7 minute read

INTERVIEW DR. TRÉSOR LIKENGE

SJ: Goedemorgen Dokter Likenge. Als ik het goed verstaan heb, bent u huisarts?

Dr.: Ja, ik ben huisarts in de Democratische Republiek Congo. Ik werk volgend jaar precies tien jaar in Notre Dame de Bumba.

SJ: Mooi zo. En u bent naar az groeninge gekomen voor een kijkstage?

Dr.: Ja, in 2020 kwamen ondernemer Patrick Masselis en dokter François D’Heygere naar Bumba. Ze hebben Notre Dame de Bumba bezocht en mijn werk op het terrein vastgesteld. Naar aanleiding daarvan stelden ze voor om een stage te komen doen in België. De bedoeling was dat ik kon zien hoe de zaken er hier aan toegingen zodat ik de werkomstandigheden in Bumba kan verbeteren.

SJ: Da’s interessant. Dus u bent in Kortrijk aangekomen naar aanleiding van het bezoek van de twee heren die u net benoemde?

Dr.: Ja.

SJ: En als arts in Congo hebt u 10 jaar ervaring?

Dr.: Ja.

SJ: En u werkt als huisarts in het ziekenhuis Notre Dame de Bumba?

Dr.: Ja.

SJ: Concreet nu, welk soort patiënten behandelt u? Welke specifieke medische zorgen biedt u aan?

Dr.: Aangezien ik huisarts ben, denk ik dat ik zowat alle patiënten van inwendige, chirurgie, gynaecologie ontvang. En dan ook kinderen. Dus ja, we doen bijna alles.

SJ: Echt?

Dr.: Ja, iedere dag komen allerhande soorten patiënten op consultatie.

Een patiënt kan zich aanmelden voor een heelkundig probleem en dan kan een kind langskomen of vrouw met een gynaecologisch probleem.

En tegelijkertijd ontferm ik me over patiënten met oogproblemen. Dus ja, ik pas echt algemene geneeskunde toe.

SJ: Dit is heel uitzonderlijk, proficiat! En u werkt in nauwe samenwerking met de specialisten van het ziekenhuis van Bumba?

Dr.: Bij ons in de provincie zijn er geen specialisten. Alleen huisartsen.

SJ: Is dat zo?

Dr.: In het ziekenhuis waar ik werk, zijn we met twee. Twee huisartsen. Dagelijks verdelen we ons het werk.

SJ: Dit betekent dus dat u ook het werk van een oogarts, gynaecoloog, chirurg, enz. uitvoert?

Dr.: Dat spreekt voor zich. Ik doe abdominale chirurgie, we voeren keizersneden uit, verschillende gynaecologische ingrepen. En op het vlak van oogheelkunde opereren we cataracten en voeren we andere oogingrepen uit.

SJ: En wanneer een patiënt een bijzonder ingewikkeld ziektebeeld vertoont, wat doet u dan?

Dr.: Als we niet in staat zijn om de patiënt te ondersteunen door gebrek aan materiaal bijvoorbeeld of specifieke onderzoeken, en als de patiënt de middelen heeft, dan verwijzen we hem door naar Kinshasa voor meer aangepaste zorg. Maar bij ons is het grote probleem armoede. De bevolking is heel vaak niet in staat om naar Kinshasa te gaan. De mensen hebben het geld niet. We worden er dus toe gedwongen om iets te doen met de middelen die ter plekke voorhanden zijn.

SJ: Snap ik. Wat is volgens u het grootste verschil in de werkwijze tussen Bumba en az groeninge?

Dr.: Er is hoe dan ook een heel groot verschil. Eerst is er een enorm verschil op organisatorisch vlak. In vergelijking met bij ons lopen de zaken hier vlotjes. Ons ziekenhuis is nogal bescheiden, het is niet uitgerust zoals az groeninge. Er is ook een groot verschil op het vlak van heelkunde. Hier worden veel kijkoperaties uitgevoerd, terwijl we bij ons open chirurgie toepassen. Ja, er is echt een heel groot verschil. Hier is er veel apparatuur: een scanner, een MRI-toestel, enz. Bij ons hebben we dat niet. Mijn ziekenhuis is uitgerust met een echografie-toestel. We hadden een toestel voor radiografie, maar die is al zes maanden defect. We zijn dus erg beperkt op het vlak van technische onderzoeken die ons de mogelijkheid geven om de diagnose te stellen. En ons labo, die is ook niet uitgerust zoals hier. Dit zijn zo’n beetje de grootste verschillen.

SJ: En wat hebt u hier geleerd dat u in de praktijk kan brengen wanneer u terugkeert?

Dr.: Ik heb hier veel geleerd. September spendeerde ik op de afdeling abdominale chirurgie waar ik alle ingrepen bijwoonde. Ik heb toch veel gezien en zeker met de laparoscopie die toelaat om de anatomische

dr. Trésor Likenge

structuren mooi in beeld te brengen. Ik denk dat dit me in staat stelt om hier en daar iets te verbeteren wanneer ik terugkeer. Hetzelfde geldt voor gynaecologie. Op de afdeling oogheelkunde worden cataracten met phaco-emusificatie geopereerd. Bij ons maken we nog gebruik van manuele chirurgie. Met wat ik hier gezien heb, kunnen we bij ons misschien ook beginnen met kijkoperaties en phaco voor cataractoperaties.

SJ: En hoe bent u arts geworden?

Dr.: Euh, om arts te worden… Ik ben geboren en getogen in Bumba, de stad waar ik werk. In Bumba is er een Belgische missionaris, Pater Carlos Rommel.

SJ: Pater Carlos Rommel?

Dr.: Ja, hij is er sinds 1967. Bijna 52 jaar dus. In 1990 heeft hij een basisschool uit de grond gestampt. Ik behoor tot de allereerste lichting. Hij is het vooral die me geholpen heeft bij mijn studies. Ik behaalde mijn staatsdiploma waarna hij me een studiebeurs gaf om aan de medische faculteit in het Oosten van de Republiek te studeren, meer bepaald aan de Université Catholique du Graben.

SJ: Wat een parcours!

Dr.: En wanneer ik mijn studies voltooide, had ik… een morele schuld. Ik moest terugkeren naar Bumba om daar aan de slag te gaan. Daar werk ik nu. Volgend jaar vier ik er mijn tiende jaar in dienst.

SJ: In Bumba. Doet u uw werk graag?

Dr.: Ja, ik ben er heel graag. Ik… ik ben heel blij dat ik daar mag werken. Als ik de kans krijg om me te verplaatsen voor een opleiding bijvoorbeeld, dan zal ik daar niet lang vertoeven. Ik ben altijd bereid om terug te keren naar Bumba.

SJ: Een straf verhaal. Wat zijn uw grootste ambities op professioneel vlak?

Dr.: Op professioneel vlak heb ik al veel opleidingen genoten. Meer bepaald in oogheelkunde. En nu ben ik in België. Maar ik zou toch graag een echte specialisatie hebben zodat ik en diploma van arts-specialist op zak heb en de bevolking in Bumba kan blijven helpen.

SJ: En nu een iets persoonlijkere vraag. Hoe… Het is uw eerste bezoek aan België?

Dr.: Ja, dat klopt.

SJ: En hoe ervaart u dat?

Dr.: Euh… In het begin was dat niet makkelijk. Het zijn twee verschillende werelden, ziet u?

SJ: Inderdaad.

Dr.: Maar met de tijd ben ik me gaan aanpassen. Ik logeer in een hotel. Ik fiets iedere dag naar het ziekenhuis. ‘s Morgens neem ik mijn ontbijt in het hotel. ’s Middags eet ik hier en ‘s avonds kook ik in het hotel.

SJ: Lust u het eten in België?

Dr.: Natuurlijk lust ik het. Het eten in het Oosten van de DRC is gelijkaardig aan dat van hier. Er zijn aardappelen, rijst. Ik had dus niet al te veel moeite om me aan te passen aan het eten.

SJ: U vindt de smaken terug. En op het vlak van het klimaat. Hebt u het niet te koud?

Dr.: Euh, niet echt. In het Oosten van Congo is het soms ook koud.

SJ: Zo.

Dr.: Ik heb dus geen last van het Belgisch klimaat.

SJ: En op het vlak van taal, lukt dat? Hier in Vlaanderen spreken we vooral Vlaams. Slaagt u er toch in om te communiceren?

Dr.: Ah ja, in de verschillende zorgeenheden, wanneer we in het operatiekwartier zijn bijvoorbeeld, leggen de chirurgen me kort uit wat er gedaan moet worden. Maar voor ik kwam, had ik wat Nederlands geleerd via Assimil...

SJ: Ah ja, ja, ja. Dr.: Ja, ik heb die methode gebruikt om enkele woorden Nederlands te leren. Daardoor kan ik over het algemeen verstaan wat de mensen rondom mij zeggen.

SJ: Mooi zo! Is er iets dat u graag aan uw collega’s had gezegd? Een berichtje dat u graag achterlaat of een woordje van dank misschien?

Dr.: Dat woordje dank mag zeker niet ontbreken. Ik wil de medische directeur van az groeninge hartelijk bedanken. Hij was het er volledig mee eens dat ik hier een stage kwam lopen. En dr. François D’Heygere die een bezoek bracht aan Bumba en voorstelde dat ik naar az groeninge kwam. En dan is er ook dr. Bart die me als allereerste op zijn dienst heeft toegelaten. dr. Sophie Ghesquière ook van de dienst gynaecologie. Ik vergeet ook dr. Bart niet die me begeleidt op de dienst oogheelkunde. Ik dank alle medewerkers van het ziekenhuis die me hebben verwelkomd. En onze wens, naar de toekomst toe, is dat er misschien een partnerschap wordt opgezet tussen het ziekenhuis van az groeninge en het ziekenhuis van Notre Dame de Bumba. Misschien omdat… Hoe zal ik het verwoorden? Hier heb ik gezien dat er meer materiaal voor eenmalig gebruik voorhanden is. Dat wordt na gebruik weggeworpen. Maar bij ons, bij ons kan dat materiaal nog dienen. Misschien kan az groeninge ons af en toe helpen met gebruikt materiaal die wij nog bij ons kunnen gebruiken?

SJ: U zou dus een partnerschap, een samenwerking willen uitbouwen tussen Notre Dame de Bumba en az groeninge? Dit is een mooi project die in de toekomst misschien verder ontwikkeld kan worden. Bent u alleen in België of vergezeld van uw gezin?

Dr.: Ik ben hier alleen in België. Ik heb geen familie.

SJ: Niet in België?

Dr.: Nee.

SJ: Maar uw familie wacht op u in Bumba?

Dr.: Ja, mijn familie in Bumba. Ik heb een vrouw en drie kleine kinderen.

SJ: Mooi. En mist u ze niet te hard?

Dr.: Oh jawel.

SJ: Wanneer keert u terug naar Bumba?

Dr.: Ik vertrek op 15 december. Ik blijf dan waarschijnlijk nog een week in Kinshasa omdat er maar één vlucht per week is richting Bumba. Ik vertrek op een donderdag, kom toe in Kinshasa rond 21u30 of 22u00, te laat om onmiddellijk een vliegtuig te nemen. Daarom moet ik nog een week in Kinshasa wachten voor ik terug naar huis kan.

SJ: Hoe lang bent u dan in België gebleven?

Dr.: Bijna 4 maanden. Ik ben aangekomen in de ochtend van 21 augustus. Ik verlaat het land op 15 december.

SJ: Tegen Kerst. U viert Kerstmis met uw gezin.

Dr.: Helemaal. Dat is dan ook de reden waarom ik de terugreisdatum niet wou verplaatsen. Hoewel mijn visum tot 2 januari 2023 loopt, ik wou echt terug om samen Kerstmis met mijn gezin te vieren.

SJ: Dit is helemaal verstaanbaar.

Dr.: Ik ben heel blij met het onthaal en dit interview. Dit bewijst dat jullie interesse hebben in wat er bij ons gebeurt.

SJ: Met veel plezier. Het ga u goed.

This article is from: