Particulier onderzoeker
Geschreven door:
Mr. Paul Bles
Wettelijke kaders


Geschreven door:
Mr. Paul Bles
Copyright
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Samenstellers en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een zo betrouwbaar mogelijke uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen aansprakelijkheid aanvaarden op onjuistheden die eventueel in deze uitgave voorkomen.
De uitgever meent alle rechten van afbeeldingen te bezitten of daar afspraken over te hebben gemaakt. Indien rechthebbenden toch een opmerking hebben, kunnen zij zich tot de uitgever wenden.
ISBN 9789493326446
Met dank aan: International Anti Crime Academy (IACA)
Adresgegevens
© Smart Educational Tools, onderdeel van Stichting eX:plain Disketteweg 6 Postbus 1230 3800 BE Amersfoort www.smarteducationaltools.nl
November, 2024
2.
4. Het
4.1
5. Het
6. Het Wetboek van Strafrecht – Strafbare feiten
6.1 Strafbare feiten: misdrijven en overtredingen
6.2 Het 2e boek: Misdrijven
6.3 Diverse misdrijven
6.4 Het 3e boek:
7. Het Wetboek van Strafvordering – Het strafproces
7.1 Indeling van het Wetboek van Strafvordering en fasen in het strafproces
7.2 Eerste fase: het voorbereidend onderzoek
7.3 Tweede fase: het onderzoek ter terechtzitting
7.4 Derde fase: de tenuitvoerlegging van de straf
9.1
9.2 Overwegingen en regels voor de privacygedragscode
9.3 Doel en werkingssfeer van de privacygedragscode
9.4 Begripsbepalingen
9.5 Omschrijving van de sector particuliere onderzoeksbureaus
9.6 Het onderzoeksdossier en -rapport
9.7 Methoden van gegevensvergaring
9.8 Handelen in strijd met de privacygedragscode of de
10. De
10.1
10.2
10.3
10.4
11.
12.
Inleiding
In elke samenleving gelden er waarden en normen. Er is verschil tussen waarden en normen. Waarden zijn de idealen, de motieven die in die samenleving als belangrijk worden beschouwd. Normen zijn de concrete richtlijnen hoe men zich hoort te gedragen. De normen waren vroeger niet vastgelegd in geschreven wetten. We spreken daarbij over ongeschreven recht. Fatsoensnormen, godsdienstige normen en gewoonterecht zijn overigens nu ook nog niet allemaal vastgelegd in wetten. Op dit moment bestaat er dus nog steeds ongeschreven recht.
Een voorbeeld van ongeschreven recht in Nederland is dat een minister die een motie van wantrouwen krijgt van het parlement, zijn ontslag aanbiedt aan het staatshoofd. Hoewel dit nergens in een wet is vastgelegd, gebeurt dit wel steeds op deze manier.
Als we het in onze huidige maatschappij hebben over het begrip ‘recht’ dan hebben we het meestal over het geschreven recht. Het geschreven recht vinden we in wetten en wetboeken die in Nederland gelden. We vinden geschreven recht ook in regelgeving van de lagere overheden zoals de provincie en de gemeente.
Na het bestuderen van dit hoofdstuk kun je:
ĥ Het begrip ‘recht’ omschrijven
ĥ Het verschil tussen publiek- en privaatrecht benoemen
ĥ De rechtsbronnen onderscheiden
ĥ De verschillen tussen de Grondwet, andere wetten in formele zin, algemene maatregelen van bestuur en verordeningen benoemen
ĥ Het begrip ‘grondrechten’ omschrijven en hiervan een aantal belangrijke voorbeelden noemen
1.1 De omschrijving en indeling van het recht
We gebruiken het woord ‘recht’ veelvuldig. Maar wat is eigenlijk recht? Een van de verschillende betekenissen van het woord is ‘aanspraak’. Zo gebruik je het in de zin: “Ik heb recht op betaling van mijn loon.” Er is een vakterm voor deze betekenis van het woord ‘recht‘. In het recht duiden we die aan met de term: ‘een subjectief recht’.
De andere betekenis van ‘recht’ is ‘een verzameling van alle wetten en andersoortige regelgeving’. Denk aan bijvoorbeeld een wetsartikel dat zegt dat de verkoper de zaak moet
leveren. Of het bekende wetsartikel met betrekking tot “Verboden toegang”. In het kader van dit boek zullen we verder spreken over deze betekenis van het woord recht. De juridische aanduiding daarvoor is ‘het objectief recht’.
nRecht is een geheel van gedragsregels, vastgesteld door de overheid, waarbij meestal een sanctie is gesteld op overtreding van de regels.
Hieronder vallen dus alle Nederlandse rechtsregels, maar ook het internationaal recht. Denk aan de regelgeving vanuit de Europese Unie of op grond van internationale verdragen.
1.2 Privaatrecht en publiekrecht
Het recht kan op vele manieren worden ingedeeld. Bijvoorbeeld over het terrein waarop het van toepassing is. Enerzijds hebben we het recht dat de zaken tussen de mensen onderling regelt. Anderzijds hebben we ook het recht dat gaat over de overheid. Bijvoorbeeld wat de overheid wel en niet mag naar de burger toe. Of in hoeverre de overheid kan bepalen over hoe de burger zich moet gedragen. Op dit punt wordt het recht onderverdeeld in privaatrecht en publiekrecht.
Privaatrecht
Privaatrecht gaat over de regels die tussen burgers gelden. Dus er is daarbij geen sprake van overheidsgezag.
n
Privaatrecht is dat deel van het recht dat de verhouding regelt tussen de burgers onderling. Ook genoemd: civiel recht of burgerlijk recht.
Het gaat dus om het recht dat de rechtsbetrekkingen regelt tussen burgers. Onder het begrip ‘burgers’ vallen onder andere uiteraard mensen. Mensen van vlees en bloed worden in het recht aangeduid als ‘natuurlijke personen’.
Let op: onder ‘burgers’ vallen niet alleen mensen, maar ook bedrijven en instellingen. Dus een stichting of een vereniging wordt ook gezien als een burger. Datzelfde geldt ook voor een bv of een nv. Het maakt dus niets uit of een mens iets koopt van een andere mens of van een bv, nv, stichting of vereniging.
Misschien vreemd, maar ook overheidsorganen zelf kunnen gewoon als burger optreden, wanneer die hetzelfde handelen zoals een burger zou handelen. Denk aan een gemeente
die een vuilniswagen koopt van een fabriek. Die koopovereenkomst valt compleet onder het privaatrecht. Hetzelfde geldt als een overheidsorgaan bijvoorbeeld iets huurt van een ander overheidsorgaan.
Enkele onderdelen van het privaatrecht zijn:
ĥ Personenrecht (wettig kind, ouderlijk gezag)
ĥ Familierecht (huwelijk, echtscheiding)
ĥ Vermogensrecht (eigendom, bezit, erfrecht, overeenkomsten)
ĥ Rechtspersonenrecht (nv, bv, vereniging, stichting)
nLet op:
Privaatrecht wordt ook ‘burgerlijk recht’ of ‘civiel recht’ genoemd. Zowel in dit boek als bij examens kunnen deze woorden door elkaar gebruikt worden.
Het woord ‘civiel’ betekent ‘burgerlijk’. Denk aan het Engelse woord ‘civilian’ (= burger).
Publiekrecht
Publiekrecht gaat over de regels die te maken hebben met het overheidsgezag, dus bijvoorbeeld hoe de overheid is georganiseerd, maar ook hoe het overheidsgezag ten opzichte van de burgers werkt.
nPubliekrecht is dat deel van het recht dat de rechtsverhouding regelt tussen de overheid en de burgers én tussen de overheidsorganen onderling.
Als het gaat over de verhouding tussen de rijksoverheid en de provincie Noord-Brabant, dan valt dat duidelijk onder het publiekrecht. Als de Belastingdienst een aanslag oplegt aan Dirk de Groot, dan is dat ook publiekrecht. En ook alle regels die zeggen wat we wel en niet mogen doen, het strafrecht, vallen onder het publiekrecht.
Enkele onderdelen van het publiekrecht zijn:
ĥ Staatsrecht (rijk, gemeente, provincie, kiesrecht)
ĥ Strafrecht (misdrijven en overtredingen)
ĥ Bestuursrecht of Administratief recht (vergunningen, uitkeringen, belasting)
nStaatsrecht is dat deel van het publiekrecht dat betrekking heeft op de organisatie van de staat.
Denk bij het staatsrecht aan de relatie tussen de Eerste Kamer en de Tweede Kamer bij de wetgeving. Of de relatie tussen de ministers en de Staten-Generaal. Of tussen de gemeente en de provincie, zoals bij de aanleg van een weg.
nStrafrecht is dat deel van het publiekrecht waarmee de overheid probeert invloed uit te oefenen op het gedrag van de burgers.
De overheid probeert het gedrag van burgers te beïnvloeden door bepaalde gedragingen strafbaar te stellen. Als een burger een misdrijf of een overtreding begaat, zal het openbaar ministerie (de officier van justitie) deze burger vervolgen. De verdachte wordt voor de rechter gebracht. De rechter zal bepalen of het strafbaar feit is bewezen en welke straf hij de dader daarvoor oplegt.
nBestuursrecht is dat deel van het publiekrecht dat de werkwijze van bestuursorganen regelt bij het vervullen van hun taken in contact met de burgers. Ook genoemd: administratief recht.
De burger heeft op vele manieren te maken met de overheid. Hij vraagt een vergunning of een sociale uitkering aan, of hij moet belasting betalen. In al die gevallen moet de overheid aan tal van regels voldoen tijdens de contacten met de burgers.
1.3 Materieel recht en formeel recht
Er is nog een andere indeling van het recht: de indeling in materieel recht en formeel recht. Daarbij gaat het om de vraag: ‘Wat wordt door het recht geregeld?’
Materieel recht
Met het begrip ‘materieel recht’ geven we de inhoud van de regels aan. Dus: wat moet of wat mag niet, of hoe moet iets? Je kunt hierbij denken aan de regels die vertellen dat de verkoper moet leveren of dat de werkgever het loon moet betalen.