3 minute read

Samenvatting

Next Article
Dankzegging

Dankzegging

Door kort na haar oprichting aansluiting te zoeken bij het Nederlands Jongelingsverbond, verzekerde Obadja zich van daadwerkelijke hulp bij het uitvoeren van zijn activiteiten. Deze steun - vooral bestaande uit het schenken van boeken en uit verlaging of kwijtschelding van afdracht van contributie - verschafte Obadja een grotere bestaanszekerheid dan zijn gelijknamige voorganger, die tevergeefs het schip op eigen kracht in de vaart had proberen te houden.

De keuze om als zelfstandige vereniging op te treden en zich in zijn werkzaamheden breed te orienteren, maakte Obadja aantrekkelijk voor jongeren van de andere kerkgenootschappen. In hun wekelijkse bijeenkomsten op zondagavond beperkten de Obadjanen zich niet tot bijbelstudie alleen. Dit was wel de belangrijkste activiteit van de meeste andere Urker jongelingsverenigingen. De vrienden van Obadja maakten naast bijbelse inleidingen ook opstellen over historische en maatschappelijke onderwerpen. Bovendien kregen zij een gedicht of stukje proza te horen, zodat zij ook kennis maakten met de wereld van de cultuur. De opvattingen die de Obadjanen in hun bijbelse inleidingen en opstellen verkondigden, alsook de voordrachten die zij kozen, waren in overeenstemming met de waarden en normen van de gematigde orthodoxie van die dagen.

Door het ontbreken van notulen over de periode van eind januari 1933 tot oktober 1940 is het niet mogelijk de volledige geschiedenis van Obadja te schrijven. Maar de bewaard gebleven verslagen bieden wel voldoende aanknopingspunten om een vergelijking te kunnen trekken tussen de sfeer in de vereniging aan het begin van de jaren dertig en die uit de tijd van de bezetting. En er is duidelijk een verschil merkbaar. In de eerste jaren van zijn bestaan is de stemming er een van geestdrift. De vrienden schrikken niet terug voor een opstel over maat¬ schappelijke vraagstukken en de voordrachten vormen een mengeling van in bloemrijke taal vastgelegde zwaarmoedigheid en van lichtvoetige luim. In de jaren van 1940 tot in 1943 is de stemming ingetogen. De belangstelling van de vrienden gaat nu meer uit naar bijbelse onderwerpen en dogmatische vragen. Ook menige voordracht weerspiegelt de ernst van de tijd. Omdat zij vaak aan eigentijdse schrijvers en dichters ontleend zijn, zijn ze voor de toehoorders vermoedelijk aansprekender geweest dan de voordrachten uit het begin van de jaren dertig. De wisselende vergadertijden en de gevolgen van de Duitse bezetting hebben een verstorende uitwerking op het verenigingsleven gehad, wat is af te leiden uit het teruglopend aantal bezoekers, en uit het feit dat het opstel of de voordracht nogal eens verviel door verhindering of nalatigheid van de voorbereider.

Obadja kreeg in de jaren dertig vooral bekendheid door zijn jaarvergaderingen,

117

waar toneelstukken werden opgevoerd. Na de bevrijding kende de vereniging opnieuw een tijd van bloei. In 1943 verbrak Obadja de band met het NJ.V. en werd een kerkelijke vereniging. Mettertijd werden de kerkelijke activiteiten voor jongeren in een andere bedding geleid en werd Obadja een vereniging voor volwassen mannen, die zich uitsluitend met bijbelstudie bezighoudt. Dit doen de leden overigens niet meer in het oude vertrouwde gebouwtje, want dat werd samen met de pastorie in het begin van de jaren zestig gesloopt Op deze plaats verrezen een nieuw gebouw en een woning.

Net als de andere jongelingsverenigingen is ook Obadja van betekenis geweest voor de Urker gemeenschap als geheel. Zo vormde de ovemame van een partij boeken van een kerkelijke gemeente uit de Zaanstreek het begin van de eerste bibliotheek van het dorp. Bovendien bood de vereniging aan tientallen jongeren de mogelijkheid om zich te ontwikkelen. En dit was van des te groter belang, omdat op het eiland geen instelling voor voortgezet onderwijs bestond. Obadjanen die na hun lagere school verder leerden waren dan ook een uitzondering. Op de wekelijkse avonden kregen de jongeren scholing in het zich begrijpelijk uitdrukken en discussieren. Velen hebben de kans tot ontplooiing gegrepen. Zij werden bestuurders van verenigingen, van afdelingen van een vakbond en leden van een kerkeraad. Enkelen belandden in de politiek en een oud-Obadjaan werd wethouder. Hoe uiteenlopend ook, voor alle vrienden van Obadja heeft hun deelname aan de activiteiten van de vereniging een betekenis gehad die in hun leven van blijvende waarde is geweest. Oud-lid Jan ten Napel zegt het zo: ’’Misschien was wel het allerbelangrijkste dit. We leerden luisteren naar elkaar, wat toch de eerste vereiste van democratic is”.

118

This article is from: