4 minute read

FOOD4S: INTERNATIONALE MASTER IN EEN NIEUW KLEEDJE

FACULTY WORLDWIDE

Dit academiejaar wordt de Erasmus Mundus Master of Science in Food Science, Technology and Business grondig onder handen genomen. Een update drong zich op, zeker ineen sector waarin vitale aangelegenheden zoals voedsel -productie en -kwaliteit, gezondheid en duurzaamheid in volle ontwikkeling zijn. Prof Jan Van Impe, programma coördinatoren recent nog bekroond met een eredoctoraat van de ULB, licht een en ander toe.

Wat in 2005 ‘bescheiden’ startte als een partnership van de Hochschule Anhalt, de Universidade Catolica Portugesa en KU Leuven- Technologiecampus Gent is inmiddels uitgegroeid tot één van de paradepaardjes van de Faculteit Industriële Ingenieurswetenschappen. In drie jaar tijd verdriedubbelde het aantal nieuwe inschrijvingen.

Prof. Van Impe weet waarom. “Om te beginnen bieden we een volwaardige masteropleiding van 120 studiepunten aan – dus internationaal compatibel – en dat aan een topuniversiteit als de KU Leuven. Bovendien situeert onze master zich in een domein dat wereldwijd relevant en actueel is. Alle aspecten van food science en technologie komen aan bod, wat maakt dat onze afgestudeerden in alle schakels van de food chain kunnen functioneren”.

Prof. Jan Van Impe, programmacoördinator

“Ook de ‘business component’ draagt bij tot het succes. Cursussen zoals Product Development en Product Management vallen bij de studenten erg in de smaak. Hetzelfde kan gezegd worden over de intensieve samenwerking met bedrijven en onderzoeksinstellingen”.

“Een ander pluspunt is ongetwijfeld het ‘joint degree’ dat de afgestudeerden ontvangen. Dat is van bij het begin een strategische keuze geweest. Studenten die voor deze opleiding inschrijven, kiezen ervoor om al reizend te leren. Dit draagt niet alleen bij tot hun persoonlijkheidsontwikkeling en maturiteit, het maakt hen ook gegeerd in de industrie. Belangrijk is wel dat we de instroom onder controle houden zodat iedereen op hetzelfde niveau kan starten. Daarom organiseren we bij de start van het academiejaar een crash course chemie, biochemie en technologie om eventuele hiaten in de voorkennis op te vullen”.

Nieuw consortium

FOOD4S – de nieuwe naam van de master – staat voor Sustainable Food Systems Engineering. “De nieuwe naam is meer dan een uithangbord”, vervolgt prof. Van Impe. “Het staat in eerste instantie voor een vernieuwd curriculum waarmee we de ontwikkelingen op het terrein op de voet willen volgen. Zo hebben we er bijvoorbeeld voor gekozen om in een nieuw consortium samen te werken met een nog grotere groep van internationale partners. Voeding is immers een wereldwijde materie en met meer partners kunnen we ook een groter aantal internationale stages en masterproeven aanbieden”.

“FOOD4S blijft immers een internationale master par excellence.”

“In FOOD4S volgen we een tweesporentraject. Een technologische ‘track’ en een meer computationele richting. Voor beide sporen zijn partners aangezocht met de nodige expertise en knowhow in huis. We gaan ervan uit dat 2/3 van de studenten kiest voor ‘innovative technology’ en 1/3 opteert voor de ‘computational track’. Overigens zal voorzien worden in de mogelijkheid om te switchen onderweg. Wat beide sporen met elkaar delen is de onderzoeksgerichtheid. Je bent immers pas volwaardig academisch bezig als je onderwijs gebaseerd is op onderzoek”.

Stagesemester

Wat alvast behouden blijft, is de zgn. ‘professional competence module’, d.i. een volledig semester praktijkstage in de industrie. Prof. Van Impe is zich goed bewust van de organisatorische en praktische consequenties hiervan, zeker als het aantal studenten blijft toenemen. “Voor 50 studenten of meer een internship vinden dat aan onze hoge eisen voldoet, is geen sinecure, te meer omdat de inhoud van de stage moet verschillen van het onderwerp van de masterthesis. Daar komt nog bij dat stages hoe dan ook een intensieve en efficiënte opvolging en kwaliteitsbewaking vragen. Uit ervaring weten we dat studenten in verhouding meer leren in een kleine onderneming dan in een grote doos. In het consortium volgen we nu de regel: vier tot zes maanden voor de masterthesis en in de mate van het mogelijke dezelfde duur voor de stage”.

Beurzen

Vijftien jaar lang krijgt de master in Food Science, Technology and Nutrition al Europese financiering, wat op zichzelf al heel uitzonderlijk is. Na 2020 zal het consortium zelf voor studenten - beurzen zorgen. Wat eveneens behouden blijft in de Food4S nieuwe stijl, dat is de service aan de studenten. “Met onze partners zijn we overeengekomen dat we zullen blijven investeren in competitieve beurzen om de aantrekkingskracht van onze opleiding voor niet EU-studenten te handhaven. FOOD4S blijft immers ook volgend academiejaar een internationale master par excellence”, besluit prof. Van Impe.

Hilde Lauwereys, Yves Persoons

This article is from: