Gynaecoloog Dorenda van Dijken spoort medisch specialisten aan de overgang bespreekbaar te maken

Page 1


GYNAECOLOOG DORENDA VAN DIJKEN SPOORT ALLE MEDISCH SPECIALISTEN AAN DE OVERGANG BESPREEKBAAR TE MAKEN

‘Als iets zich leent voor netwerkgeneeskunde, dan is het de overgang’

Ooit protesteerde ze in tuinbroek op het Malieveld tegen het voornemen om abortus uit het ziekenfondspakket te halen. Inmiddels staat gynaecoloog Dorenda van Dijken al ruim 25 jaar op de bres voor vrouwen in de overgang. Een pionier wier missie nog niet is voltooid: ‘Geef vrouwen flexibele werktijden, extra pauzes, goed sanitair en een ventilator. En práát erover. Vrouwen én mannen!’

Is de overgang onder artsen nog steeds een taboe?

‘O ja. Vrouwen schamen zich ervoor, er wordt lacherig over gedaan, het onderwerp wordt niet serieus genomen. “Dorenda’s hobby”, kreeg ik als commentaar van collega’s. En wat je ook hoort: “Is het geen stress?”, “moet je niet gewoon wat kalmer aan doen?” Maar er is ook onwetendheid, bijvoorbeeld: “Je bloedwaarden zijn normaal, dus het kan de overgang niet zijn”, of “je menstrueert nog, dus het is niet de overgang”. De overgang is pas sinds drie jaar een onderwerp in de opleiding voor gynaecologen – met dank aan de NVOG, onze beroepsvereniging, die zich vierkant achter me heeft opgesteld toen ik hier werk van wilde maken.’

Wanneer werd je gegrepen door dit thema?

‘Ik ben sinds 1994 gynaecoloog. Toen ik net een halfjaar in een kleine maatschap zat met drie oudere, mannelijke gynaecologen, vertrok degene die vrouwen met overgangsklachten hielp. Hij gaf hormoontherapie, dat werkte als een tierelier. Na zijn vertrek kwamen de vrouwen naar mij. Ik ging me in de overgang verdiepen, ontdekte dat hormonen best complex zijn en dat je met een brede blik moet kijken: het gaat bij de overgang vooral om gezond ouder worden. In 2000 circuleerde het - foutieve! - bericht dat je van hormoontherapie borstkanker kon krijgen. Allerlei vrouwen stopten er daarom mee, en ik zag ze instorten. Ik dacht: ik moet aantonen dat die beeldvorming verkeerd is! Dat kleine balletje verontwaardiging is als een grote sneeuwbal verder gerold.’

Ruim 20 jaar later resulteerde dat in de multidisciplinaire menopauze-poli, uniek in Nederland. Wat is er in die twee decennia gebeurd?

‘In 2005 werkte ik in een wat groter ziekenhuis. Daar wilde ik een menopauze-spreekuur oprichten, maar daarvoor moest de medische staf toestemming geven. Zodra ik mijn verhaal begon, zei een uroloog lachend: “Dan wil ik een penopauze-spreekuur”. Alle chirurgen lachten mee. Maar ’s avonds belden ze: “Mijn vrouw heeft al heel lang klachten en kan nergens terecht, mag ze op jouw spreekuur komen?” En ja, die mag natuurlijk komen. Uiteindelijk kreeg ik een verpleegkundig overgangsconsulente. Binnen het ziekenhuis werkte ik steeds vaker samen met andere specialisten: een cardioloog, internist, seksuoloog, psychiatervooral met de psychiater, vanwege de stemmingsklachten. Ik kreeg patiënten met ingewikkelde problemen waar niemand raad mee wist. In 2010 richtte ik de menopauze-poli op. Inmiddels werkte ik met zo veel collega’s samen, dat we eind 2019 besloten om maandelijks een multidisciplinair overleg te houden waarin we casuïstiek met elkaar bespraken. Uiteindelijk werd in september 2021 de multidisciplinaire menopauze-poli geopend, voor vrouwen met complexe overgangsklachten. Het liep storm. Inmiddels is er al bijna een jaar een stop vanwege een toegangstijd van ruim een jaar.’

Wat levert die multidisciplinariteit op?

‘Inzichten zoals: de timing van bepaalde hartmedicatie kan een ongunstig effect hebben op je slaap - en vrouwen in de overgang

‘Het is geen vrouwenkwestie, het is een kwestie die iedereen op de werkvloer aangaat’

streven ernaar, met subsidie van ZonMw, dat in heel Nederland regionale H3-netwerken komen waarin specialisten en huisartsen gezamenlijk zorg geven aan met name vrouwen in de overgang. Inmiddels is dat al in vijf provincies gelukt: Gelderland, Limburg, Brabant, en Noord- en Zuid-Holland.’

Welke behandelingen zijn er voor overgangsklachten?

‘De basis is gezonde voeding en een gezonde leefstijl. Daarnaast staat nog altijd de hormoontherapie met stip op één als de beste oplossing voor alles: hartgezondheid, botgezondheid en stemmingsproblemen. CGT (cognitieve gedragstherapie) is heel effectief bij slaapproblemen. Een plantaardig dieet kan effectief zijn tegen overgangsklachten, acupunctuur kan soms effectief zijn, en supplementen zijn zelden effectief.’

Wat is er mogelijk in de preventieve sfeer?

hebben vaak al slaapproblemen. Ze hebben ook een groter risico op slaapapneu. Ik leerde dat het vrouwenhart echt anders is dan het mannenhart, en hoe de daling van oestrogeen tijdens de overgang het risico op hart- en vaatziekten vergroot.’

Hoe kijken vrouwelijke medisch specialisten naar de overgang?

‘Ik word vaak gebeld door vrouwelijke medisch specialisten en huisartsen die denken dat ze in de overgang zijn. Dan zeg ik weleens: “Vraag je er bij je eigen patiënten naar?” Het antwoord is meestal “nee”. Terwijl de overgang er zó vaak toe doet. Er is bij vrouwen bij bijna elk specialisme een ander raakvlak met haar vrouw-zijn dan bij een mannelijke patiënt. Maar je ziet het pas als je het doorhebt.’

Daarom hamer je op multidisciplinaire zorg en netwerkgeneeskunde?

‘Ja. Als iets zich leent voor netwerkgeneeskunde, dan is het de overgang. Want die betreft de hele vrouw: je hart, hoofd, hormonen, spieren, gewrichten, huid, haar, cognitie, gehoor, gezichtsvermogen; het gaat over alles. Samen met cardioloog Janneke Wittekoek en psychiater Sandra Kooij heb ik het H3netwerk opgezet, dat staat voor Hoofd Hart Hormonen. We

Vier op de vijf vrouwen tussen 40 en 60 jaar ervaren overgangsklachten, zoals slapeloosheid (40%) en mentale problemen (35%). Deze klachten vergroten het risico op arbeidsverzuim met factor 6 - 8 en leiden jaarlijks tot 6 miljard euro productiviteitsverlies. In de zorgsector, waar 80% van het personeel vrouw is, weegt dit extra zwaar. 52% van de medisch specialisten is vrouw, met een gemiddelde leeftijd van 45 jaar. Tijdens de perimenopauze krijgt 60% van de vrouwen met ADHD die diagnose, en vrouwen met eerdere depressies hebben 2 - 5 keer meer kans op terugval. Ook neemt het risico op hart- en vaatziekten (wereldwijd doodsoorzaak nummer één bij vrouwen) sterk toe.

‘Vrouwen zouden standaard rond hun 35ste informatie moeten krijgen over de overgang. We weten dat vrouwen die eerder een depressie hebben gehad, een verhoogd risico lopen om die opnieuw te krijgen in de overgang. Vrouwen met migraine en vrouwen die tijdens hun zwangerschap zwangerschapsvergiftiging, diabetes of een hoge bloeddruk hebben gehad, zou je rond hun 40ste actief moeten informeren. Zij hebben een groter risico op hart- en vaatziekten rond en na de overgang.’

Hoe kunnen vrouwelijke medisch specialisten hun overgangsklachten bespreekbaar maken?

‘Praat erover. Dat is niet altijd gemakkelijk, zeker niet in mannenbolwerken zoals bij sommige - vooral snijdende - specialismen nog het geval is. Erover praten is dan ook een opdracht aan álle medisch specialisten: vrouwen én mannen. Tachtig procent van de zorgmedewerkers is vrouw; behalve medisch specialisten ook verpleegkundigen, OK-assistenten, baliemedewerkers. Het is geen vrouwenkwestie, het is een kwestie die iedereen op de werkvloer aangaat.’

Denk je dat mannen zich aangesproken voelen om daarin het voortouw te nemen?

‘Zeker wel, want mannen hebben mij gesteund om dingen voor elkaar te krijgen: bij het opzetten van de menopauze-poli, bij het aanpassen van richtlijnen. In mijn vorige vakgroep bleef een mannelijke gynaecoloog me steunen. De onderzoekssubsidie van NWO van 9,4 miljoen voor het MenoPause-consortium heb ik samen met onder meer een mannelijke internist-endocrinoloog binnengehaald die ook de projectleider is.’

Heb je zelf tijdens de overgang over je klachten gesproken?

‘Ik heb nooit overgangsklachten gehad. Maar ik kan me wel goed inleven hoe het moet zijn om ze te hebben.’

Op welke manier kun je vrouwen in de overgang op de werkvloer ondersteunen?

‘Wat wij op de OLVG-poli deden: geef vrouwen flexibele werktijden, korte pauzes tussendoor, de gelegenheid om ergens even af te koelen, om een schoon t-shirt aan te trekken. Zorg voor goed

Gynaecoloog Dorenda van Dijken (1958) is gespecialiseerd in de overgang. Ze werkt sinds haar pensioen in de Jan van Goyen-kliniek en doet nog steeds wetenschappelijk onderzoek in het OLVG. Van Dijken richtte de multidisciplinaire menopauze-poli op en doceerde aan verpleegkundig overgangsconsulenten aan het Erasmus MC en Breederode Hogeschool. Ze is bestuurslid van de Dutch Menopause Society en van de European Menopause and Andropause Society. Ze werkt samen met Women’s Inc en is coauteur van drie boeken, waarvan ‘Brein Hormonen Seks’ onlangs is verschenen. Van Dijken is in 2023 op Wereld Menopauzedag benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Zie ook: h3-netwerk.nl.

sanitair, zodat ze hun polsen onder de kraan kunnen houden, hun voorhoofd kunnen deppen, en hun haar goed kunnen doen. Maak het mogelijk om er goed mee om te gaan, zodat ze hun werk kunnen blijven doen. Daar profiteren de vrouwen van, de zorg – met haar arbeidstekorten en ziekteverzuim – én de maatschappij.’

Hoe profiteert de maatschappij daarvan?

‘De overgang kost de samenleving per jaar ongeveer 6 miljard euro aan productiviteitsverlies en 9,5 miljoen euro aan zorgkosten Als alle vrouwen met klachten goed behandeld zouden worden, levert dat de samenleving ruim 5,5 miljard euro op.’

Welke vragen zouden medisch specialisten vaker aan vrouwelijke patiënten moeten stellen?

‘Dat verschilt per specialisme. Psychiaters hebben bijvoorbeeld te maken met hormonale stemmingswisselingen die, vaak ook al in een menstruatiecyclus, bestaande psychische klachten kunnen versterken. Internisten moeten weten dat een schildklier meer kan ontsporen door de overgang, en dat diabetes in de overgang kan veranderen. Een droge huid, haarverlies en bepaalde vulvaire klachten kunnen samenhangen met de overgang; voer voor dermatologen. Orthopeden: er kan een verband zijn tussen spier- en gewrichtsklachten en de overgang. Mdl-artsen: hormonen beïnvloeden mdl-aandoeningen. Cardiologen: opvliegers en nachtzweten geven op zichzelf al een groter risico op een hart- of herseninfarct. Alle medisch specialisten moeten vragen naar de menstruele cyclus, want daarin kunnen vrouwen al bepaalde klachten hebben. Vraag ook welke klachten er in de familie voorkomen en hoe iemands zwangerschappen en bevallingen zijn verlopen. Bij vrouwen vanaf 40 jaar moet je vragen naar de overgang. Neem overgangsklachten serieus, doorbreek het taboe en praat erover. De overgang is niet het probleem. Onze stilte erover wél.’

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.