6 minute read
BELEXA
Nieuwe vennoten geven Belexa Advocaten nog meer schwung
Investeren in de toekomst én in de continuïteit van de zaak: het is ook voor advocatenkantoren van belang. Belexa speelt daar nu op in door in één keer 4 nieuwe vennoten aan boord te halen. Zij zullen samen met Benoit Beele en Frédéric Busschaert het allround kantoor leiden.
In de jaren 80 stonden Stefaan Beele en Frédéric Busschaert aan de wieg van Belexa. Zij kregen in 2004 versterking van Benoit, de zoon van Stefaan. “We zijn destijds gestart als specialisten in ondernemings- en aansprakelijkheidsrecht, maar zijn door de jaren heen geëvolueerd tot een allround kantoor. Zo behartigen we tegenwoordig onder meer ook familiaal recht (echtscheidingen van ondernemers, nalatenschappen,…)”, vertelt Benoit Beele.
Geen nieuwe familiale opvolgers
3 jaar geleden ging Stefaan Beele met pensioen. Sindsdien waren Benoit Beele en Frédéric Busschaert de vennoten. “We oordeelden dat we versterking konden gebruiken om de verdere uitbouw van het kantoor te garanderen, maar bij de familie Busschaert zullen er geen familiale opvolgers zijn”, legt Benoit Beele uit. “Daarom willen we beloftevolle advocaten die 35 à 37 jaar zijn en dus al wat ervaring hebben opgebouwd, de kans bieden om vennoot te worden. Met Marc Nuyttens, Matthieu Malfait, An Deprez en Jens Rau komen er in één klap 4 vennoten bij. Daardoor zullen we nog beter gewapend zijn om ons verder te onderscheiden in familiaal recht, arbeids- en ondernemingsrecht.”
Beele ziet nog 2 andere cruciale voordelen van deze nieuwe aanpak. “We willen hiermee de toegankelijkheid naar onze cliënten verhogen. Zij vinden het belangrijk om rechtstreeks met een vennoot te kunnen overleggen, terwijl al onze 20 advocaten capabel genoeg zijn om die directe link met de cliënt te verzorgen. Ten tweede willen we zo ook de braindrain tegengaan. Je ziet nu vaak dat veelbelovende (West-Vlaamse) advocaten na hun studies in Gent of Leuven in die steden blijven plakken. De mogelijkheid om vennoot te worden in een groeiend West-Vlaams kantoor, kan een aantrekkingspool zijn om weer in onze provincie aan de slag te gaan. Om die reden komt een 28-jarige West-Vlaamse advocaat die nu nog in Leuven werkt, ons vanaf januari vervoegen. Er zijn ook 3 nieuwe stagiairs bijgekomen die de huidige equipe ondersteunen. We hebben die mankracht nodig om snel en efficiënt ons cliënteel te blijven bedienen.” Belexa, dat altijd een voorstander was van de preventieve aanpak (“ruim de helft van onze opdrachten is niet-procedureel werk”), kan ook terugvallen op 4 mensen van het secretariaat. “Onze locatie op het President Kennedypark in Kortrijk begint wat krap te worden, maar voorlopig vangen we dat op door onze mensen deels van thuis uit te laten werken. We sluiten niet uit dat we in het
“De mogelijkheid om vennoot te worden in een groeiend West-Vlaams kantoor, kan een aantrekkingspool zijn om in onze provincie aan de slag te gaan.” — Benoit Beele en Frédéric Busschaert
post-coronatijdperk voor uitbreiding moeten kijken. Intussen zijn we al verheugd dat we, na de luwte van maart en april, in mei en juni een forse inhaalbeweging hebben gemaakt, waardoor ons werk nu weer genormaliseerd is en ons opdrachtenboekje goed gevuld”, besluit Benoit Beele. (BVC - Foto Kurt)
NIEUWE OPLEIDINGEN HOGER ONDERWIJS
Voka West-Vlaanderen was al lange tijd vragende partij voor specifieke voortgezette opleidin gen die nauw aansluiten bij het bedrijfsleven in de provincie. De Vlaamse regering voorziet daar nu 5 miljoen euro voor. Het gaat om een unieke samenwerking tussen de universiteiten van Gent en Leuven en de hogescholen Howest en Vives, onder de coördinatie van TUA West.
Wie het over de klimaatdoelstellingen en de Europese Green Deal wil hebben, kan niet aan de notie ‘energie’ voorbij. Howest pakt uit met een specifieke postgraduaat opleiding ‘Energiemonitoring en energietransitie’.
De strategie van bedrijven en een fundamentele visie op energie, kunnen maar beter hand in hand gaan. Het thema mag dan niet nieuw zijn, vandaag is het actueler dan ooit. Een postgraduaat dat deze cruciale topic in al zijn facetten bekijkt, komt dus ook niets te vroeg. “De opleiding is in de eerste plaats bedoeld voor bedrijven”, zegt coördinator Nikolaas Boucquey namens Howest. “Binnen de ondernemerswereld kunnen veel medewerkers op de een of andere manier in aanraking komen met energievraagstukken. We denken in de eerste plaats aan de techneuten in deze materie, maar het kan evengoed gaan om de CEO, de IT-er of de bedrijfsjurist.” graduaat in de bedrijfskunde 13 jaar in de bedrijfswereld, onder meer bij het Brugse Ingenium, specialist inzake energiemonitoring. “Met de nieuwe leerstoel hebben we een dubbel doel voor ogen: kennis opbouwen uiteraard, maar vooral ook zeer concrete antwoorden helpen uitwerken voor heel vragen waarmee bedrijven zitten”, aldus Nikolaas Boucquey. “Voor een ex-cathedra of een puur theoretische opleiding bedanken we feestelijk. Wij zweren bij blended learning, leren om bij te leren zou je kunnen zeggen. Daarom nodigen we de deelnemers aan het postgraduaat vooral uit om met hun energievraagstukken expliciet voor de dag te komen. Dat kan alle richtingen uit: ‘welke energiebron kunnen we het best aanspreken, wat met de efficiëntie inzake energie, wat met de langetermijnstrategie,…?’.”
Stapsgewijs zoeken naar antwoorden
Het nieuwe postgraduaat loopt over een cyclus van één jaar en omvat om en bij de 100 lesuren. Deels live, deels via afstandsonderwijs, omdat corona dat nu
“ELK BEDRIJF ZOU EEN ENERGIEBELEID MOETEN HEBBEN”
“Bij elke stap willen we de voeling houden met het werkveld: de deelnemers vragen en wij zoeken naar antwoorden en oplossingen. Ook leren van elkaar zal een grote rol spelen.” — Nikolaas Boucquey
eenmaal vraagt. 5 hoog aangeschreven docenten schragen het hele programma. De 2 eerste modules vinden dit jaar nog plaats, de 3 aansluitende modules staan gepland voor het voorjaar van 2021. Per 15 oktober gaat de lessenreeks van start.
“We willen bewust door elke stap van het proces gaan”, aldus Nikolaas Boucquey. “In module 1 buigen we ons over het thema energiestrategie. In module 2 gaat het over energiemonitoring, met daarbij de cruciale vraag hoe alles beter kan gemonitord en gestandaardiseerd worden. In de derde module gaan we aan forecasting doen. Moeilijk, want je moet fundamentele keuzes leren maken, maar wel cruciaal voor elk bedrijf, ongeacht de grootte. In module vier spreken we over dashboarding: hoe kunnen we de meest cruciale data op een vooral overzichtelijke manier in beeld brengen? In de afsluitende module tot slot, gaan we heel concreet na welke energiebron het meest beantwoordt aan de verwachtingen van elk bedrijf. Voor de ene zal dat WKK zijn, voor de andere zonnepanelen of een warmtenet opzetten met anderen, naast nog andere mogelijkheden. Maar bij elke stap willen we de voeling houden met het werkveld: zij vragen en wij zoeken naar antwoorden en oplossingen. Ook leren van elkaar zal daarbij een grote rol spelen.” (KC - Foto Kurt)
Met de input van bedrijven
Alpro is één van de bedrijven die concreet advies heeft verleend bij de realisatie en opstart van het nieuwe postgraduaat ‘energiemonitoring en energietransitie’. De Alpro-site in Wevelgem groeit snel en dat brengt ook heel wat uitdagingen mee op het vlak van energie. “Als we een en ander ook kunnen aftoetsen in de schoot van de leerstoel, kan dat zeker meerwaarde opleveren”, zegt energiemanager Dominique Hamerlinck namens Alpro. “We denken een twee- tot drietal mensen naar de opleiding te sturen. Bedoeling moet altijd zijn een concrete vertaalslag te kunnen maken naar wat er op de bedrijfsvloer gerealiseerd moet worden.” Zelf is Alpro in deze fase toe aan een feasability-studie waarbij wordt afgetoetst hoe de energiebevoorrading er in de komende jaren moet uitzien. “We denken daarbij aan diverse pistes, zoals nog een nieuwe WKK-installatie, een eigen biogaseenheid (zodat we minder gas moeten aankopen) of aan de integratie van de nieuwste generatie industriële warmtepompen”, zegt Hamerlinck. “Sowieso wordt de fabriek in Wevelgem door moedermaatschappij Danone bestempeld als flagship-vestiging. We hopen zo snel mogelijk de doelstelling te realiseren van zero carbon, zero waste en zero water. Aan energie-uitdagingen dus geen gebrek.”
