Nationale Energie Week Special 2025

Page 1


Priority to Fresh Air

THE NATURAL FAMILY

DucoBoxRenoDucoBoxSilentConnectDucoBoxFocus

DucoFlex

→ Compleet luchtkanalensysteem voor systeem C en D

→ Handig ‘Click & Go’ principe

→ Beperkt aantal benodigde hulpstukken

Ontdek meer over DucoFlex Scan & discover

Vakbeurs Energie, Zero Emission | Ecomobiel, PREFAB en Industrial Heat & Power worden georganiseerd door 54events en vinden plaats van dinsdag 7 oktober t/m donderdag 9 oktober 2025 in de Brabanthallen in Den Bosch.

Dinsdag 7 oktober10.00 - 17.00

Woensdag 8 oktober10.00 - 17.00

Donderdag 9 oktober 10.00 - 17.00

Brabanthallen

Diezekade 2 5222 AK Den Bosch

De beurzen vinden plaats in de Brabanthallen in Den Bosch. Het complex beschikt over ruim 4.000 parkeerplaatsen. Het parkeerterrein van de Brabanthallen is voorzien van een parkeersysteem waarbij de inrijdslagbomen automatisch openen. U kunt binnen in de entreehal een uitrijkaart kopen. Het parkeertarief is € 15,00.

Op het terrein van de Brabanthallen Den Bosch zijn nabij ingang A en de Centrale Entree invalidenparkeerplaatsen aanwezig. Voor invaliden wordt het geldende parkeertarief gehanteerd.

Brabanthallen beschikt over een groot aantal openbare laadpunten voor EV's en PHEV's op haar parkeerterreinen. Gasten met een volledig elektrische auto kunnen hun auto gratis laden op het extra laadplein van de organisatie

dat is gerealiseerd in samenwerking met laadpartner Voet Energy Solutions.

De vakbeurzen zijn niet toegankelijk voor particulieren zonder zakelijk belang. Kaarten zijn gratis voor professionals en alleen bij tijdige voorregistratie. Voorregistratie is mogelijk tot en met maandag 6 oktober via www.vakbeursenergie.nl of door de QR-code op deze pagina te scannen. Kaarten aan de deur kosten € 50,- incl. BTW.

Met een toegangsbewijs voor één van de vakbeurzen van de Nationale Energie Week (Vakbeurs Energie, Zero Emission | Ecomobiel, Industrial Heat & Power èn PREFAB) bezoekt u ook gratis de andere beurzen en programma's. Allen vinden gelijktijdig en op dezelfde locatie plaats.

Twan van Grinsven, operationeel directeur bij Kemkens Groep.

Hoewel de energietransitie in volle gang is, is een versnelling nodig om de ambities waar te maken. “Een aantal jaar geleden zag je dat door de energiecrisis en hoge energieprijzen partijen elkaar opzochten, om te onderzoeken of ze samen de vraagstukken konden aanpakken. Nu is het zaak om uit opgedane ervaring lering te trekken en een goed fundament te leggen voor een toekomstbestendige uitrol. Naast een solide basis is vooral flexibiliteit, ver-

binding en intelligentie nodig om te komen tot een weerbare duurzame bedrijfsvoering.”

Dat stelt Sander Braam, directeur business development bij beursorganisator 54events. “In de energietransitie krijgen bedrijven die willen elektrificeren te maken met netcongestie, het afschaffen van de salderingsregeling in 2027 en nieuwe energiecontracten. Dit zijn complexe vraagstukken waarbij naast verzwaring van de netten en congestiemanagement ook lokale energiesystemen een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan bijvoorbeeld leveringszekerheid.Daarbij moeten veel verbindingen worden gelegd, niet alleen aan de infrakant maar juist ook op softwaregebied zodat verschillende partijen samen kunnen werken aan een lokaal energiesysteem. Artificiële intelligentie kan daarbij een rol spelen met betrekking tot monitoring, het optimaal gebruik van opgewekte energie uit zonnepanelen, het gebruik van duurzame mobiliteitsoplossingen en apparaten in en rondom het huis.”

Want de vraagstukken waarmee we te maken hebben worden steeds complexer. “Naast netcongestie hebben we te maken met een volatiel energieaan-

bod, een tekort aan technici, materiaalschaarste, een noodzaak tot circulaire economie, enzovoort. Dit betekent dat we met z’n allen de bedrijfsvoering veel strategischer moeten aanpakken. We moeten slimmer bouwen, elektrisch rijden en de industrie moet steeds duurzamer produceren. Daarbij is het een noodzaak dat we de beschikbare groene energie dankzij slimme energiemonitoring zo optimaal mogelijk benutten terwijl we innovatieve technieken daar moeten inzetten waar ze het beste tot hun recht komen. Dit lukt alleen door de koppen bij elkaar te steken en ervoor te zorgen dat systemen voor ons gaan werken in plaats van dat we tegen de grenzen van de systemen aanlopen. Hoe flexibeler en weerbaarder we zijn, hoe toekomstbestendiger de bedrijfsvoering wordt.”

“Neem prefab bouwen”, gaat Braam verder. “We zien dat de energietransitie een enabler is van innovatie. Enerzijds gebruikt de sector steeds meer duurzame materialen en systemen. Anderzijds zorgt de noodzaak om emissieloos te bouwen en het tekort aan technici voor nieuwe ontwikkelingen zoals digitalisering, standaardisatie, automatisering en prefab bouwen in een geconditioneerde

Onze nieuwe

AquaSnap® 61AQ - R290

Bezoek onze stand 3.B068 en ontdek onze nieuwe AquaSnap 61AQ warmtepomp met R-290 koudemiddel voor zeer efficient verwarmen van 40 tot 560 kW, met watertemperaturen tot 75°C*. Deze duurzame en krachtige warmtepomp verkleint uw CO₂-voetafdruk met behoud van maximaal comfort.

Onze Carrier experts staan voor u klaar en voorzien u graag van advies.

#FortheWorldWeShare www.aquasnap61aq.com/nl

omgeving zodat op de bouwplaats nog efficiënter kan worden gewerkt. Tijdens de Nationale Energie Week koppelen we de PREFAB-beurs aan de vakbeurs Energie omdat er een duidelijke link is tussen de thematieken. Installaties spelen een belangrijke rol in en rondom slimmer bouwen.”

Ook de link met Zero Emission | Ecomobiel is eenvoudig te maken door energiemonitoring en -opslag en het laden van heavy duty bouwmaterieel om emissieloos te kunnen bouwen. “Op de Zero Emission | Ecomobiel zullen de thema’s duurzame mobiliteit, de verschillende laadmethodes en het inrichten van laadpleinen voor zowel heavy duty als personenauto’s aan bod komen. Ook hier is flexibiliteit en intelli-

gentie nodig om te bepalen waarvoor je op welke manier welke techniek inzet om tot het beste resultaat te komen.”

“Tijdens de beurs willen we mensen en oplossingen verbinden en professionals die de beurzen bezoeken inspireren om de volgende stappen te nemen. Daarbij willen we laten zien wat nu al kan, maar ook wat op de langere termijn interessant kan zijn. Neem waterstof. De business case staat op dit moment onder druk door hoge energietarieven en productiekosten wat de waterstoftransitie niet helpt. Toch groeit de interesse in en het aanbod van waterstof oplossingen nog steeds. Als je het energiesysteem weerbaar wil maken, moet je bij alle energiebronnen en de verschillende opslagmethode stappen voorwaarts maken zodat je een ecosysteem creëert waar je de energietransitie kan doen slagen. Waterstof speelt daarin een belangrijke rol. Wij laten daarom op de beurzen zien wat er allemaal mogelijk is rond waterstof in de mobiliteit, gebouwde omgeving én de industrie.”

Daarbij is ook gelijkspanning kansrijk. “Zonneparken, batterij-opslagsystemen, laadpalen, en zelfs woninginstallaties werken – deels – op gelijkspanning. DC maakt de integratie van hernieuwbare energiebronnen eenvoudiger en biedt voordelen in gebouwen en infrastructuur. Het ontbreekt echter vaak nog aan kennis over hoe je al die DC-systemen slim en veilig aan elkaar koppelt. Daarom is er een speciaal DC District ingericht op Vakbeurs Energie waarin partijen hun visie, inzichten en ervaringen delen.”

“Het kennisprogramma van de Vakbeurs Energie en de vakbeurzen Zero Emission | Ecomobiel, PREFAB en Industrial Heat & Power is dit jaar nog voller dan de vorige editie terwijl er ruim 450 exposanten en partners hun visie en ervaring willen delen met bezoekers en elkaar. Door te verbinden en samen te werken kunnen we samen werken aan een solide, duurzame toekomst.”

“We zien dat veel gemeentes ongelooflijk hard werken aan de warmtetransitie. Er zijn veel mensen aan het werk met een enorme passie voor verduurzaming en het bereiken van duurzame resultaten. Tegelijkertijd merken we ook dat Nederland aardgasvrij maken ontzettend veel tijd kost en dat men het lastig vindt om keuzes te maken”, stelt Runa Lentz. Lentz is werkzaam bij Merosch, een bureau dat zich op de verduurzaming van de gebouwde omgeving richt, op gebouw- en gebiedsniveau voor gemeentes, projectontwikkelaars en woningcorporaties.

Daarbij krijgen de thema’s klimaatadaptief, natuurinclusief en circulair bouwen veel aandacht. Lentz werkt zelf als adviseur duurzaamheid vooral aan de warmtetransitie.

“We vergelijken verschillende duurzame warmteoplossingen voor gemeenten, wijken, en monumenten. Het doel is dat onze opdrachtgevers op basis van de resultaten nieuwe stappen kunnen zetten. Regelmatig komt uit een onderzoek naar voren dat niet een warmtenet maar de warmtepomp de meest kansrijke techniek is. Dan zou je in de volgende stap moeten bepalen welke strategie je gaat hanteren om bewoners te helpen om over te stappen op warmtepompen. Dat gebeurt onvoldoende.”

Lentz gaat hier dieper op in: “Het Rijk geeft aan dat ze graag warmtenetten uitgerold willen zien. Ze werken er hard aan om gemeentes handvatten te bieden, maar momenteel komen ze nog niet over de brug met instrumenten of subsidies waarmee het echt betaalbaar wordt. Als we rekenen met de subsidies die er op dit moment zijn, zien we vaak dat een warmtepomp goedkoper is dan een warmtenetaansluiting per woning.”

“Gemeentes vinden het lastig om dan de warmtepomproute te kiezen. Bijvoorbeeld omwille van verwachtingen dat warmtenetten toch de betere oplossing zijn als je gebruik kunt maken van restwarmte omdat je dan niet te maken hebt met netcongestie. Maar echte restwarmte is maar op enkele plekken in Nederland beschikbaar, dus het gaat veelal om ‘all-electric warmtenetten’. Bij de keuze voor all electric menen gemeenten grip te verliezen omdat de keuze vooral achter de voordeur afspeelt. Als er een deur dichtgaat zou een andere deur open moeten gaan en moet de inzet daarheen verschuiven, maar dat blijft vaak achter.”

Dit uitstellen van het individuele spoor is niet nodig. “Je kan niet in de toekomst kijken. Je kunt wel redelijkerwijs verwachten dat als er op dit moment niets gebeurt qua subsidie en opschaling met betrekking tot warmtenetten of groen gas, dit in 2050 geen realistisch scenario zal zijn.

Wat mij opvalt is dat warmtepomptechnologie zich daarentegen blijft ontwikkelen waardoor inmiddels ook een middentemperatuur (MT) van 70 graden Celsius kan worden behaald. Dat

Alles voor optimaal warmtetransport

Wij leveren systemen voor warmtedistributie en -circulatie die efficiënt werken, zowel buiten als binnen. Onze kunststof terreinleidingsystemen, met uitstekende warmte-isolerende eigenschappen en hoogwaardige PE-Xa mediumbuizen, zorgen voor een betrouwbare warmteoverdracht over lange afstanden, zoals bij warmtenetten. Dankzij hun flexibiliteit zijn ze uitermate geschikt als aansluitleiding van gebouwen, Monoblock-warmtepompen of andere energiezuinige transportsystemen door de grond.

Binnen het gebouw schakelen we moeiteloos over op ons PE-Xa binnenleidingsysteem voor een duurzame en efficiënte warmteverdeling.

#nextlevelbuilding – bouwen aan de toekomst begint vandaag

is nog niet geland bij woningcorporaties en gemeentes. Het beeld blijft bestaan dat na-isoleren in bestaande woningen en het volledig aanpassen van afgiftesystemen om met een lage temperatuur te kunnen verwarmen noodzakelijk is naast de aanschaf van een warmtepomp.

In Gouda zagen we bijvoorbeeld dat oudere woningen met bouwjaar 1900, 1910 of 1920 een enorm groot vermogen aan afgiftesystemen hebben. Daardoor konden ze zonder aanpassingen overstappen op MT-warmtepompen zonder in te boeten aan comfort. Kortom, omarm de kansen die er zijn.”

Een ander advies aan gemeenten is om de focus op wijknviveau te heroverwegen. “De wijkaanpak komt voort uit de

allereerste Warmtevisies. Bij warmtenetten is het logisch om op wijkniveau te denken, maar stap hiervan af als de keuze wordt gemaakt voor all electric of (hybride) warmtepompen. Het wijkniveau-idee is niet handig of wenselijk om draagvlak te creëren en om een duidelijk verhaal te vertellen aan bewoners. Er is risico op bureaucratische processen en de schaal van een wijk kan beperkend zijn voor een grotere transitie. Zelf woon ik in een wijk met jaren 90 woningen die volgens de plannen van de gemeente pas als laatste ‘aan de beurt’ zijn om te elektrificeren.”

“Het effect hiervan is dat mensen gaan wachten terwijl het een ontzettend kansrijke wijk is om met warmtepompen te verwarmen. Gemeentes kunnen in hun regierol de natuurlijke momenten aangrijpen om mensen te stimuleren voor een duurzame toekomstbestendige oplossing te kiezen. Er worden bijvoorbeeld veel huizen verkocht. Als mensen dan gaan verbouwen is het wellicht interessant om ook meteen te verduurzamen. Als je op dat moment als gemeente zorgt voor duidelijke communicatie, dan kun je mensen echt in beweging zetten.”

Kies je ambassadeurs, stelt Lentz. “Biedt als gemeente de bewoners handvatten. Geef aan wat de plannen zijn, wat ze kunnen doen en voor welke maatregelen subsidie mogelijk is. Zorg er ook voor dat makelaars en hypotheekverstrekkers het verhaal en de visie van de gemeente kennen over aard-

gasvrij. Ga daarnaast in gesprek met aannemers en uitvoerende partijen zodat bewoners altijd het juiste en zelfde verhaal te horen krijgen. Als gemeente moet je verleiden, informeren en verbinden. Door partijen aan elkaar te verbinden waarbij zij jouw boodschap vertellen, kun je als gemeente dankzij je ambassadeurs wel achter de voordeur komen. Identificeer de sleutelfiguren die het zetje kunnen geven om toch die duurzaamheidsstap te maken.”

Ook wat betreft natuurinclusief, circulair en klimaatadaptief bouwen kunnen gemeentes een tandje bijzetten, vindt Lentz. “Het is ontzettend leuk om te zien dat ecologen en bouwers elkaar aan de tekentafel ontmoeten. Het is heel waardevol dat de natuur hiermee letterlijk dicht bij mensen en kinderen wordt gebracht, door voorzieningen in bijvoorbeeld een schoolgebouw en in (nieuwbouw)woningen. Ik hoop dat dit iets kan bijdragen aan het dichten van de ontstane kloof tussen mens (stedeling) en natuur.”

“Maar niet alleen nieuwbouw biedt kansen. Een bewoner kan in zijn tuin veel doen om biodiversiteit te verbeteren en hemelwater op te vangen met behulp van waterinfiltratie. Ook daar kan de gemeente een rol in spelen. Bij de aankoop van een woning of verbouwingsplannen is het handig om opties te tonen: waterinfiltratie, waterbesparende oplossingen, hittewerende maatregelen zoals rolluiken, het gebruik van biobased isolatie of circulaire materialen. Ook hier zie ik een koppelkans. Als je in gesprek bent met bewoners over aardgasvrij, is het zonde om niet in te gaan op de manier waarop hun tuin of balkon kan bijdragen aan de biodiversiteit. We vinden energiecoaches inmiddels heel normaal, waarom maken we daar niet ook biodiversiteitscoaches van? Op die manier zorg je ervoor dat achter de voordeur duurzame keuzes worden gemaakt. Als iedereen zijn steentje bijdraagt, kunnen we samen het verschil maken.”

Toen ESNL in 2014 werd opgericht, was de energiewereld nog sterk georienteerd op fossiele opwek en verbruik. "Maar wij zagen toen al de noodzaak voor duurzame opslag,” stelt Neefs. ”Immers, als we massaal overstappen op zon en wind, ontstaat er onbalans. Energieopslag is dan geen luxe, maar noodzaak.” De stichting wilde de verbinding leggen tussen technologiebedrijven, netbeheerders, kennisinstellingen en beleidsmakers. "We hebben opslag vanaf het begin als systeemelement benaderd. In die tien jaar zijn we gegroeid van vijf partijen naar 230 deelnemers, wat iets zegt over hoe belangrijk opslag is geworden."

Drie pijlers vormen de kern van de activiteiten van ESNL: belangenbehartiging, netwerken en kennisontwikkeling. Zo zet de stichting zich onder meer in voor regelgeving waarin opslag een volwaardige rol krijgt. "Tot voor kort bestond er niet eens een eenduidige wettelijke definitie van energieopslag, terwijl het voor contracten, vergoedingen en markttoegang cruciaal is", benadrukt Neefs. Ook organiseert ESNL jaarlijks verschillende evenementen, zoals de Energy Storage Day en beheert het vijf werkgroepen die zich bezighouden met technische, markt- en beleidsvraagstukken. Kennisdeling speelt daarbij een steeds grotere rol.

Energieopslag als oplossing voor netcongestie wordt vaak genoemd, maar dat roept ook vragen op. Neefs: "Netbeheerders vrezen dat opslag piekbelasting juist kan versterken. Een accu functioneert niet als een simpele noodstop die je zomaar activeert. Juist door gericht sturen kan opslag bijdragen aan congestiebeheersing. Dus sturen op gedrag, met slimme contracten en prikkels.” Hij ziet hierin een kentering. "Drie jaar geleden waren de netbeheerders nog terughoudend, nu zitten we met elkaar aan tafel om contractvormen te ontwikkelen die flexibiliteit daadwerkelijk benutten."

Ook in Den Haag merkt Neefs toenemende interesse. "Ik spreek veel met

Kamerleden. Maar vaak leeft nog het idee dat opslag toekomstmuziek is, terwijl opslagprojecten nu volop ontwikkeld worden. Je moet opslag nu al goed positioneren in het systeem, anders loop je straks vast." Een terugkerend punt van zorg is de kortetermijnfocus in beleid. "De reflex is: netcongestie oplossen en daarvoor kortetermijnmaatregelen voor te stellen. Maar als je niet tegelijkertijd werkt aan een ambitie voor het energiesysteem richting 2030 en 2050, blijft het potentieel van opslag onderbenut."

Over moleculaire opslag is Neefs helder: "Waterstof, synthetische brandstoffen, ammoniak – alles heeft zijn eigen toepassingsgebied. Zo is waterstof breed inzetbaar en goed op te slaan in zoutcavernes of mogelijk ook in lege gasvelden. We moeten geen premature keuzes maken, maar ruimte laten aan markt en innovatie."

Toch lijkt de ontwikkeling van een sluitende businesscase voor waterstofopslag moeizaam van de grond te komen. Volgens Neefs komt dat door een combinatie van factoren. “Iedereen wacht op elkaar: investeerders wachten op afnemers en afnemers wachten op betrouwbare infrastructuur en lage prijzen. Tegelijkertijd ontbreekt het aan stabiele langetermijncontracten en zijn de productie- en opslagkosten nog hoog, mede door het lage rendement van de conversieprocessen.”

Hij ziet parallellen met de problematiek bij elektrochemische opslag, maar ook duidelijke verschillen. “Bij batterijen spelen ongunstige nettarieven een remmende rol, omdat ze als verbruiker worden belast - dat leidt tot hoge netkosten. In Duitsland en België is dat opgelost, maar hier niet. Bij warmteen moleculaire opslag is de uitdaging breder: het gaat om een hele keten van productie, opslag en hergebruik, waarin de prikkels en randvoorwaarden nog onvoldoende zijn uitgewerkt.”

Ook bij decentrale opslag speelt het probleem van onduidelijke of dubbele belasting. “Voor thuis- en buurtaccu’s geldt nog altijd dat er energiebelasting wordt geheven bij zowel het laden als het ontladen”, zegt Neefs. “Dat belemmert opschaling: zolang de wet niet wordt aangepast, blijft de dubbele belasting bestaan, hoe onlogisch dat ook is."

Voor grootschalige systemen is recent wel enige verlichting gekomen. “Samen met TenneT hebben we gewerkt aan een contractmodel waarbij omvangrijke opslagsystemen een korting van maximaal 65 procent krijgen op de nettarie-

ven” licht Neefs toe. “Dat is een stap in de goede richting, maar nog steeds niet concurrerend met Duitsland of België, want daar zijn zulke systemen volledig vrijgesteld. Die ongelijkheid leidt er dus toe dat investeerders hun blik naar het buitenland verleggen.”

En hoe zit het met de accu-op-wielen, oftewel bi-directionele elektrische auto’s die niet alleen kunnen laden, maar ook elektriciteit kunnen terugleveren aan het net (V2G) of een huishouden (V2H)? Neefs ziet daar zeker kansen. “Technisch kan het al, maar het gaat langzaam door regelgeving, belastingen en afwachtendheid van autofabrikanten. Toch moet je dit zeker meenemen in het systeemontwerp, want het stelt huishoudens in staat om bij te dragen aan netstabiliteit en maakt optimaal gebruik van beschikbare opslagcapaciteit. Bovendien moeten we niet alleen centraal inzetten op opslag bij zonne- of windparken, maar ook decentraal denken.”

Voor langdurige opslag zijn andere technologieën nodig volgens Neefs. “Voor kortdurende opslag – denk aan twee tot vier uur – zijn lithium-ionaccu’s prima geschikt. Maar voor langere perioden, zoals dagen of zelfs weken, heb je andere technologie nodig. Flowcells, persluchtopslag, thermische buffers en waterstof bieden hier perspectief. In Duitsland worden inmiddels tenders uitgeschreven voor LDES-systemen, wat staat voor Long Duration Energy Storage. Die systemen kunnen acht uur en meer overbruggen. De uitdaging zit nu nog vooral in de commercialisatie, want ze zijn vaak nog

duurder dan lithium-ion, maar met de juiste stimuleringsregelingen en marktprikkels kunnen ze snel een rol van betekenis gaan spelen. Nederland loopt hierin nog achter, ondanks dat een Nederlands bedrijf – Elestor – hiermee al jaren bezig is.”

In recente politieke discussies wordt regelmatig gesuggereerd dat de inzet op kernenergie de noodzaak voor opslag zou verminderen. Zo stelt het coalitieakkoord van de (demissionaire) regering-Schoof expliciet in hoofdstuk 5: “Kernenergie kan als betrouwbare energiebron een sleutelrol spelen […] en vermindert daarmee de behoefte aan flexibiliteitsmaatregelen en opslag.” Die redenering noemt Neefs een hardnekkig misverstand. “Kerncentrales zijn inflexibel op korte tijdschalen, wat ze ongeschikt maakt om snel in te spelen op prijssignalen of onbalans”, benadrukt hij. “Opslag is juist nodig om flexibel in te spelen op fluctuaties in vraag en aanbod. Een volledig duurzaam energiesysteem vraagt om een en-en-en-benadering: zon, wind, opslag én eventueel kernenergie. Daarbij kan opslag de systeemkosten verlagen, omdat het reageert op actuele energieprijzen bij het afstemmen van aanbod en vraag.”

De elektrificatie van woningen vraagt om slimme integratie. “Warmtepompen, EV-laders, thuisaccu’s: zonder slimme energiemanagementsystemen krijg je piekbelasting,” zegt Neefs. “Installateurs worden de sleutel tot veilige en slimme systemen. Normering rondom brandveiligheid van opslagsystemen moet daarin standaard worden meegenomen.” Zijn advies aan bedrijven is duidelijk: “Begin nu. Energieopslag wordt een vanzelfsprekendheid. En denk verder dan terugverdientijd. Vraag jezelf af: wat kost het als je géén opslag hebt? Een chipfabrikant vertelde me: als mijn stroom een milliseconde wegvalt, verlies ik een half jaar productie. Dan is een accu opeens heel goedkoop.”

Netcongestie is allang niet meer een uitzondering. Overal in Nederland lopen de wachtlijsten voor nieuwe of zwaardere aansluitingen op. Of het nu gaat om nieuwbouwwijken, bedrijventerreinen, productielocaties of bouwplaatsen, het net piept en kraakt onder de vraag. Volgens Peter Paul van Voorst van Skoon Energy ligt de oplossing in het bieden van structurele flexibiliteit.

Het is duidelijk dat het huidige energiesysteem niet meer voldoet aan de snelheid waarmee de energietransitie zich voltrekt. Warmtepompen, laadpleinen en elektrische machines vergroten de druk op een net dat daar niet op berekend is. “We zien het in bijna alle sectoren,” zegt Peter Paul van Voorst, betrokken bij verschillende netstrategieprojecten vanuit Skoon Energy. “Een school die moet wachten op aansluiting, een fabriek die uitbreidingsplannen parkeert of een bouwplaats die stilvalt. En het zijn zelden de ambities die tekortschieten, het is de infrastructuur.”

Tijdelijke oplossingen, structurele waarde

Toch is er beweging mogelijk. "Flexibele energiesystemen wordt steeds vaker ingezet als tijdelijke bypass voor netproblemen. Mobiele batterijsystemen, demand response en tijdelijke teruglevercontracten bieden ruimte. Ruimte om woningen te bouwen, projecten te starten, en de tijd te overbruggen tot netverzwaring mogelijk is", vertelt Van Voorst. "Essentieel daarbij is inzicht: welke vermogens zijn écht nodig? Wanneer treden pieken op? En waar kan tijdelijk vermogen de grootste impact maken?"

Een hybride energiesysteem in de praktijk

Wat ontstaat is een nieuw model voor energiemanagement. Een model dat werkt met mobiele batterijen die pieken opvangen en schone generatoren die tijdelijk voorzien in basislast. Dit model werkt met slimme software die realtime kan sturen op verbruik en beschikbaarheid en waar netbeheerders, ondernemers en technologiepartners lokaal kunnen samenwerken. "Een voorbeeld

is de bouwsector,"aldus van Voorst. "Hier vragen elektrische hijskranen en oplaadpunten regelmatig meer dan het net kan leveren. Door flexibel vermogen toe te voegen, blijft de planning met emissieloos bouwen mogelijk en haalbaar.

Vooruitkijken is geen luxe meer Netcongestie raakt inmiddels vrijwel iedere sector. De grote vraag is wie het initiatief neemt om (ondanks de beperkingen) toch de weg vooruit te blijven zoeken. “Wie wacht op de perfecte oplossing, loopt vast”, aldus Van Voorst. “Maar wie nu inzet op tijdelijke flexibiliteit en slim samenspel, creëert ruimte om te blijven groeien in de stad, op de bouwplaats én op het net.” Tijdens de Vakbeurs Energie zal ook Skoon Energy dieper ingaan op deze uitdagingen en oplossingen. Met live demonstraties en praktijkcases wordt tastbaar hoe flexibel energiegebruik de bouwplaats van morgen mogelijk maakt.

Dit artikel is gesponsord door Skoon Energy.

Slimme producten en slimme aansturing van gebouwen kunnen energieverspilling tegengaan. De techniek is weliswaar bekend, maar nog onvoldoende toegepast in met name utiliteitsgebouwen. “Je kunt met data van slimme apparaten, slimme meters en gebouwbeheersystemen oplossingen ontwikkelen om energieverspilling tegen te gaan”, zegt Mirjam Harmelink, projectmanager van het onderzoeksproject Brains4Buildings (B4B) aan de TU Delft. Daarnaast is Harmelink zelfstandig adviseur.

Het doel van het bijna afgeronde project B4B is het ontwikkelen van me-

thoden om die data ook werkelijk te gebruiken. “Dat vermindert het energieverbruik en verhoogt het comfort. Bovendien kun je flexibel reageren op gebruikersgedrag en lokale vraag & aanbod van energie. En wordt netcongestie voorkomen. Daarnaast zijn besparingen op onderhoudskosten van installaties van verwarmings- en koelinstallaties in utiliteitsgebouwen mogelijk.”

Ook richt Brains4Buildings zich op het verbeteren van de interactie tussen het gebouw en de gebruikers. “Hoe ziet bijvoorbeeld de gebruikersinterface eruit? Een belangrijk onderwerp is verder de ontwikkeling van oplossingen om verschillende datastromen binnen een gebouw te integreren en te koppelen.”

“We richten ons op de grote utiliteitsgebouwen die al beschikken over een gebouwbeheerssysteem en slimme meters. In deze gebouwen is namelijk veel winst te behalen. Je kunt hier vaak zelfs makkelijk 20 tot 30 procent besparen zonder slimme oplossingen. Wat je bijvoorbeeld regelmatig ziet, is dat er gelijktijdig gekoeld en verwarmd wordt. Maar dat is het laaghangend fruit, daarop ligt niet de focus binnen dit project. Wij kijken juist verder. Een volgende stap zou bijvoorbeeld het gebruik van foutdetectie en diagnosetools zijn zoals die ontwikkeld zijn binnen het project.”

In Living Labs (innovatie ecosystemen in reële omgevingen, red.) bij aange-

sloten bedrijven worden slimme oplossingen verbonden met de praktijk. “Samen met SPIE hebben we een analyse gemaakt van de werkbonnen van monteurs en de meest voorkomende fouten. Van deze fouten is vervolgens bepaald wat het effect is op energieverspilling. Dit soort samenwerking met de werkvloer levert waardevolle inzichten op. Zo blijkt dat de nauwkeurigheid van foutdiagnosemodellen nog vaak te laag is om grootschalig toegepast te kunnen worden.”

Het kantoor van Kropman in Breda was een van de andere Living Labs. Daar werd de laadinfrastructuur onder de loep genomen, vertelt Harmelink. “Met hulp van AI is een slimmer laadprofiel gemaakt voor de laadpunten van Kropman. Dit richt zich op het optimaliseren van het opladen van elektrische voertuigen op een manier die de vraag van het elektriciteitsnet in balans brengt en piekbelastingen vermindert. Door intelligente oplaadschema's te implementeren en realtime netgegevens te gebruiken, helpt slim opladen bedrijven en wagenparkbeheerders om elektrische voertuigen te integreren zonder de congestie op het net te verergeren.”

Het verbeteren van de integratie van verschillende datastromen binnen gebouwen was een ander aandachtspunt, zegt Harmelink. “Er zijn veel verschillende leveranciers van gebouwbeheersystemen die allemaal data in een ander format genereren. Binnen het project is

Innovatie en betrouwbaarheid voor elke installatie

GEWISS Nederland is uw partner voor innovatieve, veilige en duurzame oplossingen op het gebied van verlichting, energie, installatie en mobiliteit.

Vanuit ons kantoor in Zaandam bedienen wij de Nederlandse markt met een compleet assortiment, variërend van hoogwaardige DINrailcomponenten en modulaire schakelapparatuur tot slimme energieoplossingen en professionele verlichtingssystemen voor binnen- en buitentoepassingen.

Ons aanbod bestaat uit een breed pakket aan DIN-railcomponenten zoals aardlekschakelaars, installatieautomaten, aardlekautomaten en hoofdschakelaars. Voor complete installatieprojecten leveren wij onder meer verdeelkasten, kabeldozen, werkschakelaars en CEE-form materiaal, evenals starre en flexibele installatiebuizen.

Kennismaken met GEWISS Nederland?

Op 8, 9 en 10 oktober staan wij op de Vakbeurs Energie in de Brabanthallen, ’s-Hertogenbosch. Bezoek ons op stand N128 en ontdek hoe onze energie- en installatiesystemen bijdragen aan slimme, veilige en duurzame oplossingen voor elke toepassing.

daarom een soort Google Translate gemaakt voor data uit verschillende gebouwbeheersystemen. Hiermee is het mogelijk data te vertalen naar hetzelfde format die daardoor generieker bruikbaar worden voor modellen om bijvoorbeeld energieverspilling op te sporen.”

Niet alle producten die door Brains4Buildings zijn ontwikkeld hebben al een plek gekregen in de praktijk. “Er is duidelijk potentie, maar niet alle oplossingen zijn zo ver uitontwikkeld dat ze kunnen worden uitgerold naar de markt.” Daarnaast vraagt deze uitrol ook om een andere kijk op bijvoorbeeld onderhoudscontracten in de sector, zegt Harmelink.

“Nu worden er vaak nog heel gedetailleerde onderhoudscontracten afgeslo-

ten. Bijvoorbeeld dat een installatie één keer in de zoveel tijd wordt onderhouden. Terwijl als je werkt met voorspellend onderhoud, je mogelijk minder mensen nodig hebt omdat je van tevoren weet wanneer onderhoud nodig is. Met datagedreven onderhoud monitor je op basis van sensortechnologie en data-analyse continu de conditie van machines en installaties om te bepalen wanneer onderhoud nodig is.”

Waarom er nog steeds weinig aandacht is voor energieverspilling, is volgens Harmelink eenvoudig: “Energie is nog altijd een beperkte kostenpost, de kosten voor personeel zijn bijvoorbeeld veel hoger. De Oekraïne-oorlog leek daar verandering in te brengen, maar sindsdien zijn de prijzen weer gedaald. Daarnaast hebben gebouwbeheerders weinig incentives om veranderingen door te voeren als er geen of weinig klachten zijn van gebruikers. Bovendien worden gebouwbeheerders veelal niet beoordeeld op de energieprestatie van hun gebouw.”

Om alle slimme toepassingen die Brains4Buildings en partners hebben ontwikkeld, te kunnen gebruiken, moeten eerst andere maatregelen genomen worden. “Het laaghangend fruit moet eerst geplukt worden, zodat al 20 tot 30 procent aan energie bespaard kan worden.” Dit zit volgens haar onder meer in het goed kijken naar stooklijnen en het inregelen van installaties. “Als we deze stap genomen hebben,

kunnen we de slimme producten gaan toepassen zodat er nog meer energie bespaard wordt. Doel van deze slimme technologie is om foutieve instellingen in verwarmings- en koelinstallaties op te sporen waardoor de energieprestatie verbetert. Daarnaast gebruiken we deze slimme technologie om energievraag en -aanbod slimmer op elkaar af te stemmen. Bijvoorbeeld dat elektriciteit geproduceerd uit zonnepanelen beter aansluit op de vraag naar elektriciteit door elektrische auto’s. Op deze manier wordt een groter gedeelte van de lokaal geproduceerde elektriciteit ook lokaal gebruikt.”

In samenwerking zit volgens Harmelink een andere uitdaging. “De sector staat op een cruciaal punt: de technologie is beschikbaar, maar de adaptatie blijft achter. Dit vraagt om een nauwere samenwerking tussen installateur, gebouweigenaar, technisch dienstverlener en kennisorganisatie en een nieuwe kijk op onder andere aanbestedingen en contracten. Ze moeten meer gezamenlijk producten gaan ontwikkelen en van elkaar weten wat er te koop is.” Samen met DGBC (Stichting Dutch Green Building Council, red.) zet Brains4Buildings de informatie die voortkomt uit onderzoek om in praktijkvoorbeelden. “De achterban van DGBC wil aan de slag met het verminderen van hun energiegebruik. De kennis die ontwikkeld is binnen het project bieden wij via een kennisplatform op de website van DGBC op een toegankelijke manier aan.”

“Wil je operational excellence bereiken, dan is een slimme, innovatie aanpak van installatieprojecten essentieel. Dit doen we door de focus te leggen op standaardisatie, prefab en het slim inrichten van de werkzaamheden met als doel zo laag mogelijke faalkosten, zo weinig mogelijk overlast voor bewoners en een soepele, efficiënte installatie voor monteurs, met veel aandacht voor ergonomie.” Aan het woord is Twan van Grinsven, operationeel directeur bij Kemkens Groep. Vanuit negen locaties in Zuid-Nederland is de technische dienstverlener actief in onder andere de woningcorporatiesector. Daarnaast voert de groep veel activiteiten uit met

betrekking tot onderhoud en service van warmteoplossingen, ventilatie tot accu-techniek.

“Woningcorporaties zoeken momenteel vooral oplossingen om energielabels te verbeteren en richten zich daarbij in het merendeel van de gevallen op isolatie en ventilatie. Af en toe investeren ze ook in warmte-oplossingen: bij grootschalige projecten, tijdens een natuurlijk ketelvervangingsmoment of wanneer een corporatie hiermee ervaring wil opdoen. Het schiet dus nog niet op. Wil je standaardiseren en prefab installaties bouwen, dan heb je grote volumes nodig. Je wil veel van hetzelfde type installaties in dezelfde type woningen na elkaar als projecten uitvoeren. Inmiddels hebben we door meerdere jaren aan de slag te gaan al een aanzienlijk aantal duurzame warmteoplossingen geïnstalleerd waardoor we een leercurve hebben doorgemaakt. Dit is nodig omdat ieder nieuw project weer nieuwe vraagstukken met zich meebrengt zoals netcongestie of specifieke bewonersvragen of -wensen. Met ervaring verkrijg je nieuwe inzichten en kun je steeds verder standaardiseren. In de vervangingscyclus willen we de hybride of all electric warmtepomp automatisch meenemen.”

Er moet veel meer naar type woningen worden gekeken zodat je kunt

standaardiseren. “TNO heeft de contingentenaanpak ontwikkeld waarbij het clusteren van gebouwen in zogeheten 'contingenten' centraal staat. Het doel hiervan is om een verduurzamingsoplossing bij alle gebouwen binnen het contingent te kunnen inzetten waardoor er geen maatwerk per woning nodig is. Zo zijn er 14 contingenten gedefinieerd met daarin een aantal subcategorieën naar gelang de binneninstallatie, netto warmtelast, het type afgiftesysteem, de benodigde elektrotechnische voorzieningen, het beschikbare vermogen in de meterkast, de ruimte voor de buitenunit, enzovoort. In een eerste stap verzamelen we alle beschikbare informatie, afkomstig van corporaties, een softwaresysteem voor vastgoed (VABI), registers van gemeentes en aansluitwaardes van netbeheerders. We bundelen deze datastromen waardoor we vrij snel een heel complex of rij woningen kunnen categoriseren en kunnen bepalen of ze geschikt zijn voor een specifiek warmteconcept. We hoeven daarvoor de bewoners niet lastig te vallen terwijl het ons ook veel tijd bespaart.”

Deze aanpak past Kemkens toe bij woningcorporaties. “Voor particulieren zijn we samen met een softwareontwikkelaar een applicatie aan het ontwikkelen waarbij een bewoner met zijn smartphone door de woning wordt geleid om een opname te doen. We kun-

nen de bewoner hierdoor laagdrempelig meer informatie geven over de impact van een nieuw warmteconcept op zijn leefruimte, we weten meteen of een warmteconcept geschikt is voor de woning en we besteden geen onnodige manuren aan een bezoek als dit niet leidt tot een daadwerkelijke plaatsing. Bij een positieve uitkomst zullen we de woning uiteraard wel bezoeken voor een kennismaking met de bewoners en een finale controle. Daarna volgt een begroting, projectplan en hopelijk ook de uitvoering. Deze aanpak leidt tot het reduceren van faalkansen terwijl we de installatie meer gestandaardiseerd kunnen uitvoeren.”

Van Grinsven gaat dieper in op de manier waarop Kemkens standaardisatie

aanpakt. “Onze hybride warmtepompen bestaan altijd uit dezelfde onderdelen ongeacht het merk en het vermogen van de warmtepomp. Bij het realiseren van een installatie leveren groothandelaars ons de componenten altijd op dezelfde manier aan. We streven ernaar om al zoveel mogelijk componenten prefab samen te stellen zodat de installatie ter plekke eenvoudiger wordt. Denk aan bigfoots die al onder de buitenunit zijn geplaatst, trillingsdempers die al zijn voorgemonteerd of een prefab aansluitset die het hydraulisch inkoppelen van een hybride warmtepomp vereenvoudigt. Er is ook minder verpakkingsmateriaal en de componenten worden meteen kant-en-klaar geleverd op een rolcontainer die de monteur meeneemt naar het installatieadres.”

Kemkens optimaliseert de inhoud van de rolcontainer continu door aan de slag te gaan met de feedback van de monteurs. “Bij een circulatiepomp ontbrak bijvoorbeeld een kabel en stekker. Die zijn nu alvast voorgemonteerd. Dankzij deze aanpak kunnen monteurs in 98 procent van de gevallen de volledige installatie uitvoeren. De laatste 2 procent zijn woningspecifiek en worden los besteld. Door meer tijd in de voorbereiding te investeren, kunnen we in de uitvoering veel tijd besparen en ergernis voorkomen.”

“Ons hoofddoel is het bieden van schaalbare, betaalbare energieoplossingen”, vervolgt Van Grinsven. “Als je schaalbaar en betaalbaar wil verduurzamen, dan moet de hele sector inclusief de overheid hetzelfde doel nastreven. Momenteel hebben we te maken met een hoge wispelturigheid in het overheidsbeleid. Fabrikanten en installateurs hebben zich een aantal jaar geleden verenigd om een hogere productiecapaciteit te creëren, mensen op te leiden, te standaardiseren en innoveren om zich voor te bereiden op de verplichting om vanaf 2026 hybride warmtepompen te installeren. Vervolgens is die verplichting van de baan.”

Er is de afgelopen jaren een leercurve tot stand gekomen bij bedrijven die voorsorteren. “Ze hebben leerfouten gemaakt en leergeld betaald, maar vervolgens stort door een beleidswijziging de markt in. Fabrikanten worden terughoudend om te investeren in nieuwe types, ergonomie en andere verbeteringen. Installateurs besteden minder tijd aan hun eigen ontwikkeling en leiden geen nieuwe mensen meer op omdat de aantallen laag zijn. Door het intrekken van de verplichting lopen we dus gevaar dat alles wat in beweging was gezet in de wachtstand terechtkomt.”

“De warmtepomp is ondanks dat er geen verplichting meer is een ontzettend goede investering”, vindt Van Grinsven. “Ik ben ervan overtuigd dat dit een belangrijke duurzame oplossing zal zijn en blijven. Maar vooraleer alles weer in een stroomversnelling komt, zijn we weer een paar jaar verder. Consequent overheidsbeleid helpt de installatiesector enorm. Ook al is het beleid niet ideaal voor iedereen, hou in elk geval een aantal jaar dezelfde koers aan zodat we in beweging kunnen blijven.”

Nog heel even geduld hebben en dan hij is er: de BEN Dual-AIR warmtepomp zonder buitenunit. Jorn van Strien, directeur van Inventum Technologies, vertelt wat deze warmtepomp anders dan anderen maakt.

De all-in-one warmtepomp voor verwarmen, koelen, ventileren en tapwaterproductie is niet uit de lucht komen vallen, vertelt CEO Jorn van Strien van Inventum Technologies. Het bedrijf in Houten staat bekend om zijn innovatie. Het is alweer 35 jaar geleden dat er furore werd gemaakt met de ventilatie warmtepomptechniek en daar is de BEN - Become Energy Neutral - een uitvloeisel van. De ventilatiewarmtepomp wordt geheel in eigen huis geproduceerd.

Bijmengen buitenlucht

Wat maakt deze warmtepomp volgens Van Strien anders dan anderen? “We zijn fan van warmtepompen zonder buitenunit. Een ventilatiewarmtepomp draagt bij aan een goed binnenklimaat. De R&D-afdeling is meer dan drie jaar bezig geweest om onze ventilatiewarmtepomptechniek verder te optimaliseren. Daar is BEN het resultaat van. We maken gebruik van

ventilatiewarmtepomptechniek waar we buitenlucht kunnen bijmengen om een hoger rendement te krijgen. Dat is uniek.”

Veel toepassingen

De BEN maakt gebruik van het natuurlijk koudemiddel propaan, heeft een fluisterstille werking en een compact formaat. Door de ‘dual source’ kan de pomp 5 kW leveren. Daarnaast kan de BEN op veel manieren worden toegepast, schetst Van Strien. “Uiteraard kan de BEN worden ingezet als all-electric warmtepomp, maar ook in een hybride opstelling. Dit kan ook door enkel gebruik te maken van buitenlucht of ventilatielucht. De binnenwarmtepomp kan eenvoudig op de boiler worden gestapeld. In deze Skid-oplossing zijn al diverse aansluitingen voorbereid.”

Breed inzetbaar

De all-in-one warmtepomp kan breed worden ingezet, zegt Van Strien. “We zitten met onze ventilatiewarmtepompen al goed in de nieuwbouwmarkt. Een bijkomend voordeel is nu dat de BEN ook kan koelen. Door het grote vermogen is de warmtepomp ook geschikt voor de renovatiemarkt; zowel projectmatig (voor corporaties en

commerciële verhuurders) als voor de particulier. In Nederland kunnen we met dit product alle kanten uit. De BEN is uitstekend inzetbaar voor grotere woningen en minder goed geïsoleerde huizen. Dat geldt ook voor de huizen van vóór 1975. Die hebben geen mechanische ventilatie, maar dat is geen enkel probleem want dan kan de BEN op enkel buitenlucht worden ingezet.”

Installatiegemak

Ook voor de installateur is er veel gemak, vertelt Van Strien. “Die heeft allereerst geen F-gassen-certificaat nodig. Verder hebben we door het plug and play-ontwerp de installatietijd een stuk ingekort. Ook hebben we het BEN-platform en een bijbehorende installateursapp die het installatieproces vergemakkelijkt. Voor het inregelen hoeft je alleen maar de QR-code te scannen en dan kan het in bedrijf stellen beginnen. Je kunt de app gebruiken voor monitoring op afstand en om onderhoud efficiënt te beheren. Het systeem kan afwijkingen in het product of in de installatie herkennen. Daar krijgt de installateur dan een melding van. Die kan daar vervolgens actie op ondernemen.”

Inmiddels zijn de veldtesten achter de rug en draait het eerste grote commerciële project met de BEN. “Niets staat straks een succesvolle lancering meer in de weg.”

Dit artikel is gesponsord door Inventum Technologies.

In het Brabantse Dongen staat al sinds 1957 dé fabriek van Coca-Cola in Nederland waar de productie van ruim 85 procent van de dranken uit het Coca-Cola portfolio voor Nederland plaatsvindt. “Duurzaamheid is al jarenlang een topprioriteit. We hebben ons als doel gesteld om de productie van de 600 miljoen liter frisdrank die we jaar-

lijks produceren te verduurzamen en om tegen 2040 klimaatneutraliteit over onze gehele keten te bereiken.” Sinds 2021 neemt de productiesite in Nederland groene elektriciteit af van een lokaal zonne- en windpark. Een volgende grote mijlpaal was om de volledige overstap te maken van gas naar elektriciteit”, begint Eva Amsterdam, Associate Director Commercial Sustainability bij CCEP. Zij was de afgelopen vier jaar duurzaamheidsmanager bij CCEP. Onlangs nam collega Julia Sprong, voorheen environmental manager in Dongen, het stokje van haar over.

“We zijn altijd op zoek naar manieren om de productieprocessen te verbeteren en te verduurzamen,” vult Sprong aan, “Een aantal jaar geleden wisten we al dat onze gasboilers op niet al te lange termijn het einde van hun levensduur zouden bereiken. Dit was voor ons een katalysator om te onderzoeken hoe we met moderne technologieën de fabriek zowel duurzaam als toekomstbestendig konden maken. We namen alle processen onder de loep en brachten samen met een externe partij de volledige warmte- en energievoorziening in kaart.”

Sprong beschrijft de metamorfose van de fabriek: “We gebruikten voorheen

aardgas om onze twee gasboilers van energie te voorzien om onze gebouwen te verwarmen en voor onze productieprocessen: het genereren van stoom voor de aseptische lijn, installatiereiniging en siroopbereiding. Tegelijkertijd genereerden onze compressoren die we onder andere gebruikten voor het blazen van de plastic flessen, veel warmte die we tot dan toe afvoerden via het dak.

Aangezien we de gasgestookte boilers zouden vervangen door twee e-boilers hebben we op dat moment ook besloten om helemaal over te gaan van een stoomnetwerk op een warmwaternetwerk. Hiervoor schaften we twee industriële warmtepompen aan. Alle grote installaties waar we eerder warmte verloren, hebben we voorzien van warmtewisselaars om de warmte te kunnen opwaarderen en terugwinnen. Via vier kilometer nieuw aangelegde RVS-leidingen stroomt de restwarmte nu richting de warmtepompen waar deze wordt opgewaardeerd tot een procestemperatuur van 90 graden. In de nieuwe situatie kunnen de twee warmtepompen die temperatuur nu zeer efficiënt leveren.”

Om de transitie van gas naar elektriciteit te vervolledigen, maakte de gasgestookte krimpoven plaats voor een elektrische variant en werden twee 20 meter hoge stratificatietanks van elk

230 kubieke meter aan het geheel toegevoegd. Deze doen dienst als een grote batterij om de vraag en het aanbod van energie te stroomlijnen.

De werkzaamheden vonden plaats zonder productiestop. Dat was volgens Sprong een behoorlijke uitdaging: “Er is daarom voor gekozen om voor de e-boilers een compleet nieuw gebouw op het terrein bij te bouwen zodat de gasboilers konden blijven draaien tot het laatste moment. Inmiddels zijn de gasboilers buiten bedrijf en is de gasaansluiting volledig afgesloten.”

Het moderniseren van een relatief oude fabriek is perfect mogelijk. Amsterdam: “Een goede voorbereiding is essentieel. We hebben diverse technologieën en scenario’s onderzocht om te komen tot de beste oplossing. Tegelijkertijd was het belangrijk om te beseffen dat door de omvang van het project het nodig is om voortdurend te anticiperen op de nieuwe situatie om het beste resultaat te kunnen bereiken.” Sprong gaat hier dieper op in. “We hebben verschillende productielijnen, elk met een eigen energiebehoefte. Zowel bij het opstarten van een lijn als bij de schoonmaakprocessen kunnen de hoeveelheid warmte en het watergebruik variëren. Maar ook zijn er variaties in de temperatuur van de retourstromen, wat invloed heeft op de efficiëntie van de warmtepompen. Het zou uiteindelijk nog comfortabeler zijn om de buffercapaciteit nog verder te verhogen zodat we het geheel nóg stabieler kunnen maken. Dit vergt een extra investering maar zal leiden tot een hogere efficiëntie.”

De elektrificatie levert in totaal nu al een reductie op van ruim 4.000 ton CO₂ per jaar.

De target is klimaatneutraliteit realiseren tegen 2040 in de gehele bedrijfsketen. Amsterdam: “Ook op andere vlakken van onze bedrijfsvoering zetten we stappen om de CO₂-uitstoot verder te verlagen. We verduurzamen niet alleen de processen in de fabriek, maar ook onze verpakkingen, het transport en

de ingrediënten in de frisdranken. De LPG-heftrucks hebben we al vervangen door elektrische exemplaren en de installatie van ledverlichting in de productiehallen wordt ook doorgevoerd. We zijn druk met het opschalen van recycling-activiteiten in en rond de fabriek, maar ook diverse besparingsmaatregelen staan op de planning zoals het aanpassen van de installaties om het verlies van foodgrade CO₂ naar de lucht te beperken. Kortom, de transitie is in beweging en we blijven verbeteren.”

Goed communiceren en samenwerken blijkt de sleutel tot het succes. Sprong: “De elektrificatie is een onderdeel van een breed gedragen duurzaamheidsvisie van het bedrijf. Verduurzamen is ingebed in de bedrijfscultuur waardoor het ook leeft onder de collega’s. En die heb je nodig om echt grote stappen te kunnen zetten. Dankzij de mensen op de vloer met veel kennis en motivatie lukt het om out of the box te denken en het verschil te maken. Daar ben ik wellicht het meest trots op. Door de verschillende disciplines in het bedrijf bij deze ambities te betrekken ontstaan innovatieve ideeën en creëer je kansen om te blijven verbeteren.” Amsterdam vult aan: “We hebben een hele transformatie doorgemaakt van binnenuit zonder dat de buitenwereld daar ook maar iets van heeft hoeven voelen of proeven. Alle frisdranken smaken nog exact hetzelfde, maar zijn wel een stap duurzamer geworden.”

“Bij heel veel woningcorporaties ligt de focus op isoleren om pas daarna de stap te zetten naar een duurzame warmtebron. Maar die volgorde is niet noodzakelijk. Het effect van isoleren op het verminderen van CO₂ en het verlagen van de energierekening wordt vaak overschat. Het effect van de overstap naar een warmtepomp wordt onderschat”, stelt Thomas Möhring.

Möhring is als adviseur duurzaamheid verantwoordelijk voor de duurzaamheidsstrategie bij woningcorporatie Parteon, dat als doel heeft om haar ongeveer 16.000 woningen (zowel eengezinswoningen als appartementen) in de Zaanstreek te verduurzamen.

“In 2017 kwamen we in contact met Marjan Minnesma van klimaatorganisatie Urgenda. Zij was al enige jaren daarvoor gestart met een initiatief om

eengezinswoningen van het aardgas te halen zonder de maandlasten van bewoners omhoog te laten gaan. Daaruit bleek dat een isolatiewaarde (Rc-waarde) van 2 tot 2,5 in de praktijk voldoende is om woningen energieneutraal te maken. Ze moedigde ons aan om sociale huurwoningen ook op die manier aan te pakken.

Zo gezegd, zo gedaan. Sinds medio 2018 hebben we al 800 woningen met energielabel C of D van het gas gehaald, zonder extra te isoleren. We vervangen de cv-ketel door een warmtepomp, radiatoren wisselen we uit voor convectoren en het leidingennetwerk wordt dikker waardoor we de woningen comfortabel warm krijgen met een goed rendement van de warmtepomp.” In een volgende stap wil Möhring deze aanpak verder perfectioneren. “In sommige gevallen kan een goedkope isolatiemaatregel bijvoorbeeld leiden tot een lagere investering in het leidingwerk of warmtepomp. We willen daarom de ideale balans vinden tussen isolatie en installatietechniek tegen een aantrekkelijke prijs met gegarandeerd wooncomfort. Daarnaast onderzoeken we hoe in eengezinswoningen met zonnepanelen de eigen opgewekte energie maximaal kan worden gebruikt door opslag van energie in een (extra) buffervat of een batterijopslagsysteem. Daarom hebben we in een aantal woningen batterijen geïnstalleerd en monitoren we de resultaten.”

Eveneens een continue puzzel is het vinden van het juiste moment om de

overstap naar gasloos te maken. “We streven naar het natuurlijke vervangingsmoment van de cv-ketel maar soms is het handig om de ketel nog langer in stand te houden of moet het vervangmoment naar voren worden gehaald. Belangrijk is in elk geval dat huurders achter de verduurzaming staan. In de 800 woningen die we inmiddels hebben aangepakt, kozen de huurders er zelf voor om over te stappen op de warmtepomp.”

“In een eerste stap ontvingen ze van ons een brief met de oproep om bij interesse om te elektrificeren contact met ons op te nemen. We nodigden hen vervolgens uit om in een modelwoning in de buurt te komen kijken hoe een warmtepompsysteem en buffervat eruitzien en aan de hand van een keukentafelgesprek legden we uit wat dit zou betekenen voor hun specifieke woning qua energierekening, leidingen, benodigde aanpassingen en elektrisch koken. Bleef het enthousiasme, dan vond een aantal maanden later de installatie plaats. Bij eengezinswoningen blijkt deze aanpak heel goed te werken.”

De uitdagingen bij appartementencomplexen zijn groter. “Het uitgangspunt is om in één periode het merendeel van de appartementen tegelijkertijd aan te pakken zodat de installatietijd, -kosten en overlast minimaal zijn. Ook hier is het essentieel de huurders te enthousiasmeren. Nog te vaak leggen woningcorporaties de focus op het financiële plaatje en de techniek en is er te weinig aandacht voor de samenwer-

king met de huurders.” Möhring geeft een voorbeeld hoe Parteon dit aanpakt.

“Vlak bij ons kantoor hebben we een appartementencomplex met veel huurders die graag willen verduurzamen en ons daarover actief benaderen. Het ketelvervangmoment komt er binnenkort aan, dus betrekken we deze actieve enthousiaste groep huurders meteen bij onze plannen zodat de communicatie zowel via ons als via hen loopt. Zij zijn als het ware ambassadeurs die de warmtepompen een warm hart toedragen, en kunnen veel sneller hun buren overtuigen om eveneens die duurzaamheidsstap te zetten.”

Een bijkomende uitdaging in appartementencomplexen is ruimtegebrek.

“Ook hiervoor bekijken we oplossingen zoals collectieve warmtepompen en warmteboilers. Er is dan wel sprake van warmteverlies, dus is het belangrijk om na te gaan of het collectieve aspect

voldoende voordelen biedt ten opzichte van het opofferen van ruimte in individuele woningen. Daarnaast zien we ook dat warmtepompfabrikanten blijven innoveren waardoor er steeds meer kleinere units op de markt komen.”

Nog een knelpunt is netcongestie. “Ook dit hoeft niet meteen te leiden tot een enorme vertraging. Bij sommige projecten hebben we batterijen geïnstalleerd van 4 kW tot 10 kW per woning die ervoor zorgen dat we binnen de bestaande netcapaciteit kunnen blijven. Vooralsnog zijn we hier niet tegen problemen aangelopen. In andere situaties hebben we warmtepompen op één fase kunnen aansluiten zodat verzwaring evenmin noodzakelijk bleek. Aanvullend hebben we in beide situaties een energiemanagementsysteem geïnstalleerd om te monitoren. En zo kunnen we voorkomen dat het systeem over de piekwaarde van de individuele aansluiting gaat.”

Parteon heeft soms meerdere woningen in eenzelfde straat in hun portfolio. “Dan is het interessant om de pieken op straatniveau te sturen zodat niet alle woningen op hetzelfde moment piekbelasting vertonen. Uiteraard gaat dit in overleg met de bewoners. Ook dit hebben we al op enkele plekken toegepast en de bewoners hebben hier zeker begrip voor. Hun woning zal niet ineens oncomfortabel aanvoelen. Veelal betekent het dat het buffervat op een ander moment zal opwarmen of de warmtepomp eerder de woning alvast verwarmd.”

“Een vervolgstap is om samen met netbeheerders te bekijken wat we op wijkniveau zouden kunnen doen. Dit is

momenteel nog niet aan de orde omdat ze vooralsnog de prioriteit leggen op het verzwaren. Dat is natuurlijk een goede zaak, maar het is eveneens belangrijk om te onderzoeken hoe we het bestaande net veel slimmer kunnen gebruiken. En dat betekent soms een decentrale aanpak. Daar wordt wat ons betreft nog te weinig aandacht aan gegeven.”

“Veel mensen hebben pv-panelen op het dak en leveren hun overaanbod terug aan het net terwijl hun buren een tekort hebben. Hier kunnen energiehubs een deel van de oplossing zijn. We zijn nu met een partij (Oranje Advies, red.) aan het kijken of we energiecoöperaties kunnen opzetten waar bewoners met elkaar energie kunnen delen. Stap één is om dit technisch en financieel op papier uit te werken. Technisch merken we dat dit wel mogelijk is, maar het is vooral een juridische en organisatorische puzzel omdat je met nieuwe contracten en tarieven wil werken die lager zijn dan het markttarief om het aantrekkelijk te maken. Toch heeft het veel potentieel. Een energiehub kan bijdragen aan het oplossen van netcongestie en wordt zeker na de afschaffing van de salderingsregeling voor de portemonnee erg interessant. Denken in lokale oplossingen doet men nog te weinig.”

“Ook moeten we met z’n allen voorkomen dat we het wiel opnieuw uitvinden”, vervolgt Möhring. “KnopOm, TNO en een aantal woningcorporaties hebben de krachten gebundeld in de zogeheten WocoWijzer om de best practices per woningtype (in combinatie met de oppervlakte, het energielabel, de afgiftesystemen en een aantal andere parameters) in kaart te brengen. Doel is dat we op diverse locaties in het land op dezelfde manier kunnen verduurzamen en daarmee schaalvoordeel kunnen behalen. Samen kunnen we sneller, slimmer en met zin voor kwaliteit verduurzamen. En dit lukt alleen als we aan de slag gaan en ervaringen delen.”

“We moeten nú richting geven, anders lopen we straks achter de feiten aan”, zegt oprichter en eigenaar Jan Pellis van energieadviesbureau Powerfolio. In hoog tempo verschijnen er meer warmtepompen, laadpunten en batterijen in woningen - die zonder coördinatie extra druk op het laagspanningsnet kunnen veroorzaken. “Met slimme aansturing kunnen diezelfde apparaten juist helpen om congestie te voorkomen. Maar dat vereist dat ze goed met elkaar kunnen communiceren.”

Pellis werkt namens zijn bedrijf Powerfolio aan projecten waarin standaardisatie, interoperabiliteit en slimme sturing centraal staan. In opdracht van ElaadNL – het kenniscentrum van de

netbeheerders voor laadinfrastructuur – en de Stichting Flexiblepower Alliance Network (FAN), dat het slimmer benutten van energie promoot en zich inzet voor open standaarden, bracht hij samen met collega Bart Smakman in kaart hoe het staat met residentiële flexibiliteit in woningen. Het bijbehorende rapport is gebaseerd op gesprekken met zestien marktpartijen, van fabrikanten en installateurs tot netbeheerders en softwareleveranciers.

Volgens Pellis is de noodzaak inmiddels zonneklaar. "Vanaf 2030 zullen naar verwachting meer dan een miljoen huishoudens direct te maken krijgen met netcongestie op het laagspanningsnet" stelt hij. "Dat is geen doemscenario, maar een realistisch vooruitzicht op basis van prognoses in de actieagenda Netcongestie. Tegelijkertijd verdwijnt de salderingsregeling per 2027, worden dynamische elektriciteitstarieven steeds gangbaarder en rekenen steeds meer leveranciers terugleverkosten. Daardoor groeit bij consumenten en installateurs steeds meer interesse in het lokaal afstemmen van opwek, opslag en verbruik. Residentiële flexibiliteit is zeer binnenkort geen niche meer, het wordt een integraal onderdeel van het energiesysteem."

De rol van netbeheerders blijft daarbij beperkt tot het faciliteren van randvoorwaarden. "Netbeheerders mogen geen batterijen plaatsen of actief de markt betreden. Maar ze kunnen wel specificeren wat een systeem moet kunnen en interoperabiliteit borgen. On-

der aanvoering van ElaadNL en FAN worden de volgende stappen gezet. Er is een kernteam dat de activiteiten regisseert waarin ook TNO en Powerfolio actief betrokken zijn. Marktpartijen worden uitgenodigd om bij te dragen aan de ontwikkeling."

Maar ondanks de toenemende belangstelling blijkt de praktijk weerbarstig. De inventarisatie van Powerfolio liet zien dat er in de markt in totaal meer dan 25 communicatieprotocollen en methoden worden gebruikt. "Een leverancier van een HEMS (Home Energy Management Systeem, red.) moet nu vaak tien of meer verschillende protocollen ondersteunen om alle apparaten in een woning aan te kunnen sturen. Dat maakt het kostbaar, foutgevoelig en lastig schaalbaar."

Daarnaast werken veel fabrikanten met eigen cloudsystemen en dat zijn vaak gesloten standaarden met poprietary protocollen. "Ja, fabrikanten richten zich logischerwijs op hun eigen ecosysteem. Maar dat leidt tot vendor lock-ins Je koopt een warmtepomp van merk A, een PV-omvormer van merk B en een thuisaccu van merk C, en ontdekt dat ze allemaal niet met elkaar communiceren. Of je ontvangt een regelkastje van je energieleverancier dat niet bruikbaar meer is als je van contract wisselt. We zijn in Nederland gewend geraakt aan het naadloos over kunnen stappen van de ene naar de andere energieleverancier, maar dat raken we kwijt als we de interoperabiliteit van HEMS niet goed regelen."

Het rapport benoemt een compacte set van kansrijke protocollen. Voor communicatie tussen externe systemen en de woning noemt Pellis API’s en OpenADR. Binnen de woning zijn Modbus, EEBUS en de in Nederland ontwikkelde standaarden OCPP en S2 volgens het onderzoek het meest logisch om te ondersteunen.

Modbus is momenteel een van de meest gebruikte communicatieprotocollen in de gebouwde omgeving, mede doordat het al decennialang bestaat en breed ondersteund wordt door fabrikanten van warmtepompen, omvormers en andere apparatuur. Die brede adoptie maakt het vrijwel onmisbaar voor compatibiliteit met bestaande installaties. Toch kleven er duidelijke beperkingen aan volgens Pellis: “Modbus is niet ontwikkeld met energieflexibiliteit in gedachten. De betekenis van datapunten verschilt per fabrikant en het

protocol biedt weinig structuur voor gestandaardiseerde aansturing. Ook op het gebied van beveiliging schiet het tekort in vergelijking met modernere protocollen.”

En het opkomende Matter-protocol? Dat is volgens Pellis interessant voor de toekomst, maar nu nog niet. Matter is oorspronkelijk ontwikkeld voor slimme domotica en wordt inmiddels ondersteund door grote partijen als Apple, Google en Amazon. Doordat Matter inzet op standaardisatie van communicatie tussen apparaten in huis, zou het ook een rol kunnen gaan spelen in de interoperabiliteit van energie-intensieve apparaten zoals laadpunten, warmtepompen en batterijen.

Volgens Pellis is er vanuit de markt een duidelijke behoefte aan richting: “Vrijwel alle partijen zeggen: kies een standaard, dan kunnen wij bouwen. Het hoeft geen juridisch afdwingbare norm te zijn, maar het gebrek aan sturing belemmert nu wel de voortgang.” Een beperkte set goed ondersteunde flexibiliteitsprotocollen zou volgens hem een eerste stap kunnen zijn op weg naar een robuust en toekomstbestendig ecosysteem.

De voorkeur gaat uit naar het standaardiseren van nieuwe apparaten, maar de bestaande installed base blijft ook belangrijk. "Nieuwe apparatuur is laaghangend fruit: daar kun je nu al de juiste protocollen inbouwen. Maar als je echt impact wilt maken, moet je ook bestaande apparaten slimmer maken. Via software-updates, retrofit-oplossin-

gen of aanvullende interfaces." Pellis licht toe dat veel van de bestaande generieke protocollen niet alle benodigde functionaliteiten ondersteunen. “Denk aan vermogen reduceren, starten en stoppen, energiebuffering of schakelen tussen energiebronnen. Generieke protocollen missen vaak de diepgang om al die functies betrouwbaar aan te sturen. Daarom is het cruciaal om toe te groeien naar protocollen die hier wél voor zijn ontworpen”. Die toekomstgerichte protocollen, zoals S2 en EEBUS, zijn specifiek ingericht op flexibele energiesturing. Het rapport benadrukt dat zowel voor meer interoperabiliteit als meer functionaliteit een overgang naar de genoemde toekomstgerichte protocollen nodig is, maar oplossingen voor bestaande apparaten mogen niet uit het oog verloren worden. Dat voorkomt onnodige desinvesteringen en ondersteunt tegelijk de lange termijn transitie naar een slimmer en stabieler laagspanningsnet.

Volgens Pellis zijn er al voldoende prikkels om aan de slag te gaan. "Dynamische contracten worden gangbaarder, terugleverkosten prikkelen het zelfverbruik en netbeheerders verkennen en testen capaciteitssturing. De businesscase is er. Wat we nu nodig hebben, is gemak en standaardisatie."

Hij verwacht dat binnen twee jaar apparaten standaard met meerdere protocollen kunnen communiceren. "Dan wordt het net als bij streamingdiensten. Je kiest niet langer óf je meedoet, maar welk systeem je gebruikt. De techniek is er, de markt wil, maar we moeten nu durven kiezen.”

Een nieuw distributiecentrum en revisiewerkplaats van Enexis in Best dreigde stil te vallen nog vóór de officiële opening. De oorzaak: een beperkt gecontracteerd vermogen en geen uitzicht op vergroting op korte termijn.

De oplossing kwam van installatiepartner Eigenenergie.net en de slimme software van Tibo Energy. Daarmee werd de netbeheerder zelf gered uit een situatie die anders funest was geweest voor de bedrijfsvoering. “Je kunt niet van start als je je vermogen niet hebt", zegt Jan Nijhuis, contractmanager facility management & vastgoed bij Enexis. Voor de organisatie was het een pijnlijk dilemma: de locatie was broodnodig vanwege groeiende opslag- en logistieke behoeften, maar de energievraag lag fors hoger dan de beschikbare capaciteit.

Geen aansluiting, geen toekomst?

De vestiging van Enexis heeft een 1.750 kVA aansluiting met slechts 74 kW gecontracteerd

vermogen. Een aansluiting die voor de vorige huurder voldeed, maar voor een groot distributiecentrum nauwelijks genoeg is om de basisvoorzieningen te draaien. Extra vermogen aanvragen was geen reële optie. De wachttijd bij de netbeheerder loopt in sommige gevallen op tot tien jaar. Voor een organisatie die juist haar supply chain wilde uitbreiden, was wachten geen alternatief. “Het was simpel”, legt Nijhuis uit. “Ook wij staan als netbeheerder gewoon in de wachtrij. Dus of we vonden een manier om binnen de grenzen van deze aansluiting te blijven, of we moesten de verhuizing uitstellen. En dat zou de groei van ons bedrijf direct afremmen.”

Vertrouwen door modellen

De oplossing kwam via installatiepartner Eigenenergie.net, die met de software van Tibo Energy verschillende scenario’s wist te simuleren. Daarbij werd gekeken hoe verschillende combinaties van zonnepanelen, batterijen, warmtepompen en laadpalen zouden uitpakken in de dagelijkse praktijk. Die modellen gaven inzicht in de mogelijkheden en de risico’s. “Dankzij de modellen zagen we meteen wat haalbaar was”, zegt Nijhuis. “Het was niet alleen technisch vertrouwen, maar ook een manier om intern draagvlak te creëren. Je kunt immers aan collega’s en bestuur laten zien: zo werkt het, zo blijft het binnen de contractgrenzen.”

Van simulatie naar realiteit

Op het dak van het pand kwamen zonnepanelen en op het parkeerterrein werden twee batterijen geplaatst. De verdeelkast werd bewust zwaar-

der uitgevoerd en er werden extra mantelbuizen gelegd, zodat in de toekomst eenvoudig opgeschaald kan worden. Het geheel wordt aangestuurd door een Energy Management System (EMS) van Tibo Energy. Dat systeem zorgt ervoor dat vraag en aanbod continu in balans blijven. Piekbelastingen worden automatisch afgevlakt en het contractvermogen wordt niet overschreden. Het EMS kijkt daarbij vooruit met voorspellingen op basis van weersdata, verbruiksprofielen en energieprijzen. “De afrekening met onze energieleverancier is aanzienlijk lager”, zegt Nijhuis. “We gebruiken meer van onze eigen zonne-energie en voorkomen boetes door overschrijding van het gecontracteerd vermogen. Het systeem zorgt dat we grip hebben op kosten én op capaciteit.”

Flexibiliteit als bouwsteen

Een opvallend aspect van dit project is de manier waarop vooruitdenken centraal stond. Al bij de bouw is rekening gehouden met toekomstige uitbreiding. De verdeelkast kan een verdubbeling van PV en batterijen aan en ook de infrastructuur voor laadpalen is voorbereid. Paul Daanen, betrokken bij de uitvoering, licht toe: “Dit is een voorbeeld dat laat zien dat investeren in flexibiliteit loont. Kleine keuzes aan de voorkant besparen later grote kosten en beperkingen. Je voorkomt dat je over een paar jaar weer moet slopen of opnieuw moet investeren. Voor ons hoort daar eerlijk advies bij en bouwen met oog voor de toekomst.”

Meer dan een standaard EMS Wat dit project onderscheidt, is de voorspellende kracht van de software. Klassieke, rule-based systemen reageren pas op het moment zelf: als de batterij leeg is, wordt geladen en als het verbruik stijgt, wordt ontladen. Maar voor Enexis, die niet mag terugleveren, is dat te laat. Daanen: “Met een standaard EMS red je het hier niet. Je hebt voorspellende sturing nodig die dagen vooruit kan kijken. In ons portaal zien we niet alleen wat er nu gebeurt, maar ook wat we de komende dagen kunnen verwachten. Dat maakt het verschil tussen brandjes blussen en echt plannen.”

Betekenis voor de sector

Deze case laat zien dat lokaal optimaliseren een krachtig alternatief is voor jaren wachten op netverzwaring. Bedrijven die anders zouden moeten pauzeren of uitbreidingsplannen in de ijskast zetten, kunnen dankzij slimme sturing gewoon doorgaan.

De impact gaat verder dan één locatie. Door pieken te dempen en binnen het contractvermogen te blijven, wordt ook het regionale net verlicht. In een tijd waarin netcongestie steeds meer bedrijven raakt, is dat een belangrijk signaal. Dit project laat zien dat lokaal optimaliseren niet alleen direct werkt voor de gebruiker, maar tegelijk ook het net ontlast. Jan Nijhuis besluit: “Normaal moeten bedrijven jaren wachten, maar dit laat zien dat het ook anders kan.”

Dit artikel is gesponsord door Eigenenergie.net en Tibo Energy.

Handelsstraat 19

8630 Veurne, België

Tel. +32 (0)58 330033 www.duco.eu

DUCO Ventilation & Sun Control is een 100 % Belgische fabrikant van innovatieve ventilatie- en zonweringsystemen, gevestigd in Veurne. Sinds 1991 zijn we uitgegroeid tot een belangrijke speler op de Europese markt voor natuurlijke ventilatie- en zonweringssystemen. We bieden doordachte totaaloplossingen die gezondheid, comfort en energie-efficiëntie combineren. Ons uitgebreid gamma omvat raamventilatie, mechanische ventilatie, WTW-ventilatie, natuurlijke koeling en zonwering - allemaal ontworpen om de binnenluchtkwaliteit te verbeteren en de koellast te verminderen. Door voortdurend te innoveren leveren we oplossingen op maat voor woningen, kantoren, scholen, datacenters, hotels en zorginstellingen. DUCO staat voor optimale binnenluchtkwaliteit voor iedereen, zowel bij nieuwbouw als renovaties.

Odenseweg 8

9723 HA Groningen

Tel. +31(0)50 547 0400 www.klimaatgroepholland.nl

Klimaatgroep Holland is dé specialist in duurzame klimaattechniek. Door heel het land zorgen onze klimaatsystemen voor voldoende zuurstof, schone lucht, aangename warmte en comfortabele koelte.

Onze klimaatinstallaties worden modulair en op maat ontworpen, zodat uw oplossing volledig afgestemd is op uw eisen en wensen. We zetten onze kennis en ervaring dagelijks in om scholen, retail, kantoren, zalen en verschillende industrieën op een energiezuinige wijze te voorzien van een aangenaam, betrouwbaar en gezond binnenklimaat. Op de Vakbeurs Energie presenteren wij ons unieke scholenconcept: een oplossing voor klimaatbeheersing die in samenwerking met het onderwijs is ontwikkeld

Poortweg 6 2612 PA Delft

Tel. +31(0)15 25 74 420 www.vitec-vabi.com

Vitec Vabi is een onafhankelijk softwarebedrijf met meer dan 50 jaar ervaring en ondersteunt vastgoedprofessionals bij ruim 2.000 klanten in voornamelijk Nederland Al decennialang leveren wij betrouwbare softwareoplossingen op het gebied van comfort en duurzaamheid. Onze oplossingen helpen de vastgoedsector om gebouwen energiezuinig, comfortabel, leefbaar, toekomstbestendig en waardevast te maken.

Vitec Vabi faciliteert de gehele vastgoedketen: van eigenaren en beheerders tot adviesbureaus en ingenieurs. Om onze klanten te ondersteunen bij het behalen van de doelen van Parijs 2050 bieden wij een integraal softwareplatform voor energieprestatieberekeningen, energieadviezen en gebouwsimulaties

Een lucht-water hybride warmtepomp zonder buitenunit die is ontworpen voor de zolder van een Nederlandse woning met beperkte buitenruimte. Dat is de Interion van ATAG. Deze warmtepomp werkt samen met alle merken cv-ketels, maar is specifiek afgestemd op de nieuwe ATAG iQ cv-ketel. Hiermee krijg je een slimme en compacte combinatie.

De ATAG Interion is de eerste lucht/ water hybride warmtepomp zonder buitenunit die volledig vanuit de binnenwoning werkt. Geen aanpassingen in de meterkast, geen ruimteproblemen. Gewoon op zolder, bij de cv-ketel. Daarmee is dit apparaat helemaal afgestemd op vooral een Nederlandse rijwoning, waar ruimte en praktische uitvoerbaarheid regelmatig een uitdaging kan zijn.

Op zolder is logisch

Dankzij het compacte en geïntegreerde ontwerp in combinatie met de cv-ketel is de installatie van de ATAG Interion overzichtelijk en bespaar je ruimte.

Er is geen 3-fasenaansluiting nodig en er hoeven geen extra groepen in de meterkast aangelegd te worden. De ATAG Interion kun je op een standaard 230V-aansluiting zetten, zonder extra groep. En het installeren veroorzaakt minimale overlast voor bewoners.

Snel en gemakkelijk

Dit heeft een aantal voordelen voor de installateur. Dankzij Af-fabriek ingestelde parameters, die een snelle inbedrijfstelling garanderen, ben je snel klaar met installeren. Hiermee bespaar je werktijd en worden faalkansen een stuk kleiner.

Een tweede voordeel is volgens ATAG dat je nauwelijks tot geen buitenwerk buitenwerk meer hebt. Het grootste deel van de installatietijd voer je gewoon binnen uit bij de cv-ketel.

Dit maakt het onderhoud ook een stuk gemakkelijker en sneller in de toekomst. Bovendien is dit apparaat toekomstbestendig doordat het geschikt is voor duurzame vervolgstappen: met deze warmtepomp ben je volledig voorbereid op hybride én all-electric.

Introductie op de VSK

De Interion is geschikt voor alle Nederlandse woningen waar geen plek voor een buitenunit is. ATAG wil hiermee een nieuwe standaard zetten voor compacte warmtepomptechnologie. De introductie zal plaatsvinden in februari 2026 op de VSK. Daarna is de Interion uiterlijk vier maanden later beschikbaar voor de markt.

Dit artikel is gesponsord door ATAG.

Na de energiecrisis van 2022 werd het verschil in betaalbaarheid van de energierekening tussen eigenaren van koopwoningen en huurders groter. TNO deed onderzoek naar energiearmoede en zag dat tweederde van de 550.000 huishoudens in energiearmoede een woning huurt. Deze huishoudens hebben te maken met een laag inkomen in combinatie met een hoge energierekening of een woning van een slechte energetische kwaliteit.

Renee Snoek is mede-initiatiefnemer van KnopOm en werkte in het verleden als adviseur voor meerdere woningcorporaties. Hier zag ze dat verschillende woningcorporaties appartementencomplexen in bezit hadden uit hetzelfde bouwjaar en soms zelfs

naast elkaar. Per corporatie werd individueel geadviseerd over de mogelijkheden tot verduurzaming, terwijl deze complexen op dezelfde manier verduurzaamd kunnen worden. Snoek: “Ik dacht ‘dat moet anders kunnen’. Zoveel huurders wachten op een verduurzaamde en verbeterde woning en zien de rekening almaar stijgen, maar de verbetering vertraagt doordat elke corporatie zelf het wiel uitvindt."

De overheid doet veel voor mensen in energiearmoede, vertelt haar collega Corriene van Eck. “Er is een noodfonds, er zijn energiecoaches en energiefixers, maar het ontbreekt aan structurele verbetermaatregelen. De woningen met energielabels E, F of G worden in lijn met de Nationale Prestatieafspraken verbeterd. Maar veel van de 550.000 huishoudens in energiearmoede wonen in woningen met een Cof D-label. Deze staan nog niet op de lijst bij woningcorporaties om verbeterd te worden.”

Om energiearmoede aan te pakken, is het volgens Van Eck in de eerste plaats belangrijk om de woningen waar het om gaat te identificeren. KnopOm noemt deze stap Scan & Plan. Van Eck: “Hiervoor gebruiken we de energiearmoedescan. TNO combineert data van woningcorporaties met CBS-data, waarmee we op basis van inkomens-, verbruiks- en woningdata, corporaties inzicht geven in waar de problemen echt zitten. Niet op wijkniveau,

maar op blokniveau: groepjes van tien woningen.” Daarnaast is het betrekken van bewoners bij het bestrijden van energiearmoede erg belangrijk, zegt Van Eck. “Er worden miljoenen gestoken in plannen voor warmtenetten die uiteindelijk niet doorgaan omdat bewoners afhaken. We zien dat keer op keer. Daarom beginnen wij met de mensen. En dan gaat het erom bewoners de regie te geven, zodat ze echt mee kunnen denken en meedoen.”

De volgende stap is slimmer kosten reduceren door vergelijkbare woningen gebundeld te verduurzamen. Van Eck: “Er zijn in Nederland 279 woningcorporaties die allemaal dezelfde berekeningen maken. Het is veel beter om bewezen oplossingen te koppelen aan woningtypologie.” KnopOm werkt samen met TNO om de contingententool te verbeteren. Met deze tool worden woningen op basis van 120 gebouwkenmerken gematcht met bewezen passende verduurzamingsconcepten, legt Van Eck uit. “Daarmee draaien we het proces om. In plaats van voor elke woning een oplossing te bedenken, beginnen we bij bewezen oplossingen en zoeken we daar de passende woningen bij. Daarmee besparen we enorm veel proceskosten en creëren we volumevoordelen.”

“Een voorbeeld daarvan is de Warme Flat", legt Snoek uit. “In dit concept wordt de installatie in een container op het dak van de flat geplaatst. Daarin

Hoe bouw je duurzamer

én

blijf je concurrerend?
Dat wil ik weten.

Zeker in de energietransitie. Zeker in de energietransitie.

Bouwbedrijven spelen een cruciale rol in de energietransitie. Zowel in je eigen bedrijf als bij de projecten die jullie doen, zijn er eindeloos veel knoppen om aan te draaien. Maar waarmee maak je het snelste de meeste impact? Wat moet je nu doen, wat kan wachten? En hoe word je duurzamer én blijf je concurrerend? Om de antwoorden op dit soort vragen te vinden, kun je nu terecht bij ENTRA, het nieuwe platform van VMN media. Met heldere business cases, praktische tools en inspirerende verhalen helpen wij je vooruit. Zodat jij jouw doelen behaalt zonder in te leveren op kwaliteit en rendement. Precies wat je nodig hebt. Zeker in de energietransitie.

Ook meer zekerheid in de energietransitie? Wees slim, check entra.nl.

komt de collectieve hybride of all-electric installatie, met individuele afleversets per woning. Zo wordt feitelijk een mini-warmtenet in één pand gemaakt. De woningen zijn zo ook voorbereid op een warmtenet, mochten daarvoor de plannen in de toekomst concreet worden. Op meerdere plekken is al bewezen dat deze installatie werkt, in Utrecht bij woningcorporatie BoEx en in Alkmaar bij woningcorporatie Woonwaard.”

Het gaat soms mis in het aanbestedingsproces voor duurzame renovaties, zegt Snoek. “De eisen moeten heel duidelijk worden vastgelegd in het programma van eisen. Dus schrijf als woningcorporatie heel duidelijk voor aan welke doelstellingen het concept moet voldoen. Bijvoorbeeld 50 procent CO2-reductie en 10 procent besparen

ten opzichte van de huidige gasprijs. Je geeft installatiebedrijven dan wel de vrijheid over de in te zetten middelen, maar de beoogde doelstellingen zijn duidelijk.”

Bij KnopOm zien ze dat het werken met standaardconcepten per woningtype een interessante businesscase is voor installatiebedrijven. Van Eck: “Als je met een goed concept komt, kun je snel grote volumes realiseren. Met de contingententool vinden we in één klik op de knop woningen waar jij dit concept kunt uitrollen.” Ze legt uit dat dit een goede prikkel is om een slim innovatieproces te organiseren met bewezen concepten, die je zo ook steeds goedkoper kunt gaan leveren. “Zo kom je voorbij de pilotfase en creëer je schaal.”

Omdat wet- en regelgeving op het gebied van energie vaak wijzigt, anticipeert KnopOm door no regret-maatregelen te nemen en flexibel te zijn, zegt Snoek. “In het concept van de Warme Flat is bijvoorbeeld ruimte voor een batterij opgenomen, zodat als de salderingsregeling wegvalt er slim gestuurd kan worden op pieken in vraag en aanbod. Daarnaast is de installatie met de afleversets warmtenet-ready, zodat het gebouw in de toekomst makkelijk aangesloten kan worden.” Dat vraagt van installateurs wel dat zij meedenken op systeemniveau. Van Eck: “Het gaat niet alleen om een warmtepomp of PV-installatie. Het gaat om hoe die past in een wijkvisie, een toekomstscenario, en hoe

je flexibel blijft in veranderend beleid.”

Deze manier van werken leidt tot andere inzichten en meer pragmatische routes. Zo wordt in sommige projecten bewust gekozen om minder te isoleren en meer te investeren in installatietechniek, zegt Van Eck. “Het project Opgewekt Wonen van woningcorporatie Parteon laat zien dat het soms niet nodig is om perfect te isoleren. Zo leer je om aan de knoppen te draaien tot je de oplossing krijgt die het meeste impact maakt en het beste is voor de bewoners.” Volgens KnopOm is dit geen pleidooi tegen isoleren, maar wel een oproep om minder dogmatisch te kijken. Snoek: “Als je op CO₂-reductie, kosten en comfort stuurt, kun je soms met minder maatregelen meer bereiken. Voor installateurs liggen hier kansen. De installatiekant wordt belangrijker. Als je laat zien dat jouw systeem bijdraagt aan lagere woonlasten en binnen de randvoorwaarden van de corporatie past, heb je een sterke propositie.”

Snoek adviseert installatiebedrijven goed te kijken naar de woningvoorraad. “Techneuten hebben voor alles een oplossing. Ook als de oplossing minder geschikt is voor een bepaald type woning. Als je je als installateur nou focust op een woningtype waar jij een passende oplossing voor hebt, kun je je daarin specialiseren, voorbij de pilotfase schaal maken én laat je de TNO contingententool duizenden identieke lievelingswoningen voor je vinden.”

Toen het kabinet in 2023 aankondigde dat Nederland in 2030 maar liefst 4 GW aan elektrolyse-capaciteit voor groene waterstof wilde realiseren – en in 2040 zelfs 8 GW – klonk dat als een krachtige stap richting een duurzame toekomst. Nu, amper twee jaar later, is het beeld een stuk soberder. “De ambities zijn op papier groot, maar in de praktijk komt het nog niet of amper van de grond”, stelt Jaco Stremler, hoofd van de sector Klimaat, Lucht en Energie bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Een en ander blijkt uit het eerder dit jaar verschenen PBL-rapport Groene waterstof: de praktische uitdagingen tussen droom en werkelijkheid.

Volgens Stremler was het al bij de presentatie van de plannen duidelijk dat de ambitieuze doelen moeilijk haalbaar zouden zijn. “Er is onvoldoende nagedacht over het realiteitsgehalte van die ambities”, zegt hij. “Een elektrolyse-

park van 200 MW is nu al een reuzenstap, terwijl we straks naar 4 GW zouden moeten.”

Het PBL-rapport signaleert dat de ontwikkeling van groene waterstof kampt met een klassieke ketenuitdaging: productie, infrastructuur én vraag moeten tegelijkertijd op gang komen. Dat lukt alleen als er gecoördineerd beleid komt, en juist dat is wat tot nu toe ontbreekt. “Iedere schakel in de keten wacht op de andere”, vat Stremler samen. “En dan gebeurt er dus niets.”

Toch is er volgens het PBL geen alternatief. “Als we serieus werk willen maken van klimaatneutraliteit, hebben we groene waterstof nodig”, benadrukt Stremler. Waterstof is namelijk essentieel voor de verduurzaming van industrie, luchtvaart en scheepvaart, sectoren die niet volledig te elektrificeren zijn of tegen een hele hoge prijs. “In onze trajectverkenning naar een klimaatneutraal Nederland in 2050 laten we zien hoe je schaarse elektronen, warmte, koolstof én waterstof zo kunt inzetten dat je een klimaatneutraal energiesysteem krijgt. De koolstof en waterstof halen we nu uit de fossiele koolwaterstoffen olie, kolen en aardgas. In een klimaatneutraal energiesysteem komt de koolstof uit biobrandstoffen en plastic recycling en de waterstof uit de elektrolyse van water met behulp van hernieuwbare elektriciteit.”

Maar juist die cruciale rol blijkt lastig in te vullen. “De techniek om waterstof te produceren via elektrolyse is de meest logische manier om waterstof grootschalig te produceren, en deze

techniek is nog volop in ontwikkeling. Het aantal operationele elektrolysers in de wereld is nog heel beperkt”, zegt Stremler. “Er zijn veel plannen, maar investeringsbeslissingen blijven uit.”

Een groot probleem is de economische haalbaarheid. Groene waterstof is momenteel vijf tot zes keer duurder dan grijze waterstof, de variant die wordt gemaakt uit aardgas zonder CO₂-opslag. “En zolang er geen verplichting of stimulans is om die duurdere groene waterstof af te nemen, kiezen bedrijven voor de goedkoopste optie”, stelt Stremler.

Aan de aanbodzijde is de benodigde hernieuwbare energie uit wind op zee onzeker. “De ontwikkeling van nieuwe offshore windparken loopt vertraging op, onder andere omdat er te weinig afnamezekerheid is. Als je als producent je elektriciteit niet kwijt kunt, investeer je niet in nieuwe zeewindparken. Bovendien zijn windturbines steeds duurder om te produceren, vanwege materiaalschaarste en krapte op de arbeidsmarkt.”

Waterstofproductie op zee zou die afnamezekerheid kunnen bieden, maar daarvoor is opnieuw infrastructuur en beleid nodig. “Er zijn in de huidige fase van ontwikkeling forse subsidies nodig om de businesscase sluitend te maken, en alle schakels in de keten moeten goed op elkaar worden afgestemd”, aldus Stremler.

Eén van de weinige projecten die wel van de grond komt, is Shells elektroly-

ser van 200 MW in Rotterdam. “Maar dat project lukt alleen, omdat Shell ook zelf op locatie gebruikt”, zegt Stremler. “De keten is als het ware volledig intern geregeld. Dat kan bij raffinaderijen maar is geen schaalbaar model voor alle marktsegmenten.”

Volgens Stremler is het zaak dat de overheid niet alleen een ambitie formuleert, maar ook concreet beleid voert in alle schakels van de keten. “Dat betekent: zorgen voor voldoende rendabele wind op zee, ondersteuning bij de bouw van elektrolysers, aanleg van infrastructuur én het creëren van voldoende vraag door bijvoorbeeld verplichtingen of subsidies.”

Een belangrijk voorstel uit het PBL-rapport is om op Europees niveau in te zetten op ‘vraagcreatie’. “Regel bijvoorbeeld dat auto’s in Europa gemaakt moeten zijn van groen staal, dat is geproduceerd met behulp van groene waterstof. Dan ontstaat er vanzelf vraag, en dus ook aanbod”.

Daarbij moet Europa dan wel werk maken van eerlijke concurrentie met bedrijven van buiten Europa. Dat gaat verder dan het handhaven van het Europese CO₂-emissiehandelssysteem, al bena-

drukt Stremler het belang hiervan. Maar er is meer nodig. “We willen duurzaam geproduceerde producten, maar als we tegelijk goedkopere producten uit China blijven importeren die niet aan die duurzame eisen voldoen, ondermijnen we onze eigen industrie. Daar zijn dus slimme grensmaatregelen voor nodig. Overigens zie ik wel goede aanknopingspunten op dit vlak in de Clean Industrial Deal die de Europese Commissie in februari presenteerde. Maar die moet nog uitgewerkt worden, onder andere in een Industrial Decarbonisation Accelerator Act.”

Ook in Nederland is meer regie nodig. “Op dit moment ontbreekt een samenhangend plan”, stelt Stremler. “Er zijn allerlei beleidsdocumenten – van een Nationaal Plan Energiesysteem tot het Klimaatplan van minister Hermans –maar dat zijn vooral visiedocumenten. Wat ontbreekt, zijn concrete beleidsmaatregelen waarmee je investeringen aanjaagt om de plannen ook werkelijkheid te laten worden.” Wel ziet Stremler wat beweging. “De overheid heeft 2,1 miljard euro uit het Klimaatfonds vrijgemaakt voor productiesubsidies voor groene waterstof en 662 miljoen euro voor vraagsubsidies. Ook is de ongunstige correctiefactor voor raffinaderijen geschrapt, zodat het voor hen aantrekkelijker wordt om te investeren in elektrolyse.” Stremler doelt op de Europese regels die brandstofleveranciers verplichten om hernieuwbare waterstof te leveren aan de mobiliteitssector.

Een van de routes om dat te bereiken is de zogeheten raffinageroute, waarbij raffinaderijen in het productieproces van transportbrandstoffen, zoals benzine en diesel, hernieuwbare waterstof gebruiken. Het kabinet wilde echter dat niet volledig waarderen en kwam

met een correctiefactor van 0,4. Dit voorjaar is die factor op 1,0 gezet, wat betekent dat dit gebruik even zwaar meetelt voor Europese verplichtingen als direct gebruik in vervoer. Dit alles helpt zeker, stelt Stremler, maar is nog niet genoeg: “Het gaat om èn- èn-èn: ambitieuze, maar ook haalbare doelen; vraagcreatie; en het met consistent en langjarig beleid op gang brengen van de hele keten van productie, infrastructuur en gebruik.”

De verleiding is groot om als ‘tussenoplossing’ in te zetten op blauwe waterstof, geproduceerd uit aardgas met CO₂-opslag. Stremler stelt dat blauwe waterstof een aanvullende rol kan spelen in de energietransitie, mits de CO₂-afvangpercentages hoog zijn en de methaanverliezen bij de winning en het transport van aardgas laag. Maar hij geeft ook een waarschuwing mee. “Blauwe waterstof kan helpen om snel volumes te realiseren, maar het risico is dat we daarin blijven hangen. Daarom is het verstandig om van tevoren duidelijk af te spreken wanneer en hoe je blauwe waterstof weer uitfaseert. En denk goed na over het gebruik van schaarse CO₂-opslagcapaciteit: die heb je vooral ook nodig voor negatieve emissies op een later moment.”

Een laatste bottleneck is de beschikbaarheid van grondstoffen voor elektrolysers, zoals iridium. Stremler erkent dat dit een zorgpunt is, maar is tegelijkertijd optimistisch: “We zien ook dat schaarste innovatie stimuleert. Net als bij batterijen zullen er alternatieven worden ontwikkeld. Daarnaast kunnen circulariteitsstrategieën helpen om de vraag naar schaarse grondstoffen te beperken.”

Toch wijst hij erop dat grondstoffenschaarste nieuwe afhankelijkheden kan creëren. “Als we de meeste grondstoffen van buiten Europa moeten halen, ruilen we energie-afhankelijkheid in voor grondstof-afhankelijkheid. Ook dat vergt een goede strategie” De conclusie van Stremler is helder: “Wil je groene waterstof echt opschalen, dan moet je dat in samenhang doen. Niet alleen op nationaal niveau, maar ook Europees. Niet alleen voor het klimaat, maar ook met het oog op onze concurrentiepositie en geopolitieke onafhankelijkheid.”

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer:11:15 - 12:15 uur

Wat: In 2015 werd in Parijs wereldwijd de koers uitgezet richting een duurzame toekomst. Inmiddels zijn we tien jaar onderweg en is de energietransitie in Nederland in volle gang –met pieken, dalen en waardevolle lessen. Tijdens deze sessie van Smart Energy NL blikken we terug op wat we bereikt hebben, maar kijken we vooral vooruit: Hebben we de doelen voor 2030 en 2050 in zicht? Waar lopen we vast, welke keuzes zijn nu bepalend om de komende 5 jaren in de stroomversnelling te komen? Hoe versnellen we elektrificatie, tackelen we knelpunten en schalen we systeemintegratie op? Kom luisteren, want dit is het moment om bij te tanken met kennis om gezamenlijk in de komende cruciale jaren de energietransitie in de volgende versnelling te zetten.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 12:30 - 14:00 uur

Wat: TVVL gaat in dit programma o.l.v. John Lens in op de volgende vraagstukken: Wat betekent netcongestie op straatniveau of zelfs binnenshuis? Hoe ver zijn we met accusystemen en vermogenselektronica? En welke rol speelt de installateur in de nieuwe energie-infrastructuur?

Waar: Bosch Foyer, Bosch 2

Wanneer: 13:45 - 17:00 uur

Wat: De energietransitie vraagt om innovatieve oplossingen die niet alleen duurzaam, maar ook betrouwbaar en toekomstbestendig zijn. Tijdens deze DC Summit nemen toonaangevende experts u in één middag mee in de actuele stand van zaken rond gelijkspanning (DC) – van technologische doorbraken en praktische toepassingen tot veiligheid, normering en marktacceptatie Onder leiding van Henry Lootens (Stichting Gelijkspanning) wordt u in deze middag bijgepraat door diverse experts.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 14:15 - 15:45 uur

Wat: Wat kun je nú al doen om voorbereid te zijn op de uitdagingen van morgen? De energietransitie en de groeiende elektrificatie van mobiliteit stellen bedrijventerreinen voor nieuwe uitdagingen én kansen. Het Programma Verduurzaming Bedrijventerreinen en ElaadNL nemen u mee in de laatste inzichten en innovaties om een aantal geleerde lessen te delen. Zo werkt ElaadNL aan het groeiprogramma Charging Energy Hubs, wat zich richt op de koppeling tussen lokaal energie delen, slimme data en laadinfrastructuur. Zij zullen aan de hand

van de verschillende uitdagingen schetsen, hoe de transitie naar een elektrisch vervoer vorm krijgt. In dit project staan slimme samenwerking tussen publieke en private partijen centraal. PVB Nederland neemt je hier verder in mee. Aan de hand van innovatieve concepten en praktijkvoorbeelden vindt er vervolgens een panelgesprek plaats, waarin het publiek actief deelneemt. Zo wordt duidelijk hoe bedrijventerreinen zich kunnen ontwikkelen tot toekomstbestendige, duurzame knooppunten. Dit programma biedt ondernemers, terreinbeheerders en beleidsmakers concrete handvatten om gezamenlijk te werken aan een robuust, duurzaam en toekomstbestendig bedrijventerrein.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 16:00 - 16:45 uur

Wat: De uitreiking van de jaarlijkse Energie Innovatie Award | Energiebesparing kan altijd slimmer! Vakbeurs Energie is ook dit jaar weer op zoek gegaan naar het meest innovatieve concept of product dat energie bespaart en Nederland helpt verduurzamen. Wie gaat er naar huis met de Innovative Energy Solution Award 2025? Drie genomineerden pitchen hun concept of product waarna een vakjury onder leiding van zonne-energiespecialist Mark Meijer het meest vernieuwende idee aanwijst als winnaar.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 2

Wanneer: 14:00 - 17:00 uur

Wat: Hoe maken we het energienet toekomstbestendig - en wel-

ke rol spelen startups in deze transitie? Tijdens dit event verkennen we hoe tech-ondernemers bijdragen aan nieuwe slimme energietoepassingen, flexibele -oplossingen en de digitale aansturing van het net. Met inspirerende praktijkverhalen van startups, scherpe paneldiscussie en concrete marktuitdagingen, brengen we technologie en energiebeheer samen. Sluit aan, denk mee en verbind je met pioniers die vandaag bouwen aan het energiesysteem van morgen. Wat kan u verwachten: Inzicht in actuele uitdagingen rond netcongestie en energieflexibiliteit; Inspiratie van startups die slimme software, data en/of hardware inzetten voor energiemanagement; Kansen om samen te werken aan concrete toepassingen in het energiesysteem van morgen; Netwerk met andere techstarters, investeerders, energiebedrijven en beleidsmakers; Praktische handvatten om jouw technologie, platform of idee in te zetten binnen de energietransitie.

Waar: Hal 7, startpunt stand St. Gelijkspanning 7.B085 (DC District )

Wanneer: 11:00 - 12:15 uur

Wat: Ontdek in slechts 5 kwartier de toekomst van energie tijdens een begeleide tour over de beursvloer van Vakbeurs Energie. Startend in het DC District neemt Henry Lootens van Stichting Gelijkspanning dagelijks 20 professionals mee langs toonaangevende exposanten die de nieuwste toepassingen en oplossingen op het gebied van DC (gelijkspanning) presenteren. Deze tour biedt compacte en heldere inzichten – van 15 minuten per exposanten stop – in hoe gelijkspanning bijdraagt aan een efficiënter, veiliger en duurzamer energiesysteem – van gebouwen en industrie tot mobiliteit en energiedistributie. Tijdens de tour bezoeken we dagelijks steeds 5 exposanten die actief zijn in DC-systemen, waaronder producenten van DC-laadinfra, microgrids, omvormers en intelligente regeltechniek. Henry Lootens bevraagt bij elke stand de exposant en biedt zo context en legt de link met praktijktoepassingen, standaardisatie en toekomstige regelgeving. De tour is gericht op installatiebedrijven, adviseurs, projectontwikkelaars en energieprofessionals die in korte tijd de essentie van gelijkspanning willen begrijpen én direct toepasbare kennis willen opdoen. Je vindt de haltestops op de website vakbeursenergie.nl

Waar: Hal 7, Centrale terras

Wanneer: 11:15 - 12:40 uur

Wat: In een rondleiding langs een aantal standhouders informeren we jou in korte tijd over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van duurzame klimaattechnologie. Experts vertellen jou alles over de actuele ontwikkelingen. Ben je als technisch professional actief bij of voor een installatiebedrijf, adviesbureau, projectontwikkelaar, gemeente, corporatie, vastgoedbedrijf, architectenbureau of bouwbedrijf? Dan mag je deze Innovatieroute niet missen! Halteplaatsen: o.a. Panasonic, Inventum, Rockwool, NIBE Energietechniek en Renson.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 2

Wanneer: 09:30 - 12:30 uur

Wat: Tijdens dit klantevent bespreken we de vraag: "Wat drijft jóu om in duurzaamheid te investeren? Ben je een weldoener, gedreven door maatschappelijke impact en toekomstgerichtheid? Of ben je een verdiener, scherp op kansen, rendement en economisch groei? Die zelfkennis maakt je bewuster van de kansen en risico’s van verduurzamen. Wat kun je verwachten? Inspirerende ondernemersverhalen van Euser Transport en Bultena Verhuur (bouw) passeren de revue en ABN Amro branche-experts, zoalsBart Banning (sector banker transport en logistiek), Albert Jan Swart (sector econoom) en Leontien de Waal (sector banker bouw), delen actuele inzichten en praten je bij over trends en ontwikkelingen in jouw sector.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 11:00 - 11:45 uur

Wat: Op weg naar zero emission mobiliteit is voor 'light electric vehicles' (LEV) nog steeds een belangrijke rol weggelegd. Denk aan stedelijke logistiek, last-mile personenvervoer en deelmobiliteit. Maar de groei van dit type mobiliteit brengt - naast kansen en oplossingen - ook uitdagingen met zich mee. Hoe gaan we om met de toelating ervan op de openbare weg? Welke faciliteiten zijn nodig om de groei in goede banen te leiden? Hoe delen verschillende typen voertuigen op een veilige manier de openbare ruimte met andere weggebruikers? Vaak gaan technologische ontwikkelingen sneller dan wet- en regelgeving. En ook als de kaders er wél zijn, kunnen marktontwikkelingen onwenselijke effecten hebben. Een tijdige, goede dialoog en samenwerking tussen de verschillende stakeholders is onontbeerlijk. Met de Piet Kruijt Award zetten wij ieder jaar een persoon in het zonnetje die veel heeft betekend voor LEV in Nederland. Iemand op wie, daarnaast, de termen volhardend, visionair, verbindend én impactvol van toepassing zijn.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 12:00 - 13:00 uur

Wat: Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) streeft naar een emissievrije bouwsector, waarbij ondersteuning en innovatie centraal staan. We hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt met emissieloze bouwmachines en slimme laadoplossingen.

Koplopers hebben laten zien dat emissieloos bouwen haalbaar is. De uitdaging is nu om deze initiatieven breder te trekken en toegankelijk te maken voor de hele sector. Deze sessie biedt een platform voor discussie en inspiratie, waarbij praktijkvoorbeelden centraal staan. Hoe kunnen we ervaringen uit het veld gebruiken om slimmer te laden? Wat zijn de voordelen en uitdagingen van het implementeren van laadpleinen voor bouwmaterieel en de logistiek? Hoe kunnen we de veiligheid waarborgen bij het gebruik van emissieloze bouwmachines en laadoplossingen? Sprekers uit de praktijk vertellen hoe zij met zulke vragen omgaan, en waar de kansen voor SEB liggen.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 12:00 - 13:00 uur

Wat: Na jaren van voorbereiding gaat de vrachtwagenheffing medio 2026 echt van start. Net als in landen om ons heen betalen eigenaren van vrachtwagens dan een bedrag per gereden kilometer, op de snelwegen, een aantal N-wegen en enkele gemeentelijke wegen. RDW voert de heffing uit en vertelt in deze sessie alles over wat dit voor u betekent. Hoe gaat het bijhouden van gereden kilometers? Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat vertelt alles over de bedragen. Hoe kunt u zelf berekenen wat u moet gaan betalen? Ook hoort u welke subsidies u kunt aanvragen voor verduurzaming en innovatie. Zijn er subsidies voor elektrische vrachtwagens en laadpalen? En zijn er ook subsidies voor waterstof-vrachtwagens? Tot slot hoort u een verhaal uit de praktijk over hoe verladers zich kunnen voorbereiden op de komst van de vrachtwagenheffing.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 3

Wanneer: 12:30 - 14:30 uur

Wat: Ervaar hoe Learning Communities studenten, experts en professionals succesvol samenbrengen rond waterstofveiligheid. In deze interactieve sessie analyseer je een reële veiligheidscasus uit het HyUSE-project met bewezen co-creatie methodologieën. Onder begeleiding van Prof. Dr. Fokko Mulder en veiligheidsexperts uit de regio Rotterdam ontdek je hoe complexe technologie toegankelijk wordt gemaakt. Van gezamenlijke analyse tot concrete onderzoeksvragen - ervaar hoe gelijkwaardig leren daadwerkelijk functioneert. Praktijkgerichte aanpak die direct toepasbaar is in je eigen werkomgeving.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 15:00 - 16:00 uur

Wat: In Nederland zijn er momenteel ruim 20 tankstations voor waterstof en ook het aantal voertuigen neemt gestaag toe, vooral in het zwaar vervoer, de bouw en het grondverzet. Mede vanwege de stikstofproblematiek en de strenge emissie-eisen die gelden voor werkzaamheden die stikstof uitstoten, is waterstof een

interessante optie. Maar hoeveel voertuigen zijn beschikbaar en hoe bevalt het werken ermee? Een andere interessante sector is de binnen- en kustvaart. Welke ontwikkelingen zien we daar? En hoeveel schepen varen er eigenlijk al op waterstof? In dit programma o.l.v. Jörg Gigler, Topsector Energie, bespreken we Subsidieregeling SWIM – wegtransport en tankstations. En kijken we wat Transport over Water kan leren van de business case en ervaringen met waterstof in wegtransport.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 11:00 - 12:30 uur

Wat: Versnelde oplossingen voor complexe bouwuitdagingen: prefab, modulair en industrieel bouwen. De bouwsector staat voor grote maatschappelijke uitdagingen: woningnood, verduurzaming, personeelstekorten en strengere regelgeving. Hoe kunnen we sneller, slimmer en duurzamer bouwen en renoveren? Tijdens deze sessie duiken we in de wereld van prefab, modulair en industrieel bouwen - innovatieve methoden die niet alleen processen versnellen, maar ook bijdragen aan betere kwaliteit, lagere faalkosten en een kleinere ecologische voetafdruk. We bespreken de nieuwste technologische ontwikkelingen én laten zien hoe prefabricage concreet bijdraagt aan het oplossen van actuele vraagstukken. Ook belichten we de impact op het ontwerp- en bouwproces, samenwerking in de keten en het veranderende speelveld voor opdrachtgevers en uitvoerders. Laat je inspireren door praktijkvoorbeelden en inzichten van koplopers in de sector.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 11:00 - 11:30 uur

Wat: NL is in de EU één van de koplopers qua arbeidsproductiviteit in de bouwsector, maar we zijn zeker niet de beste. Veel hangt af van hoe goed we zijn in digitalisering. Op sommige aspecten zijn we koploper maar op andere zitten we nog in het peloton. Nederland is in Europa één van de landen met de hoogste arbeidsproductiviteit in de sector. Wat zijn de onderliggende factoren daarvoor en waarin kunnen we nog beter worden? Wat doen de buren goed en wij nog niet zo goed? En waar zitten we al op onze top en kunnen niet meer verder groeien. En waarom is groei van arbeidsproductiviteit eigenlijk zo belangrijk? Wat kan NL doen? Goed zijn is mooi, maar beter worden is nog leuker.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 12:00 - 12:30 uur

Wat: Welke keuzes heeft Van Wijnen Smart Structure 1 gemaakt om met name grip op de kwaliteitscontrole te krijgen? Welke stappen hebben wij hierin gezet? Wat heeft de inzet en het gebruik van MES-software ons aan resultaten gebracht?

Waar: Terras Hal 1 & Bosch Foyer, Bosch 3

Wanneer: 12:00 - 21:00 uur

Wat: Focus op de bouwprocesmanager; eindpresentaties (in-

tern). De verkenning van de rol van de bouwprocesmanager wordt in kleine groepjes vanuit zowel leergang 11 reguliere BPM als incompany Groothuis Bouwgroep gepresenteerd.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 12:45 - 13:30 uur

Wat: Hoe realiseer je 179 woningen met 322 houten modules? Project Pasteur in Haarlem is één van de grootste modulaire houtbouwprojecten van Nederland. In deze sessie deelt Finch Buildings-architect Jasmijn Rothuizen inzichten en lessen uit de praktijk. Aan de hand van deze grootschalige casus staan we stil bij de uitdagingen én kansen van bouwen met prefab houtmodules. Wat vraagt het van ontwerp, planning en samenwerking? En wat betekent dit voor toekomstbestendig en circulair bouwen? In deze sessie laten we zien hoe wij houtbouw haalbaar maken. We nemen je mee in ons proces, de samenwerkingen en de business case. Ons leergeld? Ook dat bespreken we. Na afloop van de sessie heb je niet alleen waardevolle inzichten, maar ook concrete best practices om bij te dragen aan de transitie naar een duurzame en circulaire bouwsector.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 13:00 - 13:30 uur

Wat: De Groot Vroomshoop is een bedrijf met een gezonde ambitie die perfect aansluit op de huidige maatschappelijke behoeften. De continue vraag naar hoogwaardige prefab houten bouwconcepten brengt de nodige uitdagingen voor de werkvoorbereiding met zich mee. Meerdere digitaliserende partijen zijn ingeschakeld om vanuit een digitale optiek optimalisaties in de engineering te vinden én waar gewenst door te voeren. Een goed uitgedacht audittraject resulteerde bijvoorbeeld in een haalbaar stappenplan om de engineering van de scharnierkappen te automatiseren. Denk hierbij aan het data technisch eenduidig vastleggen van bouwonderdelen en het automatiseren van engineeringsprocessen met als resultaat direct gevalideerde eenduidige 3D brondata. Die data wordt steeds meer ingezet om diverse andere systemen en robots direct te voeden. En zoals u waarschijnlijk weet, dat is voor een geautomatiseerd productieproces hout en goud waard!

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 13:45 - 14:45 uur

Wat: De druk op de bouwsector neemt toe: meer bouwen, sneller en met minder middelen. Efficiëntie is daarbij geen luxe, maar een noodzaak. In deze sessie ontdek je hoe prefabricage een sleutelrol speelt in het verhogen van efficiency binnen bouw- en renovatieprojecten. Door slim gebruik te maken van gestandaardiseerde, vooraf gefabriceerde elementen kunnen faalkosten omlaag, bouwtijden korter en processen voorspelbaarder worden. We gaan in op concrete strategieën om verspilling te minimaliseren, doorlooptijden te verkorten en samenwerking te optimaliseren. Innovatie staat centraal: van digitale werkmethoden tot geautomatiseerde productie en nieuwe vormen van ketensamenwerking. Tijdens deze sessie zal ook de Prefab Efficiency Award 2025 worden uitgereikt. Wie wordt de opvolger van BIM4production en heeft de beste innovatie op het gebied van efficiency.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 14:00 - 14:30 uur

Wat: Tijdens deze sessie ga je mee in de échte praktijk van digitalisering in een prefab betonfabriek: wat werkt, wat tegenvalt en waarom het uiteindelijk toch de moeite meer dan waard is. Hij vertelt openhartig over de spanningen tussen dagelijkse productie en digitale vernieuwing, en het belang van draagvlak op de werkvloer. Ook benadrukt hij hoe samenwerken met de juiste digitaliseringspartners helpt om valkuilen te vermijden en tempo te maken. Met concrete voorbeelden laat hij zien hoe stapsgewijze digitalisering leidt tot meer efficiëntie, inzicht en leverbetrouwbaarheid – en hoe volhouden uiteindelijk leidt tot een wendbare fabriek, klaar voor de toekomst.

Waar: Hal 1, Podium Prefab Wanneer: 15:00 - 15:45 uur Wat: In de bouw werken we steeds vaker in seriematige productie. Dat biedt kansen: waar elk gebouw "vroeger" een protoype was, zien we nu het effect van het deze aanpak. We bouwen sneller, flexibeler, losmaakbaar en kunnen afvalstromen beter beheersen. Heel veel van de technische advisering kunnen we kwijt in het seriematige ontwerp, zo'n 80% van de brandveiligheid, akoestiek of duurzaamheid. Toch is een deel van de technische advisering project- of locatiespecifiek: omdat die te maken heeft met geluidbelasting, zon-oriëntatie of bijvoorbeeld bereikbaarheid voor de brandweer. Die 20% leggen we in deze sessie onder het vergrootglas. Kijkt u mee?

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 15:00 - 15:30 uur

Wat: Als aannemer/architect bepaal je de koers: ga je voor de laagste prijs, of kies je voor samenwerking en kwaliteit? Door vroegtijdig met een partner duidelijke, repeterende details te ontwerpen, versnel je het tekenproces aanzienlijk. Minder variatie betekent minder afstemming, minder fouten en snellere goedkeuringen. Dit zorgt niet alleen voor efficiëntie in de engineeringfase, maar maakt ook industriële productie – zoals robotisering – beter mogelijk. Een slimme ontwerpfase legt zo de basis voor een soepel en betrouwbaar bouwproces. Kiezen voor kwaliteit in het ontwerp is kiezen voor rust, snelheid én resultaat.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 10:30 - 11:30 uur

Wat: Industrial Heat & Power is een beursvloer vol technieken om energie te besparen in de industrie, maar bij welke eindgebruikers zijn deze technieken al toegepast? Dagelijks starten we de dag met een tweetal klantverhalen, onder leiding van moderator Rogier Elshout.

Hybride stroom op industriële schaal, door Atlas Copco Rental: Ontdek hoe een combinatie van Stage V-aggregaten en batterijmodules tijdens een onderhoudsstop van een grote industriële site zorgde voor een betrouwbare energievoorziening. Slim load management liet de aggregaten alleen draaien wanneer nodig, waardoor brandstofverbruik en CO₂-uitstoot gereduceerd werden. De installatie leverde 24/7 stabiele, stille en efficiënte energie, zelfs bij piekbelasting. In deze sessie delen we graag de praktische aanpak, resultaten en inzichten van BAYERNOIL, inclusief hoe real-time monitoring en

hybride energieoplossingen fluctuaties opvangen en zorgen voor de optimale belasting van aggregaten. Verwacht concrete handvatten om hybride energie efficiënt in te zetten, zowel bij tijdelijke projecten als structureel binnen kritieke bedrijfsprocessen.

Netcongestie probleem Aalberts Surface Technologies Eindhoven, door Heijmans: De Nederlandse industrie staat voor een dubbele uitdaging: verduurzamen én groeien, terwijl het elektriciteitsnet steeds vaker op slot zit door netcongestie. Aalberts Surface Technologies in Eindhoven liep hiertegenaan bij de introductie van de energie-intensieve Hot Isostatic Pressing (HIP). Wachttijden tot 2026 voor extra netcapaciteit dreigden de uitbreiding te belemmeren. Heijmans bood de uitweg met peak shaving: een grootschalige accu die piekbelasting opvangt en zo bedrijfszekerheid garandeert. De lessen zijn helder. Vooruitdenken is cruciaal om ruimte te houden voor groei. Slimme alternatieven zoals energieopslag bieden directe oplossingen waar netverzwaring geen optie is. En tot slot: onafhankelijkheid van de netbeheerder wordt steeds belangrijker voor continuïteit en concurrentiekracht. Het project bij Aalberts laat zien dat samenwerking en innovatie de sleutel zijn om de uitdagingen van vandaag om te buigen naar kansen voor morgen.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 10:30 - 11:30 uur

Wat: Wat was het meest inspirerende industriële verduurzamingsproject van het jaar? Industrial Heat & Power gaat jaarlijks op zoek naar het meest inspirerende en vernieuwende industriële verduurzamingsproject van het jaar! Welk project binnen de industrie geldt als beste voorbeeld, en helpt energie te besparen, en de industrie - en dus Nederland - te verduurzamen. En wat was de lef-factor, welke complexiteit is overwonnen? De 3 finalisten pitchen hun industriële project waarna een vakjury onder leiding van Olof van der Gaag het meest inspirerende project aanwijst als winnaar. De 2025 genomineerden zijn (in alfabetische volgorde):

1. Project Moon; Ausnutria Heerenveen

2. Elektrificatie met warmteopslag bij PepsiCo Netherlands B.V.; Eneco B.V. en Liander

3. Saint- Gobain's Hybrid Furnace Project; Saint-Gobain Isover Nederland

Op 7 oktober horen we wie er naar huis gaat met de Sustainable Project Award 2025!

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 13:15 - 14:45 uur

Wat: Dankzij convenanten en besparingsverplichtingen is de doelmatigheid van ons energiegebruik al fors verminderd de afgelopen 35 jaar. En er ligt nog een behoorlijk interessant en onbenut potentieel in het verschiet. Dat is ook nodig om de klimaatdoelstellingen in 2030 te halen, om de fors gestegen en stijgende energie- en klimaatkosten het hoofd te kunnen bieden en de concurrentiekracht en toekomstbestendigheid van de industrie veilig te stellen. Om van zo’n 30 naar 50 procent energiebesparing te komen moeten nieuwe technologieën toegepast worden, met een verschuiving van utilities naar proces geïntegreerde oplossingen. Dat is complexer, onzekerder en risicovoller. Reden voor FME (maakindustrie) en VEMW (energie eindgebruikers) om een meerjarig programma op te zetten, VIBE - 2030: Versnelling industriële Besparing 2030. Het programma richt zich op toepassings- en oplossingsgerichte technologie, met nadrukkelijk ook combinaties van technologieën. Combinaties die kopieerbaar en schaalbaar zijn. En naast procestechnologie ook datagenerering (energiemeters) en verwerking tot kennis en nieuwe inzichten door digitalisering, toepassing AI, en het afstemmen van energiemanagementsystemen in assetmanagement en procesbesturing. In deze sessie wordt o.a. besproken: Welke mogelijkheden, verplichtingen en nieuwe inzichten zijn er (technologie, kosten, realisatie, e.d.)? Wat gaat de aanpak van VIBE - 2030 daarin betekenen? Hoe pak ik een besparingsproject aan en kom ik tot de ‘juiste’ keuzes? Wat kan ik leren van bedrijven in mijn of andere bedrijfstakken die al stappen hebben gezet?

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 15:00 - 16:30 uur

Wat: April dit jaar opende de subsidie voor flexibel elektriciteitsverbruik (Flex-e regeling). Bedrijven die niet kunnen elektrificeren vanwege netcongestie, kunnen subsidie krijgen voor een flexscan. Ook kunnen ze subsidie krijgen voor een haalbaarheidsstudie en zelfs voor het uitvoeren van flexibiliteitsmaatregelen. Tijdens Industrial Heat & Power 2025 geven we inzicht in de regeling en delen we voorbeelden van flex achter de meter. Je krijgt inzicht in de huidige stand van zaken rondom netcongestie. Je krijgt een overzicht van maatregelen achter de elektriciteitsmeter die netcongestie voorkomen. We laten een praktijkvoorbeeld zien van een bedrijf dat al maatregelen heeft getroffen om zijn energieverbruik te verlagen en verbruikspieken af te vlakken.

Hans Smid, vice president Digital Energy bij Schneider Electric, ziet retrofit van bestaande gebouwen als dé sleutel tot het halen van de klimaatdoelen. Met grid-interactieve oplossingen kunnen gebouwen tot 85 procent CO2 besparen én de netcongestie helpen oplossen.

Hans Smid opent het gesprek vanuit zijn kantoor. "Vijftig procent van de gebouwen die er in 2050 zijn, bestaat nu al," . Als vice president Digital Energy voor Nederland en België ziet hij dagelijks de uitdagingen waar de gebouwde omgeving voor staat. "Als je dan bedenkt dat gebouwen verantwoordelijk zijn voor 37 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot, wordt duidelijk dat de opgave enorm is."Die uitstoot zit hem vooral in het gebruik van gebouwen. Zeventig procent van de CO2-uitstoot komt uit de operationele fase - het dagelijkse energieverbruik. De overige dertig procent zit in materialen, transport en bouw. Daarom is retrofit zo interessant: je bespaart niet alleen op operationele uitstoot, maar vermijdt ook de embodied carbon van nieuwbouw."

Drie stappen naar verduurzaming

Schneider Electric onderscheidt drie retrofitstrategieën, elk met eigen voor- en nadelen. "Light interventions kunnen al 45 procent CO2-besparing opleveren", legt Smid uit. "Denk aan slim-

me gebouwbeheersystemen die voorkomen dat de airco en verwarming tegen elkaar in werken. Mensen kunnen gewoon blijven werken, de terugverdientijd is kort."

Bij medium retrofits ga je verder. "Dan voeg je elektrisch laden toe, plaats je zonnepanelen, een batterij. Meestal moet je ook de elektrische infrastructuur aanpassen. Dit is de sweet spot tussen investering en opbrengst, met tot 85 procent CO2-reductie mogelijk." Deep renovations zijn het meest ingrijpend. "Mensen moeten tijdelijk elders werken, de terugverdientijd is langer, maar je bereikt wel maximale CO2reductie van 85 procent of meer."

Van consument naar prosument

Het concept van grid-interactieve gebouwen staat centraal in Schneider Electrics visie. "Vroeger was een gebouw een passieve consument van energie", schetst Smid. "Nu worden gebouwen prosumenten - ze consumeren én produceren energie. Maar belangrijker nog: ze communiceren met het netwerk om energie te gebruiken op de beste momenten."

Dit heeft concrete voordelen. "'s Nachts is energie goedkoper én schoner. Een grid-interactief gebouw kan dan bijvoorbeeld elektrische auto's laden of installaties laten draaien. Overdag, bij piekbelasting, reduceert het gebouw juist zijn verbruik. Zo vlak je de pieken af en dat is precies wat ons overbelaste netwerk nodig heeft."

Elektrificatie als fundament

In het geheel van verduurzaming speelt elektrificatie een fundamentele rol. "Elektrificatie van gebouwsystemen is essentieel in onze retrofitstrategieën," benadrukt Smid. "Elektriciteit is

de schoonste vorm van energie. Of het nu gaat om verwarming, koeling of ventilatie - all-electric gebouwen zijn de toekomst."De integratie gaat veel verder dan alleen installeren. "Met onze gebouwautomatisering kun je alle systemen slim aansturen. Gebruik maken van gunstige energietarieven, inspelen op de beschikbaarheid van duurzame energie, loadbalancing tussen verschillende installaties. Dat maakt het verschil tussen een gewone installatie en een echt intelligent systeem dat bijdraagt aan netstabiliteit."

Nuchtere kijk op transitie

Hoewel Schneider Electric vooral een business-to-business merk is, zijn hun oplossingen overal. "Tachtig procent van de Zuidas draait op Schneider-technologie", illustreert Smid. "We zitten in ziekenhuizen met noodstroomsystemen, bij Schiphol met microgrids voor vliegtuigstroom, in datacenters. Overal eigenlijk, maar je ziet ons niet omdat we via partners werken." Die bescheidenheid past bij Smids nuchtere kijk op de energietransitie. "Ik ben ervan overtuigd dat heel veel problemen opgelost kunnen worden met technologie die er al lang is. We kijken te vaak naar de toekomst, naar wat nog ontwikkeld moet worden. Maar er is al zoveel beschikbaarwe moeten het gewoon slim gaan inzetten."

Praktische demonstraties op Vakbeurs Energie

Tijdens Vakbeurs Energie geeft Smid dagelijks keynotes over grid-interactieve gebouwen in

het Praktijktheater Integrated Solutions (iedere beursdag van 15:25-15:55 uur in het praktijktheater in hal 7). "De essentie is dat gebouwen en het elektriciteitsnet beter moeten samenwerken. Alleen zo kunnen we de netcongestie oplossen én klimaatdoelen halen." "Ik laat zien hoe gebouwen niet alleen efficiënter kunnen worden, maar ook actief kunnen bijdragen aan netstabiliteit", licht Smid toe. "Door slim gebruik te maken van flexibiliteit in energieverbruik, opslag en eigen opwekking, kunnen gebouwen vraag en aanbod balanceren. Dat is de toekomst waar we naartoe moeten."

Concrete oplossingen bij de stand

Bij stand 7.C086 demonstreert Schneider Electric gebouw- en energiebeheersystemen, laadoplossingen, microgrids en elektrische distributiesystemen. "Iedereen is van harte welkom om onze stand te bezoeken en in gesprek te gaan met onze experts, de innovatieve hardware hands-on te beleven en directe kennis op te doen die je vandaag nog kunt toepassen. We laten zien hoe je stapsgewijs van een traditioneel gebouw naar een net-zero gebouw gaat." Voor installateurs zijn er praktische demo's van de nieuwste systemen: "We demonstreren hoe onze EcoStruxure-platform verschillende installaties verbindt en optimaliseert. Van slimme schakelkasten tot complete gebouwbeheersystemen. Alles draait om integratie en het creëren van meerwaarde door systemen slim te laten samenwerken."

Dit artikel is gesponsord door Schneider Electric.

Waar: Hertog Foyer, Hertog 3

Wanneer: 10:00 - 12:00 uur

Wat: Besloten bijeenkomst

Waar: Bosch Foyer, Bosch 2

Wanneer: 10:00 - 12:00 uur

Wat: Tijdens deze keynote ontdek je de vijf IoT-trends die de sector nu al vooruitstuwen: van beheer op afstand en slimmer energieverbruik tot veilige microgrids en toekomstbestendig netbeheer.

Daarnaast krijg je een inkijk in de praktijkervaringen met connected warmtepompen. Wat levert monitoring op afstand op in tijden van personeelsschaarste? Hoe ver is de techniek inmiddels? En welke uitdagingen rond privacy vragen nog om oplossingen? Een sessie vol actuele inzichten en praktijkvoorbeelden die je niet wilt missen als je voorop wilt lopen in de energietransitie. Uiteraard is er ruimte om vragen te stellen en in te gaan op specifieke uitdagingen uit de praktijk.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 1

Wanneer: 10:15 - 11:30 uur

Wat: Werk jij dagelijks met energielabels en NTA 8800? Dan mag je deze sessie niet missen. Drie softwareleveranciers laten zien hoe hun oplossing jou helpt om sneller, slimmer en efficienter te werken. Elke partij krijgt 15 minuten om zijn tool te

presenteren en een live demo te geven, zodat je een goed beeld krijgt van de mogelijkheden in de praktijk. Na de demo’s volgt een paneldiscussie waarin je vragen kunt stellen en ervaringen kunt uitwisselen met de sprekers. Dit is jouw kans om direct te vergelijken, inzichten op te doen en te ontdekken welke software het beste past bij jouw werkzaamheden.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 10:30 - 11:15 uur

Wat: Met inzicht in je energieverbruik kun je ruimte scheppen en congestie voorkomen. Wil je een uitgebreid overzicht van de ruimte binnen je elektriciteitsaansluiting? En ben je op zoek naar concrete adviezen om meer ruimte te realiseren? Daarvoor is de NetruimteScan ontwikkeld. Deze scan is een gezamenlijk initiatief van Techniek Nederland, MKB-Nederland, VNO/ NCW en Stichting BespaarGarant. Met de scan zijn al veel ondernemers geholpen. Eerdere NetruimteScans toonden aan dat de pieken in de elektriciteitsvraag eenvoudig met minimaal 30% verlaagd kunnen worden. Dat schept ruimte om te ondernemen!

Waar: Bosch Foyer, Bosch 1

Wanneer: 11:00 - 13:00 uur

Wat: De energietransitie is dé revolutie van de nieuwe generatie. We staan aan de vooravond van een tijdperk waarin technologie en innovatie ons helpen om op een andere manier te leven en te werken. Of je nu geïnteresseerd bent in techniek, duurzaamheid, ondernemen of simpelweg een betere wereld wilt, de

energietransitie biedt ongekende kansen. Dit is jouw kans om in te stappen in de voorhoede van verandering, om te ontdekken hoe jij deel kunt uitmaken van deze beweging en om de impact te maken op jouw manier. Tijdens onze presentatie nemen we je mee in de nieuwste innovaties, de slimste oplossingen en de meest inspirerende verhalen uit de energiewereld. Geen ver-vanje-bed-show, dit is iets wat jou direct aangaat, herkenbare dingen die je thuis ook hebt of op de beursvloer kunt voelen. In onze interactieve sessie mag je vragen stellen en ga je ons helpen met het zoeken naar de beste manier om stroom te gaan gebruiken als het aanwezig is. We hebben hiervoor producten van de beursvloer nodig waarmee jij een begin kunt maken in de zoektocht naar de nieuwe wereld. De toekomst is in jullie handen dus kom en laat je een uurtje inspireren.

Waar: Hal 7, Centrale terras

Wanneer: 11:15 - 12:40 uur

Wat: In een rondleiding langs een aantal standhouders informeren we jou in korte tijd over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van duurzame klimaattechnologie. Experts vertellen jou alles over de actuele ontwikkelingen. Ben je als technisch professional actief bij of voor een installatiebedrijf, adviesbureau, projectontwikkelaar, gemeente, corporatie, vastgoedbedrijf, architectenbureau of bouwbedrijf? Dan mag je deze Innovatieroute niet missen! Halteplaatsen: o.a. Panasonic, Inventum, Renson en NIBE Energietechniek.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 11:30 - 12:30 uur

Wat: De energie-eisen in de bouw- en installatiesector worden de komende jaren aanzienlijk strenger. Denk aan energielabel A-0, een aangescherpte MPG en aanvullende duurzaamheidsnormen. Maar wat betekent dit concreet voor jouw dagelijkse praktijk als ontwikkelaar, gebouweigenaar, adviseur of leverancier? In dit panelgesprek bespreken experts de impact op de hele keten: van vastgoedontwikkeling en beheer tot adviesdiensten, materiaalproducenten en installatietechniek. Wat verandert er precies, welke gevolgen heeft dat en hoe kun je hierop inspelen? Neem deel aan het gesprek en krijg inzicht in wat deze nieuwe normen betekenen voor jouw projecten en organisatie.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 1

Wanneer: 11:30 - 12:30 uur

Wat: Wil je in korte tijd volledig bijgepraat worden over de belangrijkste ontwikkelingen in de sector? In drie updates van 20 minuten nemen experts je mee in de actualiteit: de voortgang van CSRD, de laatste stand van zaken rond wet- en regelgeving en de uitdagingen en oplossingen op het gebied van Flex-e en

netcongestie. Deze sessie geeft je in één uur een helder overzicht van wat er speelt en wat dit betekent voor jouw praktijk.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 1

Wanneer: 12:30 - 13:00 uur

Wat: Besloten bijeenkomst

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 13:00 - 14:30 uur

Wat: Toekomstbestendig bouwen vraagt om samenwerking, actuele kennis én inzicht in regelgeving. We behandelen de regelgeving rondom F-gassen, de pandemie bestendigheid van een gezond binnenklimaat en de mogelijke rol van waterstof in de energietransitie. Samen met onze kennispartners duiken we in de nieuwste wettelijke en technologische ontwikkelingen. Programma o.l.v. dagvoorzitter Harm Valk; Samen met: Aklima, Bosch, Carrier, Nieman Raadgevende Adviseurs, Orange Climate, Remeha en Systemair. TVVL gaat in dit programma in op: F-gassen revisie, Fit for 55 (EED, ERD en Eco Design) en Milieu Impact Gebouwen. RePowerEU vraagt om keuzes. Wat wordt de rol van waterstof? Een goed gebouw levert een topprestatie op Energie, en op comfort en gezondheid.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 1

Wanneer: 13:00 - 14:30 uur

Wat: Besloten bijeenkomst

Waar: Hertog Foyer, Hertog 3

Wanneer: 14:00 - 16:00 uur

Wat: De Nederlandse industrie staat onder druk. Netcongestie en torenhoge energieprijzen remmen de groei en verduurzaming van industriële bedrijven. Maar er is een oplossing binnen handbereik: energieopslag. Of het nu gaat om elektriciteit, warmte of moleculen – slimme opslagoplossingen helpen om het bestaande netaansluitingen efficiënter te benutten en maken energieprijzen beter voorspelbaar. Dit biedt de industrie meer ruimte om te groeien, te innoveren en te verduurzamen.Tijdens Energy Storage Day 2025 duiken we dieper in de cruciale rol van energieopslag voor de industrie. Lidbedrijven van brancheorganisatie Energy Storage NL nemen u mee in de nieuwste technologische ontwikkelingen en delen praktijkervaringen en oplossingen die nú al toepasbaar zijn, met 3 blokken over Warmteopslag, Moleculeopslag en Electriciteitsopslag. Het programma start met de keynote door Theo Henrar (FME): ‘De huidige situatie in de Nederlandse industrie’.

Waar: Hal 7, DC Tour - startpunt stand St. Gelijkspanning

7.B085 (DC District)

Wanneer: 14:00 - 15:15 uur

Wat: Ontdek in slechts 5 kwartier de toekomst van energie tijdens een begeleide tour over de beursvloer van Vakbeurs

Energie. Startend in het DC District neemt Henry Lootens van Stichting Gelijkspanning dagelijks 20 professionals mee langs toonaangevende exposanten die de nieuwste toepassingen en oplossingen op het gebied van DC (gelijkspanning) presenteren. Deze tour biedt compacte en heldere inzichten –van 15 minuten per exposanten stop – in hoe gelijkspanning bijdraagt aan een efficiënter, veiliger en duurzamer energiesysteem – van gebouwen en industrie tot mobiliteit en energiedistributie. Tijdens de tour bezoeken we dagelijks steeds 5 exposanten die actief zijn in DC-systemen, waaronder producenten van DC-laadinfra, microgrids, omvormers en intelligente regeltechniek. Henry Lootens bevraagt bij elke stand de exposant en biedt zo context en legt de link met praktijktoepassingen, standaardisatie en toekomstige regelgeving. De tour is gericht op installatiebedrijven, adviseurs, projectontwikkelaars en energieprofessionals die in korte tijd de essentie van gelijkspanning willen begrijpen én direct toepasbare kennis willen opdoen. Je vindt de haltestops op de website vakbeursenergie.nl

Waar: hal 7, Centrale terras

Wanneer: 14:00 - 15:20 uur

Wat: In een rondleiding langs een aantal standhouders informeren we jou in korte tijd over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van duurzame klimaattechnologie. Experts vertellen jou alles over de actuele ontwikkelingen. Ben je als technisch professional actief bij of voor een installatie-

bedrijf, adviesbureau, projectontwikkelaar, gemeente, corporatie, vastgoedbedrijf, architectenbureau of bouwbedrijf? Dan mag je deze Innovatieroute niet missen! Halteplaatsen: o.a. Panasonic, Rockwool en NIBE Energietechniek.

Waar: hal 3, Podium Energie

Wanneer: 15:00 - 16:00 uur

Wat: Op meer dan 10 plekken in Nederland wordt de toepassing van waterstof gedemonstreerd. Dat gebeurt in woningen en appartementen en in straten met woningen uit het begin van de vorige eeuw (jaren ‘20/’30) en uit de jaren ’50 en ‘60. Ook wordt in hele wijken en dorpen onderzoek gedaan om over te stappen naar waterstof. De verwarmingsketels die daarvoor nodig zijn worden al op de markt gebracht. Maar er is ook nog veel onzekerheid. Hoe gaan fabrikanten hiermee om? Hoe bereiden zij zich voor op de eventuele komst van waterstof? En hoe bevalt dat eigenlijk om waterstof in je woning, straat of wijk te hebben? Dit programma wordt gehost door Jörg Gigler (Topsector Energie).

Waar: Start tour bij entree Bosch 1, Bosch Foyer

Wanneer: 15:00 - 16:00 uur

Wat: Besloten bijeenkomst

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 09:00 - 10:00 uur

Wat: Vanaf 01-01-2026 stopt het HBE-systeem. In de plaats daarvan komen ERE’s; Emissie Reductie Eenheden. In de sessie “HBE wordt ERE. Wat betekent dit voor eTrucks?” doet HBE / ERE expert Robert Gunsing alles uit de doeken over de op stapel staande veranderingen rondom HBE’s / ERE’s. Wat waren HBE’s ook alweer? Wat gaat er veranderen? Wat gaan de prijzen van HBE doen?

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 09:00 - 10:00 uur

Wat: Regelingen als aanZET of SPRILA zijn vaak wel bekend bij wegtransportbedrijven. Maar wist je dat er ook subsidieregelingen zijn die vaak gemist worden. Bijvoorbeeld provinciale subsidies of de Energie InvesteringsAftrek. In deze sessie nemen Sira Incentive en het RVO je mee in alle subsidies beschikbaar voor eTrucks. Aan bod komen: AanZET 2025 en 2026, vooruitblik; SPRILA, hoe en wat?; EIA, een concrete casus toegelicht; Welke regionale regelingen zijn er?

Waar: Hertog Foyer, Hertog 2

Wanneer: 09:30 - 12:15 uur

Wat: Vanaf 1 januari 2030 moeten alle nieuw aangeschafte

reinigingsvoertuigen 100% emissievrij zijn. Vanwege de grote variëteit en diversiteit in organisatievormen, operationele omstandigheden en soorten reinigingsvoertuigen is dit voor de reinigingssector een behoorlijke uitdaging. De reinigingssector kent weinig standaardvoertuigen. Daardoor is de aanbodzijde lastig in beweging te krijgen en als emissievrije voertuigen al beschikbaar zijn dan heeft de inzet ervan nogal wat consequenties voor de planning en operationele inzet. En ook hier speelt netcongestie. Maar er liggen ook nog beter te benutten kansen, b.v. op het gebied van netcongestie en Europese subsidie. De praktijksessie wordt georganiseerd vanuit het ‘Convenant Duurzame Reinigingsvoertuigen’. Na het bijwonen van deze sessie heeft u inzicht in de vorderingen van en specifieke uitdagingen voor de reinigingssector bij het realiseren van een 100% emissievrije vloot van reinigingsvoertuigen en in de nog onvoldoende benutte mogelijkheden bij netcongestie en het aanvragen van Europese subsidie voor verduurzaming van de reinigingssector.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 12:30 - 13:15 uur

Wat: Netcongestie is een uitdaging die zich de laatste jaren snel heeft gemanifesteerd. Het ziet er niet naar uit dat die uitdagingen de aankomende jaren het hoofd kunnen worden geboden. Toch zijn de netbeheerders keihard aan het werk om de netten te verzwaren. In deze sessie vertelt Barth de Klerk, directeur operatie en transitie Netbeheer Nederland wat de stand van zaken is wat betreft het Nederlandse elektriciteitsnet. Aan bod komt: Welke stappen zetten de netbeheerders? Wanneer kunnen we daar de resultaten van verwachten? Lost dit probleem zich ooit nog op?

Mark Seesing, directeur bij Schotpoort Transport Groep deelt zijn ervaringen over het creatief omgaan met je netaansluiting uit eerste hand. Daarnaast kunnen flexibele leveringscontracten helpen om het beschikbare vermogen beter te benutten. Deze flexibele contracten zijn pas sinds 2025 mogelijk en langzaamaan zien we ze in de praktijk ook toegepast. Christiaan Klep en Anique Borgers (Liander) komen vertellen over de mogelijkheden die flexibele leveringscontracten je kunnen bieden.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 15:30 - 16:15 uur

Wat: Wat leer je van meer dan 200.000.000 kilometer aan elektrische praktijkervaring? Tijdens zijn keynote op Ecomobiel 2025 deelt Jan Schouten, manager energietransitie bij Volvo Trucks Nederland, cruciale succesfactoren voor een geslaagde energietransitie. Van maatwerkoplossingen en slimme laadinfra tot het belang van samenwerking binnen de gehele keten - ontdek alles dat je moet weten voordat je aan het elektrische avontuur begint. Inclusief inzichten die je niet durft te vragen, maar wél moet weten.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 16:30 - 19:00 uur

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 12:30 - 13:15 uur

Wat: In januari 2025 verscheen de Outlook Logistiek, van ElaadNL. Jeroen Janssen is één van de verantwoordelijk onderzoekers bij deze rapportage. Bij BNR nieuwsradio deelde hij zijn conclusie al; “stroomvraag logistiek gaat giga stijgen”. Jeroen Jansen praat u in deze sessie (verder) bij, o.l.v. Johnny Nijenhuis over de analsyses in het rapport, de verwachtingen en conclusies. Waar gaan alle vol-elektrische bestelbusjes en vrachtwagens in 2050 laden. Wat zijn de ontwikkelingen, en wat kunnen we daaruit leren? Wat waren de punten van aandacht?

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 14:15 - 15:00 uur

Wat: De opkomst van elektrische trucks zet het elektriciteitsnet onder druk. Door netcongestie kunnen bedrijven soms niet de gewenste capaciteit verkrijgen voor het laden van hun e-truckvloot. Toch zijn er ‘achter de meter’, op eigen terrein, slimme oplossingen mogelijk. Denk aan het optimaliseren van laadmomenten, energieopslag, lokale opwek (zoals zonne-energie), en energiebeheer via slimme software.

Wat: De elektrificatie van de logistiek- en bouwsector komt steeds verder in een volwassen fase. Trucks, machines en laadinfrastructuur zijn inmiddels dagelijkse praktijk. Tegelijkertijd zijn er nog veel lessen te leren en dilemma’s die spelen. Tijdens de Plugged & Roast Party delen vijf experts hun visie op wat er nú echt belangrijk is in de sector. Verwacht scherpe meningen, stevige stellingen en Dennis van der Meij als gespreksleider die niets onbesproken laat. Het panel bestaat uit Henri Overbeek, Green Fellows; Henry Lootens, Stichting Gelijkspanning; Sicco Bijzen, Sira Incentives; Johnny Nijenhuis, Etruck Academy® en Robert Gunsing, Mobylize

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 10:45 - 11:30 uur

Wat: Circlewood is meer dan een bouwsysteem—het is een visie op hoe we ruimte creëren in een veranderende wereld. Deze sessie laat zien hoe prefab, modulair en circulair houtbouw niet alleen duurzaam is, maar ook schaalbaar, flexibel en esthetisch. We verkennen hoe Circlewood anticipeert op veranderende behoeften in onderwijs, wonen en werken, en hoe het systeem technologische innovatie koppelt aan ecologische verantwoordelijkheid.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 11:00 - 11:30 uur

Wat: De maatschappelijke bouwvragen dwingen ons slimmer te werken. Prefab is daarin ook voor ons als installateur een antwoord. Het verlaagt werkdruk op locatie, zorgt dat hetzelfde werk met minder ‘handjes’ gedaan wordt en dat zonder in te leveren op kwaliteit. Prefabriceren vraagt wel om goed voorwerk. Ook hier geldt: een goed begin is het halve werk.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 11:45 - 12:30 uur

Wat: Mede dankzij de subsidieregeling ‘Natuurlijk sneller bouwen’ (Provincie Gelderland) realiseert het breed georiënteerde bouwbedrijf Draisma Bouw uiteenlopende projecten, zowel traditioneel als in houtbouw.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 12:00 - 12:30 uur

Wat: Vorm BV laat zien hoe digitalisering de keten verandert – en waarom prefab leveranciers hierin onmisbaar zijn. Hij pleit voor open samenwerking, gestandaardiseerde data-uitwisseling en ketenregie die verder gaat dan individuele projecten. Digitalisering is volgens VORM geen technologische hobby, maar een noodzaak voor kwaliteit, snelheid én maatschappelijke impact. Zijn verhaal biedt inzicht in hoe prefab producenten strategische partners worden in een digitaal verbonden bouwketen.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 12:45 - 13:30 uur

Wat: Stel je voor: je downloadt een huis of ontwerpt je eigen droomwoning met modules uit de toolbox en je zet na de productie zelf het bouwpakket in elkaar. WikiHouse maakt dit mogelijk zonder de traditionele bouwketens.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 13:00 - 13:30 uur

Wat: “De strategische versnelling naar schaalbare prefab met DFMA” Hoe transformeer je van engineer-to-order naar configure-to-order? In deze praktijksessie delen we onze lessen uit de digitale transformatie bij Walraven, waarbij modulariteit, basis of design en digitale content centraal staan. In deze sessie wordt met u gedeeld hoe we bij Walraven de stap maken van engineer-to-order naar configure-to-order. We combineren modulariteit, een ‘basis of design’, lean-principes en DFMA om schaalbare prefab-oplossingen te realiseren. Denk aan het digitaliseren van product- en proceskennis, het elimineren van verspillingen en het versnellen van engineering zonder klantwaarde te verliezen. Geen theorie, maar praktijk: hoe standaardisatie en digitalisering leiden tot meer voorspelbaarheid, lagere cost of sales en hogere waarde. Interessant voor installateurs, aannemers, fabrikanten, adviseurs en ontwikkelaars die klaar zijn voor de volgende stap in industrialisatie van de bouw.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 13:45 - 14:45 uur

Wat: Wat kan prefabricage betekenen voor de kleinere en middelgrote aannemer? Veel meer dan je denkt. Tijdens deze sessie deelt een middelgrote aannemer uit de praktijk hoe prefab processen versnelt, faalkosten verlaagt en helpt om personeel efficiënter in te zetten. Geen theorie, maar échte ervaringen met concrete resultaten. We zoomen in op hoe je als mkb-bouwer prefab op een haalbare en schaalbare manier kunt toepassen van het inkopen van kant-en-klare elementen

tot samenwerken met partners in de keten. Ook bespreken we hoe prefab helpt om beter om te gaan met uitdagingen als personeelstekort, strengere regelgeving en stijgende materiaalkosten. Laat je inspireren door een nuchtere blik op innovatie, met oog voor de dagelijkse realiteit van de mkb-bouwpraktijk.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 14:00 - 14:30 uur

Wat: Ontdek hoe M-Frame staalframebouw de bouw versnelt, kwaliteit verhoogt en digitaal innoveert. In deze praktijksessie laten we zien hoe prefab staalframeconstructies efficiënt, duurzaam en nauwkeurig gerealiseerd worden, ondersteund door geavanceerde digitale ontwerptools. Van ontwerp tot montage: je krijgt praktische inzichten, concrete voorbeelden en tips om zelf sneller en slimmer te bouwen. We tonen hoe digitale workflows fouten minimaliseren, planning verbeteren en kosten reduceren.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 15:00 - 15:45 uur

Wat: Veel partijen in de (prefab) bouwketen werken aan circulariteit, maar stuiten op barrières. Sinds begin dit jaar biedt de ISO 59000-serie een wereldwijd erkende industrienorm die helpt om risico’s te identificeren, te borgen en te communiceren op het gebied van circulariteit. Ideaal in een sector met grensoverschrijdende materiaalstromen. Ontdek hoe je deze vrij beschikbare norm praktisch toepast en je voorbereidt op aanstaande wetgeving.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 15:00 - 15:30 uur

Wat: Zie website.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 10:30 - 11:30 uur

Wat: Industrial Heat & Power is een beursvloer vol technieken om energie te besparen in de industrie, maar bij welke eindgebruikers zijn deze technieken al toegepast? Dagelijks starten we de dag met een tweetal klantverhalen, onder leiding van moderator Rogier Elshout.

Gasloze droogkamers bij Wienerberger – een mijlpaal in industriële verduurzaming, door Sabroe Products Benelux: Wienerberger, producent van bouwmaterialen met 217 vestigingen wereldwijd, zet in haar steenfabriek in Opheusden een belangrijke stap richting CO₂-neutraliteit in 2050. Steenfabrieken verbruiken veel energie, vooral tijdens het droogproces van klei. Omdat dit proces cruciaal is voor de kwaliteit, lag aanpassing niet voor de hand. In samenwerking met Bort De Graaf en Sabroe is echter een innovatief warmtepompsysteem geïnstalleerd, waarmee twaalf droogkamers volledig gasloos draaien. De Sabroe HeatPAC716 be-

Voor een beter milieu

Alles over moderne installatietechnieken m ove installatie

nut warmte uit vochtige afblaaslucht, waardeert die op en gebruikt deze opnieuw. Zo daalt het energieverbruik drastisch van 1,4 naar 0,4 kWh per kilogram verdampt water en bespaart men circa 125 m³ gas per uur. Waar eerdere pilots met adsorptiepompen minder goed aansloten, biedt deze compressiewarmtepomp eenvoud en betere integratie met elektrificatie. Het project dient als blauwdruk voor verdere verduurzaming van de zeventien Nederlandse én internationale vestigingen. Dankzij een multidisciplinaire samenwerking is een schaalbaar, efficiënt en robuust systeem gerealiseerd.

Van netcongestie naar verduurzaming: hoe het papiercluster zijn eigen energiesysteem kan bouwen. Door BlueTerra: Het papiercluster Eerbeek-Loenen staat voor grote uitdagingen rond verduurzaming: hoge CO₂- en stikstofuitstoot, intensief watergebruik en beperkte ruimte op het elektriciteitsnet. Om toekomstbestendig te blijven, bundelden de papierfabrieken en betrokken partners hun krachten in de ontwikkeling van een gezamenlijke Smart Energy Hub. Onder begeleiding van BlueTerra en in opdracht van Provincie Gelderland zijn verschillende scenario’s onderzocht. Een Gesloten Distributie Systeem (GDS) op basis van de 150 kV-aansluiting van TenneT biedt perspectief. Een GDS biedt capaciteit voor zonneparken en batterijopslag, maakt elektrificatie en toekomstige inzet van waterstof mogelijk, en vergroot de betrouwbaarheid van de energievoorziening. Zo vormt het GDS de sleutel naar een duurzaam, innovatief en robuust energiesysteem voor het cluster én de regio.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer 12: 00 - 12:45 uur

Wat: De (Rotterdamse) industrie speelt een sleutelrol in het behalen van de klimaatdoelstellingen. De industrie stoot circa 25% van de broeikasgasemissies van Nederland uit. In het kader van het klimaatakkoord moet dat tussen nu en 2030 sterk omlaag. Dit is een hele uitdaging. De sleutel tot de oplossing van dit probleem is dat driekwart van alle CO₂-emissies in de industrie vrijkomt door het verbranden van fossiele brandstoffen om warmte te produceren. Het slimmer verwarmen van industriële processen leidt dus tot lagere CO₂-emissies.Brendon de Raad richt zich in dit HO College op hoe je door een e-boiler, een warmtepomp en verschillende vormen van opslag te combineren tot een financieel haalbare oplossing kan komen.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 13:15 - 14:45 uur

Wat: Waarom worden leidingen, afsluiters en andere installaties in industriële omgevingen vaak niet geïsoleerd, terwijl de voordelen evident zijn? In de praktijk blijkt dat drie veelvoorkomende bezwaren technische isolatie onterecht in de weg staan. Denk aan het idee dat je lekkages niet meer kunt zien als iets geïsoleerd is, of zorgen over corrosie onder isolatie. Toch zijn dit allemaal uitdagingen waar inmiddels praktische en betrouwbare oplossingen voor bestaan. In deze sessie doorbreken we vastgeroeste gewoontes en laten we zien hoe juist deze “moeilijke” isolatie verrassend eenvoudig én rendabel kan worden aangepakt. Door energieverlies achter de meter te beperken, levert isolatie niet alleen directe kostenbesparing op, maar ook een flinke stap richting verduurzaming. Wilt u weten waar in uw proces nog grote winst te behalen is met relatief kleine ingrepen? Sluit dan aan bij deze praktische en inspirerende sessie.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 15:00 - 16:30 uur

Wat: De Fedec is de Federatie van Energie Consulenten. Onze leden helpen bedrijven met energiebesparing en verduurzaming. In dit blok lezingen geven wij een tweetal mooie voorbeelden van verduurzaming en elektrificatie in de praktijk. Concrete voorbeelden die inspiratie geven voor andere bedrijven. Daarnaast geven we een overzicht wat op het gebied van wet- en regelgeving op het bedrijfsleven afkomt. Er zijn veel veranderingen op komst met betrekking tot energiebelasting, CO₂-kosten, rapportage eisen op het gebied van energiebesparing en verduurzaming en Energiemanagement en -monitoring. Daar staan ook subsidies tegenover. Laat je in dit blok informeren en inspireren!

Steeds meer bedrijven benaderen installateurs voor volledig gasvrije systemen die zowel verwarmen als koelen. "Dit betekent een kans, maar ook een uitdaging en meer complexiteit voor de installateur", vertelt Jojanneke Wolthof, technisch adviseur bij Templari Benelux. "Een totaalconcept dat installatiegemak, ondersteuning en slimme monitoring combineert, maakt snelle en probleemloze oplevering van projecten mogelijk."

"Wat deze warmtepomp extra aantrekkelijk maakt voor installateurs, is het totaalconcept", vertelt Wolthof. "Bij aanvraag krijg je een volledig uitgewerkt voorstel inclusief berekeningen en tekeningen. Installateurs hoeven geen losse onderdelen te selecteren, en de lucht-lucht warmtepompheater wordt geleverd met optionele ventilatiecomponenten zoals wand- en destratificatieventilatoren. Laatstgenoemde brengt de warme lucht die zich onder het dak ophoopt naar beneden. Door middel van hoog- en laagvoelers wordt het temperatuurverschil tussen boven en beneden geminimaliseerd en wordt energie bespaard."

De een-op-een vervanging van de gasheater

De 40 kW warmtepompheater, speciaal ontwikkeld voor grote hallen in de lage landen, bestaat uit een binnen- en een buitendeel. Het buitendeel onttrekt warmte-energie uit de omgevingslucht. Tusseninspuiting bij lage temperaturen van het koudemiddel R32 en een zelfdenkende ontdooicyclus, zorgen ervoor dat de warmtepomp als hoofdverwarming inzetbaar is tot -30°C. Het systeem heeft een SCOP-waarde van 5,25 en een energielabel A+++. Wolthof: "De zelfdenkende ontdooicyclus is een innovatieve eigenschap. In tegenstelling tot veel andere warmtepompen die elke 60 minuten ontdooien, activeert de warmtepompheater dit proces slechts eens in de vijf tot zes uur."

Het binnendeel zet de aangevoerde warmte om in een comfortabel binnenklimaat. Het fluisterstille binnendeel (30 dB(A)) zorgt voor een stabiele en tochtvrije temperatuurregeling, zowel voor verwarming als koeling.

Monitoring op afstand

Met de afstandsbeheermodule is ook slimme monitoring op afstand mogelijk. "Storingen kunnen vaak al opgelost worden via de beveiligde meldkamer. Voor installateurs betekent dit dat zij hun klanten optimaal kunnen bedienen zonder extra reistijd of onverwachte problemen. Daarnaast kunnen gebruikers zelf inloggen en hun schema’s en temperaturen beheren. Dankzij een modbus-converter is het systeem eenvoudig te koppelen met vrijwel elk gebouwbeheersysteem", aldus Wolthof. "Het systeem is modulair, toekomstbestendig en geschikt voor zowel nieuw- als bestaande bouw. Dankzij het volledige gasvrije karakter zijn terugverdientijden kort, en kan er tot 60 procent op de energiekosten worden bespaard. Voor installateurs die hun klanten willen helpen volledig gasvrij en duurzaam te verwarmen, biedt dit totaalconcept een kant-en-klare oplossing." Voor meer informatie, bezoek stand 3.A402 tijdens de Vakbeurs Energie 2025.

Dit artikel is gesponsord door Templari Benelux.

Op Vakbeurs Energie 2025 zet Panasonic vol in op innovatie. Van de krachtige

Aquarea M-serie met BIG-M tot de flexibele Aquarea Loop en de compacte RAC Solo. Ook de bekende K- en L-serie, slimme connectiviteit en tado°-integratie zijn te zien. Bezoek stand 3.C008 en laat je inspireren.

Nieuw in het assortiment is de Aquarea

M-serie: krachtige mono-bloc lucht-water warmtepompen op R290, verkrijgbaar van 9 tot 16 kW. Dankzij het ontwerp zonder binnenunit zijn de systemen snel te installeren en vragen ze weinig ruimte. Ideaal voor grotere woningen of utiliteitsgebouwen waar eenvoud en prestaties samenkomen.

Binnen de M-serie introduceert Panasonic de BIG-M: uitvoeringen van 20 tot 30 kW, perfect voor appartementencomplexen, luxewoningen of utiliteitsbouw met een hoge warmtevraag.

Dankzij T-CAP-technologie blijven prestaties ook bij lage buitentemperaturen behouden. Schaalbaarheid is mogelijk door meerdere units te combineren.

Nieuwbouw en renovatie-producten

De Aquarea Loop maakt renovatie eenvoudiger en duurzamer. Met deze gedecentraliseerde lucht-wateroplossing op lage temperatuur kun je vaak bestaande leidingen behouden. Zo wordt hak- en breekwerk beperkt, de installatietijd verkort en blijft het comfort voor bewoners gewaarborgd.

Waar buitenunits geen optie zijn, biedt de RAC Solo uitkomst. Dit lucht-lucht systeem zonder buitenunit is slechts 16,5 cm diep, fluisterstil en eenvoudig te installeren met twee muurdoorvoeren. Met app- en cloudbediening past het systeem perfect in slimme woningen. Panasonic toont ook de vertrouwde lucht-water warmtepompen uit de Aquarea K-serie voor nieuwbouw en de Aquarea L-serie voor renovatie met hogere aanvoertemperaturen. Beide series combineren betrouwbaarheid, efficiëntie en stil comfort.

Slim en gezond wonen

Verder laat Panasonic zien hoe systemen slimmer worden met controllers, apps en de samenwerking met tado°. Daarnaast zorgt nano X-technologie voor schone en gezonde binnenlucht, iets waar bewoners steeds meer waarde aan hechten.

Dit artikel is gesponsord door Panasonic.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 11:45 - 12:45 uur

Wat: Netcongestie zet steeds vaker een rem op nieuwe projecten en op de uitbreiding van bestaande installaties. Tijdens deze sessie laat Joulz zien hoe e-installateurs en technisch adviseurs toch kunnen zorgen voor voldoende beschikbaar vermogen bij hun klanten. We behandelen technische oplossingen in samenhang met gebouwgebonden installaties en procesoptimalisatie. Daarnaast gaan we in op de rol en inrichting van netaansluitingen (MS/LS) en bespreken we de impact van de nieuwe flexibele capaciteitscontracten van netbeheerders op de configuratie van deze oplossingen. De sessie biedt concrete handvatten om projecten wél te realiseren, geïllustreerd met praktijkvoorbeelden uit verschillende sectoren. Wat neem je mee uit deze sessie: Inzicht in technische mogelijkheden en combinaties van netcongestie-oplossingen en gebouwgebonden installaties. Kennis van de rol en inrichting van MS-netaansluitingen bij vermogenszekerheid. Begrip van de impact van flexibele capaciteitscontracten op ontwerp en configuratie van de netaansluiting. Praktische inzichten voor het realiseren van betrouwbare en toekomstbestendige energievoorziening. Voorbeelden van hoe samenwerking in de energieketen congestieproblemen kan oplossen.

Waar: Hal 7, DC Tour - startpunt stand St. Gelijkspanning 7.B085 (DC District)

Wanneer: 13:00 - 14:15 uur

Wat: Ontdek in slechts 5 kwartier de toekomst van energie tijdens een begeleide tour over de beursvloer van Vakbeurs Energie. Startend in het DC District neemt Henry Lootens van Stichting Gelijkspanning dagelijks 20 professionals mee langs toonaangevende exposanten die de nieuwste toepassingen en oplossingen op het gebied van DC (gelijkspanning) presenteren. Deze tour biedt compacte en heldere inzichten –van 15 minuten per exposanten stop – in hoe gelijkspanning bijdraagt aan een efficiënter, veiliger en duurzamer energiesysteem – van gebouwen en industrie tot mobiliteit en energiedistributie. Tijdens de tour bezoeken we dagelijks steeds 5 exposanten die actief zijn in DC-systemen, waaronder producenten van DC-laadinfra, microgrids, omvormers en intelligente regeltechniek. Henry Lootens bevraagt bij elke stand de exposant en biedt zo context en legt de link met praktijktoepassingen, standaardisatie en toekomstige regelgeving. De tour is gericht op installatiebedrijven, adviseurs, projectontwikkelaars en energieprofessionals die in korte tijd de essentie van gelijkspanning willen begrijpen én direct toepasbare kennis willen opdoen. Je vindt de haltestops op de website vakbeursenergie.nl

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 13:00 - 14:30

Wat: Data als sleutel voor slim verduurzamen. We presenteren de BespaarSamen-methode, een praktijkcase uit het onderwijs en we gaan in op het snel krijgen van inzicht in de ruim-

te binnen je stroomaansluiting. De duurzame verbetering van de utiliteitsbouw is een grotere puzzel dan ooit. Waar moet je beginnen? BespaarSamen is een efficiënte methodiek die helpt om structuur en planmatigheid aan te brengen in de besparingsopgaven o.a. met behulp van data over energieverbruik. Datagedreven verduurzamen dus aan de hand van een handig stappenplan. En dat levert bij de eerste stap al meteen een besparing op want inzicht in de verbruiksdata levert ook inzicht in de te nemen stappen om energie en kosten te besparen. Aan de hand van een praktijkcase bij een onderwijsgebouw krijgt u informatie over de aanpak. Onderdeel van BespaarSamen is de Netruimtescan, een tool om een uitgebreid overzicht van de ruimte binnen uw elektriciteitsaansluiting te krijgen. Zo weet u snel waar piekbelasting optreedt en wat u eraan kan doen om congestie te voorkomen of te verminderen. O.l.v. dagvoorzitter John Lens (TVVL) worden de volgende topics besproken: Verduurzaam je vastgoed slimmer met de BespaarSamen methode. BespaarSamen praktijkcase: onderwijsgebouwen. Snel inzicht in de ruimte binnen je stroomaansluiting.

Waar: Hal 3, Podium Energie

Wanneer: 15:00 - 16:00 uur

Wat: Deze sessie duikt dieper in de concrete toepassingen van DC – van microgrids in kantoorgebouwen en datacenters tot DC-architecturen in woningbouwprojecten en infrastructuur. Aan de hand van praktijkvoorbeelden en lessons learned bespreken we waar DC nu al werkt, welke technische en organisatorische drempels nog moeten worden geslecht, en waar de businesscase wél of juist (nog) niet sluit. We verkennen ook de systeemimpact van bredere DC-adoptie richting 2030 en 2050: wat betekent dit voor netarchitectuur, betrouwbaarheid en interoperabiliteit? En wie neemt de regie - overheid, netbeheerder, of markt? Deze paneldiscus-

sie biedt technici en systeemdenkers niet alleen inzicht, maar vooral ook praktische handvatten om DC-technologie strategisch en realistisch te positioneren in hun projecten en plannen.

O.l.v Henry Lootens (Stichting Gelijkspanning) gaat het panel met (bestaande uit ABB, DC Systems by Schneider Electric, en Rittal in op de volgende vragen: DC, wat, waarom en hoe? DC als enabler van de energietransitie? Toepassingen, lessons learned, kansen en beperkingen. Wat zijn de barrières voor (verdere) implementatie? Welke rol speelt DC in het energiesysteem van 2030 of 2050? En wie moet de regie nemen in de adoptie van DC toepassingen?

Waar: Hal 7, Centrale terras

Wanneer: 11:15 - 12:40 uur

Wat: In een rondleiding langs een aantal standhouders informeren we jou in korte tijd over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van duurzame klimaattechnologie. Experts vertellen jou alles over de actuele ontwikkelingen. Ben je als technisch professional actief bij -of voor een installatiebedrijf, adviesbureau, projectontwikkelaar, gemeente, corporatie, vastgoedbedrijf, architectenbureau of bouwbedrijf? Dan mag je deze Innovatieroute niet missen! Halteplaatsen: o.a. Panasonic, Inventum, Rockwool, NIBE Energietechniek en Renson.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Waar: 09:00 - 10:00 uur

Wat: Voor de officiële opening van Zero Emission | Ecomobiel nodigen wij een selecte groep transporteurs uit voor een VIP-ervaring die je niet mag missen. Ontdek innovatieve oplossingen, netwerk met de belangrijkste spelers in de sector en zie hoe andere partijen het goede voorbeeld geven. Persoonlijke rondleiding, onder het genot van een ontbijtje, door Johnny Nijenhuis langs de innovatieve solarcarport met geïntegreerde laadinfrastructuur - zie hoe laadkabels van bovenaf een game-changer kunnen zijn.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 11:00 - 11:45 uur

Wat: Zero Emission | Ecomobiel is dit jaar wederom op zoek

gegaan naar hèt Logistiek Laadplein van 2025. Welk laadplein toont de best practises rondom het opladen van vrachtwagens? Met de uitreiking van de Logistiek Laadplein Award zetten we die in het zonnetje te zetten.

Omdat de transitie naar elektrische vrachtwagens pas net begonnen is, zoeken transporteurs naar antwoorden. Die vragen gaan vaak over de vrachtwagen, maar ook zeker net zo vaak over laders en laadinfrastructuur. Het onderwerp laadinfrastructuur is nieuw voor transportbedrijven. Goede voorbeelden zijn dus meer dan welkom. Met de uitreiking van de Logistiek Laadplein Award willen we we projecten waar anderen wat van kunnen leren, extra onder de aandacht brengen. De drie genomineerden zijn inmiddels bekend - elk met hun eigen geniale aanpak (op alfabetische volgorde): Lidl Almere: Slim combineren is de sleutel; Renewi Wateringen: Veiligheid en standaardisatie als fundament en E. van Wijk Logistics Giessen: Lef tonen en slim investeren.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 12:00 - 12:45 uur

Wat: Henri Overbeek kijkt in deze sessie over toekomstbestendige laadinfrastructuur (hardware + software) mee, hoe je de laadinfrastructuur van je depot nu het beste kunt ontwerpen. Niet op basis van de actuele stand van zaken, maar vooruitkijkend naar de komende 10 jaar. De volgende vragen komen aan bod: Wat is depot charging? Waarom het van belang is bij depotcharging een meerjaren strategie op te stellen? Hoe stel je een meerjaren strategie op. Data verzamelen - Strategisch ontwerp - Implementatie? Welke type laadarchitecturen kan je kiezen? En welke innovaties zijn er momenteel op het gebied van laadinfrastructuur bij depots.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 13:00 - 14:00 uur

Wat: Trend-alert! In deze sessie neemt onafhankelijk eTruck expert Johnny Nijenhuis de deelnemers mee naar het midden van de beursvloer. Hij legt uit waarom hij denkt dat de oplossing, zoals deze door Enerparking is gerealiseerd, een belangrijke rol gaat spelen bij het opladen van elektrische vrachtwagen. Aan bod komen: Voordelen van een kabel van boven. Voordelen van integratie van zonnepanelen. Hoe pakt de business case uit? Ook deelt Johnny Nijenhuis daarna op het podium een te downloaden QR code, voor een gratis financiële calculatie.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 14:15 - 15:00 uur

Wat: Heb jij al eens de tijd genomen om goed na te denken over de inrichting van je toekomstige eTruck laadplein? Niet? Dan is dit de perfecte mogelijkheid. Het TVM laadpleinspel laa(d)t je ervaren welke uitdagingen er om de hoek komen kijken bij het inrichten van je laadplein. Een must-play voor iedere transportondernemer. Ervaar de uitdagingen van het ontwerpen van een laadplein aan den lijve. Leer welke aspecten een verzekeraar belangrijk vindt. En leer van inzichten van andere teams.

Waar: Hal 6, Podium Mobiliteit

Wanneer: 15:15 - 16:00 uur

Wat: In deze sessie belichten we hoe de stad Utrecht, in samenwerking met het EU Horizon innovatie-programma SCALE en partners, model staat voor de Europese transitie naar Vehicle-to-Grid (V2G). Utrecht ontwikkelt zich tot een uniek levend laboratorium voor AC-V2G: met honderden bidirectionele laadpunten en gedeelde elektrische voertuigen laat Utrecht zien hoe interoperabele systemen en gemeenschappelijke standaarden cruciaal zijn voor opschaling en impact.

We gaan in op de volgende kernvragen: Hoe borgt Utrecht dat V2G-oplossingen daadwerkelijk interoperabel en gebruiksvriendelijk (zullen) zijn, gebaseerd op open protocollen zoals ISO 15118-20 e.a.?

Wat zijn de concrete effecten van grootschalige V2G-integratie op het lokale net, zoals vermindering van netcongestie en efficienter gebruik van het net in stedelijke gebieden?

Welke rol spelen netbeheerders, marktpartijen en steden in het realiseren van een robuuste en schaalbare V2G-infrastructuur?

Waar: Bosch Foyer, Bosch 2

Wanneer: 10:00 - 13:30 uur

Wat: Zie website.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 11:00 - 12:30 uur

Wat: Is prefab dé manier om ondanks de stikstofcrisis toch door te bouwen? In deze sessie, georganiseerd door het innovatieprogramma SEB Programmalijn Prefab, ontdek je hoe prefab bouwen concreet bijdraagt aan emissiereductie in de woningbouw. Aan de hand van praktijkvoorbeelden, een panel en scherpe data laten we de impact op stikstofuitstoot zien, verkennen we de kansen en belemmeringen bij opschaling, en bespreken we de rol van beleid, markt en opdrachtgevers. Sluit je aan bij het netwerk van koplopers en ontdek wat jij morgen al kunt veranderen.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 11:00 - 11:30 uur

Wat: Stel je een wereld voor waar het bouwproces volledig samenkomt - van ontwerp tot uitvoering. Binnen de B-group maken vijf innovatieve bedrijven deze toekomst vandaag al werkelijkheid door digitalisering en slimme procesoptimalisatie. Ontdek hoe B-smart fundering en B-leaf systeembouw met één centraal engineeringsmodel zorgen voor perfecte synergie: directe machine-aansturing, 3D-productiemodellen voor productie en uitvoering, een vlekkeloze planning van logistiek, vastlegging van kwaliteit èn 1-1 koppeling met de financiële software. Benieuwd hoe dit niet alleen de efficiëntie, maar ook de creativiteit vergroot? Kom luisteren en laat je inspireren.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 12:00 - 12:30 uur

Wat: Pure digitalisering die het vakmanschap verrijkt! Vanuit een gestandaardiseerd proces in ontwerp en productie bij Byldis Prefab? Dit is ons verhaal hoe vanuit overtuiging en ambitie bijzondere resultaten worden behaald, en we zijn pas begonnen! In deze sessie laten wij zien hoe het concept van een platte tekening wordt overgeslagen door vanuit digitalisering impact te maken. Middels Trimble Connect weet Byldis de digitale verbinding te realiseren tussen het ontwerp en de werkvloer. Stefan Kauffeld en Bart van der Cammen laten middels twee praktijkvoorbeelden zien hoe de systemen gebruikt worden, hoe het is ontworpen en vanuit welke overtuiging dit opgezet is.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 12:45 - 13:30 uur

Wat: De bouw verandert razendsnel. Prefab en modulair bouwen vragen om een fundamenteel andere manier van werken – en samenwerking staat daarin centraal. In deze sessie nemen we je mee in de cruciale keuzes die iedere speler in de keten moet maken. Kies je voor samenwerking of richt je je eigen fabriek op? Hoe vind je de juiste partners en bouw je samen aan een flexibele keten die zowel standaardisatie als maatwerk mogelijk maakt? Ontdek hoe je producten ontwerpt die aansluiten op de wensen van de klant én voldoen aan de eisen van circulariteit.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 13:00 - 13:30 uur

Wat: Ontdek hoe jouw team de digitale samenwerking naar een hoger niveau kan tillen. Deze presentatie laat zien hoe digitale ketensamenwerking kan worden versterkt in de ontwerp-, bouw- en technieksector. DigiVaardig toont aan hoe bedrijven digitalisering effectief kunnen inzetten binnen hun teams en processen. Er wordt onder andere ingegaan op een pilotproject waarbij een interne digiCoach wordt opgeleid om digitale kennis en tools binnen de organisatie over te dragen. Daarbij is er niet alleen aandacht voor technische vaardigheden, maar ook voor de procesmatige kant en de soft skills die nodig zijn om verandering te begeleiden. U hoort hoe dit traject bijdraagt aan betere digitale vaardigheden, meer efficiëntie en optimale samenwerking in bedrijven bijdraagt aan het oplossen van actuele vraagstukken. Ook belichten we de impact op het ontwerp- en bouwproces, samenwerking in de keten en het veranderende speelveld voor opdrachtgevers en uitvoerders. Laat je inspireren door praktijkvoorbeelden en inzichten van koplopers in de sector.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 14:00 - 14:30 uur

Wat: Data slim delen van ontwerp tot beheer; hierdoor kunnen we sneller, efficiënter en duurzamer bouwen. Dat is essentieel om de woningbouwopgave in Nederland aan te pakken. Deze aanpak wordt ondersteund door beleidsmaatregel 22 uit het Bestuursakkoord Digitale Gebouwde Omgeving. In praktische zin wordt hier door Ketenstandaard Bouw en Techniek invulling aan gegeven met de KIS Systematiek, waarmee gebruikelijke ontwerp-, classificatie-, specificatie- en communicatie-standaarden met elkaar worden verbonden. Al dan niet met inzet van configuratoren, waardoor kennis aan data wordt gekoppeld.

Waar: Bosch Foyer, Bosch 3

Wanneer: 14:00 - 17:00 uur

Wat: Voortaan is een beweging van samenwerkende bedrijven rond een nieuw digitaal platform waarmee ontwikkeling van gebieden en gebouwen enorm versneld kunnen worden. Door middel van het ketenintegratieplatform en parametrische technologie van Voortaan kunnen gebouwen compleet foutloos tot stand komen vanuit de kennis in de keten. Hierdoor kunnen enorme besparingen behaald worden. Vooral de industriële, conceptuele, modulaire en prefab bouw kunnen hiervan profiteren.

Waar: Hal 1, Podium Prefab

Wanneer: 15:00 - 15:45 uur

Wat: Nederland is volgebouwd – dus waarom niet onze gebouwen benutten als energiebron? Met Building Integrated Photovoltaics (BIPV) wekken we duurzame energie op, precies daar waar het nodig is: dicht bij de gebruiker. BIPV gaat verder dan techniek alleen. Door zonnecellen te integreren in

gevels en daken ontstaat een esthetisch verantwoorde oplossing die gebouwen niet alleen verduurzamen, maar zelfs verfraaien. Daarbij sluit BIPV naadloos aan bij de klimaattransitie, prefab renovatieconcepten en nieuwbouw. Tijdens deze sessie hoort u hoe BIPV en BIPVT in de praktijk worden toegepast, mét inspirerende showcases en voorbeelden, o.a. vanuit het innovatieconsortium BIPVT geeft MOOI energie! Ontdek hoe functionele energieopwekking en architectonische kwaliteit elkaar versterken.

Waar: Hal 1, Digi Theater

Wanneer: 15:00 - 15:30 uur

Wat: Om de sterk gestegen en nog te verwachten vraag uit de markt te kunnen bij benen vraagt, zeker in de tijd van personele schaarste, om een fundamentele koerswijziging. Heldere processen die bijdragen aan een foutloos tekentraject en een kwaliteitsverbetering kunnen door automatisering de groei mogelijk maken. Packhunt helpt ons door een gestructureerde en logische aanpak mee naar de volgende fase.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 10:30 - 11:30 uur

Wat: Industrial Heat & Power is een beursvloer vol technieken om energie te besparen in de industrie, maar bij welke eindgebruikers zijn deze technieken al toegepast? Dagelijks starten we de dag met een tweetal klantverhalen, onder leiding van moderator Rogier Elshout.

Warmtepompcentrale RWZI Beverwijk, door Dutek en GMB: Tijdens deze sessie ontdek je hoe RWZI Beverwijk haar slibdrooginstallatie verduurzaamde met een modulaire warmtepompcentrale die draait op aquathermie en natuurlijke koudemiddelen. De installatie levert 24/7 betrouwbare warmte, speelt slim in op wisselende condities en houdt onderhoudskosten laag. Dit praktijkvoorbeeld laat zien hoe techniek, duurzaam-

heid en continuïteit samenkomen – en hoe deze aanpak ook kansen biedt voor andere RWZI’s, waterschappen en industrieen met restwarmte.

Hoge temperatuur cascade (NH3+MVR) warmtepomp oplossing voor droogproces in de zuivelindustrie, door Standard Fasel: Industriebedrijven staan voor de uitdaging om hun processen zowel duurzaam als economisch verantwoord te verduurzamen. Standard Fasel presenteert een innovatieve HT-warmtepompoplossing die hoge temperaturen levert, schaalbaar is en breed toepasbaar in uiteenlopende industriële sectoren. Deze technologie biedt de mogelijkheid om industriële processen te decarboniseren zonder in te leveren op betrouwbaarheid, en dat met producten die leverbaar zijn met garanties. In deze klantcase – waarin de opdrachtgever anoniem blijft vanwege de ontwikkelfase van het project – laten we zien hoe de business case zich ontvouwt. We gaan in op cruciale vragen: hoe

verhoudt de HT-warmtepomp zich tot alternatieve technologieen op het gebied van netcongestie? Welke voordelen kan de industrie verwachten, en welke uitdagingen horen daar realistisch gezien bij? Met deze inzichten bieden we een inspirerend en eerlijk beeld van de potentie van hoge temperatuur warmtepompen voor de duurzame industrie van morgen.

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 11:30 - 12:00 uur

Wat: Dutek en partners werken samen aan een technologische doorbraak die de industrie verder helpt. Natuurlijke koudemiddelen zijn de enige toekomstbestendige keuze binnen de energietransitie. Toch waren er lange tijd geen veilige en schaalbare warmtepompoplossingen voor hoge temperaturen en grote vermogens. Ammoniak biedt deels uitkomst, maar is door zijn giftige eigenschappen niet overal toepasbaar. In een samenwerkingsverband genaamd EcoHeat Revolution werken Dutek en partners aan een nieuwe generatie warmtepompen die gebruikmaakt van koolwaterstofkoudemiddelen. Deze hebben een lage milieu-impact en voldoen aan de steeds strenger wordende weten regelgeving. Dankzij geïntegreerde veiligheidsvoorzieningen zijn de warmtepompen veilig inzetbaar en snel te plaatsen. Daarmee opent EcoHeat Revolution de weg naar een betrouwbare en toekomstbestendige oplossing voor de industrie.

de van flexibele bedrijfsvoering en de impact van de toekomstige energiekosten gepresenteerd worden. En we zullen voldoende tijd vrijhouden voor vragen en discussies: breng uw eigen uitdagingen voor de elektrificatie van warmte in uw fabriek in, dan geven wij u feedback op basis van onze ervaring!

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 13:15 - 14:45 uur

Wat: In de industrie is het verduurzamen van de warmte de grootste uitdaging, daar zit immers de grootste energievraag. Het gros van deze verduurzaming zal via elektrificatie lopen, met alle uitdagingen die daarbij horen. Maar staar je niet blind! Er zijn meer opties. Of een combinatie van mogelijkheden kan wel eens heel logisch zijn. In deze sessie gaan we dieper in op een aantal routes voor verduurzaming van industriële (proces)warmte. Daarbij verkennen we de kansen, en ook de belemmeringen van die routes. Zodat u goed geïnformeerd een aantal opties op een rijtje hebt. Welke opties zijn er voor verduurzaming van industriële warmte? Welke kansen geven die opties; wat zijn de voordelen t.o.v. andere verduurzamingsroutes? Welke belemmeringen zijn er? Waar moet je rekening mee houden bij ontwikkelingen?

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 15:00 - 16:30 uur

Waar: Hal 2, Podium Industrie

Wanneer: 12:15 - 13:00 uur

Wat: Warmte is verantwoordelijk voor ongeveer 80% van het energieverbruik en het grootste deel van de CO₂-uitstoot in de industrie. Elektrificatie van de warmtevoorziening is een van de grootste uitdagingen om naar nul CO₂ te gaan. Om de industrie te helpen te verduurzamen, is het Institute for Sustainable Process Technology (ISPT) een open source-programma gestart om meer kennis over elektrificatie van warmte te ontwikkelen en deze kennis te delen. In deze presentatie zullen we de nieuwste inzichten en economische en technische aspecten van de elektrificatie van een virtuele fabriek presenteren. Deze fabriek, ontwikkeld door experts uit de agrofood sector, bevat alle relevante unit operations voor een typische fabriek in de sector. We zullen de verschillende opties voor elektrificatie bespreken, zoals warmtepompen, e-boilers en thermische opslag. Ook zal de waar-

Wat: Volgend jaar is het eerste deel van de waterstofbackbone gereed. Dan kan de Rotterdamse industrie als eerste gebruik maken van hernieuwbare waterstof. Met de raffinagesector als voortrekker staan de eerste gebruikers te popelen. En ook aan de productiekant worden de plannen inmiddels steeds concreter. Wordt 2026 de start van de lang beloofde waterstofeconomie? In dit verhaal krijgt u een overzicht van de laatste stand van zaken rondom de waterstofbackbone. En geven we een update over de productie van koolstofemissieloze waterstof. Ook hoort u inspirerende verhalen van ondernemers die de eerste stappen willen zetten met waterstof.

De Warmtepomp Innovatieroute

tijdens de Vakbeurs Energie 7 t/m 9 oktober

Brabanthallen ‘s-Hertogenbosch

Tijdens de Vakbeurs Energie 2025 organiseert het Vakblad Warmtepompen dagelijks de ‘Warmtepomp Innovatieroute’. In een rondleiding langs diverse toonaangevende spelers op het gebied van duurzame klimaattechnologie informeren we je over de nieuwste ontwikkelingen op dit gebied. In anderhalf uur ben je weer helemaal op de hoogte.

Voor wie?

Ben je als technisch professional actief bij -of voor een installatiebedrijf, adviesbureau, projectontwikkelaar, gemeente, corporatie, vastgoedbedrijf, architectenbureau of bouwbedrijf? Dan mag je deze Innovatieroute niet missen!

Deelname is gratis. Maximaal 30 deelnemers per route

Meld je aan: vakbladwarmtepompen.nl/innovatieroute

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.