op: een pijn-

lijke constatering. Maar in razend tempo zijn instrumenten als het kalversterftekengetal, KalfOK en het Kalfvolgsysteem ontwikkeld en toegepast. Een prestatie van formaat en met een positief effect zo blijkt uit een heldere analyse in deze Herkauwer. Ook de Monitoringssystematiek mag worden genoemd. Die werd aan het begin van deze eeuw ontwikkeld om dierziekten zo spoedig mogelijk in de kiem te smoren en de trends in diergezondheid continu te duiden. Inmiddels mag het systeem op brede Europese waardering rekenen, maar ook kan het een belangrijke inspiratiebron zijn voor de humane wereld die gedreven door de coronauitbraak zoekt naar manieren om (virus)ziekten in de kiem te smoren. Nieuwe eisen en wensen vanuit de samenleving (zoals in het stikstofdossier) liggen alweer voor. Ook daar weten de melkveehouders wel raad mee. Maar wat nodig is zijn duidelijke en faire (overheids)doelen en waardering en erkenning voor het vakmanen ondernemerschap van de Nederlandse boer. Bert de Lange, sectormanager rund

inhoud 04 Actueel 07 Kalender 09 Op tijd anticiperen op

Bereikbaarheid U kunt Royal GD telefonisch bereiken via 0900-1770. Van maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 17.00 uur.

maagdarmwormen

Tarieven Alle genoemde GD-tarieven in deze uitgave zijn exclusief btw en 9,95 euro basiskosten. Ophaaldienst voor sectie- en monstermateriaal Aanmelden: via het aanmeldformulier op www.gddiergezondheid.nl of telefonisch 0900-202 00 12 (24 uur per dag). Wij halen het materiaal dan zo spoedig mogelijk bij u op. Sectie- en monstermateriaal kunt u brengen van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur. colofon Herkauwer is een uitgave van de Gezondheidsdienst voor Dieren Redactie Sietske Haarman, Bert de Lange, Jet Mars, Marjolijn Waanders, Linda van Wuijckhuise | Beeldredactie Wendy van de Streek | Eindredactie Jessica Fiks | Redactieadres Royal GD, Marketingsupport & Communicatie, Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04, redactie@gddiergezondheid.nl, www.gddiergezondheid.nl | Productiecoรถrdinatie Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Basisontwerp Studio Kaap | Vormgeving Dock35 Media B.V. | Druk Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Abonnementen Herkauwer wordt gratis toegezonden aan relaties van Royal GD. Een jaarabonnement (vier nummers) voor personen buiten de doelgroep kost 19,20 euro (exclusief btw) | Advertenties Dock35 Media B.V., T. 0314 - 35 58 52 | Verschijningsfrequentie vier keer per jaar | Suggesties Heeft u suggesties voor dit blad, dan kunt u deze via redactie@gddiergezondheid.nl doorgeven aan de redactie. Overname van artikelen is toegestaan uitsluitend na toestemming van de uitgever.

12 Reportage: het belang van controleren

09

17 VeeOnline: diergezondheid online toename

managen

afname kenmerk is niet meegenomen in de analyse van het betreffende sterftekengetal.

Melkveebedrijf

Vleeskalverbedrijf

niet significant

Zonder oormerk

Met oormerk < 14 dagen

15 tot 56 dagen

56 dagen tot 1 jaar

18 Uit het lab: PCR

Aanvoer tot 56 dagen

56 dagen tot afvoer

Kalversterftekengetal

21 Acute leverschade door

Kalf Volg Systeem

AB-gebruik luchtweg

blauwalgvergiftiging

AB-gebruik diarree

Cryptospirose

Coccidiose

22

Temperatuur (koud)

22 Monitoring: gunstige ontwikkeling in kalversterfte

Temperatuur (warm)

Dieren met Ketose

25 Het belang van Vitamine E

Sterfte tijdens opstart van de lactatie

27 Behandel kreupele koeien direct

ISSN: 1875a-2594

29 Relatiebeheer: advies over hittestress

Wilt u dit blad niet meer ontvangen of wilt u een adreswijziging doorgeven? Dat kan via 0900-1770 (lokaal tarief) en vraag naar klantdatabeheer, of stuur een e-mail naar brbs@gddiergezondheid.nl.

31 Het getal en vraag & antwoord

25

32 Diergezondheid volgens Herkauwer, augustus 2020 - 3


Ideeën voor de volgende Herkauwer? Wij zijn benieuwd wat u graag in Herkauwer wilt lezen. Heeft u suggesties of opmerkingen over het magazine? Dan horen we het graag van u. We zijn ook benieuwd over welke onderwerpen en thema’s u het liefste leest. Laat het ons weten en wie weet ziet u uw keuze terug in een van de komende Herkauwers! DE REDACTIE VAN HERKAUWER IS BENIEUWD NAAR UW REACTIE. U KUNT HEN BEREIKEN DOOR EEN MAIL TE STUREN NAAR REDACTIE@GDDIERGEZONDHEID.NL.

Bloedonderzoek van verwerpers Brucellose, een infectie met de bacterie Brucella abortus, kan verwerpen veroorzaken. Deze bacterie is ook besmettelijk voor mensen, daarom geldt er een meldplicht voor brucellose. Nederland is sinds 1999 vrij van runderbrucellose. Deze status is belangrijk voor onbelemmerde export van dieren en producten. De bewaking van de vrijstatus gebeurt door bloedonderzoek van verwerpers. Veehouders zijn verplicht om van alle runderen die verwerpen tussen de 100 en 260 dagen dracht, binnen 7 dagen na het verwerpen een bloedmonster te laten nemen voor onderzoek op brucellose. De kosten van de visite en het bloedtappen door de dierenarts en de kosten van het onderzoek worden vergoed vanuit het diergezondheidsfonds.

Leverbotprognose beëindigd De leverbotprognose, waarmee rundveeen schapenhouders jarenlang zijn voorzien van informatie over de te verwachten ernst van leverbotinfecties, is in 2020 beëindigd. Met de prognose werd beoogd om preventieve maatregelen en diagnostiek gericht in te zetten, met als achterliggend doel het gebruik van leverbotmiddelen tot een minimum te beperken en zo de kans op residuen in producten en vorming van resistentie van de leverbot tegen de middelen te beperken. De prognose is gestopt, maar de instrumenten en kennis blijven beschikbaar voor bedrijven.

Het zogenoemde ‘verwerpersbloedje’ biedt u ook de kans te zoeken naar andere infectieuze oorzaken van verwerpen. In Nederland zijn de belangrijkste oorzaken BVD, salmonella en neospora. Voor veehouders die deelnemen aan de GD-programma’s voor IBR, leptospirose, neospora en salmonella wordt het bloedmonster ook automatisch en zonder extra kosten onderzocht op de ziekte waarop het programma betrekking heeft. Daarnaast kunt u altijd extra onderzoek aanvragen tegen betaling van die onderzoekskosten.

Terugkijken van diverse webinars De afgelopen tijd heeft GD samen met partners diverse webinars georganiseerd voor rundveehouders. Bijvoorbeeld over mastitispreventie in relatie tot voer en ligboxhygiëne en er was ook een webinar over wormen in de wei. Tijdens deze webinars vertellen onze deskundigen meer over de betreffende onderwerpen en stelden deelnemers vragen. Heeft u de webinars gemist? Geen nood, u kunt ze terugkijken. BEKIJK DE WEBINARS OP

LEES VERDER OP WWW.LEVERBOT.NL

4 - Herkauwer, augustus 2020

WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/WEBINARS


actueel

Problemen met hittestress voorkomen Al vanaf 21 graden Celsius kan een koe last krijgen van de warmte. Naast de temperatuur spelen de luchtvochtigheid en windsnelheid ook een rol: hoe hoger de luchtvochtigheid en hoe lager de windsnelheid, hoe eerder een koe last heeft van hittestress. Deze stress kan zorgen voor verminderde voeropname en pensverzuring, met grotere kans op melkproductiedaling, uierontsteking en klauwproblemen. Het is vooral belangrijk dat u de koeien afkoelt, daarnaast kunt u nog aanvullende maatregelen nemen. Dit kan ook al voor een warme periode begint. KIJK VOOR MEER INFORMATIE OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/HITTESTRESS-RUNDVEE

Jaarverslag van de monitoring in een nieuw jasje Via het jaarverslag geven wij u graag terug wat we aan trends en bijzonderheden op het gebied van diergezondheid hebben gesignaleerd. Dit jaar hebben we ons jaarverslag in een ander jasje gestoken. Per sector wordt aan de hand van een tijdlijn beknopt weergegeven wat 2019 zoal typeerde en een aantal casussen wordt uitgelicht. In interviews wordt ingegaan op de verscheidenheid aan samenwerkingen.

Warm weer: verhoogd risico op bacteriële groei in het voorraad- of buffervat Wat betreft de kwaliteit van drinkwater is zowel de kwaliteit van het bronwater, als die van het water in de drinkbak van belang. Bacteriologisch kan er in het traject van de bron naar de bak veel veranderen. Heeft u een voorraadvat waarin eigen bronwater tijdelijk wordt opgeslagen? Houd er rekening mee dat de kwaliteit van het water in een voorraadvat sterk kan variëren door wisselende weersomstandigheden. Zeker in de zomerperiode kunnen de hoge temperaturen de bacteriologische groei in het voorraadvat sterk bevorderen. Omdat het vat in vele gevallen op een zolder boven de melkstal staat, kort onder het warme dak van de stal, kan de temperatuur van het opgeslagen water sterk oplopen. Als daarbij de koeien overdag in het weiland zijn, wordt het water niet gebruikt en daardoor niet tijdig ververst. Dit is een extra risico voor sterk verhoogde kiemwaarden in dat water. Om verzekerd te zijn van een goede kwaliteit en smakelijkheid van het water is het nodig om dit water regelmatig te controleren en indien nodig de juiste maatregelen te nemen. Bacteriologisch onderzoek van dit water kan een goed hulpmiddel zijn. Controleer het water dus niet alleen op de drinkplaats, maar óók in het voorraadvat op uw bedrijf.

LEES HET JAARVERSLAG OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/MONITORING

Video: kopervoorziening is maatwerk Koper speelt een belangrijke rol in het lichaam van de koe. Dierenarts Sanne Carp-van Dijken legt uit welke problemen er kunnen ontstaan als koeien te weinig of te veel koper opnemen. En hoe weet u of koeien de juiste hoeveelheid binnenkrijgen? BEKIJK DE VIDEO OP WW.GDDIERGEZONDHEID.NL/VIDEOKOPER

Herkauwer, augustus 2020 - 5


DIERENARTSEN ADVISEREN: DÉ GROENE RUMIVET-BOLUS DIRECT BESCHIKBAAR VOOR DE KOE GROTE GLIJKRACHT GEEN IRRITATIE

GRATIS BOLUSSCHIETER* T.W.V. € 17,50

*BIJ DRIE DOOSJES RUMIVET

Rumi

Keto

Rumi

Stop

Rumi

Seleen

Rumi

RSA

Rumi

Bica

Rumi

Calcium

Ter vermindering van het risico op slepende melkziekte.

Stimuleert de penswerking.

Voor dikkere mest. Helpt bij het opnemen van vocht uit de darmen.

Preventief en curatief inzetbaar bij pensverzuring.

Rumi

Fosfor+

Voor een optimale groei, Voor een effectieve fosforvruchtbaarheid en ontwikkeling. aanvulling in periodes van Ondersteunt het immuunsysteem. verhoogde behoefte.

Vermindert het risico op melkziekte.

Bekijk hier alle Rumivet producten!

VERKRIJGBAAR BIJ UW DIERENARTS OF BESTEL OP WWW.VETANIMALCARE.NL OF BEL 0548 - 545 345


kalender

Was de mineralenvoorziening in het weide­ seizoen voldoende? Weidegras bevat vaak onvoldoende mineralen (onder andere koper) voor een goede groei en ontwikkeling van het jongvee. Het effect van een onvoldoende mineralenvoorziening in het weideseizoen hangt af van meerdere factoren, zoals de lichaamsvoorraad waarmee de kalveren naar buiten gaan, de mineralengehalten van het weidegras, de lengte van het weideseizoen, en al of niet een extra mineralengift (krachtvoer, bolus, losse mineralen, et cetera).

AUGUSTUS SEPTEMBER OKTOBER

Zeker bij een onvoldoende groei is het zinvol het jongvee bij opstallen te laten onderzoeken op mineralen. Dit kan door het bloed van vijf dieren te laten onderzoeken op spoorelementen en GSH-Px. Het onderzoek op spoorelementen geeft de actuele opname weer van koper, zink, selenium en jodium. Het advies is daarom om het jongvee op de dag van opstallen te laten onderzoeken. Als dit bloedtappen op bijvoorbeeld twee weken na opstallen wordt uitgevoerd, dan geeft het informatie over de mineralenopname uit het stalrantsoen. De GSH-Px-bepaling geeft de lichaamsvoorraad van selenium weer. Het moment van bloedtappen is hierbij minder belangrijk.

Zomerweer en de kwaliteit van oppervlaktewater Rundveehouders maken regelmatig gebruik van oppervlaktewater als drinkwater voor het vee. Oppervlaktewater kan sterk wisselen in kwaliteit, zowel in kiemen als in kwaliteit. Het is lastig om goed in te schatten of het geschikt is als drinkwater.

Het effect van droogte op mineralen De opname van mineralen kan worden beïnvloed door interacties met andere mineralen. Mineralen kunnen elkaar tegenwerken, of afhankelijk zijn van elkaar. Hoge gehaltes aan zwavel, molybdeen en ijzer in het voer of water kunnen de opname van bijvoorbeeld koper in de darmen remmen, waardoor een tekort kan ontstaan. Klachten bij mineralentekorten of -overmaten zijn vaak pas in een (te) laat stadium zichtbaar. Zwavel en selenium kunnen via kunstmest worden toegediend aan het gras, maar hoe goed dit beschikbaar is voor het gras is mede afhankelijk van het weer. Valt er veel regen of is het juist droog? Per snede kunnen de gehalten aan mineralen zoals zwavel, selenium en ijzer erg verschillen. Door de droogte kunnen de toegediende mineralen minder beschikbaar zijn voor het gras, verschillen kunnen regionaal groot zijn. Meet daarom de mineralen van elke snede en neem deze uitslagen mee in de rantsoenberekening. Houd bij het rantsoen rekening met interacties. De actuele mineralenvoorziening kan ook worden gemeten in tankmelk en bloed.

Aan het gebruik van oppervlaktewater als drinkwater zitten risico’s, zeker bij hogere temperaturen. Denk dan aan blauwalgen, waterstofsulfide (H2S) en botulisme, maar ook aan verontreiniging met mestbacteriën, zoals salmonella. Het is belangrijk om een goede kwaliteit drinkwater voor de koeien te hebben. Daarom kunt u regelmatig een watermonster nemen op de plek waar de dieren drinken. Beoordeel dit water zelf op geur, kleur en helderheid of stuur dit in voor het Drinkbakcheck-onderzoek. MEER WETEN? WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/ RUNDVEEDRINKWATER

Herkauwer, augustus 2020 - 7


PREVENTIEVE MAATREGELEN NODIG?

Op tijd anticiperen op maagdarmwormen

8 - Herkauwer, augustus 2020


parasieten

Margreet Pasman, marktmanager rund en Marian Aalberts, onderzoeker R&D

Maagdarmworminfecties komen bij runderen in elke leeftijdsgroep voor. Verschijnselen van zo’n infectie, zoals verlies aan eetlust en gewichtsverlies, vallen vooral op bij dieren in het eerste weideseizoen. Ziet u verschijnselen bij de pinken? Dan kunt u voor het jaar erop extra preventieve maatregelen nemen. Maar soms zijn de signalen vaag. Hoe weet u dan of u iets moet doen? Met maagdarmwormen worden veelal wormen bedoeld die in de lebmaag of in de darmen voorkomen. Een aantal soorten is (zeer) ziekteverwekkend, andere zijn dat minder tot niet. De meest typische symptomen van een maagdarmworminfectie zijn: verlies aan eetlust, een ruw haarkleed, gewichtsverlies, achteruitgang van de algehele conditie en een enkele keer diarree. Hebben uw pinken deze verschijnselen, dan kunt u het jaar erop extra preventieve maatregelen nemen.

Cyclus van de maagdarmworm

Via het gras naar de koe en weer terug

Schade Schade door maagdarmworminfecties bij runderen ontstaat doordat het maagdarmkanaal minder voedingsstoffen en mineralen opneemt. Dit kan leiden tot verminderde groei van kalveren en pinken, en daardoor mogelijk een later afkalftijdstip. Op latere leeftijd kan het ook aanleiding geven tot een lagere melkproductie. Maar niet alleen dieren hebben last van maagdarmwormen: dierenartsbezoek, wormbestrijdingsmiddelen en extra arbeid kunnen ook voor u een extra kostenpost zijn. Besmettingsroute Weidegang speelt een belangrijke rol bij maagdarmworminfecties. Kalveren en jonge dieren die voor het eerst naar buiten gaan, besmetten zich met wormlarven zodra ze op grasland komen waar in het voorgaande jaar ook runderen liepen. De larven ontwikkelen zich in het rund tot volwassen wormen,

2

1

1. Koeien nemen (overwinterde) larven op het land op. 2. Deze worden volwassen in het maagdarmkanaal van het rund en leggen daar eitjes. 3. Na circa drie weken komen de eitjes via de mest op het land. 4. In vier weken tijd ontwikkelen de eitjes zich tot besmettelijke larven. 5. (1) De koeien nemen de larven op via het eten van gras.

3

4

Herkauwer, augustus 2020 - 9


AL DECENNIALANG MET BUTOX PROTECT! Butox® Protect beschermt tot wel 10 weken en is daarmee de langstwerkende pour-on. Onder rundveehouders wordt Butox® Protect al decennialang met succes ingezet Butox® Protect is verkrijgbaar op recept van uw dierenarts. Vraag uw dierenarts vrijblijvend om een bedrijfsspecifieke aanpak tegen vliegen via

www.koevliegvrij.nl Butox Protect, bevat per ml 7,50 mg deltamethrin. Doeldieren: Rund en schaap. Indicatie: Behandeling en preventie van infestaties met: - bloedzuigende luizen (Linognathus vituli, Linognathus ovillus, Haematopinus eurysternus); - bijtende luizen (Bovicola bovis, Bovicola ovis); - schapenluisvlieg (Melophagus ovinus). Controle van steekvliegen (Stomoxys calcitrans, Haematobia spp.) en overlast veroorzakende vliegen (Musca spp., Hippobosca spp.) bij runderen. Contra-indicaties: Resistentie tegen pyrethroïden. Bijwerkingen: Deltamethrin is irriterend voor de ogen en slijmvliezen. In zeer zeldzame gevallen kan huidirritatie (roodheid/jeuk) gepaard gaand met rusteloosheid, hyperactiviteit, angst of overgevoeligheid en schudden met de kop en zwiepen met de staart waargenomen worden. Toediening en dosering: Enkelvoudige Pour on toediening op het midden van de rug van nek tot staart. Afhankelijk van de besmettingsgraad kan de behandeling tegen vliegen elke 6 tot 10 weken herhaald worden. Wachttermijnen: Rund (Orgaan)vlees: 18 dagen, Melk: 0 dagen; Schaap (Orgaan)vlees: 1 dag, Melk: 12 uur. Waarschuwingen: Frequent en herhaaldelijk gebruik van insecticiden van dezelfde klasse gedurende een langere periode vermijden, gezien het risico op de ontwikkeling van resistentie. Kan tijdens dracht en lactatie worden gebruikt. Het product zal het aantal vliegen aanwezig op het dier verminderen, maar naar verwachting niet alle vliegen op een bedrijf elimineren. Deltamethrin is erg giftig voor insecten in de mest, bijen, vissen en andere waterorganismen. Diergeneesmiddel. REG NL 104958 URA. Voor overige informatie, zie bijsluiter. 2020-02.

MSD Animal Health Postbus 50, 5830 AB Boxmeer www.my-msd-animal-health.nl

©2020 MSD Animal Health B.V. Alle rechten voorbehouden.


parasieten

Margreet Pasman, marktmanager rund en Marian Aalberts, onderzoeker R&D

die wormeieren uitscheiden. Deze eieren komen weer met de mest op het grasland, waar ze zich in enkele weken ontwikkelen tot wormlarve en zo runderen opnieuw besmetten. Besmetting vaststellen Hoe weet u nu of uw runderen problemen hebben door maagdarmwormen? En hoe kunt u goed anticiperen op het volgende weideseizoen? Want soms zijn de verschijnselen vaag en is er bijvoorbeeld alleen een lichte groeiachterstand. Mest-, bloed-, en tankmelkonderzoek bieden uitkomst. Mestonderzoek kan een actuele besmetting vaststellen. Tijdens of tot uiterlijk de eerste week na een eerste weideseizoen kan pepsinogeenonderzoek in bloed helpen een beslissing te nemen om jongvee wel of niet te behandelen of andere managementmaatregelen te nemen. Tot slot kan tankmelkonderzoek op antistoffen inzicht geven.

Goed voorbereid op volgende wormenseizoen Om goed voorbereid te zijn op het wormenseizoen kunt u ervoor kiezen om de belangrijkste worminfecties te monitoren via het abonnement Worminfecties Tankmelk. De tankmelk wordt dan jaarlijks in november onderzocht op antistoffen tegen maagdarmwormen, leverbot en longwormen, en in augustus op antistoffen tegen longwormen. De uitslag vertelt per wormsoort of er sprake is van een besmetting en in welke mate. Zo weet u tijdig of voor het jaar erop extra maatregelen nodig zijn.

SCAN DE QR-CODE OM MEER TE LEZEN OVER WORMINFECTIES TANKMELK

Mestonderzoek maagdarmwormeieren is precisiewerk Mestonderzoek op maagdarmwormen gebeurt met de Mc Mastertechniek. Deze verwijdert eerst de grove delen uit de mest. Daarna wordt een hooggeconcentreerde zoutoplossing toegevoegd, waarop de eieren gaan drijven (zoals zwemmers op de Dode Zee). Dat klinkt eenvoudig, maar voor een betrouwbare uitslag luistert de uitvoering heel nauw. De eerste stap die bijdraagt aan een goede testkwaliteit is de monstername (liefst rectaal). Monsters die niet vers zijn verzameld, maar bijvoorbeeld van de grond geraapt, kunnen zijn besmet met eieren van vrijlevende wormen. Dit maakt het testresultaat onbetrouwbaar. En omdat de monsters vers getest moeten worden, is het belangrijk om ze gekoeld te bewaren en ze zo snel mogelijk te versturen, zodat dat ze meteen na binnenkomst op het laboratorium worden onderzocht. Maagdarmwormeieren onderscheiden De analist weegt een kleine hoeveelheid mest af met een nauwkeurige laboratoriumweegschaal. Dit is nodig om het aantal gevonden eieren later precies om te kunnen rekenen naar eieren per gram feces (EPG). Vervolgens voegt hij de monsters toe aan de testvloeistof en voert de test uit. De ‘drijvende’ eieren worden met een microscoop beoordeeld door een parasitologisch analist, die getraind is om de maagdarmwormeieren te onderscheiden van andere soorten eieren en van andere structuren, zoals plantenpollen. De eieren van verschillende soorten maagdarmwormen zijn hierbij niet altijd van elkaar te onderscheiden en worden dan benoemd als

strongylus-type-eieren. Het aantal getelde maagdarmwormeieren wordt tot slot omgerekend naar EPG. Betrouwbare test Voor een betrouwbaar resultaat wordt de testkwaliteit geborgd via onder meer deelname aan ringtesten, waarbij testresultaten van verschillende laboratoria met elkaar worden vergeleken. Daarnaast zijn controle van de weegschaal en de dichtheid van de zoutoplossing van belang, evenals ervaring of scholing van medewerkers. Bij twijfel kan een meer ervaren analist een second opinion geven.

Herkauwer, augustus 2020 - 11


“Diergezondheid zit natuurlijk in alles, je management, voer, enzovoorts.� 12 - Herkauwer, augustus 2020


Jessica Fiks, redacteur

reportage

GEZONDE KOEIEN, HOGE PRODUCTIE EN WERKPLEZIER

“Controle blijft belangrijk” De boerderij van Gerrit Keizer ligt in de prachtige groene omgeving in het Gelderse Laren. Hij houdt er zo’n tachtig melkkoeien en veertig stuks jongvee. Gerrit is erg bezig met de diergezondheid op zijn bedrijf. “Ook al gaat veel automatisch, je moet het wel allemaal dagelijks controleren. Het gevaar schuilt hem erin dat je denkt: ‘Oh maar gisteren werkte het goed, dan zal het vandaag ook wel kloppen.’ Als er dan wel een probleem ontstaat, ben je te laat. Ik vind het belangrijk om een vinger aan de pols te houden en er dus kort op te zitten.” Als kind was Gerrit al vaak in de stal te vinden en hielp mee. Het was een gemengd bedrijf, met een deel melkvee en een deel varkens. “Op mijn twaalfde handelde ik in kippen, duiven, konijnen en geiten”, vertelt hij lachend. “Dieren zijn mijn passie, maar een toekomst als melkveehouder leek er voor mij niet in te zitten. Het bedrijf was te klein met 9,5 hectare land en 110.000 kilogram melk.” Hij ging aan de slag bij een afrasteringsbedrijf, waar hij twaalf jaar met veel plezier heeft gewerkt. Toch bleef zijn hard sneller kloppen wanneer hij nadacht over het boerenbestaan. Op het bedrijf van zijn ouders waren geen verdere groeimogelijkheden meer. Er werd besloten om te verhuizen en zeventien jaar geleden viel het oog op de huidige boerderij, waar toekomstmogelijkheden meer open lagen. Gerrit: “Op de nieuwe plek kon ik alsnog aan mijn droom beginnen. Mijn vader is helaas in die tijd overleden, maar mijn moeder verhuisde met ons mee. Ik begon met twintig melkkoeien.” Diergezondheid Wanneer hij in de stal loopt, tussen de dieren, is hij in zijn element. “Diergezondheid zit natuurlijk in alles: je managament, het voer, de voederwinning, bedrijfsvoering en noem maar op. Gezonde koeien, met zo min mogelijk gezondheidsproblemen en een hoge productie met goede gehalten; dat is wat je wilt.”

Herkauwer, augustus 2020 - 13


“Ik wil het ritme van de koeien zo min mogelijk verstoren.”

Uiergezondheid: hygiëne is belangrijk In het verleden heeft hij een keer een probleem gehad met klebsiella. “Uit het koemonster en het tankmelkonderzoek bleek dat klebsiella een rol speelde. Ik heb advies ingewonnen bij GD. De stal was net nieuw en ik kreeg het advies om ook strooiselonderzoek te doen. Daaruit kwam naar voren dat klebsiella daar ook in aanwezig was. De stal is ontsmet met een formalineoplossing en het boxstrooisel vernieuwd. We hebben de koeien met een klebsiella-infectie direct apart gezet, waarna deze na de wachttijd zijn afgevoerd. Door die maatregelen hebben we het probleem opgelost. Doordat ik deelneem aan Mastitis Tankmelk, zie ik snel wanneer er iets aan de hand is en kan ik ingrijpen. De klebsiella is later niet weer aangetoond.” De hygiëneprotocollen heeft hij ook aangescherpt, om problemen in de toekomst te voorkomen. Zo laat hij niemand de stal in zonder bedrijfskleding en strooit hij iedere twee weken nieuw strooisel in de diepstrooiselboxen. “In de zomer vlas-kalk, in de overige maanden topstrooisel. Dat laatste is niet in aanraking gekomen met de grond en het verbetert de mestkwaliteit. Ook maak ik gebruik van vierkante tepelvoeringen. Dat is goed voor de melksnelheid maar ook zeker voor de speenkwaliteit, er is een gelijkmatige druk en daardoor minder belasting van de speenpunten. Ik vind het ideaal om mee te werken.”

Klebsiella Klebsiella is een bodembacterie die veelvuldig voorkomt in met boomschors verontreinigd, vochtig zaagsel. Ook in mest en in grond komt de bacterie veel voor. Klebsiella veroorzaakt een acute, ernstige mastitis. Het kwartier wordt hard, de ‘melk’ varieert van melkachtig wit met vlokken tot waterig of weiachtig. Bij acute klebsiellamastitis kan sterfte optreden. Veel koeien ontwikkelen, al of niet na behandeling, een chronische infectie. De bacterie overleeft ook lang in droogstaande kwartieren. Ongeveer 3 tot 5 procent van alle monsters met een bacteriologisch ongunstige uitslag bevat Klebsiella, waarbij het percentage infecties lijkt te stijgen. Klebsiella kan ook subklinisch voorkomen, en in chronische vorm massa’s kiemen uitscheiden. Daardoor kan ook overdracht tijdens het melken optreden. De bacterie gedraagt zich dus zowel koegebonden als omgevingsgebonden. Kijk voor meer informatie op www.gddiergezondheid.nl/klebsiella

14 - Herkauwer, augustus 2020


reportage

Jessica Fiks, redacteur

De uitslagen van het tankmelkonderzoek bespreekt hij, indien nodig, met de dierenarts. “Meestal zit het celgetal rond de honderd. Nu met het warmere weer is deze wat hoger. Het is belangrijk om de uitslagen goed te volgen, zodat je kunt ingrijpen en bijsturen. De melkkoeien staan het jaar rond op stal, dus het is extra belangrijk om een goed stalklimaat te hebben.

“Ik geniet van het afwisselende werk” Check, check, dubbelcheck Ook controleert Gerrit iedere avond welke koe nog niet vaak genoeg in de robot is geweest en waarom dit het geval is. “Deze koeien laat ik alsnog melken en ik controleer of deze melkingen goed zijn gelukt. Eventuele problemen wil je zo snel mogelijk signaleren, want het kan ook een beginnende uierontsteking zijn.” De robot zelf checkt hij iedere morgen; of de installatie bijvoorbeeld wel correct reinigt (stoom- en borstelreining). “Ik wil het ritme van de koeien zo min mogelijk verstoren. Dit is essentieel met zo’n groot aantal melkgevende koeien op één robot.”

Ik heb geïnvesteerd in de ventilatiesystemen, zodat de koeien in een goed klimaat staan en daarmee ook de lust in eten behouden en actief zijn.” “Natuurlijk wil ik ook weten wat ze drinken en of de leidingen schoon zijn, dus heb ik ook het drinkwater laten onderzoeken. Het water is hier nogal hard en aan de hand van die uitslag heb ik een ionenwisselaar geïnstalleerd, om de kwaliteit nog verder te verhogen. De onderzoeken die GD aanbiedt worden uitgevoerd door mensen met een onafhankelijke blik, dat vind ik heel belangrijk. Dat er externe ogen meekijken.” Op weg naar de toekomst Zo’n twintig jaar geleden had hij niet durven dromen dat hij een melkveebedrijf zou hebben. “Ik ben trots op wat ik heb neergezet. Het is een mooie plek om te wonen, ik geniet van het afwisselende werk en draai mooie resultaten. Met een rollend jaargemiddelde van 10.482 kilogram melk met 4,62 procent vet en 3.70 procent eiwit. Omdat ik alles alleen doe, wil ik eigenlijk niet veel meer koeien of een groter bedrijf. Ik vind het juist fijn om het ene moment tussen de koeien te zijn, het moment erna de dieren te voeren of buiten op het land met de tractor bezig te zijn.” “Mijn partner heeft haar eigen werk en doet de administratie. Onze tweeling is nu twaalf en zij zijn wel geïnteresseerd in dieren. Eigenlijk net als ik op die leeftijd, maar dan weet je nog niet wat je later wilt. Of ze echt deze wereld in willen? De tijd zal het leren. Ook ik ben uiteindelijk met een omweg op deze plek gekomen. Het moet wel echt je passie zijn, anders kun je beter niet aan dit beroep beginnen.”

Herkauwer, augustus 2020 - 15


VOOROP IN DIERGEZONDHEID

Geef mastitis geen kans. Met Mastitis Tankmelk krijgt u in één oogopslag inzicht in de uiergezondheid van uw hele koppel melkvee. De tankmelk wordt automatisch onderzocht op de belangrijkste mastitisverwekkers en hun gevoeligheid voor antibiotica. Zo bent u uiergezondheidsproblemen voor en weet u precies welke injector werkt op uw bedrijf. Goed voor de koe, dus ook voor u.

Meer weten? www.gddiergezondheid.nl/uga

GD LOOPT VOOROP IN UIERGEZONDHEID VOOR GEZONDE UIERS EN MEER MELK


VeeOnline

VEEONLINE: DIERGEZONDHEID ONLINE MANAGEN U bent dagelijks bezig met diergezondheid en daar ondersteunen wij u graag bij. Op VeeOnline staan uw laboratorium-uitslagen, rapportages, kunt u in het openbaar register statussen van andere veehouders raadplegen, aan- en afvoerlijsten beheren en gratis een gezondheidsverklaring opvragen.

Onder ‘Status en rapportage’ ziet u aan welke diergezondheidsprogramma’s u deelneemt en wat de actuele diergezondheidsstatus is. Als u op een status klikt ziet u het verloop van deze status in de tijd.

1 3

2

2

1.

U ontvangt bericht dat er opdrachten klaar-

2.

De dierenarts tapt bloed, scant de barcode,

3.

De monsters worden onderzocht en de

staan en logt in op VeeOnline. U belt uw

schrijft het monster digitaal in op VeeOnline

uitslag wordt ingevoerd op VeeOnline.

dierenarts om bloed te laten tappen.

en stuurt het monster naar GD.

Zodra u inlogt ziet u de uitslag.

Openstaande onderzoeken Op uw homescherm staat een tabel met het aantal openstaande onderzoeken en acties. Onder ‘Geplande Openstaande onderzoeken’ staan onderzoeken waarvoor de dierenarts nodig is. Onder het kopje ‘Openstaande acties’ ziet u of er acties van u worden verwacht. Dit zijn acties waarvoor u de dierenarts niet nodig heeft, uw dierenarts kan deze acties ook niet zien op VeeOnline. Klik op het cijfer om de openstaande onderzoeken te bekijken. Onderzoeken of acties met het rode uitroepteken zijn urgent. Schrijf zelf eenvoudig uw BVD-oorbiopten in Met BVD-oorbiopten spoort u BVD-dragers zo snel mogelijk op. Een oorbiopt is al direct na de geboorte geschikt om te testen op BVD-virus. Neemt u deel aan het programma ‘BVDvrij route oorbiopten’? Dan onderzoeken wij elk kalf direct na geboorte op virusdragerschap. U ontvangt hiervoor per e-mail een attentie. Een oorbiopt kunt u zelf nemen, in één handeling met het oormerken, en eenvoudig zelf digitaal inschrijven op VeeOnline. Uw NAW-gegevens zijn al voor u ingevuld.

Raadpleeg voor meer informatie de flyers op www.gddiergezondheid.nl/hoewerktdigitaalinschrijven. Gratis VeeOnline-webinar Op 9 september van 13.00 tot 14.00 uur verzorgen Xander en Dennis van onze klantenservice een VeeOnline-webinar voor rundveehouders. Zij laten u dan zien waar uw statusoverzicht, labuitslagen, openstaande onderzoeken en acties staan. Ook nemen zij u stap voor stap mee bij het inschrijven van BVD-oorbiopten. Interesse? Meld u aan op royalgd.webinargeek.com/veeonline-webinar en wij houden u op de hoogte. Heeft u in de tussentijd vragen? Dan kunt u terecht bij onze klantenservice: 0900-1770. MEER OVER VEEONLINE VINDT U OP WWW.VEEONLINE.NL

Herkauwer, augustus 2020 - 17


Coronavirus aantonen door middel van PCR

Het zoeken naar een ziekteverwekker is soms vergelijkbaar met het zoeken naar een speld in een hooiberg. Er is een methode om die speld gemakkelijker te vinden: PCR. Met PCR kun je van die ene speld een hele berg spelden maken voor verder onderzoek.

PCR staat voor polymerase chain reaction (polymerase-kettingreactie). Het is een techniek die heel specifiek een stukje erfelijk materiaal (DNA of RNA) van bijvoorbeeld een ziekmakende bacterie of virus kan vermeerderen, zodat het met zeer gevoelige apparatuur kan worden gemeten. Met behulp van PCR tonen we alleen genetisch materiaal aan van de bacterie die, of het virus dat we verdenken als mogelijke ziekteverwekker. In tegenstelling tot veel andere onderzoeken bepaal je bij PCR dus al voordat het onderzoek start waar je naar op zoek gaat. PCR kan worden toegepast op DNA of RNA dat is verkregen uit veel verschillende monstermaterialen. Na het uitpakken en desinfecteren heeft elk materiaal een andere voorbewerking nodig, die afhankelijk van het vervolgonderzoek kan variĂŤren van snel en eenvoudig, tot behoorlijk arbeidsintensief. Een PCR bestaat uit een reeks van chemische en enzymatische stappen die nodig zijn voor de vermeerdering van DNA of RNA.

18 - Herkauwer, augustus 2020


onderzoek

Remco Dijkman, onderzoeker R&D

Voordat een PCR kan starten worden DNA of cDNA (afkomstig van enzymatische omzetting van RNA), DNA-polymerase (het eiwit dat de eigenlijke PCR, dus de vermeerdering uitvoert) en andere componenten uit de PCR samengevoegd in een reageerbuisje. Daarna volgen er drie stappen.

Stap 1: denaturatie. Een DNA-molecuul bestaat uit twee naast elkaar gelegen strengen die sterk aan elkaar gebonden zijn (boven). Tijdens de denaturatie worden de DNAstrengen van elkaar gescheiden door de PCR-reactiemix te verwarmen tot 95 graden Celsius (onder).

primers

Stap 2: DNA markeren. Op een temperatuur van 60 graden Celsius binden twee primers (kleine stukjes DNA) zich aan het DNA van de ziekmakende bacterie of het virus waarvoor de PCR is ingezet. Op deze manier markeren ze als het ware het DNA van de bacterie of het virus. De primers binden niet aan ander DNA, bijvoorbeeld dat van het dier zelf. DNA-polymerase

Stap 3: de vermeerdering zelf. Tijdens deze stap wordt er door het DNA-polymerase een kopie gemaakt van het gemarkeerde deel van het DNA. Na deze stap is cyclus 1 afgerond. De twee gemarkeerde DNA-stukjes zijn dan één keer gekopieerd; er zijn nu twee kopieën.

Miljoenen kopieën Dit hele proces herhaalt zich vervolgens vele malen, waarbij het aantal kopieën steeds verdubbelt. Na cyclus 2 zijn er dus vier kopieën, na cyclus 3 acht, enzovoort. Nadat de cyclus veertig tot vijftig keer is herhaald zijn er uiteindelijk miljoenen kopieën van het kleine stukje (c)DNA van het gemarkeerde deel gemaakt. De speld uit de hooiberg is nu een berg spelden geworden. Deze miljoenen kopieën kunnen zichtbaar worden gemaakt (fluorescent bijvoorbeeld) en vervolgens gemeten met zeer gevoelige PCR-apparatuur. Het (c)DNA van de ziekmakende bacterie of het virus is nu aangetoond en het ingezonden monster krijgt de uitslag positief voor de betreffende bacterie of het betreffende virus. Covid-19 Een PCR-test is niet alleen nuttig voor veterinair onderzoek. Ook humane ziekteverwekkers kunnen hiermee worden aangetoond. De afgelopen maanden is het de manier waarop patiënten die mogelijk besmet waren met Covid-19 werden getest. Het proces werkt hierbij hetzelfde, alleen worden de monsters niet ingestuurd door dierenartsen, maar door de GGD en andere laboratoria. Er worden neus- en/of keelswabs afgenomen van de patiënt en eenmaal aangekomen bij GD onderzoeken we de monsters met behulp van de PCR-test. We beschikken over een groot laboratorium met een ervaren PCR-afdeling, waar jaarlijks tienduizenden monsters worden getest. Per dag is er ruimte voor ongeveer 2.000 coronatests. De laboratoriummedewerkers hebben veel ervaring met PCR-onderzoek naar virusinfecties en andere ziekteverwekkers.

Herkauwer, augustus 2020 - 19


o ig em z D we n aa

De hoogste kwaliteit medische scanapparatuur

12 inch screen Touch screen

60 GB geheugen Probe 1-14 MHz

Vraag een vrijblijvende demo aan!

Nu ook lease!

Doppler: Colour, Power, Pulse Wave

info@draminski-retail.eu • T 0646 038 514

WWW.DRAMINSKI-RETAIL.EU


Sanne Carp-van Dijken, rundveedierenarts

monitoring

Koeien met acute leverschade door blauwalgvergiftiging Recent werd de Veekijker geraadpleegd over een bedrijf met een derde zieke koe aan het begin van de lactatie. De dieren hadden hoge koorts, gele verkleuring van de slijmvliezen en ogen en een rode neus en spenen. Ze waren niet bleek en de urine had geen afwijkende kleur. De eerste koe was reeds gestorven en afgevoerd. Het bedrijf paste weidegang toe. Het advies was om bloedonderzoek op bloedparasieten en leverenzymen te doen. De volgende dag bleek dat leverenzymen sterk waren verhoogd. Een vergiftiging leek dus het meest waarschijnlijk, waarbij werd gedacht aan opname van blauwalg, jacobskruiskruid of schimmeltoxines als sporidesmin.

Opname van jacobskruiskruid leek onwaarschijnlijk omdat de veehouder zeer alert is en deze plant verwijdert op zijn percelen. De Pithomyces chartarum-schimmel komt meestal voor in het najaar bij vochtig weer. Onderzoek op Anaplasma phagocytophilum was negatief. Hierdoor bleef blauwalg als mogelijke oorzaak over. Blauwalg komt vooral voor in oppervlaktewater en de koeien op dit bedrijf kregen in de weide bronwater verstrekt in plastic bakken. De dierenarts zag een licht groene waas. Van alle drie de waterbakken is een watermonster genomen en ingestuurd naar GD. In twee van de drie waterbakken werden cyanobacteriën aangetoond. In één van de waterbakken bleek het te gaan om een blauwalg die microcystine kan produceren. Dit toxine is levertoxisch. De twee zieke dieren stierven een dag later en beiden zijn ingestuurd voor pathologisch onderzoek. Uit sectie kwam massaal leververval en leverontsteking naar voren. Dit beeld past bij een acute leverontsteking als gevolg van een toxische stof zoals microcystine, afkomstig van blauwalg. Blauwalg is in dit geval al erg vroeg in het jaar aangetoond. Dit komt door hoge temperaturen en hoge lichtintensiteit. Daarnaast hebben blauwalgen stilstaand water en voldoende voedingsstoffen nodig om te kunnen groeien. Het is bijzonder dat de blauwalgen in de waterbakken gevuld met bronwater werden aangetoond. Kennelijk was er voldoende organisch materiaal in de bakken aanwezig die het benodigde nitraat en fosfaat zou kunnen leveren. Wees alert op het voorkomen van blauwalg. Ook in waterbakken in de wei waar het water wordt blootgesteld aan zonlicht. Reinig alle waterbakken regelmatig. Bij twijfel kunt u een watermonster laten onderzoeken op de aanwezigheid van blauwalgen. Let bij bemonstering op dat blauwalg zich aan het wateroppervlak, in de waterkolom of aan de onderwateroppervlakken van de waterbak kan bevinden. Blauwalg kan ook groeien in ander oppervlaktewater, zoals sloten en vijvers.

Herkauwer, augustus 2020 - 21


RESULTATEN ONDERZOEK

Gunstige ontwikkeling in kalversterfte Voorbeelden van dergelijke initiatieven zijn KalfOK, het Kalversterftekengetal en het KalfVolgSysteem. Met de Dataanalyse van de diergezondheidsmonitoring kan het effect van deze initiatieven naast alle andere sectorale veranderingen op de kalversterfte worden bepaald. De kalversterftekengetallen over de periode van juli 2014 tot en met juni 2019 zijn geanalyseerd om meer inzicht te krijgen in factoren die van invloed zijn op kalversterfte. Alle kalversterftekengetallen, op zowel melkvee- als vleeskalverbedrijven, laten vanaf 2018 tot en met het tweede kwartaal van 2019 een daling zien. Kalvergezondheid op bedrijven nog verder verbeteren Deelname aan Kalversterftekengetal en KalfOK geeft veehouders en dierenartsen inzicht in de cijfers en kan aanleiding zijn om de jongveeopfok te optimaliseren. Acties om de kalveropfok te verbeteren waaronder vaccinatie, waar nodig in combinatie met een goede biestvoorziening, en preventieve behandeling is effectief bij het verlagen van de kalversterfte. Bedrijven met problemen in de opstartfase van de lactatie zouden het management van de droge koeien kunnen verbeteren en daarmee mogelijk ook de kalversterfte kunnen verlagen. Ook omgevingsfactoren zoals de buitentemperatuur waren sterk geassocieerd met kalversterfte.

ren op voeding, kalverdekjes te gebruiken bij koud weer of de stallen extra te ventileren en te koelen bij hitte. Daarnaast kan extra waakzaamheid bij het afkalfproces van eerstekalfs koeien bijdragen aan een lagere kalversterfte. Op bedrijven met veel verschil in sterfte tussen stier- en vaarskalveren lijken er mogelijkheden om de sterfte terug te dringen aangezien het bij ĂŠĂŠn van de diergroepen beter gaat dan bij de andere. De cijfers uitgelicht In het meest recente jaar (2018/19) zijn er ten opzichte van 2016/17 meer bedrijven zonder sterfte, meer bedrijven met lage sterftepercentages en minder bedrijven met een hoge sterfte. In onderstaand figuur is als voorbeeld het verloop in sterfte in de tijd weergegeven voor kalveren in de leeftijd van 15 tot 56 dagen en in de leeftijd van 56 dagen tot 1 jaar op melkveebedrijven. sterfte van 15 tot 56 dagen sterfte van 56 dagen tot 1 jaar trend

7% 6% 5% percentage

In de periode van 2009 tot 2017 was er een stijging zichtbaar in kalversterfte op melkveebedrijven. Als reactie hierop heeft de sector de afgelopen jaren ingezet op het geven van inzicht in de kwaliteit van de kalveropfok aan veehouders, het bieden van meer handvatten om de kwaliteit van kalveropfok te verbeteren en het stimuleren van meer zorg voor kalveren. In dit artikel delen we de resultaten van de ontwikkeling in kalversterfte.

4% 3% 2% 1% 0%

1

2 3 2015

4

1

2 3 2016

4

1

2 3 2017

4

1

2 3 2018

4

1

2 3 2019

Figuur 1. De kalversterfte voor twee leeftijdsgroepen (15 tot 56 dagen en

U kunt maatregelen treffen om de effecten van extreem hoge of lage temperaturen voor de kalveren te verminderen door te stu-

22 - Herkauwer, augustus 2020

56 dagen tot 1 jaar) op melkveebedrijven in 2014-2019


monitoring

Inge Berends, onderzoeker R&D

Figuur 2. Effect van

toename

verschillende factoren

afname

op de kalversterftekengetallen op

kenmerk is niet meegenomen in de analyse van het betreffende sterftekengetal.

Melkveebedrijf

Vleeskalverbedrijf

melkvee- en vleeskalverbedrijven. Een groene dalende

niet significant

pijl geeft een verlaZonder oormerk

Met oormerk < 14 dagen

15 tot 56 dagen

56 dagen tot 1 jaar

Aanvoer tot 56 dagen

56 dagen tot afvoer

gend effect aan en een rode stijgende pijl een verhogend

Kalversterftekengetal

effect.

Kalf Volg Systeem

AB-gebruik luchtweg

AB-gebruik diarree

Cryptospirose

Coccidiose

Temperatuur (koud)

Temperatuur (warm)

Dieren met Ketose

Sterfte tijdens opstart van de lactatie

Dierkenmerken en kalversterfte Dierkenmerken die zijn onderzocht op hun samenhang met kalversterfte op melkveebedrijven waren de pariteit van de moeder, het geslacht van het kalf en of het kalf deel uitmaakte van een meerling. Zo hadden kalveren geboren uit eerstekalfs koeien bijna twee keer zoveel kans om te sterven voor het moment van oormerken dan kalveren geboren uit meerderekalfs koeien. Sterfte voor het moment van oormerken bestaat uit de som van verworpen vruchten, doodgeboren kalveren en levend geboren kalveren die gestorven zijn voor het moment van oormerken. Het sterftepercentage van niet-geoormerkte kalveren wordt berekend door het aantal kalveren dat gestorven is voor het moment van oormerken te delen door het totaal aantal geboren kalveren (levend en dood). Het verschil in sterftekans tussen kalveren geboren uit eerstekalfs of meerderekalfs koeien was het grootst in de winterperi-

ode. Gemiddeld stierven iets meer geoormerkte stier- (3,5 procent) dan vaarskalveren (3,2 procent) tot en met 14 dagen leeftijd op melkveebedrijven. Het verschil in sterfte tussen stieren vaarskalveren is beperkt en het komt zowel voor dat meer stier- dan vaarskalveren sterven (40 procent van de bedrijven) als omgekeerd (34 procent van de bedrijven). Op 26 procent van de bedrijven verschilt de sterfte tussen beide geslachten niet. Kalveren die deel uit maken van een meerling hadden in de onderzochte periode 2,5 keer meer kans om te sterven vóór het moment van oormerken dan eenlingkalveren (respectievelijk 19,0 procent en 7,7 procent). In de onderzochte periode was zo’n drie tot vier procent van de afkalvingen een meerlinggeboorte. Implementatie KalfOK, KalversterfteKengetal en KalfVolgSysteem In de periode na implementatie van KalfOK en het KalversterfteKengetal daalden alle kalversterftekengetallen op zowel melkvee- als vleeskalverbedrijven (Figuur 2).

Herkauwer, augustus 2020 - 23


monitoring

Hetzelfde geldt voor de periode waarin het KalfVolgSysteem (KVS) werd geĂŻmplementeerd. In hoeverre de daling kan worden toegeschreven aan de implementatie van deze systemen is niet aan te tonen op basis van deze analyses, omdat de invoering gepaard ging met andere veranderingen in de sector, zoals de invoer van de fosfaatwetgeving. Het feit dat de periode waarin de daling is waargenomen bij alle geanalyseerde sterftekengetallen gelijkloopt met de implementatie van deze systemen, geeft het wel een indicatie dat dit heeft bijgedragen aan een lagere kalversterfte. Managementkenmerken en kalversterfte Op basis van gegevens vanuit MediRund waren de leveranties van zowel antibiotica als andere medicijnen op melkveebedrijven in beeld. Het gebruik van antibiotica tegen diarree of luchtwegproblemen en de (preventieve) toepassing van medicijnen tegen Cryptosporidiose waren geassocieerd met een hogere kalversterfte. Ook problemen in de opstartfase van koeien waren geassocieerd met een hogere kalversterfte. Behandeling tegen coccidiose was juist geassocieerd met een lagere kalversterfte, mogelijk omdat deze vaak deel uitmaakt van een totaalpakket aan managementmaatregelen om de kwaliteit van kalveropfok te verbeteren in tegenstelling tot behandeling met antibiotica en cryptosporidiose-middelen. Een andere bevinding was dat extreem hoge of lage gemiddelde etmaaltemperaturen waren geassocieerd met een hogere kalversterfte op melkveebedrijven. Deze associatie werd niet gevonden voor vleeskalverbedrijven, mogelijk doordat op vleeskalverbedrijven het stalklimaat beter te reguleren is (Figuur 2). Om de associatie tussen sterfte en managementmaatregelen te onderzoeken, werd de sterfte in de periode na een

24 - Herkauwer, augustus 2020

Inge Berends, onderzoeker R&D

managementaanpassing vergeleken met de sterfte in de periode ervoor. Het toepassen van vaccinaties is in de analyses gebruikt als maat voor een pakket aan maatregelen om de kalveropfok te verbeteren. Zo past een deel van de veehouders vaccinatie tegen diarree toe bij moederdieren. Bij een goede biestopname worden de kalveren vervolgens beschermd tegen deze kiemen. Daarnaast worden jonge kalveren gevaccineerd tegen luchtwegaandoeningen. Wanneer in de groep van vaccinerende bedrijven de sterfte in de periode waarin de kalveren waren beschermd door vaccinatie werd vergeleken met de sterfte in het jaar voorafgaand aan vaccinatie, bleek dat de sterfte daalde. Deze lagere sterfte zal niet alleen het gevolg zijn van vaccinatie maar van het totale pakket aan maatregelen. Het afgelopen anderhalf jaar daalde de kalversterfte, wat mogelijk ook een gevolg is van alle aandacht die er was voor het verbeteren van de zorg voor kalveren.

Al sinds 2002 houdt Royal GD zich intensief bezig met de uitvoering van de diergezondheidsmonitoring in Nederland. Hiervoor werken wij nauw samen met onder andere de diersectoren, de zuivel, het ministerie van LNV, dierenartsen en veehouders. Deze rubriek verhaalt over bijzondere gevallen, speciaal onderzoek en opvallende resultaten die het werk van de monitoring oplevert. Samen werken we aan diergezondheid in het belang van dier, dierhouder en samenleving.


Saskia van der Drift, onderzoeker R&D en Sanne Carp-van Dijken, rundveedierenarts

vitamines

BELANGRIJK OM VOLDOENDE VOORZIENING TE HEBBEN

Vitamine E: belangrijk voor een goede weerstand Vitamine E is belangrijk voor de gezondheid van melkkoeien. Het helpt om het lichaam te beschermen tegen zogenaamde ‘oxidatieve stress’. Dit kan ontstaan wanneer schadelijke stoffen (vrije radicalen), die vrijkomen bij stofwisselingsprocessen of infecties, onvoldoende worden geneutraliseerd en opgeruimd. Maar hoe weet u of de koeien voldoende vitamine E opnemen? Vitamine E bevindt zich in de celmembraan, de buitenste laag van de lichaamscellen, en draagt bij aan het onschadelijk maken van de schadelijke stoffen. Vitamine E is onder meer essentieel voor het goed functioneren van witte bloedcellen, die het lichaam verdedigen tegen infecties met ziekteverwekkers. Een vitamine E-tekort wordt daarom vaak in verband gebracht met een verminderde weerstand bij koeien. Concentratie daalt rond afkalven Opvallend is dat de concentratie van Vitamine E in het bloed bij melkkoeien daalt in de periode rondom het afkalven. Dit komt niet alleen door een daling van de voeropname in deze periode, maar ook door veranderingen in de stofwisseling en door de productie van biest. Biest is namelijk erg rijk aan vitamine E, wat essentieel is voor een goede voorziening bij het pasgeboren kalf. De daling van het vitamine E-gehalte in het bloed valt precies in de periode waarin de koe het meest gevoelig is voor het ontwikkelen van gezondheidsproblemen. Het is daarom van belang om de vitamine E- voorziening in de periode rondom het afkalven zoveel mogelijk op peil te houden. Een voorwaarde hiervoor is dat het droogstandsrantsoen voldoende vitamine E bevat. Om te controleren of uw droge koeien voldoende vitamine E verstrekt krijgen, kan bloedonderzoek worden uitgevoerd. U kunt dit onderzoek het beste uitvoeren halverwege de droogstand rond drie tot vier weken voor afkalven, voordat het vitamine E-gehalte van het bloed gaat dalen.

Voor een goede vitamine E-voorziening rondom het afkalven blijft het daarnaast onverminderd belangrijk om te zorgen dat de droge stofopname op peil blijft: een betere voeropname betekent ook een hogere opname van vitamine E in deze kritische periode! SCAN DE CODE VOOR MEER OVER VITAMINEN EN MINERALEN OF VOEDING OF GA NAAR: WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/FIT

Herkauwer, augustus 2020 - 25


BOX PELLETS

De volgende stroproducten zijn zeer aantrekkelijk in prijskwaliteitverhouding ten opzichte van andere strooisels. De producten nemen ook veel meer vocht op en hebben een zeer positieve uitwerking op de mest. Boxpellets

BOX

PELLETS

Boxpellets (stropellets)

vanaf € 165 per ton

De volgende stroproducten zijn zeer aantrekkelijk in prijskwaliteitverhouding ten opzichte van andere strooisels. De producten nemen ook veel meer vocht op en hebben een zeer positieve uitwerking op de mest.

• Diepstrooiselboxen is zeer aantrekkelijk in • Paardenboxenten prijs-kwaliteitverhouding • Vrijloopstallen opzichte van andere strooisels. • Potstallen Boxpellets neemt zeer veel vocht op, en heeft een zeer positieve uitwerking op de mest. Boxcrush Bij gebruik: schone koeien, vanaf € 188 per ton laag celgetal en mastitis • Pluimvee verwaarloosbaar. • Rubbermatbedden • Diepstrooiselboxen

• Paardenboxen Prijs los gestort €152,00/ton, in big bag’s €154,00/ton.

Boxpellets

vanaf € 165 per ton • Diepstrooiselboxen • Paardenboxen • Vrijloopstallen • Potstallen

Boxcrush

Guido Sinnige • tel. 06 - 215 84 212 • www.boxpellets.nl

ADVERTEREN IN DIT MAGAZINE? Neem contact op met: Marcel Koot T+31 (0)314 - 355 852 E marcel.koot@dock35media.nl I www.dock35media.nl

AGRI SERVICE JEUKEN B.V. A

+ B

C

M

Y

CM

MY

CY CMY

K

RISORSA®AGRI EASY SERVICE JEUKEN B.V. Nieuwee! formul

Dip spray producten en te

gebruiken bij melkrobotsystemen Anzeige Agri Risorsa A5-ha-4c 24.09.2008 10:07 Uhr Seite 1

A

C

M

Y

CM

MY

CY CMY

K

C

M

Y

CM

MY

CY CMY

K

+ B

voor celgetal

Anzeige Agri Risorsa A5-ha-4c 24.09.2008 10:07 Uhr Seite 1

+ B

A

De oplossing problemen

+ B

Schubert straat 33, 6566 DL Millingen a/d Rijn (nl) RISORSA STRONG Tel: +31 481 433661 Vormt een + B bescherming A lichte Nieuwe e! formul Fax: +31 481 432075 ® ® Mob: +31 (0)6 53195804 RISORSA BARRIER RISORSA BARRIER Vormt een extreme bescherming www.agriservicejeuken.nl Nieuwe ule! ®

form

VOOROP IN DIERGEZONDHEID

Bronwateronderzoek KKM/Foqus Als u bronwater gebruikt om de melktank of melkinstallatie te reinigen of om de melk voor te koelen, dan hoort dit water volgens het kwaliteitsprogramma van de zuivel te voldoen aan strikte normen. GD kan regelen dat het water­ monster ieder jaar wordt genomen en onderzocht. Op de uitslag ziet u of het water voldoet aan de gestelde normen. Monstername door CRV Aanmelden? www.gddiergezondheid.nl/kkm

Automatische aansturing Advies op maat


klauwen

Menno Holzhauer, rundveedierenarts

KLAUWPROBLEMEN DIRECT AANPAKKEN

Kreupele koeien? Behandel direct Direct ingrijpen op het moment van klauwproblemen is belangrijk. Vanuit dierwelzijn, maar ook om verdere schade aan de klauw te voorkomen en daarmee economische schade door minder melkproductie. Een gestructureerde aanpak middels het 7-puntenplan klauwgezondheid kan u helpen problemen snel inzichtelijk te krijgen en te verhelpen.

7

Besteed aandacht aan klauwgezondheid bij de stierkeuze en voer koeien met steeds terugkerende (>drie keer) klauwaandoeningen af.

6

5

1

In het plan is aandacht voor zeven onderdelen, van de ligbox en controle tot ontsmetten en lichaamsconditie. In dit artikel behandelen we het belang van snel handelen bij kreupelheid. Voor een goede klauwgezondheid is het belangrijk dat koeien minimaal twee keer per jaar door een professionele klauwverzorger worden beoordeeld en zo nodig bekapt.

Zorg voor een schone, droge stalvloer en comfortabele ligboxen.

Manage de lichaamsconditie (schaal van 1-5) van de koeien en zorg voor een maximale afname van 0,5-1 punt na het afkalven.

Voer een uitgebalanceerd rantsoen voor een optimale klauw- en huidweerstand (vitaminen, spoorelementen en mineralen).

2

3

Controleer de klauwen van alle koeien voor het droogzetten, herhaal dit 2-3 maanden na afkalven (registreer dit).

Behandel kreupele koeien direct (registreer dit).

4

Maak selectief gebruik van desinfectie afhankelijk van de ernst van de infectieuze klauwgezondheidsstatus.

Herkauwer, augustus 2020 - 27


Dit geeft in de tussenliggende periode minder klauwaandoeningen en ook minder ernstige klauwaandoeningen dan wanneer je alleen reageert op kreupele koeien en deze bekapt. Relatief nieuwe inzichten zijn dat strategische klauwverzorging op den duur een betere klauwgezondheid van het koppel geeft dan twee keer per jaar de gehele koppel te klauwverzorgen. Dat bleek uit recent onderzoek in Zweden. Registreren belangrijk Om inzicht te krijgen in de klauwproblemen en of het verloop min of meer ‘normaal’ is, is goede registratie belangrijk. Dit kan bijvoorbeeld via Digiklauw. Deze informatie is mede bepalend voor het klauwmanagement en de evaluatie van het effect van managementmaatregelen, zoals het toepassen van rubber in de wachtruimte of de melkstal of beide of de ontsmetting van klauwen. Ook wordt informatie verzameld over nakomelingen van bepaalde stiergroepen, die CRV gebruikt voor het maken van een juiste stierkeuze en ter preventie van klauwproblemen bij de volgende generatie melkkoeien. Direct ingrijpen Heeft u een koe met tussenklauwontsteking, Mortellaro of zoolzweer? Dan is het belangrijk om direct te behandelen om zo de pijn bij het dier te verlichten en verdere schade aan de betreffende onderpoot te beperken. Zo verlaagt u de infectiedruk op het bedrijf en voorkomt u economische schade door een lagere productie. Het is noodzakelijk om het betreffende dier direct te kunnen separeren en nog diezelfde dag de juiste behandeling te geven in een goed werkende klauwbekapbox met schoon en ont-

28 - Herkauwer, augustus 2020

smet instrumentarium. Het dier moet zo snel mogelijk pijnvrij zijn om normale voeropname met alle noodzakelijke ingrediënten te garanderen. Klauwverzorgen Bij het verzorgen van de klauw wordt los en overtollig hoorn verwijderd en worden aandoeningen behandeld. Als er geen open wondjes zijn en ook geen Digitale dermatitis (DD, voorheen ziekte van Mortellaro) wordt aangetroffen, is het belangrijk om zeven tot tien dagen na het verzorgen bijvoorbeeld een voetbad of een rugspuit met desinfectans te gebruiken. Vlak na het verzorgen komen de ontsmettingsmiddelen namelijk beter in de tussenklauwspleet en het balhoorngebied. Hiermee wordt ook de kans op het aanslaan van een nieuwe infectie verkleind. De beste momenten van klauwverzorging zijn het begin van de droogstand en tachtig tot honderd dagen na het afkalven. Geregistreerde producten In Nederland zijn vier producten geregistreerd voor de behandeling van Mortellaro. Volg bij behandeling de aanwijzing van de fabrikant. Indien de laesies tien tot veertien dagen na de individuele behandeling voldoende zijn genezen kan worden begonnen met voetbaden om de infectiedruk verder te verlagen. DE HELE GESTRUCTUREERDE AANPAK EN HET 7-PUNTENPLAN VINDT U DOOR DE CODE TE SCANNEN


relatiebeheerders

ADVIES OVER VENTILATIE

Hittestress De GD-relatiebeheerders geven advies over uw bedrijfssituatie en de ondersteuning die wij u kunnen bieden. Bijvoorbeeld als u een vraag heeft over een onverwachte verandering van de gezondheidsstatus van uw koeien. Of als u meer informatie wilt over diergezondheid (zoals BVD, parasieten, klauwen uiergezondheid of drinkwater) en wilt weten welke GD-programma’s op uw bedrijf van meerwaarde kunnen zijn. Ook met seizoensgebonden vragen kunt u bij de relatiebeheerders terecht. Zo ontving Toine van Erp al diverse vragen die zijn gerelateerd aan de warmte. “Afgelopen maanden hebben veel melkveehouders nagedacht over mogelijke aanpassingen in de stal, om zo tijdens warme perioden het klimaat voor de melkkoeien verbeteren. Daarover krijg ik veel vragen die vaak telefonisch, maar in sommige gevallen met een bedrijfsbezoek tot een passend advies leiden. Een veehouder uit mijn regio belde al in

maart van dit jaar met een vraag over een systeem van mechanische ventilatie in combinatie met verneveling in zijn koeienstal. Tijdens het bedrijfsbezoek gaf ik aan dat de stal weliswaar geschikt is voor deze ventilatie-aanpassing, maar heb ik de veehouder toch geadviseerd om een keuze te maken voor een systeem van dwarsventilatie in zijn stal. Nadat hij een offerte van de ventilatie-aanpassing thuisgestuurd kreeg, heeft hij met name om financiële reden gekozen voor de dwarsventilatie zonder de extra toevoeging van verneveling. Door ons op tijd in te schakelen, hebben de koeien deze zomer een beter stalklimaat. Het is fijn dat ons advies veehouders verder helpt en de diergezondheid verbetert.”

MEER INFORMATIE OVER DE RELATIEBEHEERDERS VINDT U OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/RELATIEBEHEER

Jan Marion

Staand:

Andreas

Walter

Midden:

Sietske

Joyce

Vooraan: Lammert

Laura

Mike

Sabine

Hans

Anton

Theo

Toine

Chantal

Renske

Herkauwer, augustus 2020 - 29


ADVERTORIAL

Rust bij de dieren door full spectrum zonlicht verlichting met ionisatie... ... dat merken veehouders op met de producten van Freshlight!

LUCHTZUIVERENDE LED-VERLICHTING Schone lucht Minder antibioticum Vermindering van pathogenen

De Heavy Duty Tube (HDT) van Freshlight B.V. uit Deventer is recentelijk erkend op de RAV Lijst. E 7.15 BWL nummer 2020.03. Het is de enige lamp die naast licht ook fijnstof reduceert door middel van ionisatie en mag stand alone worden toegepast. Het product maakt al langer deel uit van de range van ioniserende verlichting van Freshlight B.V. Het zuiveren van ammoniak, stof, stank en pathogenen is een techniek waarin Freshlight zich onderscheidt en uniek in is. Het resultaat is een beter luchtklimaat voor het vee, maar ook voor de boer. De lamp leert 180 tot 204 lumen per Watt en is dus zeer energie zuinig. De verlichting komt in de juiste omstandigheden in aanmerking voor fiscale regelingen zoals de EIA en de MIA/Vamil. De HDT is de meest recente ontwikkeling. De lamp heeft een IP65 inflammable polycarbonate behuizing. De ionisatoren zijn geplaats in de achterzijde van de behuizing. Hierdoor is het product erg duurzaam en gaat lang mee. Alle lampen voldoen aan de LM79 certificering uitgevoerd door SGS. De tubes worden gemaakt met een uitwisselbare driver. Dit om de circulaire economie maximaal toe te passen.

Minder uitval Gezonde dieren

De ionisatie en het licht kan apart van elkaar aan-en uitgeschakeld worden. Wanneer in de avond de verlichting uitgaat, blijft de ionisatie zijn werk doen. Inmiddels hangen er duizenden lampen in Nederlandse stallen. Door navraag te doen bij een aantal melkveehouders en kalverhouders leert men dat de ervaringen positief zijn.

+31(0)55 - 302 00 21

www.freshlightgroup.com

De melkkoeien en kalveren zijn rustiger. Het jongvee laat ook tochtigheid eerder en beter zien. Bij de kalveren zijn luchtwegproblemen verminderd. Het fullspectrum zonlicht van de lamp zorgt voor de vorming van vitamine D. Vitamine D zorgt ervoor dat dieren sterkere botten hebben, zich vitaler voelen, minder vatbaar voor ziekten zijn en een betere spierfunctie ontwikkelen.


het getal

40

graden … DAT IS DE TEMPERATUUR TOT WAARBOVEN MELK WORDT VERWARMD VOOR BETERE HOUDBAARHEID EN BEHOUD VAN SMAAK

Om de houdbaarheid te verbeteren en de smaak van melk niet te verliezen wordt thermiseren van melk gebruikt in de productie van rauwmelkse producten. Bij thermiseren wordt de melk tot een tempartuur van 40 graden Celsius gebracht. Bij pasteuriseren wordt de melk voor een korte duur verhit tot 72 graden Celsius. Door te verhitten tot 72 graden worden schadelijke bacteriën vernietigd zonder dat het product zelf te veel verandert.

Voor gethermiseerde producten geldt dus niet dat deze producten vrij zijn van schadelijke bacteriën. Een van deze schadelijke bacteriën is bijvoorbeeld Salmonella. Salmonella is een bacterie die prima gedijt bij een temperatuur tot 40 graden Celsius. Het is daarom belangrijk dat melkveebedrijven die rauwmelkse producten produceren of melk aanleveren voor de productie van rauwmelkse producten monitoren op ziekteverwekkers die schadelijk zijn voor de volksgezondheid. Dit kan door deel te nemen aan het Salmonella onverdacht-programma. KIJK VOOR MEER INFORMATIE OVER SALMONELLA OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/SALMONELLA

vraag & antwoord

MIJN KOEIEN ZIJN TE DUN OP DE MEST MET WARME DAGEN, WAT KAN IK DOEN?

ANTWOORD: RYAN VAN EGMOND, RUNDVEEDIERENARTS

Het rantsoen is niet veranderd en toch zijn er zodra het warm wordt meer koeien dun op de mest. Als de koeien geen koorts hebben en niet ziek zijn is het meestal een probleem dat is gerelateerd aan de voeding. Door de warmte kan het gedrag (zoals ligen vreetgedrag) en de drogestofopname veranderen. Zeker als meerdere dieren zonder koorts in een koppel problemen hebben met dunne en onverteerde delen in de mest kan een probleem met de vertering in de pens een rol spelen. Dit kan komen door veranderd vreet- en liggedrag, een onbalans van energie en eiwit in de pens of door subacute pensacidose (SARA). Het advies wat bij verdenking van SARA vaak wordt gegeven is om extra

structuur te gaan voeren. Zeker in een warme periode waarbij hittestress kan optreden is dit niet altijd het beste advies. Structuur is namelijk moeilijk te verteren door de koe en zorgt meestal voor een verlaging van de melkproductie en extra warmteproductie, die vrijkomt in de pens bij de vertering van de extra ruwe celstof. Deze extra warmteproductie zet het metabolisme van de koe nog verder onder druk. Voordat u actie onderneemt is het van belang om samen met uw adviseur eerst meer duidelijkheid te hebben over de oorzaak van het optreden van het probleem. HET DRAAIBOEK HITTESTRESS STAAT OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/ HITTESTRESS-RUNDVEE

Herkauwer, augustus 2020 - 31


diergezondheid volgens Sietske Haarman Sietske Haarman werkt sinds 2008 bij GD, eerst als marktmanager en sinds 2010 als relatiebeheerder in de Achterhoek. Daar woont ze zelf ook, met haar partner en drie kinderen. Als Sietske niet bij GD aan het werk is, staat ze in de stal. Met haar partner en schoonouders zit ze in een maatschap, het melkveebedrijf telt 140 koeien. Sietske gebruikt deze ervaring in haar werk bij GD. “Ik probeer mij hard te maken voor praktische producten en oplossingen voor veehouders.” Praktijkervaring gebruiken bij GD Het is belangrijk dat de diensten en producten aansluiten bij de praktijk. Sietske: “Is het werkbaar en zit een melkveehouder hier op te wachten? Zo heb ik mijn bijdrage geleverd bij het praktisch maken van de uitslag van de Mineralencheck. Ook heb ik mij hard gemaakt voor het meten van fosfor in tankmelk, toen de discussie volop over dat onderwerp ging. Ik volg ontwikkelingen in de sector goed en benoem het binnen GD als ik denk dat dit onze aandacht nodig heeft. Soms hebben ontwikkelingen wel onze aandacht, maar ziet de klant dat niet direct terug. Je doet je best om iets praktisch op te lossen, maar in sommige bijzondere situaties blijft dat lastig.” Ervaring GD meenemen naar huis In al die jaren dat ze bij GD werkt, heeft ze veel informatie opgedaan en kennis vergaard. “Thuis probeer ik de theorie in de praktijk te brengen. Dat levert nog weleens de nodige (leuke) discussies op. Van vreemden worden dingen soms makkelijker aangenomen dan van eigen familie. Als iets al twintig jaar op een bepaalde manier gaat, wil ik nog weleens iets anders proberen. Ik ben ervan overtuigd dat er op elk bedrijf zaken rondom diergezondheid zijn die je beter kunt doen. Maar je moet wel keuzes maken en focus houden en niet alles tegelijk willen veranderen.” Kalveropfok “Ik neem vanaf eind 2019 de kalveropfok voor mijn rekening. Daarbij pas ik opgedane kennis vanuit GD toe en bespreek dit met onze adviseurs. We hebben wijzigingen in de droogstand en bij de kalveren doorgevoerd op het gebied van huisvesting en voeding. Recent hadden we een kalfpiek, zoals wel meer veehouders deze ervaren hebben na de hitte van afgelopen jaar. Er waren dagen dat er wel vijf op één dag werden geboren. Die piek zijn we goed door gekomen en daar ben ik best trots op.”

Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, www.gddiergezondheid.nl, info@gddiergezondheid.nl


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.