beroeper de vrije

Reportage
Waar staan vrije beroepers in hun digitalisering?
Keynote speaker op Dag van het Vrije Beroep
Reportage
Waar staan vrije beroepers in hun digitalisering?
Keynote speaker op Dag van het Vrije Beroep
Beste Vrije Beroeper,
Als Federatie Vrije Beroepen zijn jullie noden en uitdagingen een erg belangrijk kompas. Deze geven ons richting en bepalen onze prioriteiten. Daarom is het kennen en begrijpen van jullie dagelijks werk erg belangrijk. Om hier inzicht in te krijgen, hebben we verschillende kanalen. De leden van onze Raad van Bestuur en Algemene Vergadering zijn actieve Vrije Beroepers. Er zijn op provinciaal niveau netwerkbijeenkomsten die georganiseerd worden door en voor Vrije Beroepers die wij ondersteunen.
We voorzien beroepsoverschrijdende opleidingen voor actieve Vrije Beroepers en we houden contact met de beroepsverenigingen van Vrije Beroepers.
Kortom we houden continu de vinger aan de pols. We merken dat het landschap en de uitdagingen van en voor vrije beroepers heel erg aan het veranderen is. Twee thema’s die actueel zijn en zeker nog een lange tijd heel veel zullen betekenen voor alle vrije beroepers zijn ‘Samenwerken’ en ‘Digitalisering’.
Als Federatie is het onder andere onze opdracht om jullie te informeren, inspireren en op te leiden om met veranderingen en vernieuwingen om te gaan. Deze De Vrije Beroeper staat in het teken van deze thema’s en geeft ook al een voorsmaak van onze Dag van het Vrije Beroep die zal doorgaan op 14 oktober. Eindelijk.
Ik kijk enorm uit naar dit fysiek evenement, zowel naar de inhoud, als alle ontmoetingen en de fijne sfeer die ongetwijfeld aanwezig zal zijn. Tot dan!
Anton Smagghe, secretaris-generaal
De Vrije Beroeper is een uitgave van de Federatie Vrije Beroepen vzw (VU), Willebroekkaai 37, 1000 Brussel. Verschijnt 3x per jaar. De redactie van De Vrije Beroeper streeft naar de grootst mogelijke betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld. Contact: +32 (0)2 21 22 504, info@federatievrijeberoepen.be Kernredactie: Federatie Vrije Beroepen i.s.m. UNIZO-redactie Vormgeving: KIXX, Autobaan 5/0202, 8210 Loppem, tel +32 (0)51 40 43 12, www.kixx-concept.be Adverteren? Trevi nv, Meerlaan 9, 9620 Zottegem, +32 (0)9 360 62 16, www.trevi-regie.be Blijf op de hoogte: www.facebook.com/federatievrijeberoepen, twitter.com/vrijeberoepen Onze elektronische nieuwsbrief? www.federatievrijeberoepen.be
Zijn we (eindelijk) klaar om samen te werken in een gedigitaliseerde wereld?
Dit interview vond oorspronkelijk plaats in het voorjaar van 2020, toen het coronavirus nog maar net aanwezig was, we nog niet wisten welke schade dit onze samenleving zou berokkenen en hoe hard onze leefwereld door elkaar geschud zou worden. Het thema van de Dag van het Vrije Beroep blijkt nu nog relevanter en de keuze van Saskia Van Uffelen als keynote speaker nog interessanter. We lichten alvast een tipje van de sluier en laten u kennis maken met de Digital Champion voor België.
TEKST Melissa Gasthuys - FOTO’S Luk Collet
U bent een bezige bij:
Corporate Vice President, keynote speaker, digitaal ambassadeur, ondernemer, moeder,… Hoe behoudt u het evenwicht?
interessant om deze rol op te nemen en in de eerste plaats bestond die erin om te sensibiliseren en bepaalde thema’s naar voren te schuiven. Dat laatste, die thema’s aanbrengen bij diegenen die er vervolgens iets mee kunnen doen, zie ik als mijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Dit is voor mij even belangrijk als mijn andere functies.”
“In 2021 is duidelijk gebleken dat deze thema’s meer aandacht hebben gekregen en de crisisomstandigheden hebben voor de nodige acceleratie gezorgd.”
U bent ook Digital Champion voor België: wat houdt dat precies in?
“Om het even te kaderen: in 2010 had men in Europa een digitaal plan op de agenda en de verantwoordelijke hiervoor wou een contactpersoon per land hebben waarop hij een beroep kon doen. Op deze manier kon er ook rekening gehouden worden met de verschillende niveaus van maturiteit voor alle Europese landen. Ik heb dus de vraag gekregen voor België en op dat moment wisten we nog niet goed waar de prioriteiten lagen. Ik vond het dus
De vrije beroepen zijn over het algemeen nog vrij sectoraal georganiseerd, waardoor transformatie een uitdaging blijft. Hoe kijkt u hier naar?
“België is een land dat nog zeer sectoraal georganiseerd is, niet enkel binnen de vrije beroepen. Op zich was dit een goed gegeven zolang de concurrentie vanuit de eigen sector kwam. De dag van vandaag is dit niet meer zo, want enerzijds is er een betere toegang tot data voor verschillende partijen, maar anderzijds gaat het ook om de toegevoegde waarde van een organisatie.“
“Ik krijg die vraag vaak, maar eigenlijk is het andersom: ik zou niet slagen in wat ik operationeel doe, mocht ik het er niet kunnen bijnemen. Het is een manier om mezelf te verrijken, andere inzichten te verwerven en uiteindelijk voor te zorgen dat ik mijn job kan uitoefenen. Bijgevolg is het voor mij dus een makkelijke methode om levenslang te blijven leren.” >
“Wanneer de klant, cliënt of patiënt de beoogde toegevoegde waarde niet meer zo percipieert, ontstaat er frictie. Om een voorbeeld te nemen: mijn vader was geneesheer en wanneer hij een diagnose stelde, ging zijn patiënt deze analyse nooit in vraag stellen. In een geconnecteerde wereld, waarbij iedereen eerst langs dokter Google passeert, denkt de patiënt het soms beter te weten en dat vraagt andere competenties van een arts. Daaruit blijkt dan weer dat de toegevoegde waarde niet enkel meer komt vanuit kennis, maar ook in de manier waarop ze wordt overgebracht. Als men dus vasthoudt aan ‘het heeft altijd zo gewerkt en het zal nog wel zo werken’, zal de rol van bepaalde beroepen in vraag gesteld worden.
Hieruit volgt dan dat als iedereen zijn toegevoegde waarde gaat herdefiniëren, iedereen
ook op elkaars terrein gaat komen. Vrije beroepen zijn nog redelijk silo georiënteerd en dat maakt dat men in de eerste plaats negatief zal reageren. Laten we wel realistisch zijn: het is onvermijdelijk dat er altijd bedrijven zullen zijn die met creatieve ideeën afkomen die in het vaarwater van een andere terecht komen. Grotere bedrijven hebben soms meer middelen dan kleinere om na te denken over hun werkwijze en zich aan te passen.”
“Anderzijds is het zo dat de wendbaarheid van kleinere organisaties beter is dan van grotere en daar vallen de vrije beroepen ook onder. In 2020 hebben we veel organisaties gezien met een geweldige wendbaarheid. In 2021 merk ik wel dat de vraag ‘Wanneer kunnen we terug naar het normale?’ nog steeds wordt gesteld, terwijl dit niet gaat gebeuren. De sectororganisa -
ties zullen nog meer dan ooit moeten inzetten op dat aanpassingsvermogen. Dit is wat ik ook probeer te stimuleren: mensen sensibiliseren om dingen te durven doorbreken en daar komt de titel van mijn boek ‘Durven voor morgen’ ook vandaan. We moeten niet durven voor onszelf, maar voor de volgende generaties om een maatschappij te creëren waar we trots op zijn.”
Veel ondernemingen, even goed bij de vrije beroepen, houden nog vaste aan verouderde businessmodellen. U pleit voor verandering, maar hoe zouden ze dat dan best aanpakken?
“Een structurele transformatie duurt meestal tussen de 3 à 5 jaar. Ondertussen moet het schip natuurlijk blijven varen en dat is waarom het tijd en moed vraagt om verandering
duurzaam te blijven doorvoeren, niet enkel om een crisis door te komen. De oude modellen blijven onder druk, dus als men niet mee stapt in de nieuwe modellen, stopt het verhaal.”
“Het is dus van belang om de uitdagingen die de digitale revolutie met zich meebrengt te blijven zien als opportuniteiten in plaats van als obstakels en creativiteit en innovatie hiervoor in te zetten. Er zal cross-sectioreel nagedacht en samengewerkt moeten worden om nieuwe competenties te verwerven. Deze boodschap zal ik graag overbrengen op de Dag van het Vrije Beroep en zal ik ook blijven herhalen.”
Heeft u mooie voorbeelden gezien van transformatie (of zelfs disruptie) het afgelopen jaar binnen de vrije beroepen?
“In alle sectoren werd er snel geschakeld, want ze waren hier vaak al eerder mee bezig. De crisis heeft wel voor een versnelling gezorgd in de uitvoering van die transformaties, waar de organisaties al voldoende matuur waren. Er is ook een ander deel dat eerst nog ongelovig was naar de kracht van technologie, maar het is mooi om te zien hoe ze dit hebben opzij gezet en omarmd hebben.”
“Ik heb heel wat fantastische initiatieven gezien, maar blijf benadrukken dat sectorfederaties in hun rol moeten durven vooruit denken, zodat de structurele verandering ook in hun beïnvloeding naar evoluerende regelgeving voldoende vernieuwend blijft.”
“Om terug te komen op het feit dat de concurrentie niet meer uit de eigen sector komt, is het nuttig om het doel van een sectorfederatie af en toe in vraag te stellen. Bovendien hoop ik dat sectorfederaties samen zitten over hoe ze samen een nieuw ecosysteem kunnen creëren.”
De generatiekloof is en blijft een uitdaging in heel wat sectoren. Bij vrije beroepen is dat niet anders. Enerzijds zijn er heel wat 60-plussers, anderzijds veel jonge – vrouwelijke – vrije beroepers. Wat is hier, volgens u, de impact van?
“De term generatiekloof hoor ik niet zo graag, want de diversiteit binnen alle generaties zorgt eigenlijk voor opportuniteiten naar vernieuwing toe. Binnen de vrije beroepen is er een grote groep van ‘boomers’ die dicht tegen hun pensioengerechtigde
leeftijd staan en gewend zijn aan een bepaalde manier van werken. Daarna komt de ‘generatie X’ die wat verdeeld is tussen enerzijds, op dezelfde manier werken omdat ze dit zo heeft meegekregen en anderzijds, ziet ze ook dat de ‘generatie Y’ niet enkel leeft om te werken, maar ook wil genieten en niet gebonden wilt zijn aan 40 jaar dezelfde carrière. Ik vrees dat ‘generatie X’ het meest gevoelig is voor burn-out, omwille van die verdeeldheid en omdat ze op elk vlak succesvol wilt zijn.“
Saskia Van Uffelen:
“We moeten niet durven voor onszelf, maar voor de volgende generaties om een maatschappij te creëren waar we trots op zijn.”
“De ‘generatie Y’ neemt iets meer afstand van dat perfectionisme, is leergieriger in een breder kader en denkt al makkelijker out-ofthe-box. Als laatste is er ook ‘generatie Z’, maar die zit nog grotendeels op de schoolbanken. Vandaar dat ik ‘kloof’ niet graag hoor, want net de verschillen van die generaties bieden een zekere complementariteit.”
Samenwerken tussen de jongere en oudere generaties is geen evidentie. Wat moet er veranderen om dit vlotter te laten verlopen?
“De vraag die we ons moeten stellen is: ‘Hoe gaan we van diversiteit naar inclusiviteit?’
Dat begint, ook in de sectoren van de vrije beroepen, met het beter luisteren van de oudere generaties naar de jongere generaties. Bijvoorbeeld door te vragen hoe zij een vrij beroep definiëren en hoe zij kijken naar de toegevoegde waarde van dat beroep in de huidige context. Uiteindelijk zou er een cultuur moeten ontstaan waarin men de verschillende visies apprecieert, vertrouwen heeft in elkaars kunnen en ruimte laat voor samenwerking tussen deze generaties.”
Een knelpunt binnen bepaalde vrije beroepen is het bereiken en aantrekken van jongeren. Wat moet er gebeuren om de jongeren warm te maken voor deze beroepen?
“De studie ‘Be the change’ (Agoria) toont aan dat er een drastische evolutie op de Belgische arbeidsmarkt zal plaatsvinden tussen nu en 2030 en dat alle sectoren moeten inzetten op skillen, reskillen en upskillen. We hebben iedereen actief nodig op de arbeidsmarkt. Hierbij speelt perceptie een belangrijke rol. Zelfs binnen mijn eigen functie van ICT naar Digital Champion ondervind ik nog problemen rond stereotype beschrijvingen zoals ‘nerd, mannelijk en niet cool’. Wanneer ik dan naar bepaalde omschrijvingen van beroepen kijk, zijn ze behoorlijk bevooroordeeld en soms onaantrekkelijk. In de eerste plaats is er een team nodig om het beroep interessanter te maken en in te passen in de leefwereld van die jongeren. Om het interessanter te maken, moet er meer duidelijkheid zijn rond wat de
mogelijkheden zijn binnen het beroep of de sector, zoals welke richting men kan uitgaan, waar er een tekort aan is,… Het komt allemaal neer op een positieve manier van communiceren naar de beoogde doelgroep en hiervoor voldoende budget en tijd te voorzien.”
“Ten tweede, moet de vraag aan de jongeren zelf gesteld worden. Ga het antwoord zoeken daar waar het antwoord zich bevindt. Ga niet uit van veronderstellingen en verwachtingen en begin bij hoe de jongste generatie de organisatie of het beroep ziet evolueren binnen 10 of 20 jaar. Op deze manier kan er een realistische cartografie gemaakt worden op basis van echte input en niet op basis van informatie van gisteren. Er moet eerst tot de kern gegaan worden om verder te kunnen bouwen.”
Welke boodschap geeft u nog graag mee aan de vrije beroepen?
“Men moet terug op zoek gaan naar een harmonie tussen welvaart en welzijn. We kunnen het idee van ‘meer doen met minder middelen’ niet blijven rekken en ook de komende generaties moeten nog de kans krijgen om een gezonde werk-privébalans te hebben. Ik heb goede hoop dat we erin gaan slagen om die harmonie te vinden en de nodige transformaties door te voeren. We staan er allemaal voor en we moeten er allemaal samen door. Een goede zaak, want iedere uitdaging creëert een opportuniteit.”
Sinds de start van de coronacrisis was er eigenlijk geen keuze meer: allemaal mee op de digitale sneltrein! De ene stond natuurlijk al wat verder in het digitaliseringsproces dan de andere. We vroegen ons af of er veel vrije beroepen al pre-corona bezig waren met digitalisering of net een boost kregen tijdens deze periode. We stelden de vraag aan de vrije beroepers zelf. Bedankt voor jullie enthousiaste en boeiende bijdrages, vrije beroepers!
TEKST Melissa Gasthuys
Marlene Reyns, voorzitter Vlaamse Beroepsorganisatie van Vroedvrouwen (VBOV)
“Digitalisering is een weg die al decennia geleden is ingeslagen, maar implementatie heeft tijd nodig. We zijn nu 2021 en de digitalisering kreeg een boost sinds de coronaperiode. Voordien werd er occasioneel online vergaderd en plots gingen alle vergaderingen online door. We leerden de voordelen kennen: geen files, efficiëntere tijdsbesteding en geen kilometervergoedingen. We zien voor de toekomst een hybride vorm binnen de organisatie waarbij de ‘live’ vergaderingen zeker nog zullen plaatsvinden. We hebben de babbeltjes tijdens de koffiepauzes gemist, die eigenlijk wel erg belangrijk zijn in beleidsbeslissingen. Het persoonlijk contact is toch van cruciaal menselijk belang.
Voorheen besteedden we als vroedvrouw massaal veel tijd aan teleconsulten. Dat werd tijdens de coronahoogdagen in een sterker professioneel kader opgenomen en we
werden hiervoor correct vergoed. Op dit moment zijn we volop in overleg met het RIZIV over hoe we de teleconsulten kunnen behouden en welke activiteiten hiervoor in aanmerking komen. Dat is een belangrijke verwezenlijking!
Vroedvrouwen werken meer en meer met digitale dossiers. Dit gegeven is volledig los te bekijken van de coronacrisis. Vorig jaar konden de vroedvrouwen, voor hun activiteiten in 2019, voor het eerst een telematicapremie aanvragen en dat stimuleert. Digitaal werken is voor de vroedvrouwengroep een ware mindshift. Met de nodige opleidingen zien we meer vroedvrouwen deze digitale trein nemen. We hopen binnen een tweetal jaar dat alle vroedvrouwen hierin bedreven zijn.
Vorig jaar lanceerden we met de beroepsorganisatie een nieuw intranet dat vroedvrouwen de mogelijkheid biedt om hun vroedvrouwenprofiel digitaal te beheren: professionele gegevens, een online portfolio van de gevolgde permanente vorming, online betalingen voor opleidingen georganiseerd door VBOV,… Dit zorgt voor een verdere professionalisering van het beroep.
Voor de toekomst zien we digitalisering alleen maar groeien en hier zetten we onze schouders graag mee onder.”
Caroline Croo, tandarts en docent bachelor mondzorg aan de Artevelde Hogeschool
“Ik ben zelfstandig tandarts sedert 1988 en op de digitale
weg gegaan via tandheelkundige software sinds 1994. Sindsdien is alles in een stroomversnelling geraakt en zeker de laatste 10 jaar. Ik ben heel vroeg overgeschakeld op digitale radiologie en uiteindelijk twee jaar geleden overgeschakeld op een digitale orale scanner.
Het is een ongelooflijke wereld die opengaat. Ondertussen zijn er ook tools ontwikkeld waarbij het digitale een grote rol gaat spelen en worden er ook digitale bootcamps georganiseerd door collega’s. Het is mooi om te zien hoe jonge collega’s het digitale omarmen.
De coronacrisis zelf heeft ervoor gezorgd dat het e-Health verhaal van de overheid in een stroomversnelling is geraakt. Digitaal voorschrijven zonder papier komt eraan in september, gegevensuitwisseling met collega’s-artsen kan nu ook, op ziekenhuizen na, via e-Health. Maar, altijd een maar: alles blijft afhankelijk van de instelling van de tandarts en zijn/haar gedrevenheid om op de kar te springen.”
Jan Sap, directeur-generaal van de Federatie van het Notariaat ( Fednot)
“In maart 2020 werden we geconfronteerd met de eerste quasi-lockdown. Daardoor mochten de burgers zich niet of nauwelijks nog naar een notariskantoor verplaatsen om een notariële akte te ondertekenen. Gelukkig konden we in mei 2020 al een oplossing aanreiken dankzij een authentieke digitale volmacht. Sindsdien kan de burger een volmacht geven aan een notarismedewerker via zijn pc. De medewerker kan hierdoor de akte in de plaats van de burger ondertekenen. De koper van een woning moet zich dus niet meer naar de notaris verplaatsen om de koopakte te tekenen. Hij kan de toelichting en de ondertekening van de akte van achter zijn computerscherm volgen.
Fednot kon dit snel realiseren dankzij eerdere ervaringen met digitaliseringsprojecten. Zo lanceerden we in september 2018 het online verkoopplatform, Biddit. Dankzij dit platform kunnen huizenjagers online op een woning bieden. >
Een tijdrovende verplaatsing naar een openbare verkoopzaal is niet meer nodig.
Begin augustus lanceerde Fednot een nieuwe digitale tool: StartMyBusiness. Sindsdien kan een ondernemer zijn bedrijf online oprichten. Daarmee behoort het Belgisch notariaat tot de Europese koplopers.
Voor de ontwikkeling van digitale technologie werkt het notariaat graag samen met andere sectoren. Een mooi voorbeeld is het elektronisch effectenregister eStox, dat we in 2019 lanceerden met het Institute for Tax Advisors and Accountants.
Het notariaat staat ook open voor samenwerking met andere sectoren rond Izimi: een gratis digitale kluis waarin elke burger zijn persoonlijke documenten veilig kan opbergen én delen met vertrouwenspersonen.
Uitgangspunt is dat de gebruiker meester blijft van de data in zijn kluis. Alleen hij bepaalt welke informatie hij in Izimi opslaat, welke info hij deelt en welke info hij wil ontvangen. Als nu de gebruiker toevallig op het punt staat een huis te kopen, kan het interessant zijn dat hij van banken of van verzekeraars offertes ontvangt. Een ecosysteem met andere actoren is daarom niet uitgesloten. Maar de samenwerking - met welke sector ook - zal steeds gestoeld zijn op het basisprincipe: Alleen de gebruiker bepaalt welke informatie hij via Izimi wil ontvangen. De cliënt zit aan de knoppen, niet de dienstverlener die hem met ongewenste advertenties om de oren slaat.”
Bart
Van Coile, voorzitter
van het Institute for Taxadvisors and Accountants (ITAA)
“Accountants en belastingadviseurs zijn al jaren bezig met digitalisering om hun dienstverlening te verbeteren en efficiënt tewerk te gaan. Ze zijn constant op zoek naar nieuwe tools om zichzelf te verbeteren. We merken bovendien dat de markt voor onze sector heel dynamisch is. Er is al een tijdje ten minste maandelijks een nieuw (pers)bericht over een succesverhaal in of rond de sector: beursgangen, kapitaalinjecties en overnames zijn dagelijkse kost.
Veel nieuwe start-ups zien we ook de markt betreden met tools die taken met minder toegevoegde waarde, wettelijke verplichtingen maar ook pijnlijke interacties met overheidsapplicaties aanzienlijk versnellen. Een aantal daarvan werken met bots. Dat maakt tijd en energie vrij voor de kerntaken van accountants en belastingadviseurs.
Ook projecten van het ITAA voor leden en ondernemers zijn succesverhalen: Onze e-invoicingtool Billtobox (i.s.m. UnifiedPost, Belgische wereldspeler in de fintech) heeft dit jaar reeds de kaap van 2 miljoen e-facturen overschreden. Met Billtobox stellen de accountant en belastingadviseur een gratis ‘factuurbrievenbus’ ter beschikking van ELKE ondernemer. Daardoor ontvangt niet alleen deze ondernemer zijn facturen, maar kan hij al zijn verkoopfacturen op de juiste wijze verzenden naar om het even welke cliënt. eStox, een project in samenwerking met FEDNOT, beheert al het aandeelhoudersregister van bijna 30.000 ondernemingen en groeit momenteel maandelijks met meer dan 2.500 nieuwe registers.
Dit alles werd reeds precorona in gang gezet. Als we de cijfers van e-facturen bekijken, is er wel een boost gecreëerd door de coronacrisis, maar die kwam vooral vanuit het cliënteel van onze leden: het was bijvoorbeeld plots niet meer mogelijk om documenten fysiek af te leveren en dat heeft heel wat ondernemers aangezet tot een verandering in de manier waarop ze samenwerkten met hun dienstverleners. Ze zien daar nu de positieve gevolgen van.”
Sébastien Devogele, voorzitter van de Belgische Kamer van Vertalers en Tolken (BKVT)
“Vertalers zijn al lang vergroeid met hun computer. Sinds 1990 deden de zogenaamde CAT-tools, vertaalsoftware die vertalers
productiever maakt, hun intrede en sindsdien stapten meer en meer vertalers op de digitale kar.
Bij de tolken daarentegen waren precorona slechts een aantal aspecten van het beroep gedigitaliseerd: aanvragen voor opdrachten per e-mail of WhatsApp (onder collega’s), woordenlijsten met specifieke terminologie in Word, Excel of een programma voor terminologiebeheer. Maar het tolken zelf vond meestal ter plekke plaats, bij de klant of in het conferentiecentrum. Anderhalf jaar geleden bestonden er weliswaar al platformen die toelieten om online simultaan te tolken (het zogenaamde RSI – remote simultaneous interpreting), maar ze stonden nog in hun kinderschoenen, waren nog niet helemaal stabiel en werden maar mondjesmaat gebruikt. Een doorsnee eindklant zag zijn tolken nog altijd liever fysiek verschijnen op een opdracht en de tolken vonden dat ook best wel fijn.
Toen de tolkensector tijdens de eerste coronagolf in het voorjaar 2020 zowat volledig stil viel, ging de bal van het online simultaan tolken stilaan aan het rollen. De vergadertools die toelieten om simultaan te tolken, maakten een groeispurt door en werden noodgedwongen snel volwassen. Aan aanvragen was er geen gebrek: daar waar velen tijdens de eerste golf een korte rit dachten uit te zitten, groeide in de zomer van 2020 het besef dat het wel nog even zou duren voordat conferenties en vergaderingen zonder al te grote beperkingen opnieuw fysiek zouden mogen plaatsvinden. Steeds meer gebruikers van tolkdiensten deden dan ook een beroep op tolken die hun diensten online konden aanbieden.
Dat vroeg de nodige investeringen in degelijk materiaal (USB-microfoon, bekabelde internetverbinding, eigen geluiddichte cabine,…), maar de meeste tolken hebben zich ondertussen aangepast aan deze nieuwe werkelijkheid. Binnenkort mogen we hopelijk weer meer fysiek bijeenkomen, maar het online simultaan tolken is een blijver.”
Peter Bruynooghe, voorzitter van AXXON Physical Therapy in Belgium
“Als beroepsvereniging strijden we al een tijdje voor digitalisering. Een reden waarom de vorige conventie M20 werd opgezegd, is omdat er onvoldoende werk was gemaakt van de verdere digitalisering van de interacties tussen de kinesitherapiesector en de verzekeringsinstellingen.
De coronacrisis heeft nog duidelijker gemaakt dat verdere digitalisering onafwendbaar is in onze sector. Kinesitherapie op afstand nam noodzakelijkerwijs een start, om de continuïteit van de zorg te kunnen garanderen. Dit was voor sommigen een tijdelijke, maar onmisbare oplossing tijdens de lockdown. AXXON ziet naar de toekomst toe echter een blijvende waarde in videoconsultaties. Naast het begeleiden en coachen, gaat de kinesitherapeut via ‘wearables’ de patiënt monitoren. Zo wordt de opvolging van chronische patiënten in de weken dat ze niet tot in de praktijk komen vergemakkelijkt. Deze manier van
werken noemen we ‘Blended Physiotherapy’. Het belangrijkste voordeel van videoconsult en telemonitoring is de grotere autonomie van de patiënt, met de mogelijkheid om de therapie thuis toe te passen wanneer dat hem het best uitkomt. De werkgroep ‘Telegeneeskunde’ binnen het RIZIV bekijkt momenteel alle mogelijkheden om digitale consultatiemanieren verder uit te werken tot een vaste waarde binnen de zorgverstrekking.
AXXON neemt deel aan verschillende werkgroepen en commissies in functie van de digitalisering van de kinesitherapeutische zorg. Naast meer digitale administratie, willen we vooral dat er
Marieke Wyckaert, voorzitter FVB:
werk gemaakt wordt van de digitale communicatie tussen zorgverstrekkers onderling en de verzekeringsinstellingen. Ook zelf zetten we dit voorjaar een stap in de goede richting met de lancering van de AXXON-app. Wij kunnen zo onze leden direct bereiken, maar ook patiënten hebben hiermee een tool op zak om eenvoudig deskundige kinesitherapeuten in hun buurt terug te vinden.”
Ellen Excelmans, klinisch psycholoog en gedragstherapeut, coördinator Psychologennet
“Maart 2020 joeg de coronacrisis ons massaal in ons kot. Online werd de nieuwe norm. Traditioneel werken klinisch psychologen face-to-face. Een kleine minderheid had al ervaring met de integratie van online tools in hun werk, maar voor velen was dit een enorme omschakeling. Vooral het videobellen werd geïntroduceerd. Ineens moesten klinisch psychologen hun therapeutische gesprekken via een klein schermpje doen. Dit vereiste soms heel wat inventiviteit van de psycholoog. Ook het psychodiagnostisch onderzoek moest eraan geloven. Dit betekende een boost voor de online testbatterijen. Andere toepassingen die hun weg vonden naar de psycho -
“Velen onder ons hebben grote creativiteit getoond en soms zelfs van de nood een grote deugd gemaakt.”
logische praktijk waren de online therapieprogramma’s, online afsprakenbeheer en online betalingen.
Sommige psychologen leerden zo de voordelen van online tools kennen en blijven ze daarom inzetten in hun praktijk. Anderen zagen vooral de nadelen en keerden snel terug naar hun oude manier van werken. Één ding is zeker: de coronacrisis heeft duidelijk gemaakt dat klinisch psychologen nog een lange weg moeten afleggen op het gebied van digitalisering. Heel wat collega’s zweren bij pen en papier en de ontwikkeling van een elektronisch patiëntendossier botst op heel wat weerstand. Angst voor inbreuken op de privacy van hun cliënten is hierbij een grote drijfveer.
Daarom is het belangrijk om te investeren in digitalisering van de psychologische praktijk. Er is niet alleen nood aan financiële ondersteuning, maar ook sensibilisering en opleiding zijn nodig. Online tools gaan een klinisch psycholoog nooit overbodig ma -
ken en hoeven geen afbreuk te doen aan het intermenselijk contact. Zo zijn webinars en online meetings nu meer en meer ingeburgerd. Zelfs netwerken is online mogelijk. Collega’s hebben aan den lijve ondervonden dat dit online contact heel wat verplaatsingstijd bespaart en een waardig alternatief kan zijn voor ‘offline’ bijeenkomsten. Het is de ervaring die telt om psychologen over de streep te halen.”
Koen Straetmans, voorzitter van de Algemene Pharmaceutische Bond (APB)
“Apothekers behoorden tot de eerste zorgverstrekkers die gebruikmaakten van informatietechnologieën en digitale tools. Digitalisering was voor onze sector al lang voor het begin van de gezondheidscrisis dagelijkse realiteit. Zo zijn bijvoorbeeld alle Belgische apotheken aangesloten op het Gedeeld Farmaceutisch Dossier, waarmee volledige medicatieschema’s kunnen worden opgesteld. Zoals de crisis aantoonde, hebben deze tools een sleutelrol gespeeld bij de juiste behandeling van vele patiënten.
In de toekomst zal interdisciplinaire samenwerking steunen op efficiënte e-gezondheidstools. Alle leden van het zorgteam moeten toegang kunnen krijgen tot gegevens die relevant zijn voor de zorg van de patiënt. Het toekomstig gedeeld gezondheidsdossier zou dus één interdisciplinair medicatieschema moeten bevatten, waarin een sleutelrol is weggelegd voor de huisapotheker. Ook moeten andere leden van het
zorgteam de resultaten van de toekomstige farmaceutische zorginterventies van de patiënt kunnen raadplegen, in het bijzonder de huisarts die verantwoordelijk is voor het Globaal Medisch Dossier van de betrokken patiënt, en natuurlijk de patiënt zelf!
Het is duidelijk dat de gezondheidscrisis bepaalde ontwikkelingen heeft versterkt, zoals de thuislevering – een webapplicatie die zowel de planning van de rondes als de samenwerking tussen collega’s vergemakkelijkt –, de dematerialisatie van de voorschriften – de lockdown maakte het digitale versturen van de RID-codes van elektronische voorschriften noodzakelijk – of de uitrol van een uitgebreider digitaal aanbod als aanvulling op de fysieke apotheek.
Deze overgang van een traditioneel model naar een hybride model (online en offline), dat in staat is digitale en menselijke relaties harmonieus met elkaar te verzoenen en toch dezelfde kwaliteit van dienstverlening te bieden, vormt een belangrijke uitdaging voor ons beroep. Vooral omdat de crisis ook heeft aangetoond dat het grote publiek toegang moet hebben tot efficiënte, lokale gezondheidsdiensten die gebaseerd zijn op menselijke relaties. Apothekers zijn klaar om de uitdaging van een goed doordachte digitalisering aan te gaan!”
Ik kijk bijna terug op twee volle mandaten als uw voorzitter en ik kan er niet naast kijken: het is opvallend hoe vaak de digitalisering ter sprake is gekomen, zowel in de communicatie naar de buitenwereld toe als in de interne bedrijvigheid van de staf. Ik geef eerlijk toe dat ik mij al verschillende keren de vraag heb gesteld of, wat, en hoe we hiermee als Federatie verder aan de slag moeten. Die momenten van twijfel duren evenwel nooit lang: alleen al de snelheid waarmee de pandemie alle vrije beroepers nogmaals hebben verplicht digitaal op te schalen blijft een werkelijkheid die mij soms met verstomming slaat.
Velen onder ons hebben grote creativiteit getoond, en soms zelfs van de nood een grote deugd gemaakt. Dit deden ze door de beperkingen aan te grijpen naar de ‘instanties’ (van welke aard dan ook) toe om lang gewenste en vanzelfsprekende digitaal ondersteunde veranderingen, die ons leven en dat van onze patiënten en cliënten substantieel vereenvoudigen, erdoor te duwen. Vaak bevorderen zij kwaliteit en snelheid. Zij laten een centralisering van de informatie toe die ons ook als burger gelukkig maakt: eindelijk eenzelfde ‘papier’ maar één keer meer invullen. De weliswaar traag op gang gekomen, maar nadien schitterend georganiseerde vaccinatiecampagne - waarin overigens vele van onze leden een cruciale rol hebben gespeeldwas zonder digitale ondersteuning niet mogelijk geweest.
Ik schrijf dit stukje overigens vanuit Duitsland, waar mijn Belgische Covid Safe App - soms na enig getuur - alle deuren opent. Een mooi voorbeeld. Kan het beter? Ja, zeker. Moeten we verder deze weg opgaan? Ja, nog zekerder en we zullen ook niet anders kunnen; zo niet doet de wereld het wel voor ons. Tja, dan hou ik liever zelf wat controle.
De Federatie blijft hier dus ondersteuning bieden, ook al is het een diverse en moeilijke opdracht. Daarbij moeten we vooral ook oog hebben voor de talloze patiënten en cliënten die zich zelf aan de ‘onderkant’ van de digitaliseringscapaciteit bevinden, om welke reden ook: ouderdom, maatschappelijk zwakkeren, gebrek aan opvoeding, armoede. Soms zitten vrije beroepers ook in die groep. We nemen ze mee, althans dat proberen we zo goed als we kunnen.
En u, digitaliseert u mee?
Marieke Wyckaert, voorzitter FVB
Informatie, begeleiding en advies? www.sterkondernemen.be
Subsidies en financiering?
www.subsidiedatabank.be
Het Contact Center van VLAIO ondersteunt de economische en juridische vrije beroepsbeoefenaars in de zoektocht naar toepasselijke overheidssteun voor hun cliënten. Neem contact op met een bedrijfsadviseur van VLAIO.
0800 20 555
Bescherm je cliënten en hun data. Geef niet alles vrij, maar ga zorgvuldig om met de toevertrouwde informatie.
MAAK UW ORGANISATIE GDPR PROOF
Privanot is tot stand gekomen om een oplossing te bieden voor de GDPR-uitdaging bij notariskantoren. Ondertussen is Privanot, net zoals de GDPR, blijven evolueren en bieden wij een GDPR-oplossing op maat aan in verschillende sectoren, zoals de publieke sectoren en de vrije beroepen.
www.privanot.be