4 minute read

VIRTUELE AFRASTERING HOUDT LOSLOPEND VEE BINNEN PERKEN

ONDERZOEKER IN DE KIJKER

In 2020 pakten Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete en Campus Geel uit met een primeur in België. Koeien, schapen en geiten grazen ‘vrij’ in de Kempische natuurgebieden. Schrikdraden en omheiningen zijn vervangen door een slimme halsband die digitaal de graasterreinen afbakent en de dieren binnen de grenzen houdt. Prof. Ben Aernouts, hoofd van de Livestock Technology Group en prof. Karen Vancampenhout, hoofd van de onderzoeksgroep Bos, Natuur en Landschap van Campus Geel, zorgden voor de wetenschappelijke ondersteuning. Zij doen het verhaal.

“ Loslopend vee in natuurgebieden is in menig opzicht een win-win situatie”, zegt prof. Aernouts.

“Landbouwers hebben doorgaans weidegrond te kort, terwijl het natuurbeheer best grazers kan gebruiken maar dan wel met de nodige flexibiliteit en zonder de bijbehorende landschap verstorende omheiningen. Virtuele afrastering is de oplossing. De technologie werd voordien al met succes uitgetest in Noorwegen, Groot-Brittannië en Nieuw-Zeeland.” “In samenwerking met het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete zetten we in Balen en Mol de eerste begrazingsprojecten op in België”.

Signaal

Het systeem werkt als volgt.

“De dieren krijgen een halsband om die een GPS, een aansluiting op het mobiele netwerk en versnellingssensor bevat. De halsband staat in verbinding met een netwerk van satellieten waardoor nauwkeurig de positie van elk dier opgevolgd kan worden. Via een applicatie op de smartphone bakent de veehouder of natuurbeheerder het terrein af waarop het vee mag grazen.

Wanneer een dier in de buurt van de grens komt, speelt de halsband een oplopend geluids signaal af. Als het dier hierop niet reageert door terug te keren, dan dient de halsband een zwakke stroomstoot toe (30 tot 50 keer lichter dan de klassieke schrikdraad). Negeert het dier tot driemaal toe de signalen dan ontvangt de veehouder een bericht dat er een dier ‘ontsnapt’ is. Via de applicatie kan hij het dier snel terugvinden en terug naar de weide drijven. De handige halsband behoeft weinig onderhoud en is uitgerust met een klein zonnepaneel dat de batterij oplaadt”.

© Sven Van Gestel

Samen met enkele masterstudenten bestudeerde prof. Aernouts het gedrag van de ‘loslopende’ dieren. “De eerste week wordt er een protocol gevolgd om de dieren vertrouwd te maken met het systeem. Tijdens deze leerfase vertoonden sommige dieren afwijkende gedragingen die kunnen wijzen op stress. Na een paar dagen hadden ze het systeem begrepen en hernamen ze het gewone ritme van grazen, herkauwen en rusten.” “We zagen wel dat de kleine grazers sneller terug keerden naar de veilige zone. Koeien daarentegen zoeken bewust de grenzen op, ook al omdat zich daar het meeste verse gras bevindt. Als er zich toch uitbraken voordeden, dan waren die het gevolg van onverwachte gebeur te nissen zoals een voorbijganger met een blaffende hond”.

prof. Ben Aernouts en prof. Karen Vancampenhout

© Sven Van Gestel

Biodiversiteit

“Voor gericht natuurbeheer opent virtuele afrastering interessante perspectieven”, vervolgt prof. Vancampenhout. “Natuur begrazing is een goed alternatief voor maaien om landschappen en de biodiversiteit die er aanwezig is in stand te houden.

Voor de dieren betekent het een welgekomen variatie in het menu: naast gras eten ze ook kruiden en struik gewas. Bovendien genieten ze van meer bewegingsvrijheid, waardoor ze zich natuurlijker gedragen. Met behulp van virtuele afrastering kan de begrazings intensiteit worden geoptimaliseerd in functie van de noden van de dieren en het terrein”.

Koolstof

Prof. Vancampenhout is overtuigd van de positieve impact van virtuele afrastering op het milieu. “We weten dat CO2 uit de lucht kan opgeslagen worden in de bodem en de vegetatie onder de vorm van organische koolstof. Deze koolstoffixatie gebeurt veel minder op percelen die regelmatig bewerkt worden. Natuurgebieden daarentegen zijn wel bijzonder geschikt om de koolstof op een duurzame manier en voor een lange periode vast te leggen, tenminste als ze goed worden uitgebaat en onderhouden”. Prof. Aernouts besluit: “We zijn hoe dan ook van plan om vervolgprojecten op te zetten waarin we de mogelijkheden van gestuurde en flexibele begrazing verder onderzoeken met het oog op beter landschapsbeheer en verhoogde koolstof fixatie en agrobiodiversiteit. Ook willen we nagaan hoe de technologie ingezet kan worden bij stripbeweiding met een kudde melkkoeien en omweiden in combinatie met automatische melksystemen. De virtuele afrastering heeft dus niet enkel potentieel voor natuurbegrazing, maar ook voor de moderne melkveehouderij”.

Yves Persoons

This article is from: