23 minute read

Media

Next Article
Fashion

Fashion

MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA Media 1. Diana Matroos - 2. Thomas Erdbrink - 3. Simone Weimans - 4. Altan Erdogan - 5. Seada Nourhussen 6. Wilfred Genee - 7. Sjoukje Rietbroek - 8. Sinan Can 9. Shamira Raphaëla - 10. Rachid Finge 1 MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA MEDIA

COLUMN COLUMN

Advertisement

COLUMN COLUMN

COLUMN COLUMN MEDIA 7

COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN COLUMN door Erland Galjaard

#kleurrijke100

Een aantal weken geleden werd ik gebeld door collega Jeroen te Nuijl (Broadcast Magazine) met de vraag of ik wilde overwegen om de vierde editie van de Kleurrijke Top 100 in ontvangst te nemen.

Aangezien ik moest bekennen dat de eerste drie edities aan mij voorbij waren gegaan, vroeg ik om meer informatie. Die kreeg ik via de bedenkster/oprichtster van de lijst, tevens (tv)journaliste Raja Felgata. Zij stuurde een uitgebreide mail met uitleg en het verzoek aan zowel John de Mol als mij om op vrijdagavond 7 november de lijst in ontvangst te nemen. Ik besloot ja te zeggen, alhoewel ik me direct afvroeg of ik hen daar nu wel een plezier mee zou doen.

Ik ben tenslotte John de Mol niet, onze enige echte, internationaal gelauwerde en erkende mediatycoon (deze omschrijving vergeeft hij me nooit, ik neem het risico). Maar wel was ik meteen uiterst gemotiveerd om daar heen te gaan door Raja’s verhaal. En omdat ik de agenda van John ken…

Wat me zo aansprak, was het uitgangspunt voor deze lijst: (kleurrijke) mensen bij elkaar brengen, diversiteit stimuleren, een brug slaan tussen mensen met een culturele achtergrond en de toch nog steeds vaak ‘witte’ netwerken in het bedrijfsleven, media en overheden. Een antwoord ook op, in mijn ogen, inhoudsloze maar wel heel bekende lijstjes als bijvoorbeeld de Quote 500.

Lekker belangrijk wie 400 miljoen of meer heeft, zes Ferrari’s in verschillende kleuren, of een buitenhuis op een rots in, pak hem beet, Griekenland. Vervelend ook voor deze gefortuneerden, en best gevaarlijk, zo bleek onlangs. Alhoewel sommigen zelf bellen als ze vinden dat hun vermogen te laag is ingeschat. Is dat nou om je rot te lachen dan wel om verdrietig van te worden?

Nee, dan de kleurrijke Top 100. Daar wordt een mens vrolijk van. De positiviteit en hoop stralen er vanaf. Wauw. De gedachten en de lijst zijn wat mij betreft van een veel groter kaliber dan de Quote 500. Hier gaat het juist over onvermogen. Onvermogen van ons mensen om zich te verdiepen in andere culturen, gewoontes, uiterlijkheden. Het onvermogen van een samenleving of onderdelen daarvan om elkaar als gelijke te zien en behandelen.

Maar met heel veel hoop en daadkracht om dat proces te helpen veranderen en daar zelf

Biografie

Galjaard begon zijn carrière als eindredacteur bij het RTL Nieuws. Daarna leidde hij de sportafdeling, toentertijd bij de Holland Media Groep. In 1999 werd hij de programmaleider van het originele RTL 5. In 2002 werd hij aangesteld als programmadirecteur van Yorin en van 2005 tot 2007 bekleedde hij die functie bij ‘het nieuwe’ RTL 5. Galjaard werd in juli 2007 per direct benoemd tot programmadirecteur van RTL 4. Op 19 januari 2011 is Galjaard door mediavakblad Broadcast Magazine uitgeroepen tot Omroepman van het Jaar 2010. Sinds november 2011 is Galjaard Programmadirecteur RTL Nederland.

een belangrijke bijdrage aan te leveren door het voorbeeld te geven. Daar ging deze avond over en daarom werd de lijst, als een soort symbool van hoop en toekomstvisie, groots gepresenteerd in Amsterdam.

En wel op een koude, natte, typisch (daar ga ik al) Nederlandse herfstavond. Waarbij de regen horizontaal over de parkeerplaats jaagt en je eigenlijk naar huis wilt. Dat huis was nu echter een zaal met 300 mensen die mij verwelkomden alsof ik daadwerkelijk thuiskwam: warm, liefdevol, geïnteresseerd en blij dat ik er was. Ik was er beduusd van. Op de voorste rij wenkte een wat oudere, blanke man, strak in het pak.

Met een zwaar Amerikaans accent nodigde hij mij uit naast hem plaats te nemen. Hij klapte, joelde bij elke speech. Kreten slakend als: “O yes ! Woehoe, that’s inspiring, that’s right baby, o yeah.” Het had ook zondagochtend kunnen zijn in een kerk in Amerika. Ineens zei hij echter tegen me: “Keweldik tok wad here allemaal kebeurt?” Geen woord aan gelogen trouwens. Hij stond vervolgens op, liep naar het podium en hield een zeer inspirerend verhaal over netwerken. Charles Ruffolo is de naam, even googelen, de moeite waard.

De meeste indruk maakte echter een 21-jarige jonge vrouw: Ruba Zai. Geboren Rotterdamse (dan sta je bij mij al 2-0 voor) van Afghaanse afkomst. Een jaar geleden achteloos begonnen met het plaatsen van een YouTube filmpje over hoe je een hoofddoek stijlvol, afwisselend en modieus kunt gebruiken als (jonge) vrouw. Geen discussie over wel of geen hoofddoek. Nee, de vraag is HOE draag je je hoofddoek.

Inmiddels heeft ze 100 duizenden volgers wereldwijd op Instagram, worden haar filmpjes miljoenen keren bekeken en reist ze de wereld over, op zoek naar inspiratie en nieuwe trends. Maar vooral ook vertelt ze het verhaal van de moslima anno 2014 omdat ze vindt dat dát verhaal aandacht verdient en velen een volstrekt achterhaald beeld hebben van moslima’s.

Daarmee is ze een inspiratie voor vele jonge vrouwen en wat mij betreft een voorbeeld voor ons allemaal. 21 jaar, zo positief, zo vol energie en levenslust, zo inspirerend in een veranderende samenleving waarbij luisteren naar elkaar en acceptatie vele malen beter werkt dan confrontatie en onwil. Ze werd ook en passant nog even genomineerd voor Miss World Moslima. Als ik haar was, zou ik niet gaan. Juist daar bij Miss verkiezingen, in welke vorm dan ook, ontstaan weer vooroordelen. Ze heeft het niet nodig. We gaan nog veel horen en zien van Ruba.

Misschien kan John de Mol volgend jaar de vijfde editie van de Kleurrijke Top 100, een jubileum, dan alsnog een keer in ontvangst nemen. Het is het meer dan waard, ik ben erbij!

Deze column werd eerder gepubliceerd in Broadcast Magazine op 3 december 2014.

FOTO: JOCHEM SANDERS

Diana Matroos

Diana Matroos is één van de gezichten van RTL Nieuws en presentator/interviewer voor BNR Nieuwsradio. Zij staat op nummer 1 omdat ze al ruim 10 jaar als nieuwslezer bij RTL werkzaam is en haar culturele identiteit met trots uitdraagt en niet bang is om zich uit te spreken over haar rol als mediavrouw in Hilversum. Raja Felgata interviewde haar over haar jeugd, afkomst en werk.

Uit wat voor gezin kom je?

‘Een gezin bestaande uit een bijstandsmoeder, een vader die mijn hele jeugd heroïneverslaafde was, en een broer. Geen traditioneel gezin dus, weinig luxe ook. Ik groeide op in de jaren ’80, de bijstand was toen nog kariger dan nu. Als onze tv stuk ging, dan kwam er geen nieuwe. Soms sliepen we bij elkaar in bed omdat er geen kachel was.

‘Mijn moeder is Nederlandse, mijn vader Surinaams, ze waren één van de eerste gemengde koppels, eind jaren ’60. Mijn moeder studeerde Geneeskunde en heeft nog gedemonstreerd op het Rode Plein in Moskou. Mijn vader is ruim twintig jaar verslaafd geweest. Hij is er gelukkig van afgekomen, maar een echt traditionele opvoeding heb ik niet gehad.’

Welke impact heeft de verslaving van je vader op jou gehad?

‘Ik ben opgegroeid in het centrum van Amsterdam, en heb altijd voor mijn ouders gezorgd. Dat was een zware taak, ik ben snel volwassen geworden. Mijn moeder heeft me laten zien dat het onmogelijke mogelijk is: ze is op haar vijftigste alsnog afgestudeerd als arts, en is in de psychiatrie gaan werken. Dat was natuurlijk niet makkelijk in onze gezinssituatie.

‘Je kunt in dit soort gevallen twee keuzes maken. Je kunt slachtoffer worden, ineenkrimpen en kijken naar wat je niet hebt. Je kunt ook sterk zijn en positief door het leven gaan. Dat laatste heb ik gedaan. Ik heb rolmodellen gezocht, voelde me nergens echt bijhoren. In de tijd dat ik jong was

werd er nog letterlijk “halfbloed” tegen je gezegd. Alsof je slechts half bestaat! Er waren ook mensen die “dubbelbloed” zeiden, en zo zie ik het zelf nu ook.’

Hoe reageerden mensen toen je als nieuweling aan de slag ging op de redactie van RTL?

‘Mensen waren heel positief. Ik voelde direct dat er veel dynamiek in het vak zit, wat ik geweldig vind. Ik kan mijn passie erin kwijt. Wel merkte ik dat ik in een heel witte wereld terecht was gekomen. Ik was de enige gekleurde vrouw op de redactie, dat voel je.

‘Ik heb van huis uit meegekregen dat je je daar niet teveel op moet focussen. Soms heb ik daar moeite mee gehad: voor Fortuyn kreeg ik een aantal dossiers over allochtonenproblematiek. “Waarom krijg ik die?”, dacht ik. Er waren veel interessantere dossiers die ik wilde hebben, en heb het allochtonensdossier teruggegeven. Ik had er geen zin in.

‘Ik merkte ook dat mensen, bewust of onbewust, stigmatiserend kunnen zijn, bijvoorbeeld wat betreft de zwartepietendiscussie. Ik heb meegemaakt dat iemand met een leidinggevende functie een handvol pepernoten op mijn bureau strooide en zei: “Voor de enige Zwarte Piet op de redactie.” Ik dacht: hoe is het mogelijk? Je bent hoogopgeleid, werkt hier, en maakt zo’n domme opmerking? Je hebt geen idee waar je het over hebt: mijn oma was dochter van een slavin.’

Hoe staat het wat jou betreft met de diversiteit op de redactievloer?

‘Willen we relevant blijven in de toekomst, dan zullen hoofdredacteuren moeten beseffen dat we gekleurde mensen nodig hebben. Er zijn genoeg onderzoeken gedaan waaruit blijkt dat diversiteit voor betere resultaten zorgt. Als gekleurde vrouw moet je nu eenmaal twee keer zo hard werken wil je ergens komen, dat is nou eenmaal zo.

‘De samenleving is gelukkig in beweging, ik zie het ook op de school waar mijn zoontje heengaat. Het was eerst een wit eliteschooltje, maar inmiddels zitten er heel diverse leerlingen. je moet diversiteit in huis halen om relevant te blijven.’

Je hebt lang stijl haar gehad. Op een gegeven moment maakte je de keuze om “au naturelle” te gaan, en je krullen te laten zien. Wat motiveerde je om die keuze te maken?

‘Die kapselverandering was onderdeel van een proces waarin ik dichter bij mezelf kwam. In 2008 maakte ik een reis naar Suriname, waar ik het land en mijn familie beter leerde kennen. Mijn familie heeft altijd gezegd dat ik met stijl haar meer kansen zou hebben. Met gekruld haar zou ik meteen “die Surinaamse vrouw” zijn. Toen ik ouder werd groeide het geloof in mezelf en wat ik bereikt heb. Wat ook meespeelde was dat mijn

haar op mijn werk steeds opnieuw chemisch behandeld werd, waardoor het broos werd en zelfs af begon te breken. Al met al kwam ik aan op het punt dat ik besloot mijn haar te laten krullen.’

Vond je dat spannend?

‘Doodeng, ja. Ik heb Ilham Mastour benaderd, de bekende hairstylist van onder andere Naomi Campbell. Ik wilde dit doen met iemand die begreep hoe belangrijk haar is wanneer je op televisie komt. Ze zei dat ik niet moest twijfelen, en het gewoon in één keer moest afknippen. Ik heb me in de vakantie laten knippen, daarna moest ik nog terug naar de redactie… Mijn man was erg lief, hij zei: “Je gaat gewoon vol zelfvertrouwen naar je werk, als jij het niet doet, dan gebeurt het niet.” Iedereen reageerde positief, de één moest er wat meer aan wennen dan de ander. De enige negatieve reacties die ik heb gekregen waren van een aantal kijkers, in de trant van: “Kan die vrouw niet een kam door haar haar halen?” Ik wijt dat aan onmacht en onwetendheid van de ander, ik laat me door dat soort commentaar niet leiden.’

Wie zijn je voorbeelden?

‘Obama, omdat hij de eerste zwarte president van Amerika is. In Nederland is dat vooralsnog ondenkbaar. Ook is hij koning in verhalen vertellen: hij weet hoe je iets overbrengt. Ik geef presentatietrainingen, en zie hem echt als voorbeeld.

‘Mijn moeder, omdat ze me heeft laten zien dat alles mogelijk is. Ze is helaas vijf jaar geleden aan kanker overleden. Maar op je vijftigste nog afstuderen als arts: daar heb je ballen voor nodig.

‘Neelie Kroes wil ik ook noemen. Op je zeventigste nog de portefeuille Innovatie krijgen, hoe cool is dat? In de media worden oudere vrouwen snel afgeschreven.’

Waar ben je trots op?

‘Zonder autocue presenteren, en dan moeten improviseren - dat zijn momenten waar ik trots op kan zijn. Breaking news presenteren: je moet dan

Ik was de enige gekleurde vrouw op de redactie, dat voel je

op enorme snelheid de juiste toon weten neer te zetten, terwijl er van alles gaande is. Na afloop kan ik niet slapen van de adrenaline. Bij de gijzelingen in Parijs eerder dit jaar hebben we veel complimenten gekregen over onze presentatie. het is echt een teamprestatie.

Waar ik ook trots op ben zijn de keren dat ik dagvoorzitter was van congressen op internationaal niveau, waar leden van het Koninklijk Huis en de minister-president aanwezig waren. Dat vind ik erg gaaf, en het is niet makkelijk. Door dit soort dingen te doen maak je je als presentator onafhankelijk, en je leert er ontzettend veel van.’

Wil je ons nog iets meegeven?

‘Ja, nog even kort over de zwartepietendiscussie. Blanke mensen hebben vaak zoiets van: “Alsof ik discrimineer!” Het is alleen niet zo dat wanneer je denkt dat je niet discrimineert, dat je het dan ook niet doet. Zouden we het sinterklaasfeest hetzelfde vormgeven als we het, met de kennis van nu, opnieuw zouden ontwikkelen? Ik denk dat veel mensen “nee” zouden antwoorden. Ik denk dat de discussie daar over moet gaan, maar dat heeft tijd nodig, en de emoties zitten nu nog te hoog.’

2LINDANIEUWS

Thomas

Erdbrink

Journalist en sinds 2002 correspondent in Teheran (Iran). Erdbrink won de Ton Hoogen boomprijs voor artikelen in het Leidsch Dagblad over o.a. asbest en het bezoek van de Japanse keizer. Hij werkt(e) o.a. voor NOS Journaal, Nieuwsuur, NRC Handelsblad, The Washington Post en The New York Times. In de Volkskrant heeft hij een eigen rubriek getiteld “Onze man in Teheran”, naar zijn soortgelijke documen tairereeks op de VPRO. In juni 2015 won Onze man in Teheran de Nipkowschijf, de prijs voor het beste televisieprogramma. Erdbrink doet niet alleen verslag over Iran, maar ook over om ringende landen. Volgens Time Magazine is Erdbrink een van de belangrijkste twitteraars, als een van de weinige westerse journalisten in Iran.

STEFAN HEIJDENDAEL 3 Simone Weimans

Nieuwslezeres NOS Journaal. Werkte tij dens haar studie aan de Erasmus Universiteit al bij de inmiddels opgeheven Wereldomroep. Hierna ging ze aan de slag bij de VARA als verslaggever, redacteur en presentator voor o.a. Radio 1 en Radio 5. Deed ook voice-over werk voor Nederland 3 (inmiddels NPO3) en Zembla. Wei mans presenteert het NOS Journaal en het nieuws bij Nieuwsuur. Voor Radio 1 programma De Gids.FM maakt ze de rubriek Tijd geest, over sociale media en internet. Onlangs stelde Weimans in een interview in de Volkskrant het jammer te vinden dat er zo weinig kleur is bij de NOS en de journalistiek in Nederland.

4Altan

Erdogan

DANIËL ROMMENS

Journalist. Was in het verleden onder meer adjunct-hoofdredacteur van Volkskrant Magazine, hoofd redacteur van De Nieuwe Revu en hoofd communicatie bij BNNVARA. Daarvoor was hij werkzaam bij Het Parool. Tussen 2012 en 2014 werkte Erdogan onder andere als redacteur bij Powned, en als hoofd communicatie en programmamaker bij de VARA. Erdogan is momenteel hoofdredacteur van Folia, het tijdschrift van de Universi teit van Amsterdam en de Hogeschool van Amsterdam. Als hoofdredacteur-directeur wordt Erdogan leidinggeven de van de redactie en zakelijk leider van de stichting Folia Civitatis.

5Seada Nourhussen

MARK ZEILSTRA

Sinds 2009 Afrika-redacteur bij Trouw. Daarvoor werkzaam bij de redactie binnenland van Trouw, en als freelancer voor o.a. Elsevier en De Volkskrant. In 2011 verscheen haar boek Bloedmobieltjes, Col tan in Congo. Nourhussen schreef essays voor het wetenschappelijk tijdschrift Christen Democratische Verkenningen en de bundels Weg uit Babylon en WTF! Volwassen worden na elf september. Nourhus sen is geregeld spreker of interviewer bij debatten en bijeenkomsten. Ze schrijft inmiddels al jaren over het continent Afrika voor de buitenlandredactie van Trouw en bezocht daarvoor o.a. Nigeria, Ethiopië, Congo en Zuid-Afrika.

6Wilfred

Genee

FDMG.NL

Tv- en radiopresentator, sportjournalist en schrijver. Genee begon zijn carrière al tijdens zijn studie, bij de Lokale Omroep Groningen. Na zijn studie besloot hij zich volledig te concentreren op een carrière als sportpresen tator. Na een periode bij de lokale omroep presenteerde hij onder andere bij Filmnet, Sport 7 en SBS6. Uiteindelijk kwam hij terecht bij RTL. Na een avontuur bij Talpa keerde Genee terug bij RTL om onder andere Voetbal International te presenteren. Met VI won hij in 2011 de Gouden Televi zierring. In 2012 verschenen onder de titel Wijsneus de honderd beste columns van Genee voor Playboy en AD. In november 2013 bracht hij samen met zijn vrouw het boek Vullen of voeden uit.

ROUTEDEMAROC 7 Sjoukje Rietbroek

Freelance journalist en correspondent in Marokko. Werkt onder andere voor de NOS, de NTR, Trouw en ANP. Haar journalistieke loopbaan begon op de internetredactie van het Brabants Dagblad. Een jaar later ging Rietbroek aan de slag bij BN DeStem als regioverslaggever en later ook op de internetre dactie. Nadat haar baan in 2013 werd wegbezuinigd vertrok ze naar Marokko, waar ze met collega Rik Goverde (De Groene Am sterdammer, de Persdienst en NRC) een correspon dentschap opzette. Haar verhaal over wetsvoor stellen in Marokko tegen normalisering van Israël heeft tot vragen in de Tweede Kamer geleid.

Diversiteit in de media

Uit onderzoek van het NRC is gebleken dat slechts drie procent van de grote nieuwsredacties van niet-westerse afkomst is. Zo ook bij de NOS. De Kleurrijke Top 100 spreekt NOS-hoofdredacteur Marcel Gelauff over diversiteit op de redactievloer.

door Oumaima Abalhaj foto’s Hicham Ghalbane

Bent u

kleurrijk?

Ik ben grijs en blank, dus het ligt aan je definitie van kleurrijk. Ik denk dat wij, de redactie, erg ons best doen om breed en kleurrijk te zijn, omdat het onze publieke journalistieke opdracht is om nieuws te maken voor iedereen.

Onze doelgroep is van jong tot oud en van niet-opgeleid tot hoogopgeleid. Het is belangrijk om zoveel mogelijk mensen te bereiken en dat maakt het belangrijk om zoveel mogelijk lagen, niveaus en groepen in de samenleving te verbinden met elkaar. En dat kan natuurlijk altijd beter. Onze redactie is nog altijd voornamelijk autochtoon en blank. Het zou goed zijn als dat verandert, omdat we dan nog dieper kunnen doordringen in de haarvaten van de samenleving.

Hoe komt het volgens u dat de media over het algemeen geen afspiegeling van de samenleving zijn?

Ik weet niet of het ons doel moet zijn om een perfecte afspiegeling van de samenleving te zijn. Wat voorop staat is dat de mensen die hier willen werken journalist zijn en zich aangetrokken voelen tot onze vorm van journalistiek. Dat is het beginpunt: je moet dit

Je moet op zo’n redactie willen werken, en weinig allochtonen willen dat

vak leuk vinden. Je moet geen bakker of slager willen zijn, want daar kunnen we hier niks mee. Maar je bedoelt het anders: waarom wij niet breder met verschillende lagen in de bevolking verbonden zijn. Om dit vak te doen zou je een substantieel niveau in opleiding moeten hebben, anders ben je niet in staat om de nieuwsfeiten goed te wegen, het toepassen van hoor en wederhoor en de taal goed te beheersen om tot goede formuleringen te komen. In het verleden hebben wij allerlei pogingen gedaan om ons te verbreden, met name richting allochtonen. Dit deden we door onder andere met stageprojecten, maar het blijkt toch steeds weer dat het lastig is, omdat de mensen ons niet weten te vinden of omdat ze niet in deze sector willen werken. We praten er ook over met de scholen voor de journalistiek, waar hetzelfde probleem speelt. Op de opleidingen zitten vooral blanke autochtonen. Ik denk dat het in de journalistieke sector verstandig is om het anders te doen. Dat je journalistiek beter wordt, want daar gaat het om. Alleen: men moet wel willen. Je moet mensen weten te vinden die werken in de journalistiek en dan ook nog in onze vorm van journalistiek, nieuwsjournalistiek. Je moet op zo’n redactie willen werken, en weinig allochtonen willen dat.

Denkt u dat weinig allochtonen dat willen, of weet u dat zeker?

Wij slagen er in ieder geval niet in om ze te bereiken, en dat zie ik in de hele sector. We praten er veel over met collega’s en je hoort het op de scholen voor de journalistiek.

Wat is er concreet gedaan om de diversiteit te verbeteren?

We proberen bereikbaar te zijn voor iedereen en met allerlei mogelijke provisies met mensen te praten. In het verleden zijn er stageplaatsen voor specifiek allochtonen gecreëerd en er zijn een aantal mensen echt gericht aangenomen, maar

niet veel. Ze waren toen ook al moeilijk te vinden. Je ziet dat het niet beklijft. Mensen gingen na een poos toch wat anders doen, omdat het vak niet goed bij ze paste of omdat ze te makkelijk teveel werden ingezet op onderwerpen die dicht bij hun achtergrond liggen. Ik ben voorzitter van het genootschap van hoofdredacteuren, wat gewoon een praatclub is voor hoofdredacteuren. Ik spreek geregeld collega’s en die hebben precies dezelfde moeite met het vinden en behouden van allochtone medewerkers.

Heeft u ook geprobeerd om allochtone redacteuren ook andere onderwerpen te laten doen dan telkens Midden-Oosten, migratie etcetera?

Het doel is niet om ze alleen maar op hun eigen achtergrond in te zetten, maar het is natuurlijk logisch dat wanneer er iemand binnenkomt met een bepaald netwerk, dat je daar iets mee probeert te doen. Er zitten bij de NOS collega’s die een bepaalde achtergrond hebben maar met allerlei onderwerpen bezig zijn die niets met die achtergrond van doen hebben.

Eindredacteur van SBS6 Touria Ahayan zegt dat allochtonen op redacties onbekende werelden kunnen verklaren. Bent u het hiermee eens? Als je beter verbonden bent met verschillende lagen in de samenleving en met verschillende groepen in de samenleving dan kun je er beter over berichten en dan zie je misschien dingen die je niet ziet als je redactie minder breed is samengesteld.

Heeft u een verklaring waarom journalistiek allochtonen niet aanspreekt?

De verklaring die vaak gegeven wordt is dat de status van het beroep niet erg hoog is. Men is bang dat we erg met de overheid zijn verbonden, dat we bevooroordeeld zijn en onvoldoende oog hebben voor percepties van wat nieuws is of hoe je met nieuws om zou kunnen gaan.

Je ziet het in de hele sector, dus zo lastig is het blijkbaar om diverser te worden

Moet afkomst een rol spelen in de selectie van nieuwe mensen?

Nee. Je moet aan een aantal journalistieke basisvoorwaarden voldoen. Als je een presentator zoekt, dan ga je geen eindredacteur aannemen. Er is een bepaalde ondergrens waar je aan moet voldoen en daarbinnen zoek je iemand die daar past. Het gaat aan de ene kant om een soort ondergrond, de kern van dit vak - de journalistieke benadering - en aan de andere kant zoek je iemand die iets specifieks toevoegt aan de redactie.

Als u iemand bewust aanneemt vanwege een culturele achtergrond, betekent dit per definitie afbreuk aan kwaliteit?

Nee, dat zie ik niet zo. Als je ervoor kiest om iemand aan te nemen met een niet-westerse achtergrond omdat je denkt dat dat toevoegend is, dan kun je zeggen dat dat de kwaliteit verhoogt. Misschien kan hij of zij iets anders minder goed, maar dat geldt ook voor jou en mij.

Wat blijft er over als nieuwsmakers op elkaar lijken en hun belevingswereld niet verder reikt dan de grachtengordel?

We wonen niet allemaal in de grachtengordel, verre van. Het is daar namelijk onbetaalbaar als je in de journalistiek werkt. De gemiddelde leeftijd op de redactie is begin 40, maar we hebben ook jonge mensen in dienst. We proberen toestroom te creëren met stagiaires en de deelredactie van NOSop3. Als je redactie heel eenzijdig samengesteld zou zijn, komt dat de kwaliteit niet ten goede, dus het is heel belangrijk dat het niet zo is.

Hoe komt de NOS toch aan het imago blank en 40+ te zijn?

Ik weet niet zo goed waarom dat beeld bestaat. Misschien omdat het in het verleden wel eenzijdig en afgesloten was. De landelijke journalistiek stond meer met de rug naar de samenleving. Ik denk dat het een beeld is van vroeger en dat dat echt niet meer past bij deze tijd.

In hoeverre voelt u zich verantwoordelijk over de stereotyperende berichtgeving over minderheden?

Ik ben natuurlijk verantwoordelijk voor wat we uitzenden, dus ja, natuurlijk voel ik me daar verantwoordelijk voor. Door met de redactie te praten over dit onderwerp en ze te wijzen op woord en beeldkeuze kun je stereotypering voorkomen.

Hoe ziet u NOS over 5 jaar, wat diversiteit betreft?

Moeilijk. Ik hoop dat het beter en evenwichtiger zal zijn, maar het is maar de vraag of dat lukt. Diversiteit is natuurlijk een begrip dat al heel lang relevant is, en waar we jaren geleden al aandacht aan zijn gaan besteden. Je ziet het gebrek aan resultaat, je ziet het in de hele sector, dus zo lastig is het blijkbaar om diverser te worden. Ik vind het moeilijk om te voorspellen waar we over 5 jaar staan.

8Sinan

Can

TESSA WIEGERINCK

Programmamaker en onder zoeksjournalist. Can studeerde journalistiek & voorlichting aan de Hogeschool in Tilburg. Nog tijdens zijn studie vertrok hij voor acht maanden naar Istanbul om daar te werken voor de Turkse tak van CNN. Terug in Nederland werkte hij achtereenvolgens voor Infocus (NMO), Premtime (NPS) en Zembla/Uitgesproken (VARA). Als researcher maakte hij de Zembla-uitzendingen “De heilige Ayaan” en “Gijzeling in Almelo”. Voor die laatste afleve ring kreeg Can de prijs voor de beste onderzoeksjournalistiek. Voor Uitgesproken maakte hij eerder in dit jaar de mini-docu Weggestopt in Irak. In 2015 maakte hij met acteur Ara Halici de docu-reeks Bloedbroeders over de Armeense genocide van 1915.

9Shamira

Raphaëla

Regisseur en documentairemaker. Afgelopen jaar maakte de 32-jarige Shamira Raphaëla de persoonlijke documentaire Deal with it gemaakt. De film geeft een kijkje in het leven van twee draaideurcriminelen - Shamira’s vader en broer - die zich in de documentaire volledig blootgeven. Een film over destructieve patronen en familieliefde. Raphaëla vindt het belangrijk te laten zien dat mensen als haar vader en broer, waar door de maat schappij vaak op neergekeken wordt, ook maar gewoon mensen zijn. Naast het maken van documentaires is Raphaëla regisseur van populaire tv-pro gramma’s zoals Expeditie Robinson, Spuiten en Slikken en Chantal blijft slapen.

10 Rachid

Finge

Techredacteur en nieuwslezer bij NOS op 3. Finge was twee jaar lang redacteur bij de Leidse nieuwssite Sleutelstad. nl. Zijn eerste betaalde radiobaan was in 2004 als technicus bij BNR Nieuwsradio. Sinds 2006 is hij nieuwslezer bij NOS op 3 en sinds 2013 daarnaast tech-redacteur. Hij ging in 2005 aan de slag bij de NOS als redacteur voor NOS Teletekst en radiobulletins. Naast radio en journalistiek is Finge actief in jongerenpartici patie en ICT. Zo werkte hij via een vertaalbureau als linguistic tester voor softwarebedrijven als Electronic Arts en Adobe Systems. Ook is hij trainer bij het Nationaal Jeugddebat, daar bereidt hij jongeren voor die in het jaarlijkse jeugddebat in de Tweede Kamer debatteren met bewindslieden uit het kabinet.

This article is from: