Oost-Vlaanderen Ondernemers 2025#06

Page 1


nemers

Wim De Waele volgt Jef Wittouck op als voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen

In

U BEGELEIDEN IS DE TIJD NEMEN OM ÉCHT NAAR U TE LUISTEREN.

Alles begint met een vaste adviseur die jarenlang aandachtig naar u luistert. Denken en handelen op lange termijn is de kern van onze duurzame en kwalitatieve begeleiding. Het beheer van uw vermogen verdient onze onverdeelde aandacht.

Neem contact met ons op via 09 244 00 40 of banquedeluxembourg.be/aandachtig

ALTIJD AAN UW ZIJDE, NU EN IN DE TOEKOMST.

Let’s HITT the future

IAan zet

De voorzitter opent het debat

n juni 2019 schreef ik, als aantredend voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen, een eerste commentaarstukje in dit blad. Mijn eerste editoriaal was een pleidooi voor een meer ambitieuze overheid wiens aspiraties niet zouden onderdoen voor deze van de meest toonaangevende bedrijven en ondernemers. We vonden toen (en vinden nog) dat het beleid te vaak een gebrek aan vooruitziendheid etaleert en zelden blijk geeft van een langetermijnvisie. De overheid, een bedrijf, een belangenorganisatie zoals Voka: alle hebben nood aan ‘het grotere plaatje’.

Dat is nog meer zo als alles wat moeizamer gaat zoals ten tijde van de covidcrisis. Of toen alweer andere ontwrichtende spelbrekers opdoken, type Brexit, Oekraïne, Gaza, Trump. Of gewoon, omdat de dingen nu eenmaal zo snel evolueren dat je de bakens wel moét verzetten. Voor dat soort druk zorgen de onontkoombare megatrends zoals migratie en verstedelijking, geopolitieke verschuivingen, klimaatverandering en nog het meest misschien: de als nooit tevoren voorthollende technologie.

Daarom hebben wij bij Voka Oost-Vlaanderen ruim een jaar geleden een strategische denkoefening opgestart rond de sleutelvraag: ‘Hoe blijven Gent en Oost-Vlaanderen in 2050 welvarend en toonaangevend?’ Het wordt immers ook de komende jaren geen business as usual

JEF WITTOUCK

Voorzitter Voka –Kamer van Koophandel

Oost-Vlaanderen

Straks, na de zomer stellen Wim De Waele – jullie nieuwe voorzitter – en ikzelf je graag dit ‘grotere plaatje voor’. We zijn ervan overtuigd dat het visieboek HITT niet alleen een inspiratiebron zal zijn voor elke ondernemer en stakeholder van toekomstgericht ondernemerschap maar ook een guidebook voor beleidsmensen, onderwijsverantwoordelijken en mediakanalen.

Het is goed dat het voorzitterschap bij Voka Oost-Vlaanderen na maximaal zes jaar eindigt. Dat is een garantie voor dynamiek en een voldoende hoog tempo van vernieuwing. Zelf hebben wij, kort na ons aantreden, de bestuursorganen transparanter gemaakt en in een nieuwe samenstelling gegoten: jonger, vrouwelijker, tijdelijker.

Omdat Voka een ledenorganisatie is wiens impact evenredig groeit met een stijgende representativiteit hebben wij het management gevraagd om sterk in te zetten op ledengroei. Het verheugt me dat onze Kamer nu al jaren de sterkst groeiende Voka-entiteit is van Vlaanderen. Een absolute mijlpaal in de straks driehonderd jaar oude geschiedenis van onze organisatie, is de oprichting van het nu al wijdvermaarde technologiehuis Wintercircus. De realisatie ervan kende een behoorlijk pittig parcours, maar alles werd tot een goed einde gebracht. Als vliegwiel voor de expansie van een absolute toekomstsector in Oost-Vlaanderen wacht het Wintercircus een veelbelovende toekomst. Met onze Voka-spots in Aalst (Voka Vaart) en (vanaf 2026) in Dendermonde (Try Dendermonde) ondersteunen wij het ondernemerschap ook in andere delen van Oost-Vlaanderen.

In de voorbije zes jaar heb ik vooral geleerd dat Voka een bijzonder sterk merk is dat door de politiek duidelijk wordt erkend. De binnen Voka ontwikkelde netwerken, kennis en ervaring zijn indrukwekkend. Het Kenniscentrum en de Kamers leveren puik werk, maar er blijft ruimte voor verbetering, ook na bijna drie eeuwen Kamerwerking in Gent en meer dan 150 jaar in de rest van Oost-Vlaanderen. Onze lokale sectoroverstijgende werking blijft broodnodig.

Beste ondernemer, Voka heeft jou hard nodig en het omgekeerde is even waar. Dank voor het vertrouwen en graag tot gauw, bij Voka!

Colofon

KANTOREN

9000 Gent – Lammerstraat 18

T 09 266 14 40 9300 Aalst – Werf 8 www.voka.be/oost-vlaanderen

BESTUURSCOMITÉ VAN VOKA

OOST-VLAANDEREN

Wim De Waele, An Bels, Erik Chabot, Ann De Clercq, Christiaan De Wilde, Jeroen De Wit, Siegert Dierickx, Farida Doulami, Stefan Fesser, Dieter Hillaert, Alexander Hoogewijs, Geert Moerman, Griet Nuytinck, Karen Pieters, Wim Pynaert, Hilde Schuddinck, Matthias Van Damme, Roseline Van Damme, Christine Van den Berghe, Katrien Vanden Bulcke, Jens Van Mol.

EREVOORZITTERS VAN VOKA

OOST-VLAANDEREN

Luc De Bruyckere, Chris De Hollander, Ronald Everaert, Jean-Paul Van Avermaet, Marc Vereecken, Marcel Verschelden en Jef Wittouck.

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER

Geert Moerman Lammerstraat 18 – 9000 Gent

HOOFD & EINDREDACTIE

Sam De Kegel – sam.dekegel@voka.be

WERKTEN MEE

Gunter Broodcoorens, Sven Decaestecker, Sam De Kegel, Nathalie Dolmans, Laurens Fagard, Simon Lefèvre, Luc Nimmegeers, Wannes Nimmegeers, Kristina Rybouchkina, Bart Vancauwenberghe, Ann Vandamme, Jan Van Gyseghem en Jeroen Willems.

MAGAZINE REALISATIE LAYOUT Karakters, Gent, www.karakters.be

DRUK

Drukkerij Perka, Maldegem, www.perka.be

PUBLICITEIT

Rik Vyncke

rik.vyncke@voka.be – T 0477 30 21 32

Ann Vandamme ann.vandamme@voka.be – T 09 266 15 71 Globaal

Hilde op je pad

Baanbrekers 26

Inhoud

Actueel

4 Op de cover

In de spotlights: Wim De Waele volgt Jef Wittouck op als nieuwe voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen

61 Ledennieuws

Nieuws vers van bij onze leden

Opinie

1 Aan zet

Let’s HITT the future

16 De lobby

Is er binnenkort nog wel ruimte om te ondernemen?

Zuhal Demir test haar vaardigheden in Talentcenter in Gent

72 Geert dacht

Terug naar de kust

Inspiratie

12 Hilde op je pad

Hilde Schuddinck op pad met Voka’s afscheidnemend voorzitter Hans Maertens

20 Vlaggenschepen

De 115-jarige reis rond de wereld van bagagebedrijf Samsonite

26 Baanbrekers

Bio Base Europe Pilot Plant: ’s werelds grootste pilootfabriek voor biogebaseerde producten en processen

33 Bamboe

Maak kennis met twee Oost-Vlaamse

Gazellen: Studaro en Cyclobility

42 Globaal gezien

Ontdek Zuid-Afrika door de ogen van bagger- en bouwgigant Jan De Nul

46 Mensenwerk

Het grensverleggende loonbeleid van ML6

50 Thuishaven

Waarom Voka | VeGHO hoopt op een echte Belgische zomer

52 Toekomstklaar

Brouwerij Roman, de oudste familiale brouwerij in België, tapt uit een innovatief vaatje

71 Straatplaat

Framing: de kijker gevloerd

De maand van Voka

58 Binnenkort bij Voka

Op de agenda bij Voka Oost-Vlaanderen

“Voka Oost-Vlaanderen is een bouwheer van ecosystemen”

Na zes jaar als chairman van Voka Oost-Vlaanderen heeft Jef Wittouck de voorzittersfakkel doorgegeven aan Wim De Waele. Geen ceremoniële job, integendeel. “Als voorzitter kan je echt een verschil maken en bepaal je mee de strategische en beleidsmatige koers”, weet Jef. Een dubbelgesprek over de rol van de voorzitter, de langetermijnvisie van een werkgeversorganisatie én het Oost-Vlaamse DNA.

TEKST LAURENS FAGARD – FOTO JEROEN WILLEMS

Niets symbolischer dan een gesprek over voorzitterschap te voeren in de studio van productiehuis Het Peloton in Destelbergen. Zes jaar lang trok Jef Wittouck als voorzitter van Voka OostVlaanderen de kop van het peloton. Hij wordt afgewisseld door Wim De Waele, die de rit met frisse benen aanvat.

Hebben jullie elkaar al in een vorig leven ontmoet?

Jef: “Tijdens de Voka-techtrip naar Boston en New York in 2017 waren we beiden deelnemers. Tot dan waren we voor elkaar nobele onbekenden.”

Wim: “Recent hebben we elkaar veel gezien en we komen nog altijd goed overeen (lacht).”

Jef, twee jaar na die techtrip word jij voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen. Wat heeft je ertoe aangezet om dat mandaat te bekleden?

Jef: “Die vraag heeft me toen evenzeer overvallen als dat nu bij Wim het geval is. Bij mij

kwam het initiatief van de vorige voorzitter, Chris De Hollander. Hij vroeg me of het me zou interesseren, ik heb de tijd genomen om daar goed over na te denken. Het sprak me meteen aan, maar ik wou zeker zijn dat ik het er kon bijnemen naast mijn andere professionele verplichtingen. Bovendien wou ik enkel een rol opnemen in een organisatie die niet in crisis was. En dat was het geval bij Voka. Ik heb me altijd al graag breder maatschappelijk geëngageerd, en ik heb ook een grote politieke interesse. Die combinatie gaf de doorslag.”

Hoe combineerde je die rol met deze van bedrijfsleider bij Christeyns?

Jef: “Dat is geen eenvoudige opdracht. Je moet je agenda strak beheren. Het helpt dat ik in Gent werk en dus gemakkelijk bij Voka binnenloop. Als je uit een uithoek van Oost-Vlaanderen moet komen, is dat minder evident. Bovendien reis ik vaak voor het bedrijf, wat de planning bemoeilijkt. Al moet ik toegeven: de eerste jaren van mijn mandaat vielen samen met

de coronaperiode, wat het enigszins makkelijker maakte.”

Dat waren bijzondere jaren, ook voor jou persoonlijk

Jef: “Klopt. Kort na mijn aanstelling in 2019 werd bij mijn vrouw kanker vastgesteld.

Dat was een zwaar traject, zeker met twee puberende kinderen. Corona heeft me op dat moment vreemd genoeg wat ademruimte gegeven. Het is gelukt, voor mij en mijn gezin. Mijn vrouw is gelukkig opnieuw gezond.”

Wat is de voornaamste rol van een voorzitter? En waarom is die zo belangrijk?

Jef: “De impact die je hebt als voorzitter is veel groter dan in veel andere verenigingen of bedrijven. Je bepaalt mee de strategische en beleidsmatige koers, uiteraard samen met de ceo’s, maar je kan als voorzitter echt een verschil maken. In andere raden van bestuur voel ik me soms eerder een ceremoniële voorzitter. Bij Voka is dat absoluut niet het geval. Als er politieke spanningen zijn of beslissingen moeten vallen, kijkt men naar de voorzitter.

Jef Wittouck heeft na zes jaar voorzitterschap
bij Voka Oost-Vlaanderen de fakkel doorgegeven aan Wim De Waele.

Ook personeelskwesties komen soms op je bord terecht. Je zit echt mee aan het stuur.”

Je werkte de eerste jaren van je mandaat nauw samen met Geert Moerman als gedelegeerd bestuurder. Nadien kwam daar Hilde Schuddinck bij in een co-ceo-model. Hoe vormen jullie een geoliede tandem of beter, driewieler?

Jef: “Geert en ik kenden elkaar al van toen we aan Vlerick studeerden. Die tandem werkte dus vanzelf. Toen Hilde erbij kwam, veranderde de dynamiek uiteraard alleen maar in de positieve richting. Het co-ceo-model past perfect bij Voka

Oost-Vlaanderen omdat de organisatie altijd al een buitenbeentje is geweest in vergelijking met de andere Voka-regio’s. Dit was dus een logische vervolgstap.”

Wat is er leuk en minder leuk aan een job als voorzitter?

Jef: “Het maatschappelijke en politieke aspect is heel erg boeiend. Al van kindsbeen af had ik door mijn vader een sterke interesse in politiek. Dat ik er de afgelopen jaren ook echt iets mee gedaan heb, vind ik leuk. Die veelzijdigheid gaat soms ook ten koste van een goed agendabeheer (lacht). De activiteiten bij Voka zijn niet altijd evenwichtig

gespreid doorheen het jaar, waardoor er behoorlijk intense periodes zijn.”

Welke nalatenschap ligt er klaar voor Wim?

Jef: “Als ik terugkijk zijn dat drie hoofdzaken. Toen ik startte als voorzitter waren de bestuursorganen rijp voor hervorming. Het bestuurscomité – waar ik zelf geen deel van uitmaakte – was verouderd met leden die er al bijzonder lang in zetelden. Bovendien was er ook maar één vrouw. Ik heb de mandaten in de tijd beperkt, waardoor het leeuwendeel van de bestuurders niet meer in aanmerking kwam. Een harde noot om te kraken, maar

JEF WITTOUCK IN EEN NOTENDOP

°1962

Gehuwd en vader van een zoon (20) en een dochter (18).

Studeerde voor bio-ingenieur aan de Universiteit Gent en volgde een MBA aan de Vlerick Business School en een opleiding management bij INSEAD.

Is sinds 1990 de managing director van Christeyns, een internationale producent van reinigingsmiddelen voor de professionele textielverzorging, de voedingsindustrie, de professionele schoonmaak en de gezondheidszorg. Daarvoor was Jef drie jaar exportmanager bij Unilever (Iglo Ola).

Is sinds 2019 bestuurder bij Aquafin en sinds 2002 ook voorzitter van Sepawa Benelux, de grootste Europese vakvereniging van de detergentenen cosmetica-industrie. Sinds 2025 is Jef voorzitter van het VEB, het Vlaams Energiebedrijf.

Was bestuurder bij Voka Oost-Vlaanderen van 2000 tot 2019 en nadien zes jaar voorzitter.

WIM DE WAELE IN EEN NOTENDOP

°1963

Samenwonend met partner Caroline De Wolf, vader van een zoon en dochter en plus-papa van drie dochters

Behaalde masterdiploma’s in economische wetenschappen en informatica aan de Universiteit Gent.

Wim begon als wetenschappelijk onderzoeker aan de UGent, waar hij zich richtte op artificiële intelligentie in industriële toepassingen. Daarna zette hij dit werk voort bij Siemens, waarvan enkele jaren in München. Dan volgde het Canadese softwarebedrijf Numetrix om in 1995 in dienst te treden bij het Amerikaanse supplychain planningsbedrijf i2 Technologies. Hij promoveerde tot vicepresident voor consumentengoederen en retail en verhuisde naar het hoofdkantoor van i2 in Dallas.

In 2001 keerde hij terug naar Europa en werd hij cto van de Real Software Group. Na de herstructurering en verkoop van het bedrijf ging hij in 2004 aan de slag bij IBBT als ceo. Later werd dit omgedoopt tot iMinds, met hoofdzetel in Gent.

In 2016 keerde Wim terug naar de privésector. Sindsdien is hij actief in diverse innovatieprojecten, zowel als businessangel als operationeel.

wel één die op begrip van het bestuurscomité zelf kon rekenen. Ook de raad van bestuur heeft heel wat verandering ondergaan met een uitbreiding van het aantal bestuursleden. Dat heeft een verjongingskuur met zich meegebracht. Bovendien zijn er nu ook veel meer vrouwen.

Een tweede punt is de standvastige focus op onze ledenwerving. Het belang van een organisatie als Voka hangt samen met hoeveel leden er zijn zodat ook de impact hoger is. Die aanpak heeft ons geen windeieren gelegd. De afgelopen zes jaren zijn we in ledenaantal met ongeveer 10% gegroeid. Daarmee zijn we veruit bij de betere Voka-regio’s.

Wim is tevens aandeelhouder van het Wintercircus in Gent en stond mee aan de wieg van The Beacon in Antwerpen en Be-Central in Brussel. Hij investeerde in verschillende start-ups zoals Sirus, Qollabi en Henchman, en is sinds 2023 medeoprichter van Miles Ahead dat zich richt op deeptech- en AI-bedrijven. Hij is lid van de raad van bestuur van cultuurhuis VierNulVier en medeoprichter en bestuurslid van The Data Tank, een internationale non-profitorganisatie die zich inzet voor het delen van data en AI ten behoeve van het algemeen belang.

Vanaf juni 2025 neemt Wim de taak over van Jef als voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen.

Wim heeft het voorzitterschap vooral aanvaard omdat hij sterk gelooft in de koers die Voka Oost-Vlaanderen heeft uitgezet.

En uiteraard kijk ik ook met trots terug op de realisatie van het Wintercircus. Ik herinner me nog goed de Voka-techtrip van zes jaar geleden, waar de eerste gesprekken op gang kwamen. Het hele proces was een intense onderhandeling met Stad Gent. Daar word je niet bepaald vrolijk van. Het grote voordeel is dat wij als organisatie het gewoon zijn om te onderhandelen met verschillende stakeholders.”

Ligt er nog veel werk op de plank?

Jef: “Het werk stopt nooit (lacht). Waar Voka in het algemeen en Oost-Vlaanderen als regio in het bijzonder altijd heel alert zullen moeten voor zijn, is de omgeving waarin het zich bevindt. De politiek en de maatschappij zijn vloeistoffen die constant in beweging zijn. Maar hoe je ten aanzien van die partijen beweegt, bepaal je zelf. Je medewerkers zijn daarin cruciaal en daar is de leiding zich zeer bewust van. Bij verlies van talent, verlies je ook slagkracht. En daar moet je mee omgaan. Ook als voorzitter sta je daar redelijk dichtbij.”

Meteen een duidelijke boodschap voor Wim. Waarom heb jij in de eerste plaats het voorzitterschap aanvaard?

Wim: “Het kwam vrij onverwacht. Ik was professioneel vooral bezig in de techsector en minder betrokken bij de bredere werking van Voka. Maar ik kende Geert en Hilde goed, nog van mijn tijd bij iMinds (nu imec, red ). Ik zag hoe Voka evolueerde van een traditionele netwerkorganisatie naar een motor in het Gentse ecosysteem. Dat heeft me wel aan het denken gezet om het te overwegen.”

Wat gaf dan de doorslag?

Wim: “We leven in boeiende tijden met een technologische transformatie die aan de gang is in een uitdagende geopolitieke context. Die tendensen wilde ik beleven vanop de eerste rij, dus niet meer aan de zijlijn blijven staan. Met een organisatie als Voka kan je immers wegen op het beleid. Als bedrijfsleider ben je vooral bezig met je eigen activiteiten. Het gaat trouwens niet langer meer enkel om economische vraagstukken, ook onze democratie staat onder druk. Daarnaast denk ik dat we op technologisch vlak op een keerpunt zitten. Met (bio)tech en North Sea Port, om er maar twee te noemen, beschikken we in Oost-Vlaanderen over enkele fantastische economische clusters.

3 gebalde levensvragen aan Jef & Wim

1 NAAR WIE KIJK JE OP?

Jef: “Als ik eerlijk ben, is er niet echt iemand waar ik naar opkijk. Het feit dat ik daar hard moet over nadenken, zegt genoeg.”

Wim: “Voor mij is dat Winston Churchill, omwille van zijn uitzonderlijk traject als staatsman en zijn principiële houding tegenover elke vorm van totalitarisme. Ik kan iedereen de biografie Churchill, walking with destiny van Andrew Roberts aanbevelen.”

2 WAT IS JE LEVENSMOTTO?

Jef: “Doe goed en zie niet om.”

Wim: “Work hard, play hard Ik heb altijd graag en veel gewerkt. Maar ik probeer ook voldoende tijd te hebben voor vrienden en familie, cultuur en plezier. Dat uit zich in mijn engagement in de raad van bestuur van VierNulVier en het oprichten van de vzw De Verloren Kost, waarvoor ik concertjes en andere leuke evenementen organiseer met enkele gelijkgezinden.”

3 WAT WIL JE NOG REALISEREN IN DIT LEVEN?

Jef: “Ik ben een bouwer. Bedrijvenbouwer, landbouwer, bosbouwer. En ik ben nog lang niet klaar.”

Wim: “Een bescheiden bijdrage leveren aan het behoud van de welvaart en de sociale cohesie in onze regio, zowel op Europees en nationaal vlak als in Oost-Vlaanderen. Dat is ook de hoofdreden waarom ik het voorzitterschap heb aanvaard.”

Die clusters moeten mee op die technologische golf om mee te blijven boksen tegen de zwaargewichten van deze wereld.”

Moet Voka Oost-Vlaanderen dan vooral een aanjager van technologie zijn en ligt daar jouw klemtoon als voorzitter?

Wim: “Ik heb het voorzitterschap vooral aanvaard omdat ik sterk geloof in de koers die Voka Oost-Vlaanderen heeft uitgezet. Dat wil ik vooral ondersteunen en daar ligt mijn klemtoon. Je ziet dat Oost-Vlaanderen ten opzichte van andere regio’s daar al een streepje voor heeft. Het is een echte bouwheer van ecosystemen en clusters geworden en daar heb ik steevast in geloofd.”

Je komt in aanraking met alle sectoren in deze functie. Hoe zorg je ervoor dat je van alle markten thuis bent?

Wim: “Er zijn wel elementen die overal terugkeren: talent, innovatie of pakweg

regelgeving. Het zijn thema’s waar elk bedrijf aan zou moeten denken. Hoewel dat laatste thema eerder een driver dan een barrière zou moeten zijn. Die regulering is momenteel echt uit de hand gelopen. Er is nood aan gezond verstand en empowerment voor degene die de dossiers behandelt.”

Jef: “Daar kan je met Voka effectief het verschil maken. En dat is ook nodig. Ik herinner me het lijsttrekkersdebat dat we vorig jaar organiseerden met Voka Oost-Vlaanderen. Alle lijsttrekkers waren aanwezig, behalve Mathias De Clercq (Open Vld) die zich liet vervangen door Christophe Peeters, toen nog voorzitter van de gemeenteraad. Wanneer hij zijn rede begon, toonde hij een immense stapel papier die verwees naar de regelgeving voor de bouw in Gent. Filip Watteeuw voelde zich in het nauw gedreven en liet zich verleiden tot de uitspraak: “Er zijn nog niet genoeg regels!”. Daarmee is veel gezegd.”

Wim: “Alles wordt met de dag complexer, maar het is een illusie dat je dat enkel door extra regulering kan controleren. Niet enkel onze overheid, ook Europa is in hetzelfde bedje ziek. We moeten erover waken dat we geen pervers effect creëren daardoor. Regelgeving gaat altijd uit van het worst case scenario, terwijl de meeste mensen van goede wil zijn. Bedrijfsleiders zijn van nature bezig met maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat moet je uitgangspunt zijn om van daaruit de uitzonderingen te regelen. Bovendien moet je ambtenaren meer verantwoordelijkheden geven in plaats van hen ‘gewoon de regels te laten volgen’. In een bedrijf worden toch ook niet alle beslissingen door de leiding genomen?”

Wim, je hebt jaren in de VS gewoond en gewerkt? Welke ondernemerslessen neem je mee van daar?

Wim: “Het is al even geleden, maar ik was onder de indruk van het ondernemerschap. The sky is the limit is daar echt de mentaliteit. Amerikanen hebben een voluntaristisch kantje. De marktomstandigheden zijn natuurlijk ook anders. Het is er net iets eenvoudiger om een groot bedrijf uit te bouwen dan in België. Maar ik ben ook wel ontgoocheld in het land. Er is een grote kloof tussen arm en rijk, ik mis er sociale cohesie. Het samenhorigheidsgevoel dat er ooit was, is nu ver te

zoeken. Polarisatie is in de plaats gekomen en dat heeft natuurlijk veel te maken met het politieke klimaat. Democratie heeft plaats gemaakt voor demagogie. Het nieuws dat buitenlandse studenten niet meer welkom zijn in Harvard zegt genoeg.”

Jef: “Daar schieten ze zich toch geweldig mee in de voet. Het tart alle verbeelding.”

Wim: “Het is meteen ook een opportuniteit voor Europa om samen sterk te staan. In de technologiesector heerste lang het volgende businessmodel: richt hier een bedrijfje op en verkoop het nadien aan Amerikaanse platform vendors omdat België een te kleine

markt is. Maar die dynamiek zal nu misschien veranderen.”

Van de VS terug naar Vlaanderen. Op de West-Vlaming kleeft het DNA van harde werker. Hoe omschrijf je het Oost-Vlaamse DNA eigenlijk?

Jef: “West-Vlaanderen kan je inderdaad makkelijker terugbrengen tot een karakter dat zeer ondernemend is. Het grootste verschil tussen beide provincies heb ik altijd Gent gevonden. Een soortgelijke stad met die vibe heeft West-Vlaanderen niet, waardoor ze allemaal naar hier komen in groten getale, zoals ik (lacht).”

In andere raden van bestuur voel ik me soms eerder een ceremoniële voorzitter. Bij Voka Oost-Vlaanderen is dat absoluut niet het geval. Als er politieke spanningen zijn of beslissingen moeten vallen,
“ Voka voedt het Gentse kennisecosysteem waardoor het zichzelf in stand houdt. De goesting om te ondernemen is intussen een rolmodel geworden

WIM DE WAELE, NIEUWE VOORZITTER VOKA OOST-VLAANDEREN

Wim: “Volgens mij heeft de helft van de techsector in Gent West-Vlaamse origine (lacht) Ik vind dat we met North Sea Port ook een sterke troefkaart in handen hebben. Bovendien zijn de historische gronden ook anders. Gent is altijd een industriestad geweest. Een bolwerk van het socialisme ook, terwijl West-Vlaanderen het rurale karakter omboog naar een echte ondernemersregio. In Gent is de universiteit dan weer een voedingsbodem voor vele clusters. Die combinatie heeft geleid tot een kennisecosysteem en dat is behoorlijk uniek.”

Hoe groot is de rol van Voka in dat ecosysteem?

Wim: “Die rol is niet te onderschatten. Voka voedt dat ecosysteem waardoor het zichzelf in stand houdt. De goesting om te ondernemen is intussen een rolmodel geworden.

Ik hoorde onlangs van iemand uit Roeselare dat ze je daar al bijna scheef bekijken als je nog géén zelfstandige bent. Hier is het rolmodel bij studenten meer en meer om een succesvolle softwareondernemer te worden.”

Voka Oost-Vlaanderen is ook bezig met een grote strategische oefening voor de regio in de aanloop naar 2050. Die wordt dit najaar in de markt gezet. Kan zo’n visie effectief zaken in gang zetten?

Jef: “Dat heeft te maken met zogenaamde kapstokken. Je moet je boodschap kunnen ophangen aan iets en het op een duidelijke manier verkocht krijgen aan al je stakeholders, inclusief politiek en beleidsmakers. Wij hebben nu gekozen voor een termijn van 25 jaar. Andere regio’s gaan voor 5 of 10 jaar. Die duur is op zich van ondergeschikt belang, maar het kader dat je schept wel.”

Wim: “Volledig mee akkoord. En we moeten ook vermijden dat technologie daarin een doelstelling op zich wordt. Technologie is een enabler. Het gaat om productiviteit en daar zijn investeringen voor nodig. Veel van die investeringen draaien rond technologie, maar ook ruimte om te ondernemen en aantrekken van talent zijn cruciale factoren. Dat vereist op zijn beurt een aangename en sociale leefomgeving. Je hebt dus een plan nodig om daar als regio in te accelereren.”

Jef: “De voornaamste doestelling van Voka daarin is om dat ondernemerschap te faciliteren. Ik ben nu 6 jaar actief als voorzitter en ik kan je met de hand op het hart zeggen: we maken wel degelijk impact als organisatie. Hoe vaak gebeurt het niet dat politici en partijen terugvallen op boodschappen van Voka? Het is onwaarschijnlijk en tot op een zekere hoogte zelfs verontrustend dat men zich zo afhankelijk maakt. Dat men soms naar Voka belt om in bepaalde

regeringsonderhandelingen iets zinnigs te kunnen zeggen, is letterlijk al gebeurd. En net daarom heb je die grote lijnen en structuren nodig.”

Tot slot, hoe hard blijf je betrokken bij Voka, Jef? En kan je Wim nog een ultieme tip meegeven?

Jef: “Ik blijf zeker actief in het Voka-netwerk, maar iets meer vanop afstand. Ik wil geen schoonmoeder zijn (lacht). Eén tip die ik Wim kan geven is: blijf de lange termijn voor ogen houden. En blijf de waarde en de kracht van de organisatie behouden. Als er ergens een wiel wordt afgereden, dan is het daar wel. Zodra je geen goed leiderschap meer hebt, stort je een paar jaar nadien de dieperik in. Alles staat of valt met mensen.”

De voorzitter van Voka Oost-Vlaanderen vormt samen met co-ceo’s Hilde Schuddinck en Geert Moerman een geoliede tandem of beter, driewieler.

Hans Maertens, afscheidnemend gedelegeerd bestuurder Voka vzw

“We hoeven onszelf niet te verkopen, wél het ondernemerschap”

Binnenkort neemt Hans Maertens afscheid van Voka vzw als gedelegeerd bestuurder. We kennen elkaar al lang, maar niet zo heel goed. Hoog tijd om met hem op pad te gaan. En wat blijkt? We hebben meer gelijkenissen dan gedacht. Een intens gesprek over plichtsbewustheid, authenticiteit en dienstbaarheid.

Co-ceo Voka Oost-Vlaanderen Hilde Schuddinck ging deze maand op pad met afscheidnemend gedelegeerd bestuurder van Voka vzw Hans Maertens.

We begonnen ongeveer tegelijkertijd bij Voka, zo’n vijftien jaar geleden. Hij als directeur van Voka – Kamer van Koophandel West-Vlaanderen, ik als jurist in OostVlaanderen waar ik pas echt mijn draai vond toen ik Bryo (een traject voor ‘bright and young entrepreneurs’) uit de grond mocht stampen. In die periode kwam ik vaak in het kantoor van Kortrijk waar Hans telkens ondersteunend, geïnteresseerd en vriendelijk was. Vele jaren later zitten we samen in het managementcomité van Voka waar ik zijn leiderschap, visie en zijn alom bekend samenvattend vermogen van dichtbij meemaak. Altijd to the point, immer correct.

Hans en ik spreken af in Bar Bassie van het Wintercircus. Terwijl Quando, quando, quando speelt en Hans vrolijk mee neuriet,

pols ik naar zijn muzieksmaak. “Ik heb eerlijk gezegd weinig muzieksmaak”, zegt hij. “Muziek kan mij raken, maar geef mij maar fietsen, wandelen, reizen en lezen. Mijn grootste ontspanning is met de fiets eropuit trekken, samen met een aantal goeie vrienden. Samen zuurstof pakken en dan heb ik niet veel conversatie nodig. Ik voer tijdens de week al genoeg het woord.”

Dat herken ik helemaal. In het weekend fiets ik nog het liefst alleen, om mijn sociale batterij terug op te laden. Hans Maertens: “Ik verkies toch mét vrienden boven alleen fietsen. Je hebt het groepseffect en je hoeft in de West-Vlaamse polders niet alleen tegen de wind te beuken. Je deelt de moeilijke momenten en dat is ook vrij symbolisch. Vriendschap betekent geborgenheid, steun aan elkaar geven.”

Die fietsvrienden, zijn dat vrienden vanuit je jeugd?

“Ik leef in twee werelden: de professionele, met ondernemers, politici en mensen van het middenveld. Maar in het weekend vertoef ik in mijn heimat, in de wereld van mijn vrienden. Dan ben ik een inwoner van Lichtervelde, één van hen. Als ik door Lichtervelde wandel, dan steek ik heel vaak mijn hand op. Dan heb ik enorm veel sociale contacten, en voldoening van mensen die je koestert. Dat geeft mij ook een bijzondere voeling met mijn professionele leven. Ik heb vaak de conjunctuurenquêtes of de politieke barometers niet nodig. Als ik rondkijk en luister in mijn eigen gemeente, dan weet ik wat er bij de burger leeft, waarvan hij wakker ligt. Ik fiets met mensen met een verschillend profiel en achtergrond. Dat geeft mij een enorm rijke maar vooral realistische blik op hoe een en ander draait in de maatschappij.”

Ik kom zelf helemaal niet uit een ondernemersnest. Mijn vrienden en familie zijn actief in hele andere sectoren en dat is net boeiend, dat je de verschillende signalen oppakt …

“Precies, niet alleen die van de ondernemers, van de ‘bubbel’ waar je elke dag in vertoeft. Ik denk dat mijn sterkte is dat ik die twee werelden enorm goed kan connecteren. Lichtervelde begrijpt Brussel te weinig. En Brussel begrijpt Lichtervelde te weinig.”

Mooie quote, die neem ik mee. Mijn vader heeft 45 jaar fysieke arbeid geleverd voor een heel bescheiden loon. Dat gom je niet zomaar weg als je deze job doet.

“Maar dat is net het mooie, dat je daarin authentiek blijft. En dat kan alleen door op het terrein te komen. We moeten elkaar nog veel meer durven zeggen waar het op aankomt. Vele mensen durven niet rechtuit te zijn als ze een politicus zien, ze vergoelijken de situatie. Omgekeerd durft ook de politiek niet aan de burger te zeggen hoe de echte stand van het land is. We verbloemen de zaken, en daardoor gelooft de burger niet meer in de politiek. Daar botsen we meer en meer tegenaan.”

In Lichtervelde ligt duidelijk je hart, waarom wou je dan afspreken in het Wintercircus?

“Omdat het verhaal hier voor mij om meerdere redenen klopt. Ten eerste ben ik enorm trots dat Voka Oost- Vlaanderen – en in het

bijzonder Geert (Moerman, red.) en jij – hier het initiatief genomen heeft om samen met Stad Gent en al die investeerders dit mooie gebouw te redden en te transformeren tot wat het nu is. Dit is een prachtig stuk erfgoed, en dat raakt me enorm. Zelf ben ik ook een van de stuwende krachten achter een stuk erfgoed in Lichtervelde: Cultuurhuis De Keizer. We hebben de oudste dorpscinema van Vlaanderen kunnen redden. Gelukkig maar, want het is echt pure nostalgie. En net zoals jij hier, ben ik daarvan een trotse voorzitter.”

En tevreden met de bestemming hier als technologietempel?

“Zeker, het is nu een prachtige biotoop voor de techcommunity, voor nieuwe start- en scale-ups. En dan komt mijn passie voor ondernemerschap, voor Voka en ons eigen Bryo-project naar boven. Net zoals na de Eerste en Tweede Wereldoorlog zaaien we nu de kiemen voor een totaal andere economie. Vroeger waren het de Barco’s, de Bekaerts en Philipsen, nu ont staan nieuwe topbedrijven die hier geboren worden in een totaal andere context. Dus waarom hier afspreken? Omwille van het erfgoed, omwille van de techscene, maar ook omwille van het circus …”

Een circusfan?

“Alleen al het woord circus brengt bij mij zoveel emoties en nostalgie. Ik woonde vroeger op de markt in Lichtervelde en als kind hadden wij twee keer per jaar het geluk om het circus te ontvangen in het dorp en ook twee maal de kermis, de foor. Dat was mijn grootste plezier. Mijn ouders waren drukkers en mochten dan de affiches leveren.”

recent nog in de zoo – dan hoop je toch dat zoiets op een of andere manier kan blijven duren. Er is te weinig geluk in de wereld. Ik denk dat we soms het geluk ook wel verbannen.”

Begrijp je de commotie die er door de jaren heen is ontstaan rond het (nomade)circus, en meer specifiek het dierenwelzijn?

“Natuurlijk staat dierenwelzijn voorop, laat dat duidelijk zijn. Maar als ik het geluk van mijn kleinkinderen zie bij die dieren – ik was

Je ouders waren dus drukkers, Hans. Toch in een ondernemersnest opgegroeid. Je vader in een stofjas?

“(lacht) Mijn vader niet, de medewerkers wel. Maar ik heb wel van dichtbij gezien hoe het er in een zaak aan toegaat, met de hoogtepunten en met de nodige moeilijkheden. Mijn

ouders hadden een bloeiende zaak, maar hebben twee serieuze dieptepunten gekend. Mijn ouders zijn begonnen in 1960, hebben hun zaak uitgebouwd, maar zijn in 1978 geconfronteerd met het faillissement van een van hun grootste klanten, de fameuze fietsenfabrikant Flandria. Een bedrijf waarvan iedereen dacht dat het nooit failliet kon gaan. Maar dat deed het wel, terwijl mijn ouders nog heel wat openstaande facturen hadden. Toen heb ik hen echt zien afzien, tot wenen toe zelfs.”

Hoe oud was jij toen?

“16 jaar. Ze zijn daar doorgesparteld, maar in 1981 is mijn vader ziek geworden. Een zwaar hartinfarct, hij heeft nooit meer kunnen werken. Mijn moeder heeft alleen de zaak verdergezet en dat heeft mij toch wel wat getekend. Als student werkte ik heel vaak mee in de zaak, zodra mijn examens gedaan waren tot het academiejaar terug begon. Dat waren gratis uren, want elk uur dat we konden uitsparen, was één uur ‘gewonnen’.”

En heb je broers of zussen?

“Ik heb één zus die ook altijd meehielp. In 1991 was de toestand van mijn vader echt zorgwekkend en heeft hij zelfs een harttransplantatie ondergaan. In die tijd was dat een wonder. En we hebben het geluk gehad dat hij nog zeven jaar geleefd heeft met dat ruilhart.”

Je mama is vorig jaar overleden. Ik merkte een enorme zwaarte toen bij jou.

“Ik heb toen ongelooflijk veel verdriet gehad.”

Misschien ook omdat ze een hardwerkende vrouw was die er alles aan gedaan heeft om jou alle kansen te geven?

“Zeker, ondanks mijn drukke bezigheden ben ik toch altijd een familieman gebleven, ook omdat ik weet wat mijn mama allemaal meegemaakt heeft.”

Wat is er met de drukkerij gebeurd?

“Die is in 1995 verkocht aan een jong koppel. Zij hebben er ondertussen een heel hippe en knappe horecazaak van gemaakt, Wolf. Iedereen voelt er zich onmiddellijk thuis, in het weekend drink ik er ook graag een pintje.”

Is het nooit in jullie hoofd opgekomen om de zaak over te nemen?

“Nee. Ik denk dat mijn zus en ik nochtans allebei ondernemend zijn. Maar wij hadden het ongelooflijke voorrecht om te mogen verder studeren in vrij moeilijke omstandigheden. Wij zijn niet streng opgevoed, maar wel heel verantwoordelijk.”

Plichtsbewust?

“Dat is het goeie woord, ja. We moesten met dat diploma iets aanvangen en bovendien zagen we ook wel aankomen hoe de drukkerijsector veranderde en het moeilijker en moeilijker werd.”

Welke studies heb je gedaan?

“Ik wou sinds mijn 13de al journalist worden, dat was mijn droom. Actualiteit boeide me enorm, en door het beroep van mijn vader hadden we veel kranten in huis. Maar thuis zagen ze eerder een dokter of ingenieur in mij. Dus kwam er een compromis: rechten. Ze gingen er vanuit dat ik daarna wel tot de jaren van verstand zou komen, maar ik ben na mijn rechtenstudies toch nog journalistiek gaan studeren. In 1987 ben ik als politiek journalist mogen beginnen bij wat toen De FinancieelEconomische Tijd heette. Daarna ben ik hoofdredacteur geworden, en directeur. Een heel druk bestaan maar ook wel vanuit het besef: ‘Ik mag en kan dit doen. Ik ga zorgen dat dat goed gebeurt.’

Frappant, dat klinkt heel gelijkaardig. Mijn vader heeft nooit verder mogen studeren, maar keek wel altijd naar het nieuws en op zondag keken we samen naar De Zevende Dag. Ik heb dat altijd willen presenteren. Mijn ouders hebben ons alle kansen gegeven waardoor ik rechten mocht studeren, en vooral heel plichtsbewust ben omgegaan met al die voorrechten waarvan ik nu kan genieten. Elke dag werken in een omgeving vol positieve en ambitieuze mensen. Ik koester dat oprecht.

“Alles wat ik heb gedaan tot nu toe in mijn carrière deed ik met volle kracht. Het motto van mijn moeder draag ik al jaren mee: ‘Ik wil, ik kan, ik zal.’ Ik heb dat ook op haar uitvaart gezegd. Ik heb haar er soms om vervloekt ook. Maar zij had dat voor haarzelf ook nodig. Om rechtop te blijven staan, om dat inkomen te voorzien voor ons, om ons verder te laten studeren. Het blijft een mooi mantra.”

Even naar Voka, vier jaar directeur in West-Vlaanderen, tien jaar gedelegeerd bestuurder Voka vzw. Er altijd moeten staan, een vorm van topsport toch. “Het is niet een vorm van topsport, het is topsport. Ik bekijk zaken nogal vrij rationeel, het is mooi geweest. Vorig jaar heb ik voor mezelf nagedacht wat ik de komende vijf à zes jaar nog wil doen. Ik heb interesses genoeg en het doet zelfs deugd om het eens niet te weten. Eén ding weet ik wel. Ik hoop dat ik terug wat creatiever kan zijn. Ik spreek en schrijf graag. In mij schuilt er geen kunstenaar, maar wel een vrije geest.”

En hoe blik je terug op je Voka-periode?

“In alle bescheidenheid, ik kan Voka overdragen op een hoogtepunt. En in eer en geweten denk ik dat de jonge generatie bij Voka hier nu verder moet op bouwen. Mensen zoals jij en natuurlijk ook Frank (Beckx, red.) en vele anderen. Ik hoop dat ik een beetje mee het verschil heb gemaakt.”

Welke suggesties kan je mij geven om verder te ‘bouwen’?

“Wie ben ik om dat te doen? Gewoon jezelf blijven en niet naast je schoenen gaan lopen. Het is een voorrecht dat we deze job mogen en kunnen doen. Voor en door ondernemers, vooral dankzij de ondernemers. Het gaat niet over onszelf, we staan ten dienste van, en op die manier kunnen wij onszelf ontplooien. Dus, je authenticiteit bewaren is cruciaal. En ja, wij komen in de media, maar we zijn geen politici. Wij hoeven onszelf niet te verkopen. We moeten het ondernemerschap verkopen, onze leden. Wees dus jezelf binnen die dienstbaarheid. Ik weet het, het klinkt oubollig maar toch zo belangrijk. Maar dat zit goed bij jou. Je voelt bij jou die authenticiteit. En misschien nog een cliché, koester ook de kleine momenten. Zoals dit gesprek, hier geniet ik echt van.”

Bedankt Hans, dat vind ik een mooi compliment. Bedankt wat je voor Voka deed, en misschien tot in Lichtervelde!

Ontdek alle gesprekken via de LinkedInnieuwsbrief van Hilde.

Jouw belangen kamerbreed verdedigd

Nieuwe terreinen creëren en onbenutte terreinen activeren is broodnodig

Binnen 2 jaar is elke m 2 bedrijfsgrond opgebruikt in Oost-Vlaanderen

Ondernemingen kunnen vandaag amper uitbreiden in Oost-Vlaanderen omdat er een nijpend tekort is aan bedrijventerreinen. Een nieuwe studie van Voka wijst uit dat binnen twee jaar elke beschikbare hectare bedrijfsgrond opgebruikt zal zijn. Voka Oost-Vlaanderen heeft de toekomstige ruimtevraag van ondernemingen in kaart gebracht en daaruit blijkt dat er elk jaar minimaal 50 hectare ruimte voor bedrijvigheid zou moeten bijkomen, en dat tot 2050. Laat ons de bouwshift met tien jaar uitstellen. Anders zullen ondernemingen Vlaanderen links laten liggen.

TEKST SIMON LEFÈVRE

Ondernemers zijn de drijvende kracht achter onze economie en zorgen voor welvaart en jobs. Maar zonder een doordacht beleid dreigen we in Oost-Vlaanderen waardevolle groeikansen te missen. Zonder nieuwe bedrijventerreinen hebben ondernemingen geen andere keuze dan weg te trekken en hun groeiplannen elders te realiseren. De Vlaamse regering moet dringend bijkomende ruimte voor bedrijven voorzien en dat naargelang de noden van onze economie. Toekomstige tewerkstelling kan enkel gecreëerd worden in een gunstig vestigingsklimaat waar ondernemingen letterlijk meer ruimte krijgen.

Meer dan 1.000 hectare nodig tegen 2050

Beschikbare ruimte is een basisvoorwaarde om een bloeiend bedrijf te kunnen opbouwen. Bedrijven botsen in (Oost-)Vlaanderen op

een structureel tekort aan ruimte om te ondernemen, te investeren of hun productie aan te passen. In een studie brachten we de huidige ruimte voor bedrijvigheid in kaart en wordt de toekomstige nood aan extra ruimte geobjectiveerd.

In Oost-Vlaanderen is het aanbod aan beschikbare bedrijventerreinen momenteel zeer beperkt, met slechts 57 hectare – goed voor amper 10% van het totale aanbod in Vlaanderen. Enkel in North Sea Port is er nog heel wat ruimte voor bedrijvigheid (niet meegenomen in de studie).

Zonder bijkomende maatregelen dreigt dit aanbod binnen twee jaar uitgeput te zijn. Grote percelen ontbreken volledig; geen enkel terrein is groter dan 5 hectare. In regio’s zoals de Vlaamse Ardennen is het aanbod bijzonder schaars, met slechts 12 hectare

actief aanbod tegenover een verwachte behoefte van 173 hectare tegen 2050.

De Denderregio kampt met een gelijkaardig tekort: slechts 10 hectare is vandaag beschikbaar, terwijl de nood zal oplopen tot 264 hectare. In de Gentse regio (exclusief de haven) bedraagt het huidige aanbod 35 hectare, terwijl tegen 2050 naar schatting 496 hectare nodig zal zijn.

Volgens onze analyse is er in OostVlaanderen jaarlijks ongeveer 50 hectare extra bedrijventerrein nodig om aan de toenemende vraag te voldoen, en dit tot minstens 2050. Over een periode van 25 jaar betekent dat een bijkomende behoefte van 1.221 hectare – en dat is het minimale scenario. Wanneer men ook rekening houdt met factoren zoals strengere milieuwetgeving, duurzaamheidseisen of een sterkere

Foto van Eilandje Zwijnaarde enkele jaren terug. In Oost-Vlaanderen is het aanbod aan beschikbare bedrijventerreinen momenteel zeer beperkt, met slechts 57 hectare (exclusief de haven) –goed voor amper 10% van het totale aanbod in Vlaanderen.

verankering van de industrie, zal de ruimtevraag nog verder toenemen.

Onbenut is niet onbruikbaar

Voka Oost-Vlaanderen pleit voor een dringend actiever aanbodbeleid van de Vlaamse overheid, gericht op de creatie van nieuwe bedrijventerreinen, met prioriteit voor regio’s waar de nood het grootst is. De uitgifte van nieuwe terreinen moet daarbij gecoördineerd worden op gewestelijk niveau. Hoewel Oost-Vlaanderen op papier nog 470 hectare onbenutte bedrijventerreinen telt, is deze ruimte in de praktijk vaak onbruikbaar door uiteenlopende belemmeringen (zoals planologische beperkingen, mobiliteitsknelpunten of waterproblemen). Daarom is een terreinspecifieke micro-analyse noodzakelijk om knelpunten te identificeren en gericht weg te werken.

Bouwshift met 10 jaar uitstellen

Voka Oost-Vlaanderen wijst erop dat Vlaanderen ervoor heeft gekozen om de bouwshift al tegen 2040 te realiseren, terwijl de Europese Unie 2050 als richtlijn hanteert. Daarmee stelt Vlaanderen strengere eisen dan andere lidstaten. We pleiten daarom voor een uitstel van tien jaar, zodat het beleid beter aansluit bij de Europese timing.

De bouwshift betekent dat er vanaf 2040 geen netto bijkomend ruimtebeslag meer mogelijk is, waardoor het creëren van nieuwe bedrijventerreinen helemaal onmogelijk wordt. Juist daarom is het cruciaal om vandaag extra ruimte te voorzien voor ondernemerschap.

Benieuwd waar in Vlaanderen de nood aan extra bedrijfsruimte het grootst is?

Ontdek gedetailleerde cijfers per streek in de nieuwe Voka paper en online via voka.be/ruimtebehoeftestudie of de QR-code

Wachtlijsten door het grote succes, Voka pleit voor uitbreiding Talentcenters

Minister van Onderwijs Zuhal Demir op bezoek in het Gentse Talentcenter

Elk jaar veranderen in het Vlaamse secundair onderwijs meer dan 18.000 leerlingen van richting omdat de oorspronkelijke keuze toch niet de juiste bleek. In de helft van de gevallen verandert de leerling van een richting met doorstroomfinaliteit naar een richting met een arbeidsmarktgerichte finaliteit.

In een arbeidsmarkt waar elk talent telt, is het essentieel dat jongeren een studiekeuze maken die echt aansluit bij hun capaciteiten en interesses. Met het Talentcenter draagt Voka Oost-Vlaanderen bij tot een positieve studiekeuze waarbij ook de technische of beroepsgerichte studierichtingen op de radar komen te staan. Want in elke studierichting kunnen leerlingen excelleren.

Hoe werkt het?

Leerlingen tussen 11 en 14 jaar brengen met hun klas een gratis bezoek aan het

Talentcenter in de Voka Box. Tijdens dat bezoek nemen ze deel aan een reeks theoretische en praktische tests: een VR-spel dat ruimtelijk inzicht meet, motorische en motivatietests, en cognitieve taal- en rekentesten. Dat de aanpak werkt, blijkt uit de cijfers: het Talentcenter in Gent zit nu al voor 90% vol voor schooljaar 2025-2026. De nood aan gerichte talentontwikkeling is groter dan ooit.

Wachtlijsten wegens succes

Naast het Voka Talentcenter in Gent zijn er in elke Vlaamse provincie talentcenters actief. Meer dan 12.000 leerlingen uit 270 scholen brachten al een bezoek aan 1 van de 7 Talentcenters. De vraag is groot, waardoor wachtlijsten inmiddels onvermijdelijk zijn. Voka wil dan ook graag de werking van de Talentcenters uitbreiden om zoveel mogelijk leerlingen de kans te bieden hun talenten te ontdekken en een passende studiekeuze te maken.

Meisjes in STEM-richtingen? Zeker! De eerste resultaten onderstrepen meteen de meerwaarde van het Talentcenter. Traditioneel kiezen veel meer jongens dan meisjes voor STEM-richtingen. Meisjes hebben evenveel talent voor STEM-richtingen als jongens, al zijn ze zich daar niet altijd van bewust. Dat blijkt ook uit de resultaten van het Talentcenter, waarin meisjes en jongens even goed scoren. De persoonlijke talentenrapporten kunnen bij jongeren én ouders de ogen openen en uiteindelijk ervoor zorgen dat de arbeidsmarkt evenwichtiger kan worden.

De partners van het Talentcenter in Oost-Vlaanderen:

Zuhal Demir ging zelf aan de slag in het Talentcenter van Voka Oost-Vlaanderen.

Loontransparantie: vermijd de risico’s

Hoe eerlijk en gelijkwaardig is jouw loonbeleid? De Europese loontransparantierichtlijn verplicht je binnenkort nog dwingender om er werk van te maken. Vanaf 2027 moeten grote bedrijven rapporteren. Maar zelfs als je (nog) niet hoeft te rapporteren, is nietsdoen geen optie. Profiteer van de voordelen van loontransparantie en vermijd de valkuilen.

WAT EN WAAROM?

Met de EU-loontransparantierichtlijn pakt de EU loondiscriminatie aan. In dit geval op basis van gender, maar uiteraard mag je evenmin discrimineren op basis van andere factoren. In Europa verdienen mannen gemiddeld 12% meer dan vrouwen. In België doen we het met een kloof van 5% al goed, maar het kan altijd nog beter.

Het principe: verloning is verbonden aan een functie, niet aan een persoon. Daarom moet je:

1. Elke medewerker toegang geven tot informatie over verloning en criteria voor opslag.

2. Rapporteren over je loonbeleid (volgens de EU-richtlijn vanaf 100 medewerkers of meer, maar de Belgische wetgeving kan strenger zijn).

3. Gediscrimineerde werknemers vergoeden.

RISICO 1: VERLIES VAN

MOTIVATIE

EN BETROKKENHEID

Een gebrek aan loontransparantie leidt tot verlies van tevredenheid, betrokkenheid en motivatie. Dat bleek duidelijk uit ons onderzoek. Als je niets onderneemt, riskeer je een negatieve spiraal:

• sociale onrust en een negatieve werkomgeving

• de perceptie van een niet-marktconform loonbeleid bij je huidige werknemers

• verlies van talent

• moeilijkheden bij het aantrekken van het juiste talent

• verdere imagoschade op de arbeidsmarkt

• blinde vlekken in je employee value proposition, waardoor je steeds moeilijker mensen vindt

RISICO 2: SANCTIES

Als je moet rapporteren over je loonbeleid en uit die rapportering blijkt een onterechte loonkloof van meer dan 5%, dan moet je werk maken van correcties. Anders volgen er sancties. Wat die precies inhouden, hangt af van de nationale wetgeving.

RISICO 3: ONGELIMITEERDE COMPENSATIES

Als medewerkers komen aandraven met verschillen, dan heb je daar maar beter een goede uitleg voor. De bewijslast ligt bij jou. Kun je niet verantwoorden waarom die verschillen bestaan, dan zijn die medewerkers beschermd tegen ‘represailles’: van een slechte evaluatie over een gemiste promotie tot ontslag.

Bovendien geeft een vastgesteld verschil recht op een volledige compensatie. Die kan oplopen tot het volledige loonverschil én bijbehorende bonussen of andere

vormen van betaling: mogelijk duizenden euro’s per getroffen werknemer. Daar is géén maximumbedrag aan verbonden.

Hoeveel zo’n claim je effectief zal kosten, hangt natuurlijk af van de omzetting in nationale wetgeving. En die is er op dit moment nog niet. Maar één ding weten we al zeker: nietsdoen kan je veel geld kosten.

Deze risico’s vermijden? Zorg voor een eerlijk loonbeleid. Neem je beloningsstrategie onder de loep, koppel lonen aan functies en communiceer duidelijk naar je werknemers. Onze experts helpen je daar graag bij.

Oost-Vlaamse

“ Onze oprichter Jesse Shwayder zei in 1910 al: ‘Behandel je naasten zoals je zelf wilt behandeld worden.’ Je moet hier echt voor elkaar in de

bres springen, de deur van

elk

bureau staat hier letterlijk open

Een duik in de koffergeschiedenis van Samsonite

Toen Jesse Shwayder in 1910 in Denver Samsonite oprichtte, was reizen enkel voorbestemd voor de rijken der aarde, die de middelen hadden om de wereld te zien. Samsonite was een van de eerste bagagemerken en stond steeds bekend voor haar vakmanschap en innovatie en voor het leveren van stijlvolle oplossingen.

De geschiedenis van Samsonite in Oudenaarde begon in 1966. In 1973 werd de eerste steen gelegd voor een gloednieuwe fabriek. De keuze viel op Oudenaarde, een strategische locatie met een sterke industriële traditie en een goed opgeleide arbeidsmarkt. De fabriek werd al snel een belangrijk onderdeel van Samsonite’s wereldwijde netwerk, gespecialiseerd in de productie van harde koffers en andere reisartikelen van hoge kwaliteit.

Door de jaren heen groeide de vestiging in Oudenaarde uit tot een van de grootste productiesites van Samsonite in Europa. Naast de productie van koffers werd de site ook een logistiek knooppunt, met een distributiecentrum dat goederen naar verschillende Europese landen verzendt. In 2024 werkten er ongeveer 750 medewerkers, en de fabriek produceert jaarlijks meer dan 700.000 koffers. De groei ging gepaard met voortdurende investeringen in technologie en automatisering, wat de efficiëntie en productkwaliteit ten goede kwamen.

Anno 2025 is Samsonite niet langer een familiebedrijf. Het is uitgegroeid tot een wereldwijd toonaangevend bagagebedrijf met heel wat sterke merken in verschillende prijscategorieën. De Oudenaardse vestiging (met moederholding in Luxemburg) vormt het hoofdkwartier voor de Europese productie, distributie, R&D, verkoop, marketing en administratie. Samsonite is nog steeds vooral gekend voor zijn reiskoffers, maar heeft ondertussen tientallen producten in zijn gamma, van (outdoor) rugzakken over vele soorten reis-, laptop- en handtassen tot een volledig kinderassortiment.

Samsonite Oudenaarde blijft een belangrijke economische speler in de regio. De fabriek blijft innoveren en investeren in duurzame productieprocessen, en speelt een sleutelrol in de Europese strategie van het merk. De aanwezigheid van Samsonite heeft niet alleen werkgelegenheid gebracht, maar ook bijgedragen aan de internationale uitstraling van Oudenaarde als industriële stad.

(lees verder op de volgende pagina)

Stefaan Lefebvre, cfo voor Samsonite Europe, is al 34 jaar aan de slag in de Oudenaardse vestiging.

Bagagebedrijf Samsonite (Oudenaarde) kijkt hoopvol naar de horizon

“De markt van reizen en beleven zal nooit verdwijnen”

Van R&D over productie tot distributie: het Europese epicentrum van Samsonite huist nog altijd in Oudenaarde. Hun koffers en tassen reizen de wereld rond en ondertussen wordt ook de bagage van morgen hier ontworpen. Een portret van een gerenommeerd bagagebedrijf dat sterk verankerd blijft met de regio.

TEKST SAM DE KEGEL – FOTO GUNTER BROODCOORENS & SAMSONITE

In 1973 werd de eerste steen gelegd voor een gloednieuwe fabriek in Oudenaarde, een strategische locatie met een sterke industriële traditie en een goed opgeleide arbeidsmarkt.

Wanneer je het Europees hoofdkwartier van Samsonite in Oudenaarde binnenwandelt, stelen ze meteen de show: koffers in verschillende maten en gewichten, en uit verschillende tijdperken. Van de iconische Streamlite (1941) over de oersterke Oyster (1986) tot de baanbrekende Cosmolite (2008).

Al is een grote reiskoffer anno 2025 – zonder inhoud – vooral een pluimgewicht. Zo’n twee decennia geleden ontwierp Samsonite haar op dat moment lichtste koffer ter wereld, samen met enkele slimme koppen slash materiaalkundigen van KU Leuven. Hun missie: een koffer met vier eigenschappen: licht, sterk, mooi én duurzaam.

Zo werd het geregistreerde handelsmerk Curv® geboren: een composiet, een kunststof dus die met vezels uit dezelfde kunststof versterkt wordt. In dit geval: polypropyleen. De kunststof wordt opgewarmd en uitgerekt tot stroken – tapes – en meteen weer afgekoeld. De tapes worden vervolgens geweven en in verschillende lagen samengeperst tot een ’zelf-versterkt’ composietmateriaal.

Een jaar later al produceerde Samsonite koffers met het composietmateriaal en algauw begonnen die aan een wereldreis.

We spelen meer en meer in op de trend van self repair, waarbij consumenten zelf kofferonderdelen kunnen vervangen

De grote doorbraak kwam er in 2008, toen de Cosmolite-koffer uitkwam. Daarmee won Samsonite de Red Dot Design Award, één van Europa’s belangrijkste prijzen voor design. Meer dan vier miljoen exemplaren rolden er van de productieband.

Het nieuwste materiaal waarmee ze werken, is BOPP: biaxiaal georiënteerd polypropyleen. Bij BOPP wordt de polyprolyeen uitgerekt in twee richtingen in plaats van één, en het wordt niet geweven. Zo krijg je flinterdunne films, van veertig micrometer dik (veertig duizendste van een millimeter). Dat wordt ook veel gebruikt in de verpakkingsindustrie: denk aan de folie om potjes met voeding af te sluiten. Deze BOPP-films worden nu gebruikt als plaatmateriaal voor koffers. Als je zo’n dertigtal laagjes BOPP-folie op elkaar legt en ze dan op de juiste manier samenperst bij hoge temperatuur, krijg je – net als bij het composietmateriaal – een plaat die je in de vorm van een koffer kan persen.

“De eigenschappen van dit nieuwe materiaal, door Samsonite “Roxkin™” gedoopt, zijn vergelijkbaar met Curv® ”, vertelt Stefaan Lefebvre, cfo voor Samsonite Europe én al 34 jaar aan de slag in de Oudenaardse vestiging.

“Maar het materiaal is nog lichter én sterker, en het biedt perfect weerstand tegen impact.

De geschiedenis van Samsonite in Oudenaarde begon in 1966 in de Dijkstraat.

We maken deze platen ook deels hier, in Oudenaarde.

De belangrijkste productie in Oudenaarde is echter nog steeds die van de hardschalige koffers met 3-puntssluiting. Deze worden vervaardigd door het injecteren van gesmolten polypropyleen-korrels onder hoge druk in een spuitgietmatrijs. Om een koffer te produceren, wordt er gebruik gemaakt van 2 machines in paar, één met de topschaal en één met de bottomschaal.”

Qua innovatie zit het dus meer dan snor, maar zoals zovele bedrijven werd ook Samsonite zwaar getroffen door de coronapandemie. Wanneer kwam de revival?

Stefaan Lefebvre, cfo voor Samsonite Europe: “Het coronatijdperk was dramatisch, op één maand tijd daalde onze omzet van 100% naar 5%. In zoekopdrachten op sites belandde ‘luggage’ helemaal onderaan de lijst. Uiteindelijk hebben we de crisis heel goed doorstaan. We hebben nog grote crisissen gekend zoals de Golfoorlog in 1990, 9/11 in 2001, het SARS-virus in Azië in 2002/2004 en de financiële crisis in 2010, maar de COVID-crisis steekt er met kop en schouders bovenuit. Ze sloeg toe van de ene op de andere dag en duurde vrij lang. Daarna kwam gelukkig de travel revenge, iedereen

wou weer reizen. Maar de andere markten herstelden zich sneller, bij ons duurde het wat langer omdat er lang een reisverbod was in en naar veel landen.”

Heeft de huidige geopolitieke onzekerheid een grote impact op het consumentenvertrouwen en de reismarkt?

“Tot op zekere hoogte, ja. Minder koopkracht, hoge inflatie en meer onzekerheid zorgen voor een wat afwachtende houding. Maar de toekomst oogt toch goed. De markt van reizen en beleven zal nooit verdwijnen.

Wereldwijd breiden luchtvaartmaatschappijen en luchthavens zelfs uit, iedereen verwacht een groei in reizen ook al zijn de vliegtuigtickets nu duurder, zeg maar eerlijker qua prijssetting.”

Jullie zijn wereldwijd actief, met hoofdfocus op drie regio’s: Europa, Azië en Amerika?

“Ja, Samsonite heeft wereldwijd ook drie eigen productiesites, één in India en twee in Europa. De twee productiesites in Oudenaarde en Szeksard (in Hongarije, sinds 2017, red.) produceren voornamelijk voor de Europese markt, en heel beperkt voor de Amerikaanse en Aziatische markt. De Indische productiesite bedient de Indische en Aziatische markt. We tellen wereldwijd

negen merknamen in onze koffers, tassen en rugzakken. In Europa zijn we aanwezig met vijf merknamen, met Samsonite als grootste merk, goed voor 70% van onze Europese omzet. Maar we hebben ook bijvoorbeeld American Tourister in ons gamma, dat zich onder het prijssegment van Samsonite bevindt en zich voornamelijk richt op jongeren. En Tumi die zich in het luxesegment bevindt. Of Gregory, onze outdoor rugzak voor (meerdaagse) trektochten, die we verkopen via outdoorwinkels als A.S. Adventure.”

Samsonite verkoopt zijn producten via een sterk dealernetwerk maar ook rechtstreeks aan de eindconsument via de webshop. Is het zoeken naar een balans om geen rechtstreekse concurrent te worden met jullie eigen dealernetwerk?

“We hebben eigenlijk drie kanalen, want we tellen ook zo’n 250 winkels in Europa in eigen beheer, o.a. op luchthavens en in de grote steden. Onze eerste eigen winkel is na 30 jaar nog steeds op dezelfde locatie gevestigd, in Brussel. Onze dealers zijn de klassieke department stores en zelfstandige winkeliers, vaak familiebedrijven. We zien dat zij ook meer en meer in de e-commerceboot stappen. Met sommige klanten werken we samen onder de vorm van drop shipments (waarbij de winkels zelf geen eigen voorraad hebben, red.) vanuit onze Europees distributiecentrum in Oudenaarde. Die consument blijft trouwens heel trouw aan ons merk.”

Wie zijn jullie voornaamste concurrenten in deze hypercompetitieve markt?

“Met onze verschillende merknamen dekken we verschillende segmenten af. We willen echt gediversifieerd zijn, zowel in prijssetting maar ook qua balans tussen travel en non travel goods, van reiskoffers over laptoptassen tot outdoor rugzakken. Samsonite is een wereldspeler, maar de markt van bagage en bagageartikelen is zeer gefragmenteerd en de toetredingsbarrière is laag.”

Jullie hebben ook twee joint ventures gesloten met lokale partners, in ZuidAfrika en Turkije. Waarom?

“Omdat Zuid-Afrika en Turkije zeer specifieke en concurrentiële markten zijn met andere sterke merknamen. We willen daar sterker aanwezig zijn met lokale partners die die lokale markt door en door kennen.”

Welke zijn de grootste groeimarkten?

“Die liggen nog altijd in Azië, maar ze zijn nog niet volledig hersteld na corona. Vooral de Chinese binnenlandse markt heeft het nog steeds heel moeilijk, al probeert de Chinese overheid de interne vraag wel aan te zwengelen via campagnes. De Europese markt is min of meer verzadigd, daar willen we meer diversifiëren met verschillende producten.”

Over naar het thema duurzaamheid. Zit er ook toekomst in biocirculaire materialen om koffers te produceren?

“In onze R&D lopen verschillende projecten om met biocirculaire materialen (zoals

kunststoffen geproduceerd van gerecycleerde plantaardige olie, red.) tot een ‘aanvaardbare’ koffer te komen op vlak van kwaliteit en duurzaamheid. Vandaag proberen we sowieso al zoveel mogelijk met gerecycleerde grondstoffen koffers te produceren én ervoor te zorgen dat onze producten op het einde van de levenscyclus recycleerbaar zijn. Als grondstof voor onze kofferschalen gebruiken we polypropyleen. De schaal van de koffer – zonder de rits en de wieltjes – is herbruikbaar als polypropyleen-kunststof. Op jaarbasis is het verbruik ongeveer 2.000 ton, de helft daarvan is al recycled polypropyleen, waarvan 70 % post consumer waste. Op de Benelux-markt halen we ook oude koffers van andere merken op om ze te demonteren en de herbruikbare materialen te recycleren tot nieuwe koffers. We spelen ook meer en meer in op de trend van self repair, waarbij consumenten zelf kofferonderdelen kunnen vervangen. Zo hebben we een koffer waarbij de eindklant heel gemakkelijk wieltjes kan vervangen en inklikken met een gewone balpen, zonder schroevendraaier dus.”

Hoe proberen jullie zo duurzaam mogelijk te produceren?

“Alle energie die we verbruiken is duurzame energie, zowel door productie on site via onze zonnepanelen (totale oppervlakte van 80.000 m², momenteel reeds 2.700 kWpiek, red.), ofwel door groene energie aan te kopen, dus CO2-neutraal. In onze productieprocessen proberen we zo weinig mogelijk energie te verliezen. In onze lamination line wordt alle energie door elektriciteit gevoed: zowel de aandrijving van de motoren voor ‘beweging’ als alle andere opwekking van drukkracht via elektrische motoren die hydraulische pompen aandrijven. De verwarming van de thermische olie is elektrisch in plaats van op aardgas. De koelinstallaties voor onze productieprocessen maken gebruik van een natuurlijk gas NH3 in plaats van de traditionele ozonafbrekende F-gassen. Naast dit voordeel is ook het rendement van NH3 veel hoger en als de buitentemperatuur laag genoeg is, werkt deze installatie in een ‘thermosifonregime’, m.a.w. zonder dat er mechanische energie toegevoerd moet worden door de compressors.”

Duurzaamheid betekent natuurlijk ook dat jullie producten zo lang mogelijk meegaan…

“Onze oprichter, Jesse Shwayder, zei in 1910 al: ‘Make things better’. En: ‘Probeer een beter

De Oyster koffers

product te leveren aan de eindconsument dan je concurrent doet’. Kwaliteit en duurzaamheid zitten in ons DNA en in de origine van ons product. Onze koffers gaan lang mee, en je kan ze na 20 jaar nog herstellen. Ook de hype rond inclusie zit hier al lang in het DNA. Onze oprichter zei: ‘Behandel je naasten zoals je zelf wilt behandeld worden.’ Kindness matters. Die leuzes komen nog altijd op tafel tijdens managementcomités. Je moet hier echt voor elkaar in de bres springen, de deur van elk bureau staat hier letterlijk open.”

Jullie tellen nu zo’n 750 voltijdse medewerkers. De laatste herstructurering dateert van 2021, tijdens de coronapandemie. Welke profielen moesten jullie toen afdanken?

“Dankzij het systeem van economische werkloosheid konden we de meeste arbeiders en bedienden houden, maar van een aantal medewerkers moesten we afscheid nemen. Finance was misschien nog het minst getroffen – of het nu goed of slecht gaat, op finance is er altijd veel werk – maar vooral sales en marketing werden zwaar getroffen omdat er tijdelijk geen producten moesten gepromoot of verkocht worden. Nadien zijn er gelukkig een aantal medewerkers uit eigen beweging teruggekeerd, dat bewijst ook dat de werksfeer hier goed en familiaal is. Hoewel sinds corona thuiswerk ook hier ingeburgerd is, willen wij dat de medewerkers voldoende vaak naar de werkplek blijven komen om onze bedrijfscultuur en onze betrokkenheid te behouden.

Voor onze medewerkers is het ook fijn dat er nog een deel van de productie hier huist, je kan zomaar de fabriek even binnenstappen. We hebben het systeem van leasefietsen geïmplementeerd; meer en meer m/v/x komen via de trein vanuit Oudenaarde of via trein & fiets. Dit gezegd zijnde, de lokale overheden mogen nog meer investeren in fatsoenlijke voet- en fietspaden tussen onze site en het station en de onmiddellijke omgeving.”

Welke vacatures blijven nu het langst open staan?

“De aanwerving van nieuwe medewerkers verloopt vooral moeilijk voor technische profielen en profielen voor IT en finance. Tien jaar geleden al zei men dat de job van accountant zou geautomatiseerd worden door AI, maar ze zijn nog steeds broodnodig én gegeerd. Vandaag kan geen enkel AI-programma de toekomst voorspellen en de forecast is heel belangrijk in financieel

beheer. We doen daarvoor beroep op onze mensen in alle landen waar we actief zijn en vragen hoe ze de nabije toekomst zien.”

Hoe sterk zijn jullie eigenlijk verankerd in Oudenaarde?

“Heel sterk. We zijn op deze site actief sinds 1973 en hebben steeds onze productie en magazijnen uitgebreid (in North Sea Port bij Katoen Natie huurt Samsonite ook een groot magazijn, red.). Ongeveer 15 procent van onze Europese omzet wordt hier nog altijd gemaakt, nog eens 10 à 15 procent in Hongarije en de rest wordt geproduceerd via Aziatische toeleveranciers. Wij doen wel altijd het design en de ontwikkeling. In Oudenaarde zit ook het European Distribution Center (EDC). Bijna alles wat we verkopen, passeert in deze magazijnen. Daarnaast hebben we nog (tussen)stock in Zuid Afrika, Turkije, Spanje en Duitsland. Wat de lokale verankering betreft, de binnenbekleding voor bepaalde lijnen van onze koffers wordt nog steeds geproduceerd door een lokaal bedrijf in Gavere en we werken nauw samen met maatwerkbedrijf Aarova,

om oude koffers te ontmantelen maar ook om koffers die uit het Verre Oosten komen, uit te pakken en te herverpakken in dozen. Deze laatste activiteit gebeurt vooral bij periodes van schaarste op de containercapaciteit vanuit het Verre Oosten, waardoor we koffers zo compact mogelijk verschepen en er in een grotere koffer vaak een kleinere koffer zit en daarin nog een kleinere koffer.”

Na het interview krijgen we van de plant manager nog een korte rondleiding in de productie (goed voor acht productielijnen) en verpakking. In de assemblage springt het grote aandeel vrouwelijke arbeiders in het oog. Minutieus monteren ze alle losse onderdelen – zoals de wieltjes, sloten en handvaten – voor op de twee kofferschalen. Nadien worden beide schalen – de top en de bottom – op elkaar gelegd en worden alle onderdelen door de assembleur of produceur afgemonteerd en de top en de bottom met elkaar verbonden. “Er is nog redelijk wat handenarbeid nodig om de koffers optimaal te assembleren. Het is fijn knutselwerk, daarin zijn vrouwen vaak sterk”, besluit hij.

Een advertentie uit 1941 voor de Streamlite koffer.

Baanbrekers

Innoverende initiatieven van en voor de Oost-Vlaamse ondernemer

’s werelds grootste pilootfabriek voor biogebaseerde producten en processen

“Wij willen de wereld veranderen”

“Een pilot plant staat haaks op het klassieke economisch bestel. Wij hebben hier ontzettend dure machines die een deel van de tijd gewoon stilstaan”, zegt professor Wim Soetaert, managing director van de Bio Base Europe Pilot Plant in Gent. Maar het doel van zijn pilootfabriek voor biogebaseerde producten en processen, die sinds de oprichting in 2008 is uitgegroeid tot dé wereldwijde referentie, is dan ook niet om voltijds te produceren. Wél om innovatie te versnellen.

TEKST KRISTINA RYBOUCHKINA – FOTO WANNES NIMMEGEERS

te verbeteren en op te schalen. Zo bouwt de pilootfabriek mee aan de biogebaseerde economie, een alternatief voor de fossielgebaseerde economie. “De biogebaseerde economie is tenslotte de economie van de toekomst. Op een bepaald moment gaan we niet anders kunnen dan te stoppen met fossiele grondstoffen te gebruiken. Dat moment komt trouwens sneller op ons af dan de meeste mensen denken. En we gaan niet moeten stoppen omdat de fossiele grondstoffen opraken, maar door de opwarming van de aarde. De buffercapaciteit van onze planeet raakt op en dat is iets helemaal anders”, schetst professor Wim Soetaert de missie van Bio Base Europe Pilot Plant. En tegelijk ook zijn missie, want de pilootfabriek is zijn levenswerk.

Valley of death

Soetaert, die behalve directeur van de Bio Base Europe Pilot Plant ook professor

“ Om een pilot plant op te richten en uit te bouwen moet
je ontzettend veel investeren – bij ons in totaal al zo’n 100 miljoen euro

WIM SOETAERT,

MANAGING DIRECTOR VAN DE BIO BASE EUROPE PILOT PLANT IN GENT

industriële biotechnologie is aan UGent, begon zijn carrière in de industrie. “Maar ik raakte wat gefrustreerd omdat het ontzettend moeilijk is voor gevestigde bedrijven om te innoveren. De druk om gewoon verder te doen zoals voorheen is enorm”, blikt hij terug. “Innovatie komt dan ook zelden uit gevestigde bedrijven, maar vooral uit start-ups en kennisinstellingen.”

Iedereen die ervaring heeft met onderzoek, zal beamen dat de weg naar succes lang en bovenal duur is. “Zolang je iets aan het ontwikkelen bent in een labo, lukt dat prima. Het gaat misschien met ups en downs, maar dat is eigen aan onderzoek. Na de laboratoriumfase kom je echter in de piloot- en demonstratiefase en dan exploderen de kosten. Je proef wordt duizenden keren groter en duurder. Als het dan misloopt, kan je de volgende dag niet zomaar nog eens

opnieuw proberen. Het mag één keer mislukken, of twee, misschien drie, maar daar ligt doorgaans de grens. De kosten lopen op, de investeerders haken af, de klanten lopen weg, men verliest de moed en dan stopt het hele verhaal. Niet voor niets stranden veel innovatietrajecten in deze fase, de zogenaamde valley of death.”

Wim Soetaert had het idee om een pilootfabriek te bouwen gespecialiseerd in biogebaseerde producten en processen. “In plaats van miljoenen te moeten investeren in een eigen pilootfabriek, zouden bedrijven onze faciliteiten en expertise kunnen gebruiken. Dat is veel goedkoper, sneller en beter dan als ze het zelf zouden doen.” In 2008 werd die droom werkelijkheid.

Door hun ontwikkeling van nieuwe biogebaseerde producten bij ons te doen, besparen bedrijven daar miljoenen op, ze komen ook uit de hele wereld
WIM

Gespecialiseerd in biogebaseerde producten en processen

Eigenlijk is het opzet van de Bio Base Europe Pilot Plant even eenvoudig als geniaal: het is een multifunctionele pilootfabriek gespecialiseerd in biogebaseerde producten en processen. “Ik vergelijk ons vaak met een grote keuken. Zoals je in je keuken aan de slag gaat met de potten en pannen, hebben wij allerhande apparatuur, reactoren en infrastructuur op een veel grotere schaal. Wat we daarmee maken, hangt af van de klant. Net zoals jij de ene dag spaghetti maakt, de volgende eieren en daarna steak met frieten, maken wij nu eens een biopesticide, dan een biosurfactant en vervolgens microbieel proteïne”, legt Wim uit.

De ‘ingrediënten’ die de pilootfabriek gebruikt, zijn alle mogelijke vormen van biomassa: suiker, plantaardige olie, reststromen uit landbouw en voedingsindustrie, houtsnippers en zelfs afvalgassen zoals CO2. De ‘potten en pannen’ zijn onder andere apparatuur voor mechanische, thermische, fysicochemische en enzymatische voorbehandeling van diverse biomassa; reactoren voor fermentatie tot maar liefst 75.000 liter geschikt voor batch-, fed-batch- en continue fermentatieprocessen met bacteriën, gisten en schimmels alsook faciliteiten voor gasfermentatie; reactoren voor biokatalytische processen met cellen of enzymen; apparatuur voor centrifugatie, filtratie, verdamping, kristallisatie, droging en chromatografie; en nog veel meer.

Hoewel er nog andere pilootfabrieken bestaan, is de Bio Base Europe Pilot Plant uniek. “We zijn de grootste pilot plant van de wereld en gelden als de ‘gold standard’ in onze sector. Ieder bedrijf dat een innovatie wil realiseren met biomassa als grondstof kan bij ons terecht. En bedrijven van over de

hele wereld komen effectief naar ons – van start-ups tot grote corporates en alles ertussenin – omdat wij zo veelzijdig en gespecialiseerd zijn. Dat is wat ons onderscheidt. Hier profiteer je van onze expertise, onze ervaring, onze apparatuur én onze mensen. In ons domein zijn wij de wereldwijde referentie.”

Elke mogelijke sector

De klanten van Bio Base Europe situeren zich in bijna elke mogelijke sector. “Want heel veel sectoren worden geïmpacteerd door de biogebaseerde economie. Als het gaat over ‘bio’, denken mensen doorgaans spontaan aan biobrandstof. Of biogroenten”, gniffelt de professor. “Maar wij kweken hier geen biogroenten. We produceren op grote schaal biogebaseerde producten uit hernieuwbare biomassa voor onder andere de chemie, cosmetica, voeding, landbouw, textiel, cement, farma …”

“Ongeveer een derde van onze projecten vandaag draait rond diervrije voedingsproducten. Daarbij zoeken we naar vervangers voor vlees, melk, kaas en eieren. We zijn bijvoorbeeld in staat om kaas te maken – identiek dezelfde kaas als degene die we allemaal gewoon zijn – zonder dat er een koe aan te pas komt. We gebruiken daarvoor een gen van een koe dat we in een micro-organisme stoppen, dat vervolgens het caseïne produceert waarmee de kaas gemaakt wordt. Het product ligt nog niet in de rekken omdat het wachten is op de toestemming van de European Food Safety Agency (EFSA), maar sowieso zijn zulke microbiële eiwitten – die geproduceerd worden door organismen zoals gisten, schimmels of algen – iets waar heel wat bedrijven onderzoek naar voeren. En dan gaat het zowel over start-ups als conventionele bedrijven, zélfs uit de vleessector. Want zij zien ook dat de wereld verandert en ze veranderen mee.”

“Verder wordt hier veel onderzoek gedaan rond biopesticiden. Dat zijn natuurlijke manieren om de landbouw te beschermen. Denk bijvoorbeeld aan het inzetten van bacteriën om insecten ziek te maken, in plaats van de huidige toxische stoffen die ze doden en zo ook heel wat andere schade berokkenen. Of denk aan bioferomonen.

Dat zijn geurstoffen die in lage concentraties over de velden worden gesproeid om ervoor te zorgen dat mannetjesinsecten de kluts kwijtraken en niet met de vrouwtjes paren, een soort anticonceptie voor insecten dus die hun verspreiding belemmert. Hier komt de vernieuwing soms uit onverwachte hoek. Zo heeft chemiereus BASF een aantal maanden geleden een nieuwe fabriek geopend in Ludwigshafen om biopesticiden te produceren met micro-organismen via fermentatie.”

Van onderzoek tot opschaling Door samen te werken met de Bio Base Europe Pilot Plant besparen bedrijven niet alleen geld, omdat ze zelf niet moeten investeren in specifiek materieel en dure proefopstellingen, ze winnen ook tijd. “Na een eerste contactopname moet de vraag van een bedrijf natuurlijk uitvoerig besproken worden. Wat willen ze precies bereiken? Hoe gaan we dat aanpakken? Wat zijn de risico’s? Wat zijn de kosten? Eens we daar een akkoord over hebben, kan er doorgaans na een maand worden begonnen. Reken in totaal op een doorlooptijd van drie maanden tussen vraag en opstart”, schat Soetaert. “Onze mensen zijn specifiek opgeleid om in de pilootfabriek te werken, dus zij staan altijd aan de knoppen. Maar de klant is uiteraard welkom om mee te kijken, advies te geven, bij te leren en ter plekke beslissingen te nemen. Dat is tenslotte de beste manier om onderling kennis uit te wisselen.”

De pilootfabriek telt ruim 150 gepassioneerde medewerkers. “In het begin was het niet evident om geschikt personeel te vinden, we moesten ons nog bewijzen. En hoewel dit werk heel interessant en innovatief is, is het ook vermoeiend. Zaken lukken zelden van de eerste keer, er duiken altijd nieuwe uitdagingen op om je hoofd over te breken. Maar vandaag zijn er wél heel wat mensen die willen meewerken aan onze missie: innovatie voor een betere wereld. Het is mooi dat die mindswitch er is gekomen. Het is hier vaak druk en er heerst een dynamische sfeer. Er wordt ook dag en nacht, zeven dagen per week gewerkt, omdat onze processen vaak constante monitoring nodig hebben.”

Hoewel de Bio Base Europe Pilot Plant in de eerste plaats een onderzoeksfaciliteit is, biedt

de pilootfabriek nog heel wat aanvullende diensten aan zoals engineering services en begeleiding bij opschaling. “Sommige bedrijven kloppen aan met een heel specifiek probleem. Er is één stukje van hun onderzoek dat ze niet opgelost krijgen en daarvoor rekenen ze op onze expertise. Nadien verdwijnen ze met hun nieuwe inzichten. Anderen, vooral start-ups, vragen ook hulp om te groeien of betrekken ons bijvoorbeeld bij de bouw van een nieuwe fabriek.”

Aartsmoeilijk

De realisaties waar Bio Base Europe aan heeft bijgedragen, zijn al lang niet meer op twee handen te tellen. “Er zijn fabrieken voor biosurfactants gebouwd in Slowakije, die werken volgens processen die we samen met de opdrachtgever ontwikkeld hebben. Vijf kilometer van hier, in Sas van Gent, is een fabriek gebouwd voor vleesvervangers gebaseerd op onderzoek dat hier plaatsvond: Enough. Eveneens in Gent is Steelanol gerealiseerd, een fabriek van 200 miljoen euro om uit afvalgassen van een staalfabriek ethanol te maken. In Schotland hebben we meegebouwd aan fabrieken die afvalstoffen van de whisky-industrie omzetten in de chemische stof butanol. Dat zijn niet ònze fabrieken en het is niet louter ons onderzoek dat ervoor gezorgd heeft dat die er staan, maar wij hebben mee aan de kar getrokken. En daar zijn wij heel fier op. Wij zijn trots op elke duurzame fabriek die er gekomen is en elk nieuw duurzaam product dat op de markt komt.”

Intussen is er ook een spin-off gegroeid uit de samenwerking tussen de Bio Base Europe Pilot Plant en de Universiteit Gent: AmphiStar, een start-up gespecialiseerd in de productie van biosurfactants. “Surfactants zijn een soort zeepcomponenten die heel veel toepassingen hebben in zeer veel sectoren. Na plastics zijn surfactants volumegewijs de grootste categorie van chemische producten die geproduceerd worden. Helaas komen surfactants op het einde van hun levenscyclus bijna allemaal in het milieu terecht. Want wat gebeurt er uiteindelijk met je waspoeder en shampoo? Die komen na een lange reis in de rivier en de zee terecht.

Wij hebben nu biosurfactants ontwikkeld uit biomassa, geproduceerd met een specifieke gist in een fermentatieproces. Je kan die gebruiken in producten om de vloer te kuisen, je te wassen, in cosmetica, noem maar op. Die biosurfactants zijn gemaakt uit een biologische grondstof, via een biologisch proces en zijn ook nog eens bio-afbreekbaar. Bio-bio-biosurfactants dus, waar we nu een bedrijf rond gebouwd hebben dat écht een verschil kan maken”, glimlacht de professor.

De pilootfabriek die al die successen mogelijk heeft gemaakt, uit de grond stampen, was echter allesbehalve evident, geeft Soetaert toe. “Om een pilot plant op te richten moet je ontzettend veel investeren - in ons geval gaat het in totaal al over zo’n 100 miljoen euro. Je hebt dan een faciliteit met hele dure machines, maar een deel van de tijd staan die gewoon stil. Wij hebben een beschikbaarheidsmodel: de machines worden gebruikt als ze nodig zijn voor een specifieke ontwikkeling. Aangezien het zeer dure machines zijn zouden ze continu moeten draaien om te renderen, maar dat zou van ons een production plant maken en dat zijn wij niet. Wij zijn niet gericht op productie

maar op innovatie. Om dat plaatje ook economisch rond te krijgen is er veel kennis en ervaring nodig. Dat is ook de fundamentele reden waarom er zo weinig pilot plants in de wereld zijn, zeker op onze schaal.”

De weg naar de Bio Base Europe Pilot Plant was dan ook aartsmoeilijk. “Toen ik bijna twintig jaar geleden centen zocht luisterde men aandachtig, maar toen ze hoorden dat er 20 miljoen euro nodig was, enkel en alleen om te kunnen opstarten, ging de deur zeer snel weer dicht. Uiteindelijk zijn we begonnen dankzij een Europees Interreg-project. Ik vond deze oude brandweerkazerne waar we nog steeds in gevestigd zijn en verbouwde die tot een pilot plant. Na een aantal jaren draaiden we break-even, al was het ploeteren om in stabiel vaarwater te komen. Het opbouwen van credibiliteit was ook niet evident omdat we zo vernieuwend waren en er heel veel scepticisme was. Maar vandaag staan we er en komt heel de wereld naar ons toe. We zijn een gevestigde waarde. We groeien nog steeds en we blijven bouwen aan een betere wereld. En daar mogen we trots op zijn.”

Laat Voka je op weg zetten naar succesvol innoveren

Voka biedt uitgebreide handvaten en begeleiding om succesvol te innoveren, zodat je met vertrouwen aan de toekomst kunt werken.

Neem contact met miel.kurris@voka.be

Hoewel er nog andere pilootfabrieken bestaan, is de Bio Base Europe Pilot Plant uniek. Ze is de grootste van de wereld en geldt als de ‘gold standard’ in de sector.

STREEKFONDS OOST-VLAANDEREN VERBINDT SCHENKERS EN DOENERS EN VERSTERKT ZO LOKALE PROJECTEN MET FOCUS OP MENS EN OMGEVING

Samen chillen, samen creëren

Zou het niet fijn zijn als elke jongere een plek zou hebben waar die terechtkan om toffe activiteiten te doen, maar ook om z’n verhaal kwijt te kunnen en te groeien? Dat is exact waar Habbekrats naar streeft. Niet iedereen groeit tenslotte op in een omgeving waar alle kansen voor het grijpen liggen. Anne-Line Servaes, Partner bij Deloitte dat structurele partner is van Streekfonds Oost-Vlaanderen, ging de sfeer opsnuiven in Habbekratshuis ‘De Hertog’ in Hamme.

‘De Hertog’ is een van de zestien warme ontmoetingsplaatsen van Habbekrats waar de lokale jeugd welkom is om te chillen, te studeren, advies te vragen én binnenkort ook om zich onder te dompelen in techniek. “Ons Habbekratshuis is geweldig gelegen: knal in het centrum en op wandelafstand tussen twee scholen. Iedereen tussen 8 en 18 jaar is hier welkom en heel wat jongeren vinden effectief hun weg hiernaartoe”, vertelt jeugdwerker Niels Duytschaever. Dat komt ook doordat het verhaal van Habbekrats in 1991 in Hamme is begonnen. Oprichter van de vzw Chris Van Lysebetten is Hammenaar en stichtte het allereerste Habbekratshuis in zijn eigen gemeente als aanvulling op het toenmalige jeugdwerkaanbod, om ook kinderen en jongeren in kwetsbare situaties een veilige plek, kansen en toekomstperspectief te bieden.

LEER- EN PROBEERRUIMTE

V.l.n.r.:

Diederik Martens – Streekfonds Oost-Vlaanderen, Habbekrats-jeugdwerker Niels Duytschaever en Anne-Line Servaes – partner bij Deloitte

Samen met de jongeren rond tafel om de sfeer op te snuiven in Habbekratshuis ‘De Hertog’ in Hamme

op onze werkvloer. Zo doen wij regelmatig met het hele bedrijf aan vrijwilligerswerk bij allerlei vzw’s die een link hebben met het streekfonds, onder andere bij Habbekrats. Onze medewerkers genieten ervan om zoiets waardevols te doen. Er zijn tenslotte veel helpende handen nodig om verandering teweeg te brengen. Zo ook in je eigen buurt.”

“In 2011 zijn we verhuisd naar dit herenhuis vlak bij de markt, waar meer ruimte is dan op onze vorige locatie”, vervolgt Niels. “Maar omdat we zoveel jongeren ontvangen, gaat het er hier vaak behoorlijk luid aan toe. Op het drukste moment dit jaar waren hier 42 tieners. Er is wel een stille ruimte om huiswerk te maken, maar die is niet groot. Gelukkig hebben we boven nog enkele lege kamers, die we nu willen ombouwen tot enerzijds een studeerruimte en anderzijds een leer- en probeerruimte - ofwel ons ‘HAB-LAB’. Daar willen we onze jongeren interesseren in techniek door samen met hen te experimenteren en zaken te creëren met tools zoals een 3D-printer, snijplotter, microscoop en werkgereedschap.”

CROWDFUNDING X 2, MET DE STEUN VAN DELOITTE

‘HAB-LAB’ is een van de projecten uit de streek die dit jaar kunnen rekenen op steun van #Een hart voor Scheldevallei, het regionale netwerk van Streekfonds Oost-Vlaanderen actief in de regio. Dat betekent dat Habbekrats Hamme de handen uit de mouwen moet steken om 9.000 euro op te halen via crowdfunding: de helft van het bedrag dat zij nodig hebben om hun plan te realiseren. Lukt dat, dan legt het streekfonds er 6.000 euro bij dankzij de partners uit de bedrijfswereld.

Deloitte is een van de structurele partners die Streekfonds OostVlaanderen al sinds jaar en dag ondersteunen. “Wat ik heel mooi vind aan het streekfonds is dat de middelen die je als bedrijf ter beschikking stelt gaan naar projecten in je eigen achtertuin. Zo voel je je er meteen mee geconnecteerd”, zegt Partner Anne-Line Servaes. “Dat merk ik ook

“Wij doen regelmatig met het hele bedrijf aan vrijwilligerswerk bij allerlei vzw’s die een link hebben met het streekfonds, onder andere bij Habbekrats”

Gala Streekfonds Oost-Vlaanderen donderdag 23 oktober

Fundraising Gala ten voordele van sociale en duurzame projecten in Oost-Vlaanderen

Streekfonds Oost-Vlaanderen verwelkomt u in de prachtige setting van Opera Gent voor een exclusieve gala-avond. Een avond vol betekenis en maatschappelijke impact.

Interesse? Contacteer ons voor de gastformules via gala@streekfondsoostvlaanderen.be of scan de QR-code

Samen schakelen

we naar een duurzame

Vragen over hoe je bedrijf slim doen groeien of vergroenen? Je ING Relationship Manager bij Transport & Logistiek heeft alle kennis in huis om je vooruit te helpen.

Bamboe

Scheutig met groei(kracht)

Een sprint naar succes

in mensen, cashflow en toegevoegde waarde

Gazelles zijn sierlijk, razendsnel en altijd alert. Een toonbeeld van wendbaarheid en kracht. Je ziet ze niet enkel in de savanne, maar ook op de werkvloer.

De redactie van Trends Magazine selecteert dit jaar voor de 24ste keer per provincie 250 Trends Gazellen. De snelste groeiers in toegevoegde waarde, personeel en cashflow.

Deze bloeiende bedrijven zijn hun concurrentie vaak net een stap voor. Nooit log, immer slagvaardig. Ze investeren snel, herinvesteren slim en blijven nooit te lang op één markt. Ze groeien niet alleen hard maar ook slim.

Ze innoveren als het moet, voelen tijdig risico’s aan en zijn alert voor extern gevaar. Net zoals een gazelle instinctief weet wanneer het tijd is om te versnellen, te vertragen of te anticiperen.

De Trends Gazellen Ambassadeurs 2025 voor Oost-Vlaanderen zijn Studaro, Cyclobility en argenx, respectievelijk bij de kleine, middelgrote en grote bedrijven. De uitreiking vond eerder dit voorjaar plaats, op de volgende pagina’s ontdek je twee van deze drie gazellen.

Studaro:

Oost-Vlaamse ambassadeur

Trends Gazellen bij de kleine bedrijven

“Wij hebben een nieuwe talentenpool ontdekt op de arbeidsmarkt”

Terwijl bedrijven verwikkeld zijn in een war for talent, vullen heel wat bijna-afgestudeerde ingenieurs, IT’ers en accountants al dan niet spreekwoordelijk rekken om hun dagelijkse kosten te betalen. Studaro merkte de tegenstrijdigheid op en vormt sindsdien de brug tussen werkgevers en ambitieuze hoger opgeleide laatstejaars die hun diploma nog nét niet op zak hebben. En dat heeft de scale-up geen windeieren gelegd. “Wij zijn het bewijs dat jongeren heel wat in hun mars hebben”, zegt founder Jelle Van Impe.

TEKST KRISTINA RYBOUCHKINA – FOTO JEROEN WILLEMS

Het is onder meer dankzij de omzet van ruim 2,5 miljoen euro in 2023 dat Studaro zich ambassadeur van de Trends Gazellen mag noemen. Maar in 2021 was er van omzet amper sprake en was er door corona zelfs een schuldenberg van 120.000 euro. Om maar te zeggen: het is écht snel gegaan. Dat is enerzijds te danken aan het enthousiasme en doorzettingsvermogen van de oprichter en het team van Studaro, en anderzijds aan het concept, waar de bedrijfswereld duidelijk op zat te wachten.

“Klanten kunnen via ons Studarians inschakelen”, vat Jelle samen. “Dat is een woord dat wij bewust in het leven hebben geroepen om onze mensen te onderscheiden van jobstudenten of stagiairs. Want dat zijn ze niet.” Wat Studarians bijzonder maakt, is dat ze over relevante kennis en vaardigheden beschikken, die ze bij werkgevers aan boord brengen. Het is een win voor de bedrijven – die jong talent zo bovendien al vroeg voor zich kunnen winnen en zichzelf op de kaart zetten bij starters – maar ook voor de Studarians, die hun ambitie en passie kunnen volgen en een toekomstige werkgever van binnenuit leren kennen. Na afstuderen krijgen ze dan ook de kans om in dienst te treden.

Founder Jelle Van Impe die met Studaro Trends Gazellen Ambassadeur 2025 voor Oost-Vlaanderen werd in de categorie kleine bedrijven.

“We stappen ook weg van weekend- of vakantiewerk. Studarians werken net wanneer jij ook werkt: tussen maandag en vrijdag, doorheen het hele jaar. Dat is mogelijk omdat veel laatstejaars een deeltijds programma volgen of vrijstellingen hebben omdat ze al aan een tweede opleiding bezig zijn. Na 650 gewerkte uren – het jaarlijkse aantal studentenuren in België – worden de Studarians vast overgenomen zonder enige extra kost. Dat maakt het voor bedrijven net zo interessant: je hebt een ingewerkt teamlid aan een minimaal prijskaartje, en iedereen wint erbij.”

Lessons learned

Het idee voor Studaro kreeg Jelle in 2018, toen hij de wereld rondreisde nadat hij zelf was afgestudeerd. Oorspronkelijk ging het om studierelevante studentenjobs voor buitenlandse studenten in België. Samen met zijn twee toenmalige beste vrienden stampte hij de start-up uit de grond. Er werd een investeerder aangetrokken en Studaro leek vertrokken, tot iedere partij een andere toekomst voor Studaro begon te zien. “In 2021 ging ik alleen verder”, blikt hij terug.

“ Dankzij studierelevant studentenwerk leer je veel sneller je sterktes kennen en je hoeft niet ‘zonder ervaring’ af te studeren om dan voor de leeuwen te worden gegooid”
JELLE VAN IMPE FOUNDER STUDARO
Dat jongeren zo weinig mogelijk willen werken, maar wel zo veel mogelijk willen verdienen, is onzin

Jelle leende privé geld om in zijn bedrijf te steken en Studaro zoals het er vandaag uitziet, schoot uit de startblokken. “Vandaag zijn er geen externe investeerders meer. We zijn puur op profit gegroeid.”

Daar is Jelle best fier op, al geeft hij toe dat het niet makkelijk was. “Zeker omdat het mentaal zwaar is om solo-founder te zijn. Je hebt geen sparringpartner op wie je kunt terugvallen. Daarom ben ik in 2023 op zoek gegaan naar een goede leadership coach met meer ervaring in het bedrijfsleven. Na een lange zoektocht en heel wat gesprekken, kwam ik Vinciane Verbiest tegen. Haar ondernemende coachingstijl, ervaring en directe aanpak waren exact wat ik zocht. Zij heeft een cruciale rol gespeeld in de vooruitgang van Studaro door mij mezelf beter te laten leren kennen. Ik weet nu wat me triggert om naar een resultaatgerichte mindset te gaan of om een visionaire focus te creëren, maar evengoed wat me triggert in gesprekken met anderen, zodat ik in discussies anders naar diverse standpunten ben gaan kijken.”

Met hulp van AI Zijn aangescherpte leiderschapsvaardigheden komen Jelle aardig van pas, want Studaro telt intussen zestien medewerkers plus – hoe kan het ook anders – drie Studarians. “Het is een fantastisch, jong team. Het is dankzij hen dat wij de afgelopen jaren ruim 1.400 procent zijn gegroeid. Eigenlijk zijn wij zélf ook het bewijs dat jonge mensen heel wat in hun mars hebben.”

Al is de gemiddelde leeftijd de voorbije maanden ietwat opgetrokken door enkele ervaren techprofielen, want Studaro is volop aan het bouwen aan vernieuwende AI-software om hun diensten nog beter én schaalbaarder te maken. “Wij beschikken over een database van 18.000 Studarians, die ons een goed beeld geeft van hun kennis na hun specifieke opleidingscurriculum en hun soft skills. Nu laten we daar al eigen software op los om via algoritmes een eerste selectie

te maken voor een vacature, waarbij ook rekening wordt gehouden met bedrijfscultuur, waarden en normen ... Daarna screenen onze talentcoaches de jongeren die in aanmerking komen tijdens een persoonlijk gesprek, om vervolgens enkel de beste kandidaten voor te leggen aan de klant die de finale keuze maakt. We beseffen goed hoe belangrijk de juiste mindset en skills zijn, dus zullen ook nooit zomaar iemand voorstellen.”

Dankzij de nieuwe AI-software zal het matchingproces met minder menselijke tussenkomst kunnen verlopen, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit. Dat zal er ook voor zorgen dat de selectie sneller gebeurt én dat Studaro zal kunnen opschalen. Hoe de software precies zal werken blijft geheim, maar dat de slimme toepassing vorm kan krijgen is onder meer te danken aan de vele arbeidsmarktdata die Studaro doorheen de jaren heeft verzameld. “Na opstart van een Studarian blijven onze talent coaches steeds met die persoon en het bedrijf in contact om de groei op te volgen. Zo kunnen wij vaardigheden die een Studarian toch zou missen in kaart brengen én zelf opleidingen voorzien.”

Talent van morgen

“Dat jongeren zo weinig mogelijk willen werken, maar wel zo veel mogelijk willen verdienen, is trouwens onzin”, geeft Jelle nog mee. “Wel zijn veel jongeren gefrustreerd doordat ze jarenlang studeren, om pas dààrna te ontdekken dat een job in dat domein misschien toch niet hun ding is. Ook in dat aspect brengt studierelevant studentenwerk een extra wake-upcall: je leert veel sneller je sterktes kennen, kan meteen inspelen op je interesses en hoeft niet ‘zonder ervaring’ af te studeren om dan voor de leeuwen te worden gegooid. Als maatschappij verliezen we hierdoor momenteel nog te veel jongeren aan een bore- of burn-out. En dat is zonde. De toekomst van werk is flexibel en skills-based, en dat start bij de volgende generatie talent én ambitieuze bedrijven die hierin mee zijn.”

Oost-Vlaamse ambassadeur Trends Gazellen bij de middelgrote bedrijven

De felle demarrage van Cyclobility

“Dat wij als gewone fietsmensen Trends Gazellen-ambassadeurs zijn geworden, tussen al die fintech- en IT-bedrijven, vind ik zot”, zegt Cyclobility-oprichter Andries Aumann. Want hoewel Cyclobility fietsleasing aanbiedt via een online platform, is dat digitale luik niet hun stokpaardje: “Onze fietsen, onze kennis en onze service zijn dat wel.” En daar schuilt wellicht het geheim van hun succes.

TEKST KRISTINA RYBOUCHKINA – FOTO NATHALIE DOLMANS

Er heerst een gezellige drukte in de loods van Cyclobility in Kluisbergen, waar Andries ons ontvangt. “De grootste uitdaging aan onze groei is ongetwijfeld het bijhorende plaatsgebrek”, lacht hij terwijl we plaatsnemen in een werk- slash bergruimte, waar we proberen niet te luid te praten om collega’s die er zitten niet te storen. “We zijn ons aan het reorganiseren, want er zijn de laatste maanden veel personeelsleden bijgekomen en die moeten allemaal een plek krijgen. Intussen tellen we meer dan 50 medewerkers.”

De oprichter vindt het bijzonder dat Cyclobility de titel van snelst groeiende middelgrote bedrijf op zijn naam mag schrijven volgens de criteria van de Trends Gazellen, te meer omdat de fietsaanbieder momenteel nog feller groeit dan in de referentieperiode van 2019 tot 2023. “We zijn dit jaar gestart met 4.500 leasefietsen. Tegen het einde van het jaar gaan we er dankzij de openbare aanbestedingen die we recent hebben gewonnen minstens 10.000 hebben. Volgend jaar komen er wéér 10.000 fietsen bij. De omzet waar rekening mee werd gehouden bij Trends Gazellen was 8,6 miljoen in 2023. Vorig jaar hadden we een omzet van 11,5 miljoen, maar dat was best een moeilijk jaar door de energie vragende M&A met Down2Earth. Nu verwachten we minstens een verdubbeling.”

“ Wij zetten van in het begin niet enkel in op fietsleasing, maar ook op service
ANDRIES AUMANN CYCLOBILITY-OPRICHTER

Leasing en fysieke winkels

Andries trapte Cyclobility op gang in 2016: “Een periode waarin elektrisch fietsen zogezegd nog ‘iets voor oude mensen’ was.” Zelf was hij als grote fietsfanaat echter meteen overtuigd van de mogelijkheden die elektrisch fietsen kon bieden

naar duurzaam woon-werkverkeer toe. “Veel bedrijven die ik in het begin contacteerde, kenden fietsleasing nog niet. Het is moeilijk om je dat nu voor te stellen, maar het concept was volledig nieuw. Gelukkig waren er een aantal vooruitstrevende werkgevers zoals North Sea Port – een van onze eerste klanten – die voor ons de weg hebben geëffend.”

Verschillende concullega’s begonnen in dezelfde periode als Cyclobility fietsleasing aan te bieden. “Wij onderscheidden ons door van in het begin ook in te zetten op service. Als je een probleem hebt met je auto, dan wil je dat VAB snel naar je toe komt, toch? Gebruikers van onze leasefietsen moesten van dezelfde hulp kunnen genieten, vond ik. Wij zorgden dus voor mobiele servicebussen, die indien nodig tot bij fietsers thuis konden komen. Daarvoor werkten we oorspronkelijk samen met BikeKing, het bedrijfje van Pieter Rutten, dat zich specialiseerde in onderhoud op locatie. Omdat wij zo goed overeenkwamen besloten we al snel de krachten te bundelen en smolten we samen – Pieter is vandaag onze service manager. Die dienstverlening zorgde er in combinatie met ons leasingplatform voor dat wij zowel de HR-medewerkers konden ontzorgen, als de fietsers. Maar het maakte ook dat we trager groeiden dan concullega’s, waardoor we lang de underdog waren in onze sector.”

Nog iets wat de groei van Cyclobility enigszins afremde was de keuze om ook eigen fysieke fietswinkels te beginnen. De eerste opende de deuren in Kluisbergen in 2021. Intussen zijn er nog zeven locaties bijgekomen: in Gent, Roeselare, Aalst, Sint-Niklaas, Lier, Aalter en Zedelgem. “Dat maakt enerzijds dat ook particulieren bij ons een fiets kunnen kopen of leasen. Anderzijds bieden onze winkels ook voordelen voor bedrijven. Werknemers die een probleem hebben met hun fiets hebben zo een extra plek in hun buurt waar ze terechtkunnen. Bovendien is onze verbrekingsvergoeding dankzij onze fietswinkels de laagste op de markt. Als iemand zijn fiets niet meer wil leasen omdat hij verandert van werk, nemen we die tegen een lage kost terug. Want wij kunnen die niet enkel terug in leasing brengen, maar ook tweedehands verkopen via onze shops.”

Versnelde groei

Om de mobiele onderhoudsservice en de fietswinkels te kunnen realiseren, waren er natuurlijk centen nodig. Om trouw te blijven aan zijn duurzaamheidsvisie, koos Andries steeds voor financiële partners die eveneens ecologisch, economisch en sociaal verantwoord ondernemen. “Ik werk van in het begin samen met Triodos Bank”, vertelt hij. Daar kwam kapitaal bij van Trividend, het Sociaal Investeringsfonds van de Vlaamse Overheid (SIFO) met een waarborg van PMV, impactfonds

Oprichter Andries Aumann, die met Cyclobility Oost-Vlaams ambassadeur Trends Gazellen werd bij de middelgrote bedrijven.

Change en later ook Regenero Impact Fund. “Die kleine investeerders hebben ons erg geholpen om te groeien.” Want vergis je niet: ondanks de vertragende factoren werd Cyclobility alsmaar groter. De fietsleasingmarkt is tenslotte geëxplodeerd en de stabiele basis die in de beginjaren was opgebouwd, maakte het mogelijk om op te schalen. “We groeiden zo snel als mogelijk: ongeveer 70 procent per jaar.”

Vorig jaar zette Cyclobility de demarrage écht in via een samenwerking met Down2Earth Capital. “We wilden nog groter worden en daarvoor hadden we nood aan één grote partner. Zo kwamen we uit bij Down2Earth”, aldus Andries. De private equity firm heeft nu een meerderheidsparticipatie, naast het voormalige management, dat herinvesteerde. “De overname combineerden we met de uitbouw van Cyclobility 2.0. Dat is gericht op een nog bredere service voor de fietser dankzij samenwerkingen met heel wat lokale fietshandelaars over heel Vlaanderen. Zij spelen een sleutelrol binnen ons aanbod. Bovendien heeft Down2Earth ook heel wat knowhow binnengebracht. Zij zijn bijvoorbeeld erg sterk in cijfers. Als er beslissingen moeten worden gemaakt kunnen ze de risico’s perfect berekenen, met een worst case scenario en een best case scenario. Het is fijn dat we zo’n nauw contact hebben en vlot kunnen sparren.”

Laat jouw onderneming

groeien met Voka

Groei is essentieel voor het succes van je bedrijf, maar het brengt vaak nieuwe uitdagingen met zich mee. Of het nu gaat om het verfijnen van je strategie, het verbeteren van je processen of het uitbreiden naar nieuwe markten, Voka begrijpt de complexiteit van ondernemerschap. Wij bieden deskundig advies en praktische hulpmiddelen die specifiek zijn ontworpen om je te ondersteunen in elke fase van je groeitraject, zodat je succesvol kunt navigeren en duurzaam kunt blijven groeien.

Contacteer marjolein.haan@voka.be of neem een kijkje op onze website

Duurzaamheidsfocus

Door de nieuwe wind in de rug ziet de Oost-Vlaamse Trends Gazelle de toekomst vol vertrouwen tegemoet. “Daarbij blijven we focussen op duurzaamheid. Zo geven we de voorkeur aan fietsmerken uit Europa die hier eveneens mee begaan zijn, zoals Riese & Müller (dat zijn fietsen bijvoorbeeld verpakt in herbruikbare dozen) en Moustache (dat dekens gebruikt). Intussen zijn we groot genoeg om leveranciers die minder met het milieu bezig zijn, aan te spreken en met hen mee te denken over het verkleinen van de afvalberg.”

Ook op het vlak van duurzame tewerkstelling levert Cyclobility inspanningen. “Zo werken we samen met een sociale werkplaats voor de montage en levering van onze fietsen. Ons eigen personeel krijgt dan weer veel verantwoordelijkheid en een goed loon. Ik kom zelf uit de retailwereld, waar de verloning niet goed was, en dat wil ik voor onze mensen niet. Verder zorgen we voor een goede sfeer. We zijn als team sterk verbonden omdat we samen groeien én door onze liefde voor sport, fietsen én onze gezamenlijke missie om iedereen op de fiets te krijgen.”

De Langhe Advocaten

Belgische DBI-aftrek afgekeurd door Hof van Justitie

Op 13 maart 2025 heeft het Europees Hof van Justitie geoordeeld dat het Belgische verbod om de DBI-aftrek toe te passen op ontvangen groepsbijdragen, strijdig is met het Europees recht. Het Hof meent dat het huidige regime niet leidt tot effectieve vrijstelling.

DBI-aftrekverbod op groepsbijdrage

In de Belgische aangifte in de vennootschapsbelasting worden ontvangen dividenden eerst opgenomen in de belastbare grondslag om vervolgens weer te worden afgetrokken indien bepaalde voorwaarden worden vervuld (= het DBI-regime).

De groepsbijdrageregeling houdt in dat een vennootschap (onder bepaalde voorwaarden) haar winsten (via een groepsbijdrage) overdraagt naar een verbonden vennootschap om deze winsten te verrekenen met de verliezen van deze laatste vennootschap in hetzelfde jaar.

De groepsbijdrageregeling verbiedt echter de toepassing van andere aftrekposten (bv. DBI-aftrek) op de ontvangen groepsbijdrage. Een moedervennootschap heeft bijvoorbeeld een verlies van -200. De dochtervennootschap beschikt over belastbare winsten ten belope van 300. Moeder en dochter sluiten een groepsbijdrageovereenkomst op basis waarvan de dochtervennootschap een groepsbijdrage zal toekennen aan haar moedervennootschap ten belope van 200. De moedervennootschap kan de ontvangen groepsbijdrage (te behandelen als belastbare winst) compenseren met haar fiscaal verlies van het boekjaar. Stel dat de moedervennootschap nu ook een dividend van 500 ontvangt dat in aanmerking komt voor DBI-aftrek. Hierdoor bedraagt het boekhoudkundige en fiscale resultaat na de eerste bewerking 300 (in plaats van -200 zonder dit ontvangen dividend). Omdat de ontvangen groepsbijdrage van 200 wordt behandeld als belastbare winst in hoofde van

de moedervennootschap en een compensatie met die groepsbijdrage niet mogelijk is bij gebrek aan een fiscaal verlies na de eerste bewerking, is het belastbaar resultaat van de moedervennootschap gelijk aan 200. De DBI-aftrek (500) kan slechts ten belope van 300 worden toegepast. De ontvangen groepsbijdrage vormt dus een minimale belastbare basis. Bij een correcte toepassing van het Europees recht, namelijk een effectieve vrijstelling, zou de groepsbijdrage gecompenseerd worden met het verlies (200-200=0) en zou er een DBI-aftrek zijn van -500.

In België is een combinatie van een DBI-aftrek met de groepsbijdrageregeling dus niet mogelijk. Het aftrekverbod heeft als gevolg dat een overdraagbaar DBI-overschot, dat beschikbaar is, niet gebruikt kan worden. Deze overdracht van DBI-overschotten naar latere belastbare tijdperken geeft geen garantie op een daadwerkelijke aanwending. Er moeten immers in de latere belastbare tijdperken voldoende belastbare winsten zijn. De DBI-aftrek is dus afhankelijk van de fiscale situatie van de vennootschap waardoor de dividenden op die manier indirect worden belast.

Schending vastgesteld door Europees Hof van Justitie

Het Hof heeft geoordeeld dat het DBIaftrekverbod op de groepsbijdrage onverenigbaar is met het Europees recht dat zich verzet tegen een indirecte belasting van dividenden. De ontvangst van de dividenden moet fiscaal neutraal gebeuren. Dit is thans niet het geval indien er gelijktijdig een groepsbijdrage wordt ontvangen: de moedervennootschap wordt op een of andere manier zwaarder belast ten gevolge van het ontvangen van de vrijgestelde dividenden in vergelijking met de situatie waarin zij geen dividenden had ontvangen of er een echte vrijstelling had gespeeld.

Gevolgen

De recente veroordeling van het Hof van Justitie biedt bijkomende steun aan vennootschappen die de groepsbijdrage in hun aangifte willen toepassen (of in het verleden hebben toegepast) met behoud van de DBI-aftrek. Een procedure tot ambtshalve ontheffing aan de hand van deze nieuwe veroordeling is mogelijk, aangezien rechtspraak van het Hof als een nieuw feit wordt beschouwd. Belastingplichtigen kunnen de ontheffing vragen voor aanslagen geheven vanaf kalenderjaar 2021.

Toekomstige wetswijziging

Door deze veroordeling zal België haar wetgeving moeten aanpassen. Het federaal regeerakkoord van 31 januari 2025 voorziet in (i) de schrapping van het DBI-aftrekverbod op de groepsbijdrage (ii) de hervorming van de DBI-aftrek naar een echte vrijstelling.

Lan Yi Verbauwhede & Evert Moonen

De Langhe Advocaten

Titeca Pro Accountants & Experts

Fiscaal gunstige overuren worden uitgebreid en verankerd: wat moet je weten?

De regels rond overuren zijn de afgelopen jaren steeds complexer geworden. Met tal van tijdelijke regelingen en uitzonderingen op sectorniveau is het als werkgever niet altijd eenvoudig om het overzicht te bewaren. Met vereenvoudiging en structurele uitbreiding van gunstige overuren wil de nieuwe regering bedrijven meer flexibiliteit geven. Maar wat betekent dat nu concreet voor jouw onderneming?

WAT ZEGT DE HUIDIGE WETGEVING?

Wanneer een werknemer meer uren presteert dan voorzien in zijn normale uurrooster, heeft hij in principe recht op inhaalrust (‘recup’) en soms ook op overloon. Overloon is enkel verplicht uit te betalen voor overuren boven de 9 uur per dag of 40 uur per week. Het (over) loon dat wordt betaald voor deze ‘klassieke’ overuren wordt doorgaans beschouwd als gewoon loon: er worden dus de gebruikelijke RSZ-bijdragen en bedrijfsvoorheffing op ingehouden. Voor een bepaald aantal overuren zijn er echter afwijkende en gunstigere regelingen. Momenteel kan je tot 300 gunstige overuren per jaar presteren. Deze bestaan uit:

1. 120 relance-uren (netto-overuren)

• Volledig vrij van RSZ en bedrijfsvoorheffing

• Geen inhaalrust of overloon verschuldigd

• Brutoloon = nettoloon

• Voorwaarde: schriftelijk akkoord met de werknemer (max. 6 maanden geldig, hernieuwbaar)

• Tijdelijke maatregel, geldig t.e.m. 30 juni 2025

2. 100 ‘gewone’ vrijwillige overuren (met fiscale korting)

• Wel RSZ, maar een belastingkorting voor werkgever én werknemer

• Overloon verplicht, geen inhaalrust

• Schriftelijk akkoord vereist (6-maandelijks te hernieuwen)

3. 80 ‘gewone’ onvrijwillige overuren (met fiscale korting)

Enkel bij uitzonderlijke omstandigheden

Overloon en inhaalrust zijn verplicht (tenzij afwijking) Ook hier geldt de fiscale korting

WAT STAAT ER IN HET NIEUWE REGEERAKKOORD?

De federale regering-De Wever wil het systeem verruimen én verankeren, vanaf 1 juli 2025:

1. Verdubbeling relance-uren naar 240 per jaar

Dezelfde voorwaarden blijven gelden, maar met een extra troef: het akkoord met de werknemer mag voortaan voor onbepaalde duur worden afgesloten (opzegbaar om de 6 maanden).

2. Permanente regeling voor 180 overuren met fiscale korting

De tijdelijke verlengingen zullen dus niet meer nodig zijn. Aangezien het regeerakkoord ook een verhoging van het aantal vrijwillige overuren voorziet, wordt de verdeling binnen deze 180 uren licht aangepast naar:

• 20 ‘gewone’ vrijwillige overuren

• 60 ‘gewone’ onvrijwillige overuren

3. Voorbehouden voor voltijdse werknemers

Vrijwillige overuren worden in de eerste plaats voorbehouden voor voltijdse werknemers. Deeltijdse werknemers komen enkel in aanmerking als ze al minstens 3 jaar deeltijds werken én er sprake is van een tijdelijke toename van werk.

4. Extra soepelheid voor de horeca

Voor horecaondernemingen met een geregistreerd kassasysteem stijgt het maximum tot 450 vrijwillige overuren, waarvan 360 relanceuren (waarvoor bruto = netto).

WAT BETEKENT DIT CONCREET VOOR JOUW ONDERNEMING?

De aangekondigde hervorming maakt het eenvoudiger om op piekmomenten of bij tijdelijke werkdruk snel en efficiënt bij te schakelen, zonder extra loonkost of complexe administratie. Tegelijk geeft de structurele verankering van deze regels je als ondernemer meer rechtszekerheid en voorspelbaarheid. Belangrijk: deze plannen zijn nog niet officieel omgezet in wetgeving. Tot 30 juni 2025 blijven de huidige regels van kracht.

Anna Bauwens, Legal HR Adviseur Titeca Pro Accountants & Experts

Bij iedere toekomstbepalende beslissing staan we voor jou klaar

Globaal gezien

De binnenkant van het buitenland

Zuid-Afrika in één oogopslag

STAATSVORM Republiek

OPPERVLAKTE

1.220.000 km² (=39 x België)

INWONERS

63,21 miljoen

STAATSHOOFD

President Cyril Ramaphosa

REGERINGSLEIDER

President Cyril Ramaphosa

TAAL

11 officiële talen waaronder Afrikaans, Engels, Swazi en Zoeloe

MUNT

rand / 1 rand = 0,049 euro

HOOFDSTEDEN

Pretoria is de bestuurlijke hoofdstad, Kaapstad, als zetel van het parlement, de wetgevende hoofdstad, en Bloemfontein als de juridische hoofdstad

BELANGRIJKE STEDEN

Johannesburg (grootste stad), Durban (havenstad)

BRUTO BINNENLANDS PRODUCT (BBP)

380,7 miljard USD (2023)

BBP/CAPITA

6.022,54 USD (2023)

EXPORTEREN NAAR ZUID-AFRIKA –HANDELSBALANS MET VLAANDEREN

In 2024 exporteerde Vlaanderen voor 1423,58 miljoen euro naar Zuid-Afrika, terwijl het er voor 2789,05 miljoen euro uit importeerde. De handelsbalans met ZuidAfrika liet aan Vlaamse zijde derhalve een tekort zien van 1365,47 miljoen euro.

KANSRIJKE SECTOREN

• Hernieuwbare energie

• Fintech

• Voeding en dranken

• Automotive

• Security

• Mijnbouw

• Gezondheidszorg

Koen Hutsebaut van Jan De Nul over zakendoen in Zuid-Afrika vanuit Kaapstad:

“Publiek-private

partnerships zijn de sleutel tot vooruitgang”

Jan De Nul behoeft geen introductie in het Vlaams en internationaal ondernemerslandschap. De ‘wereldbouwers’ in offshore energie, constructieprojecten, herontwikkeling van de planeet en baggerwerkzaamheden overschreden in 2024 de kaap van de 4 miljard euro omzet. De komende jaren hopen ze bij Jan De Nul om, onder leiding van Koen Hutsebaut, ook in Zuid-Afrika nieuwe infrastructuurprojecten te mogen realiseren. “De oprichting van meer publiek-private partnerships kan op dat vlak voor een boost zorgen.”

TEKST BART VANCAUWENBERGHE – FOTO JAN DE NUL

Koen Hutsebaut, senior business development manager, is bezig aan zijn tweede periode als medewerker bij Jan De Nul. Tussen 2002 en 2007 was hij als expat al wereldwijd actief om projecten operationeel in goede banen te helpen leiden. “Om persoonlijke redenen besliste ik toen om het bedrijf te verlaten. Ik opereerde op dat moment vaak vanuit Kaapstad, had daar ook mijn vrouw leren kennen en werkte de negen daaropvolgende jaren voor twee ondernemingen in de maritieme sector.”

In 2016 nam Koen opnieuw contact op met Jan De Nul. “Mijn toenmalige job gaf me te weinig voldoening en omdat ik destijds in de beste verstandhouding bij Jan De Nul was vertrokken, leek het me raadzaam te peilen naar nieuwe mogelijkheden. Mijn vraag kwam op het goede moment: mijn kennis over de baggerindustrie en opgedane commerciële ervaring tijdens mijn ‘tussenperiode’ bleken de ideale voedingsbodem om een commerciële functie voor de Afrikaanse markt op te nemen. Op dat moment benaderde Jan De Nul dit continent commercieel nog vanuit Aalst. Lokale aanwezigheid zou meer kansen bieden om in Zuid- en Oost-Afrika nieuwe projecten binnen te halen.”

Infrastructurele achterstand

Het leidde tot de oprichting van een commercieel kantoor in Kaapstad, de woonplaats van Koen. “Dat was een logische keuze, aangezien ik hier nu al 18 jaar woon en ondertussen een permanente verblijfsvergunning heb. Je kunt me dus geen expat meer noemen. Ook om commerciële redenen is onze vestiging in Zuid-Afrika evident. Het is een toegangspoort naar Zuid- en Oost-Afrika en is een land met heel wat uitdagingen, vermits er de voorbije vijf tot tien jaar te weinig is geïnvesteerd in openbare infrastructuur. Op dat vlak heeft het land een achterstand opgelopen tegenover buurlanden zoals Namibië en Mozambique, die bijvoorbeeld hun haveninfrastructuur wel een grondige update hebben gegeven. We waren in Mozambique trouwens ook betrokken bij dergelijke projecten.”

Zuid-Afrika doet heel wat inspanningen om het economisch landschap interessanter te maken voor bedrijven. Zo probeert het onder meer via uitstekende internetfaciliteiten om digitale nomaden en grote ondernemingen aan

“ Zuid-Afrika heeft een infrastructurele achterstand tegenover buurlanden zoals Namibië en Mozambique, die hun haveninfrastructuur wel een grondige update hebben gegeven
Opspuiten nieuwe kaaimuur met het Hopper Dredger schip Filippo Brunelleschi in de diepwaterhaven van Ngqura, in de provincie Eastern Cape in Zuid-Afrika

te trekken. “Recent heeft Amazon hier een kantoor geopend. Johannesburg en Pretoria mogen dan respectievelijk het economisch en politiek epicentrum van het land zijn, het groeiend belang van Kaapstad valt niet te onderschatten. Om die reden is hier ook het Belgisch consulaat-generaal gevestigd. Op die manier zijn de Belgische economische, culturele en diplomatieke belangen in deze regio (West-Kaap, Oost-Kaap, Noord-Kaap en Namibië) beter ondersteund, wat ook positief is voor het faciliteren van handelsrelaties.”

Afrika Light

Het grootste project in Zuid-Afrika waar Jan De Nul tot dusver bij betrokken was, ging over de bouw van New Ngqura Haven, een nieuwe diepzeehaven aan de monding van de Coegarivier, circa 20 km ten oosten van Port Elizabeth. “Die realisatie dateert nog van voor de opening van ons eigen commercieel kantoor hier”, gaat Koen verder. “Eigenlijk kan je Zuid-Afrika als de ‘light’-versie van dit continent betitelen. Wie nooit eerder hier is

geweest en zijn eerste indrukken opdoet in het centrum van of de wijken rond Kaapstad, zou best het gevoel kunnen hebben ergens in Europa te zijn. Ook het milde klimaat, met warme zomers en zachte winters, voelt vertrouwd aan voor wie Europa gewend is. Tegelijk spreken veel locals vloeiend Engels en Afrikaans, wat het culturele raakvlak nog versterkt. De cultuurschok is daardoor beduidend minder groot. ”

Op zakelijk vlak kan je in Zuid-Afrika niet om de BEE (Black Economic Empowerment) heen. De overheid heeft dat beleidskader destijds gecreëerd om ongelijkheden uit het apartheidsverleden recht te zetten. Zeker bij overheidsopdrachten is dit een belangrijk criterium. Helaas haken bedrijven soms af door de complexiteit en administratieve lasten die met BEE gepaard gaan.

“In de privémarkt speelt BEE minder een rol, maar als je klant een bedrijf is dat jou inhuurt voor een overheidsproject, kan je er ook als

maken krijgen. Voor Jan

moeten controleren of ze ‘BEE-conform’ zijn. In de mate van het mogelijke trekken we zelf ook lokale mensen aan, maar zeker voor baggerwerken is het wel essentieel dat het personeel aan boord over de juiste competenties beschikt”, vertelt Koen.

In het geval van Jan De Nul gaan opdrachten doorgaans hand in hand met grote contracten met havenautoriteiten, die grotendeels op de Engelse wet zijn gebaseerd. Zuid-Afrika was immers van 1806 tot 1910 een Britse kolonie, evolueerde toen tot een zelfbesturend gebied binnen het Britse Rijk en is pas sinds 1961 een volledig onafhankelijke republiek. “Engels is hier de hoofdtaal van de elf officiële talen. In Mozambique, waar de hoofdtaal Portugees is, ligt dat anders: daar is het, net als in Angola, zeker een meerwaarde als je in het Portugees kunt onderhandelen, zeker als je op gemeentelijk niveau wil zakendoen. Voor overheidsopdrachten is Engels er dan weer de voertaal. Daarnaast kan je gerust stellen dat België een streepje voor heeft in talrijke Afrikaanse landen waar Frans de voertaal is.”

Koen Hutsebaut, senior business development manager in Zuid-Afrika voor Jan De Nul, samen met een aantal voetballertjes. Jan De Nul steunt dit sociaal voetbalproject in Philippi Village, Cape Town.

Charmeoffensief

Op geopolitiek vlak moet de regering onder het bewind van president Cyril Ramaphosa, die aan zijn derde ambtstermijn bezig is, alle zeilen bijzetten om zo weinig mogelijk onder de huidige ontwikkelingen te lijden. “Zo heeft Trump de kraan van de US Aid Funding dichtgedraaid. Ook de uitvoering van AGOA (African Growth and Opportunity Act), een Amerikaanse wet die bepaalde Afrikaanse landen uit het sub-Saharagebied een bevoorrechte toegang tot de Amerikaanse markt biedt, loopt tegenwoordig wat moeilijker. Door AGOA genoot ook Zuid-Afrika van een vrijstelling van tarieven voor onder meer de invoering van agrarische producten en fruit.”

Hoge werkloosheid

Tegelijk beseft Zuid-Afrika maar al te goed hoe belangrijk de handelsrelaties met Europa zijn. “De economie hier kan nog een stevige boost gebruiken. Officieel bedraagt de werkloosheidsgraad hier circa 30%, officieus ligt die nog een stuk hoger. Als je weet dat de bevolking sneller groeit dan de tewerkstelling, liggen er op dat vlak nog aanzienlijke uitdagingen te wachten. Bovendien groeit het bruto binnenlands product maar heel traag: in 2024 was dat maar 0,6% in vergelijking met het voorgaande jaar. In Tanzania, bijvoorbeeld, ligt dat een stuk hoger, met circa 5%.

Die trage vooruitgang komt mede door het gebrek aan moderne, goed functionerende infrastructuur (wegen, spoorwegen, havens) en de vaststelling dat het BEE-beleid nogal wat bedrijven tegenhoudt om zich hier te vestigen.”

Ondanks de hoge werkloosheid kampt Zuid Afrika wel met een tekort aan mensen met bepaalde vaardigheden in een aantal sectoren. Hiervoor heeft de regering het ‘Critical Skills Work Visa’ in het leven geroepen. “Voor buitenlandse bedrijven is dit een belangrijke manier om hoogopgeleide mensen hier tijdelijk te kunnen laten wonen en werken. Dit toont toch aan dat ondanks de BEEwetgeving, het besef leeft dat er samenwerking nodig is met buitenlandse bedrijven.” De nieuwe regering kan voor wat licht aan het eind van de tunnel zorgen. “Het besef groeit dat publiek-private partnerships (PPP’s) cruciaal zullen zijn om middelen voor nieuwe investeringen te genereren. De hoge staatsschuld vormt een serieus obstakel om broodnodige infrastructuurwerken louter door de overheid te laten dragen. De nieuwe regering heeft bedrijven uitgenodigd om

“ Officieel bedraagt de werkloosheidsgraad hier circa 30%, officieus ligt die nog een stuk hoger

SENIOR BUSINESS DEVELOPMENT MANAGER

BIJ JAN DE NUL

concrete voorstellen – financieel gedragen door PPP’s – voor infrastructurele verbeteringen te doen.”

Due diligence

Belgische bedrijven die de brug met ZuidAfrika willen slaan, houden best rekening met Koens aanbevelingen. “Lokale aanwezigheid is een must om hier relaties op te bouwen. Vaak zetten bedrijven daartoe de eerste stappen door deelname aan een handelsmissie. Wie hier een kantoor wil openen, kan rekenen op ondersteuning door FIT, de Belgische Kamer van Koophandel en het consulaat-generaal, die hier allemaal resideren. Net zoals in elk ander land, waarderen ze het hier enorm als je respect voor de lokale cultuur toont. Het is daarom altijd een goed idee om een zorgvuldige ‘due diligence’-oefening te doen. Zo leer je de lokale, culturele en juridische context beter kennen, bescherm je je eigen reputatie, heb je meer financiële zekerheid en een betere onderhandelingspositie.”

Respect tonen doe je ook door tijdens de eerste meetings een kostuum te dragen, zeker bij overheidsinstanties. “Voor volgende contacten schakelen ze hier relatief snel over naar een platform zoals WhatsApp, wat bewijst dat onderhandelingen vlug een informeler en amicaal kantje krijgen, op voorwaarde dat er voelbaar respect blijft”, besluit Koen Hutsebaut.

Zet de stap naar internationaal succes samen met Voka.

Internationaal ondernemen opent de deur naar aanzienlijke groeimogelijkheden voor jouw bedrijf, maar brengt ook tal van uitdagingen met zich mee. Bij Voka begrijpen we deze complexiteit en staan we klaar om je in elke fase van jouw internationale ondernemersreis te ondersteunen.

Contacteer stefan.derluyn@voka.be of ga naar onze website.

Mensenwerk

De medewerkersreis in kaart

TRIP 6: RETENTIE VAN TALENT DANKZIJ VERLONING

ML6 maakt loonbeleid toekomstbestendig in functie van groeiplannen

Grenzen verleggen voor blijvende talenten

‘Loon naar werken’, dat wil iedereen wel. Alleen, wanneer kan je spreken van een correcte verloning? Hoe pak je de onderbouwing en implementatie hiervan aan? Het is een oefening waar ML6 zich het voorbije jaar intens over boog. Onder de projectnaam Salary House 2.0 (of ‘the offer you can’t refuse’) ging het HR-team, aangestuurd door head of talent & culture Kaat Van Doren, aan de slag om via data-analyse het loonbeleid te hertekenen.

TEKST BART VANCAUWENBERGHE - FOTO JEROEN WILLEMS

ML6 is een Gentse specialist in ‘machine learning’ (ML) en artificiële intelligentie (AI) die bedrijven helpt om AI in te zetten. Met een duidelijke doelstelling (‘Guide the AI revolution towards positive impact’) kiest het bedrijf voor een maatschappelijke positionering, zonder het innovatieve karakter te verliezen. “We ontwikkelen op maat gemaakte AI-oplossingen die processen automatiseren, interacties met klanten verbeteren en innovatie versnellen. Onze diensten omvatten strategisch advies, ontwikkeling van AI-oplossingen en implementatie”, legt Kaat Van Doren uit.

Snelgroeiende pionier

ML6, opgericht door Matthias Feys (cto) en Nicolas Deruytter (ceo), groeide in tien jaar

tijd uit tot een organisatie van meer dan 100 mensen, verdeeld over vestigingen in Gent, Amsterdam en Berlijn. “Onze groei danken we aan onze missie om als betrouwbare partner te fungeren voor bedrijven die AI willen integreren in hun bedrijfsstrategie. Waar klanten ons vroeger inschakelden om AI in te zetten voor één schakel binnen hun organisatie, willen ze dit nu verweven in hun volledige corebusiness”, legt Kaat Van Doren uit.

Als pionier in deze snelgroeiende markt innoveert ML6 ijverig mee om de AI-innovaties mee vooruit te sturen in de juiste richting, met een focus op betrouwbare AI. Dit doet het bedrijf zowel vanuit hun eigen organisatie als vanuit hun spin-offs. “We werven volop mensen aan die blijk geven van

ondernemerschap en drive. Het is daarom niet onlogisch dat sommigen onder hen hun droom gestalte geven om zelf een bedrijf in AI te starten.”

Kopgroep

ML6 groeit naarstig, wat ook te maken heeft met de snel ontluikende AI-markt. “Vanuit onze ambitie om dit momentum ten volle te benutten, stelden we ons de vraag wat we moesten doen om deze trend te laten aanhouden en de expansie eventueel nog te versnellen. Eén van de dingen die daarbij cruciaal zijn, is de blijvende toestroom én het behoud van talent. Het zou een verkeerd signaal zijn om op onze lauweren te rusten: het is niet omdat je in de kopgroep zit, dat je moet stoppen met fietsen. Daarom hebben we project ‘Salary House 2.0’ in de steigers gezet.”

De essentie van Salary House 2.0 is een nieuw loonbeleid, vertrekkend van een aangepaste functie-classificatie. “De voorbije jaren zijn we exponentieel gegroeid, waardoor we ons team eerst zagen groeien tot 50 mensen en dat aantal daarna vrij snel hebben verdubbeld. We verwachten die trend aan te houden. Als ambitieuze organisatie trekken we werknemers aan die professioneel vooruit willen. Daarom is het cruciaal om voor ieder van hen groeipaden uit te tekenen waarbij ze kunnen groeien. Bij de uittekening van dat kader botsten we op de grenzen van de vroegere structuur en moesten we die dus uitbreiden.”

Het vorige systeem omvatte ook een groeiplan, met een aantal voorwaarden om voor een bepaalde promotie in aanmerking

te komen. “Het gevaar is dat mensen dat lijstje dan gewoon willen afvinken en er vervolgens van uitgaan dat ze die promotie automatisch in de wacht slepen. Dat werkt niet. De kans op promotie mag niet puur op taakniveau geënt zijn, want dan loop je het risico op verkeerd gedrag. Het moet ook om attitude gaan. Een klein voorbeeld: stel dat het tot de voorwaarden voor een promotie behoort om ML6 te vertegenwoordigen op beurzen. Iedereen kan deze rol op een andere manier invullen. De ene persoon zal het ambassadeurschap oprecht ter harte nemen en gepassioneerd klanten vertellen waarom ze voor ons moeten kiezen. Een ander zal misschien denken: ‘opdracht volbracht’, op de beurs gewoon aanwezig zijn en het gros van de tijd vooral op zijn smartphone zitten scrollen.”

Specialisatie

De aangepaste functie-classificatie omvat niet veel nieuwe functies, maar benoemt iedere functie wel specifieker, zowel op vlak van level (‘junior’, ‘medior’, ‘senior/lead’, ‘principal/manager’, ‘thought leader/director’, ‘executive’) als carrièrepad (technisch engineer, project manager, ‘customer engineer’,…).

“We willen vooral interne mobiliteit, met lange loopbanen binnen ML6 en waardevolle impact voor het bedrijf stimuleren. Mensen moeten voelen dat ze bij ons kunnen bijleren en vooruitgang boeken. Door de nodige flexibiliteit te laten, kunnen mensen hun eigen carrièrepad hier mee vorm geven.”

Gezien de sterke uitbouw van expertise in het bedrijf, was specialisatiegraad van essentieel

Cto Matthias Feys, head of talent & culture Kaat Van Doren en compensation & benefits officer Amse D’Oosterlinck

belang in de functie-classificatie. Enerzijds is specialisatie cruciaal in het vakgebied van ML6 en naar hun klanten toe. Anderzijds is loon ook eindig wanneer iemand ervoor kiest niet meer verantwoordelijkheden op te nemen. Wanneer mensen wel meer verantwoordelijkheden willen dragen, is er opnieuw ruimte.

Benchmarking

Op de vraag wat pakweg een jonge ingenieur (‘junior engineer’) moet verdienen, is er niet één standaard antwoord in de markt. Daarom nam ML6 een dataleverancier onder de arm om loondata uit de IT-sector te vergelijken. “De keuze van de leverancier was niet eenvoudig, want het moet om gevalideerde en relevante data gaan en onze aanwezigheid in drie landen zorgde voor extra complexiteit. Bij stap twee moesten we de keuze maken om de lonen globaal of op nationaal niveau te vergelijken. We kozen voor dat tweede, omdat je in de drie landen andere fiscale regimes, andere huurkosten,… hebt. We

De kans op promotie mag niet puur op taakniveau geënt zijn, want dan loop je het risico op verkeerd gedrag
KAAT VAN DOREN

HEAD OF TALENT & CULTURE BIJ ML6

beslisten om basissalarissen onder de loep te nemen, zodat we appels met appels konden vergelijken. De derde afweging was of we een verschil moesten maken tussen verschillende functies en departement op hetzelfde niveau – bijvoorbeeld een junior boekhouder tegenover een junior HR-medewerker – en maakten hier data-gedreven beslissingen in. Binnen gelijkaardige functies en departementen werkten we dan met gemiddeldes. We hebben die data verrijkt met data die we uit rekrutering haalden, bijvoorbeeld over wat een sollicitant wilde verdienen. Ook die bleken heel waardevol.”

Deel van groter verhaal

Via de data-analyse uit de benchmarking kwam ML6 tot een nieuwe salarisschaal, voor elk land, elk team en niveau. “We hebben het eindresultaat op een transparante manier gedeeld. Het overzicht omvat, naast het basisloon, ook de extralegale voordelen. Wie het totaalpakket holistisch bekijkt en graag wil werken binnen een dynamisch

groeibedrijf in een groeiende sector, beseft dat je zoiets moeilijk kunt weigeren.”

Alle medewerkers werden gekoppeld aan de nieuwe functie-classificatie. “We werkten standaard richtlijnen uit om objectiviteit te garanderen, maar het systeem liet ook toe om oudere situaties recht te trekken. We beseften dat dit een heel gevoelig aspect is en hebben dan ook iedereen individueel bekeken ter controle. Op basis daarvan berekenden we automatisch het nieuwe loon. Indien het nieuwe loon lager uitviel dan het huidige, bleef het bestaande loon behouden. Indien het aangepaste salaris hoger lag, pasten we het nieuwe loon vanaf januari toe. Er is dus sowieso niemand die minder verdient.”

Voor medewerkers waarvoor de volgende stap in het functiekader geen loonsverhoging betekende, is er een tussenstap die zorgt voor een gefaseerde aanpak. Dit wordt berekend volgens een vaste formule, opnieuw om

objectiviteit en gelijkheid tussen teams te waarborgen.

Delicate communicatie

De communicatie over loonbeleid is een delicaat punt, ML6 pakte dit stelselmatig aan. “De creatie van geleidelijke bewustwording in aanloop naar de algemene communicatie, hielp om realistische verwachtingen te creëren. Na de algemene communicatie met toelichting van de kernprincipes, is de financiële impact voor iedere individuele medewerker besproken tijdens een persoonlijk gesprek, waarna een bevestiging via mail volgde. Met de externe communicatie zijn we logischerwijs voorzichtiger: in een branche waarin elk profiel erg gegeerd is, moeten we het de concurrentie ook niet te makkelijk maken. Daarom delen we de loonranges op de verschillende niveaus niet naar de buitenwereld toe.”

Employer branding

Aangezien de implementatie vrij recent is gebeurd, is het moeilijk om nu al de concrete impact van ‘Salary House 2.0 – the offer you can’t refuse’ te meten. “Wel hebben we in het verleden gemerkt dat mensen bij ons nooit vertrekken omdat ze zich niet kunnen vinden in het loon, op één schaarse uitzondering na. 85 à 90 procent accepteert het holistische voorstel in het rekruteringsproces.”

“We hebben deze nieuwe loonstrategie niet uitgerold om plots veel meer mensen aan te trekken, hoewel ze zeker welkom zijn. Het gaat ons vooral om mensen de juiste erkenning voor hun werk te geven. Op langere termijn kan het aangepaste loonbeleid wel een extra tool zijn om onze employer branding te versterken, maar mensen kiezen nooit voor ons omwille van het loon alleen.”

Daarnaast moet ML6 er vanzelfsprekend over waken dat de business gezond blijft. “We mogen zeggen dat we onze mensen op zijn minst heel correct verlonen, maar het bedrijf moet het natuurlijk kunnen dragen. De loonkost is onze grootste uitgavenpost. De oefening die we hebben gemaakt om dit alles financieel te kunnen behappen, was behoorlijk uitdagend. De wisselwerking met managing director Wouter Desard, die alles grondig heeft afgetoetst, was erg waardevol. Door de nauwe betrokkenheid van het leiderschapsteam, zijn we tot juiste, snelle beslissingen gekomen.”

De belangrijkste conclusie is dat vooral de lonen voor senior profielen aanzienlijk verhoogd zijn. “Normaliter zal dit leiden tot een hogere retentie van ervaren medewerkers en een vlottere instroom voor de aanwerving van senior-functies. Op die manier kunnen we sterke kandidaten blijven aantrekken”, besluit Kaat Van Doren.

Laat Voka je begeleiden in jouw employee journey

Voka helpt je bij HR-uitdagingen en zorgt voor ondersteuning op maat van je bedrijf. We bieden infosessies, lerende netwerken, opleidingen en coaching bij de verschillende fases van de ‘employee life cycle’.

Daarnaast brengen we de arbeidsmarkt in kaart, detecteren knelpunten en doen daarover beleidsaanbevelingen. Ontdek alles via de QR-codes of neem contact via griet.santy@voka.be

Ankerpunten

Waarom

Voka | VeGHO hoopt op een echte Belgische zomer

Het kanaal Gent-Terneuzen vormt een essentiële waterweg in onze regio. Het verbindt de Westerschelde met de Bovenschelde/Leie en ontsluit daarmee het havengebied van North Sea Port. Als belangrijke vaarroute tussen de Noordzee, het Vlaamse binnenland en Frankrijk ondersteunt het kanaal de scheepvaart, industrie en logistiek in een groot deel van Vlaanderen en Nederland. Toch komt deze blauwe levensader steeds vaker onder druk te staan door aanhoudende droogte. Voka | VeGHO licht in dit artikel toe waarom regelmatige regenval deze zomer van groot belang is.

TEKST SIMON LEFÈVRE

De geschiedenis van het kanaal gaat bijna twee eeuwen terug. Op 18 november 1827 werd het met gepaste trots geopend in de toenmalige Verenigde Nederlanden. Sindsdien groeide het uit tot een belangrijke grensoverschrijdende economische verbinding. De grootste uitdaging vandaag is de beperkte en kwetsbare watertoevoer.

De achilleshiel van het kanaal is dat het grotendeels wordt gevoed via de stuw in Evergem, die het beschikbare water moet verdelen over meerdere waterwegen: het kanaal Gent-Oostende, de Zeeschelde én het kanaal Gent-Terneuzen zelf. Deze aanvoer vertoont bovendien een sterk seizoensgebonden karakter. Tijdens periodes van overvloedige regenval kan het sluizencomplex in Terneuzen

grote hoeveelheden water versneld afvoeren naar de Westerschelde – tot wel vier keer het normale debiet. Zo werd het sluizencomplex in Terneuzen op woensdag 3 en donderdag 4 januari 2024 gestremd om overtollig water van de Leie en Bovenschelde af te voeren. Bij droogte is er echter simpelweg te weinig water beschikbaar om het kanaal optimaal te laten functioneren.

Droge zomers, negatieve effecten

De afgelopen zomers van 2017, 2018, 2019, 2020 en 2022 waren droog. Deze droogte leidde tot een verminderde wateraanvoer naar het kanaal GentTerneuzen. De minimale richtwaarde van zoetwateraanvoer voor het kanaal is gemiddeld 13 m³/s over twee maanden. Deze waarde werd tijdens droge periodes en zomers regelmatig niet gehaald. Dit had directe gevolgen voor het peilbeheer en de verzilting van het kanaal, waardoor verschillende functies onder druk kwamen te staan.

In zowel 2019 als 2022 moesten de sluizen van Terneuzen tijdelijk worden gestremd. Daarnaast leidde de lage wateraanvoer tot een stijgend zoutgehalte in het kanaalwater – met negatieve effecten voor zowel de scheepvaart als de industrie langs het kanaal.

Bij aanhoudend lage waterstanden worden immers beperkingen opgelegd aan de scheepvaart. Zo werd de maximale diepgang van schepen op bepaalde momenten verlaagd van 12,50 naar 12,35 meter. Dat lijkt heel weinig, maar elke centimeter telt: schepen moeten hierdoor lading overladen (lichteren) op de Westerschelde, wat extra transportbewegingen en dus hogere kosten veroorzaakt.

Ook het stijgende zoutgehalte baart zorgen. Het tast installaties van bedrijven aan die water uit het kanaal capteren, versnelt corrosie aan damwanden en kaaimuren, en kan de levensduur van infrastructuur aanzienlijk verkorten.

Voka | VeGHO zal deze zomer dus geen eieren naar de Arme Klaren brengen, maar vurig hopen op voldoende neerslag.

Voka | VeGHO sterker in de haven dankzij:

Mervielde

doneert 1,5 miljoen liter leidingwater aan de lokale landbouw

Water is kostbaar, meer dan ooit. Dat beseft ook het bedrijf Mervielde. Begin april 2025 werden acht nieuwe landtanks op de SEVESO-site van Mervielde aan het kanaal Gent-Terneuzen in North Sea Port succesvol geïnstalleerd. De tanks zijn samen goed voor een opslagcapaciteit van maar liefst 16 miljoen liter chemische vloeistoffen. In het kader van de verplichte druktesten vóór ingebruikname, werd elke tank één per één gevuld met leidingwater, op basis van de veiligheidsvoorschriften om elke vorm van contaminatie uit te sluiten.

Dit zuiver testwater (1,5 miljoen liter) wordt in reguliere omstandigheden gewoon afgevoerd, maar Mervielde kiest hier bewust voor een circulaire oplossing: het water wordt gedoneerd aan Fruitbedrijf Neyt in Boekhoute (Assenede), waar het zal dienen om 5 hectare fruitgaard te besproeien.

Bedrijven verenigen in North Sea Port

Over opvolging, overdracht en overname

Roman, oudste familiale brouwerij in België met het vizier op (over)morgen

“We zijn slechts passanten over generaties”

Het jongste decennium tapte Brouwerij Roman uit een bijzonder innovatief vaatje, met een nieuwe bottelarij, maalderij, brouwzaal en tankkelders. In uitdagende tijden brouwen broers Lode en Carlo Roman – veertiende generatie –aan de toekomst en ook de vijftiende generatie is al langzaam aan het gisten. “Wij hebben enkel het rentmeesterschap over dit bedrijf.”

TEKST SAM DE KEGEL – FOTO WANNES NIMMEGEERS

Elke wielertoerist met een hart voor de Vlaamse Ardennen is er al meermaals gepasseerd: de majestueuze, historische gevel van Brouwerij Roman, halfweg tussen Oudenaarde en Brakel. Het rode, bakstenen complex met geplaveide binnenplaats dateert uit 1927, de oprichtingsdatum van het bedrijf gaat eeuwen terug in de tijd en staat gebeiteld in de muur: 1545. Toen begon ene Joos Roman, landbouwer én caféuitbater, bier te brouwen in het dorp Mater. “Tot 1926 waren we hoofdzakelijk landbouwers die ook bier brouwden”, vertelt Lode. “Vanaf 1927 heeft onze grootvader, Jozef, zich voluit gefocust op de bierproductie, samen met zijn twee broers.”

Roman is zelfs de oudste familiale brouwer van België, maar je wentelen in een roemrijk verleden is dodelijk voor elke ondernemer, dat weten Carlo en Lode Roman maar al te goed. De broers vormen al zo’n 25 jaar de veertiende generatie, en de vijftiende is al aan het gisten, maar daarover straks meer. Carlo is verantwoordelijk voor de productie & investeringen, Lode doet de verkoop. “We zijn heel complementair. Als we niet overeenkomen, slapen we er een nachtje over. We nemen altijd beslissingen op de lange termijn.”

Carlo en Lode tronen ons mee over de binnenplaats met kinderkopjes, richting de nagelnieuwe maalderij (geplaatst door Spiromatic, ook een familiebedrijf uit de regio), brouwzaal en tankkelders. “De bakstenen en een deel van de betonstructuren hebben we gerecupereerd uit de oude gebouwen. Ook de bogen zijn nog origineel. Zie het als ‘littekens’ van vroeger die charme bieden aan dit nieuwe gebouw”, vertelt Carlo.

Uit de blinkende inox ketels in de nieuwe brouwzaal stromen bieren als Ename, Adriaen Brouwer, Sloeber, Gentse Strop en Roman Pils, maar ook het hippe alcoholvrije bier, Ramon. “Onze oude brouwzaal dateert van 1927. Ze werd in de jaren 80 vernieuwd, maar zat qua capaciteit tegen het maximum.

Nu stijgt onze capaciteit van 115.000 naar 200.000 hectoliter per jaar.”

Is dat het hoofddoel van alle investeringen, de grootste ooit in de geschiedenis van dit bedrijf: de toekomst veiligstellen?

Carlo: “Voor de covid-pandemie hadden we al een nieuwe bottelarij gezet in twee fases. Het hart van de brouwerij is de nieuwe brouwzaal, die sinds kort volop draait en die we nu geïntegreerd hebben met de nieuwe maalderij. De jongste tien à vijftien jaar hebben we bijna ons volledig productieapparaat vernieuwd, waardoor we op een meer efficiënte, duurzame én ergonomische manier kunnen werken. We zijn bijzonder tevreden over de

integratie van alle nieuwe installaties binnen de bestaande gebouwen, waarbij de look & feel van de buitenkant behouden bleef. We willen een modern bedrijf, met respect voor de authenticiteit van het verleden.”

Lode: “Innoveren, met respect voor het verleden. Soms liggen er goedkopere oplossingen op tafel, maar we verkiezen ervoor om het verleden te respecteren en ervoor te zorgen dat de volgende generatie ook fier kan zijn op wat we gerealiseerd hebben.”

Carlo: “Onze site is trouwens geen beschermd monument, maar wel een monument in de regio. Iedereen kent deze gebouwen.”

110.000 hectoliter/jaar

CAPACITEIT: 200.000 hectoliter/jaar dankzij alle investeringen

OMZET: 17,5 miljoen euro (2024)

AANTAL WERKNEMERS: 60

AANDEELHOUDERSCHAP: Carlo en Lode Roman

Carlo en Lode Roman vormen al zo’n 25 jaar de veertiende generatie in de familiale brouwerij.
We zijn heel complementair. Als we niet overeenkomen, slapen we er een nachtje over

Hoe willen jullie nog meer verweven raken met de regio? Meesurfen op het wielertoerisme?

Carlo: “We willen naar bezoekers toe top of mind worden, en niet enkel in het wielertoerisme. Nu al ontvingen we voor de pandemie zo’n 6.000 bezoekers per jaar. De regio Vlaamse Ardennen heeft de jongste tien jaar al heel wat stappen gezet, maar kan zeker nog groeien als toeristische regio.”

Lode: “Er is een overkoepelende organisatie van Toerisme Vlaamse Ardennen, met de gemeenten en Provincie als trekker. In het voorjaar wordt het wielertoerisme wat uitvergroot, maar er is het ganse jaar door veel overnachtingstoerisme met vele B&B’s en vakantiewoningen. Je kan hier fietsen, wandelen, archeologische sites (zoals die in Ename, red.) ontdekken.”

Carlo: “Oud-burgemeester van Oudenaarde, Marnic De Meulemeester, heeft Oudenaarde en de Vlaamse Ardennen echt op de kaart gezet, zowel op het vlak van wielertoerisme, horeca als cultureel erfgoed. Maar er is dus nog veel potentieel. Ik neem graag Limburg als voorbeeld, waar met de reconversie van de mijnen bijzonder zwaar geïnvesteerd is in

In de brouwtoren blinken de ketels van de oude brouwzaal in het koper.

Vlaamse Ardennen lokken. Biertoerisme is in, beergeeks komen uit gans België, Europa en zelfs de wereld afgezakt om een biertoer te doen en tien brouwerijen te bezoeken op een week tijd. Nu ons productieapparaat helemaal vernieuwd is, willen we terug mee op de kar springen van het biertoerisme, via geleide bezoeken. Op zaterdag kan iedereen een biertje drinken met zicht op de nieuwe brouwzaal. In de iets verdere toekomst dromen we van een eigen bezoekerscentrum.”

Dankzij de nieuwe brouwzaal vergroot de capaciteit naar 200.000 hectoliter per jaar. Hoeveel brouwen jullie nu?

Lode: “110.000 hectoliter. (droogjes) We hebben er 480 jaar over gedaan om aan dit getal te geraken, we zullen dus niet binnen vijf jaar het dubbele produceren. Onze grootvader heeft in 1927 een brouwzaal gezet, nu zetten we 98 jaar later een nieuwe. We kijken dus op heel lange termijn. Het zou zonde zijn om slechts 20% extra in capaciteit te investeren en binnen tien jaar vast te stellen dat je opnieuw moet herbronnen. Door al deze investeringen is de rentabiliteit van het bedrijf verbeterd en zullen we grotere stappen kunnen zetten. Als ook de bankiers geloven in de toekomst van het bedrijf, zegt dat iets.”

Wat is een realistische volumegroei?

“In normale omstandigheden is de brouwerij de jongste tien jaar 50% gegroeid, maar tijdens de covidpandemie kenden wij –en de ganse sector – natuurlijk een serieuze dip in de omzet. De voorbije jaren waren ook wat lastiger, o.a. door het slechtere weer, de onstabiele geopolitiek en de bierverkoop die toch wat onder druk staat in Europa.”

Waarom wordt er minder bier verkocht?

“Er is een andere perceptie tegenover alcohol en bier, met nauwelijks nog nuance. Bier is nog steeds een consumptieproduct waarbij mensen met elkaar verbinden in horecazaken of het verenigingsleven. klemtoon wordt nu te vaak gelegd op alcoholmisbruik. De Belgische biercultuur is trouwens erkend als werelderfgoed door Unesco, het is deel van ons DNA. Dat is gelinkt aan brouwerijen, horecazaken en zoveel mensen die samen genieten van een degustatiebier. Natuurlijk ondersteunen wij 100% verantwoord alcoholgebruik. Geniet

Een brouwerij met een sociaal hart

Brouwerij Roman werkt nauw samen met het Oudenaardse maatwerkbedrijf Aarova. “Onder andere om onze gebouwen kraaknet te houden. Maar ook op de repack-afdeling werken er een aantal mensen. Ongelooflijk hoe gedreven ze zijn”, vertellen de broers. “En chapeau dat deze mensen met een beperking in een maatwerkbedrijf willen werken en niet ‘profiteren’ van een sociaal vangnet.”

had je nog vele bruine cafés; die zijn nu veelal vervangen door eethuizen en weekendzaken, waar mensen meer van een degustatiebier genieten en minder van het pilsje aan de toog. Wij hebben nu meer werk om dat volume in stand te houden.

En drink je iets te veel, neem dan een taxi. We hopen gewoon dat de nuance wat terugkeert in dit debat.”

Lode: “Onderschat niet de sociale functie van de horeca en een lekker glas bier. In coronatijd zag je de nefaste gevolgen van het sociaal contact dat wegviel. Vandaag mag je nauwelijks nog zout, suiker, vet, zo weinig mogelijk vlees en alcohol consumeren. Maar wat is het allerbelangrijkste voor je gezondheid? De levensvreugde bij mensen. Wij willen daar ons steentje toe bijdragen.

Trouwens, we hebben ook twee alcoholvrije bieren in ons segment: de dorstlesser Ramon en onze Gentse Strop 0,4%.”

Die opmars van alcoholvrije bieren is niet meer te stuiten…

Lode: “Het zijn ook de twee sterkst groeiende bieren in ons segment op dit ogenblik.”

Carlo: “Ze werden eerst vooral geconsumeerd in steden door een jonger publiek, maar nu wordt er ook meer en meer alcoholvrij gedronken op het platteland. Ze worden steeds smaakvoller, zeker die van ons (glimlach). Met Ramon kozen we in 2019 ook voor een nieuwe identiteit, nieuwe naam en aparte, hippe verpakking (in blik, red.).”

Jullie hebben drie verkoopskanalen: retail, horeca en export. Waar zit de meeste groei?

Lode: “De horeca blijft ons belangrijkste kanaal, maar staat het meest onder druk. Mensen drinken vaker thuis vandaag. Het horecalandschap is ook ingrijpend veranderd in vergelijking met 20 jaar geleden. Vroeger

De retail doet het een stuk beter: thuisconsumptie groeit sterk, sinds covid is die trend nog versterkt. Onze export, ten slotte, situeert zich voornamelijk binnen West-Europa. In Frankrijk en Italië is Ename populair, in Nederland de Gentse Strop. Belgisch bier blijft een referentieproduct, maar er is de jongste vijftien jaar heel veel lokale concurrentie bijgekomen, met talloze microbrouwerijen wereldwijd. Nu begint dat aantal weer te verminderen en grijpen mensen meer terug naar referentiebieren. Die wereldwijde explosie van microbrouwerijen was wel positief om speciaalbieren in de kijker te zetten. Tegenover het buitenland hebben we de voorbije jaren ook een nadeel ondervonden door de sterk stijgende grondstoffen- en energieprijzen; die laatste stegen bij ons meer dan waar ook in Europa. Het had ook een grote impact op onze toeleveranciers, vooral van mout. En dan zwijgen we nog over de hoge loonkosten. In België zijn de lonen gekoppeld aan de evolutie van de gezondheidsindex, in pakweg Frankrijk of de VS kennen ze dat helemaal niet. Ook het onderhoud van onze machines wordt duurder door die loonindexeringen. Onze klanten hebben daar relatief begrip voor dankzij onze langetermijnpartnerships, maar uiteindelijk betaalt de consument en als Belgische bieren sterker stijgen in prijs dan de lokale bieren in die landen, verlies je je concurrentiepositie.”

Hebben jullie al die kostenstijgingen kunnen doorrekenen?

Lode: “Neen, vooral omdat we vinden dat bier een product is dat betaalbaar moet zijn voor iedereen. Bier brengt mensen samen uit alle lagen van de samenleving, het mag niet exclusief worden. Daarom dragen we zelf een deel van die extra kosten.”

Kan je de verkoop van bier eigenlijk goed sturen?

Lode: “Nee, ik denk het niet. Een van onze sterktes is dat we een breed gamma aanbieden en kunnen inspelen op de noden van de markt. Wij passen ons aanbod aan in functie van wat de mensen graag hebben.”

Carlo: “Wij spenderen wel veel tijd en energie in persoonlijk contact met onze buitenlandse importeurs. We kennen onze klanten heel goed.”

Een slimme brouwer is vandaag ook duurzaam. Hoe proberen jullie zo energieefficiënt mogelijk te produceren?

Carlo: “In 2008 zijn we daarmee gestart, via een ‘fotoscan’ door Engie om ons energieverbruik door te lichten. Jaar na jaar proberen we ons elektriciteits-, gas- en waterverbruik naar beneden te krijgen. We detecteren en corrigeren waterverliezen. We maken onze medewerkers bewust om zo weinig mogelijk energie en water te verspillen. We optimaliseren reinigingsprocedures, door bijvoorbeeld installaties minder lang na te spoelen, zo win je extra water. Onze nieuwe installaties zijn sowieso veel energieefficiënter, eerst met de vernieuwing van de bottelarij en nadien de nieuwe brouwzaal. Zeker met die laatste optimaliseren we ons water- en gasverbruik. Op vier verschillende punten doen we aan warmterecuperatie. Na elk weekend starten we zo met warm water van de productie van de week ervoor. In de nieuwe brouwzaal zijn we ook geëvolueerd van 3,5 liter vers water per liter bier naar anderhalve liter. Die enorme efficiëntiestappen zijn economisch en maatschappelijk noodzakelijk. En wat zonnepanelen betreft, we produceren zonne-energie die we zelf kunnen verbruiken. Wat je terugzet op het net, daar verdien je nauwelijks nog iets aan. 12% van ons verbruik wordt nu gedekt door onze zonnepanelen.

Onze energieadviseur Geert Cnudde zegt altijd: ‘De goedkoopste energie is de energie die je niet verbruikt’.”

Lode: “Al onze producten – zowel bieren als frisdranken – worden trouwens gemaakt met bronwater van onze eigen bron. Maar meer en meer willen we ook hemelwater gebruiken in ondersteunende productieprocessen, zoals reiniging. We hebben ook heel lang een eigen waterzuivering, om ons afvalwater zo proper mogelijk te lozen, later willen we het ook meer hergebruiken. Ook de draf (de overschot van mout, een nevenstroom, red.) wordt verkocht aan de lokale landbouwers, hun koeien lusten dat. We willen ons restafval nog meer reduceren en afvalstromen op de meest duurzame manier laten verwerken.”

Carlo: “Wat verpakkingen betreft, werken we al decennia met retourverpakking. Denk aan onze vaten. Ook flessen worden hergebruikt, er is nauwelijks wegwerpverpakking of plastic in onze brouwerij. Verre export komt niet terug, maar dat bier verpakken we in kartonnen dozen.”

Jullie vormen de veertiende generatie. Wordt de volgende al klaargestoomd?

Lode: “We hebben allebei twee kinderen. Carlo een zoon en dochter, ik twee zonen. Het zijn allemaal jongvolwassenen, tussen 16 en 19. Ze tonen wel al interesse in het bedrijf, maar we willen de druk nu nog niet te hoog leggen; laat ze een zorgeloze jeugd beleven. In de toekomst zien we wel wie er geïnteresseerd blijft.”

Carlo: “Ze doen wel al vakantiejobs op de brouwerij: fysiek werk of ze gaan mee op de baan. Zo krijgen ze voeling met de brouwerij.”

Lode: “Als brouwer word je toch een beetje geboren. Je bent altijd de zoon of dochter van een brouwer. Ook hun familienaam verraadt hen snel.”

Er is al een familiecharter opgesteld?

Carlo: “Nee, er zijn wel al enkele basisprincipes vastgelegd. Zoals: laat ze eerst ervaring opdoen elders, zodat ze persoonlijk en professioneel kunnen groeien.”

Lode: “Laat ze inderdaad eerst flink studeren, ervaring verwerven en af en toe van een pintje genieten (lacht). Ze zitten ook nog in het middelbaar, enkel mijn oudste zoon studeert al rechten aan de Kulak.”

Carlo (knipoog): “Een jurist in een bedrijf is altijd handig. We worden als ondernemers overspoeld met regelgeving en procedures. Het is soms waanzin en heel moeilijk beheersbaar.”

Lode: “Het begrip ‘administratieve vereenvoudiging’ bestaat al dertig jaar, maar ondernemen is nog nooit zo complex geweest als nu.”

Nog even terug naar de opvolging. Als familiale ondernemer mag je niet aan jezelf denken, wel al aan de volgende generatie?

Lode: “We hebben een soort rentmeesterschap over het familiebedrijf. We zijn slechts passanten over generaties. We beheren dit bedrijf zo’n 20 à 30 jaar, en je wil het nog mooier doorgeven dan wanneer je het kreeg. We willen zeker onafhankelijk blijven. Andere partijen weten dat we niet te koop zijn. We hopen dat de volgende generatie dit bedrijf met dezelfde zorg zal verder zetten.”

Beide broers nemen ons nog even mee op sleeptouw naar de oude brouwtoren. De ketels van de oude brouwzaal blinken in het koper. “De binnenkant werd 35 jaar geleden al vervangen door inox. Maar liefst 98 jaar zijn deze ruimtes gebruikt. Nu is het officieel een museum”, lacht Carlo. “In de winter was het hier altijd gezellig warm, in de zomer snikheet voor de operator.”

Brouwen was vroeger corvee, nu volgen de brouwers het brouwproces op via een computerscherm, van (nat) mout malen over brouwsels maken tot gisten en lageren. Automatisering is het ordewoord. “Maar goed ook, qua ergonomie en klimatisatie is het zoveel aangenamer werken nu”, besluiten de broers. “En noteer maar: we hebben nog nooit mensen ontslagen na nieuwe investeringen.”

Familie, de kracht van ondernemen

Laat Voka je op de juiste weg zetten. We bieden familiebedrijven uitgebreide ondersteuning en begeleiding, zodat je als ondernemer binnen een familiecontext met vertrouwen aan de slag kunt. Of je nu een nieuwe generatie voorbereidt op de overdracht of je familiale onderneming verder wilt uitbouwen, wij helpen je succesvol op weg.

Ontdek ons aanbod

Nulverzuim kun je als werkgever stimuleren

Bijna vier op de tien medewerkers zijn geen enkele dag per jaar ziek. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van Mensura bij bijna 60.000 werknemers. Dr. Gretel Schrijvers, CEO van Mensura, licht de stimuli van nulverzuim toe.

In het debat rond ziekteverzuim ligt de focus meestal op wie (vaak) afwezig is. Tegelijk zijn er ook werknemers die op jaarbasis geen enkele dag afwezig zijn. Voor organisaties is het interessant om te weten wat deze ‘nulverzuimers’ typeert en welke factoren een rol spelen in hun gedrag.

LEEFTIJDS- EN SECTORVERSCHILLEN

De studie van Mensura brengt duidelijke verschillen naar voor tussen groepen werknemers. Zo blijken 45-plussers zich opvallend minder vaak ziek te melden dan hun jongere collega’s: 40,8% rapporteerde een volledig ziektevrij jaar, tegenover 33,5% bij de jongere leeftijdsgroep.

Ook het soort job speelt een rol: kaderleden scoren het hoogst op nulverzuim (51,2%), gevolgd door bedienden (37,2%) en arbeiders (30,3%). Tot slot blijken leidinggevenden (46%) zich merkbaar minder vaak ziek te melden dan nietleidinggevenden (34,3%).

BELANG VAN MOTIVATIE

Motivatie speelt een cruciale rol. Hoe groter iemands motivatie, hoe groter de kans dat die persoon zich niet ziek meldt. Slechts 1 op de 5 medewerkers die zich niet gemotiveerd voelt, was geen enkele dag afwezig in het jaar vóór de enquête. Bij zeer gemotiveerde collega’s loopt dat op tot bijna 44%.

Ook autonomie en regie over je eigen job dragen zichtbaar bij aan meer nulverzuim. Waardering, ontwikkelmogelijkheden en sociale verbondenheid spelen een grote rol in motivatie. Wanneer medewerkers zich gezien en gewaardeerd voelen, blijven zij betrokken en energiek. Investeren in persoonlijke groei en een sterke teamcultuur werkt dus versterkend voor nulverzuim.

Dat nulverzuim minder voorkomt bij arbeiders en vrouwen kent verschillende oorzaken. Fysieke belasting kan sneller aanleiding geven tot klachten. Maar ook de mate waarin zorgtaken in de privésfeer worden opgenomen, spelen mogelijk mee.

Hier ligt een duidelijke taak voor leidinggevenden en organisaties om tijdig in dialoog te gaan. En te kijken waar preventief ingegrepen kan worden.

VEERKRACHT EN JOBMOEHEID

Ook hoe mensen zich voelen op het werk heeft een aanzienlijke impact. Werknemers die van plan zijn om hun job te verlaten, melden zich vaker ziek. Hoe sterker die intentie, hoe lager het nulverzuim. Ook mentale veerkracht speelt mee: wie veerkrachtig is, blijft vaker een heel jaar ziektevrij (39,8%) dan wie dat niet is (28,3%).

Het regeerakkoord van de Arizona-regering benadrukt het belang van een actief verzuimbeleid. Onze cijfers bevestigen dat nulverzuim niet enkel gelinkt is aan de gezondheid van medewerkers, maar ook aan preventie, cultuur en motivatie – factoren waar de werkgever actief het verschil kan maken. Investeren in vertrouwen en dialoog betekent investeren in duurzame resultaten.

Jouw kansenplanner

Netwerking

21.08.2025

Bouw & Vastgoed Community 2025

Bouw- en Vastgoedbedrijven uit Oost- en WestVlaanderen komen samen om innovatie en samenwerking te stimuleren.

POPERINGE PRO RATA VAN € 590

04.09.2025

Inspiratiesessie: Ben je als ondernemer op zoek naar een klankbord?

Voor elke groeifase waar je je in bevindt, heeft Voka een groeitraject op maat. Ben je benieuwd hoe zo’n lerend netwerk eruit ziet en hoe het jou kan helpen groeien? Ontdek ons aanbod en deel kennis & ervaring met andere ondernemers.

GENT

Opleidingen / lerende netwerken en infosessies

GRATIS

19.09.2025

Transport & Logistics Community

Een netwerkprogramma dat Oost-Vlaamse bedrijven samenbrengt om innovatie te versnellen en de weg vrij te maken voor duurzame groei.

Op de agenda: digitale evoluties in logistiek bij het Wintercircus

GENT

20.09.2025

Belevingsreis Japan met bezoek World Expo

Ontdekkingsreis naar Kyoto, Osaka en Tokyo. Naast de Expo 2025 verkennen we de culinaire hoogstandjes en moderne architectuur van Osaka, bewonderen we de prachtige tuinen en tempels van Kyoto, en duiken in het wervelende nachtleven van Tokyo. Maar ook het ondernemerschap staat centraal: we bezoeken de HQ van Japanse bedrijven actief in België. Belgen woonachtig in Japan vertellen er over het Japanse businessleven en de culturele verschillen.

Voka’s Summer School

04.07.2025 Financiële basics voor niet-financiëlen

Tijdens deze opleiding loodsen we jou in een snel tempo doorheen de belangrijkste principes van financieel management.

09.07.2025 Effe onderhandelen - the basics

Onderhandelen is meer dan een goed gesprek voeren — het is een spel van strategie, psychologie en timing. Maak kennis met de belangrijkste mechanismen achter elke onderhandeling.

15.07.2025 Netwerken met plezier en resultaat

Netwerken voelt voor velen soms ongemakkelijk. Wat zeg je? Hoe begin je een gesprek? En hoe blijf je zichtbaar zonder constant aan het posten te zijn? Ontdek hoe netwerken wél werkt – op een manier die bij je past.

18.07.2025 Time management

Leer je prioriteiten helder stellen, omgaan met afleidingen en je agenda slim indelen. Via praktijkgerichte oefeningen en herkenbare cases pas je meteen nieuwe inzichten toe.

25.08.2025 Effe onderhandelen - next level

Onderhandelen wordt pas echt uitdagend wanneer er meerdere partijen, uiteenlopende belangen en verborgen agenda’s in het spel zijn. Hoe leid je zulke complexe onderhandelingen toch naar een goed resultaat?

28.08.2025 Een strategie die werkt voor klant, team en bedrijfscultuur

Ontdek hoe je met jouw strategiemodel echt impact maakt.

22.09.2025

Food & Beverage Community

De Oost-Vlaamse voedings- en drankenwereld is in volle beweging. Van boer tot bord, van innovatie tot export — elk schakeltje in de keten telt.

Kick-off bij Ardo

ARDOOIE

Lobby

Voka Politica

Ga in gesprek met het nieuwe lokaal bestuur en leer andere bedrijven uit jouw gemeente kennen. Opzet is om economisch relevante thema’s in de betrokken gemeente of stad open te bespreken en opbouwende voorstellen voor verbetering te formuleren. Wij focussen vooral op die topics met impact op het dagelijks ondernemerschap en bedrijfsvoering.

GRATIS

01.07.2025

ERPE-MERE 18.09.2025 SINT-MARTENS-LATEM

Arbeidsmarkt & Human Resources

18.09.2025

HR managers van kmo’s

Maak kennis met HR-collega’s uit verscheidende sectoren en luister naar best practices van HR-verantwoordelijken die werken in een kmo.

GENT

22.09.2025

Buitenlandse arbeidskrachten rekruteren en tewerkstellen in België De krapte op de arbeidsmarkt noodzaakt Belgische bedrijven om over de grenzen te rekruteren. We overlopen de praktische aspecten en juridische valkuilen waar jij rekening mee moet houden bij het rekruteren en tewerkstellen van internationaal talent.

GENT GRATIS

25.09.2025

Welt Boost: een actiegerichte strategie voor inclusieve groei #4

Voor wie een inclusief HR-beleid wil integreren binnen zijn organisatie.

GENT GRATIS

25.09.2025

Welt Scale najaar

Heb je al mooie stappen gezet op het gebied van inclusie? Heb je een strategisch kader ontwikkeld en geloof je dat een inclusieve werkvloer essentieel is voor succes?

GENT GRATIS

01.10.2025

Lerend netwerk - van teamlid naar teamleider (Startende) Leidinggevenden vinden in hun rol als coach een fikse uitdaging. Neem deel aan de ideale training om de nodige vaardigheden aan te leren of verder te ontwikkelen.

GENT € 990

02.10.2025

Lerend netwerk - HR van snelgroeiende bedrijven

Werk je als HR manager / HRBP bij een jong en snelgroeiend bedrijf? Heb je nood aan een klankbord van gelijkgestemden?

GENT € 990

03.10.2025

Lerend netwerk - Recruiters & Talent Acquisition Managers

Werk je als inhouse recruiter of talent acquisition manager bij een Oost-Vlaams bedrijf? Richt je je vooral op het aantrekken van talent en het rekruterings- en selectieproces en ben je op zoek naar een community van gelijkgestemde professionals?

GENT € 990

06.10.2025

HR leadership

Leer hoe je als HR-professional een sterk leiderschapsprogramma kan opzetten voor jouw organisatie en hoe je je leidinggevenden kan ondersteunen, opvolgen en aansturen.

GENT

06.10.2025

Lerend netwerk - Production Teamleaders

€ 660

Internationaal ondernemen

12.09.2025

Oorsprong en de leveranciersverklaring in de praktijk De oorsprongsreglementering is geen eenvoudige materie. Krijg verheldering met een basisopleiding die je wegwijs maakt in alle formaliteiten, gunstige invoertarieven, oorsprongsbewijzen en meer.

GENT

Leidinggevenden krijgen de gelegenheid om dagelijkse werkervaringen uit te wisselen met collega’s van andere bedrijven. Het geeft bovendien de kans om zo de leiderschapskwaliteiten aan te scherpen.

GENT

19.09.2025

€ 990

Digitalisering, IT & Innovatie

25.09.2025

Lerend netwerk - Product Managers in SaaS

Ben jij product manager of CPO in een SaaS-bedrijf en wil je bijleren van gelijkgestemden in een open, vertrouwelijke sfeer?

GENT

Financieel

25.09.2025

Lerend netwerk - aankopers

Maak je aankoopstrategie future-proof

GENT

25.09.2025

Inspiratiesessie voor cfo’s van scale-ups en groeibedrijven

€ 950

€ 990

Sta je als cfo dagelijks voor uitdagingen zoals het uitbouwen van een team, implementeren van schaalbare processen, cashbeheer en financiering en je organisatie klaarstomen voor de volgende groeifase?

GENT GRATIS

09.10.2025

Abc van de btw: opfrissing basisregels (en nieuwigheden)

Krijg een volledig overzicht van de geldende btw-regels aan de hand van praktische voorbeelden.

GENT

€ 495

Douane voor beginners: basiskennis voor je internationale handel

Zorgeloos internationaal zakendoen? Begin bij je douanebasis. Laat je de douanekennis bezorgen die je vandaag nodig hebt om internationaal te groeien.

GENT € 495

23.09.2025

Lerend netwerk - douane-experten

Bij elke sessie bespreken we de nieuwste wetgeving of meest opmerkelijke obstakels op douanegebied. Er is ook ruimte om met gelijkgestemde collega’s ervaringen en tips & tricks uit te wisselen.

GENT € 990

25.09.2025

Customs Academy Pro: word douaneexpert binnen jouw onderneming

De Customs Academy Pro zorgt voor een betere kennis en begrip van de douane-, accijns- en gerelateerde btw-materie en is een mix van klassieke sessies en e-learning.

GENT € 4.320

Andere

02.10.2025

Lerend netwerk - Plato health zorgtoeleveranciers

De houdbaarheid van onze fantastische gezondheidszorg staat onder druk. Om het hele systeem betaalbaar te houden, worden ook zorgtoeleveranciers geconfronteerd met nieuwe uitdagingen.

€ 1.450

€ 990

Meer informatie kan je vinden op onze website.

* de vermelde prijzen zijn enkel voor leden en exclusief btw.

Projectrapportering als bouwsteen van strategische besluitvorming

In welke klantsegmenten behalen we de meeste omzet? Welke zijn onze marges? Welke projecttypes draaien de beste projectmarges? Wat is de impact van onze lopende projecten op onze bankrekening? Hoeveel van onze materialen uit het magazijn zijn op dit moment ingezet op de werven? Waar bevinden die materialen zich? Hoe verhouden onze werfleiders zich ten opzichte van elkaar op cruciale prestatiepunten? Rapportering heeft als doel u inzicht te geven in deze vragen.

HET BELANG VAN PROJECTRAPPORTERING IN DE BOUW

In een wereld waar bouwprojecten steeds complexer worden, is het voor bedrijven essentieel om grip te houden op de winstgevendheid van die bouwprojecten. Projectrapportering speelt hierin een cruciale rol. Door systematisch verkoopfacturen, inkoopfacturen van leveranciers en onderaannemers, tijdsregistraties, werkstaten, etc. te verzamelen en analyseren, kunt u uw projectmarges, efficiëntie en algehele prestaties optimaliseren. Een fundamenteel goed opgezette rapportering brengt dan ook enkele voordelen met zich mee:

• Één van de belangrijkste voordelen van projectrapportering is het verkrijgen van een gedetailleerd beeld van uw projectmarges. Dit kan worden bekeken vanuit verschillende analytische dimensies, zoals projectstatus, werfleider en regio. Door deze inzichten kunt u sneller inspelen op trends en patronen die uw winstgevendheid beïnvloeden.

• Projectrapportering biedt dynamische inzichten die u helpen uw strategieën bij te sturen. Door regelmatig bouwprojecten te analyseren, kunt u beslissingen nemen op basis van feiten in plaats van buikgevoel. Dit verhoogt niet alleen de nauwkeurigheid van uw strategische keuzes, maar ook de effectiviteit van uw bedrijfsvoering.

• Elk project brengt risico’s met zich mee. Denk bijvoorbeeld aan vertragingen bij onderaannemers, kapotte materialen, weersomstandigheden, etc. Door middel van projectrapportering worden dergelijke knelpunten vroegtijdig gesignaleerd, waardoor u tijdig corrigerende maatregelen kunt nemen. Dit voorkomt onvoorziene kosten en helpt om projecten op schema en binnen budget te houden

• Naast het verbeteren van marges en besluitvorming, draagt projectrapportering ook bij aan een efficiëntere werkwijze.

Door werk- en registratieprocessen te stroomlijnen en informatie transparant te maken binnen uw bedrijf, kunnen teams beter samenwerken en wordt dubbel werk voorkomen. Dit leidt tot een verhoogde productiviteit en een effectievere inzet van middelen. Denk bijvoorbeeld aan de verplichte controles met betrekking tot check-in at work.

DE KRACHT VAN BUSINESS INTELLIGENCE IN PROJECTRAPPORTERING Hoewel Robaws, KPD, Business Central, Exact Online en andere ERP-systemen fungeren als datacaptatietool, ontluikt de echte kracht van data zich wanneer het als geheel samenkomt. Nadien kunt u deze data analyseren en visualiseren met als doel er overkoepelende inzichten uit te halen om strategisch bij te sturen. Een BI-tool, zoals Power BI, kan hierin een structurele rol spelen en biedt enkele cruciale voordelen:

• Één van de grootste voordelen van een BI-tool – zoals Power BI – is dat het kan leiden tot de implementatie van “één versie van de waarheid” in uw organisatie. Dit betekent dat er één betrouwbare gegevensbron is die door alle belanghebbenden van uw organisatie wordt gebruikt. Microsoft Power BI kan gegevens verzamelen uit verschillende gegevensbronnen, waaronder ERP-systemen, tijdregistratiesystemen, projectmanagementsoftware en andere ondersteunende spreadsheets. Dit maakt het mogelijk om op één locatie efficiënt gegevens te verzamelen over verschillende afdelingen, waaronder inkoop, planning, financiën en projectmanagement.

• Een tweede voordeel van een BI-tool als Power BI is de mogelijkheid om gegevens op een gebruiksvriendelijke manier te analyseren en te visualiseren. Vanuit een management dashboard kan voor kritieke projecten doorgeklikt worden naar de projectfiche en de bijhorende documenten. Dashboards kunnen worden aangepast

aan de behoeften van uw organisatie en kunnen worden gedeeld met belanghebbenden binnen en buiten uw bedrijf. Deze visualisaties kunnen ook worden gepersonaliseerd om te voldoen aan de specifieke behoeften van uw organisatie om een beter inzicht te krijgen in de prestaties van het project.

• Doordat cruciale gegevens in realtime kunnen worden opgevraagd en vernieuwd, hebben gebruikers op elk moment toegang tot de meest actuele informatie. Dit betekent dat bouwbedrijven snel kunnen reageren op veranderingen in het project en deze kunnen bijsturen om onvoorziene kosten en vertragingen te voorkomen. Uiteindelijk zal uw bedrijf als geheel beter presteren.

Projectrapportering is geen overbodige luxe, maar een onmisbaar instrument voor bouwbedrijven die succesvol willen opereren in een competitieve markt. Het biedt waardevolle inzichten, helpt risico’s te minimaliseren en verbetert de algehele efficiëntie. Door te investeren in een solide rapportagesysteem, kunt u niet alleen uw bouwprojecten beter beheren, maar ook uw strategische groeidoelen effectiever realiseren.

Door gebruik te maken van een krachtige rapporteringstool zoals Power BI kunt u informatie uit verschillende bronsystemen aanspreken en combineren om zo diepgaande inzichten te genereren als fundering voor onderbouwde beslissingen. Wenst u meer te weten over hoe projectrapportering en Power BI uw organisatie kunnen ondersteunen? Dan gaan we graag met u in gesprek!

Contacteer ons

udebels@deloitte.com + 32 56 59 44 53

Ledennieuws

Gentse scale-up 24Flow haalt 1 miljoen euro op om de Europese maakindustrie te versterken

24Flow, een Gentse scale-up gespecialiseerd in digitale oplossingen voor make-to-order productiebedrijven, haalt 1 miljoen euro op bij prominente Belgische investeerders. De onderneming ontwikkelt een innovatief shopfloor- en scheduling platform dat bedrijven helpt efficiënter te werken. Met deze kapitaalinjectie versnelt het zijn groei in de Benelux en Europa.

De onderneming opereert in de groeiende markt voor Manufacturing Execution Systems (MES) software. Deze wereldwijde markt heeft een waarde van ongeveer 15 miljard dollar en groeit snel door de toenemende vraag naar gepersonaliseerde producten en de noodzaak tot digitalisatie in de industrie.

24flow.eu

Dossche Mills versterkt marktpositie in België met overname Molens T’Kindt

Dossche Mills, een van Europa’s grootste maalderijen, kondigt de overname aan van Molens T’Kindt, een Belgische producent van hoogwaardige bloemen meelproducten. Molens T’Kindt, gevestigd in Kerkhove, heeft sinds 1946 een sterke reputatie opgebouwd door kwaliteitsproducten te leveren in de bloem- en meelbranche in België.

Deze strategische stap versterkt de positie van Dossche Mills in België en stelt het bedrijf in staat zijn klanten nog beter te bedienen, in lijn met zijn langetermijnvisie op kwaliteit en klantgerichtheid.

dosschemills.com

Eerste spadesteek voor AI Tech Hub, voortaan ‘The Brain’

Op 5 mei vond de eerste spadesteek plaats voor de bouw van de AI Tech Hub op Campus Ardoyen, het wetenschapspark van de UGent in Gent-Zwijnaarde. Tijdens het officiële startmoment werd ook de nieuwe naam onthuld: The Brain – AI Tech Hub Ghent. Met deze naam willen initiatiefnemers Alides en PMV het ambitieniveau van het project kracht bijzetten: een toonaangevende ontmoetingsplek voor deep tech, AI en fotonica in het hart van Vlaanderen.

De spadesteek markeert de start van de bouwwerken van een 20.000 m² grote landmark-toren waarin meer dan 600 specialisten zullen samenwerken aan de digitale technologieën van morgen. The Brain zal ruimte bieden aan innovatieve bedrijven, onderzoeksinstellingen, start- en scale-ups die actief zijn in AI en halfgeleiderfotonica. Naast werkruimte biedt het project ook ruimte voor co-creatie en events.

alides.be – pmv.eu – ugent.be

ontmoetingsplek voor deep tech, AI en fotonica worden op Campus Ardoyen, het wetenschapspark van de UGent in Gent-Zwijnaarde.

The Brain – AI Tech Hub Ghent zal een toonaangevende
Oprichter 24Flow Stijn Wijndaele

Ledennieuws

Alides, Beddeleem en Vandenbussche bekroond tot Best Managed Company

Alides en Beddeleem mogen zich voor het derde opeenvolgende jaar Best Managed Company noemen. Met dit kwaliteitslabel beloont Deloitte Private, in samenwerking met Econopolis en KU Leuven, Belgische bedrijven die uitblinken in strategisch denken, duurzame groei en veerkrachtige bedrijfsvoering.

En Vandenbussche, algemene bouwonderneming uit Aalter, werd herbevestigd als Gold laureaat in het Best Managed Companies-programma, en dit al voor het zesde jaar op rij.

alides.be

beddeleem.be vandenbusschebouw.be

/ Services

Audiovisuele oplossingen voor events

Verkoop professioneel audiovisueel materiaal Verhuur van DecoLight

www.shows-on.be

info@shows-on.be

T: +32 53 805 850

Atomveldstraat 8 bus 5 9450 Denderhoutem Belgium

Bouwonderneming Vandenbussche uit Aalter werd herbevestigd als Gold laureaat in het Best Managed Companies-programma. © Illias Terilinck

Ledennieuws

AZ Oudenaarde neemt hypermoderne hybride MUG-wagen in gebruik en verlengt Qualicor-accreditatie tot 2030

AZ Oudenaarde heeft een gloednieuwe, hypermoderne MUGwagen (Mobiele urgentiegroep). De wagen - een hybride Volvo XC90 T8 – is volledig inzetbaar sinds deze maand. Het is pas de tweede hybride Volvo-MUG in België. De keuze voor een hybride wagen past in de bredere ambitie om milieubewuster te werken. Omdat MUG-interventies vaak plaatsvinden binnen een straal van 20 kilometer, kan er dankzij het elektrische vermogen in veel gevallen emissievrij worden gereden.

Het ziekenhuis heeft ook de internationale Qmentum Global Gold-accreditatie van Qualicor Europe verlengd. Na een grondige toetsing in maart 2025 wordt het kwaliteitskeurmerk met vijf jaar verlengd. Eerder behaalde AZ Oudenaarde al in 2016 als een van de eerste Vlaamse ziekenhuizen het internationaal erkende NIAZkwaliteitslabel en in 2020 het gelijkwaardige Qualicor Europelabel. Deze erkenningen onderstrepen de constante aandacht voor kwalitatieve en veilige zorg.

azoudenaarde.be

Nathalie De Bondt, FIT Coordinator bij Jan De Nul, ontvangt het label van Sport Vlaanderen.

Jan De Nul wint SportbedrijfAward 2025

Jan De Nul nam onlangs de Sportbedrijf-Award 2025 in ontvangst. In vijf categorieën werd telkens een winnaar gekozen. In de categorie ‘profit met meer dan 500 werknemers’ ging Jan De Nul met de hoofdprijs aan de haal. Zo’n 100 bedrijven dienden een dossier in.

Bij Jan De Nul vinden veel FIT-activiteiten plaats op locaties waar collega’s zitten, zoals hun kantoren in Aalst en Luxemburg. Denk aan sportlessen over de middag, lunchwandelingen of kookworkshops na het werk.

Nathalie De Bondt, FIT Coordinator: “Maar FIT is er voor iedereen. Of je nu op een werf staat, op kantoor werkt of op een schip zit aan de andere kant van de wereld. Zo organiseren we om de twee jaar een familiedag, sturen we onze FIT-cup doorheen België en dagen we collega’s uit op werven en projecten. Op zee voorzien we gezonde maaltijden en sportmogelijkheden aan boord.”

jandenul.com

Intermat Groep neemt VIP Scaffolding over

Intermat Groep, specialist in steigerbouw en bouwmaterieel, neemt VIP Scaffolding uit Mariakerke over. De overname volgt amper twee weken na die van Kontrimo (Temse). VIP Scaffolding, specialist in industriële steigerbouw, realiseerde in 2024 een omzet van 12,1 miljoen euro en telt ruim 50 medewerkers. Het bedrijf werkt voor klanten als Fluxys en de haven van Antwerpen. Met de overname groeit Intermat Groep naar meer dan 350 medewerkers en een omzet van ruim 60 miljoen euro.

vip.be - intermat.be

De nieuwe hybride MUG-wagen van AZ Oudenaarde

Ledennieuws

Fanfinity verdubbelt omzet en verhuist naar nieuw hoofdkantoor

Het Belgisch gaming agency Fanfinity breidt internationaal uit met grote merkpartnerschappen. Een jaar na de rebranding van tournamentcenter naar Fanfinity heeft het bedrijf in 2024 een omzet van 16 miljoen euro behaald, een verdubbeling ten opzichte van het jaar ervoor. Het voorbije jaar organiseerde Fanfinity meer dan 30 verschillende evenementen over heel Europa. Een van de grootste successen was het Pokémon Europe International Championships 2025 in Londen, het grootste Pokémon-evenement tot nu toe, met meer dan 15.000 bezoekers. Het mag ook het Disney Lorcana Wereldkampioenschap organiseren in het Disney World Resort in Florida.

Fanfinity verhuisde recent ook naar een nieuw hoofdkantoor in Nazareth-De Pinte, België. Het is momenteel op zoek naar extra medewerkers.

fanfinity.gg – fanfinity.agency

Harmoney neemt Franse APPC over

Harmoney uit Gent, specialist in digitale compliance-oplossingen, neemt APPC (Parijs) over, een dochteronderneming van Forsides Group. Deze strategische overname versterkt hun onderlinge samenwerking en biedt financiële instellingen in Frankrijk een uitgebreide, geïntegreerde compliance-oplossing. Hun gezamenlijke platform richt zich op anti-witwaspraktijken (AML), anti-corruptie, en andere regelgevingsprocessen, met als doel compliancebeheer eenvoudiger en effectiever te maken.

myharmoney.eu

Een deel van het team van Fanfinity dat momenteel bestaat uit 40 medewerkers uit 11 verschillende landen.

Ledennieuws

Employer of the Year Nebim viert 25 jaar met teambuilding in Lapland

Nebim Groep, Volvo Trucks & Bus dealer en specialist in truck- en trailerservice, vierde zijn 25-jarig bestaan met een teambuilding in Lapland voor bijna 200 medewerkers. De onderneming werd dit jaar uitgeroepen tot Employer of the Year.

De vierdaagse startte in Göteborg met een bezoek aan World of Volvo en bracht het team tot boven de poolcirkel. “Met dit initiatief wilden we niet alleen 25 jaar groei en innovatie vieren, maar vooral ons NebimDNA versterken waarbij betrokkenheid, kwaliteit en doorzettingsvermogen centraal staan”, aldus oprichter Diederik Nolten.

nebim.eu

Oleon versterkt positie in Zuid-Amerika met naamswijziging in Brazilië

Oleon, Europees marktleider in duurzame oleochemie en onderdeel van Avril, zet een nieuwe stap in zijn wereldwijde groei. De Braziliaanse vestiging A.Azevedo Óleos verandert officieel van naam naar Oleon Brasil S.A. De naamswijziging volgt op de overname in oktober 2024.

De integratie werd gevierd op de productiesite in Itupeva, São Paulo, in aanwezigheid van medewerkers en partners. “Deze naamswijziging is meer dan symbolisch. Het vertegenwoordigt onze gedeelde ambitie als bedrijf en de eenheid van al onze Oleon-teams over de continenten heen,” aldus Stéphane Bernard, Plant Manager in Brazilië. Met deze integratie versterkt Oleon zijn positie als wereldwijde speler in duurzame, plantaardige chemie. oleon.com

N.a.v. de award Employer of the Year in combinatie met het 25-jarig bestaan trakteerde

op een teambuilding in Lapland.

PIA Group zet voet aan wal in Luxemburg met toetreding Neoviaq

PIA Group, de snelst groeiende accountancy- en advisorygroep in België en Nederland, breidt uit naar een derde land: Luxemburg. Het advieskantoor Neoviaq sluit zich aan bij de groep, waarmee PIA zijn internationale ambities onderstreept.

“Luxemburg is een belangrijk Europees financieel centrum en ondernemerskruispunt. Hier neerstrijken is een logische volgende stap,” zegt Steven Brouckaert, uitvoerend voorzitter van PIA Group International. Met de toetreding van Neoviaq telt de groep 100 vestigingen en ambieert ze een omzet van 400 miljoen euro in 2025.

pia.be - neoviaq.com

Nebim Groep zijn bijna 200 medewerkers
De site van Oleon in het Braziliaanse São Paulo
Nathalie Calle, Erwin Schröder, Christoph Fank, Simon Boskin, Daniel Weinbrenner, Steven Brouckaert, Michael Henz

Willy Naessens Group krijgt groen licht voor overname edibo

De Belgische Mededingingsautoriteit heeft de overname van industriebouwer edibo door Wily Naessens Group goedgekeurd. “De goedkeuring van de BMA is uitermate positief nieuws en biedt ons de mogelijkheid om samen met edibo een nog breder scala aan bouwprojecten te realiseren”, zegt Dennis Ingelbeen, ceo Family Office Willy Naessens Group.

Edibo telt 120 medewerkers, heeft vestigingen in België en Nederland en realiseert een omzet van 75 miljoen euro. De leiding van edibo en edibosud blijft in handen van Danny Ulenaers en Dirk Paerewijck.

willynaessens.be - edibo.be

Ledennieuws

Planet Group neemt Belgische IT-projectstaffingactiviteiten over van Centric

HR-dienstverlener Planet Group, gespecialiseerd in flexibele en tijdelijke staffing, neemt de IT-projectstaffingactiviteiten van Centric Belgium over. De overname versterkt de IT-divisie van de groep tot ruim 400 professionals en past in haar ambitieuze groeistrategie. In totaal telt Planet Group meer dan 2.200 medewerkers en is actief in ICT, HR, techniek, zorg en interim.

“Deze overname past perfect bij onze buy-and-build strategie en zet de lijn verder die we ook al aanhielden met eerdere succesvolle overnames. We breiden extern uit om onze interne groei aan te vullen en meer gespecialiseerde domeinen in een groter geografisch gebied te bedienen. Onze volgende ambitie is om de Belgische grenzen over te steken”, zegt ceo Sam Baro.

planet-group.be – centric.eu

Voka bedankt zijn partners

Ceo en eigenaar Planet Group Sam Baro

Ledennieuws

Fusie Planet B en BRAUZZ. creëert grootste duurzame FMCG-speler in de Benelux

De Gentse bedrijven Planet B en BRAUZZ. kondigen hun fusie aan en vormen samen de grootste speler in duurzame FastMoving Consumer Goods (FMCG) in de Benelux. Beide willen zo hun missie versterken om kwaliteitsvolle, gezonde en plasticvrije consumentenproducten toegankelijk te maken voor elk huishouden. Samen bespaarden Planet B en BRAUZZ. al meer dan 3 miljoen wegwerpverpakkingen.

“Wegwerp plastic is het allergoedkoopste, maar we eten het letterlijk op en het wordt gevonden in onze hersenen, dat is niet gezond”, zegt Tibbe Verschaffel, ceo van Planet B. “We investeren in baanbrekende, transparante, sterke formules zonder agressieve chemicaliën”, vult BRAUZZ.-oprichter Lowie Vercraeye aan.

fundtheplanetb.be

Taking Turns opent derde kantoor in Brussel

Studibo zet eerste stap in Wallonië met toetreding van INGEO

Studibo breidt uit naar het zuiden van het land met INGEO, dat nu deel uit maakt van het Studibonetwerk. INGEO, actief in o.a. bodemonderzoeken, infiltratietesten, overstromingsstudies, stabiliteitsstudies en landmeetkunde, telt 26 medewerkers in Malmedy en Andrimont. “Zo zetten we onze eerste stap in Wallonië. Hun ruime ervaring in infrastructuur, technische studies en vergunningsprocedures, gecombineerd met hun focus op kwaliteit, samenwerking en klantgerichtheid, maakt hen tot een ideale partner”, klinkt het.

studibo.be

Taking Turns, specialist in executive search en interimmanagement, opent een nieuw kantoor in Brussel. Daarmee beantwoordt het bedrijf aan de groeiende vraag naar nabijheid bij klanten en kandidaten. “Brussel is voor ons geen nieuwe markt, integendeel. Onze klanten zijn verspreid over heel België. Toch ervaren we hoeveel het gewaardeerd wordt dat wij onze customer proximity ook fysiek waarmaken,” zegt Griet Vanneste, Managing Partner.

“Ook buitenlanders die in België willen werken, expats die willen terugkeren — een talentpool waarmee we sterk geconnecteerd zijn — rekenen op de culturele fit die wij hier kunnen realiseren,” vult Thibault Suys, Business Director Executive Search, aan.

takingturns.be

Katrien Goris, managing director Antwerpen, Caroline Van der Avoort, business consultant interim management Brussel, Thibault Suys, business director executive search Brussel, Griet Vanneste en Florence Debusschere, managing partners.
De enthousiaste teams van Planet B en BRAUZZ. gaan nu samen verder als één team.

North by Northwest: The Fat Lady en MediaMixer vormen voortaan de grootste Belgische contentgroep

The Fat Lady en MediaMixer, twee toonaangevende contentbureaus, bundelen hun krachten onder de naam North by Northwest. De nieuwe groep wordt de grootste contentspeler in België. In een steeds complexer communicatielandschap wil North by Northwest merken en bedrijven helpen navigeren tussen strategie en creatie, tussen data en emotie, tussen vandaag en morgen.

The Fat Lady is een Gents strategisch contentbureau dat merken helpt om langetermijnwaarde te creëren door content slim in te zetten. Het Antwerpse MediaMixer brengt zijn experise op vlak van corporate communicatie en audiovisuele storytelling in. De twee bureaus werken voor grote bedrijven en organisaties als VRT, imec, Greenyard, Ugent, Telenet, Unilin, Takeda, Eneco en Lantis.

Ze draaien samen een jaaromzet van 15 miljoen euro. northbynorthwest.be

Ledennieuws

IT-dienstverlener ACA Group neemt Gents cloudbedrijf vBridge over

ACA Group neemt het Gentse cloudbedrijf vBridge over. De overname vergroot ACA’s expertise en aanwezigheid in Oost- en West-Vlaanderen. vBridge blijft opereren vanuit Gent en behoudt zijn vertrouwde team. “Met vBridge halen we een team binnen dat dezelfde kijk heeft op cloud: pragmatisch, sterke expertise en altijd in functie van de klant,” zegt Ronny Ruyters, ceo van ACA Group.

Het vBridge-team brengt aanvullende ervaring op Google Cloud, naast expertise in Azure, AWS en SUSE Rancher. Voor klanten betekent dit toegang tot een ruimer netwerk en bredere ondersteuning.

vbridge.eu – acagroup.be

Drie Oost-Vlaamse zorgorganisaties bekroond op uitreiking Zorgwerkgever van het Jaar

i-mens wint de award Thuiszorgorganisatie van het Jaar. De organisatie groeide in vijf jaar uit tot een geïntegreerde zorgaanbieder met oog voor kwetsbare doelgroepen en innovatieve projecten. “Feedback is een richtinggevend kompas dat de organisatie stuurt.”

De Duurzaamheidsaward van het Jaar gaat naar AZ Sint-Lucas & Volkskliniek. “We zijn heel trots dat onze inspanningen op vlak van duurzaamheid op deze manier erkend worden. Het is een pluim voor alle medewerkers die hier op hun eigen manier aan bijdragen.”

Familiezorg Oost-Vlaanderen wint voor het tweede jaar op rij Beste Marketing van het Jaar met de podcast ‘Ik hoor u graag’, waarin zorgmedewerkers en cliënten hun verhaal doen.

Ceo ACA Group Ronny Ruyters, ceo vBridge
Roel Van Steenberghe en business unit manager cloud ACA Group Peter Jans
Groepsfoto van alle winnaars tijdens de uitreiking op 15 mei in Brussel.

Ledennieuws uit onze haven

Volvo Car Gent start productie van elektrische SUV EX30 voor Europa

Volvo Car Gent is gestart met de productie van de EX30, de volledig elektrische compacte SUV van Volvo Cars. “De Volvo EX30 is de sleutel voor het versterken van onze positie in de Europese markt van premium elektrische wagens”, zegt Francesca Gamboni, chief manufacturing & supply chain officer bij Volvo Cars.

De productie creëert 350 extra jobs. Volvo investeerde zo’n 200 miljoen euro in Gent, onder meer in een nieuw platform, 600 robots en een batterijassemblagelijn. “Dankzij de inzet en samenwerking van ons hele team in Gent hebben we die industrialisatietijd kunnen halveren. We zijn ontzettend trots dat we de Volvo EX30 kunnen verwelkomen”, aldus Stefan Fesser, directeur van Volvo Car Gent.

volvocars.com

DFDS en Volvo Trucks schakelen samen naar de nacht

Volvo Trucks en DFDS bundelen de krachten om containertransporten tussen Gent en de haven van Antwerpen van de dag naar de nacht te verplaatsen. Deze pionierende stap in nachtlogistiek vergroot niet alleen de efficiëntie van de transportketen, maar zet ook stevig in op duurzaamheid.

De voordelen van nachtlogistiek zijn duidelijk: minder congestie, snellere service, optimale infrastructuurbenutting, maximale voertuigbenutting en een slimmere transportketen. Elke nacht vertrekken zo elektrische DFDS-trucks vanuit Gent naar Antwerpen met volle containers met wisselstukken, bestemd voor wereldwijde verdeling. Na aflevering wordt een lege container mee teruggenomen. Maandelijks worden zo’n 150 containers ‘s nachts verplaatst – een trafiek die voorheen overdag gebeurde. Het opladen van de trucks gebeurt via het Milence-netwerk op parking Ketenis, waarbij de laadtijd samenvalt met de verplichte rusttijd van de chauffeur.

De elektrische DFDS-trucks vertrekken ‘s nachts vanuit Gent naar Antwerpen met volle containers met wisselstukken, bestemd voor wereldwijde verdeling.

BUILDERS

Jan De Nul shapes water, land and energy around the world, addressing some of the most important challenges of our time. From the rising sea level to the energy transition, from polluted soil to sustainable construction: we engineer solutions that future-proof our world. Our ambition is to improve the global quality of life for generations to come.
Volvo Car Gent startte eind april met de productie van de EX30, de volledig elektrische compacte SUV © Volvo Car Group

Een Europese DIRV-actie ?

Trump heeft met zijn « America First » beleid de wereldorde grondig door elkaar geschud. Europa is met een schok wakker geworden uit zijn luilekkerdromen, en beseft plots dat het essentiële zaken veel te lang en veel te ver op zijn beloop heeft gelaten. Nu moet ons oude continent dringend op zoek naar strategische zelfredzaamheid, wat niet makkelijk is als je decennialang productie (aan China), energie (aan Rusland) en defensie (aan de VS) hebt overgelaten! Grondige analyses van wat moet gebeuren zijn intussen wel gemaakt, en de lijvige rapporten van Enrico Letta (Much more than a market) en Mario Draghi (The future of European competitiveness) bevatten heel wat stof tot nadenken en actie. Terzelfdertijd zijn die rapporten ook in hetzelfde bedje ziek als de EU zelf: dikke technocratische turfen die weinig begeestering of enthousiasme opwekken bij de bevolking.

Kan dat niet anders? Jazeker, en dat hebben we in Vlaanderen ooit zelf bewezen. In die eveneens moeilijk tijden begin de jaren 80 zette de nog piepjonge Vlaamse regering onder impuls van Gaston Geens de DIRV-actie op poten. Dit “Derde Industriële Revolutie in Vlaanderen” -initiatief beoogde het industriële weefsel te vernieuwen. De veruitwendiging ervan waren de Flanders Technology International-beurzen. Nog altijd plukken we de vruchten van dit initiatief, waaraan we o.a. IMEC te danken hebben. Maar het gaf ook een impuls aan de ontwikkeling van de biotech-cluster die vandaag voor zoveel hoogwaardige tewerkstelling zorgt in onze regio. Een korte, kernachtige en enthousiasmerende boodschap zet soms meer in beweging dan lijvige rapporten! Daarom stel ik voor om nu een Europese DIRV-actie op poten te zetten. DIRV wordt nu het letterwoord dat kernachtig het actieplan samenvat dat Europa moet uitvoeren om niet in de economische en geo-politieke irrelevantie te verzeilen. Het staat voor:

Dereguleer de economie

Integreer de financiële markten

Reorganiseer de interne markt

Verander uw besluitvormingsproces

DERUGULEER DE ECONOMIE

Dat onze economie kreunt onder een teveel aan regels is elke bedrijfsleider bekend. Volgens een onderzoek door BusinessEurope zien 55% van de Europese KMO’s de Europese regellast als hun grootste uitdaging! Niet alleen kost de oeverloze administratie onnodig veel tijd, moeite en kosten, het vertraagt de zaken ook nodeloos en werkt verlammend en ontmoedigend. Dat de administratieve en regelgevende rompslomp dringend moet worden teruggedrongen is dan ook een absolute topprioriteit voor het herstel van de Europese competitiviteit.

INTEGREER DE FINANCIËLE

MARKTEN

Ook dit is een gigantische werf, maar bij een diepgaandere integratie van aandelen- en kapitaalmarkten zijn immense winsten te boeken zijn voor de Europese welvaart. De omvang, diepgang en liquiditeit van de Amerikaanse financiële markten verschaffen de Amerikaanse bedrijven een onnoemelijk voordeel. Dus waarom niet nadenken over een eengemaakte Europese beurs, met als kers op de taart een eengemaakte fiscale behandeling van dividenden en vermogenswinsten? Of de creatie van Eurobonds, Europese obligaties voor gezamenlijke Europese projecten op milieuvlak of defensie? En wat zeker niet mag ontbreken is het ontwikkelen van de Europese initiatieven

inzake groeikapitaal. Europa heeft zeker nog veel kennis en ideeën in huis, maar wij slagen er veel minder dan de VS in die snel op te schalen tot economisch leefbare bedrijven.

REORGANISEER DE INTERNE MARKT

Het rapport van Letta vat de vele overblijvende obstakels voor de werking van de Europese markt goed samen. Tijd dus om sommige heilige nationale huisjes af te breken om tot een meer voldragen interne markt te komen!

VERANDER UW BESLUITVORMINGSPROCES

Ook hier is al veel inkt over gevloeid. De Europese besluitvorming werkt te traag en te consensueel, en is te kwetsbaar voor stoorzenders à la Orban. Overboord dus die unanimiteitsregel! Zolang Europa vooral een economisch project was met een beperkt aantal lidstaten kon unanimiteit wel. Maar om in geopolitiek snel veranderende tijden waarin het ieder voor zich lijkt te worden met 27 lidstaten een entiteit van 500mio mensen aan te sturen is het hopeloos.

Lijkt het DIRV-plan u iets? Wel, de toekomst is aan de dirvers!

Oost-Vlaams cursief vanuit een ander perspectief

Framing: de kijker gevloerd

TEKST & FOTO JAN VAN GYSEGHEM

Kom nou: ‘Loer- en tegelwerken’, zeg nu zelf. Wie draait ons hier een loer?

Op zich is er niets mis met ‘loeren’, tenminste als je gewoon scherp toekijkt of goed oplet. Niet met kwade bedoelingen, dus.

‘Op de loer liggen’ mag ook. Je zit dan rustig op de uitkijk, klaar om toe te slaan. Misschien ligt deze vakman rustig op de loer om een klant te verleiden en hem dan te verblijden met virtuoze tegelwerken. Dat is prima.

Iemand een loer draaien is helemaal fout. Al was dit vroeger heel gewoon. Om jachtvogels te verschalken bijvoorbeeld, met een stukje touw, een lapje leer en een brokje vlees. Door de loer te draaien houdt de valk het instrumentje verkeerdelijk voor een echte prooi en laat hij zich gemakkelijk grijpen.

De vogel is gevloerd, de valkenier draaide het beest een loer.

Wie de foto van de bestelwagen bekijkt, is duidelijk bij de neus genomen, een loer gedraaid. Hier heet de loer – het instrument van misleiding - ‘framing’. Framing is een duistere taal- of beeldtruc om mensen te misleiden. Door iets uit te lichten, stuur je aan op een dubieuze lezing van de boodschap. De techniek is gangbaar in politiek, journalistiek en reclame.

Maar gelukkig niet in vloer- en tegelwerken

Er

Geert dacht

Het hoofd dat spreekt met het hart

Terug naar de kust

Zo vlak voor de zomer, suggereert deze titel dat ik verlang naar vakantie. Dat valt best mee, eigenlijk heb ik vooral heimwee naar het verleden nu ik meer dan vroeger aan de kust ben, ook in de winter. Onze dikwijls verguisde Belgische kust, omwille van de muur van appartementen die als een nieuwe Atlantik Wall een barrière vormt, een stenen muur tussen de zee en de polders, met hier en daar een plukje duinen tussenin.

Atlantik Wall is wat de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog maakten van onze kust. De zijstraten naar de dijk werden gebarricadeerd, de benedenverdiepingen van villa’s en hotels op de dijk dichtgemetseld, het strand een oerwoud van prikkeldraad. Het wereldvermaarde Kursaal van Oostende, een schitterend eclectisch gebouw, met de grond gelijkgemaakt om bunkers en kanonnen te plaatsen. Grandioze luxehotels zoals Royal Palace Hotel en Hotel Splendid, gebouwd in de belle époque tussen 1880 en 1910, gingen onher roepelijk teloor in de bombardementen. WOII bracht een nieuwe genadeslag toe aan onze kustlijn, nadat WOI al een abrupt einde had gemaakt aan de ontwikkeling van de Belgische kust als één van de meest mondaine ter wereld. Vooral de Westkust had onder WOI te lijden, de frontlijn liep er 4 jaar middendoor.

is veel verloren gegaan, door de oorlogen en door de ongebreidelde toeristische drang in de ‘gouden’ jaren 50, 60 en 70. Maar de beleving van een vakantie aan zee is grotendeels dezelfde gebleven

Mis geen enkele Geert dacht. Abonneer je op Geert zijn LinkedIn-nieuwsbrief.

Tot 1850 was onze kust voornamelijk een natuurgebied met duinen, schorren en polders. Dan ontdekten de adel en bourgeoisie de geneugten van de kust, kuren aan zee was slechts een gezondheidsalibi om vakantieoorden te bouwen waar cultuur, gastronomie, etiquette en architectuur hand in hand gingen. De eerste treinsporen liepen doorheen Europa tot in Oostende en Blankenberge, en deze steden ontwikkelden zich in die belle époque jaren tot badplaatsen die in gans Europa naam en faam genoten. In Oostende werd dit nog versneld door de aanwezigheid van eerst Leopold I en vooral Leopold II, die hier zijn favoriete pleisterplaats had – tot en met een geheime gang om zijn bijzit Blanche Delacroix van haar villa in de Parijsstraat ongemerkt de koninklijke chalet aan de dijk binnen te smokkelen.

Na WOI verhuisde de beau monde naar La Côte d’Azur en Oostende kreeg nooit meer de grandeur die het in die eerste decennia van haar toeristische ontwikkeling had. Meer zelfs, het tot dan toe nauwelijks ontwikkelde Knokke nam in het interbellum de rol van chique Belgische badplaats over en heeft die plaats tot nu behouden. Tot dan was Heist overigens de belangrijkste plaats aan de Oostkust.

In de jaren 30 kregen de Belgische werknemers voor het eerst congé payé – het begon met 6 dagen. Naast de trein kwam het autoverkeer ook op gang, en zo werd de kust plots bereikbaar voor de middenklasse, qua afstand en ook financieel. Dit vertaalde zich na

WOII in een bouwwoede waarbij de meeste hotels en herenhuizen op de dijk werden gesloopt en plaats maakten voor appartementen met zicht op zee. Zo veel mogelijk blokkendozen op elkaar gestapeld, architecturaal onbetekenend, als iedereen maar een glimp van de zee kon vangen.

Er is veel verloren gegaan, door de oorlogen en door de ongebreidelde toeristische drang in de ‘gouden’ jaren 50, 60 en 70. Maar de beleving van een vakantie aan zee is grotendeels dezelfde gebleven. Wandelen over de dijk op de karakteristieke gele tegels; die zijn al sinds 1900 in gebruik. Naar een concert of tentoonstelling, goed gaan eten, sporten, in zee baden, met de cuisse-tax of go-cart rijden, … er is niet zoveel veranderd. Het casino-kursaal heeft in de grotere badsteden een centrale rol, als feestzaal, restaurant en brasserie en als speelzaal, een belangrijke bron van inkomsten.

Ook het profiel van de badsteden blijft grotendeels gelijk: Knokke en De Haan met hun kronkelige straten en Normandische villa’s, een architecturale vondst uit het interbellum om luxe uit te stralen. Bredene met de meeste campings, Oostduinkerke als topplek voor vakantiekolonies, Nieuwpoort en Middelkerke met hun geometrisch stratenpatroon als ‘moderne’ badsteden. De Panne wat zoekend, zelfs de Dumontwijk is nog een allegaartje met een aantal parels. Blankenberge knokt zich moeizaam terug uit de marginale positie waarin het verzeilde en Oostende zoekt nog steeds de grandeur van weleer, het wat alternatieve avant-garde karakter is waarschijnlijk de beste optie om weer aan te knopen met de unieke beleving van vervlogen tijden.

Twee eeuwen geschiedenis aan onze kust als toeristisch centrum en al zoveel omwentelingen, nergens werden percelen grond zoveel keer gebouwd en verbouwd op zo korte tijd. Nu is de opdracht: behouden wat authentiek en kwalitatief is, uit de belle époque maar ook qua art deco en modernisme. En vooral: nieuwe architecturale woonvormen, stadsinrichting en landschapsarchitectuur brengen zodat we opnieuw een uniek patrimonium hebben als kader voor een unieke vakantie.

En hopelijk niet opnieuw een oorlog als breuklijn, dat ook.

“Explainer video’s zijn super doeltreffend”

Aquaconcept is gespecialiseerd in glazen douchedeuren. Daarbij is het cruciaal dat onze B2B- klanten goed worden opgeleid.

Explainervideo's zijn daarvoor het ideale instrument.

CEO – Founder Aquaconcept

Geef jouw team een professionele uitstraling met een gratis LinkedIn-fotoshoot

www.zidis.be

Wij zijn Zidis

Een snel, flexibel en efficiënt productiehuis met de nadruk op video. Een mix van jong geweld en ervaren verhalenmakers met enthousiasme als gemene deler. Beeldende content is hot en wij zijn er om jouw doelstellingen waar te maken met fantastische beelden! Op zidis.be kan je terecht voor bedrijfsfilms, livestreams, podcasts, animatievideo's, fotografie, rekruteringsvideo's, en zoveel meer!

Zidis Studios Antwerp - Ellermanstraat 54 - B-2060 Antwerpen

Zidis Studios East & West Flanders - Leihoekstraat 7c - B-9870 Zulte

Zidis Studios Brussels Region - Zandvoortstraat 21 - B-2800 Mechelen

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.