

varken















ZOÖNOSEN
Zo verklein je het risico



















REPORTAGE


Biggen gezond op goed gewicht krijgen in een Herenboerderij


LUCHTWEGEN


Streven naar een App-vrije status

















































































VERANDERINGEN

Het is toch wel een bijzonder moment: het schrijven van het laatste voorwoord voor het blad Varken in deze vorm. We kiezen ervoor om voortaan een diersoort-overschrijdend blad te maken. Naast sectornieuws en achtergrondverhalen, leest u daarin ook over de monitoring, het werk van ons lab, delen onze experts hun kennis en er komt natuurlijk veel meer aan bod! Deze keuze maken we door de veranderende wijze en wens van informatievoorziening in de maatschappij. Veel mensen geven voor het ‘nieuws’ de voorkeur aan korte digitale berichten en luisteren veel naar podcasts. Volgt u onze podcasts en social media al?
Ook heeft GD een nieuwe Managing Director gevonden, Gerhard de Ruiter, die op 1 november begint in zijn nieuwe rol. Ynte Schukken, de huidige CEO, gaat zich meer richten op de GD Group, waarvan Royal GD de grootste dochteronderneming is. In deze Varken kunt u lezen over het werken met varkens op een Herenboerderij, de nieuwe PCR-pakketten en, het voordeel van App-vrij zijn. Deze editie hebben we extra aandacht voor zoönosen. Er worden enkele, veelvoorkomende zoönosen uitgelicht. Uitgebreid aan bod komt hoe je het risico op zoönosen zo klein mogelijk kunt maken, zowel op het varkensbedrijf, tijdens het slachtproces en thuis bij de consument in de keuken. Kortom, een boeiende laatste Varken.
Eveline Willems, manager afdeling Varken



Bereikbaarheid
Tarieven


Royal GD is op werkdagen telefonisch bereikbaar via 088 20 25 500.
Alle genoemde GD-tarieven in deze uitgave zijn exclusief btw en basiskosten.
Ophaaldienst voor sectie- en monstermateriaal
Aanmelden: telefonisch 088 20 25 500 (24 uur per dag). Wij halen het materiaal dan zo spoedig mogelijk op. Sectie- en monstermateriaal kan worden gebracht van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.
COLOFON

Varken is een uitgave van Royal GD Redactie Eveline Willems, Christiaan Sanderman en Annemieke Medema | Eindredactie Jessica Fiks | Redactieadres GD, Marketing & Communicatie, Postbus 9, 7400 AA Deventer, 088 20 25 500, redactie@gddiergezondheid.nl, www.gddiergezondheid.nl | Productiecoördinatie Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Basisontwerp Studio Kaap | Vormgeving Dock35 Media B.V. | Druk Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Abonnementen Varken wordt gratis toegezonden aan relaties van GD. | Advertenties Dock35 Media, T. 0314-35 58 00 | Verschijningsfrequentie twee keer per jaar | Suggesties Suggesties voor dit vakblad kunnen worden doorgegeven aan de redactie. Overname van artikelen is uitsluitend toegestaan na toestemming van de uitgever. | Disclaimer Royal GD en de redactie zijn niet verantwoordelijk en daardoor niet aansprakelijk voor de inhoud van de geplaatste advertenties en advertorials.
ISSN: 1875-2594
Dit blad niet meer ontvangen of een adreswijziging doorgeven? Dat kan via 088 20 25 500, of per e-mail. Voor een adreswijziging: klantdata@gddiergezondheid.nl, voor aan- en afmeldingen vakbladen: info@gddiergezondheid.nl.
04 Actueel
05 Interview: biggen gezond op een goed gewicht krijgen

08 Zoönosen bij varkens: risico voor mens en dier
10 One Health-principe
11 Drie belangrijke zoönosen bij varkens
12 Zoönosen voorkomen in de praktijk

13 Praktijkcasus: Klebsiella pneumoniae bij zogende biggen
15 Gegevens uit de Online Monitor
19 Vraag en Antwoord over de App-scan
20 Diergezondheid volgens Gaetano Di Maio inhoud

Keurmerk zoönosen
Steeds vaker worden dierhouders, op wiens bedrijf de dieren contact hebben met mensen, geconfronteerd met de vraag welk risico de dieren vormen voor de bezoekers. Om aan te tonen dat je maatregelen neemt om zoönosen te voorkomen en de kans op besmetting te beperken, bestaat het GD Keurmerk Zoönosen.
Hierbij vul je jaarlijks een zoönosechecklist in samen met je dierenarts. Deze checklist bevat een deel met algemene vragen en een deel met vragen per diersoort: schapen en geiten, runderen, paarden/ezels, varkens en pluimvee/ (water) vogels. Je beantwoordt alleen de vragen over de aanwezige diersoorten op het bedrijf. Ook de beoordeling is alleen op deze onderdelen gebaseerd. Het keurmerk is interessant voor alle dierhouders waarbij de dieren contact hebben met mensen.
MEER INFORMATIE
Gerhard de Ruiter benoemd tot Managing Director
Gerhard de Ruiter is sinds 1 november de Managing Director van GD. Hij volgt Ynte Schukken op, die zich volledig gaat richten op zijn rol als CEO van de GD Group. Gerhard brengt brede kennis van de agrifoodsector en ruime ervaring mee op het gebied van leiderschap in zowel een academische als commerciële omgeving, innovatie en het vertalen van wetenschap naar praktische en impactvolle oplossingen.
Gerhard: “Ik kijk ernaar uit om met het gedreven team van Royal GD verder te bouwen aan een toekomstbestendige organisatie die al meer dan een eeuw boeren, dierenartsen en veterinaire ondernemers ondersteunt. Samen versterken we onze positie als dé partner voor diergezondheid en dragen we bij aan een gezonde planeet én een gezonde samenleving.”
Kennis en ervaring

Ynte Schukken: ““Met Gerhard halen we een ervaren en inspirerend leider aan boord. Zijn kennis van innovatie en business development in een kennisintensieve omgeving past perfect bij de ambities van Royal GD. Zijn komst geeft de ruimte om mij volledig te richten op de groei en internationale ontwikkeling van
delijk was voor Wageningen Food & Biobased Research. Voor zijn aanstelling bij WUR werkte Gerhard in diverse internationale R&D-, kwaliteits- en business development-functies bij onder meer SD Guthrie Bhd in Kuala Lumpur (wereldmarktleider in duurzame palmolieproducten) en NIZO, een contractresearch organisatie voor de zuivel- en voedingsmiddelenindustrie.
Vernieuwingen PCR-pakketten

We hebben onze PCR-pakketten en uitslagen vernieuwd. Met de aangepaste pakketten kunnen wij meerdere ziekteverwekkers tegelijk onderzoeken. Je krijgt hierdoor een breder inzicht in de gezondheid van de varkens.
Nieuwe uitslagen
De uitslag die u ontvangt, ziet er anders uit. Er is een nieuwe lay-out voor een beter overzicht: afwijkende testuitslagen kleuren rood. Bij de PCR-testen geven we de Ct-waarde aan op de uitslag. Er wordt per bepaling een afkapwaarde gehanteerd; monsters boven deze afkapwaarde rapporteren we als negatief. U ontvangt geen deeluitslagen meer via e-mail of post. De deelresultaten zijn wel inzichtelijk via VeeOnline. De vernieuwingen zullen we de komende periode doorvoeren.
BEKIJK ALLE VERNIEUWINGEN

BIGGEN GEZOND OP GOED GEWICHT KRIJGEN


Dieren goed observeren

Rianne Joolink besloot in 2021 het roer om te gooien en een biologische landbouwopleiding te volgen. Ze kwam daarna terecht bij Herenboerderij de Groote Modderkolk in Loenen, waar ze sinds 2022 als professionele veehouder werkt. Samen met een collega-boer runt ze de coöperatieve boerderij. Rianne is verantwoordelijk voor het vee, waaronder de varkens. “Met de vorige koppel biggen hadden we problemen. De koppel van dit jaar doet het erg goed.”


Jessica Fiks, redacteur • fotografie Ingrid Sweers

De Groote Modderkolk in Loenen is een Herenboerderij, een coöperatieve boerderij. De leden van de coöperatie, de Herenboeren, zijn samen de eigenaar van de boerderij. De boerderij telt meerdere akkers, een tunnelkas, een appel- en perenboomgaard, potstal en graslanden. Ook zijn er runderen, kippen en varkens aanwezig. De leden halen wekelijks hun deel van de oogst op en elk kwartaal is
er een vleesuitgifte. De boerderij wordt gerund door twee professionele boeren. Veel leden werken mee op het land, doen klussen of verzorgen de dieren.
Problemen met brachyspira
Elk jaar koopt Rianne biggen aan, die een half jaar op de boerderij verblijven tot ze worden geslacht. “De varkens lopen buiten en staan alleen in de potstal als het
“Brachyspira bleek de boosdoener te zijn. De GD-dierenarts adviseerde om de voerplaten, -bakken en nachthok goed schoon te spuiten.”
door het weer echt niet anders kan. Vorig jaar was het een nat jaar en hadden we biggen aangekocht die een binnenklimaat gewend waren. In de potstal vervuilden ze het drinkwater en ook buiten ging het niet lekker met ze. De dierenarts heeft GD ingeschakeld en mest- en bloedonderzoek uit laten voeren. Ook hebben we het Pakket Diarree ingezet. We dachten aan Circo als boosdoener, maar het bleek brachyspira te zijn. Het advies van de GD-dierenarts was om de voerplaten, -bakken en nachthok goed schoon te spuiten. En om de weide een jaar niet te gebruiken, zo kan die opdrogen en de bacterie verdwijnen. We hebben een nieuwe varkensweide gemaakt. Ook hebben we een ander ras aangekocht, zodat we dit jaar biggen hebben die al gewend waren om buiten te zijn. De varkens hebben zes maanden om op slachtgewicht te komen, dus we gebruiken rassen met een wat langzamere groei.”


Samenwerking met leden
Rianne: “Een Herenboerderij kent uitdagingen, wat het werk erg interessant maakt. Hoe houd je al die verschillende onderdelen in de gaten? Hoe zorg je dat alle leden op dezelfde manier werken? We werken met protocollen en geven instructies. Zo hebben we een vaste looproute,
kun je op verschillende plekken je handen wassen en spuiten we laarzen goed schoon. Afrikaanse varkenspest rukt op en we hebben daarom een waarschuwingspapier opgehangen. Het klompenpad over het terrein is van de varkens gescheiden, mensen kunnen ze wel zien maar niet dichtbij komen. De varkens eten groente-
Hygiëne en zoönosen
Op de Herenboerderij van Rianne is aandacht voor hygiëne en zoönosen. Met verschillende diersoorten en diverse mensen op het erf, is dat belangrijk. Rianne: “We willen niet dat dieren of mensen ziek worden, niet onderling en niet van elkaar. Bij de instructies voor nieuwe leden vertellen we het. En als er reden toe is, informeren we leden en bezoekers van de boerderij extra. Het is belangrijk om je handen te wassen en vlees et cetera goed te verhitten.
restanten van de akkers en worden twee keer per dag gevoerd door leden. Als zij iets aparts zien, dan melden ze dat bij mij. Zelf loop ik ook elke dag langs de dieren en zeker tweemaal in de week bekijk ik elk dier individueel. Als er dan wat aan de hand is, kan ik ingrijpen en indien nodig de dierenarts raadplegen.”

“De Herenboeren voeren de varkens twee keer per dag groenterestanten van de akkers”
Jessica Fiks, redacteur • fotografie Ingrid Sweers
Als varkenshouder staat de gezondheid van jouw dieren centraal in het dagelijkse werk. Die zorg stopt niet bij de staldeur. Sommige ziekteverwekkers kunnen namelijk overspringen van dier op mens (en soms andersom). Deze zoönosen vormen een direct risico voor jouzelf, jouw gezin en medewerkers. De ziekteverwekkers vormen een concreet risico voor de volksgezondheid, vooral vanwege de mogelijke gevolgen van het consumeren van besmet en onvoldoende verhit varkensvlees.
ZOÖNOSEN BIJ VARKENS
Risico voor mens

Een zoönose is een ziekte die wordt veroorzaakt door een ziekteverwekker (zoals een bacterie, virus, parasiet of schimmel) dat van een dier op een mens kan worden overgedragen. De ziekteverschijnselen bij de mens kunnen sterk variëren, van milde maag-darmklachten of huidirritatie tot ernstige aandoeningen. Dieren zelf hoeven niet altijd ziek te zijn om een besmetting te kunnen overdragen; ze kunnen drager zijn zonder zelf verschijnselen te vertonen. Zoönosen zijn geen reden voor paniek, wél voor professionele alertheid: een klein aantal goedgekozen maatregelen levert vaak een groot risicoverschil op.
Belangrijkste transmissieroutes
De overdracht van ziekteverwekkers van varken op mens kan op verschillende manieren plaatsvinden. Beroepsmatige blootstelling aan ziekteverwekkers die zoönosen veroorzaken, vindt plaats via direct en indirect contact met varkens.
• Direct contact: contact met besmette dieren, hun mest, urine, speeksel, neusafscheidingen of bloed kan leiden tot besmetting, vooral via wondjes op de huid of via de slijmvliezen van mond, neus en ogen.
• Indirect contact: sommige ziekteverwekkers kunnen overleven op oppervlakten zoals stalinrichting, gereedschap (naalden en spuiten), laarzen en kleding. Via contact met deze besmette materialen kan een mens geïnfecteerd raken.
• Via vectoren: ongedierte, zoals ratten, muizen of vliegen, kan ziekteverwekkers overbrengen van de dieren of hun omgeving naar de mens.
• Via de lucht: micro-organismen kunnen zich via kleine druppeltjes (aerosol) verspreiden. Dit is een belangrijke route voor luchtweginfecties, zoals influenza.
Onvoldoende verhit of rauw varkensvlees kan een bron zijn van bacteriële infecties zoals Salmonella spp. Een strikte keuken-
en dier

hygiëne en correcte garing van het vlees zijn essentieel om dit risico te verlagen.
Wie loopt extra risico?
Mensen met intensief diercontact zoals veehouders, stal- en transportmedewerkers, dierenartsen, personeel van verzamelcentra en slachterijen. Secundair kunnen gezinsleden met risicofactoren (zeer jonge kinderen, ouderen, mensen met een verminderde werking van het immuunsysteem, zwangeren) risico lopen, met name bij keukenhygiëne.
Gebruik bijvoorbeeld handschoenen bij de behandeling van zieke dieren en een mondmasker bij het reinigen met een hogedrukreiniger of het verplaatsen van grote groepen varkens.
Waarom preventie cruciaal is Zoönosen kunnen leiden tot ziekte bij jezelf of jouw medewerkers, extra zorgkosten, reputatieschade voor het bedrijf of de sector. Preventie beperkt ziekte bij mens èn dier, vermindert antibioticagebruik en houdt de keten stabiel.
Preventie op het bedrijf Goede bioveiligheid is de sleutel tot het minimaliseren van de risico’s op het bedrijf. Dit omvat een pakket aan maatregelen.
• Bedrijfshygiëne: zorg voor een strikte scheiding tussen schone en vuile zones. Reinig en desinfecteer stallen en materialen grondig en regelmatig, zeker bij het wisselen van diergroepen (all-in/all-out).
• Persoonlijke hygiëne: was je handen en onderarmen grondig met zeep na elk diercontact en zeker voordat u eet, drinkt of rookt. Draag bedrijfskleding en -schoeisel en verwissel deze voordat u de stallen verlaat. Gebruik de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen. Denk aan handschoenen bij de behandeling van zieke dieren of bij verlossingen, en een FFP2- of FFP3-mondmasker bij werkzaamheden die veel stof of aerosolen veroorzaken, zoals het reinigen met een hogedrukreiniger of het verplaatsen van grote groepen dieren.
• Omgang met zieke dieren: isoleer zieke dieren zo snel mogelijk om verspreiding naar andere dieren en mensen te voorkomen. Raadpleeg jouw dierenarts voor een snelle diagnose en behandeling.
• Ongedierte- en vliegenbestrijding: een effectief ongediertebestrijdingsplan is essentieel om de insleep en verspreiding van ziekteverwekkers te voorkomen.
Zie deze maatregelen als een slimme investering in de toekomst van jouw bedrijf en de gezondheid van iedereen die er werkt. Jij bent de belangrijkste schakel in het doorbreken van de besmettingsketen en het waarborgen van een veilige werkomgeving.
Gaetano Di Maio, dierenarts en onderzoeker Varken




One Health-principe
Aandacht voor zoönosen past binnen het One Health-denken: gezonde dieren, gezonde mensen, een gezonde omgeving. Mensen en dieren delen dezelfde omgeving en delen dus dezelfde ziekteverwekkers in en door de omgeving. Het voorkomen van ziekten bij varkens draagt ook bij aan de bescherming van de menselijke gezondheid.
De diergezondheidsmonitoring is een initiatief van de overheid en de veehouderijsector. De betrokken partijen geven mede vorm aan de wijze waarop de monitoring plaatsvindt en laten zich adviseren door GD. Deze samenwerking tussen private en publieke partijen is één van de succesfactoren van de monitoring.
De overheid en brancheorganisaties werken onder andere samen in de Begeleidingscommissies Monitoring. Vier keer per jaar worden daarin de resultaten van de monitoring besproken, en wordt besloten of vervolgstappen nodig zijn, zoals het uitvoeren van extra onderzoek, communicatie of beleidsaanpassingen.
Ook samenwerking met andere partijen is een groot onderdeel, omdat zij aanvullende kennis en informatie hebben of andere laboratoriumtechnieken gebruiken.
One Health
De gezondheid van mens en dier hangt nauw met elkaar samen. Voor de monitoring van de volksgezondheid is het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu de centrale speler.
Humane en veterinaire gezondheidspartijen werken samen onder het principe ‘One Health’, om tijdig maatregelen te kunnen nemen bij zoönosen. Deze ziekteverwekkers kunnen van dieren op mensen worden overgedragen. Het bescher-

men van de gezondheid van mens en dier staat voorop. GD neemt deel aan het landelijke Signaleringsoverleg Zoönosen, waarin maandelijks relevante bevindingen uit zowel de volks- als diergezondheid worden doorgenomen door deskundigen uit zowel de humane als de veterinaire sector.
Internationale samenwerking Dierziekten stoppen niet bij de landsgrens. Door het veranderende klimaat en internationale handel is er een kans op verspreiding van dierziekten. GD werkt op het gebied van onderzoek en kennisuitwisseling samen met een breed internationaal netwerk van onderzoekers en laboratoria. Door uitwisseling van monitoringsbevindingen worden deze in een breder internationaal kader geplaatst. Dit vergroot de kans op vroegtijdige opsporing van nieuwe aandoeningen en meer inzicht in de best mogelijke respons erop.
In de intensieve en nauwe samenwerking tussen mens en dier in de varkenshouderij is bewustzijn en preventie van zoönosen van cruciaal belang. Welke zoönosen spelen bij varkens?
Drie belangrijke zoönosen bij varkens


SALMONELLOSE
Salmonellose wordt veroorzaakt door salmonellabacteriën. In Nederland komt besmetting op veel varkensbedrijven voor, maar dit geeft zelden problemen.
Varkens zijn vaak subklinische dragers en scheiden bacteriën uit via mest, vooral bij stress. Bij varkens verloopt de infectie meestal zonder klinische verschijnselen.
Salmonellose is een van de meest gemelde zoönosen bij mensen in Nederland. Mensen raken vooral besmet via onvoldoende verhit vlees of kruisbesmetting in de keuken.
Mensen krijgen tussen 12 en 96 uur na besmetting symptomen zoals diarree, buikpijn, misselijkheid en braken. Risicogroepen zijn zuigelingen, jonge kinderen, zwangere vrouwen, ouderen en mensen die maagzuurremmers gebruiken.
Algemene hygiëne, voldoende verhitting van varkensvlees en het voorkomen van kruisbesmetting in de keuken verkleinen het risico op besmetting.

VLEKZIEKTE
Vlekziekte wordt veroorzaakt door de bacterie Erysipelothrix rhusiopathiae, die wereldwijd voorkomt en ook bij gezonde varkens aanwezig kan zijn. In Nederland worden zeugen en gelten routinematig gevaccineerd, hoewel incidenteel nog gevallen worden gemeld. Onjuiste vaccinatieprogramma’s kunnen leiden tot vlekziekte.

VARKENSGRIEP
Varkens scheiden de bacterie via de mest, speeksel en neusvocht uit. Bij zieke dieren zitten er ook bacteriën op de huid.
Bij mensen verloopt de besmetting vrijwel altijd via kleine huidwondjes bij contact met dieren of dierlijke producten. Bij mensen kan de infectie jeuk, zwelling en een blauwrode huid veroorzaken. Vooral veehouders, dierenartsen, slagers en slachthuismedewerkers lopen risico.


Varkensgriep, ook bekend als varkensin uenza, is een besmettelijke ziekte bij varkens die wordt veroorzaakt door in uenzavirussen. Varkens kunnen geïnfecteerd raken met humane, aviaire én varkensin uenzavirussen. Als meerdere in uenzavirussen een varken tegelijk infecteren, kan het varken fungeren als een ‘mengvat’. Dit kan leiden tot een nieuw in uenzavirus met risico’s voor mens en dier.
Bij varkens komt de ziekte meestal het bedrijf binnen met aangekochte, (subklinisch) besmette dieren en doordat mensen met griep de varkens besmetten. Overdracht gebeurt via druppels en aerosolen (hoesten, niezen), vooral in de wintermaanden. Symptomen bij varkens zijn plotselinge ziekte, koorts, hoesten en verminderde eetlust. Bij mensen lijken de symptomen op normale griep: koorts, verkoudheid, keelpijn en hoesten en hoofdpijn. Meestal zijn de klachten mild en gaan ze vanzelf over.



Preventie omvat optimalisatie van stalklimaat, vaccinatie en goede hygiënemaatregelen voor mensen.

Gaetano Di Maio, dierenarts en onderzoeker Varken
zoönosen Jan Peter Jansen, redacteur
Zoönosen voorkomen in de praktijk
Zoönose-veiligheid bij Vion Food Group
Derk Oorburg is Europees veterinair specialist Veterinaire Volksgezondheid en Director of Quality Assurance bij Vion Food Group.
Zoönoseveiligheid binnen een slachterij noemt Oorburg erg belangrijk en tegelijk complex. “Het is een heel breed topic. Zo
heb je de contact-zoönose zoals vlekziekte, waarbij de keuring een belangrijke rol speelt. En daarnaast de alimentaire zoönose, voedselveiligheidsgevaren die worden overgebracht door het consumeren van de dierlijke producten, waarbij de private kwaliteitssystemen belangrijker zijn.“



“Door uitsluitend IKB-waardige varkens te kopen, beheersen we zoönosen die via bijvoorbeeld vogels, ongedierte of besmet diervoer worden overgebracht. Daarmee beheers je al alimentaire zoönosen zoals toxoplasmose, vogel-tbc of Trichinella.”
“Door schoon te slachten kun je zoönosen prima beheersen”
“Daarnaast slachten we natuurlijk heel hygiënisch. In het eerste deel van de slachtlijn worden de varkens aan de buitenkant helemaal geschroeid en schoongemaakt. Dan meet je al helemaal geen poepbacteriën meer. Bij het verdere uitslachten verwijderen we met heel veel aandacht en hygiëne de darmen. Als je daar goede procedures én corrigerende procedures voor hebt, het monitort en acteert waar nodig, dan kun je op een heel laag besmettingsniveau zitten. Door schoon te slachten kun je die zoönosen prima beheersen.”
Als specialist veterinaire volksgezondheid ziet Derk Oorburg geen directe zoönotische dreiging bij varkens. “Ik kan me bijvoorbeeld niet herinneren wanneer we voor het laatst een geval van Trichinella hebben gehad. Toxoplasma, net als vogel-tbc, hebben we heel goed onder controle, GD doet voor ons bloedonderzoek daarop. Daarmee weten we dat dat heel goed beheerst is. Maar goed, nul risico bestaat niet, het blíjft een vers product.”
Derk Oorburg
CASUSBESCHRIJVING






Klebsiella pneumoniae bij zogende biggen


Klebsiella (K.) pneumoniae komen voor in de luchtwegen, urinewegen en het spijsverteringskanaal van veel zoogdieren, waaronder varkens. De bacterie veroorzaakt niet altijd ziekte, maar kan zich soms ook manifesteren.

René Renzhammer, dierenarts Varken
In het verleden werd K. pneumoniae bij varkens ook in verband gebracht met verschillende andere verschijnselen zoals longontsteking, darmontsteking, hersenvliesontsteking en sepsis. Hoewel het niet bekend is of en hoe K. pneumoniae deze symptomen kan veroorzaken, benadrukken recent gepubliceerde onderzoeken dat het voorkomen van K. pneumoniae mogelijk verband houdt met bepaalde virulentiefactoren zoals fimbriën of endotoxinen. Meldingen zijn schaars, toch kan deze bacterie ernstige symptomen veroorzaken. Deze casusbeschrijving gaat over een verhoogd aantal plotselinge sterfgevallen van biggen op een bedrijf waar K. pneumoniae de veroorzaker bleek.
Het bedrijf
Het betreffende bedrijf is een vermeerderingsbedrijf dat met een 1-weeksysteem werkt. Alle zeugen worden regelmatig gevaccineerd tegen PRRS, griep, vlekziekte en parvo. Biggen worden gevaccineerd tegen mycoplasma en circo.
Sepsis door K. pneumoniae lijkt een veelvoorkomend probleem te zijn bij buitenvarkens, bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk.
Begin juli 2025 merkte de varkenshouder een toename van sterfgevallen op bij biggen van 3 weken oud in één kraamafdeling. Meerdere zogende biggen stierven, meestal na het vertonen van blauwzucht en bloedingen, resulterend in een uitval van 3,5 procent bij biggen van 3 weken leeftijd. Als gevolg van de verhoogde uitval besloot de bedrijfsdierenarts zeven van deze plots overleden biggen naar GD te sturen voor sectie en vervolgonderzoeken.
Bloedingen
Bij alle zeven biggen werden bloedingen in verschillende mate van ernst waargenomen in meerdere organen, waaronder hartspier, nieren, urineblaas, dunne en dikke darm. Bovendien waren meerdere lymfeklieren vergroot en gemarmerd. Daarnaast werden kleine bloedingen en hyperemie waargenomen op de hersenvliezen van alle biggen. Terwijl bij histopathologisch
onderzoek geen tekenen van ontsteking in de onderzochte organen werden gevonden, was er een duidelijke aanwijzing voor sepsis bij alle biggen.
Omdat de waargenomen beelden ook passen bij meldingsplichtige ziekten, zoals klassieke varkenspest (KVP) en Afrikaanse varkenspest (AVP), werden monsters na de melding bij de NVWA onmiddellijk naar de WBVR gestuurd, waar ze negatief testten.
De onderzochte gepoolde longmonsters testten ook negatief voor PRRSV-RNA, IAV-RNA en PCV2-DNA. Met een PCR-test werden hoge aantallen Rotavirus A (RVA)-RNA en Clostridium perfringens (type A) gedetecteerd in de dunne darm. Verder werd een matig tot hoog aantal K. pneumoniae gedetecteerd in de milten en hersenvliezen van alle zeven biggen. Deze K. pneumoniae-isolaten waren resistent tegen antibiotica zoals amoxicilline, maar gevoelig voor neomycine en colistine.
Hygiënemaatregelen
Na toediening van neomycine aan zieke biggen merkte de varkenshouder een duidelijke afname van uitval van zogende biggen in de opeenvolgende groepen. Daarnaast heeft de varkenshouder verschillende hygiënemaatregelen verbeterd, waaronder een correcte reiniging en desinfectie tussen de tomen, het wisselen van naalden voor vaccinaties, ijzertoediening na elke toom en het verstrekken van voer met meer dierlijke eiwitbronnen.
Discussie
Ondanks het feit dat de huidige kennis over K. pneumoniae bij varkens schaars is, zijn er enkele vergelijkbare casusbeschrijvingen die benadrukken dat infecties met K. pneumoniae tot bloedingen en plotselinge sterfgevallen bij biggen kunnen leiden. Aangezien klinische verschijnselen en pathologische afwijkingen vergelijkbaar zijn met andere ziektes, waaronder AVP en KVP, blijft melding van vergelijkbare gevallen cruciaal voor efficiënte surveillance van meldingsplichtige ziekten.
Buitenvarkens
K. pneumoniae wordt niet vaak gedetecteerd in organen van biggen in de Nederlandse varkenshouderij, maar toch lijkt sepsis door K. pneumoniae een veelvoorkomend probleem te zijn bij buitenvarkens, bijvoorbeeld in het Verenigd Koninkrijk. De varkenshouder zag een duidelijke na mondelinge toediening van neomycine, een antibioticum met een slechte weefselverspreiding. Dat benadrukt dat de route voor de verspreiding van K. pneumoniae niet onderschat mag worden. Dit werd ook vermeld door onderzoekers, die het belang van voldoende en zo snel mogelijke opname van voer door zogende biggen benadrukten om plotselinge sterfgevallen veroorzaakt door K. pneumoniae te voorkomen.
Christiaan Sanderman, projectleider
ADEMHALINGSPROBLEMEN BIJ VARKENS: VAKER IN DE LENTE EN HERFST
Wat kan je preventief doen?
Aandoeningen van het respiratiestelsel blijven een van de grootste uitdagingen in de moderne varkenshouderij. Ze veroorzaken niet alleen gezondheidsproblemen en groeivertraging, maar drukken ook zwaar op de resultaten en dragen bij aan antibioticumgebruik en verminderd welzijn.
Hoesten, benauwdheid en verminderde groei zijn het topje van de ijsberg: onderliggend spelen meerdere ziekteverwekkers en omgevingsfactoren tegelijk een rol. Het ademhalingsapparaat van het varken is gevoelig voor zowel infectieuze als omgevingsfactoren. Bovendien werken veel ziekteverwekkers samen, waardoor het ziektebeeld complex is en de meest belangrijke oorzaak moeilijk is aan te wijzen. De aanwezige seizoensinvloeden suggereren dat omgevingsfactoren een belangrijke rol spelen.
Een complex probleem met veel spelers
Het feit dat respiratoire aandoeningen behoren tot de meest voorkomende gezondheidsproblemen binnen de varkenshouderij wordt bevestigd in de monitoring Varkensgezondheid. Bij pathologisch onderzoek bij GD zien we dat respiratieklachten vooral bij gespeende biggen en vleesvarkens een rol spelen (tabel 1). De bacterie Actinobacillus pleuropneumoniae (veroorzaker van longontsteking), is het meest frequent als hoofdoorzaak vastgesteld, maar vaak spelen er tegelijk andere pathogenen een rol in het complete ziektebeeld.
Zelden is één pathogeen alleen verantwoordelijk. Vaak ontstaat een complex ziektebeeld waarbij meerdere infecties en omgevingsfactoren een rol spelen. Veel mensen spreken in dat geval van het Porcine Respiratoire Disease Complex (PRDC) terwijl
Tabel 1. Vastgestelde gezondheidsklachten waarvoor dieren zijn aangeboden bij GD voor pathologisch onderzoek per leeftijdscategorie (zuigende biggen, gespeend biggen, vleesvarkens/opfok en zeugen/beren) (periode eerste halfjaar 2025).
Respiratie
hier eigenlijk geen eenduidige definitie voor is, noch dat het een op zichzelf staande diagnose is. Omdat het zo multifactorieel is, is met die definitie ook geen interventie aan te wijzen die met grote zekerheid de problematiek verhelpt. Zo kan een virale infectie zoals PRRSv of PCV2 de weg vrijmaken voor secundaire bacteriële ontstekingen, en kan een slecht klimaat (koude, vocht of tocht) de aspecifieke afweer aantasten waardoor zowel virussen als bacteriën makkelijker aangrijpen.
Check tijdig en minimaal bij de start van de herfst en lente de temperatuuren ventilatie-instellingen voor elke diergroep en pas deze aan waar nodig.
Het begrijpen van deze interacties is essentieel om tot effectieve bestrijdingsstrategieën te komen. Een interventie die alleen gericht is op één pathogeen zal vaak onvoldoende effect hebben.
Gegevens Online Monitor
Uit de Online Monitor blijkt dat, volgens de dierenartsen, de meeste gezondheidsklachten gerelateerd zijn aan het ademhalingsstelsel. Bij de meeste meldingen wordt ook een waarschijnlijkheidsdiagnose vermeld: App, influenza, Mycoplasma hyopneumoniae en PRRS zijn samen verantwoordelijk voor de meerderheid van deze respiratieklachten (figuur 1).
Er is een duidelijke seizoensinvloed zichtbaar (figuur 1), waarbij de meeste respiratieklachten elk jaar worden gemeld in de herfst en wintermaanden. Het vaker voorkomen van luchtwegklachten lijkt samen te hangen met de weersveranderingen. In de herfst en lente zijn er grotere temperatuurschommelingen tussen dag en nacht en neemt de luchtvochtigheid toe. Het beperken van ventilatie of niet tijdig verwarmen van binnenkomende lucht kan effect hebben op de concentraties van CO2, ammoniak en fijnstof en zo het slijmvlies van de luchtwegen irriteren en de afweer verzwakken. In de zomer is de lucht
Figuur 1: Percentage respiratieklachten van totaal aantal gemelde gezondheidsklachten in de Online Monitor (blauwe lijn). Het deel waarbij App, influenza, M. hyopneumoniae of PRRS wordt gezien als veroorzaker is weergegeven met de gekleurde balken (periode 2016 t/m eerste halfjaar 2025).
meestal droger en worden stallen intensiever geventileerd waardoor die factor een minder grote rol speelt en ziektes minder voorkomen. In de herfst en lente daarentegen ontstaan vaak koudeval en tocht, zeker wanneer ventilatiesystemen onregelmatig werken of het verschil tussen buiten- en binnentemperatuur groot is. Deze perioden vereisen daarom extra aandacht voor klimaatregeling en stalklimaatmonitoring.
Adviezen voor een goed stalklimaat Een optimaal stalklimaat is de belangrijkste voorwaarde voor gezonde luchtwegen. Zelfs met vaccinatie en medicatie blijven resultaten tegenvallen als temperatuur, luchtvochtigheid of ventilatie niet op orde zijn. Check daarom tijdig en minimaal bij de start van de herfst en lente de temperatuur en ventilatie instellingen voor elke diergroep, en pas aan waar nodig.
• Zorg voor een stabiel stalklimaat: voorkom tocht, koudeval en te grote temperatuurschommelingen.
• Meet regelmatig de CO2 en NH3 en de temperatuur op dierniveau.
• Controleer het klimaat extra in lente en herfst: dit zijn risicoperiodes voor longproblemen.
Tot slot, een beter stalklimaat voor de varkens betekent vaak ook een betere werk omstandigheden. En zo is ook deze factor, al is het geen zoönose, toch van belang voor de gezondheid van de mens.



Al sinds 2002 houdt Royal GD zich intensief bezig met de uitvoering van de diergezondheidsmonitoring in Nederland. Hiervoor werken wij nauw samen met onder andere de diersectoren, de zuivel, het ministerie van LVVN, dierenartsen en veehouders. Deze rubriek verhaalt over bijzondere gevallen, speciaal onderzoek en opvallende resultaten die het werk van de monitoring oplevert. Samen werken we aan diergezondheid in het belang van dier, dierhouder en samenleving.



Verbeter de gezondheid van varkens met innovatieve oplossingen

Freshlight :
• vermindering van stof en fijnstof in de lucht


FreshWater :


• vermindering van ziekteverwekkers en biofilm in het water
• vermindering van antibiotica-behandelingen
• vermindering van ziekte gevallen bij varkens
• verbetering van de gezondheid van varkens


• vermindering van chemicaliën voor waterbehandeling
• reinigingsactiviteiten (leidingen en drinkbakken)


• verbetering van de groei en vleeskwaliteit






VRAAG:
WAT IS HET VOORDEEL VAN DE APP-SCAN?
ANTWOORD VAN BAS ENGEL, DIERENARTS
Luchtwegaandoeningen bij varkens, zoals veroorzaakt door Actinobacillus pleuropneumoniae (App), komen helaas nog regelmatig voor in de varkenshouderij. Deze aandoeningen kunnen leiden tot acute uitval van zware vleesvarkens. Naast deze luchtwegaandoening met acute schade zijn er ook de chronische vormen van luchtwegaandoeningen, speelt App ook een rol in complexe, maar minder acute, respiratoire ziekteproblematiek.

App is één van de kiemen die veel voorkomt en vrij zijn van App heeft aanzienlijke voordelen. Steeds meer bedrijven zien de meerwaarde en streven naar een App-vrije status. Een effectieve methode om een bedrijf App-vrij te maken, is depop-repop. Deze aanpak houdt in dat een bedrijf zijn gehele varkensstapel vervangt, waardoor je met een schone lei kan beginnen en dus zonder de aanwezigheid van App verder kan produceren.
De voordelen van een App-vrij bedrijf zijn talrijk, waaronder beter welzijn van de dieren, een verbeterde voederconversie, betere groei, minder longafwijkingen en minder uitval. Bovendien wordt er in de markt inmiddels een premie betaald voor biggen die zonder App-geschiedenis worden verkocht. Dit maakt de investering om App-vrij te worden aantrekkelijk.
Speciale App-Scan voor vrijstatus
Om de App-status van een bedrijf te monitoren, heeft GD de App-Scan ontwikkeld. Dit programma omvat regelmatig bloedonderzoek bij zeugen om de aanwezigheid van App te controleren. Na voldoende monitoring en bevestiging van de afwezigheid van App wordt een certificaat toegekend. Vervolgens wordt de status elk trimester bewaakt met bloedonderzoek om te bewijzen dat het bedrijf nog Appvrij is.
De App-Scan biedt een waardevolle kans voor varkenshouders die hun bedrijfsvoering willen verbeteren, die welzijnsstandaarden voor hun dieren willen verhogen en App-vrij willen zijn. Meer informatie over de mogelijkheden van deelname aan de App-Scan voor een vermeerderingsbedrijf? Neem dan contact op met onze klantenservice, op werkdagen bereikbaar van 7.30 tot 17.00 uur via 088 20 25 500.


diergezondheid volgens Gaetano Di Maio

Opgegroeid in Italië tussen de dieren was het Gaetano Di Maio al snel duidelijk dat hij later met dieren wilde werken. Na de studie voor dierenarts werkte hij onder andere enkele jaren voor de NVWA. Sinds mei versterkt hij de afdeling Varken van GD. “Ik vind het interessant om als dierenarts en onderzoeker oplossingen aan te kunnen dragen voor problemen waar de varkenshouder in de praktijk tegenaan loopt.”
Zijn opa was veehandelaar, zijn vader werkte als treinmachinist en was daarnaast fokker en trainer van jachthonden. Thuis was er een kleine konijnenboerderij, maar er waren ook enkele koeien, varkens, kippen, schapen, geiten en ganzen. “Een kleine kinderboerderij”, lacht Gaetano. Hij ontwikkelde tijdens zijn studie een voorliefde voor onderzoek. Hij past zijn kennis bij GD toe door onder andere onderzoeksvoorstellen vorm te geven en in te dienen, onderzoeken te leiden en met collega’s te sparren over interessante casussen die via de Veekijkertelefoon worden gemeld.





Varkensgezondheid verbeteren Gaetano: “Er zijn veel specialismen binnen GD, die elkaar goed versterken. Zo zijn we met elkaar goed op de hoogte van wat er speelt in het veld en hebben we het hele plaatje in beeld. Doordat we vragen krijgen aan de Veekijkertelefoon, maar ook door de secties die onze pathologen uitvoeren en de vele data die beschikbaar zijn. Dan kunnen we snel schakelen. Is er een nieuw ziektebeeld? Is het verloop van een ziekte anders dan normaal? Wat kunnen wij doen? Ik vind het werk erg interessant, juist die combinatie tussen onderzoeker en dierenarts. Je kunt naar oplossingen en werkende middelen zoeken, om de varkensgezondheid te kunnen verbeteren.”
Dierenwelzijn en diergezondheid
Een goede balans tussen diergezondheid en dierenwelzijn vindt Gaetano belangrijk, want zonder gezonde varkens is er sowieso geen dierenwelzijn. Daarnaast is ook de voedselveiligheid een belangrijk punt. “We produceren en exporteren veel varkensvlees. Je wilt goede producten maken, met oog voor het dier en de varkenshouder. Misschien ben ik wat te idealistisch, maar ik zou graag zien dat we met elkaar voor duurzamere oplossingen kiezen. Minder vlees, dat de varkenshouder wel meer oplevert. Zodat hij ook geld overhoudt om te investeren in dierenwelzijn. De marges zijn nu laag en dat mag van mij wel anders. De varkenssector is een mooie en dynamische sector, waar ook steeds nieuwe uitdagingen zijn. Ik draag graag mijn steentje bij aan het steeds verder verbeteren van de diergezondheid en het dierenwelzijn.”





