De Linkse Socialist 381 - februari 2019

Page 1

België - Belgique Hovenierstraat 45, 1080 Molenbeek BC 4383 P2A6269

strijd

solidariteit

socialisme

maandblad van de L i n k s e S o c i a l i s t i s c h e Pa r t i j  nr 381  februari 2019

€2

Afgiftekantoor 1081 Brussel 8 Ver. uitg. G. Cool, Hovenierstraat 45, 1080 Molenbeek

€5 steunprijs

14 euro per uur minimumloon Echte loonsverhogingen 1.500 euro minimumpensioen O

p 4 februari organiseert het ABVV een betoging voor meer koopkracht: voor een minimumloon van 14 euro bruto per uur, 1.500 euro minimumpensioen, gelijk loon voor gelijk werk, ... Daarnaast pleit het ABVV terecht voor hogere jongerenlonen. De nieuwe jobs die er sinds de crisis van 2008 bijkwamen waren dikwijls deeltijdse, flexibele of laagbetaalde jobs. door

Peter, ABVV- delegee

Zoals een artikel in De Standaard aangeeft, had dit een ingrijpend effect op de levenssituatie van jongeren: “Aan het begin van deze eeuw kon nog bijna de helft van de toen 20- tot 25-jarigen hun rekeningen betalen zonder hulp van ouders. In 2016 bleek dat nog maar een kwart. Bij de 25- tot 30-jarigen had in 2014 ruim een derde nog steeds hulp nodig van hun opvoeders.” (15/12/18) Het aantal thuiswonende mannen en vrouwen van 25 tot 29 jaar steeg volgens Eurostat in België tussen 2008 - het jaar van de crisis - en 2017 van 20% naar 30%. De patroons klagen over de “te hoge lonen” van oudere werknemers boven de 50 jaar. Ze vallen de systemen van loonsverhoging op basis van anciënniteit aan. Maar de lonen van 50-plussers zijn niet “te hoog”! Die van de jongeren werden door de crisis en de magere economische vooruitzichten gedecimeerd. De weinig offensieve en al helemaal niet antikapitalistische strategie van de vakbondsleidingen maakt dat we dikwijls voor elke stap vooruit er twee achteruit zetten.

Een centrale reden achter het verschrikkelijke massa-ontslag van 1900 werknemers bij Proximus is dat men af wil van een oudere, zogenaamd ‘duurdere’, groep en die deels wil vervangen door goedkopere jongeren in onzekere contracten. Het kapitalisme vernietigt jobs om de winsten van de aandeelhouders nog hoger op te stapelen!

- vroeger was dat eerder een richtlijn met 1,1% stijgen. Tussen 2010 en 2016 kropen onze lonen vooruit, of werden ze simpelweg geblokkeerd op nulgroei. Nu stelde de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven de loonnorm vast op 0,8% voor 2019-2020. Het patronaat biedt ons kruimels. Met wat wij verliezen, vergroten ze hun eigen lonen en vermogens! Het resultaat is economische stagnatie en een laag niveau van investeringen.

Strijdplan om onze eisen te realiseren

De gele hesjes in Frankrijk tonen dat een meer offensieve benadering een afbraakregering in het defensief kan duwen.

IPA en loonnorm: loonmatiging sinds jaren ‘80 werkt niet

Sinds begin jaren ‘80 zakt het aandeel van de lonen in de totale rijkdom. Het aandeel van winsten voor het kapitaal stijgt. Dat was de kern van de neoliberale herverdeling naar het kapitaal en de rijkste 1%. Na 2008 raakte de verdeling van de nieuwe - en doorgaans zwakke - economische groei nog meer scheefgetrokken. De patroons en neoliberale regeringen schermen met de loonnorm. Hierdoor kunnen de Belgische lonen niet sneller stijgen dan het gemiddelde van de buurlanden. Voor het IPA van 20172018 mochten de lonen “maximaal”

Een betoging om mensen bewust te maken en te mobiliseren is positief. De gele hesjes in Frankrijk tonen echter dat een meer offensieve benadering een afbraakregering in het defensief kan duwen. Dan verwijzen we niet zozeer naar de door de politie in Frankrijk uitgelokte conflicten en haar brutale geweld. De potentiële macht van onze klasse ligt in ons aantal en ons vermogen om het maatschappelijk leven stil te leggen, vooral via het stakingswapen. Daar moeten we doordacht mee omgaan. De meest efficiënte manier was de opbouwende formule van militantenconcentraties, regionale stakingen gevolgd door een algemene staking en massabetoging eind 2014: het enige moment dat de regering wankelde door vakbondsverzet. Om druk in die richting te zetten moeten we de linkerzijde organiseren en nadruk leggen op democratische discussie en stemming in elke fase. Deel van die discussie zijn concrete eisen als 14 euro per uur en 1500 euro minimumpensioen, arbeidsduurvermindering met loonbehoud en bijkomende aanwervingen, ... Maar - gezien de diepte van de kapitalistische crisis - ook de eis van een regering van en voor de werkenden en democratische economische planning van de immense rijkdommen, met respect voor mens en milieu.

Michel gevallen Ongenoegen over asociaal beleid ondermijnde regering

gele hesjes Verslag vanuit de beweging in Frankrijk

8 maart Betogingen tegen seksisme en asociaal beleid

2

11

15

w w w. s o c i a l i s m e . b e


2

EDITO door

Nicolas Croes

onze mening

Geen ruimte laten voor terugkeer ervan!

“I

Charles Michel en zijn bende hebben een brutaal beleid van besparingen op de kap van de werkenden en hun gezinnen gevoerd. Het doel: de winsten van de grote bedrijven spekken. De horrorlijst van deze regering is bijzonder lang. Dit botste uiteraard op protest: we moeten al tot de jaren 1990 en Dehaene (met het ‘Globaal Plan’) teruggaan om een regering te vinden waartegen zoveel sociaal verzet was. Ondanks de tekortkomingen van de vakbondsleiders op vlak van organisatie en opbouw van de strijd om de regering weg te krijgen, werden alle actie-oproepen stelselmatig goed opgevolgd. Vaak waren de acties een pak groter dan verwacht. In de eerste jaarhelft van 2018 waren er maar liefst 173.960 stakingsdagen (onder meer door het pensioenprotest, maar ook door de acties tegen de hoge werkdruk). Het actief protest was slechts het topje van de ijsberg: achter elke staker stonden tientallen meer passieve tegenstanders van het gevoerde beleid. Toch was deze massale verwerping van het beleid geen regeringscrisis waard. Op 2 december demonstreerden tienduizenden voor het klimaat. Minister Marghem waagde het om even langs te komen voor ze met een privévlucht naar de Klimaattop in Katowice trok om daar tegen meer ambitieuze klimaatdoelstellingen te stemmen… Het massale klimaatprotest, nadien bevestigd door de schoolstakingen, was evenmin een regeringscrisis waard. De regeringspartijen vonden de discussie over het niet-bindend Global Compact over migratie veel belangrijker. Zes maanden voor het einde van de ambtstermijn leidde dit tot de val van de regering-Michel 1. De N-VA wilde niet tekenen. Waarom? Vooral omwille van het resultaat van de gemeenteraadsverkiezingen. Alle regeringspartijen kregen toen klappen. Nochtans was alles eraan gedaan om

Racisme kan de N-VA stemmen opleveren die ze niet kan winnen of behouden met het palmares van het asociaal besparingsbeleid de afgelopen jaren. Haat aanvaardbaarder maken, dreigt echter tegelijk extreemrechts opnieuw meer wind in de zeilen te geven.

Linkse Socialist

Asociaal besparingsbeleid ondermijnt steun voor regering en leidt tot val

edereen voelt zich geviseerd,” verklaarde Dominique Leroy in een reactie op het “transformatieplan” bij Proximus waarbij 1.900 ontslagen aangekondigd werden. Met dit plan heeft de CEO van het “autonoom overheidsbedrijf” nog enkele extra nagels in de doodskist van de “jobs, jobs, jobs” van Charles Michel geklopt. In ruim vier jaar Zweedse coalitie werden alle werkenden en uitkeringstrekkers geviseerd. Regering-Michel valt, maar niet rond onze bekommernissen

de

het publieke debat te beperken tot de favoriete thema’s van rechts: alles wat de bevolking kunstmatig verdeelt, zoals migratie, identiteit of een veiligheidsbeleid dat zich beperkt tot repressie. Tegen de wil van de rechtse partijen in, vonden sociale thema’s echter hun weg naar het publieke debat. Twee weken voor de verkiezingen betoogden 65.000 mensen in de grote steden tegen de pensioenplannen van de regering. Die actieve minderheid gaf uitdrukking aan een bezorgdheid die veel breder gedeeld werd. Op enkele maanden voor ‘de moeder van alle verkiezingen’ (de samenvallende Europese, regionale en federale verkiezingen) moest de MR aantonen dat het niet gewoon in de pas van schaduwpremier De Wever loopt. N-VA werd dan weer geconfronteerd met de terugkeer van het Vlaams Belang en wil verder verlies vermijden. Tenslotte moest een manier gevonden worden om het debat niet te laten gaan over het breed gedragen ongenoegen rond de pensioenen, koopkracht, openbare diensten, klimaat, … Het Migratiepact kwam op het juiste moment voor een bijzonder cynische crisis. Cynisch omdat het een erg vaag en niet-bindend pact is dat eigenlijk geen verschil maakt, maar ook omdat het een bliksemafleider is om het niet over sociale thema’s te moeten hebben. Kunnen de rechtse partijen terugkomen?

“De opstelling van N-VA heeft het

vertrouwen gebroken dat in die partij kon gesteld worden,” weerklonk het her en der. Het doet denken aan de scherpe veroordelingen van N-VA in de kiescampagne van 2014, onder meer door Charles Michel zelf. Na de verkiezingen was dat rap vergeten. De wonden zijn evenmin diep genoeg om de ‘Zweedse coalitie’ op Vlaams niveau in het gedrang te brengen. Het is onwaarschijnlijk dat de Zweedse coalitiepartijen na 26 mei voldoende zetels hebben voor een heruitgave van Michel 1. De Franstalige christendemocraten van CDH staan ongeduldig te trappelen om de regering te vervoegen. De onhandige gok van voorzitter Benoït Lutgen die in 2017 de PS uit de regionale regeringen probeerde te duwen, bevestigde dit. Dezelfde Lutgen verklaarde eerder dat N-VA wat hem betreft een racistische partij is. Lutgen vertrekt nu als voorzitter om plaats te maken voor Maxime Prévot, die al jaren zegt dat samenwerking met N-VA geen probleem vormt. Maar ook steun van CDH zal mogelijk niet volstaan om een nieuwe Zweedse regering te vormen. N-VA bereidt zich uiteraard ook voor op de volgende verkiezingen. In januari kondigde de partij aan dat Jan Jambon kandidaat-premier is en De Wever kandidaat minister-president. Populaire Theo Francken was wellicht te controversieel voor eventuele partners en het schandaal rond humanitaire visa was mogelijk intern al bekend… Dat schandaal doet de partij pijn: niet alleen wijst het op corruptie waarbij visa verkocht werden via partijkanalen, het kan bovendien gezien worden als een ‘laks’ asielbeleid waarmee het racistisch profiel van Francken een deuk krijgt. Racisme kan de N-VA stemmen opleveren die ze niet kan winnen of behouden met het palmares van het asociaal besparingsbeleid de afgelopen jaren. Haat

aanvaardbaarder maken, dreigt echter tegelijk extreemrechts opnieuw meer wind in de zeilen te blazen. Het Vlaams Belang brengt zijn nieuwste ster, Dries Van Langenhove, in stelling tegen Francken in VlaamsBrabant. Ongetwijfeld zal het communautaire thema opnieuw prominenter worden. N-VA staat klaar om campagne te voeren tegen haar beste vijand, de PS. Die partij is voor N-VA synoniem voor ‘economische rampspoed.’ Onder druk van het ongenoegen in de samenleving voelt de PS zich verplicht om eisen als een intrekking van de hogere pensioenleeftijd te verdedigen. Voor een partij die het Generatiepact (met de strengere toegang tot brugpensioen) steunde, is dat niet erg geloofwaardig. Maar het geeft uitdrukking aan iets wat leeft. Als het verlies van de Zweedse partijen zich op 26 mei doorzet, komt er een moeilijke coalitievorming. N-VA houdt verschillende opties open. Voorzitter De Wever verklaarde op 14 oktober dat hij de ‘oorlog met links’ beu was, maar roept nu al zijn troepen op naar de loopgraven. Zelfs klimaatscepticus en brulboei De Decker wordt van stal gehaald. De lokale coalities na 14 oktober gaven echter aan dat N-VA met meerdere scenario’s rekening houdt: er waren heel wat coalities met Groen (onder meer in de provincie Oost-Vlaanderen of op lokaal vlak in Sint-Niklaas, Turnhout, Aalst en in de Antwerpse rand). In Antwerpen werden zelfs de socialisten terug binnengehaald! Net als Groen ging Ecolo langs Franstalige kant zowel met rechts als links in zee voor lokale coalities. Zal er een lange politieke crisis nodig zijn om Groen en Ecolo ertoe te brengen om hun ‘verantwoordelijkheid’ en ‘staatsmanschap’ te tonen in een coalitie met rechts? Alleszins wordt die optie open ge-

houden. De co-voorzitters van Ecolo, Zakia Khattabi en Jean-Marc Nollet, weigeren zich vast te pinnen op de as links-rechts. Dat botst met wat heel wat kiezers van Ecolo verwachten, maar voorlopig komt het niet tot protest binnen de partij. Het politiek debat niet aan rechts overlaten!

De politieke situatie is bijzonder volatiel. Wie had enkele maanden geleden gedacht dat extreemrechts erin zou slagen om duizenden mensen op de been te brengen voor een betoging in Brussel, zoals op 16 december gebeurde? Het is een waarschuwing. De georganiseerde arbeidersbeweging moet in actie treden. Deze reus moet zich rechtzetten om te kunnen winnen. Wie dacht dat actievoeren rechts enkel versterkt, werd de afgelopen weken door de scholieren van antwoord gediend. Het idee dat de jeugd conservatief is, werd op overtuigende wijze van tafel geveegd. De jongerenacties hebben het economisch gewicht van de arbeidersbeweging nodig. Zij kan het raderwerk stilleggen en het systeem raken waar het pijn doet: in de portemonnee. Maar ook de arbeidersbeweging heeft de dynamiek en de energie van de jongeren met hun stoutmoedige acties nodig. Mobilisatie is overigens de beste manier om de thema’s die ‘de kleine man’ aanbelangen op de agenda te zetten. De ‘gele’ mars voor koopkracht van het ABVV op 4 februari of de indrukwekkende klimaatacties tonen dit aan. Dit is de enige manier om verdeeldheid zoals racisme en communautair opbod terug te dringen. De rechtse regeringspartijen zullen elke zwakte langs onze kant uitspelen om zichzelf te versterken. Laten we hetzelfde doen en niet wachten op de verkiezingen om onze eisen offensief naar voren te brengen. Niet dat de verkiezingen zelf onbelangrijk zijn. De vooruitgang van PVDA op lokaal vlak en de tussenkomsten van de huidige PVDAparlementsleden zijn zeer belangrijk. Als de PVDA het gewicht van zijn duizenden leden en verkozen posities gebruikt om de sociale strijd uit te bouwen en te versterken, kan dit een echt verschil maken. Een campagne waarin al wie actief is voor het klimaat, koopkracht of een leefbaar pensioen, kan het resultaat op 26 mei maximaliseren. De uitdaging is groot. LSP zal er alles aan blijven doen om dit proces te versterken op basis van haar eigen programma van socialistische maatschappijverandering.

Wie dacht dat actievoeren rechts enkel versterkt, werd de afgelopen weken door de scholieren van antwoord gediend. Het idee dat de jeugd conservatief is, werd op overtuigende wijze van tafel geveegd.


binnenland

www.socialisme.be februari 2019

3

SP.a depanneert De Wever in Antwerpen

Z

es jaar geleden werd Antwerpen voor het eerst in 80 jaar opgezadeld met een hard rechts stadsbestuur. De staat van dienst van dit college is indrukwekkend: het absurde systeem van GAS-boetes werd verder uitgebreid, er kwam een ‘imagotaks’ op ‘imagoverlagende’ handelszaken, een stakingspiket aan de haven werd manu militari uit elkaar geslagen, de budgetten voor het stedelijk onderwijs werden teruggeschroefd, er werd een sociale oorlog met het maatschappelijk werk gevoerd, ... en zo kunnen we nog wel even doorgaan. De grootste verwezenlijking van N-VA was echter, naar eigen zeggen, het doorbreken van 80 jaar socialistisch bestuur. Aan die periode van zes jaar komt nu alweer een einde. door

Voor elk punt dat sp.a ‘binnenhaalde’, houdt N-VA heel wat onderhandelingsruimte. Meedoen was voor sp.a belangrijker dan winnen.

Jarmo (Antwerpen)

Slechtste resultaat ooit voor Antwerpse sociaaldemocratie

Sp.a voerde geen gemakkelijke campagne in Antwerpen. De partij werd achtervolgd door het ene schandaal na het andere: kopstuk Tom Meeuws was hierdoor verbrand, het kartel met Groen werd opgeblazen en onafhankelijk kandidaat Jinnih Beels moest redden wat er te redden viel. Dat bleek niet zo heel veel: met 11% haalden de sociaaldemocraten de laagste score in de Antwerpse gemeenteraadsverkiezingen sinds de invoering van het algemeen enkelvoudig stemrecht. 80 jaar meebesturen heeft zijn effect niet gemist. De partij is zodanig verweven met de macht, dat het niet verwonderlijk is dat alles uit de kast gehaald werd om mee te besturen. Dat de burgemeester Bart De Wever heet, blijkt plots geen probleem meer. Voor N-VA is de coalitie een blamage: na zes jaar ‘nooit meer socialisten’ wordt toch met sp.a in zee gegaan. Maar voor sp.a is de vernedering nog groter. Vanuit de retoriek dat wie bestuurt meer invloed uitoefent dan wie oppositie voert, wordt ermee ingestemd het semi-progressieve schaamlapje van hetzelfde neoliberale beleid

te vormen. Het slechte resultaat van coalitiepartners CD&V en Open VLD maakte dat De Wever op zoek moest naar andere partners. Hij vond die bij voormalig manager Tom Meeuws en voormalig politietopvrouw Jinnih Beels. Om de meerderheid comfortabel te maken en het gewicht van sp.a nog meer te beperken, nam De Wever ook de liberalen mee. Het resultaat is een bestuursakkoord dat een doorslagje is van het N-VA-beleid waarmee de Antwerpenaren de afgelopen zes jaar kennis konden maken. SP.a depanneert De Wever

Jinnih Beels pakt uit met de belofte dat er 5.000 sociale woningen bijkomen (of gerenoveerd worden). Dat is op zich al een kwestie van too little, too late: de huidige woningnood in Antwerpen vereist er minstens 20.000. Bovendien blijven er heel wat achterpoortjes open. Zo wordt in het akkoord gesproken over eventuele bijkomende sociale woningen ‘mits behoud van het Vlaamse financieringssysteem’. Voor elk punt dat sp.a ‘binnenhaalde’, houdt N-VA heel wat onderhandelingsruimte.

Meedoen was voor sp.a belangrijker dan winnen. Zo ook wat betreft mobiliteit: het autovrije hart van de stad wordt uitgebreid ‘waar mogelijk’. Dat laat zodanig veel ruimte voor interpretatie dat het elke keer opnieuw van tafel kan geschoven worden. Bovendien is er enkel sprake van inspanningen in het zestiende-eeuwse centrum, dat doorheen het akkoord steevast ‘het winkelhart’ van Antwerpen wordt genoemd. De boodschap is duidelijk: autovrij of -luw kan waar het aantrekkelijk is voor toeristen. Voor de bewoners van de stad maakt het niet uit; bovendien is het culturele patrimonium nu officieel tot commercieel centrum uitgeroepen. Wat discriminatie betreft, kan sp.a geen enkele pluim op de hoed steken. De praktijktests komen er, maar eigenlijk niet. Ze zijn niet bindend en kunnen enkel dienen als basis voor overleg met sectoren. Het hoofddoekenverbod blijft gewoon bestaan in de

huidige vorm. Het was overigens een sp.a-bestuur dat deze maatregel oorspronkelijk invoerde. De bocht rond dit thema tijdens de verkiezingscampagne blijkt alweer vergeten. Geen vette vis voor sp.a

Het zwaartepunt in het bestuursakkoord ligt op het terrein waar N-VA zich het meest comfortabel voelt: veiligheid. Met dezelfde forse taal als voorheen worden extra camera’s beloofd, meer blauw op straat, bodycams voor agenten en bewakers en de intrede van ‘stadsmariniers’. Met de war on drugs wil men een versnelling hoger schakelen in de vorm van het Stroomplan. Zitten er ook sociale thema’s verwerkt in het bestuursakkoord? Eigenlijk niet. Herverdeling van het werk en/of bijkomende aanwervingen? Investeringen in het stedelijk onderwijs? Iets minder gretigheid in het in de uitverkoop zetten van het sociaal werk? Wie dacht

hier iets over te kunnen lezen in een mede door sp.a opgesteld ontwerpakkoord, komt bedrogen uit. Bij het proces tegen lokaal vakbondsvoorzitter Verlaeckt en ABVVmilitant Devoght in juni was Tom Meeuws aanwezig op de protestactie. Het proces kwam er nadat een stakerspost in de haven repressief weggeveegd werd waarna Verlaeckt en Devoght beschuldigd werden van ‘kwaadwillige belemmering van het verkeer.’ Het bestuursakkoord dat nu voorligt, sluit dergelijk repressief optreden niet uit. Integendeel: er is de ambitie om “in goed sociaal overleg de bereikbaarheid van de haven maximaal te blijven garanderen.” Kortom: sp.a haalde geen enkele vette vis binnen. We kunnen er niet op rekenen om tot een progressief bestuur te komen. In oktober riep LSP op om voor PVDA te stemmen. We benadrukten daarbij het belang van een actieve linkse oppositie in de stad, die zich ook en vooral doorheen bewegingen verzet tegen het asociale bestuur. Onze benadering daarbij is dat het bestuur moet uitgaan van de noden van de bevolking, niet van de beschikbare middelen.

De vraag die Crombez niet stelde: hoe verhinderen dat mensen moeten vluchten?

B

egin januari verscheen er een interview met SP.a-voorzitter John Crombez in De Zondag. Eén van de punten die hij daarin bepleitte was een streng push-back beleid. “De migratie naar Europa moet verminderen.” Deze uitspraak werd breed verspreid door andere nieuwsmedia. door

Kim

De Syrische burgeroorlog is begonnen in 2011. Een einde is nog niet volledig in zicht. Sommige vluchtelingen zitten al sinds 7-8 jaar in een kamp. Niet verwonderlijk kiest een deel van de Syrische vluchtelingen om verder te gaan met hun leven en hun kans in Europa te wagen. Humane opvang in eigen regio gaat die tendens niet opvangen en vereist bovendien de nodige investeringen in faciliteiten en begeleiding. De belangrijkste vraag werd echter noch gesteld, noch beantwoord. Waarom zijn er vluchtelingen? Waarom vluchten mensen weg van hun land, cultuur en omgeving, om met weinig middelen een kans te wagen in een vreemd, onbekend gebied, met vreemde gebruiken en een onbekende cultuur? Waarom kiezen mensen ervoor om zichzelf te ‘onthemen’? En hoe kunnen we de noodzaak ertoe wegnemen? De belangrijkste oorzaken zijn oorlogsconflicten en economische malaise. Beiden worden in de neokoloniale wereld veroorzaakt of versterkt door interventies van Westerse en imperialistische mogendheden. De inval in Afghanistan heeft geen einde gemaakt aan de barbarij, maar deze nog verergerd. De invasie van Irak heeft heel het Midden-Oosten gedestabiliseerd en veel vorige leden van het regime van Saddam Hoessein hebben een nieuwe rol gevonden als kaderlid binnen IS. De voortdurende interventies van het Westers imperialisme in het Midden-Oosten hebben mee geleid tot het ontstaan en versterken van de radicale politieke islam die zich sterk anti-Westers uit. Andere delen van de neokoloniale wereld worden economisch uitgezogen door

Westerse bedrijven. Olie wordt uit Nigeria gepompt, diverse zeldzame grondstoffen worden uit Oost-Congo gehaald en goudmijnen aan armoelonen draaien volle toeren in Zuid-Afrika. Maar de rijkdom gaat volledig naar Westerse bedrijven en een lokale cor-

rupte ‘vazal’ elite, terwijl de bevolking zelf arm blijft. De rijkdom vloeit evenmin naar de gewone Europese bevolking, ondanks wat soms beweerd wordt. Slechts een kleine minderheid, ook in het Westen, profiteert van de leegroof van de neokoloniale rijkdommen. In Oost-Congo vecht deze elite onder zichzelf voor toegang tot deze grondstoffen. De lokale bevolking bekoopt het door de agressie van verschillende bewapende milities. Het kapitalisme zelf creëert de omstandigheden die maken dat mensen zich genoodzaakt voelen om te vluchten. Een werkelijke

Betoging voor een menselijk asielbeleid op 12 januari. Foto: Liesbeth

strijd om ervoor te zorgen dat mensen niet meer de behoefte voelen om te vluchten, betekent een strijd voor een socialistische samenleving waarin alle delen van de wereld zich maximaal kunnen ontwikkelen, ook het neokoloniale deel. Intussen bestaat een echt socialistische en internationalistische visie uit solidariteit met vluchtelingen en de strijd tegen het kapitalisme met haar multinationals die een bedreiging vormen voor onze welvaart. Maar zo’n socialistische visie is meer dan één brug te ver voor de SP.a van John Crombez.


4

op de werkvloer

Proximus:

Protest tegen afdankingen

P

roximus zet het personeel in de solden. Van de 12.562 voltijdse equivalenten moeten er voor de directie 1.900 weg. Het gaat vooral om statutair tewerkgestelden. Tegelijk kondigt het bedrijf aan dat er 1.250 jobs bijkomen: jongeren aan slechtere lonen en voorwaarden. Proximus is nochtans geen bedrijf in moeilijkheden. De brutowinst bedraagt ongeveer 100.000 euro per werknemer. Bij concurrent Telenet is dat echter 300.000 euro per werknemer. Zo weten we meteen waar die hoge telecomfacturen voor dienen: niet om de dienstverlening te verbeteren, maar om de aandeelhouders tevreden te stellen. Deze afdankingsgolf komt bovenop eerdere maatregelen om het bedrijf af te slanken. In 1998, nog voor de doorbraak van internet, telde Belgacom 22.000 personeelsleden. Begin jaren 1990 waren dat er nog 26.500. Op 20 jaar tijd verdwenen 10.000 jobs. Momenteel loopt er nog een plan om oudere personeelsleden vervroegd te laten uittreden. Het maakt dat er bij dit nieuwe afdankingsplan weinig ruimte blijft om het jobverlies op te vangen met vervroegde vertrekkers. De regering reageerde dubbelzinnig op de aankondiging. Enerzijds weerklonk ‘bezorgdheid’ bij minister van werk Peeters. “Het is belangrijk om te zeggen dat iedereen zijn verantwoordelijkheid moet nemen en dat we zeer bezorgd zijn over het mogelijk banenverlies,” klonk het bij Peeters. Anderzijds verklaarde minister De Backer dat de overheid zich niet moet moeien en de bedrijfsvoering aan de privé moet overlaten: “Een regering leidt een land, geen bedrijven.” Beide posities zijn hypocriet: de overheid is meerderheidsaandeelhouder, de voorzitter van de raad van bestuur is CD&V’er Stefaan De Clerck. VLD-politicus Karel De Gucht is eveneens bestuurslid. Deze politici krijgen jaarlijks riante vergoedingen om de belangen van de regering te vertegenwoordigen. Ze innen de vergoedingen (in 2017: 186.244 euro bruto voor De Clerck, 72.000 euro voor De Gucht die acht vergaderingen en twee comités bijwoonde) en stemmen voor de afdankingen. Anders gezegd: de regering organiseert zelf de afdankingen waar ze dan achteraf ‘bezorgd’ om is. Er wordt geprobeerd om de afdankingen bij Proximus politiek uit te spelen: de werkgevers schrijven in hun krant L’Echo dat de koppeling van lonen aan anciënniteit problematisch is. De oudere en duurdere personeelsleden worden op straat gezet, tegelijk komen er goedkopere jongere werknemers bij. Feit is dat niet het personeel te ‘duur’ is, maar dat de inhaligheid van de private bedrijfsvoerders de reeds hoge winsten verder wil opvoeren. Telecom neemt een belangrijke plaats in ons dagelijks le-

Proximus is geen bedrijf in moeilijkheden. De brutowinst bedraagt ongeveer 100.000 euro per werknemer. Bij concurrent Telenet is dat echter 300.000 euro per werknemer. Zo weten we meteen waar die hoge telecomfacturen voor dienen: niet om de dienstverlening te verbeteren, maar om de aandeelhouders tevreden te stellen.

ven in. We mogen deze sector niet aan de winsthonger van de private sector overlaten – of in het geval van Proximus het autonoom overheidsbedrijf te beheren op een wijze alsof het een privaat bedrijf is. De sector in publieke handen brengen, kan de dienstverlening centraal stellen en de prijs drukken. Het zou het bijvoorbeeld mogelijk maken om grotere netwerken van gratis breedband uit te bouwen zodat iedereen optimaal toegang tot internet heeft. De werkdruk bij Proximus is al bijzonder hoog. Extra afdankingen zullen dit versterken. De grote winsten tonen dat het zo niet hoeft te zijn. Er is nood aan zo sterk mogelijk verzet tegen dit herstructureringsplan, gekoppeld aan strijd voor een publieke telecomsector.

de

Linkse Socialist

0,8% is niet genoeg Koopkracht moet stijg

Z

elfs gezinnen met twee inkomens hebben het soms moeilijk om rond te komen. De laatste jaren volgden de lonen zelfs de stijgende levensduurte niet, ondanks de index. Dit onder andere door de indexsprong maar ook het steeds verder uithollen van de index. De vorige twee interprofessionele akkoorden (IPA) werden afgesloten in een situatie met de patroons in een zetel, gesteund door de regering Michel I. Deze keer hebben ze dat voordeel niet. Dat moeten we gebruiken! door

Thomas

Onder het kapitalisme is er steeds een strijd tussen werknemers en patroons over wie welk deel van de geproduceerde meerwaarde krijgt: de werknemers die de meerwaarde produceren of de kapitalist wiens enige toevoeging zijn investering is. Dat laat de kapitalist toe om het bedrijf te beheren, terwijl de werknemers dit zelf beter en effectiever zouden kunnen. Na WOII werden ernstige loonsverhogingen afgedwongen. Maar binnen het kapitalisme komen verworvenheden steeds weer onder druk. Voor hen is elke crisis een opportuniteit. Zo werd de crisis van 2007-08 door de kapitalisten aangegrepen voor een nieuwe aanval op onze lonen en arbeidsvoorwaarden. Bij het begin van de crisis vatte miljardair Warren Buffet het zo samen: “Er bestaat wel degelijk een klassenoorlog, maar het is mijn klasse, de klasse van de rijken, die de oorlog voert en het zijn wij die hem winnen.” Wat betekende dit in de praktijk? In 2009 waren de 1% rijksten wereldwijd goed voor 44,9% van het totale vermogen. Nog geen tien jaar later, in 2017, ging 82% van de nieuw gecreëerde rijkdom naar die 1% rijksten. Kortom: de kloof tussen arm en rijk wordt nog groter. Dit is een wereldwijd fenomeen dat zich ook bij ons laat voelen. De CEO’s

van de Bel20-bedrijven verdienen gemiddeld op nog geen zes dagen evenveel als een jaarloon van hun werknemers. Er zijn miljarden voor de aandeelhouders, maar een loonsverhoging voor de werknemers zit er niet in. Of toch, volgens de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) is een kruimel van 0,8% toegelaten. Werknemers en hun organisaties mogen geen genoegen nemen met gemorrel in de marge. Er zijn reële loonsverhogingen voor alle werkenden nodig. Daarnaast moeten de laagste lonen opgetrokken worden tot minstens 14

Interprofessionele akkoorden: sinds 2008 kregen we niets meer

Verhoog de minimumlon De Amerikaanse inspiratiebron toont dat strijd loont

Syndicale actie aan het hoofdkwartier van Proximus in Brussel op 15 januari

De campagne ‘Fight for €14’ is geïnspireerd op een strijdbeweging in de Verenigde Staten voor het optrekken van het minimumloon tot 15 dollar per uur. Die beweging begon in de fastfoodsector en verspreidde zich als een olievlek naar andere sectoren en zelfs naar andere landen. Het illustreert dat strijd een internationale impact kan hebben, zeker als er overwinningen geboekt worden! Onze Amerikaanse zusterorganisatie Socialist Alternative speelde een pioniersrol in de strijd voor 15 dollar. Met de campagne ’15 Now’ werd de verhoging van het minimumloon effectief afgedwongen in Seattle, de eerste grote Amerikaanse stad waar dit gebeurde. Vanaf 1 april 2015 werd het minimumloon opgetrokken tot 15 dollar per uur, terwijl het federaal minimumloon voorheen amper 7,5 dollar bedroeg. Tussen 2015 en 2025 zullen de bedrijven in Seattle hierdoor ongeveer 3 miljard dollar extra aan lonen besteden. Het personeel van fastfoodbedrijven was geïnspireerd door de Occupybeweging toen het de strijd voor 15 dollar op gang trok. In Seattle speelde de kiescampagne en verrassende overwinning van Kshama Sawant van Socialist Alternative in 2013 een grote rol. De eis van 15 dollar stond centraal in die campagne en zorgde voor een breed debat in de hele stad. Eens verkozen gebruikte Kshama haar positie en de mediabelangstelling om de brede steun om te zetten in een actie-

ve campagne: ’15 Now.’ Met een tiental actiecomités werd in alle delen van de stad gemobiliseerd. De campagne was gericht op een brede betrokkenheid, niet alleen van sympathisanten van Socialist Alternative. De verkozen positie van Kshama maakte het bovendien gemakkelijker om gehoor te vinden voor antwoorden op de grote bedrijven die zich tegen de verhoging van het minimumloon verzetten. Zo werd door de gevestigde media opgeworpen dat vooral kleine bedrijven en handelszaken in de problemen zouden komen door de maatregel. Dit bleek echter niet het geval te zijn: loonsverhogingen voor laagbetaalde werkenden leiden tot meer uitgaven in lokale handelszaken zoals restaurants. De aanpak van Socialist Alternative in deze campagne vertrok van vertrouwen in de mogelijkheden van werkenden en hun gezinnen om een directe en openlijke confrontatie met de grote bedrijven aan te gaan. De nadruk lag op mobilisatie van onderuit, niet op eindeloze onderhandelingen met de burgemeester en de werkgevers. We kunnen niet alleen inspiratie halen uit de eis van een hoger minimumloon maar ook uit de wijze waarop dit bijvoorbeeld in Seattle effectief werd afgedwongen. Wat zou er mogelijk zijn indien in België de vakbonden, maar ook de PVDA met haar duizenden leden en tientallen verkozenen, een dergelijke benadering zouden uitwerken?


op de werkvloer

www.socialisme.be februari 2019

5

jgen door echte loonsverhogingen! euro per uur of 2.300 euro per maand. Nu de Thatcheriaanse regering-Michel gevallen is, zitten de patroons minder comfortabel in hun zetel. De vakbonden moeten ervoor zorgen dat de druk hoog gehouden wordt, ook tijdens de onderhandelingen. De mars voor koopkracht van het ABVV op 4 februari is een uitstekend initiatief, ook al komt het laat in de IPA-onderhandelingen die op 23 januari afgelopen zouden moeten zijn. Op 14 januari begonnen twee ABVVcentrales, Horval (horeca en voeding) en de Algemene Centrale, met maandelijkse actiedagen voor het optrekken van het minimumloon tot 14 euro per uur. Hopelijk sluiten andere centrales en vakbonden zich hierbij aan en komt het tot een echte strijd. Vooral militanten en werkenden in sectoren waar de laagste lonen minder dan 14 euro per uur bedragen, kunnen daar een rol in spelen en de eigen patroons onder druk zetten. Degelijk voorbereide acties zijn sleutel tot succes

Sinds 2014 is het sociaal protest tegen deze regering en haar asociale maatregelen nooit gaan liggen. Het was echter al te vaak protest om stoom af te laten bij de basis of om de onderhandelingspositie van de vakbondstop te versterken. Het werd niet gebruikt om de krachtsverhoudingen terug in het voordeel van de werknemers te doen kantelen door de kibbelregering de laan uit te sturen. Nochtans was de bereidheid om aan acties deel te nemen doorgaans groter dan verwacht, ook al waren de mobilisaties vaak laat en slecht georganiseerd. Laat ons hier lessen uit trekken en de koopkrachtbeweging wel goed organi-

Nu de Thatcheriaanse regering-Michel gevallen is, zitten de patroons minder comfortabel in hun zetel. De vakbonden moeten ervoor zorgen dat de druk hoog gehouden wordt, ook tijdens de onderhandelingen.

seren, met duidelijke eisen als 14 euro per uur of 2.300 euro per maand, 1.500 euro netto of 75% van het laatste loon als minimumpensioen. Deze eisen zijn geen dromen voor een verre toekomst. We hebben ze vandaag nodig voor een menswaardig bestaan. Het vereist een duidelijke actieagenda waar we niet na iedere actie maanden wachten tot er een volgende datum komt, maar een plan voor de komende maanden zodat we collega’s kunnen overtuigen dat het menens is. Als de vakbonden het protest niet organiseren, zal het langs andere wegen naar buiten komen. De situatie vandaag schreeuwt immers om loonstijgingen. De gele hesjes in Frankrijk maakten van koopkracht een centraal thema en konden overwinningen halen, ook al raakten ze de economie slechts beperkt. Beeld je in wat de

Actiedag van 14 december in Gent. Foto: Katarina

vakbonden met zo’n vastberadenheid zouden kunnen bereiken! Extreemrechts probeert op het ongenoegen rond koopkracht in te spelen. Zo beweert het Vlaams Belang voor koopkrachtverhoging en een minimumpensioen van 1500 euro op te komen. De partij van rijkeluiszoontje Van Langenhove is op dit vlak niet geloofwaardig (zie ook pagina 14). Maar

nen: ‘Fight for €14’

O

p 14 januari voerden enkele ABVV-centrales actie voor een hoger minimumloon: 14 euro per uur of 2.300 euro per maand. Tot aan de verkiezingen zullen er elke 14e van de maand acties zijn rond deze eis. Er is een petitie en een campagnesite fightfor14.be.

Het A BV V wees erop d at de Belgische werkenden de voorbije drie jaar maar liefst 2,3% koopkracht verloren. Er was de indexsprong maar ook de erg zwakke loonnormen, hogere taksen, besparingen op openbare diensten, … “In de ‘arbeidsdeal’ van de regering zitten maatregelen die opnieuw onze koopkracht aantasten zoals het afschaffen van de anciënniteitsbarema’s en een verdere daling van de werkloosheidsuitkeringen,” merkte de vakbond terecht op. We hebben redenen genoeg om in actie te gaan voor een hoger minimumloon. De verhoging van het minimumloon is een belangrijke eis. Op dit ogenblik bedraagt het minimumloon 1.501,82 euro bruto per maand. Dat is minder dan 10 euro per uur. Volgens Eurostat leven tot 5% van de werkenden in ons land in armoede. Onder werkende alleenstaanden met kinderen loopt dit op tot 15%. Eurostat vroeg de werkenden ook of ze moeite hebben om rond te komen (en dus naar de zogenaamde ‘subjectieve armoede’). Daarop antwoordde 12,3% positief. Uitvergroot betekent dit 566.000 werkenden die moeite hebben om rond te komen! Een job hebben, volstaat dus niet om uit de armoede te geraken. Om rond te komen met een degelijke levensstandaard is er minstens 2.300

euro per maand nodig. Dat komt overeen met 14 euro per uur. Deze verhoging zou vooral voelbaar zijn in sectoren als de schoonmaak, thuishulp, handel, horeca, … Een offensieve campagne rond deze eis kan de vakbondsaanwezigheid in die sectoren versterken. Volgens de werkgevers is het onbetaalbaar en economisch onmogelijk. Waar in de VS hogere minimumlonen werden bekomen, bleek dit niet te kloppen. Meer nog: hogere lonen laten werkenden toe om beter te leven waarbij ze de reële economie

ondersteunen. De eis van 14 euro beantwoordt aan een algemeen gevoel in de samenleving, dat we ook zagen in de beweging van de gele hesjes en de brede steun ervoor in de publieke opinie. Het is geen toeval dat de PS er nadruk op legde toen begin dit jaar een poging tot ‘remontada’ werd aangekondigd. Eerder verklaarde de PS al voorstander te zijn van forse loonsverhogingen voor het personeel van de lokale en regionale besturen in Brussel. Tussen woorden en daden is er echter nog een hele weg af te leggen: waar de PS op lokaal vlak in de meerderheid zit, is er geen sprake van loonsverhogingen. Hogere minimumlonen zullen niet uit de lucht komen vallen. We zullen ervoor moeten strijden. Het feit dat de campagne ‘Fight for €14’ wordt overgenomen door verschillende centrales (na Horval ook de Algemene Centrale) is een goede stap vooruit. De acties op de 14e van elke maand zijn dat eveneens. Open militantenvergaderingen in de regio’s en op de bedrijven kunnen de betrokkenheid bij die acties versterken. We moeten ook voorbereid zijn op het verzet van werkgevers tegen een hoger minimumloon. Sommige zullen mogelijk dreigen met delokalisatie en jobverlies. Laten we van bij het begin het antwoord van nationalisatie tegen dergelijke dreigementen naar voor brengen. We hebben immers niet de werkgevers nodig om rijkdom te creëren, dat gebeurt door de werkenden zelf.

we mogen het terrein niet aan extreemrechts overlaten. Een strijdbaar socialistisch programma is nodig om tot verandering te komen. De werkgevers en de regeringen zullen elke verhoging van het (minimum)loon voorstellen als een opstap naar een sociale woestijn. Eerder zeiden ze hetzelfde over de afschaffing van de kinderarbeid of de arbeidsduur-

vermindering tot 8 uur per dag. Als ze dreigen met economische maatregelen zoals sluitingen of delokalisatie, moeten we het wapen van de nationalisatie bovenhalen. Als we democratisch over de beschikbare middelen willen beslissen, moeten we ze met de gemeenschap bezitten. Dat is onderdeel van onze strijd voor een socialistische samenleving.

Woonzorgcentra: personeel in actie voor meer collega’s

D

oor de vergrijzing van de bevolking wordt ouderenzorg belangrijker. In plaats van de nodige publieke middelen te voorzien, wordt een groot deel van de sector aan private bedrijven overgelaten. Met minimale zorg boeken die maximale winsten. Het zet bovendien de toon voor de hele sector.

Op 7 februari protesteren personeelsleden van woonzorgcentra in Brussel. Ze eisen meer collega’s om het werk werkbaar te maken. Te weinig personeel betekent dat er geen tijd is voor de bewoners. Het ondergraaft de kwaliteit van de zorg en de werkdruk zorgt voor spanningen bij het personeel. Een verblijf in een woonzorgcentrum is niet goedkoop: gemiddeld 1.690 euro (cijfers voor 2017). Dat is een pak meer Er zijn meer dan het gemiddelde pensioen van 1.100 publieke euro per maand. De prijs stijgt bovendien sneller dan onze lonen en pensioemiddelen nodig nen. Steeds meer kinderen moeten bijom de zorg te leggen om hun ouders een leefbare oude dag met de nodige zorgen te bieden. optimaliseren Er zijn meer publieke middelen nodig en de prijzen om de zorg te optimaliseren en de prijbetaalbaar zen betaalbaar te maken. Momenteel zijn er gemiddeld 0,64 personeelsleden te maken. per bewoner. De vakbonden vragen een plan om dit op te drijven tot 1 personeelslid per bewoner. De toenemende zorgbehoeften maken dit noodzakelijk voor zowel het personeel als de ouderen. Met de betoging van 7 februari worden meer middelen en meer collega’s geëist. Een andere eis is de uitbreiding van de mobiele ploegen. En om de zorg te optimaliseren, moet de winsthonger uit de sector. “Zorg voor mensen, niet voor winst,” zeggen de vakbonden. Het gemeenschapsgeld dient niet om aandeelhouders rijk te maken.


6

interview

de

Linkse Socialist

Michael op een vakbondsbetoging in 2014. Hij staat aan ons spandoek als derde van rechts

Besparingen op onderwijs, openbaar vervoer, gezondheidszorg en openbare werken raken mensen met een beperking extra hard

“Je kan een fysieke beperking nooit los zien van de context waarin je leeft”

M

ichael is al jaren actief lid bij LSP. We leerden hem kennen aan de universiteit van Gent als een vlotte prater en begeesterd marxist. Erg slechtziend slaagt hij erin een zelfstandig en rijk leven uit te bouwen, op sociaal, academisch en politiek vlak. We spraken met hem over zijn activisme en de plaats van mensen met een beperking in de strijd. interview door

Koerian

Als tiener had je de ambitie om slechtzienden te vertegenwoordigen in het parlement. Hoe concreet waren je ideeën en welke voorstellen speelden in je hoofd op dat moment?

paciteit. In zo’n systeem zullen mensen met een beperking altijd benadeeld worden. Het is heel moeilijk om in het kapitalisme deze mensen een gelijkwaardig bestaan te geven. Dat is een theoretische overtuiging die ik al lang heb.”

“Je kan van iemand van 15 of 16 jaar niet verwachten dat zijn ideeën volledig gevormd zijn of op punt staan. Ik had het gevoel dat slechtzienden voor veel mensen onbekend zijn en ik wou het gezicht worden van die slechtzienden. Ik wou dat op een positieve manier doen: door mijn positie te gebruiken om de positie van mensen met een beperking in de samenleving te verbeteren, als iemand die eerlijk is over zijn beperking. Niet zoals bijvoorbeeld Hillary Clinton die claimt vrouwen te vertegenwoordigen om stemmen te scoren, maar in realiteit een neoliberaal programma verdedigt dat de levenssituatie van vrouwen verslechtert.”

Hoe heb je dat zelf ervaren, die nadruk op arbeidsproductiviteit in een kapitalistische samenleving?

Is die insteek, het willen vertegenwoordigen van slechtzienden, iets dat terugkomt in je activisme bij LSP?

“Ik vind dat er nog een brug moet worden geslagen tussen marxisme en mensen met een beperking. Kapitalisme teert op ongelijkheid en de zucht naar zo groot mogelijke winstefficiëntie. Mensen worden beoordeeld op hun arbeidsca-

“Ik heb de grote pech dat ik niet lang meer te leven heb [Michael lijdt aan een terminale kanker ndvr.], zodat ik niet meer op zoek moet naar een job. Ik zie bij veel vrienden die slechtziend zijn dat die zoektocht voor enorm veel frustra-

Het gaat me ook om de waardigheid van mensen met een beperking. Iedereen kan een bijdrage leveren aan de samenleving, maar blijkbaar is het kapitalisme niet in staat iedereen een plek te geven.

tie zorgt. Het is voor ons heel moeilijk om werk te vinden. Mensen werken vaak niet. Niet omdat ze dat niet willen, maar omdat ze vandaag geen kansen krijgen. “Er bestaat een systeem waarbij werkgevers die iemand met een beperking aannemen een premie krijgen, maar ik vind dat bijna denigrerend. Het gaat me ook om de waardigheid van mensen met een beperking. Iedereen kan een bijdrage leveren aan de samenleving, maar blijkbaar is het kapitalisme niet in staat iedereen een plek te geven.” Het gaat over arbeidsproductiviteit, maar een samenleving die daar de nadruk oplegt, dat vertaalt zich ook in ...

“Sociale reguleringen.” Sociale reguleringen, onderwijs, cultuur, de organisatie van de samenleving.

“Dat is ook zo. Het is op sociaal gebied bijvoorbeeld moeilijker om goede relaties aan te knopen. Dat is een echte strijd als slechtziende, zeker als je in het gewoon onderwijs zit, als je elke dag doorbrengt tussen mensen die wel goed zien. Je bent altijd een stukje anders. Ik was niet anders op vlak van intelligentie: ik ben intelligent. Ik denk ook niet dat ik asociaal was, maar pakweg non-verbale signalen pik ik al niet op. Ik kijk voor een stuk op een andere manier naar de maatschappij en word ook anders behandeld omdat ik slechtziend ben. Dat heeft ook een invloed op je zelfvertrouwen. “Ik heb veel te maken gekregen met pestgedrag in het middelbaar, maar heb bijvoorbeeld ook al vaak meegemaakt dat ik op weg naar huis door

de Overpoort loop [Michael woonde in Home Vermeylen] en dat mensen mij aanklampen en vragen of ik al seks heb gehad, of ik geen vriendin moet hebben, dat is ook deel van de maatschappij. Als mensen zo’n dingen zeggen als ze dronken zijn, wat denken die mensen dan als ze nuchter zijn? Het probleem is structureel, net zoals bij seksisme en racisme. Maar dat structureel probleem vertaalt zich natuurlijk ook in het gedrag van individuen naar mensen met een beperking toe.” Je zegt dat je zelf veel hebt nagedacht over negatieve reacties van andere mensen. Ben je tot conclusies gekomen?

“Een beperking kan je makkelijk zien als een sociale constructie. Is het erg dat ik niet aan de band kan staan omdat ik slechtziend ben? Je kan zeggen dat dat erg is, in een maatschappij die daarop gericht is. Is het erg dat ik niet met een auto kan rijden? In een maatschappij met weinig openbaar vervoer is dat heel vervelend. In een maatschappij met veel openbaar vervoer zou dat bijvoorbeeld geen probleem zijn. Is het een probleem dat ik rode lichten niet kan zien? Als er geen geluid is om dat te compenseren is dat inderdaad een probleem, maar als daar voorzieningen voor zijn wordt dat al veel minder lastig. “Het gaat altijd om de verhouding tussen de beperking en de maatschappij. Je kan een fysieke beperking nooit los zien van de context waarin je leeft. In die zin raken besparingen op onderwijs, openbaar vervoer, gezondheidszorg en zelfs openbare werken mensen met een beperking extra hard.” Deze regering zou tegenwerpen dat het M-decreet en de hervormingen inzake


interview

www.socialisme.be februari 2019

persoonsvolgende begeleiding cruciale hervormingen zijn in die richting. Wat is jouw mening daarover?

“Ik heb weinig zicht op het financieel kader van de nieuwe maatregelen. Een eerste kritiek is dat er heel wat mensen op de wachtlijst staan voor persoonsvolgende begeleiding. Die krijgen 300 euro als overgangsmaatregel, maar veel kan je daar niet mee doen. Er zijn enorme financiële tekorten, waardoor persoonsvolgende begeleiding voor een te kleine groep mensen beschikbaar is. “Een tweede kritiek is dat het versterken van mensen met een beperking door hulp wordt gecommercialiseerd. Je moet gaan onderhandelen met individuen voor contracten, dat lijkt mij een vies systeem. Moest ik nog lang leven en in dat systeem terechtkomen, dan zou ik dat nog wel kunnen bolwerken. Maar voor mensen die intellectueel minder sterk staan, en dat bedoel ik niet negatief, denk ik dat dat een heel stuk moeilijker is. “Toch zit er een progressief idee achter het nieuw systeem: het idee dat je mensen uit een instelling haalt en ze, met enige ondersteuning, zelfstandig laat wonen. Dat is een goede zaak, dat is een mooi idee. Er zitten vieze kantjes aan, maar het idee dat iedereen zo zelfstandig mogelijk kan leven, met hulp - dat ik bijvoorbeeld met zo’n persoonsvolgend budget taxi’s kan bestellen in Sint-Laureins als ik dat nodig vind - is een goede zaak. “Voor het M-decreet geldt in principe hetzelfde. Mensen die in het buitengewoon onderwijs zitten, krijgen de optie geïntegreerd te worden in het regulier onderwijs. Op zich ben ik daar voorstander van. Als je mensen in een speciale school plaatst, is de stap naar integratie in de maatschappij later groter. Maar dan moeten daar wel meer middelen tegenover geplaatst worden. “Kleinere klassen lijken mij een evidente maatregel. Op die manier kan een leerkracht meer aandacht geven aan de persoon met een beperking. Kleinere klassen vragen echter meer leerkrachten en meer ruimte en dat kost geld, geld dat niet wordt vrijgemaakt. Het is een mooi idee met een slechte uitwerking. Een idee staat of valt natuurlijk met de bereidheid investeringen te doen om het effectief in de praktijk te brengen. Op dat vlak faalt de huidige regering.” Wat is er volgens jou nodig om mensen met een beperking een volwaardige plek te geven in de maatschappij?

“Ik denk altijd dat mensen met een beperking een soort van emancipatiegolf nodig hebben. Als mensen

Ik denk altijd dat mensen met een beperking een soort van emancipatiegolf nodig hebben. Als mensen met een beperking in de media komen, gaat het over winnaars van de paralympics of tekorten in instellingen. Ik heb nog heel weinig verhalen gehoord of gelezen in de media van mensen aan wie ik mij kan spiegelen, mensen die wel een beperking hebben, maar die bijvoorbeeld aan de universiteit studeren, hun leven in handen nemen.

met een beperking in de media komen, gaat het over winnaars van de paralympics of tekorten in instellingen. Ik heb nog heel weinig verhalen gehoord of gelezen in de media van mensen aan wie ik mij kan spiegelen, mensen die wel een beperking hebben, maar die bijvoorbeeld aan de universiteit studeren, hun leven in handen nemen.” Je spreekt over een emancipatiegolf, maar hoe en met welk soort programma denk je dat we mensen met een beperking kunnen bereiken? Wat kan een voorstel zijn waarrond je mensen met een beperking actief maakt of in strijd brengt?

“Ik zou graag hebben dat veel mensen met een beperking de vakbond steunen. Dat wanneer er stakingen zijn van het openbaar vervoer, die mensen daarin participeren, dat ze zich integreren in de beweging en de sociale strijd. Er zijn veel organisaties voor mensen met een beperking, maar die organiseren zich niet op zo’n manier. Dat mis ik: een brug tussen mensen met een beperking, politieke partijen en bredere projecten. “Ik ben anderzijds ook wel wat teleurgesteld over de houding van vakbonden naar mensen met een beperking toe. Als mensen met een beperking de brug moeten maken naar de vakbond, moet het omgekeerde ook het geval zijn. Vakbonden moeten de rechten van mensen met een beperking incorporeren in hun pro-

gramma. Ik vind dat dit te weinig het geval is. “Zo voel ik me niet goed bij wat de vakbonden schrijven over het M-decreet. Ze klagen terecht de besparingen aan, ze klagen terecht dat leerkrachten moeten omgaan met heel veel druk en dat dat leidt tot stress en burnouts. Ze moeten echter blijven benadrukken dat het M-decreet een positief project kan zijn, mits er genoeg middelen worden vrijgemaakt. Ze moeten vechten voor mensen met een beperking. Ik heb nu het gevoel dat vakbonden het vooral opnemen voor de ambtenaren en minder voor mensen met een beperking. “Ik heb dat ook op het terrein ervaren. Ik ben naar stakingspiketten geweest, bijvoorbeeld in 2014 tijdens de gigantische golf van stakingen bij het begin van Michel I, en had het gevoel dat de mensen mijn aanwezigheid niet goed konden plaatsen. Ik kreeg de indruk dat ze niet goed snapten wat ik daar deed. “Natuurlijk is het politiek bewustzijn bij mensen met een beperking niet noodzakelijk groter of anders. Dan is je vraag natuurlijk wel terecht: welke oplossingen zijn er of welke projecten stel je concreet voor om dat te veranderen? Dat weet ik zelf niet goed. Ik ben er ook niet enkel op gericht om iets te doen voor mensen met een beperking. Ik wil een socialistische maatschappij die ten goede komt aan mensen met een beperking, maar even goed aan anderen.”

7 Misschien even brainstormen. Zou je het recht op werk centraal kunnen stellen in een programma voor mensen met een beperking?

Veel mensen met een beperking moeten vechten voor een job en lang zoeken. In een maatschappij waar winstefficiëntie centraal staat, leidt dit er vaak toe dat zij achter een telefoon worden gezet en geen kansen krijgen om zich te ontplooien. Daarom ben ik ook socialist: in een socialistische samenleving draagt iedereen bij naar eigen vermogen en wordt in de noden van iedereen voorzien. Zo krijgt iedereen een plek, met of zonder beperking

“Ik ben daarmee akkoord: veel mensen met een beperking leven van een uitkering en zijn zo in staat om financieel te overleven. Maar ik denk niet dat die heel gelukkig zijn met die gang van zaken. Zij willen heel vaak wel werken. Werk leidt tot een sociaal netwerk en tot een positiever zelfbeeld. Het betekent mee nuttig zijn, financiële onafhankelijkheid, zelfstandigheid, een plek in de maatschappij en zo ook een bepaalde sociale status. Dat is zeker het nastreven waard. “Het gaat voor mij altijd over waardigheid. Het werk dat mensen met een visuele beperking doen, kan ander werk zijn dan mensen die goed zien. Er kunnen aanpassingen zijn. Het moet vooral gelijkwaardig werk zijn, met persoonlijke relaties waar er gelijkwaardigheid is. Werk waar wederzijds respect is, waar je als gelijken wordt gezien. “Zoals ik al zei moeten veel mensen met een beperking vechten voor een job en lang zoeken. In een maatschappij waar winstefficiëntie centraal staat, leidt dit er vaak toe dat zij achter een telefoon worden gezet en geen kansen krijgen om zich te ontplooien. Daarom ben ik ook socialist: in een socialistische samenleving draagt iedereen bij naar eigen vermogen en wordt in de noden van iedereen voorzien. Zo krijgt iedereen een plek, met of zonder beperking.”

“Al bij al heb ik naar mijn aanvoelen een redelijk rechtlijnig parcours afgelegd” Hoe ben je marxist geworden? Hoe ben je bij LSP terecht gekomen?

“Er zijn heel wat elementen die een rol spelen. Ik heb als kind een grote politieke vorming gekregen van mijn ouders. Toen ik zeven was, zat ik elke avond bij mijn papa op schoot om naar het nieuws te luisteren. Wanneer we daarna in bad gingen, hadden we al discussies over politiek. “De lessen economie in het middelbaar waren een ander kantelpunt. De crisis van 2007-2008 was net begonnen en mijn leerkrachten konden me niet vertellen waarom het economisch systeem nooit helemaal stabiel werkte. Dat versterkte me in het idee dat iets aan dit systeem niet volledig klopt. “In het vijfde middelbaar kreeg ik in geschiedenis les over Marx. Ik las toen zelf het ‘Communistisch Manifest’ en ‘Loon, Prijs en Winst’. De economische en historische analyse in die werken sprak me aan, maar ze botsten met mijn droom om politicus te worden. Ik wilde vooral slechtzienden vertegenwoordigen in het parlement en zag mezelf niet als revolutionair socialist. “Het was na een rondreis door Syrië en Libanon, die ik in 2009 met mijn vader maakte, dat ik me definitief als uitgesproken marxist beschouwde. Ik leerde er Peyman Jafari kennen, een Nederlands academicus die heel interessante dingen te vertellen heeft over Iran. Peyman had problemen met zijn rug, waardoor hij niet mee kon op een wandeling. Ik hield hem gezelschap en zo discussieerden we een hele dag over marxisme, revolutie, de Parijse commune, enz. “Ik was dus al overtuigd marxist voor ik aan de universiteit begon, LSP heeft niet zo veel moeite moeten doen om me te overtuigen aan te sluiten.” Je had het over je politiek traject, maar LSP is natuurlijk ook een strijdpartij.

“Ik lees heel graag boeken, ik discussieer graag, maar enkel lezen zet niet veel zoden aan de dijk. Ik heb dus altijd geprobeerd om aan zoveel mogelijk acties deel te nemen, ondanks dat ik daarin werd gehinderd door mijn beperking. Het is moeilijk om als zwaar slechtziend persoon te betogen, je moet erg opletten dat je je delegatie niet verliest of dat je niet valt.” Je hebt je ontplooid, je studeerde geschiedenis aan de UGent, ging alleen op Erasmus ...

“Voor mij was het heel belangrijk om op Erasmus te gaan, gewoon om te tonen dat ik dat kon, maar op sociaal gebied was het niet makkelijk. Ik kon er niet veel goede relaties opbouwen, dat was heel hard. Ik heb dat voor een stuk toegeschreven aan mijn beperking. Op het moment dat de mensen hun drempelvrees om open met mij te praten overwonnen hadden, was de uitwisseling al bijna voorbij. Ik heb dat gecompenseerd door alle boeken van Eric Hobsbawm te lezen, een marxistisch historicus. Ik heb er heel veel gewandeld en ben veel op restaurant geweest, maar ik was daar ook soms eenzaam. Erasmus had haar beperkingen, het was een gemengde ervaring.” Nu we het toch over het academische hebben. Socialisten worden regelmatig voor twijfel geplaatst. Aan de universiteit

word je vaak geconfronteerd met anti-marxistische ideeën. In hoeverre hebben je studies je gesterkt in de overtuiging dat een socialistische maatschappij noodzakelijk is?

“Ik heb altijd geprobeerd om mijn studies geschiedenis te combineren met het lezen van boeken om mezelf te vormen. Ik heb ook in LSP veel vorming meegekregen. Van mijn 17 tot vandaag ben ik politiek redelijk consistent gebleven. “Die kernovertuiging, dat kapitalisme niet werkt en dat we nood hebben aan een andere maatschappij, is eigenlijk heel kort door de bocht de kern van mijn ideeën. Dat is doorheen de jaren in feite stabiel gebleven. “Geschiedenis in Gent kan als richting zeker niet als rechts worden beschouwd. De proffen zijn geen marxisten, maar ze geven je toch een bepaalde kritische basis, ook daar heb ik dingen uit opgepikt. Al bij al heb ik naar mijn aanvoelen een redelijk rechtlijnig parcours afgelegd.”


8

dossier

de

Linkse Socialist

Een socialistisch alternatief op de vervuiling van het kapitaal Het kapitalisme is het probleem, socialisme het antwoord De inspanningen van veel mensen om hun ecologische voetafdruk te beperken, volstaan niet. Dat blijkt uit de rampzalige rapporten van onder meer het IPCC. Het komt omdat de echte verantwoordelijken in dit systeem niet bereid zijn om gelijkaardige inspanningen te leveren. De kapitalisten willen hun winsten tegen elke prijs veilig stellen, ook als de planeet onderdeel van die prijs dreigt te worden. Marx merkte in ‘Het Kapitaal’ op dat het kapitalisme “gelijktijdig de bronnen van alle rijkdom ondergraaft: de grond en de arbeider.” In een ander werk schreef hij: “De natuur is in evenwaardige mate een bron van gebruikswaarden als de arbeid, die zelf slechts één der natuurkrachten manifesteert: de menselijke arbeidskracht.” Het ondergraven van alle bronnen van rijkdom, zowel de werkenden als de natuur, is eigen aan het kapitalisme waar winsten voor een kleine minderheid de centrale drijfveer zijn. Het marxisme beperkt zich niet tot vaststellen van wat fout loopt. Een grondige analyse van de situatie is de basis voor scherpere inzichten over hoe we tot verandering komen. Het kapitalistische systeem is gebaseerd op de private eigendom van de productiemiddelen. Kapitalisten, tegenwoordig vooral kapitaalgroepen gedomineerd door de financiële belangen van een handvol superrijken, hebben de productie in handen en bepalen dus wat er gemaakt wordt en hoe dit gebeurt. Het overgrote deel van de wereldhandel is in handen van amper 147 bedrijven, zo bleek uit onderzoek in 2011. Die bedrijven zijn onderling met elkaar verweven. De ‘vrije markt’ leidt tot een dictatuur van de superrijken. Het is erop gericht om het vermogen van die superrijken nog aan te dikken. Dat kan enkel door steeds meer te eisen van de bronnen van rijkdom: de werkenden en de natuur. De overgrote meerderheid van de wereldbevolking is verplicht om zijn arbeidskracht te verkopen in ruil voor een loon. Dat is de basis voor de winsten van de kapitalisten, maar creëert tegelijk een sociale kracht die het volledige raderwerk van dit systeem kan stilleggen. Zonder onze arbeid, gebeurt er niets. Bovendien is arbeid onder dit systeem doorgaans een groepsgebeuren, wat leidt tot organisatie en gezamenlijke strijd voor onze belangen. Het kapitalisme creëert de sociale kracht die een einde kan maken aan dit systeem. Vandaar de centrale rol van de arbeidersbeweging in onze strijd voor een ander systeem. Hoe zou zo’n ander systeem eruit zien? Het afschaffen van de privé-eigendom van de productiemiddelen en de vervanging door publieke eigendom en controle door de gemeenschap over de industrie en diensten, zou het mogelijk maken om de productiemiddelen aan te wenden voor sociale (en dus ook ecologische) prioriteiten. Het zou het mogelijk maken om op een planmatige wijze de beschikbare middelen in te zetten naargelang de noden van mens en planeet. Een democratische planning van de economie is een essentieel onderdeel van het socialistisch alternatief op het kapitalisme.

Leraar Mathias: “In plaats van onze jongeren te betuttelen zouden we ons beter door hun moed en daadkracht laten inspireren” Mathias is leerkracht in Brussel. Hij trok op 10 januari met 300 leerlingen van zijn school naar de eerste jongerenactie voor het klimaat. Hierna schreef hij een vrije tribune die in De Standaard werd gepubliceerd op 15 januari. Daarin gaat hij onder meer in tegen de kritiek dat jongeren zomaar lessen brossen. “We hoeven ons geen zorgen te maken over de gemiste lesuren van deze bosbrossers. Ze leren elke minuut bij wat vrijheid en verantwoordelijkheid inhouden. Hoe je cynisme kunt bestrijden met collectief engagement. Hoe je zonder stemrecht toch het debat kunt sturen. Hoe krachtig een positief en opbouwend verhaal is. ‘Donderdag voelden we hoop en macht, meneer’, vertelden enkele leerlingen in de les. Weinig andere weekends bekeken de leerlingen zo kritisch de media, deelden ze zoveel krantenartikels of debatteerden ze zo duchtig. We maken ons beter zorgen over een veelvoud aan gemiste lesuren als de schoolbus opnieuw te laat komt vanwege file-ellende. Of het verhoogde risico op astma, allergieën, longinfecties, hart- en vaatziekten en concentratieproblemen door fijn stof op de speelplaats. “In plaats van onze jongeren te betuttelen zouden we ons beter door hun moed en daadkracht laten inspireren. Ik ben alvast trots dat de schooldirectie door het initiatief van onze scholieren alle leerlingen, leerkrachten, personeel en ouders oproept om samen massaal aanwezig te zijn op de klimaatmars van 27 januari. Er is ook voor ons volwassenen hoop. We hebben dus toch een generatie voortgebracht die de klimaatzaak wél serieus neemt. Ik laat me elke donderdag alvast door hen inspireren.”

D

eze krant verschijnt net op tijd voor de klimaatmars van 27 januari. Amper twee maanden na de historische klimaatmars van 2 december 2018 zal dit een nieuw hoogtepunt vormen in de strijd voor een leefbare planeet. Een doorslaggevende factor in de mobilisatie naar 27 januari was de spontane uitbarsting van scholieren die voorheen al drie donderdagen op rij met duizenden op straat kwamen. Hun stakingsacties hebben op een indrukwekkende manier de urgentie van de klimaatzaak kracht bijgezet en het maatschappelijk debat gestimuleerd. Het is een kreet voor radicale verandering en de jongeren hebben begrepen dat die niet zal komen door op de schoolbanken te blijven zitten. door

Michael Bouchez

Onze toekomst op de

Het beleid beantwoordt niet aan de urgentie

Niet alleen de huidige generatie scholieren is bezorgd. Klimaatverandering en milieuproblematiek maken deel uit van het leven van de hele werkende bevolking. Klimaatverandering - ongewoon hete zomers, extreem weer, wetenschappelijke waarschuwingen - wordt voor iedereen steeds tastbaarder. Wat de huidige generatie jongeren vooral kenmerkt is dat zij van jongs af aan opgegroeid zijn met de lapmiddelen en vage beloftes die nu nog steeds door het establishment verdedigd worden. Ze weten dat er hen een dreigende klimaatcatastrofe over het hoofd hangt, maar merken dat de bestaande recepten volkomen onvoldoende zijn. Net daarom zijn die stakingsacties en massabetogingen zo belangrijk: het geeft individuele bezorgdheden en woede een gemeenschappelijk gezicht. Dat het blijft achteruitgaan heeft een reden. Sinds de officiële erkenning van het verband tussen klimaatopwarming

en de uitstoot van CO2 door de wetenschappelijke wereld in 1988 heeft de neoliberale politieke elite er alles aan gedaan om de strijd tegen klimaatopwarming te beperken tot pogingen om de individuele consument verantwoordelijk te stellen en de “groene” vrije markt te promoten. Er werd de grote vervuilers onder het mom van “concurrentie” niets in de weg gelegd. Het gevolg is dat 100 multinationals sinds 1988 71% van de broeikasgassen op hun conto hebben staan. De rekening van die vrijemarktlogica wordt betaald door de planeet en de bevolking. De vrije markt en het kapitalisme staan een reële oplossing in de weg. Voedingsmultinationals, de chemische sector, elektronicagiganten, het zijn allemaal sectoren waarin de ecologische kosten niet meegerekend worden als ze hun winstcijfers bekend maken en zichzelf miljoenen uitkeren. Zolang de winsten centraal staan zullen olie-multinationals elke druppel olie willen opboren, zullen energiebedrijven kerncentrales openhouden en zal de

productie eerst rekening houden met de hoogste winst in plaats van met de ecologische kost. Ook regulering, zoals het voorbeeld van de ‘dieselgate’ bij Volkswagen aantoonde, wordt onder het kapitalisme uiteindelijk omzeild. Voor collectieve en strijdbare klimaateisen

Jongeren spelen een cruciale rol in de strijd. Zij laten zich niet zomaar vertellen wat “realistisch” is of niet. Ze kunnen daarmee andere lagen in de bevolking aanzetten tot strijd. En dat zal nodig zijn. Als we de strijd voor onze planeet verder willen brengen dan individuele verantwoordelijkheid en de “realistische” oplossingen van de vrije markt, hebben we collectieve eisen nodig die structurele verandering brengen en de productie aanpakken, eerder dan de consumptie. Dat betekent dat de strijd ook gevoerd moet worden in de bedrijven en door het personeel van de openbare diensten zoals het openbaar vervoer.

Gevestigde politici en hun media: geen bondgenoot in onze strijd De gevestigde media hadden veel aandacht voor de klimaatacties. Daarbij kwamen de jongeren zelf aan het woord, maar vaak ook allerhande cynici. In de televisiestudio’s hoorden we professionele commentatoren als Rik Torfs de jongeren oproepen om vooral braaf te zijn, te studeren en wellicht nadien even cynisch te worden als hijzelf. Journalisten probeerden het vooral te hebben over de individuele verantwoordelijkheid van klimaatbrossers en andere activisten. Over system change werd niet gesproken, over de individuele ecologische voetafdruk van jongeren des te meer. Sommige traditionele partijen probeerden een graantje mee te pikken door de acties te ‘steunen’ of er zich door ‘aangemoedigd’ te weten, ook al vormden de acties een harde kritiek op hun beleid. Enkele jongeren werden ‘gehoord’, maar dat leverde uiteraard niets op. Of het moest wat mediabelangstelling voor de betreffende politici geweest zijn. Bij N-VA, de grootste par tij in Vlaanderen, heerst een conservatieve kritiek op de jongeren. “Met opzet

een hele dag interessante en vormende leerstof missen, doet adolescenten geen goed,” verklaarde een verantwoordelijke van Jong N-VA. De partij staat naar eigen zeggen voor ‘ecorealisme’: “het huwelijk tussen de vrije markt en ecologie.” Moest de vrije markt een antwoord op de klimaatuitdagingen hebben, dan hadden we dat al lang gemerkt. De vrije

We mogen ons niet laten afschepen met vage beloften en lege woorden. Met de neerbuigendheid van traditionele politici en commentatoren komen we ook geen stap verder.

markt betekent dat er jarenlang miljarden geïnvesteerd zijn in lobbynetwerken en klimaatsceptische denktanks om ons wijs te maken dat er geen probleem was. Het N-VA-standpunt komt vrij vertaald hierop neer: ‘Wees braaf en laat het milieu over aan de bedrijven die het om zeep helpen.’ Het N-VA-standpunt van meer kernenergie werd op een scholierenprotest ook provocatief verdedigd door Vlaams Belanger Dries Van Langenhove. Iets dat zo onveilig is als kernenergie overlaten aan de winsthonger van multinationals is om problemen vragen. Denk maar aan Fukushima. Toch verdedigt de rechterzijde dit. De scholieren dienden Van Langenhove van antwoord. “Fuck den Dries,” scandeerden ze waarna hij afdroop. We mogen ons niet laten afschepen met vage beloften en lege woorden. Met de neerbuigendheid van traditionele politici en commentatoren komen we ook geen stap verder. De jongeren (en ouderen) hebben groot gelijk om zelf op straat te komen en politiek niet over te laten aan de politiekers.


www.socialisme.be 9 februari 2019

9

eze planeet vereist system change! De vakbonden hebben daarin een cruciale rol te spelen. Onder het kapitalisme is de arbeidersklasse de maatschappelijke kracht die de sleutels tot de economie in handen heeft. Als de arbeidersbeweging de strijd voor onze planeet mee aangaat, kan zij samen met de huidige klimaatbeweging een ongeziene mobilisatiekracht vormen. Onze eisen vertrekken niet van wat onder dit vervuilende systeem “mogelijk” is, maar van wat nodig is. Voor neoliberale politici is zelfs de eis van meer beter en gratis openbaar vervoer een stap te ver. Nochtans zou het een heel concreet antwoord bieden op de luchtvervuiling in de steden en de CO2-uitstoot. In plaats daarvan verkiezen ze verder te besparen op het openbaar vervoer. Elk plan tot liberalisering en privatisering bij de NMBS, De Lijn, MIVB of TEC moet gestopt worden. Het aanbod en de kwaliteit moeten drastisch omhoog. Het goederenvervoer per spoor moet terug in publieke handen om het vrachtverkeer over de weg te vermin-

deren. De liberalisering zorgde ervoor dat het aandeel van het spoor in alle goederenvervoer afnam van 10% in 2000 tot 7% in 2015. Het aandeel van vrachtwagens steeg van 75% tot 80%.

Jongeren spelen een cruciale rol in de strijd. Zij laten zich niet zomaar vertellen wat “realistisch” is of niet. Ze kunnen daarmee andere lagen in de bevolking aanzetten tot strijd. En dat zal nodig zijn.

Kortom: er zijn een pak meer vrachtwagens op de weg. Goede lonen en degelijke arbeidsvoorwaarden zijn ingeruild voor Oost-Europese chauffeurs met slavenlonen. De energiesector is veruit de meest vervuilende sector en we zijn er allemaal van afhankelijk. In private handen zorgt de energiesector niet enkel voor onbetaalbare facturen, maar is ook elke controle van de gemeenschap over de productie onmogelijk. Enkel als die genationaliseerd wordt en onder democratische controle van de gemeenschap en de werkenden komt, kunnen de noodzakelijke investeringen gedaan worden in echte hernieuwbare energie en een uitstap uit kernenergie. Onmisbaar voor een snelle reconversie naar 100% hernieuwbare energie is publieke eigendom en controle van wetenschap en technologie. Het ontbreken aan kennis is niet het probleem. Het zijn de multinationals die onderzoek opkopen en de patenten ervan in een kluis stoppen. De technologie die

ze wel gebruiken, is enkel goed voor hun winsten: geplande veroudering bijvoorbeeld laat een reusachtige giftige afvalberg achter omdat bedrijven hun nieuwste producten moeten verkopen in plaats van meer duurzame of gemakkelijker te herstellen producten te maken. Deze eisen zijn slechts een onderdeel van wat wij verdedigen. Ze zijn niet onmogelijk of onrealistisch, maar ze botsen wel met de winstbelangen van het kapitalisme. Elke strijd voor onze toekomst komt onvermijdelijk in conflict met die belangen. Het respect voor de planeet en haar grondstoffen valt samen met de belangen van de werkende klasse. Een maatschappij waarin de sleutelsectoren beheerd en gecontroleerd worden door de gemeenschap, zou de geproduceerde rijkdom niet meer uitkeren aan de aandeelhouders, maar investeren in ecologische productie, in wetenschappelijk onderzoek in functie van onze toekomst op deze planeet en van een degelijke levensstandaard voor iedereen.

Het boek ‘Ecologische catastrofe of socialisme’ bundelt enkele teksten en brengt een aanzet tot socialistisch programma rond ecologie. Het boek is samengesteld door Michael Bouchez en Arne Lepoutre. Het telt 108 pagina’s en is via de redactie te verkrijgen voor 8 euro (verzending inbegrepen) of 5 euro bij losse verkoop.

Klimaattop in Katowice: gebakken lucht

H

et rapport van het IPCC maakte nog maar eens duidelijk dat radicale actie nodig is. Zelfs een temperatuurstijging van 1,5°C zou extreem weer doen toenemen, voedselschaarste in bepaalde werelddelen verergeren en klimaatvluchtelingen creëren. Eilandstaten worden bedreigd en globale waterschade door overstromingen zal letterlijk miljarden kosten. Dit is pijnlijk genoeg nog een optimistisch scenario. Onveranderd zal het huidige klimaatbeleid leiden tot een temperatuurstijging van ongeveer 3°C. De mensheid wordt geconfronteerd met een existentiële bedreiging. door

Stef (Antwerpen)

Met het rapport van het IPCC in het Het was aan COP 24 om te besluiachterhoofd moest de klimaatconferen- ten hoe de beloftes uit Parijs waarheid tie van 2018 in Katowice een ambitieuze moesten worden. Het ging vooral om affaire worden. De bedoeling was om op hoe men de resultaten zou rapporteren. COP 24, zoals deze conferentie offici- Gezien de ernst van de zaak zou men eel heette, te beslissen hoe het klimaat- ook extra doelstellingen verwachten. akkoord van Parijs uit 2015 precies zou Op de conferentie werden deze echdoorgevoerd worden. Die conferentie ter nauwelijks besproken. Ze komen er had als bedoeling om een akkoord te pas in 2020. De urgentie werd in Polen sluiten die de temperatuurstijging “ruim kennelijk niet ervaren. Ondanks het beneden” 2°C moet houden. De beloftes voorafgaande massaprotest in Brussel van toen zijn echter allesbehalve vol- onderschreef de Belgische delegatie in doende. Het eerder vermelde klimaat- Katowice de erg beperkte oproep voor beleid, dat voor een stijging van 3°C meer klimaatambitie niet. kan zorgen, veronderstelt het respecteTerwijl het water ons bijna letterlijk ren van het akkoord. Heel wat landen aan de lippen staat, rommelen onze hebben nog niet de nodige stappen ge- politici in de marge. Sprekend zijn zet om zelfs deze beloftes na te komen. de ‘giften’ van verschillende landen Volgens toonaangevende klimaatwe- en grote bedrijven aan een fonds dat tenschappers bereikt de opwarming van arme landen moet voorbereiden op kode aarde op een bepaald moment een mende natuurrampen. Liever genezen kentering, een ‘tipping point’, die op- dan voorkomen. warming onherroepelijk zal doen doorEr is zelfs een zekere terugkeer van gaan. Het keerpunt ligt waarschijnlijk klimaatscepticisme. De Verenigde onder de beoogde 2°C. Tenslotte heeft Staten stonden vooraan om de bevinhet Parijse klimaatakkoord geen enke- dingen van het IPCC te miskennen. le afdwingbaarheid en is het dus in se Brazilië, met de racistische en klimaatsceptische Jair Bolsonaro als nieueen lege doos.

we president, trok haar voorstel om de volgende conferentie te ontvangen in. Ook wilde het land extra uitstootrechten omdat het een groot deel van het Amazonewoud binnen haar grenzen heeft. Dat Amazonewoud moet volgens Bolsonaro nochtans plaats ruimen voor de multinationals. Het waren vooral de kleinere ontwikkelende landen die zich ertoe verbonden de doelstelling van 1,5°C te halen. Deze inzet is echter niet voldoende. Het Zweedse schoolmeisje Greta Thunberg zorgde voor het enige lichtpunt in Katowice. Ze verweet de wereldleiders “niet volwassen genoeg” te zijn “om te zeggen waar het op staat.” Ze legde de vinger op de wonde: “Onze beschaving wordt opgeofferd voor de mogelijkheid voor een zeer klein aantal mensen om door te gaan met het verdienen van een enorme hoeveelheid geld.” En ze kwam tot een belangrijke conclusie die gedeeld wordt door duizenden jongeren: “Als oplossingen binnen het bestaande systeem niet te vinden zijn, dan moeten we misschien het systeem zelf veranderen.”


10

koopkracht

de

Linkse Socialist

Waarom wij altijd meer betalen voor energie…

Engie deelde op zes jaar tijd 19,5 miljard uit aan aandeelhouders

E

r is een verband tussen onze hoge energiefacturen en het beleid van Engie/Electrabel waarbij stelselmatig miljarden worden doorgesluisd naar de aandeelhouders. Eerder raakte bekend dat Electrabel in 2017 een dividend in natura van 1,641 miljard euro aan het Franse moederbedrijf uitkeerde. Nu maakte de Franse beursanalist OFG Recherche bekend dat Engie tussen 2009 en 2015 maar liefst 19,5 miljard euro aan de aandeelhouders gaf. Dat is een pak meer dan de uiteindelijke nettowinst. Het beeld is duidelijk: alles staat in het teken van de inhaligheid van de aandeelhouders. door

Geert Cool

Electrabel maakte in het eerste decennium van deze eeuw mooie winsten in ons land. In 2006 bijvoorbeeld was er sprake van een nettowinst van 3,6 miljard euro. De afgelopen jaren was dit officieel niet langer het geval. Boekhoudkundige operaties zijn daar de oorzaak van. Ondertussen stelt zich een probleem met de kost van de sluiting van de reeds lang afgeschreven kerncentrales. De regering voerde een nucleaire spaarpot in, Synatom, om die kost op te vangen. Het bedrag voor die spaarpot was echter van bij het begin betwist. Bovendien is vastgelegd dat de rest van de kosten door Electrabel zelf moet gedragen worden. Engie zal er alles aan doen om deze kosten te vermijden: het kan Electrabel proberen te verkopen of het bedrijf volledig ontmantelen zodat het niet in staat is om de kost van de kernuitstap te betalen. Dat zou passen in het fenomeen dat we ook bij de bankencrisis van

2008 zagen: de winsten waren voor de privé, de kosten achteraf voor de gemeenschap. Nochtans is het duidelijk dat Engie/ Electrabel geld genoeg heeft. Als er op zes jaar tijd 19,6 miljard euro aan de aandeelhouders kan uitgekeerd worden, dan zijn er voldoende miljarden aanwezig! De grote winsten van de afgelopen jaren werden niet geïnvesteerd in alternatieve duurzame energiebevoorrading. Er werd evenmin voldoende provisie aangelegd voor de kosten van het kernafval en de sluiting van de centrales. Wij worden kaalgeplukt door de hoge facturen en bovendien wordt onze veiligheid in het gedrang gebracht door oude kernreactoren in werking te laten en door ons op te zadelen met het probleem van het kernafval. Als antwoord op deze situatie stelt Groen voor om sterkere garanties van Engie/Electrabel te eisen: de reserves voor de atoomspaarpot zouden bij de

Scholieren op een klimaatactie: ‘Breng energie in publieke handen’. Dat is nodig voor ons milieu en onze portemonnee!

Nationale Bank moeten ondergebracht worden in plaats van ze grotendeels in beheer van Engie zelf te laten (waarbij een groot deel door het bedrijf aan zichzelf wordt uitgeleend). Engie/ Electrabel heeft de afgelopen jaren getoond dat het enkel de belangen van de aandeelhouders dient en elke poging tot

strengere regelgeving weet te omzeilen. Het antwoord van Groen volstaat dan ook niet. De volledige energiesector moet in publieke handen komen, zodat de winsthonger uitgeschakeld wordt en er voldoende ruimte is voor onderzoek naar en investeringen in groene energie. Wat de gemeenschap

niet bezit, kan ze niet ernstig controleren. Energie is te essentieel om het aan private bedrijven over te laten. Energie moet niet alleen in publieke handen komen om een groene transitie mogelijk te maken, maar ook om iets te doen aan de facturen die steeds zwaarder op het gezinsbudget wegen.

100 euro extra voor lage inkomens? ‘Cadeau’ van VOKA moeten we eerst zelf dubbel en dik betalen…

V

OKA, het Vlaams netwerk van ondernemingen, pakt uit met een plan voor de uitdagingen in ons land. Het meest frappante voorstel is om publieke middelen aan te wenden om wie minder dan 2500 euro bruto per maand verdient een extraatje van 100 euro netto per maand te geven. Wat de werkgevers zelf niet bereid zijn om te betalen, moet de gemeenschap bijleggen. door

Sander (Dendermonde)

Wie dit moet betalen, is ook al duidelijk voor de werkgevers: niet zijzelf. VOKA pleit voor nog meer belastingverminderingen voor bedrijven. Tegelijk pleit het voor flexibeler werken en de afschaffing van de index. Anders gezegd: de werkenden moeten inleveren en een deel daarvan krijgen ze als ‘cadeau’ terug. De lakeien van VOKA in de Vlaamse

en federale regering, hebben volgens BASF-topman en VOKA-voorzitter Wouter De Geest uitstekend werk verricht wat de arbeidsdeal en de verlaging van de uitkeringen in de tijd betreft. Zo worden mensen gedwongen om voor lagere lonen aan de slag te gaan omdat ze anders onder het bestaansminimum vallen. Nieuwe jobs zijn doorgaans laagbetaald en erg flexibel. De werk-

loosheid daalt maar het totaal aantal gewerkte uren in ons land stijgt niet. Dat komt door de toename van deeltijdse jobs met bijhorende lage lonen. VOKA is tevreden met het gevoerde beleid, maar wil natuurlijk altijd meer. Het is nooit genoeg voor de werkgevers! De krapte op de arbeidsmarkt wordt aangegrepen om voor aanvallen op langdurig zieken te pleiten. Volgens VOKA wordt er teveel gespendeerd aan gezondheidszorg, een sector die nochtans al jaren kreunt onder een gebrek aan voldoende middelen. Daar wil VOKA miljarden besparen, om zo een beetje extra ruimte te creëren voor de broodnodige investeringen in infrastructuur. VOKA pleit dan wel voor maatregelen om de klimaatverandering

aan te pakken, maar enkel indien de gewone werkenden hiervoor opdraaien. Pogingen om zich ‘groener’ voor te doen of zelfs ‘socialer’ met het voorstel van 100 euro extra voor lage lonen, zijn niets anders dan een rookgordijn. Voor elk ‘cadeau’ dat we krijgen, moeten we eerst dubbel en dik betalen. Het doel van de werkgevers is om de transfer van rijkdom van de gewone werkenden naar de rijkste 1% nog te vergroten. Daarvoor kunnen ze rekenen op N-VA. De Wever verklaarde jaren geleden al dat VOKA zijn baas was. We moeten geen oplossingen verwachten van diegenen die aan de basis van de problemen liggen. In plaats van werkenden te veroordelen tot laagbetaalde jobs waarbij ze kreunen

onder de werkdruk en vaak noodgedwongen deeltijds werken, moet het beschikbare werk herverdeeld worden via een arbeidsduurvermindering met behoud van loon en extra aanwervingen. De klimaatproblematiek kan niet opgelost worden als we cruciale sectoren als energie aan de winsthonger van private bedrijven overlaten. Er is een volledige transformatie van de samenleving nodig, weg van de kapitalistische winsthonger en bijhorende armoede, klimaatcrisis, precariteit en de decadente elite die hierop teert. Een alternatief moet gezocht worden in een socialistische en democratisch geplande economie, niet in meer van hetzelfde asociale beleid zoals VOKA voorstelt.

LSP/PSL is voor het volledig herstel van de index en een minimumloon van 1500 euro netto, tegen de afbraak van de sociale zekerheid en de uitholling van het arbeidscontract. Wij verzetten ons tegen iedere bedrijfssluiting omdat dit onder het kapitalisme enkel leidt tot werkloosheid en armoede. De enige maatregel die de massale werkloosheid kan oplossen is de onmiddellijke invoering van de 32-urenweek, zonder loonverlies en met evenredige aanwervingen.

Vlamingen, Walen en Brusselaars respecteren, zonder in de val te trappen van diegenen die de arbeiders door communautair opbod willen verzwakken (cfr. splitsing sociale zekerheid). Ze zou moeten ageren voor de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder rechtstreekse arbeiderscontrole.

arbeidersregering. Iedere functionaris moet verkozen en permanent afzetbaar zijn. Hij/zij mag niet beschikken over een hoger loon dan het gemiddelde loon van de arbeiders die hij/zij vertegenwoordigt. Op die manier kan het wanbeheer vermeden worden zoals dit in de planeconomieën in het ex-Oostblok bestond.

waar LSP voor staaT

D

e technische en wetenschappelijke mogelijkheden van de mens zijn nog nooit zo uitgebreid geweest. De jongste 50 jaar verdrievoudigde het gemiddelde inkomen per hoofd van de wereldbevolking. Er is voldoende rijkdom om iedereen een degelijke levensstandaard te garanderen. België vormt hierop geen uitzondering. Zelfs na de gouden jaren ‘50 en ‘60 bleef de totale werkelijke waarde van alles wat we samen produceren toenemen. In ‘96 bedroeg dit dubbel zoveel als in ‘83.

Deze toename van de rijkdom heeft echter niet geleid tot een algemene stijging van de welvaart. Integendeel: terwijl bedrijven recordwinsten boeken en speculanten hun kapitaal vertienvoudigen, gaat de voormalige koloniale wereld gebukt onder oorlog en hongersnood, is de economie van de ex-stalinistische staten ineengestuikt en heerst in het Westen massale structurele werkloosheid. De globale stijging van de rijkdom is aan de overgrote meerderheid van de wereldbevolking voorbijgegaan. Stop de privatiseringen

Hoewel de arbeiders deze rijkdom produceren, hebben ze niet de minste inspraak in de aanwending ervan. Heel de productie staat in functie van de winsthonger van een handvol kapitalisten. Dit leidt tot schrijnende tegenstellingen. Er is nood aan betaalbare en comfortabele sociale woningen, aan gratis openbaar vervoer, aan onderwijs toegankelijk voor iedereen, aan speelterreinen en recreatiecentra, aan een nationale gezondheidsdienst die gratis en publiek is. De middelen hiervoor zijn voorhanden. Op dit ogenblik gaat het echter de andere kant uit. Openbare diensten worden gerentabiliseerd en opgesplitst. De winstgevende delen worden verkocht aan de hoogste bieder, de onrendabele worden afgestoten. Er is al lang geen sprake

meer van diensten. De marktlogica heeft ook in de openbare sector toegeslaan. Voortaan spreekt men van openbare bedrijven in afwachting van de volgende privatisering. 32-urenweek

In de private sector richt de “vrije” markt een ravage aan. Alle verworvenheden worden afgebroken in naam van de competitiviteit. Arbeidscontracten ruimen plaats voor onderaanneming, uitzendarbeid en andere nepjobs. Een miljoen arbeiders in België wordt regelmatig geconfronteerd met werkloosheid. Dit heeft geleid tot de verpaupering van een deel van de arbeiders en hun gezinnen. Pensioenen, werkloosheids- en ziekteuitkeringen staan op de helling door de uitholling van de sociale zekerheid.

Een nieuwe arbeiderspartij

De vakbondsleidingen hebben de kapitalistische afbraaklogica aanvaard. Ze beperken zich tot het “sociaal” begeleiden van de herstructureringen. Daartegenover stellen wij het strijdsyndicalisme: vechten voor iedere job en het behoud van alle verworvenheden. De arbeidersklasse heeft een partij nodig die deze strategie politiek kan en wil vertalen. Zo’n partij moet openstaan voor iedereen die wil vechten tegen de sociale afbraak. Ze moet zich verzetten tegen iedere verdeling van de arbeiders, of het nu is op basis van racisme, seksisme of geloof. Dit kan het best door op te komen voor volledige gelijke rechten. Ze moet de strijd aanbinden tegen het imperialisme en vechten tegen de vernietiging van het milieu. Ze moet het zelfbeschikkingsrecht van

Revolutie

Dit programma is enkel uitvoerbaar indien de arbeidersbeweging de macht uit handen neemt van de kleine minderheid van kapitalisten. De heersende klasse zal haar privileges echter niet zomaar afstaan. Het breken van de kapitalistische staat zal een revolutie vereisen. Daarom bouwen wij aan een revolutionaire marxistische partij. Arbeidersdemocratie

De productie moet in functie staan van de reële behoeften van de bevolking. Ze moet georganiseerd worden via een democratisch productieplan, opgesteld en gecontroleerd door raden, samengesteld uit vertegenwoordigers van de arbeiders van het bedrijf, van de nationale vakbonden en van de

Voor socialisme en internationalisme

De socialistische revolutie breekt altijd uit op het nationale vlak, maar eindigt in de internationale arena. Arbeidersdemocratie en socialistische planning kunnen niet beperkt blijven tot één land. Het isolement van Sovjet-Rusland heeft tot haar degeneratie vanaf 1924 geleid. LSP/PSL maakt deel uit van het Comité voor een Arbeidersinternationale (CWI), dat actief is op alle continenten. Onze strijd in België zien wij in het kader van een arbeidersstrijd in de hele wereld voor een socialistische maatschappij.

Voor arbeiderseenheid Voor socialisme


koopkracht

www.socialisme.be februari 2019

11

Gele hesjes in Frankrijk: verslag vanuit de beweging “We moeten banden smeden met de vakbonden om tot een algemene staking te komen die de economie platlegt”

H

et protest tegen Macron en zijn regering blijft maar aanhouden. De stijgende brandstofprijzen waren de directe aanleiding voor de acties van de gele hesjes. Maar ondertussen is dit uitgegroeid tot een algemene opstand tegen de levenskost, de lage lonen en uitkeringen, de privileges van de superrijken en de parlementairen, de manipulatie van het nieuws door de gevestigde media, het politiegeweld, de arrogantie van de elite en de democratische tekortkomingen. We spraken hierover met Rachel. Zij is actief in de beweging van de gele hesjes: ze organiseerde verschillende blokkades en betogingen in Montélimar (Drôme, zuidoosten). Rachel is lid van Gauche Révolutionnaire, onze Franse zusterorganisatie.

door

Stéphane Delcros

“De beweging verrast iedereen omwille van de duur ervan, de vastberadenheid van de mensen en de omvang van de mobilisatie,” legt Rachel uit. Na verschillende maanden en tal van pogingen om het protest te discrediteren of af te leiden, geniet de beweging nog steeds veel steun. De regering moest toegevingen doen. Het blijft heel beperkt, maar toch kwamen er maatregelen rond de taksen op brandstof en komt er een kleine bonus voor het minimumloon. “Macron bevindt zich op een mijnenveld. Het economisch programma van de regering is hierdoor verlamd. Dat is op zich al een overwinning.” President Macron schreef een “brief aan de Fransen” om een ‘Groot nationaal debat’ te starten. “Dat is een poging om verdeeldheid te zaaien. Eerst en vooral over de vraag of we al dan niet op die vraag moeten ingaan. Maar daarnaast ook door het debat te laten gaan over kwesties als het homohuwelijk of migratie. Macron wil een sterke en voor hem en zijn systeem gevaarlijke beweging verdelen.” Het debat over migratie en secularisme was sinds de ontwikkeling van de beweging van de gele hesjes wat naar de achtergrond verdreven. Macron wil dat terug centraal plaatsen. “Extreemrechts is erg aanwezig in de gevestigde media en op de sociale netwerken, maar op het terrein doet het niet veel. Er zijn wel veel kiezers van extreemrechts aanwezig, maar die durven niet openlijk voor hun ideeën opkomen.” “France Insoumise van Jean-Luc Mélenchon is de linkse organisatie die van bij het begin van de beweging de meest correcte benadering had.” Verschillende eisen van de gele hesjes stonden al in het programma van France Insoumise (FI) in 2017. Het is trouwens FI, veel meer dan het Rassemblement National van Le Pen, dat een reëel gevaar vormt voor Macron en de elite. Eisen en structuur

Macron zei dat er voor zijn ‘nationaal debat’ geen enkel taboe is. “Hij voegde er echter meteen aan toe dat hij het

“Als de meeste gele hesjes slechts enkele eisen willen afdwingen, zal ik uiteraard met hen strijden om dit te bekomen. Maar ik denk dat er meer mogelijk is. We kunnen de macht grijpen: er is een revolutionair potentieel.” niet wil hebben over economische en sociale kwesties.” Het platform van 42 eisen dat door de gele hesjes is opgemaakt, bevat veel sociaaleconomische eisen. “Naast de eis rond referenda en die voor het ontslag van Macron, springen enkele eisen er uit zoals de verhoging van het minimumloon, herinvoering van de vermogensbelasting, afschaffing van de 40 miljard euro aan fiscale cadeaus voor de grote bedrijven, afschaffing van de privileges van parlementairen.” De media benadrukken vooral de eis voor referenda. Dat is de goedkoopste en minste verregaande maatregel. Zo wordt geprobeerd om het debat te beperken tot het institutionele niveau. “Referenda worden door veel gele hesjes gezien als een wonderoplossing. Er is de illusie dat we ons daar beter toe kunnen beperken omdat het effectief kan bekomen worden. Daarna zouden we referenda kunnen gebruiken om alles te veranderen. Veel anderen, waaronder zo goed als de volledige algemene vergadering van gele hesjes hier in Montélimar, willen zich niet beperken tot democratische eisen.” “De meeste gele hesjes zien in de zwakke structurering een zwakte.” Er zijn enkele sterke punten, zoals de regelmatige algemene vergaderingen. “In Montélimar houden we twee algemene vergaderingen per week. Er is het idee om een algemene vergadering voor heel het departement te houden

waarbij elke lokale groep twee vertegenwoordigers afvaardigt. Dat voorstel werd op onze algemene vergadering met grote meerderheid gestemd.” Geweld en hoe dit door de gevestigde media wordt gebruikt

Geweld lijkt alomtegenwoordig in de beweging. Toch als we de gevestigde media mogen geloven. “Het geweld komt in de eerste plaats van de autoriteiten en hun beleid. Zo wordt het toch gezien binnen de beweging. Daarnaast leidt de politierepressie tot geweld.” Traangas, rubberkogels, willekeurige arrestaties, boetes, gerechtelijke procedures, … Dat is er allemaal op gericht om een gewelddadig antwoord uit te lokken om de beweging te discrediteren en om potentiële activisten af te schrikken. De boodschap is dat je beter thuis blijft en niets doet. “Veel mensen trappen in die val. Ondanks een erg grote steun, zorgt die voorstelling van de beweging toch voor terughoudendheid onder een laag van de bevolking. Dat is natuurlijk juist het doel van de repressie.” Geweld vanuit de beweging is in bepaalde gevallen begrijpelijk, maar wel erg contraproductief. Jean-Luc Mélenchon merkte in het nieuws van France2 op 16 januari terecht op: “Het is aangetoond dat als we met heel veel zijn, ons aantal overheerst. (…) Het

Omwille van haar specifieke plaats in het productieproces en omwille van haar strijdmethoden, in het bijzonder de staking, is de arbeidersbeweging essentieel om tot echte verandering te komen.

verloop van een beweging vereist dat het breder wordt. Bij geweld wordt een stap terug gezet en wordt de beweging kleiner.” Vrouwen bij de gele hesjes

Een van de sterke punten van de beweging is de grote deelname van vrouwen, ook onder de voortrekkers van de strijd. “Er was een nationale oproep om de deelname van vrouwen aan het protest in de schijnwerper te plaatsen. In Montélimar beslisten we om daartoe een betoging te organiseren. Op een dag tijd brachten we 350 mensen op straat. De vrouwen liepen vooraan, de mannen volgden achteraan met de kinderen.” Hetzelfde gebeurde met de ‘Mars van de leeuwinnen’ op 13 januari in Nice. Ook daar waren de mannen uitgenodigd. Eén van de organisatrices merkte op dat dit belangrijk was om geen element van verdeeldheid in de beweging te brengen. Eisen tegen geweld op vrouwen, voor hogere pensioenen en meer koopkracht voor alleenstaande moeders stonden centraal op die betoging. Het economisch systeem veranderen

Er kwamen al verschillende stakingsoproepen. Omwille van haar specifieke plaats in het productieproces en omwille van haar strijdmethoden, in het bijzonder de staking, is de arbeidersbeweging essentieel om tot echte verandering te komen. Ze kan helpen om tot een echte algemene staking te komen die de economie platlegt. Dat zou de grote kapitalisten en hun politieke vrienden bijzonder veel pijn doen. Jammer genoeg

“komen er vanwege de vakbondsleidingen geen pogingen tot toenadering. Er zijn veel syndicalisten actief bij de gele hesjes en die vinden het vreselijk dat hun leiding afstand houdt of zelfs op arrogante wijze kritiek levert. Nochtans kan het anders: in Toulouse bijvoorbeeld was er midden januari een erg geslaagde blokkade dankzij de steun door de transportbonden.” “De noodzaak van banden met de vakbonden wordt vandaag beter begrepen dan enkele maanden geleden. Het idee om ons tot de bonden te richten zodat ze een oproep tot een algemene staking doen, wordt steeds meer besproken onder de gele hesjes. Het doel is om tot een staking te komen om de economie van binnenuit plat te leggen. De gele hesjes beseffen steeds meer dat het moeilijk is om dit van buitenaf te doen. Zo botst de beweging op haar grenzen.” De arbeidersorganisaties moeten in actie gaan, met en naast de gele hesjes. De vakbondsleidingen hebben hun autoriteit onder een deel van de bevolking ondermijnd. We moeten daar rekening mee houden. “Maar als enkele bastions van de arbeidersklasse of vakbondsfederaties de strijd vervoegen, dan zou dit ongetwijfeld een nieuwe adem aan de beweging geven. Ons allemaal samen organiseren in strijdcomités is wellicht de ergste nachtmerrie voor de regering. We moeten er voor gaan, zeker nu de regering zo zwak staat!” De afgelopen maanden werd vaak de vergelijking gemaakt met mei 1968. De combinatie van jongeren in strijd en een algemene staking door 10 miljoen werkenden deed toen het systeem wankelen. “De discussies over de eisen openen de deur om het te hebben over sociaaleconomische eisen en meer algemeen over de nood aan een andere samenleving.” We hebben een programma met socialistische maatregelen nodig, zoals de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie zodat we zelf kunnen beslissen over de productie en deze kunnen richten op de behoeften van iedereen. Er is een systeemverandering nodig: een democratisch socialistische samenleving is de enige manier om de legitieme eisen van de beweging te realiseren. “Als de meeste gele hesjes slechts enkele eisen willen afdwingen, zal ik uiteraard met hen strijden om dit te bekomen. Maar ik denk dat er meer mogelijk is. We kunnen de macht grijpen: er is een revolutionair potentieel.”


12

internationaal

de

Linkse Socialist

Congo: Kabila niet echt weg na verkiezingen. Heel zijn beleid bekampen!

D

e parlements- en presidentsverkiezingen die in 2016 gepland waren, vonden uiteindelijk op 30 december 2018 plaats. In onze oktoberkrant brachten we een schets van de inzet van deze verkiezingen en de algemene toestand van Congo. We titelden “Vertrek van Kabila volstaat niet voor echte verandering.” Na de verkiezingen is Kabila officieel weg, maar in de praktijk niet echt.

door

Alain Mandiki

Wat is de situatie?

D e O n af h a n kel ijke Nat ion ale Kiescommissie (CENI) was de officiële instantie die de verkiezingen organiseerde en ook het resultaat bekendmaakte. Voorzitter Corneille Nangaa en zijn ploeg, allemaal bondgenoten van Kabila, kondigden aan dat Félix Tshisekedi van de Union pour la Démocratie et le Progrès Social (UPDS, waarnemend lid van de ‘Socialistische’ Internationale) won met 38,57% van de stemmen. Tshisekedi werd gesteund door de alliantie Cap pour le Changement (CACH). Na hem volgt Martin Fayulu, de kandidaat van de doodgeboren alliantie van de verenigde oppositie Lamuka, met 34,8%. De resultaten voor de parlementsverkiezingen volgden enkele dagen later. Die werden volgens de kiescommissie gewonnen door de partij van Kabila. Het Front Commun pour le Congo (FCC) behaalde 350 verkozenen, tegenover 48 voor CACH en 80 voor Lamuka. Analisten stelden dat dit resultaat betekent dat de president officieel wel staatshoofd zal zijn, maar niet echt zal regeren. De resultaten hebben meteen vanuit

Alle scenario’s zijn afhankelijk van een belangrijke en voorlopig nog onbekende factor: het antwoord van de werkenden, jongeren, kleine landbouwers en arme massa’s. Félix Tshisekedi: de officiële winnaar van de presidentsverkiezingen.

alle hoeken kritiek opgeleverd. Weinig mensen hechten geloof aan de officiële resultaten. Wij denken dat deze resultaten wijzen op een machtsakkoord tussen Kabila en de UDPS van Tshisekedi, die in slechte papieren zat nadat hij de dynamiek van een eengemaakte kandidatuur van de oppositie doorbrak. Gezien de dynamiek van de campagne en de verklaringen van diverse organisaties (zoals CENCO – de Commission Episcopale Nationale

Congolaise – maar ook strijdgroepen als Lucha en internationale instanties) die als waarnemer in de kiesbureaus waren, is het waarschijnlijk dat Martin Fayulu de echte winnaar van de presidentsverkiezingen was. Er zijn heel wat oproepen voor een hertelling. Het komt uit alle hoeken: de VS, EU, Human Rights Watch, CENCO, … Maar de officiële kiescommissie sloot meteen het debat: de bekendgemaakte resultaten zijn definitief en dus houdt Kabila eigenlijk de touwtjes in handen. Instabiele en volatiele situatie

Socialist Party of Nigeria neemt deel aan verkiezingen

N

igeria telt meer dan 80 miljoen extreem armen; 13 miljoen kinderen hebben geen toegang tot onderwijs. Op 16 februari zijn er presidents- en parlementsverkiezingen, op 2 maart zijn er regionale verkiezingen. De Socialist Party of Nigeria (SPN), waarin onze zusterorganisatie Democratic Socialist Movement een belangrijke rol speelt, komt voor het eerst op met 20 kandidaten. Na een lange strijd werd de SPN erkend door de kiescommissie.

Buhari werd in 2015 verkozen met beloften van verandering, strijd tegen corruptie, hogere levensstandaard en veiligheid. De beloften zijn niet waargemaakt. Toen de olieprijzen daalden, zakte het land weg in recessie. Bovendien neemt het geweld toe, ook in centrale delen van het land. Belangrijke punten van ongenoegen zijn de hoge elektriciteitsprijzen (terwijl mensen enkele uren per dag geen elektriciteit hebben) en de lage lonen. Het minimumloon van 18.000 Naira (49 dollar) per maand ligt onder de armoedegrens. Energiefacturen lopen soms op tot 10.000 Naira per maand. Dan weet je dat er een probleem is. De dreiging van een algemene staking in november werd afgewend met de belofte om het minimumloon op te trekken tot 30.000 Naira. Maar tussen beloven en realiseren is er een groot verschil. De verkiezingen in Nigeria verlopen niet correct. De twee dominante partijen, APC, waartoe Buhari behoort, en PDP, dat de presidenten voor hem leverde, voeren een opbod waarbij ze geld en cadeautjes uitdelen aan kiezers. Na de verkiezingen zal de situatie gespannen zijn, los van de vraag wie er president wordt. De economische crisis laat weinig ruimte voor een regering die de wetten van de kapitalistische markt volgt. Het meest waarschijnlijke perspectief is dat er nieuwe aanvallen op de levensstandaard zullen komen en dat er geen verbetering komt voor wie in absolute armoede leeft. Na de verkiezingen volgt ongetwijfeld een periode van strijd.

Het regime zelf besefte dat de bekendmaking van de resultaten gevoelig lag. Er werd beslist om de aanwezigheid van politie en leger in de steden op te voeren. Het internet werd afgesloten zodat protest tegen de officiële resultaten minder gemakkelijk is. In verschillende regio’s, zoals Kikwit, waren er confrontaties tussen demonstranten en de ordediensten. Op het ogenblik van schrijven, is er sprake van minstens 20 doden. Wat er nu zal gebeuren, is onzeker. Er zijn verschillende scenario’s mogelijk. Kabila zal proberen om naargelang de mogelijkheden zijn positie te versterken. In drie districten waren er geen verkiezingen: Béni, Butembo en Yumbi. De nieuwe president is dus niet verkozen door algemene verkiezingen, wat als argument kan gebruikt worden om de resultaten te schorsen en de macht in handen van de huidige instellingen te laten. Het feit dat er valsheid in geschrifte is door gesjoemel met zijn diploma, kan ingeroepen worden om de resultaten te annuleren omdat de president ‘verhinderd’ is. Daarop kan Kabila als senator voor het leven terug binnenglippen als Senaatsvoorzitter. Als het resultaat geannuleerd wordt, moeten er nieuwe verkiezingen komen. Een nieuwe burgeroorlog valt evenmin uit te sluiten. Martin Fayulu, volgens waarnemers de echte winnaar, diende klacht in bij het Grondwettelijk Hof. Dat hof is echter aangesteld door Kabila en zijn medestanders. Wellicht komt er geen uitspraak die ingaat tegen de belangen van de broodheren van de rechters. Alle scenario’s zijn afhankelijk van een belangrijke en voorlopig nog onbekende factor: het antwoord van de werkenden, jongeren, kleine landbouwers en arme massa’s. Het kiesproces werd niet gecontroleerd door de meerderheid van de bevolking. De staatsinstellingen verdedigen niet de belangen van de bevolking, maar die van een kleine parasiterende minderheid die zichzelf verrijkt met de kruimels die van de tafel van de internationale handel vallen.

Is een vreedzame machtsovergang mogelijk?

Na bijna tien jaar burgeroorlog waarin het land verwoest werd en bijna 6 miljoen doden vielen, wilden de mensen in 2006 een president die door de volledige bevolking gekozen werd. Kabila stond op het hoogtepunt van zijn populariteit en won die verkiezingen. De afgelopen tien jaar werd nogmaals duidelijk dat democratische eisen steeds moeten gekoppeld worden aan systeemverandering. Onder het kapitalisme wordt het grootste deel van de geproduceerde rijkdom door een lokale burgerij (‘compradore’) verkocht voor rekening en in dienst van grote internationale kapitalistische groepen. Democratische en economische eisen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De hele geschiedenis van het algemeen stemrecht toont ons dat de kapitalisten enkel bereid zijn om democratische en economische toegevingen te doen als ze in hun bezit van de productiemiddelen bedreigd zijn.

De hele geschiedenis van het algemeen stemrecht toont ons dat de kapitalisten enkel bereid zijn om democratische en economische toegevingen te doen als ze in hun bezit van de productiemiddelen bedreigd zijn. Heel wat commentatoren roepen op tot rust en respect voor de instellingen. Fayulu zelf trok naar het Grondwettelijk Hof. Velen willen een hertelling van de stemmen. Wij denken dat de staat niet boven het gewoel staat. De overheid is niet neutraal en kan dat ook niet zijn. Zelfs in ontwikkelde kapitalistische landen verdedigt de staat de sociale minderheid die de meerderheid uitbuit. In die landen heeft de arbeidersbeweging door strijd democratische en sociale rechten afgedwongen. Dit geeft de staat een grotere sociale basis, het kan de kapitalisten zelfs redden. Maar zodra er een grote sociale confrontatie is, komt het klassenkarakter van de staat meteen weer op de voorgrond. Kijk maar hoe de beweging van gele hesjes in Frankrijk wordt aangepakt door alle staatsinstellingen (president, parlement, politie, gerecht, …).

Als revolutionaire marxisten denken we dat vertrouwen stellen in de overheid vandaag in Congo betekent dat Kabila en co de mogelijkheid krijgen om hun bewind verder te zetten. Nadat Kabila onder druk de verkiezingen uiteindelijk moest organiseren, hebben hij en zijn aanhangers er alles aan gedaan om de structuren te behouden waarmee ze zichzelf op de kap van de Congolezen verrijken. Wat te doen?

Kabila speelde in op tegenstellingen onder de Congolese politieke partijen en allianties om terug wat steun op te bouwen. Hij sloot bovendien een militair samenwerkingsakkoord met Rusland om enige buitenlandse steun te krijgen. Om tot echt democratische verkiezingen te komen waarna verkozenen echte verandering realiseren, moeten we ons baseren op de belangrijkste sociale tegenstellingen in de huidige samenleving. Dat is de tegenstelling tussen diegenen die van hun arbeid leven en diegenen die van hun bezittingen leven. Voor transparante en democratische verkiezingen moeten we het volledige proces controleren. Er is in eerste instantie nood aan een partij die de belangen van de sociale meerderheid verdedigt. Zo’n partij kan de plaats zijn waar militanten samenkomen om hun ervaringen in strijd te delen en om na te gaan welke volgende stappen nodig zijn. Deze partij moet de kwestie van de machtsovername stellen, zodat we dit niet overlaten aan politici waarvan we weten dat ze corrupt zijn of slechts de belangen van de kapitalisten dienen. Fayulu is bijvoorbeeld een voormalige topman uit de oliesector die de steun kreeg van Jean-Pierre Bemba en Moïse Katumbi. Die namen in het verleden deel aan de macht en komen niet op voor de belangen van de meerderheid van de bevolking. Een oproep tot nieuwe presidentsen parlementsverkiezingen moet gekoppeld worden aan het vestigen van comités in alle kiesdistricten waarbij verkozen vertegenwoordigers de stembusgang controleren en de bevolking beschermen tegen mogelijke repressie. Enkel collectieve strijd van de massa’s kan economische en democratische eisen afdwingen. Deze eisen botsen sinds de onafhankelijkheid steeds op het kapitalistisch productiesysteem en de zoektocht naar winsten in de regio. De huidige situatie in Congo en Afrika toont dat het kapitalisme geen democratie en sociale vooruitgang brengt. We moeten opkomen voor een socialistische samenleving waar de rijkdom op een geplande en democratische wijze geproduceerd en verdeeld wordt.


partijnieuws

www.socialisme.be www.socialisme.be februari februari 2019 2019

Agenda

Socialisme 2019:

Van ongenoegen tot strijd

• •

V

olgens de ngo Oxfam waren de 1% rijksten van de wereldbevolking in 2009 goed voor 44,9% van de rijkdom. Tien jaar later – 10 jaren van crisis! – ging 82% van de nieuw geproduceerde rijkdom naar die 1%. De kloof blijft dus toenemen!

In die tien jaar heeft de elite de klimaatramp erger laten worden. Er ontstaat een plastiek soep in de oceanen. De plundering van de neokoloniale landen wordt doorgezet. Tal van dictaturen blijven steun krijgen van de ‘democratieën’ waar ze hun wapens kopen. Een groot aantal vrouwen, mannen en kinderen vlucht in een wanhopige zoektocht naar een toekomst. Het aantal gezinnen dat op het einde van hun inkomen nog een stuk maand over heeft, neemt dramatisch toe. Al deze fenomenen staan niet los van elkaar. Ze vinden hun oorsprong in een economisch stelsel: het kapitalisme. Dat is een stelsel waarin een kleine minderheid van de bevolking de productiemiddelen bezit en genadeloos de natuur en de rest van de mensheid uitbuit. Het is een systeem dat nood heeft aan verdeeldheid onder de meerderheid van de bevolking om de eigen dominantie veilig te stellen. Een systeem dat niet in staat is om een einde te maken aan onderdrukking, omdat deze nu eenmaal in het systeem ingebakken zitten. Het is ook een systeem in crisis. We hoeven ons daar echter niet bij neer te leggen. De woede groeit. We kunnen dit systeem verslaan.

Met

- - - -

Ruth Coppinger, parlementslid in Ierland, speelde een belangrijke rol in de overwinning bij het abortusreferendum Isai Priya, organisatrice van de Britse Refugee Rights Campaign Vladimir Bortun, Roemeense socialist en expert in nieuwe linkse formaties in Europa Syndicalisten van Lidl, Aviapartner of Bpost

• • • • • • • •

zaterdag 2 februari. Gent. Manifestatie voor een humaan asielbeleid. 14u Kramersplein maandag 4 februari. Brussel. Mars voor koopkracht woensdag 13 februari. Leuven. ‘Kapitalisme versus klimaat’. Meeting om 20u in Romaanse Poort (Brusselsestraat 63) vrijdag 15 februari. Dendermonde. Eén jaar na #MeToo: hoe strijden tegen seksisme? 19u30 Irish Pub, Guldenhoofdstraat 1 zondag 24 februari. Gent. Klimaatbetoging vrijdag 8 maart: betogingen in het kader van de internationale vrouwendag vrijdag 15 maart. Schoolstakingen voor het klimaat zondag 24 maart. Brussel. Nationale betoging tegen racisme. 14u Noord 30-31 maart: Socialisme 2019 in De Kriekelaar, Schaarbeek zaterdag 20 april. Gent. Grote opwarmingsquiz. 19u DC Ledeberg 28 juni - 4 juli: zomerkamp

28 juni – 4 juli: zomerkamp in Westmalle Ook dit academiejaar sluiten de Actief Linkse Studenten in samenwerking met ROSA en de Linkse Socialistische Partij hun werkingsjaar af met wat ongetwijfeld een heel boeiend zomerkamp wordt. De campagnes van de ALS, ROSA en LSP draaien momenteel op volle toeren. Deze werden onder andere voorbereid tijdens de vele discussiegroepen op het zomerkamp 2018. Tijdens ons zomerkamp 2019 zullen we daar zeker op terugkomen en de campagnes van volgend academiejaar plannen. Een belangrijk onderdeel daarvan wordt de strijd voor de toekomst van onze planeet. Voor het eerst sinds jaren is er opnieuw een jongerenbeweging. Hoe kunnen we dit versterken, zowel qua ideeën als qua organisatie? Hoe kunnen we system change bekomen en welke verandering moet dit zijn? Daarnaast zullen we het uiteraard ook hebben over de campagnes en acties tegen seksisme, racisme, ... maar ook voor meer koopkracht en tegen het asociaal beleid. Verdere info over programma, prijzen, kinderopvang en afspraken volgen binnenkort! Blokkeer de periode alvast in je agenda!

System change!

Het ongenoegen is er. We zien het bij de vakbondsleden. De arbeidersbeweging blijft een essentieel instrument om tot verandering te komen. We zien het ook bij de gele hesjes. Of nog bij die duizenden jongeren die in strijd gaan voor het klimaat, of de vrouwen die genoeg hebben van seksisme en asociaal beleid. Welke lessen kunnen we trekken uit strijd bij ons en elders? Hoe kunnen we ons verzet versterken? Hoe kunnen we de woede verenigen? Met welk programma en welke strijdmethoden? Welke rol kunnen de verkiezingen van mei hierin spelen? Het weekend Socialisme 2019 is een uniek evenement dat vakbondsmilitanten, feministen, activisten van allerlei slag en ook gewoon geïnteresseerden bijeenbrengt om samen te discussiëren over ons antwoord op de chaos van het kapitalisme en de opbouw van een socialistisch alternatief waarin de economie democratisch gepland wordt in functie van de behoeften van iedereen en met respect voor ons milieu.

13

-

Militanten die actief zijn in de strijd tegen extreemrechts - Jonge klimaatbrossers - … Praktische info

• Wanneer? 30-31 maart • Waar? De Kriekelaar, Gaillatstraat 86 Schaarbeek (gemakkelijk bereikbaar vanaf station Brussel Noord) • Inkom? Volledig weekend: 15/8 euro in voorverkoop (loontrekkende/sociaal tarief). Aan de deur: 20/12 euro. Eén dag: 10/5 euro in voorverkoop (loontrekkende/sociaal tarief). Aan de deur: 5/8 euro. Schaf je voorverkoopkaart nu al aan door te storten op BE69 0012 2603 9378 met vermelding ‘Socialisme 2019’ en je kaart ligt klaar aan het onthaal.

Klimaatbeweging: nieuwe sticker en boek

D

e klimaatmars van 2 december omschreven we op onze website als historisch. Het is niet van onze gewoonte om die kwalificatie bij elke grote actie boven te halen. Maar alles wijst erop dat de klimaatbetoging van 27 januari – als deze krant vers van de drukker komt – opnieuw historisch wordt.

Het thema van klimaat, milieu, luchtkwaliteit, … leeft natuurlijk al langer. Maar het klimaatprotest brengt alle bezorgdheid op straat. Het zorgt ervoor dat wat voorheen als een individuele verantwoordelijkheid werd gezien, steeds meer als een collectief strijdpunt wordt ervaren. Dat is een belangrijke stap vooruit. LSP is erg enthousiast over deze klimaatbeweging en bouwt die actief mee uit. Op 2 december verkochten we meer dan 100 exemplaren van ons maandblad. Op de scholierenacties waren we aanwezig met pamfletten, badges, armbandjes en een nieuwe sticker. Met de nieuwe sticker willen we financiële steun ophalen om flyers, affiches en ander campagnemateriaal te betalen. De eerste uitgave van Marxisme.be dit jaar staat ook in het teken van de klimaatstrijd. We brengen het boek “Socialisme of ecologische catastrofe” uit: een bundeling van teksten over marxisme en ecologie gevolgd door een aanzet tot een socialistisch klimaatprogramma. Dit boek telt 108 pagina’s en kost 5 euro (met verzending inbegrepen: 8 euro).

Strijdfonds Deze krant en heel onze werking draaien op bijdragen van leden en sympathisanten. Dat is een bewuste politieke keuze: wij zijn helemaal onafhankelijk van de grote bedrijven en de overheid. Gewone werkenden en jongeren bepalen wat we doen en discussiëren samen over onze standpunten en campagnes. Ze zorgen ook voor de financiële middelen om dit te doen. We halen geld op onder sympathisanten of met sociale activiteiten. In het laatste kwartaal van 2018 haalden we 79% van onze doelstelling om 11.500 op te halen. Het eerste kwartaal van 2019 begon goed met 1.200 euro strijdfonds op het oudjaarsfeest in Brussel. Steun ons en stort een bijdrage! Bxl-W.Brab: 2.427 € O en W Vlaanderen: 3.115 € Luik-Lux: 681 € Vl Brab-Limburg: 607 € Henegouwen-Namen: 554 € Antwerpen: 728 € Nationaal: 967 €

106% 99% 62% 58% 50% 42% 92%

TOTAAL: 9.078 €

79%

Steun de strijd voor een socialistisch alternatief: stort op BE86 5230 8092 4650 van LSP met vermelding ‘steun’.

Contact / Abonnementen Meer info over de partij / Lid worden: Hovenierstraat 45, 1080 Molenbeek Tel: 02/345 61 81. E-mail:info@socialisme.be. Redactie: redactie@socialisme.be. Ook lezersbrieven zijn welkom!

Boven: nieuwe sticker van ALS. Links hiernaast: de cover van het nieuwe boek van marxisme.be

Abonnementen: * proefabo: 5 euro voor drie nummers, 10 euro voor zes nummers * gewoon abo: 20 euro voor twaalf nummers * steunabo: 30 of 50 euro voor twaalf nummers Of neem een doorlopende opdracht van minstens 2 euro Rekeningnummer voor abonnementen: BE31 5230 8092 5155 van Socialist Press


14

antiracisme

de

Linkse Socialist

Dreiging van extreemrechts beantwoorden met massamobilisatie.

Eerste afspraak: anti-NSV betoging in Leuven

Betoging tegen Schild & Vrienden in Gent op 25 september 2018. Foto: Liesbeth

D

e betoging tegen het Marrakesh-pact op 16 december was de grootste mobilisatie van extreemrechts in België sinds decennia. De politie had het over 5.500 deelnemers. Voorpost, NSV, KVHV, Schild & Vrienden en Vlaams Belang riepen hiervoor samen op. Alleen al die samenwerking moet ons verontrusten. Het werd bovendien doorgezet met een betoging in Ninove op 3 januari met meer dan duizend aanwezigen. Dit is een ernstige waarschuwing: een sterk links alternatief is nodig om een verdere doorbraak van extreemrechts te verhinderen. Zeker in een context van sociale onrust, politieke en economische crisis, en een ontluikende klimaatcrisis.

door

Jonas (Antwerpen)

Marrakesh-pact: N-VA maakt extreemrechts terug groot

Aanleiding voor de betoging was het veelbesproken Marrakesh-pact, een niet-bindend pact dat door de VN werd goedgekeurd, maar dat weinig effectieve gevolgen zal kennen. Het pact bestaat uit 23 ‘doelstellingen’, vooral om overal ter wereld een gelijksoortige behandeling van migratie te verkrijgen. Het gaat vooral over het herbevestigen van de al bestaande mensenrechten en een verdere oproep tot internationale samenwerking rond migratie. Hiertegen werd, zeker in Oost-Europa, veel protest aangetekend. Uiteindelijk werd het pact door 152 landen geratificeerd, 5 landen stemden tegen (VS, Hongarije, Tsjechië, Polen en Israël) en 12 landen (waaronder Oostenrijk, Bulgarije en Italië) onthielden zich. N-VA greep de kwestie aan om het

publieke debat volledig op migratie te richten. De partij stapte er zelfs voor uit de regering na wat politiek theater. De regering werd opgeofferd in het belang van eigen politiek gewin. Dit moest de hernieuwde groei van extreemrechts in de gemeenteraadsverkiezingen stoppen. Eerder deed N-VA er alles aan om een permanent verblijf in België moeilijker te maken, onder meer door de verhoging van de ‘dossierkost’ voor verblijfsvergunningen (van 50 naar 200 euro), het samenwerken met dictatoriale regimes zoals dat van Soedan om vluchtelingen terug te sturen, … Enkel wie de juiste religie, partijconnecties en voldoende cash op tafel kon leggen, kreeg gemakkelijk toegang. Zo bleek uit het schandaal rond humanitaire visa. In een context van tegenvallende economische groei, begrotingstekorten en aankomende verkiezingen is het voor N-VA interessanter om de

Nu ‘eindbaas’ Van Langenhove van Schild & Vrienden lijsttrekker van het VB is in VlaamsBrabant, kan de NSVbetoging in Leuven aan belang winnen. Een exacte datum is er nog niet, 14 en 21 maart behoren tot de mogelijkheden. We mogen dit niet laten passeren zonder een sterke antifascistische tegenbetoging.

Volgende afspraak van extreemrechts: NSVbetoging in Leuven?

VB toont asociale anti-arbeiderskarakter door Van Langenhove binnen te halen

H

et Vlaams Belang probeert een onmogelijke spreidstand uit te voeren. Het wil de werkenden wijsmaken dat hun belangen samenlopen met die van de 1% rijksten: de Vlaamse en andere bazen. Het VB bracht de laatste jaren soms zelfs een sociaal geluid, bv. rond de eis voor een hoger minimumpensioen of nog door steun uit te spreken aan de beweging van gele hesjes. Op die manier probeert het zich te onderscheiden van de neoliberale en asociale N-VA. Klein probleem: met Van Langenhove en co haalt het VB een rijkeluiszoon en zijn elitaire club van neoliberale vrienden binnen. Het sociale gezicht van het VB is praat voor de vaak: ze hebben geen alternatief op de besparingen en de groeiende armoede van het kapitalisme. Van Langenhove maakte naam met stunts waarbij o.a. stakende vak-

bondsleden in Gent werden lastig gevallen. Hij plakte hen als de elitaire stakingsbreker die hij is – met een camera in zijn kielzog – stickers op de rug van Schild & Vrienden. Dat getrol met een handvol volgelingen werd vervolgens op internet gesmeten. Schild & Vrienden viel ook een ABVV-lokaal binnen in Gent, waarbij een vakbondsvlag werd gestolen. De vlag werd nadien in een IS-achtig filmpje – met gemaskerde S&V’ers – ritueel verbrand. Deze antisyndicale en asociale anti-arbeidersclub haalt het Vlaams Belang nu met vlag en wimpel binnen. Zeg me wie je vrienden zijn en ik zal zeggen wie je bent!

pijlen te richten op vluchtelingen, dan met het eigen sociaaleconomisch programma uit te pakken. Dit opent meteen mogelijkheden voor extreemrechts. ‘Wanneer twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen’, moet het Vlaams Belang gedacht hebben toen Michel en de N-VA elkaar bekampten rond het migratiepact. De mars tegen Marrakesh op 16 december was daar een uitdrukking van. Alles wat extreemrechts is, kwam bijeen in Brussel. De opkomst was groot: de politie telde 5.500 betogers. De tegenactie, op initiatief van verschillende verenigingen waaronder enkele vakbondscentrales, was met 2.000 aanwezigen een pak kleiner. Extreemrechts voelt zich gesterkt. Dat zagen we met de betoging in Ninove op 3 januari naar aanleiding van de installatie van de gemeenteraad. De nieuwe ‘ster’ van extreemrechts, de neonazi Dries Van Langenhove, aarzelde nadien niet om te provoceren op een klimaatbetoging waar hij voor kernenergie pleitte. Een Panoreportage volstaat niet om extreemrechts te stoppen: Van Langenhove is door het Vlaams Belang al opgepikt om in het parlement te zetelen.

Het KVHV waar uit Schild & Vrienden voortkomt, was altijd een groep van bevoorrechte studenten. Ze staken hun misprijzen voor gewone werkenden nooit onder stoelen of banken. In 2014 was Antwerps KVHV-leider Wouter Jambon voorstander van het hogere inschrijvingsgeld in het hoger onderwijs: “we moeten van de idee af dat hogere studies vanzelfsprekend zijn” (Knack, 28/7/14). Volgens het KVHV – waar Van Langenhove als tiener bij aansloot – draagt duurder onderwijs noodzakelijk bij tot “elitevorming.” De woede van veel werkenden is terecht. Maar we zullen als werkende klasse naar boven moeten trappen – naar de rijken die onze koopkracht en rechten afbreken en ons via hun mediagroepen proberen te verdelen – als we stappen vooruit willen zetten.

Een groter zelfvertrouwen van extreemrechts kan leiden tot fysiek geweld op andersdenkenden, migranten, iedereen die er niet ‘Vlaams’ genoeg uitziet of al wie zich links en syndicaal engageert. We mogen niet toelaten dat extreemrechts de straten inneemt. Antifascistisch verzet is nodig! De volgende afspraak van extreemrechts wordt wellicht de NSV-betoging in Leuven. De Nationalistische Studentenvereniging (NSV) stond de voorbije jaren net als moederpartij Vlaams Belang onder druk. Vorig jaar was het onzeker of de jaarlijkse haatmars in een studentenstad nog zou plaatsvinden. Gesteund door Schild & Vrienden gebeurde dit uiteindelijk toch in Gent. Nu ‘eindbaas’ Van Langenhove van Schild & Vrienden lijsttrekker van het VB is in VlaamsBrabant, kan de NSV-betoging in Leuven aan belang winnen. Een exacte datum is er nog niet, 14 en 21 maart behoren tot de mogelijkheden. We mogen dit niet laten passeren zonder een sterke antifascistische tegenbetoging. Schild & Vrienden beperkt zich niet tot racistische en nazistische memes in chatboxen, de organisatie is actief met provocaties tegen vakbonds-

militanten en andersdenkenden. De vakbonden moeten een rol spelen in het verzet tegen extreemrechts! Welk antwoord op extreemrechtse mobilisaties?

LSP roept al sinds de jaren 1990 consequent op tot mobilisaties tegen extreemrechts, tegen haat en verdeeldheid. Begin jaren 1990 lagen we aan de basis van de campagne Blokbuster waarmee we honderden jongeren en werkenden organiseerden en mobiliseerden na ‘zwarte zondag’ (24 november 1991, de eerste grote verkiezingsdoorbraak van het Vlaams Blok). De slogan die we steeds gebruikten, was ‘jobs, geen racisme.’ Antifascistische acties zijn belangrijk om te vermijden dat extreemrechts de openbare ruimte kan inpalmen. Als het daartoe in staat is, gaat extreemrechts steeds een stap verder met intimidatie en geweld. We moeten onze acties aangrijpen om te antwoorden op de haat en verdeeldheid van extreemrechts. In een context van harde besparingen en dalende levensstandaard voor de werkenden en hun gezinnen, kan extreemrechts ingang vinden met de boodschap dat dit de schuld is van migranten. Door te wijzen op de echte verantwoordelijken voor de sociale problemen, de 1% rijksten, kunnen we dit ondermijnen en bouwen aan actieve strijd rond een programma dat de 99% verenigt. Een probleem voor de antifascistische mobilisaties is dat er amper iets van antiracistische werking bestaat binnen de vakbonden. Er heerst daar wat schrik om leden te vervreemden, maar de arbeidersklasse is op haar sterkst als ze onverdeeld is. Het is dus ook in het belang van de vakbonden om de strijd te versterken. Eisen als 14 euro per uur minimumloon, een minimumpensioen van 1500 euro per maand, arbeidsduurvermindering, gelijk loon voor gelijk werk, … verenigen ons. Het is een goede stap in de richting van bredere en verdergaande maatregelen waarmee we racisme kunnen stoppen. Laten we samen strijden tegen alle vormen van besparingen en verdeeldheid. Een strijdbare mobilisatie met sociale eisen is het beste antwoord op extreemrechts. Het hernieuwde offensief van extreemrechts de afgelopen weken maakt dat de inzet groot is. Mobiliseer mee naar de anti-NSV betoging, sluit je aan bij ALS, Blokbuster of LSP en ga mee met ons in verzet voor een socialistische toekomst.


ROSA

www.socialisme.be februari 2019

15

De traditie van internationale vrouwendag terug vestigen!

8 maart: samen betogen tegen seksisme en asociaal beleid

Betoging tegen geweld op vrouwen iop 25 november 2018.

O

p 8 maart betogen we tegen seksisme en asociaal beleid. Er zijn acties in verschillende steden, op sommige plaatsen gebeurt dit op zaterdag 9 maart. We hebben doorheen strijd heel wat bekomen, maar deze verworvenheden staan nu onder druk. De eisen van de werkende vrouwen vandaag lijken steeds meer op die van een eeuw geleden. Vrouwen moeten nog steeds ingaan tegen een alomtegenwoordig seksisme in de samenleving. De strijd voor economische onafhankelijkheid, betere arbeidsvoorwaarden en degelijke openbare diensten blijft noodzakelijk. door

Emily Burns, coördinatrice van campagne ROSA

De geschiedenis van de Internationale Vrouwendag gaat terug tot de staking van textielarbeidsters in New York in 1908. Net als vandaag eisten die een collectieve arbeidsduurvermindering tot 8 uur per dag, een loonsverhoging en verder ook de afschaffing van kinderarbeid. Deze eisen werden gedragen door de volledige arbeidersbeweging: zowel vrouwen als mannen. Ze vormden een essentiële basis voor vrouwenemancipatie. Daarnaast werd gestreden voor het stemrecht van vrouwen. Hoe werden stappen vooruit gezet? Door actieve strijd! Zoals Rosa Luxemburg opmerkte: “De politieke en syndicale revolte van de werkende vrouwen de afgelopen jaren was enorm. Dit was enkel mogelijk omdat werkende vrouwen, ondanks hun rechteloosheid, zeer actief deelnamen aan de politieke en parlementaire strijd van hun klasse.” Vandaag staan de arbeidstijd en de lonen nog steeds centraal in de strijd van veel vrouwen. De regering-Michel heeft alle sociale verworvenheden onder vuur genomen: pensioenen, lonen, openbare diensten, non-profit. Dit beleid treft vrouwen in het bijzonder. We zijn steeds productiever geworden: we moeten langer werken en dit tegen slechtere voorwaarden. Het pensioen van veel vrouwen is bijzonder laag, onder meer omdat ze vaak geen volledige loopbaan hebben. Wij eisen een daling van de pensioenleeftijd in plaats van een steeds langere loopbaanvereiste die onbereikbaar is. Zoals een eeuw geleden komen we op voor een collectieve arbeidsduurvermindering: de 30-urenweek zonder loonverlies, met bijkomende aanwervingen en een daling van de werkdruk. Het aantal degelijke jobs in de openbare diensten neemt af. De lonen in sectoren waar veel vrouwen werken (zoals zorg, handel, …) blijven erg laag, alsof dit werk minder waard is! In plaats van steeds meer afbraak van arbeidsvoorwaarden en lonen willen we degelijke jobs aan goede lonen. Een minimumloon van 14 euro per uur en een minimumpensioen van 1.500 euro per maand zouden een goed begin zijn.

Deeltijds werk is vooral een deeltijds loon

Volgens een studie van Eurostat liggen de uurlonen van vrouwen ongeveer 10% lager dan die van mannen. Als de jaarlonen worden vergeleken, bedraagt het verschil zelfs 20%. De afgelopen 20 jaar is de arbeidsmarkt enorm veranderd. Deeltijds werken neemt algemeen toe, maar in het bijzonder onder vrouwen. Bijna 44% van de vrouwen werkt deeltijds, tegenover 9,4% van de mannen.

Hoe werden stappen vooruit gezet? Door actieve strijd! Zoals Rosa Luxemburg opmerkte: “De politieke en syndicale revolte van de werkende vrouwen de afgelopen jaren was enorm. Dit was enkel mogelijk omdat werkende vrouwen, ondanks hun rechteloosheid, zeer actief deelnamen aan de politieke en parlementaire strijd van hun klasse.”

Wordt er bewust voor deeltijds werken gekozen? Alle cijfers spreken dit tegen. Slechts 8% van de vrouwen kiest ervoor om deeltijds te werken. Een grote meerderheid van de deeltijdse jobaanbiedingen (83%) heeft betrek-

king op zogenaamde ‘vrouwenjobs.’ Vrouwen worden dus naar deeltijdse jobs geleid en vooral naar het deeltijdse loon dat daarmee gepaard gaat. De werkgevers maken gebruik van die flexibiliteit door een steeds grotere werkdruk op te leggen en door willekeuriger te schuiven met werkuren. Bijna een kwart van de vrouwen (23%) werkt minder omwille van een gebrek aan publieke diensten (kinderopvang, zorg voor oudere familieleden, …). Wie zich geen dure diensten kan veroorloven, springt zelf onbetaald bij. Binnen het gezin is het vaak de partner met het laagste loon die hierdoor minder werkt. Wie wel de middelen heeft, neemt iemand aan om zorgtaken uit te voeren. Vaak zijn dat ook vrouwen die relatief geïsoleerd werken met onzekere arbeidsvoorwaarden (dienstencheques, interim, …). Een stevige vakbondswerking in deze sectoren is niet evident, maar wel broodnodig. Daarbij komen nog de maatregelen die werklozen bestraffen en verplichten om sneller een job te aanvaarden. Onder de regering-Di Rupo werd beslist dat een werkloze geen job binnen een straal van 60 kilometer mag weigeren. Dit staat los van de reistijd en de combinatie van werk en gezin. Resultaat: heel wat deeltijds werkenden kloppen tot 12 uur per dag! Werkenden in precaire jobs zonder vakbondsaanwezigheid staan vaak alleen tegenover hun werkgever en/ of klanten. Ze zijn kwetsbaarder voor misbruik en geweld. Dit reikt verder dan de werkuren. Gebrek aan economische onafhankelijkheid maakt het moeilijker om thuis een eventuele geweldsituatie te ontvluchten. De plaats van de vrouw is in haar vakbond

De vakbond speelt een cruciale rol, ook in kmo’s en precaire sectoren waar verschillende vormen van geweld toenemen. Er moeten extra inspanningen komen om in deze sectoren vakbonden te organiseren. We moeten er de werkenden lid maken zodat ze georganiseerd hun rechten kunnen verdedigen en opkomen voor betere arbeidsvoorwaarden. Vrouwen zijn goed voor de helft van de beroepsbevolking, maar voor slechts 40 tot 45% van de vakbondsleden. Het aantal vakbondsleden varieert sterk naargelang de sector. Binnen sectoren is de syndicalisatiegraad van mannen en vrouwen doorgaans vergelijkbaar. Het feit dat er minder vrouwen lid zijn van de vakbond, is in de eerste plaats het resultaat van hun oververtegenwoordiging in sectoren met een zwakke vakbondsaanwezigheid.

Op de statutaire congressen van ACV en ABVV zijn er slechts ongeveer 20% vrouwen. Er is een echte verbetering gaande. De Franstalige christelijke bediendenbond CNE had bij de vorige sociale verkiezingen in 2016 voor het eerst meer vrouwelijke verkozenen (52%). Het ging echter om bedrijven waar 70% van de personeelsleden vrouwen zijn. Strijdbare vakbondsmilitanten moeten ervoor zorgen dat er een grotere betrokkenheid is om zo tot een betere vertegenwoordiging te komen.

Democratische methoden zijn hiervoor essentieel (algemene vergaderingen, actieve deelname aan protestacties, collectieve voorbereiding en evaluatie van betogingen en acties). We moeten ons verenigen – mannen en vrouwen – om een krachtsverhouding uit te bouwen waarmee we het besparingsbeleid kunnen stoppen en degelijke arbeidsvoorwaarden en goede lonen afdwingen. Dat is noodzakelijk om het structureel seksisme in de kapitalistische samenleving tegen te gaan.

Jongeren in actie op 8 maart!

S

eksisme heeft een nefast effect op jongeren. Discriminatie van vrouwen is vandaag vaak ‘subtieler’ dan in het verleden. Er is immers een theoretisch kader van wettelijke gelijkheid.

De schoonheidsidealen en victim blaming van wie slachtoffer is van pesterijen of verkrachting, zijn echter uitdrukkingen van hardnekkige vooroordelen en van bewuste onduidelijkheid over wat instemming betekent. Dit wordt versterkt door studentenfolklore, reclame op de campussen, … die onderdeel vormen van een ‘verkrachtingscultuur’. Jongeren studeren in ondergefinancierde scholen en universiteiten. Ze leven in een samenleving waar de sociale sector (jeugdwerking, zorg, …) aftakelt. Tijdens de puberteit is er hierdoor minder toegang tot psycho-medische begeleiding. Voor inclusieve seksuele opvoeding die verder gaat dan biologie zijn er evenmin middelen. Laat staan dat er toegang is tot gratis en goede voorbehoedsmiddelen. Op school wordt vaak toegezien op de kledij van jongeren, in het bijzonder van meisjes. Dat wordt gecontroleerd onder het mom dat je later op de werkvloer ook niet

zomaar draagt wat je wil. Begrijp: op de werkvloer behoor je toe aan je baas, hij betaalt je immers en beslist bijgevolg over wat je al dan niet mag dragen. Deze samenleving geeft vaak een bepaalde connotatie aan kledij, zelfs indien aangetoond is dat het niet klopt: kledij spreekt immers niet. Nochtans werd in Ierland een verdachte in een verkrachtingszaak vrijgesproken omdat de jonge vrouw die verkracht werd een string droeg. Helaas is dit geen alleenstaand geval. Honderden jongeren protesteerden na deze uitspraak. Ze deden dit onder de slogan ‘This is not consent’. Een socialistische benadering is noodzakelijk om seksisme te bestrijden. Een forse toename van de publieke middelen voor onderwijs en openbare diensten is noodzakelijk. Samen met de economische onaf hankelijkheid van vrouwen kan dit ervoor zorgen dat we een einde maken aan seksisme, onderdrukking en uitbuiting!


strijd

solidariteit

socialisme

maandblad van de L i n k s e S o c i a l i s t i sch e Pa r t i j  nr 381  februari 2019

€2

€5 steunprijs

Internationaal verzet tegen de vervuiling van het kapitaal “Wat voor zin heeft een diploma, als we toch geen toekomst hebben.” Die aanklacht vat de massale spontane stakingsacties perfect samen. Regering, politici, neoliberale en rechtse commentatoren hebben dat niet begrepen. Onderwijsminister Crevits, Vlaams Minister van Leefmilieu Schauvliege en federaal minister Marghem lieten allemaal weten dat “spijbelen niet de manier is.” Je kan moeilijk nog minder voeling hebben met de dringendheid van het klimaatprobleem.

De minachting van minister Marghem lijkt zonder grenzen. Ze tweette dat ze zich “aangemoedigd voelde” door de scholieren, maar zei in het parlement dat ze wel een beleid had. Haar zogezegde beleid is “het sensibiliseren van scholieren door klimaatcoaches op school.” Je moet maar durven! Ze sprak ook over de website My2050.be waar iedereen tips kan krijgen om zijn of haar ecologische voetafdruk te verminderen. Ze heeft de slogan “Verzet, verzet, internationaal tegen de vervuiling van het kapitaal” toch niet zo goed begrepen, lijkt ons. Wat denken scholieren en hoe moet het volgens hen verder? Dat waren de vragen die DeWereldMorgen stelde aan Mai van de Gentse Actief Linkse Scholieren. Enkele elementen uit haar antwoord geven aan hoe het verder kan. “Het klimaatthema is een enorme tijdbom. Jongeren zien iedere dag op-

nieuw artikels verschijne n in de media wa a rin wetenschappers oproepen tot radicale verandering, zoals in oktober nog met het nieuwe IPCC-rapport. Voor hen voelt het dan ook heel vreemd aan dat politici hier niet naar handelen. “Er wordt jongeren constant verteld hoe zij hun levenswijze kunnen aanpassen om een kleinere impact te hebben op het klimaat. We eten vegetarisch, kopen tweedehands en gebruiken zo weinig mogelijk plastic, maar ondertussen mogen grote bedrijven, onder het goedkeurend oog van de traditionele politici onze planeet om zeep helpen. “De wereld raakt helemaal verpieterd. Jaar na jaar wordt er een symbolisch klimaatakkoord geschreven, maar het blijft bij praten. Dat zorgt voor een enorm gevoel van machteloosheid. Ik

Actiecomités om onze toekomst zelf in handen te nemen

ben naar de klimaatmars op 2 decem- geren daaraan kunnen bijdragen. Ook ber 2018 in Brussel geweest, die was kunnen we hier bespreken hoe we angigantisch. Maar de manier waarop de deren het best aanspreken en hoe we de Belgische regering er tijdens de klimaattop in Katowice op heeft gereageerd, toont aan dat we niet kunnen wachten op de politieke verantwoordelijken, maar dat we zelf, collectief, een beweging van onderuit zullen moeten opbouwen, zodat we niet machteloos De enige manier om blijven. Zodat we onze frustraties in de klimaatacties uit te daden kunnen omzetten, want het is breiden en te vergroten, broodnodig. “De enige manier om de klimaatacties is door ze nog beter uit te breiden en te vergroten, is door ze nog beter te organiseren en te coördine- te organiseren en te ren. Daarom doen we een oproep aan coördineren. Daarom alle scholieren om op hun school een actiecomité op te richten waarin jonge- doen we een oproep aan ren samen bespreken hoe een alternatief alle scholieren om op hun op de huidige klimaatbeweging er kan middelbare school een uitzien, op welke manier deze vooruit geholpen kan worden en wat wij jon- actiecomité op te richten.

w w w. s o c i a l i s m e . b e

beweging kunnen verspreiden. Als we de klimaatbeweging van onderop mee willen opbouwen, dan moeten we er ook een structurele uiting aan geven en concrete eisen naar voor schuiven. Op die manier maken we onze strijd concreet. Daarom nemen we met de Actief Linkse Scholieren ook de eisen op zoals gratis en meer openbaar vervoer of voor betaalbare, groene energie die komt van energiebedrijven in publieke handen. “Verder willen we opbouwen naar de internationale schoolstaking op 15 maart. Het zou goed zijn als dan alle scholen in België leeglopen. Het mag niet alleen bij scholieren blijven, we willen ook solidariteit opbouwen en werkenden mee op straat krijgen. Een stakingsaanzegging van de vakbonden zou een enorm signaal zijn. Want zij kunnen vanuit hun economische positie veel meer druk leggen om échte verandering te bekomen.”


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.