WV-2023-1-Ondernemers_2

Laatste rechte lijn

Met verkiezingen in mei 2024 is 2023 het allerlaatste jaar dat de huidige regeringen nog echt iets kunnen doen. Er liggen nog heel wat uitdagingen te wachten waarvoor onze beleidsmakers met oplossingen moeten komen. In een enquête van december bij 500 Vlaamse ondernemers peilden we naar hun beleidsprioriteiten. Dit zijn de resultaten.

De stijgende loonkosten zijn al enkele maanden de belangrijkste zorg van de Vlaamse ondernemers. Het onder controle houden van die kosten is volgens hen dan ook de topprioriteit voor de federale regering. Totnogtoe bleef de beleidsreactie beperkt tot een verlaging van de werkgeversbijdragen, maar die is peanuts vergeleken met de extra jaarlijkse kosten van 32 miljard voor alle Belgische ondernemingen samen. Bovendien zette de regering de deur op een kier voor een bijkomende premie. Concrete stappen, zoals een bijsturing van de indexering, dringen zich op.

In 2022 werd pijnlijk duidelijk hoe kwetsbaar we zijn op vlak van energiezekerheid en -prijzen. Mede dankzij het zachte weer ziet het ernaar uit dat we deze winter door raken, maar onze vooruitzichten op langere termijn blijven verontrustend wankel. Een echte energiestrategie die de bevoorrading op langere termijn aan aanvaardbare prijzen verzekert, blijft absoluut noodzakelijk.

De toestand van onze overheidsfinanciën is vandaag dramatisch: het huidige tekort is onhoudbaar en we zijn niet voorbereid op de uitdagingen die op ons afkomen. Sommige politici lijken er nogal gerust in dat alle budgettaire uitdagingen makkelijk op te lossen zijn met extra belastingen,

vooral op de bedrijven. Dat zou nefast zijn voor onze economische dynamiek. De minister van financiën werkt aan een eerste stap in de grote fiscale hervorming. Positief is dat de minister focust op een verlaging van de fiscale druk op arbeid. Maar dat lijkt de minister te willen financieren met allerlei extra lasten voor bedrijven (of het schrappen van bestaande belastingvoordelen). Er is zeker nood aan een groeibevorderende fiscale hervorming, maar niet met een groeivernietigende verhoging van de lasten op bedrijven.

In vergelijking met andere Europese landen wordt onze arbeidsmarkt gekenmerkt door een opmerkelijk gebrek aan flexibiliteit. De regering meende op dat vlak al een stap te zetten met de mogelijkheid om de werkweek te organiseren in 4 dagen, maar daarop zit niemand te wachten. Er blijft in onze economie veel te winnen met meer flexibiliteit op het vlak van arbeidsorganisatie, arbeidsuren, …

Maar ook de Vlaamse regering heeft nog een stevig parcours af te leggen.

De moeilijkheden om geschikte mensen te vinden zijn al jarenlang een belangrijke uitdaging voor de Vlaamse ondernemingen. En volgens de demografische vooruitzichten zal de krapte op de arbeidsmarkt alleen nog maar erger worden. Tegelijkertijd neemt de kwaliteit van ons onderwijs af, wat bijdraagt tot de kwalitatieve krapte op de arbeidsmarkt. Kwalitatief en meer ondernemingsgericht onderwijs is dan ook een essentiële sleutel voor onze toekomstige welvaartscreatie. Daarnaast zou de VDAB op kortere termijn een belangrijke rol moeten kunnen spelen, door niet-werkenden effectiever op te volgen en hen te begeleiden naar vacatures en/of opleidingen, en door samenwerking met de andere regionale organisaties. Ook betrouwbare en betaalbare kinderopvang is een belangrijke factor. Extra investeringen daarin zijn ook een onderdeel van een beter werkende arbeidsmarkt.

Door de aanslepende procedures (inclusief beroepsmogelijkheden) om vergunningen te krijgen, lijkt het soms alsof hier ‘niets meer mogelijk is’. Die onzekerheid is een belangrijke hindernis voor de bedrijfsinvesteringen, terwijl er net nood is aan een versnelling van de investeringen, onder meer voor de digitalisering en de duurzame transitie. Een sneller en rechtszekerder vergunningenbeleid zou op dat vlak soelaas kunnen bieden. We denken ook aan het stikstofkader. Zonder definitief kader dreigt op termijn een de facto vergunningenstop. Onzekerheid is nefast voor de bedrijfsinvesteringen; ondernemingen hebben nood aan 100% duidelijkheid en een juridisch waterdichte regeling. Een definitief stikstofkader kan het best nog deze legislatuur geregeld worden.

We blijven hoopvol. Maar met hoop alleen gaan we het niet redden. The time to act is now!

“Het is in elk geval nog veel te vroeg om nu al in campagnemodus te gaan.”

— BERT MONS - GEDELEGEERD BESTUURDER

26 Interview

In het ruime aanbod aan meubelwinkels neemt Top Interieur een prominente plaats in. Achter de bekende zaak in Izegem gaat een 100% West-Vlaams familiebedrijf in de tweede generatie schuil, vertegenwoordigd door 2 familietakken (Sintobin en Verfaillie).

32

Dossier

BO-Solutions maakt haar ambities waar. Het metaalverwerkende maakbedrijf uit Roeselare verhuisde eind vorig jaar naar een nieuw bedrijfsgebouw en realiseerde een groei van circa 18%, tot 6,5 miljoen euro in 2022.

Ondernemers verschijnt tweewekelijks en wordt gratis toegestuurd aan alle leden van Voka West-Vlaanderen. ISSN 1378-9511

Verantwoordelijke uitgever: Bert Mons, Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, redactie.ondernemerswvl@voka.be, www.voka.be/west-vlaanderen

Maatschappelijke zetel: Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, info.wvl@voka.be - Hoofdredacteur: Joke Verbeke

Redacteurs: Margot Dhondt, Kenneth Oroir, Conny Van Gheluwe - Vormgeving: Pieter Claerhout

Mediaregie: Sven Van Ryckeghem

Fotografen: Stefaan Achtergael, Dries Decorte, Kurt Desplenter, Michel Vanneuville, Els Verhaeghe

Journalisten: Karel Cambien, Stef Dehullu, Margot Dhondt, Roel Jacobus, Joyce Mesdag, Bart Vancauwenberghe, Dirk Vandenberghe

Druk: INNI GROUP

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

“We voeren één strijd, samen met de bedrijven”

Jean-Marc Nollet — Ecolo

ingezet naar een full service center”

Modern, strak en fris: het zijn adjectieven die zeker van toepassing zijn op het nieuwe buitenaanzicht van Ring Kortrijk. Vooral de gevel van het shoppingcenter onderging een forse transformatie. Daarmee is het plan van eigenaar Wereldhave Belgium nog lang niet af: vanaf 2024 krijgt ook de binnenkant een nieuwe look. Manager Charlotte Tahon is tevreden over het bereikte resultaat.

Buitenkant van shoppingcenter Ring Kortrijk kreeg een grondige opfrisbeurt

De gevel van Ring Kortrijk was jarenlang een vrij lage betonstructuur. De tand des tijds zorgde ervoor dat het gebouw niet meer zo jong oogde. De werken die medio 2021 van start gingen, maakten daar komaf mee. “Eén van de belangrijkste doelstellingen was ervoor zorgen dat het complex er als één coherent geheel uitzag”, verduidelijkt Charlotte Tahon. “De hogere gevel, waar het vernieuwde logo op prijkt, straalt dat zeker uit. Daarnaast hebben we ook op andere vlakken de visibiliteit verbeterd: zo zijn de logo’s van onze grootste huurders nu even groot in beeld. In combinatie met het aspect van een aantrekkelijke ledverlichting, zorgt dat ervoor dat de look & feel dag én nacht aantrekkelijk oogt.”

De gevel was de grootste investering, maar ook andere zaken zorgen voor

“Evolutie

Manager Charlotte Tahon.

een leukere ervaring bij elke bezoeker. “We hebben de flow en de belijning van onze parking aangepakt. Ook de bushalte is vernieuwd”, gaat Charlotte verder. “Daarnaast komen er heel binnenkort nog nieuwe fietsenstallingen. Al bij al hebben de werken maar voor beperkte hinder gezorgd. Zo dienden we bepaalde ingangen tijdelijk te sluiten, maar binnen veranderde er niets voor bezoekers of huurders. De resultaten van NPS-enquêtes (de Net Promotor Score meet de klantloyaliteit, nvdr) wezen uit dat bezoekers effectief weinig last hadden van de werken.”

Extra trekpleisters

Binnenkort zal de omgeving van Ring Kortrijk zelfs nog fraaier ogen. “We hebben 2 pleinen gecreëerd, waarop in de toekomst mooie horecaterrassen zullen uitgeven. Bovendien zorgen we dankzij de grote raampartijen voor een betere connectie tussen wat zich binnen en buiten afspeelt. We wilden af van het gevoel dat het winkelcentrum een afgesloten ‘box’ was. Vlakbij het horecaplein hebben we de binnenruimte vergroot. Daar komen nog dit voorjaar 2 nieuwe horecazaken. Die uitbreiding was nodig, want op druk-

Mooie groei

Ring Kortrijk zit meer dan ooit in de lift. “Ondanks corona hebben we een mooie groei gekend.

Op de 35.000 m² oppervlakte zijn 90 zaken gehuisvest. Ook de gratis parking (1.600 plaatsen) en de vlotte toegankelijkheid zijn grote troeven ten opzichte van andere centra in de buurt. We kijken dan ook vol vertrouwen de toekomst tegemoet”, klinkt het.

ke dagen moet je geluk hebben om een plaatsje bij één van de huidige brasseries of cafés te bemachtigen. Met de eerste KFC (Kentucky Fried Chicken) in West-Vlaanderen hebben we er trouwens een heuse trekpleister bij. Dat onderstreept onze ambitie om zoveel meer dan een shoppingcenter te zijn.”

Die doelstelling blijkt ook uit de rebranding die het complex in 2021 onderging en waarbij het woord ‘shopping’ zelfs uit de naam verdween. “Wereldhave Belgium wil alle retailcomplexen die het in portefeuille heeft, omdopen tot full service centers”, gaat Charlotte Tahon verder. “We willen retail en horeca omringen met talrijke diensten, die alle noden van onze klanten verenigen onder één dak. Zo denken we aan de integratie van andere vrijetijdsmogelijkheden zoals bowling, sportinfrastructuur zoals fitness of zorgfaci-

liteiten zoals een kinepraktijk en apotheek, maar concreet is dat nog niet. The Point, ons informatiepunt dat geïntegreerd is in een shop, blijkt intussen wel al een schot in de roos. Mensen kunnen er terecht voor cadeaubonnen, droogkuis, het ophalen en verzenden van e-commercepakketten, een paskamer, het lenen van een hondenbuggy of een lader voor hun smartphone, enzovoort.”

De 50ste verjaardag van Ring Kortrijk krijgt dit jaar extra aandacht via diverse feestmomenten, maar intussen bereidt Wereldhave Belgium – sinds 2015 eigenaar van het complex – al de volgende fase van de modernisering voor. “Daarbij zullen we onder meer de vloeren, de plafonds en de verlichting aanpakken, zodat de basisstructuur een speelsere look krijgt. Zo zullen interieur en exterieur ook beter op elkaar aansluiten”, besluit Charlotte Tahon.

(BVC - Foto’s Kurt) www.ringkortrijk.be

“Wereldhave Belgium wil alle retailcomplexen die het in portefeuille heeft omdopen tot full service centers.”

— CHARLOTTE TAHON

Stijging van maritieme trafieken in Haven Oostende

Onder nemers magazine

De geopolitieke spanningen, de sterk gestegen energieprijzen en de logistieke uitdagingen hadden vorig jaar ook een impact op Haven Oostende. Die rapporteert een lichte terugval op het vlak van bulktonnages van aangevoerd zand en grind, traditioneel een precursor voor de conjunctuur in de bouwindustrie. Tegelijkertijd is er dankzij doorgedreven actieve marktprospectie een toename van andere maritieme trafieken. Met 4.658 invaarten per jaar, exclusief de vissersschepen, vloot en pleziervaarten, was er een stijging van circa 1% ten opzichte van 2021. Haven Oostende bewijst daarmee haar rol als Vlaamse industriële zeehaven.

Rika Coppens (House of HR) is Trends Manager van het Jaar

Toen we haar 3 jaar geleden interviewden voor dit magazine, vertelde Rika Coppens van House of HR: “Voor mij is er één belangrijk principe: werken leidt tot welvaart. Ik heb dat van jongs af aan van thuis uit meegekregen. Ik kom uit een nest van zelfstandigen en daar was hard werken de boodschap. Vandaag noem ik mezelf een ‘missionaris van werk’.” En die visie werpt duidelijk haar vruchten af, want Coppens werd onlangs verkozen tot Trends Manager van het Jaar 2022.

Paneltim lanceert een Buy Back Program voor de agrosector

Paneltim uit Lichtervelde pioniert al 25 jaar in de productie van structurele kunststofpanelen voor uiteenlopende sectoren. Omdat ze gemakkelijk en snel te reinigen zijn, worden de Paneltim-panelen in de agrosector vaak gebruikt als hokafscheiding tussen varkens of andere diersoorten. De panelen worden vervaardigd van 100% gerecycleerde kunststof, maar zijn zelf moeilijk te recycleren, doordat de doordringende geur van de stal in het materiaal blijft hangen. Paneltim heeft nu in samenwerking met partners een oplossing gevonden om die verontreiniging uit de panelen en roosters te verwijderen. Het resultaat is een recyclageproces dat start met sterk vervuilde panelen en roosters, en eindigt met een zuivere kunststofkorrel die opnieuw ingezet kan worden als grondstof voor het spuitgietproces van panelen. Om het proces zo efficiënt mogelijk te maken heeft Paneltim grote volumes nodig. Daarom lanceerde het een oproep aan de agrosector om gebruikte panelen en roosters in te zamelen. Paneltim betaalt er een eerlijke prijs voor en verwerkt ze tot nieuwe panelen. Daarmee wordt het de eerste fabrikant van kunststofpanelen die eigen producten na gebruik ook weer inzet voor productie.

6,6%

Vorig jaar gingen er in Belgische bedrijven gemiddeld 6,6% dagen verloren door afwezigheid van korte of middellange duur. Dat blijkt uit de Employment Tracker van SD Worx. Het ziekteverzuim bereikte in 2022 een nieuw recordniveau. Het kortverzuim (minder dan 1 maand) kende de grootste stijging met bijna 20% (tot 3,43%) en overtreft zo voor het eerst het middellang verzuim (tussen 1 maand en 1 jaar), dat steeg met 1,65% tot 3,18%.

Forest Fwd plant bossen en organiseert groene initiatieven

De volledige ontzorging van bedrijven die een groene maatschappelijke impact willen hebben, staat centraal in de missie van Forest Fwd uit Brugge. De onderneming van Frank Missoul, Dajo Hermans en Dirk Coucke doet dat onder meer door het aanplanten van bossen, het realiseren van natuur en via andere ecologische initiatieven. “We merken dagelijks dat duurzaamheid bij velen echt deel uitmaakt van de bedrijfscultuur én voor een betere interne connectie zorgt.”

Communicatieskills, een commerciële ingesteldheid en een groot hart voor de natuur: die 3 eigenschappen zorgden er al snel voor dat Dajo Hermans (gewezen zaakvoerder van een communicatiebureau) en Frank Missoul (in een vorig leven eigenaar van het eerste interimkantoor voor fitnesscoaches en sportleerkrachten) 4 handen op één buik werden. Het duo bundelde de krachten voor Forest Fwd en vond in Dirk Coucke een ideale derde vennoot.

Zusterbedrijf Story Fwd

Een ‘groen’ DNA is trouwens een krachtig wapen in de war for talent: zeker de generatie twintigers en dertigers is daar niet ongevoelig voor. “Daarom is het cruciaal ook extern goed te communiceren over de duurzaamheidsinitiatieven. Dat doen we sinds kort via zusterbedrijf Story Fwd, waarvan de hoofdzetel eveneens in Brugge ligt. We kijken er enorm naar uit om op een professionele manier impactvolle duurzaamheidsinitiatieven voor (West-)Vlaamse bedrijven te blijven organiseren én erover te communiceren.”

“Dirk is eigenaar van United Experts, een consortium van bedrijven met kennis rond ecologie en landbouw”, vertelt Dajo. “Samen zijn we een complementair trio dat passie voor ecologie laat rijmen met de economische realiteit.”

20 jaar onderhoud

Dat doet Forest Fwd door in heel Vlaanderen bedrijfsbossen te realiseren. “Zo’n bos bevindt zich in een straal van maximaal 30 kilometer rond de vestiging van

onze klant. Voor de gronden sluiten we meestal partnerships met steden, gemeenten, landbouwers, natuurorganisaties of bijvoorbeeld adellijke families, die eigenaar van de gronden blijven.” Zonweringsspecialist Winsol uit Izegem was de eerste klant. “Voor hen hebben we 2 hectare bedrijfsbos aangelegd in Zedelgem. Daar koppelen we regelmatig leuke acties aan, zoals een personeelsfeest, een keynotespeaker, een plogging-actie (wandelen en tegelijk zwerfvuil opruimen), een winterbarbecue en dies meer. Het ‘ontzorgingspakket’ omvat het zoeken van gronden, het regelen van de vergunning, het plantsoen, de organisatie van de aanplant en ‘groene’ events en het onderhoud van het bos voor een periode van 20 jaar.”

Forest Fwd helpt zowel grotere ondernemingen als kmo’s en heeft het aanbod stelselmatig verruimd. “Zo hebben we voor Volvo bijvoorbeeld een green scan uitgevoerd, die resulteert in de transformatie van een schapenweide in waardevolle natuur op hun site. Met 300 pas aangeworven talenten van Deloitte hebben we gedurende 2 dagen een cleaning-actie gedaan langs de volledige Belgische kustlijn, van De Panne tot Knokke-Heist. We merken dat dergelijke acties de teamgeest aanwakkeren en bijdragen tot een fijne bedrijfscultuur.”

(BVC - Foto Kurt)

www.forestfwd.be

“Bedrijven streven oprecht naar duurzaamheidsimpact”

Dirk Coucke en Dajo Hermans.

Je hebt een vraag over ondernemen, een reglementering, een moeilijke managementbeslissing? Stop dan even met Googelen en laat ons helpen.

Vraag van de week

United Experts verhuist naar ruimere locatie

Ben ik als werkgever verplicht om te investeren in opleiding voor mijn medewerkers?

Hoofdgebouw Ieper Business Park wordt uitvalsbasis

Ten gevolge van de arbeidsdeal heeft elke medewerker tewerkgesteld door een private werkgever met minstens 10 werknemers voortaan het recht om per jaar een aantal dagen opleiding te Dat is een individueel opleidingsrecht voor elke medewerker. Bovendien worden alle bedrijven met minstens 20 medewerkers verplicht om jaarlijks een opleidingsplan op te stellen.

Recht op opleiding

MBA Highlights Advanced start voor de tweede keer op 2 maart 2022. De residentiële opleiding bestaat uit 4 modules die inhoudelijk verzorgd worden door topprofessoren van Solvay Business School.

Module 1 | woensdag 2, donderdag 3 & vrijdag 4 maart 2022 | Growth & Corporate Finance

In ondernemingen met minstens 20 medewerkers bedraagt het aantal dagen opleiding gemiddeld ten minste 4 dagen in 2023 en minstens 5 opleidingsdagen vanaf 2024. Voor de werkgevers die tussen de 10 en 20 werknemers tellen, voorziet men gemiddeld 1 dag per voltijdse medewerker per jaar.

De Ieperse vestiging van bedrijvengroep United Experts, dat ondernemers bijstaat met expertise, verhuist naar het hoofdgebouw van het Ieper Business Park, het voormalige spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie. Daar neemt het meteen 2 verdiepingen in gebruik.

werkers via de individuele opleidingsrekening. Die wordt geconcretiseerd door middel van een papieren of elektronisch formulier met enkele verplichte vermeldingen. De werkgever moet elke betrokken medewerker inlichten over de invoering/het bestaan van de individuele opleidingsrekening en over het saldo van het opleidingskrediet (minstens 1 keer per jaar). Het saldo van de niet-opgebruikte opleidingsdagen wordt op het einde van het jaar overgedragen naar het daaropvolgende jaar. Het doel is dat op het einde van elke periode van 5 jaar de voltijds tewerkgestelde medewerker gemiddeld minimum 5 opleidingsdagen per jaar heeft opgenomen. Op het einde van de voormelde periode van 5 jaar wordt het saldo van het beschikbare opleidingskrediet op nul gezet.

Wat bij ontslag?

Welke opleidingen?

Module 2 | vrijdag 1 & zaterdag 2 april 2022 | Influencing for success (onderhandelen en change) – Organisatiecultuur, effectieve groei, anatomie van falen in een interna

De opleiding kan zowel een formele als een informele opleiding zijn. Denken we bij het laatste bijvoorbeeld aan training on the job, toolboxmeetings, coaching, vorming door jobrotatie, zelfstudie, conferenties, workshops, lezingen,… De medewerker kan de opleiding volgen binnen de gewone werktijden of daarbuiten. In het laatste geval geven de uren die overeenstemmen met de duur van de opleiding recht op de betaling van het normale loon, zonder overloon. De werkgever moet de opleidingen verder blijven opnemen in de sociale balans.

Toepassing

Het individueel opleidingsrecht wordt toegepast via 2 manieren: ofwel wordt er een sectorale CAO gesloten, ofwel kent de werkgever opleidingsdagen toe aan de mede-

Ook een prangende vraag? Wij antwoorden binnen de 2 werkdagen!

vraaghet@voka.be

Bij een ontslag dat niet te wijten is aan de medewerker, heeft de medewerker het recht om in onderling overleg het gecumuleerde opleidingskrediet op te nemen vooraleer zijn arbeidsovereenkomst beëindigd is. Bij een opzeggingsvergoeding moet het openstaande opleidingskrediet als een voordeel verworven krachtens de overeenkomst beschouwd worden, en zal de werkgever daarmee moeten rekening houden bij het bepalen van de opzeggingsvergoeding.

Verplichte opmaak van een opleidingsplan

Bedrijven die minstens 20 medewerkers tewerkstellen, moeten bovendien minstens 1 keer per jaar een opleidingsplan opstellen. Dat plan moet een lijst omvatten van formele en informele opleidingen waarop zal ingezet worden, samen met de beoogde doelgroep. Er moet bijzondere aandacht gaan naar kwetsbare risicogroepen. Dat plan moet je als werkgever voor advies voorleggen aan de ondernemingsraad of de vakbondsafvaardiging of, bij gebrek daaraan, aan de medewerkers zelf, en dat telkens tegen uiterlijk 31 maart van het desbetreffende jaar.

Vragen over de arbeidsdeal?

Of wil je jouw opleidingsbeleid vormgeven?

Neem gerust contact op met davy.maes@voka.be

U heeft een vraag over ondernemen, een reglementering, een moeilijke managementbeslissing? Stop dan even met Googelen en laat ons helpen.

5 economische vooruitzichten voor 2023

Met corona, de oorlog in Oekraïne en de inflatieschok was het de voorbije jaren lastig om zinvolle economische voorspellingen te maken. Aan de start van 2023 doen we toch een nieuwe poging om de belangrijkste trends voor de Vlaamse economie in te schatten.

De vertrouwensindicatoren voor onze economie schetsen een somber beeld. Zo viel het consumentenvertrouwen in het najaar terug tot het laagste niveau sinds midden jaren 80 en ook het ondernemersvertrouwen is snel afgenomen. De traditionele economische voorspellers zijn er niet echt uit of we nu wel of niet in recessie gaan: de voorspellingen gaan van net niet tot net wel. Dat betekent meteen ook dat er niet echt een inhaalbeweging zal zijn in het herstel. Bovendien blijven er nog heel wat onzekerheden die een rem zetten op de economie. Het meest waarschijnlijke scenario is dat we voor een langere periode van vrij magere economische groei staan, met vooral veel variatie in hoe erg bedrijven/sectoren geraakt worden.

Op de internationale markten zijn de prijzen van de meeste grondstoffen sinds de lente aan het dalen. Ze keren niet noodzakelijk terug naar de pre-corona niveaus, maar het feit dat ze niet langer doorstijgen, maar nu zelfs zakken, heeft wel belangrijke implicaties voor de inflatie. Zo suggeren de futuremarkten voor gas dat de prijzen de komende jaren geleidelijk zullen dalen. Tegen die achtergrond zal de inflatie het komende jaar duidelijk afkoelen (tenminste zonder nieuwe verrassingen op de grondstoffenmarkten). Voor de duidelijkheid, dat betekent niet dat de prijzen fors gaan dalen, maar dat ze gemiddeld genomen minder snel zullen stijgen.

3. Aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt

Geschikt personeel vinden is al jarenlang één van de belangrijkste bezorgdheden van de Vlaamse ondernemers. Dat zal in 2023 niet anders zijn. In het licht van de kostenexplosie waarmee ze geconfronteerd worden, zullen sommige bedrijven noodgedwongen moeten besparen op personeel, maar massale ontslagen zitten er niet aan te komen. Met de krapte op de arbeidsmarkt in het achterhoofd zullen bedrijven doen wat ze kunnen om hun personeel te behouden. In die zin zal de economische malaise

weinig doen om de krapte te verlichten. Gezien de demografische dynamiek zal de krapte op de arbeidsmarkt trouwens de komende 20 jaar een belangrijke uitdaging blijven voor de Vlaamse economie.

4. Toenemend aantal faillissementen

Nadat er in de coronacrisis uitzonderlijk weinig bedrijven failliet gingen, mede dankzij de overheidsmaatregelen, werd er in 2022 een inhaalbeweging ingezet. In de eerste helft van het jaar gingen het meest bedrijven failliet sinds 2013. Het is weinig waarschijnlijk dat 2023 meteen veel beterschap zal brengen. In de huidige crisis is er veel variatie in hoe erg bedrijven geraakt worden: sommige hebben nog een vast energiecontract, andere niet, sommige kunnen hogere kosten grotendeels doorrekenen, andere niet, sommige hebben buffers kunnen opbouwen, andere niet, sommige zien geen terugval in hun afzetmogelijkheden…

5. Beleidsimpasse

Verschillende regeringspartijen willen in het voorjaar nog uitpakken met belangrijke hervormingen op vlak van arbeidsmarkt, fiscaliteit, pensioenen,… Het lijkt weinig waarschijnlijk dat daar echt iets van in huis zal komen. Ons groeipotentieel staat onder druk, onze overheidsfinanciën wankelen, onze concurrentiepositie verslechtert snel, de vooruitzichten op middellange termijn zijn verontrustend mager en we verliezen terrein in allerlei internationale rangschikkingen. Dat zouden voldoende redenen moeten zijn om dringend werk te maken van de noodzakelijke structurele hervormingen, maar meer dan waarschijnlijk zullen politieke spelletjes nog maar eens de bovenhand nemen.

1. Magere economische groei

2. Afkoelende inflatie

Moeder Lambik

De Panne

Klaas Van Laeren

Heeft activiteiten in de sectoren Hospitality, Food, Real Estate en Events. H: Hotel en vakantieverhuur / F: Restaurant / RE: Renovatie, bouwcoördinatie en projectontwikkeling / E: Automotive event en marketingbedrijf www.moederlambik.be

Contact Belgium / Systix

Hulste

Charlotte Van Hauwaert

Je wil jouw product van een label voorzien (manueel of automatisch)? Barcodes printen en scannen? Je hebt nood aan software-integratie en wenst een correcte service? Wij zijn de specialist in manuele en automatische labeling. www.contact-belgium.be

Adfundum

Rumbeke

Stef Dejonghe & Sophie Vantomme

Iedereen houdt van een goed verhaal, een verhaal met power, pili pili en rock ’n roll, daar zorgt Adfundum voor. Adfundum begeleidt je van a tot z, van ontwerp tot logo, van fotografie tot website, en dat altijd met een persoonlijke touch. www.adfun.be

Nieuwe leden

Het Voka-netwerk

RED POPPY

Waregem

Lies Therssen

Selectiekantoor dat je hr-uitdagingen aanpakt volgens het no-nonsens principe en met een zeer persoonlijke aanpak.

Bij Red Poppy krijg je geen spam van ongeschikte job seekers, maar een gepersonaliseerde voorstelling van zorgvuldig gescreende kandidaten. www.redpoppy.be

PPC Pools

Desselgem

Wim Devreese & Denis Dierickx Jonge, 100% Belgische speler die zich specialiseert in de productie van hoogwaardige polypropyleen copolymeer (PPc) zwembadkuipen op maat. Kwaliteit, flexibiliteit en een no-nonsense aanpak zijn dé 3 pijlers. www.ppcpools.be

UMA

Hulste

Caroline Houtsaeger & Sylvie Dejonghe Selectiekantoor voor bedienden, kaderleden en hoger technisch opgeleiden, met jarenlange ervaring op het vlak van rekrutering en selectie. Het verbinden van talenten met klanten is waar het team dagelijks gepassioneerd ten volle voor gaat. www.uma-hr.be

Jasa

Zedelgem

Thibault & Jan Vinckier

Gespecialiseerd in promotieartikelen, relatiegeschenken en gepersonaliseerd textiel. Aan de hand van hun producten komen ondernemingen op een effectieve manier in beeld. www.jasa.be

ALLFrA BV

Roeselare

Frank Alleman

Kan putten uit 30+ jaar ervaring in supplychain en meer bepaald in aankoop, om: 1. de functionele leiding - ad interim - te vervangen; 2. competenties bij te brengen; 3. een transformatieprogramma te introduceren, te leiden en/of te implementeren.

www.linkedin.com/company/allfra-bv

DIMMO

Kortrijk

Christophe Vanderschueren

Bij bouwen zijn er doorheen heel het proces enorm veel vragen (financieel, planning, inrichting woning, energienormen,…) en dat zorgt voor veel stress. Christophe zorgt ervoor dat je met een gerust hart het bouwproces kan doorlopen. www.dimmowoning.be

blijft uitbreiden! Dit zijn enkele nieuwe leden van de afgelopen maanden.

“We voeren één strijd, samen met de bedrijven”

Jean-Marc Nollet — Ecolo

Voor wie het mocht ontgaan zijn, deze reminder: les Verts spelen een vooraanstaande rol in het Waalse, maar ook in het federale politieke landschap. Met dank aan de huidige voorman Jean-Marc Nollet, een door de wol geverfde politicus die zowel in Namen als in Brussel het groene discours orakelt en verdedigt tot op het bot. Niet te missen dus in onze reeks met de Franstalige partijvoorzitters.

Waar staan les Verts in het politieke landschap van vandaag? En wat zijn de actuele strijdpunten?

“Sta me toe dat even in de historische context te plaatsen. In de jaren 80 was onze partij quasi unilateraal gefocust op alles wat te maken had met het milieu en de omgeving. Sinds de jaren 90 zijn we de maatschappij veel meer globaal gaan bekijken, tot op vandaag. Pluspunt is dat Ecolo vandaag vertegenwoordigd is op de 3 belangrijkste niveaus: federaal,

maar ook in het Waalse Gewest en in de Waalse deelregering. Overal proberen we onze stempel te drukken. En in alle eerlijkheid: we doen dat met het nodige succes. Bij de laatste verkiezingen was er in heel Europa geen enkele groene partij die qua resultaat beter deed dan wij. Dat wil toch veel zeggen? De kiezers zijn meer en meer overtuigd van het belang van duurzaamheid. Nu en in de toekomst. Na het debacle van de regering Michel is het vooral onze partij die er in geslaagd is om jongeren te overtuigen om groen te stemmen. Niet met een discours over de hoofden heen, maar met praktische oplossingen voor concrete thema’s. Het is een werk van elke dag, hier in Namen of in de hoofdstad Brussel.”

Hoe is de verhouding tussen Ecolo en de Vlaamse tegenhanger Groen?

“Gezien onze gemeenschappelijke roots, kan die moeilijk anders dan prima zijn. Dat heeft ook te maken met onze fysieke nabij-

heid. In Brussel zijn de 2 partijen gehuisvest in hetzelfde gebouw, wat de dialoog alleen maar sterk bevordert. Ik denk dat wij op dat vlak een uitzondering zijn in het Belgische bestel. De regionalisering heeft partijen zeg maar letterlijk uiteen gedreven, wij blijven samen. Opgelet, dat wil nog niet zeggen dat we over alle dossiers eenzelfde mening hebben. Hoeft ook niet. Maar we praten met elkaar en luisteren naar elkaars argumenten. In Wallonië hebben we ook het voordeel dat er geen linguïstieke en artificiële politieke machtsstrijd aan de gang is zoals in Vlaanderen met N-VA en Vlaams Belang. Wij bekijken de zaken, zeker op federaal niveau, meer vanuit één gezichtsveld. Ik geef een voorbeeld: het is niet VDAB of Forem, wij praten met beide instanties. Idem dito voor het onderwijs: we gaan aan de praat met alle vertegenwoordigers aan beide kanten van de taalgrens. Dat leidt naar een meer verrijkend inzicht over bepaalde thema’s. België is al niet erg groot, waarom zouden we dan niet samenwerken over de taalgrens heen? Draai of keer het zoals je wil, maar een grens, en dus ook een taalgrens, blijft iets artificieels. Met onze Vlaamse confraters zijn we daar grondig van overtuigd.”

Wat zou u zelf bestempelen als de belangrijkste overwinningen van Ecolo in de voorbije jaren?

“Vooraf toch dit zeggen: een aantal externe factoren buiten eenieders wil heeft veel dossiers vertraagd. Ik denk meer bepaald aan de covidcrisis, alsook aan – niet te onderschatten – de overstromingen die Wallonië getroffen hebben. Ook de oorlog

in Oekraïne bleef niet zonder gevolgen. Al die dossiers hebben een grote impact gehad op het budget, zoveel is wel duidelijk. Nu kunnen we gelukkig toch weer vooruit kijken en een beleid op de rails zetten. Het allerbelangrijkste dossier is allicht dat van een transitie naar een meer duurzame omgeving. Die is nog volop aan de gang maar het is, hoeft het gezegd, een cruciaal dossier. Voor Ecolo is dat allicht het belangrijkste strijdpunt en we zijn verheugd dat er schot in de zaak zit. Mede met dank aan de bedrijfswereld, die onze strijd steunt en ons zelfs vooruit stuwt om nog sneller te gaan in de stappen die we zetten. De ondernemingen weten als geen ander wat nodig is. Ik geef een voorbeeld: we zijn mede dankzij de bedrijfswereld tot het inzicht gekomen dat kleinere waterturbines op onze rivieren beter zijn voor het opwekken van elektriciteit. Zoals de bedrijfswereld ook mooie voorbeelden stelt in het offshore gebeuren. Denk aan de windmolenparken of aan de ambities van DEME om een waterstoffabriek uit te bouwen.”

Het is nu een feit dat de 2 nucleaire centrales langer opengehouden worden. De hele groene beweging heeft de nucleaire optie altijd verketterd, toch?

“Het is en blijft een paradox: overal elders wordt kernenergie afgezworen en klinkt de roep om transitie luid. Moeilijk te begrijpen dus dat Engie en de federale regering een andere kant opgaan. Dat gezegd zijnde: het is al goed dat er geen nieuwe nucleaire centrales worden gebouwd en dat de nucleaire

“Toegegeven, de groene familie ging vroeger wel eens op de rem staan als het over economische vooruitgang ging. Maar dat is het verleden.”

capaciteit hoe dan ook wordt verminderd. Met Ecolo vinden wij dat het principe van ‘de vervuiler betaalt’ gerespecteerd moet worden. Ik denk aan de problematiek van het nucleaire afval. In 2019 werd dat nog begroot op 41 miljard euro. Ecolo is duidelijk in zijn standpunt: dat bedrag zal niet volstaan; er moet meer geprovisioneerd worden. Voor ons is dat een breekpunt. De staat moet het been stijf houden.”

Het blijft toch verbazend dat zowel Ecolo als Groen bakzeil moeten halen in het meest symbolische groene dossier (‘Ban nucleair’). Hoe krijgt u die nucleaire bocht uitgelegd?

“Ach, bij de onderhandelingen over wel of geen nucleaire centrales zijn we zonder taboe rond de tafel gaan zitten met de andere partijen. Er waren 2 mogelijkheden. Optie één was uiteraard om elke nucleaire piste te weren. De tweede was: we dulden tijdelijk 2 centrales om de energiebevoorrading en de kostprijs voor de consument niet te schaden, maar dan wel middels een uitdoofscenario. Ik durf nog te beweren dat zonder de oorlog in Oekraïne de eerste optie het zou gehaald hebben. Het feit dat heel Europa de energiebevoorrading van gas en olie uit Rusland aan banden heeft gelegd, heeft die tweede optie versneld. Niets liet ook uitschijnen dat Rusland zelf zou meewerken aan een oplossing. Gevolg: we hadden weinig andere keuze.”

Ecolo staat, blijkbaar anders dan vroeger, niet meer per se negatief tegenover florerende bedrijven. Is dat ook een bocht?

“Toegegeven, de groene familie ging vroeger wel eens op de rem staan als het over economische vooruitgang ging. Maar dat is het verleden. Je kan er niet omheen: het zijn de bedrijven die toegang hebben tot de grondstoffen en de energiebronnen. Dus is het maar logisch dat we die dialoog gaande houden en onze ideeën ook voldoende kenbaar maken. Het voelt goed aan dat de bedrijfswereld daar oren naar heeft, steeds meer zelfs. We praten niet naast elkaar maar met elkaar. Het gevoel overheerst dat er zelfs een grote consensus is als het om het einddoel gaat: de transitie naar meer duurzame oplossingen of naar een meer circulaire economie. In wezen zijn we samen ‘partners in cultuur’ geworden. Het lijkt op een natuurlijke symbiose. Le même combat. Maar met respect voor ieders standpunt. Concreet, en in tegenstelling tot vroeger: we begrijpen ook wel dat bedrijven

vooral concurrentieel moeten zijn in een vrije markt. Onze taak als groenen bestaat er dan in om de bedrijfswereld enerzijds te helpen beschermen en anderzijds het proces richting duurzaamheid te helpen versnellen. Ik denk trouwens niet alleen aan de grote bedrijven maar evenzeer aan de kmo’s of de kleintjes zoals start-ups. Elke vorm van ondernemerschap is belangrijk in de welvaartcreatie, en dat aan beide kanten van de taalgrens.”

Tot slot: hoe kijkt u naar het politieke Belgische landschap van vandaag?

“Ik ben ervan overtuigd dat België beter één blijft. We worden immers geconfronteerd met een reeks crisissen die de taalgrens absoluut overschrijden: covid, klimaatopwarming, energie. Het heeft in die context geen zin om op zichzelf terug te

plooien. We hebben België en ook Europa nodig om die problemen het hoofd te bieden en zo de crisissen om te turnen in opportuniteiten. Anderzijds zal ik niet ontkennen dat men kritisch kan zijn over het institutionele Belgische systeem en dat men kan vaststellen dat de democratie soms ondermijnd wordt. Dan blijft de vraag: kiezen we voor een autoritair en populistisch discours, of gaan we voor een open democratie die zichzelf heruitvindt? De keuze van Ecolo is snel gemaakt. Geef ons maar de tweede piste. In mijn laatste boek ‘Conquêtes’ bied ik verschillende oplossingen aan om de democratie te herstellen in het belang van de burgers en in het belang van de nationale cohesie. Om maar één voorbeeld te geven: kiezers moeten voor elke kandidaat-parlementair kunnen stemmen.” (KC - Foto’s Kurt)

“Kiezen we voor een autoritair en populistisch discours, of gaan we voor een open democratie die zichzelf heruitvindt? Geef ons maar de tweede piste.”

Nathalie Vandecasteele doet oproep

aan West-Vlaamse ondernemers

“Steun Olivier Vandecasteele via deze petitie”

Bijna een jaar al zit ngo-medewerker Olivier Vandecasteele in een Iraanse cel. Hij werd er onlangs veroordeeld tot 40 jaar celstraf en 74 zweepslagen. Zijn zus Nathalie Vandecasteele, van de bekende ondernemersfamilie in de automobielsector, zet alles op alles om hem vrij te krijgen. Voka West-Vlaanderen geeft haar op de nieuwjaarsrecepties en in dit magazine het forum om een oproep te doen aan de West-Vlaamse ondernemers.

Het is misschien uitzonderlijk om een initiatief als dit te zien bij Voka, maar je kan dan ook niet onbewogen blijven bij het verhaal van Olivier en de hele familie Vandecasteele, vindt Philippe De Veyt, voorzitter van Voka West-Vlaanderen. “Ik vond dat we deze case moesten brengen. We kunnen ons met recht en reden ergeren aan allerlei situaties die ons ondernemerschap beperken. Maar het verhaal van Olivier laat ons die zaken relativeren. Olivier is op zijn manier een sociaal ondernemer, in landen waar het nog moeilijker werken is dan bij ons, en waarbij dergelijke geëngageerde ondernemers hun leven in de weegschaal leggen. Er is ook een band met Voka, want zijn familie, die actief is in de automobielsector in de regio Kortrijk, is lid van Voka West-Vlaanderen. Naast al haar dagelijkse uitdagingen in het bedrijfsleven moet zijn zus Nathalie vechten om haar broer weer op vrije voeten te krijgen.”

Onzekerheid

Nathalie Vandecasteele is sinds eind november meer dan fulltime met de zaak bezig. “Mijn broer zit al sinds februari vorig jaar onschuldig vast. Hij verdient het om terug op vrije voeten te komen. Ik doe dan ook alles wat in mijn macht ligt om zijn zaak onder de aandacht te blijven brengen en zoveel mogelijk druk zetten. De tijd dringt, want elke dag wordt de onzekerheid groter”, vertelt ze.

“We zijn echte ondernemers: het zit in ons om te werken tot we resultaat boeken. Ook Olivier is een workaholic”, vervolgt ze. “Hij is een geëngageerde, ervaren, eerlijke, gepassioneerde, respectvolle en niet-politieke

humanitair. Toen hij in Iran begon te werken voor de ngo Norwegian Refugee Council, die Afghaanse vluchtelingen opvangt, startte hij met een ploeg van 20 mensen en 2 miljoen euro budget. Hij bouwde de organisatie uit tot ruim 80 medewerkers en 11 miljoen euro budget. Dat zegt veel over zijn gedrevenheid. Zo kon de organisatie er bijna 3 miljoen vluchtelingen opvangen en voorzien van water, gezondheidszorg en onderwijs.”

Sinds zijn arrestatie op 24 februari vorig jaar, kon zijn familie slechts 4 keer met hem spreken. De eerste keer, enkele weken na zijn opsluiting, kon hij niet praten omdat hij zo overmand was door emoties. Daarna was er geen contact meer tot augustus.

Sindsdien vonden nog 3 videogesprekken plaats via WhatsApp. “De laatste keer dat we hem spraken, voelden we dat hij niet meer dezelfde is, dat hij het mentaal enorm zwaar heeft”, zegt Nathalie, die zelfs niet weet of hij op de hoogte is van zijn veroordeling.

Ze roept daarom iedereen op over zijn zaak te blijven praten en er bij de politiek aandacht voor te vragen. “Alleen zo kunnen we druk zetten om een oplossing te zoeken en zijn spoedige vrijlating te bewerkstelligen. Ik vraag ook om ons te steunen door onze apolitieke petitie te ondertekenen. In naam van Olivier en mijn familie: onze oprechte dank”, besluit ze.

(JV - Eigen foto)

“Industrie 4.0 vereist verscherpte veiligheidsaanpak”

Machineveiligheid wordt een nog belangrijker thema voor ORA Group

Veiligheid is een prioritair aspect op iedere werkvloer, of zou dat zeker moeten zijn. Vanuit die overtuiging sensibiliseert ORA Group, gevestigd in Wevelgem, sinds 12 jaar bedrijven in Vlaanderen, Henegouwen en zelfs Nederland. Machineveiligheid is één van de cruciale thema’s.

Als productieverantwoordelijke bij een West-Vlaamse onderneming verbaasde Olivier Ramont zich erover dat preventieadvies en veiligheidscoördinatie vaak een persoonlijk kantje misten. “Het gaf bij mij de doorslag om 12 jaar geleden met ORA Management te starten”, verduidelijkt hij. “Stelselmatig hebben we ons serviceniveau uitgebouwd. Algemeen advies, praktische implementatie van het veiligheidsbeleid, het opstellen van een intern verkeersplan, zoneringstekeningen en explosieveiligheid, machineveiligheid: met dat brede palet van diensten kunnen we de klant verder

helpen. Daarvoor beschikken we over een team van 20 specialisten. Onze klanten zijn zowel kmo’s als grotere ondernemingen uit de meest diverse sectoren.”

Training by doing

ORA groeide op die manier uit tot een groep, steunend op 4 pijlers. “Management profileert zich als een centraal aanspreekpunt voor preventieadvies met een no-nonsense-aanpak, op een pragmatische manier”, vervolgt Olivier. “De ORA academy biedt open opleidingen en opleidingen op maat aan via het concept ‘training by

doing’. Dat doen we specifiek voor één klant, of voor een groep van deelnemers uit diverse ondernemingen. Fire Safe+ behartigt alle aspecten inzake brandveiligheid, onderhoud en keuringen van brandblusinstallaties, evacuatieplannen en noodverlichting, EHBO en dies meer. De ORA INFRA-afdeling ten slotte legt de klemtoon op milieuadvies, externe milieucoördinatie en de begeleiding van bedrijven bij de aanvraag van omgevingsvergunningen.”

Dit jaar schakelt ORA Management een tandje hoger inzake machineveiligheid. “Dat heeft alles te maken met een nieuwe verordening die er aankomt als opvolger van de huidige machinerichtlijn”, vertelt gespecialiseerd adviseur Franky De Witte. “De huidige machinerichtlijn werd bijgestuurd en toegespitst op de vierde industriële revolutie, waarbij aspecten zoals artificiële intelligentie, cyber-security, machinelearning en de omgang met cobots en robots aan bod komen. Zo kan hacking van machines een impact hebben op de veiligheid van de operator.” Het probleem stelt zich niet zozeer als een machine stilvalt, maar wel als ze weer in werking treedt op een moment dat de operator het niet verwacht. “Daarnaast staan we machinebouwers en bedrijven die productielijnen bouwen in eigen beheer ook bij met de opmaak van technische constructiedossiers of handleidingen. (BVC - Foto Kurt)

www.oragroup.be

Afrikaans spreekwoord

Olivier en Franky citeren graag een bekend Afrikaans spreekwoord, dat Nelson Mandela vaak gebruikte. ‘If you want to go fast, go alone. If you want to go far, go together’. Samen met onze klanten, geraken we verder. 2023 en de jaren daarna worden boeiende en uitdagende jaren op het vlak van machineveiligheid. We kijken er al naar uit.”

Franky De Witte.

Trafiek in Zeebrugge op alle vlakken vooruit in 2022

Uit diverse indicatoren blijkt dat in 2022 de private bedrijven in Zeebrugge bijzonder goed presteerden. Port of Antwerp-Bruges klokte af op gezamenlijk 286,9 miljoen ton vracht. Behalve de containers in Antwerpen ging alle andere segmenten – zoals roro, aardgas, nieuwe wagens en containers in Zeebrugge – sterk vooruit.

Ondanks de moeilijke economische, logistieke en geopolitieke omstandigheden kan Port of Antwerp-Bruges goede cijfers voorleggen. In 2022 behandelde de fusiehaven 286,9 miljoen ton goederen, slechts

0,7% minder dan het jaar daarvoor. En dat ondanks de nasleep van de pandemie, de impact van de Russische inval in Oekraïene, de Europese energiecrisis en wereldwijde verstoringen van de transportketens. “Met uitzondering van de daling in de containers, gingen alle andere segmenten erop vooruit. De containers vielen terug van 159 naar

145,3 miljoen ton (-8,5%) en van 14,22 naar

13,5 miljoen TEU (containereenheden). Dat gebeurde onder druk van voornamelijk de congestie die de operationele behandeling hinderde, een wereldwijd fenomeen. Ook de dalende consumptie had een effect”, zegt CEO Jacques Vandermeiren. Merk op: de terugval in de containers was een Antwerps fenomeen. CSP Zeebrugge, de enige diepzeecontainerterminal in de kusthaven, noteerde over 2022 een groei met 15% tot 1,07 miljoen TEU.

3,26 miljoen auto’s

De vloeibare bulk groeide van 82,4 naar

90,6 miljoen ton (+10%). Daarbij springt de toename van het LNG bij Fluxys in Zeebrug-

ge (+61,3%) in het oog. De verhoogde aanvoer van aardgas is een alternatief voor de weggevallen Russische pijpleidingen naar vooral de Duitse samenleving en industrie.

De roro nam toe van 20,2 tot 21,5 miljoen (+6,5%). “Het negatieve effect van de Brexit is volledig weggewerkt. Integendeel, de volumes met het VK stegen met 3,3% en de rechtstreekse roro met Ierland zelfs met 14,2%. Er is alleen nog wat administratieve hinder. Ook de diensten met Scandinavië, Spanje en Portugal gingen vooruit”, zegt ondervoorzitter van Port of Antwerp-Bruges Dirk De fauw. Een flink stuk van de roro bestaat uit nieuwe wagens, een sector die in 2022 weer aantrok. In Zeebrugge en Antwerpen samen werden vorig jaar 3,26 miljoen nieuwe auto’s behandeld. “Dat leidde tot congestie met volle parkings. Het wordt een uitdaging om daarvoor naar oplossingen te zoeken, zeker nu de nieuwe Chinese merken voor Zeebrugge kiezen om de Euro-

pese markt te betreden.” Vorig jaar kwamen er in Zeebrugge 144 cruiseschepen aan, goed voor 547.374 passagiersbewegingen (in en uit). Dat is een forse vooruitgang sinds de sector uit de pandemie verrees. In 2021 waren er slechts 23 schepen en 75.854 passagiersbewegingen.

Port of Antwerp-Bruges publiceert geen aparte cijfers voor Zeebrugge en Antwerpen meer. “Sinds eind april 2022 vormen we één organisatie die haar meerwaarde haalt uit precies de onderlinge samenwerking en doorstroming van trafieken. De fusie bewijst haar toegevoegde waarde om in moeilijke internationale omstandigheden sterk te staan en elkaar te helpen. Zo kreeg Zeebrugge flink wat containeraanlopen waarvoor in Antwerpen geen plaats was, die voorheen in Rotterdam of Le Havre opgevangen werden”, zegt voorzitter Annick De Ridder. (RJ - Foto MVN)

Voorzitter Annick De Ridder, CEO Jacques Vandermeiren en ondervoorzitter Dirk De fauw, en van Port of Antwerp-Bruges.

SAMENWERKINGSINITIATIEF CAPTURE UGENT

West-Vlaamse ondernemingen hebben zuurstof nodig om te blijven groeien. Daarvoor is onder meer de interactie tussen het hoger onderwijs en het bedrijfsleven van groot belang. Hier laten we de hogeronderwijsinstellingen uit onze provincie aan het woord over hun opleidingsaanbod en onderzoeksprojecten. Met al jouw vragen over onderwijs kan je terecht bij joyce.simoens@voka.be.

Plastic circulair maken staat centraal bij Capture, het samenwerkingsinitiatief dat destijds door UGent is opgericht en intussen intensief samenwerkt met kennisinstituten VITO, VUB en UAntwerpen. Professor Steven De Meester, coördinator van het LCPE (lab voor circulaire procesengineering, UGent campus Kortrijk), is één van de grote trekkers van het verhaal.

Wat als je zoveel mogelijk kennis rond kunststoffen bundelt en op basis daarvan interessant toekomstgericht onderzoek gaat uitvoeren? Het was de gedachte waarmee UGent in 2015 Capture boven de doopvont hield. “De jaren voordien waren diverse onderzoeksgroepen bij ons elk op hun eilandje al bezig met onderzoek naar kunststoffen”, vertelt Steven De Meester. “Het samenbrengen van die expertise heeft toegelaten om sneller progressie te maken. Aanvankelijk was Capture uitsluitend een initiatief van UGent, later zijn ook de VUB, Universiteit Antwerpen en VITO (Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek, red.) aan boord geklommen. Momenteel lopen er heel wat Vlaamse, Interreg- of Horizon 2020-onderzoeksprojecten, waarvoor we ook samenwerken met multinationals uit de chemische industrie, voedingsproducenten en andere ondernemingen. Er lopen altijd wel heel wat verkennende gesprekken, die vroeg of laat (in)direct tot implementaties leiden.”

Zo is de nieuwe recyclagefabriek die momenteel in de Antwerpse haven wordt gebouwd, eerst uitvoerig op pilootschaal getest binnen Capture. “Via een gepatenteerd pyrolyseproces zal de fabriek gebruikte kunststoffen afbreken tot oliën, die vervolgens na een opwaarderingsproces inzetbaar zijn als grondstoffen voor het

“Plastics future proof helpen maken”

opnieuw maken van kunststof.”

Professor De Meester, ook adviseur bij de Europese Commissie voor thema’s zoals het kwantificeren van efficiëntie en kwaliteit van recyclageprocessen, stuurt het in Kortrijk gevestigde LCPE aan, waar 30 onderzoekers werken. “We zijn er onder meer bezig met het Catalisti-project PolyAl Circular, waarbij we oplossingen zoeken voor de PolyAl-fractie (polyethyleen en aluminium) die overblijft na de recyclage van drankkartons waarin melk en vruchtensappen worden verpakt. PolyAl heeft veel potentieel als grondstof voor geavanceerde recyclingtechnologieën, maar om de kringloop te kunnen sluiten, moeten we nog enkele uitdagingen aanpakken.”

Circulaire voedingsverpakkingen en textiel

De specialisatie van LCPE is het verwijderen van onzuiverheden zoals inkten en additieven uit textiel- en plasticafval (zoals bedrukte folie), zodat je weer een transpa-

rante folie krijgt die opnieuw bedrukbaar is. “We zijn onder meer betrokken bij Circular FoodPack, een Europees project waarbij we inkten, geuren en andere niet opzettelijk toegevoegde stoffen uit voedingsverpakkingen halen, zodat we met die grondstoffen opnieuw veilige voedselverpakkingen kunnen maken. Een ander voorbeeld is het CORNET-Remixt-project, waarbij we bijvoorbeeld elastaan (de vezel die textiel elastisch helpt maken) selectief verwijderen uit kledij. Kunststoffen future proof maken is heel uitdagend: het vergt sterke partnerships, temeer elke schakel in een recyclageproces cruciaal is.” (BVC - Foto Kurt)

“Elke schakel in een recyclageproces is cruciaal.”

— STEVEN DE MEESTER

Interieurbureau Inside neemt PAC Interiors over

Interieurbureau Inside uit Brugge, gespecialiseerd in het inrichten van horecazaken en kantoren, neemt PAC Interiors uit Deurle over. Dat mag vooral kapsalons, schoonheidsinstituten en retailzaken tot zijn klantenbestand rekenen. Inside wil met deze overname zijn activiteiten verder uitbreiden.

Inside werd in 2009 opgestart door Sven Meulemeester. Het interieurbureau wist intussen al een stevige reputatie op te bouwen. “We zorgen voor een totaalinrichting van interieurs, met een focus op de hospitality-sector. Tussen onze referenties staan al heel wat sterrenzaken of restaurants met een vermelding in Gault Millau. Zo hebben we al een aantal panden van de Hertog Jan Restaurant Group onder handen genomen, en ook het interieur van Sanglier des Ardennes van Wout Bru mochten wij uittekenen.” Ook voor kantoorinrichtingen kan je bij Inside terecht. “Maar het gaat dan om kantoorinrichting met een twist, met

bijvoorbeeld een bar of koffiehoek in het ontwerp.”

Meulemeester wilde graag de activiteiten van Inside uitbreiden. Een overname van PAC Interiors paste perfect in die plannen. “Dankzij deze samenwerking halen we meteen alle nodige ervaring en kennis in huis voor een nieuw marktsegment: kapsalons, schoonheidsinstituten en retailzaken. We krijgen wel eens leads binnen daarvoor bij Inside, die we tot nu toe moesten afwijzen. Nu kunnen we daar zelf achteraan gaan. Het omgekeerde geldt uiteraard ook voor PAC Interiors.”

Inside stelt 10 mensen tewerk, bij PAC Interiors staan 6 medewerkers op de payroll. “De namen Inside en PAC Interiors blijven behouden en de beide teams blijven werken op hun specialisatie. Maar uiteraard kunnen we efficiënter werken door bepaalde taken samen te voegen en kunnen we op drukke momenten schuiven met de workload tussen Inside en PAC Interiors.”

(JM - Eigen foto)

www.inside.be

Sven Meulemeester.

In Brugge werd het Genius Forum boven de doopvont gehouden, een plek waar duurzame creatieve starters terechtkunnen voor een mix van financiële middelen en kennis. De 8 initiatiefnemers, die meer dan 250 jaar ondernemerservaring cumuleren, merken dat ondernemend West- en Oost-Vlaanderen daar klaar voor is. “Op 2 januari ondertekenden we al onze eerste samenwerkingsovereenkomst, met Ariadne Innovation van Julie Lietaer. En er zitten nu al 2 andere projecten in de pijplijn”, vertellen Geert Roelens, Nico Daenens en Olivier De Cock.

“We zijn noch Albert Frère, noch Sinterklaas”

Genius Forum helpt starters met kapitaal en 250 jaar ondernemerservaring

Geert Roelens: “De inspiratie haalden we bij het Genius Fonds, een business angels-netwerk met focus op de Noord-West-Vlaamse industrie dat van 2002 tot 2016 onder impuls van de toenmalige Brugse Kamer van Koophandel liep. Jan-Bart Van In was er secretaris en is nu onder meer medewerker van Group Daenens. Zo kwam Nico Daenens aan boord. We polsten in ons netwerk, enerzijds naar mensen met middelen en tijd om mee te werken, anderzijds naar de noden bij starters. Na een lange internationale carrière, onder meer bij Bekaert en Beaulieu, vond ik het tijd om in mijn eigen regio mijn kennis en competenties door te geven.”

Nico Daenens: “Met Group Daenens geven we al jarenlang onze ondernemerservaring door bij Starterslabo en YouthStart, en we zijn ook van in het begin betrokken bij Brugge.Inc. Aan die kennisoverdracht nu ook financiering kunnen koppelen, was de ontbrekende schakel om ondernemers in spe te kunnen ondersteunen. Olivier De Cock, innovatie-expert bij Group Daenens, die ervoor jarenlang in het Gentse starters en scale-ups heeft ondersteund, was de ideale man om samen met Jan-Bart Genius Forum concreet vorm te geven.”

Starters die duurzaam willen ondernemen en maatschappelijke impact willen maken,

“Na een lange internationale carrière, onder meer bij Bekaert en Beaulieu, vond ik het tijd om in mijn eigen regio mijn kennis en competenties door te geven.”

— GEERT ROELENS

kunnen een achtergestelde converteerbare lening krijgen van 20.000 tot 100.000 euro. “We zijn echter noch Albert Frère, noch Sinterklaas”, vertelt Geert Roelens. “We hebben de ambitie om ons fonds tot 1,2 miljoen te doen groeien. Met die kleinere tickets zorgen we voor voldoende diversificatie in de projecten. Maar even belangrijk is dat we ook onze eigen bedrijfservaring inzetten. De 8 startende vennoten bieden een breed scala van competenties aan, van hr, sales en marketing tot het duurzaamheidsverhaal dat steeds belangrijker wordt. En we maken effectief tijd om actief te ondersteunen. We stellen niet de beginnersvragen, maar onmiddellijk gerichte vragen die gebaseerd zijn op wat we zelf in de praktijk al hebben meegemaakt.”

Divers klankbord

“Terugkijkend op mijn eigen parcours, vind ik het wel goed dat we met Genius Forum

zo’n divers klankbord kunnen aanbieden. Een ander licht laten schijnen op wat je doet als ondernemer is nodig en belangrijk. Want zelf zit je constant met je neus op je eigen business”, vult Nico Daenens aan.

60 kilometer rond Brugge

“Dat we ons beperken tot WestVlaanderen en regio Gent is een bewuste keuze”, zegt Olivier De Cock. “Om goed te kunnen ondersteunen, willen we nabijheid creëren. En we spreken dezelfde taal. Het is ook belangrijk om ondernemerstalent in eigen regio te houden. Daarom is Genius Forum voor Brugge.Inc een welgekomen aanvulling. Vroeger wisten mensen met startersgoesting hier niet hoe ze eraan moesten beginnen, omdat ze geen ondersteuning vonden. Ze trokken naar Gent, waar ze onder meer bij mij in de Startersfabriek kwamen aankloppen. Nu kunnen ze in West-Vlaanderen blijven en het wissel-

“Maximaal gebruik maken van onze hersenen”

De eerste centen uit het fonds gaan naar Julie Lietaer, co-CEO van European Spinning Group en stichter van Ariadne Innovation. Geert Roelens: “Met die start-up wil ze de kledij- en textielwereld verduurzamen door via een online platform ondernemingen te inspireren, te informeren en te connecteren. Dat past perfect in wat wij met Genius Forum willen doen. Ze heeft de ambitie om naar Europees niveau op te schalen, in omzet te groeien en een team uit te bouwen, dus was onze euro-inbreng welkom. Maar naast die lening hebben we ook een gentlemen’s agreement met 8 activiteiten waarin we actief gaan samenwerken, tot mee aanwezig zijn op beurzen toe. Zo kan Julie maximaal gebruik maken van onze hersenen.”

spel tussen starters en gevestigde waarden zorgt voor een boeiende dynamiek.”

“We hebben ook geleerd uit de fouten van andere fondsen. Hier zit de unieke combinatie van geld met ervaring en de effectieve beschikbaarheid van die ervaring. Bij andere fondsen werden dossiers soms te weinig of te traag opgevolgd, of was er te weinig gewicht in de raad van bestuur om kort op de bal te spelen. Onze A-vennoten zijn echter minstens 2 dagen per maand beschikbaar. En als een dossier meer centen nodig zou hebben, komen onze contacten met grotere fondsen als Trividend zeker van pas.” (SD - Foto’s DD)

Geert Roelens, Nico Daenens en Olivier De Cock.

Titeca Pro Accountants & Experts

Met welke nieuwe fiscale regels rekening houden bij de keuze van een bedrijfswagen vanaf 2023?

In dit artikel lichten we de belangrijkste fiscale wijzigingen toe, zodat je meteen weet waarmee je rekening dient te houden bij de keuze van een nieuwe bedrijfswagen.

De huidige fiscale spelregels voor bedrijfswagens Alvorens in te gaan op de fiscale spelregels voor bedrijfswagens is het van belang om mee te geven wat onder bedrijfswagen dient begrepen te worden. Het begrip ‘bedrijfswagens’ omvat personenwagens, auto’s voor dubbel gebruik en minibussen, met inbegrip van ‘valse’ lichte vrachtauto’s (lichte vrachtauto’s die niet voldoen aan de fiscale definitie van lichte vracht). Op vandaag wordt het aftrekpercentage van een bedrijfswagen bepaald aan de hand van onderstaande formule waarbij de CO2uitstoot en het motortype van de wagen de grootste impact heeft op de uitkomst van de formule: 120% – (0,5% x brandstofcoëfficiënt* x aantal gram CO₂/km)

*Brandstofcoëfficiënt diesel / diesel hybride: 1,00 - benzine / benzine hybride: 0,95aardgas: 0,90

Hoe hoger de uitstoot van de wagen, hoe lager het fiscale aftrekpercentage. Het aftrekpercentage kan evenwel nooit lager zijn dan 40% en nooit hoger dan 100%.

Het gros van de benzine- en dieselwagens hebben op vandaag een fiscaal aftrekpercentage tussen de 50% en 65%. De kosten verbonden aan elektrische wagens zijn volledig aftrekbaar om de eenvoudige reden dat deze wagens geen uitstoot hebben en de formule dus resulteert in een aftrekbaarheid van 100%. Ook de hybride wagens die een brandstofmotor combineren met een elektrische motor, zijn nagenoeg steeds 100% aftrekbaar. Dit geldt echter enkel voor hybridewagens die over een batterij met een energiecapaciteit van minstens 0,5 kWh per 100 kilogram wagengewicht beschikken en niet meer dan 50 gram CO2 per kilometer uitstoten. De wagens die niet aan deze voorwaarden voldoen worden ook wel ‘valse hybrides’ genoemd. Deze ‘valse hybrides’ worden

fiscaal gelijkgesteld met wagens die enkel over een brandstofmotor beschikken, wat een lagere aftrekbaarheid tot gevolg heeft.

Daling fiscale

aftrekbaarheid vanaf 2023

De vergroening van de wagenfiscaliteit treedt de komende jaren trapsgewijs in voege. De eerste wijziging heeft betrekking op de aftrekbaarheid van brandstofkosten voor hybridewagens, en trad in werking op 1 januari 2023.

Wagens met enkel een verbrandingsmotor

Voor wagens die enkel over een verbrandingsmotor beschikken en vanaf 01/07/2023 besteld worden, wordt het fiscaal aftrekpercentage gedurende de gebruiksduur van de wagen stelselmatig naar nul herleid. Deze afbouw van de fiscale aftrekbaarheid gaat in vanaf aanslagjaar 2026 (boekjaar ten vroegste gestart op 01/01/2025). Het maximale aftrekpercentage van deze wagens wordt als volgt afgebouwd: AJ 2026: 75% - AJ 2027: 50% - AJ 2028: 25% - AJ 2029: 0%.

Hybride wagens

Voor hybridewagens die besteld worden tussen 01/01/2023 en 01/07/2023 wordt de aftrekbaarheid nog steeds berekend door middel van de voorheen genoemde formule. Voor deze wagens wordt de aftrekbaarheid van de fossiele brandstoffen echter beperkt tot maximaal 50%. Deze aftrekregeling blijft behouden gedurende de volledige gebruiksduur van de wagen. Voor wagens die besteld worden vanaf 01/07/2023, zal de fiscale aftrek van maximum 100% (50% op fossiele brandstoffen) enkel nog voor aanslagjaar 2024 en 2025 van toepassing zijn. Vanaf aanslagjaar 2026 zal het aftrekpercentage vervolgens jaar na jaar gradueel zakken om uiteindelijk in aanslagjaar 2029 (boekjaar vanaf 01/01/2028 en later) volledig uit te doven.

Wagens met enkel een elektrische motor Volledig elektrische wagens die voor 01/01/2027 aangekocht worden, behouden hun 100% aftrekbaarheid gedurende de volledige gebruiksduur. Vanaf 2027 zal het aftrekpercentage jaar na jaar afgebouwd worden. Hierbij zal gekeken worden naar het aftrekpercentage dat van toepassing is in het jaar van aankoop. Dit percentage zal vervolgens gedurende de gehele gebruiksduur behouden blijven. Zo zal voor elektrische wagens die aangekocht worden tussen 01/01/2027 en 31/12/2027 gedurende de hele gebruiksduur het aftrekpercentage van 95% van toepassing zijn. De fiscale aftrekbaarheid wordt jaar na jaar trapsgewijs afgebouwd om uiteindelijk tot een vast aftrekpercentage van 67,5% te komen voor aankopen vanaf 1 januari 2031.

Victor Battiau, Fiscaal

adviseur

Bij iedere toekomstbepalende beslissing staan we voor jou klaar

Ontdek wat Titeca voor jou kan betekenen www.titeca.pro

Investeren in tijden van hoge inflatie

Inflatie is sinds vorig jaar één van de belangrijkste thema’s op de financiële markten. Na een periode van verschillende decennia waarin inflatie gestaag steeg en onder controle leek, is sinds 2022 het algemene prijspeil wereldwijd door het dak gegaan. In de VS bereikte de jaarlijkse inflatie afgelopen zomer een piek van meer dan 9%, terwijl in verschillende Europese landen de pieken ver boven de 10% uitkwamen. Voor dergelijke niveaus moeten we al teruggaan tot begin jaren 80. Naast het feit dat het leven voor iedereen een heel stuk duurder wordt, heeft het eveneens een aantal belangrijke implicaties op de financiële markten.

Rentevoeten zijn sterk gestegen, weliswaar van historisch lage niveaus, wat de waardering van zowat alle activa heeft doen afnemen, terwijl speculatieve zeepbellen prompt werden doorprikt. Speculanten die het voorbije decennium niets anders gekend hebben dan heel lage tot zelfs negatieve rentes, zijn met de neus heel hard op de feiten gedrukt. Toekomstige kasstromen zijn nu eenmaal onontbeerlijk in het waarderen van activa en waardering is nu eenmaal belangrijk.

De kiemen voor de huidige hoge inflatie kunnen teruggevonden worden in het uitbreken van de Covid-pandemie, intussen al ongeveer 3 jaar geleden. Initieel ging de coronacrisis gepaard met een sterk dalende inflatie en in sommige regio’s zelfs deflatie. Toen zowat de hele wereld in lockdown ging, stonden onze economieën letterlijk even stil, wat de vraag naar producten en diensten deed ineenstorten, alsook de prijzen. De reactie van bedrijven en overheden liet echter niet lang op zich wachten, wat de inflatie uiteindelijk weer deed aanwakkeren. Productie werd al dan niet gedwongen stilgelegd, voorraden werden afgebouwd, terwijl massaal in de kosten werd geknipt. De aanvoerketen werd hierdoor grondig verstoord.

Niets deed vermoeden dat er snel een oplossing ging komen, tot vaccins in recordtempo werden ontwikkeld en toegediend, waardoor in 2021 in veel landen een grote immuniteit werd opgebouwd. Lockdowns werden opgeheven en de vraag naar goederen en diensten hernam veel sneller dan iedereen had gedacht. Een vraag die mede gedreven werd door de expansieve monetaire en fiscale maatregelen genomen door centrale banken en overheden wereldwijd, waardoor massaal geld in de economie

werd gepompt. Rentes werden gedrukt tot recordlaagtes, met zelfs negatieve rentes op heel wat activa. De vraag werd zo omhoog gestuwd en leidde al snel tot een oververhitting van veel economieën. Dit leidde tot serieuze tekorten in sommige goederen omdat bedrijven het moeilijk hadden deze explosieve vraag te volgen, door slepende lockdowns in sommige delen van de wereld maar ook door personeelstekorten. Nu nog hebben lockdowns in China een impact op de productie van sommige producten die nodig zijn om afgewerkte producten te produceren.

Ten slotte deed de oorlog in Oekraïne de inflatie helemaal ontsporen. Het heeft tot een nooit geziene energiecrisis geleid, zeker in Europa, waar we het gros van onze grondstoffen moeten invoeren. Fors gestegen energieprijzen hebben de inflatie finaal naar recordhoogtes doen stijgen. Hoe kunnen beleggers nu omgaan met dergelijke inflatie? Aandelen zijn historisch gezien altijd een goeie ‘hedge’ gebleken tegen oplopende inflatie. De redenen daarvoor zijn dat bedrijven verschillende wapens hebben om hun winsten en marges te beschermen. In eerste instantie kunnen veel bedrijven de prijzen aanpassen aan de gestegen kosten. Het is daarom belangrijk op zoek te gaan naar bedrijven die een grote prijszettingsmacht hebben. Een goed voorbeeld hiervan is Solvay. Terwijl de gemiddelde prijsstijging voor Solvay in 2021 5% bedroeg, was dit in 2022 plots 20% in het eerste kwartaal, 26% in het tweede en zelfs meer dan 30% in het derde kwartaal. Het maakt dat Solvay zijn omzetcijfer nooit zo snel heeft weten stijgen als afgelopen jaar. Daarenboven kunnen bedrijven in de kosten snijden en efficiëntiemaatregelen nemen. Zo wist Solvay zijn marges te verhogen, ondanks de forse stijging die ze

kenden in hun grondstoffen, personeelsen distributiekosten. De winstgroei van veel bedrijven is daardoor vorig jaar fors versneld.

Voor Europese bedrijven die internationaal actief zijn, komt daar nog bovenop dat de zwakke Euro een verdere boost geeft aan de winstgroei gezien de winsten behaald buiten de Eurozone in euro vertaald meer waard zijn. Tenslotte, terwijl gestegen rentes negatief zijn voor bedrijven met veel financiële schuld op de balans, is het omgekeerde waar voor bedrijven met heel veel cash op de balans, zoals typisch veel technologiewaarden. Deze cash brengt zo een hogere rentevergoeding op. Apple bijvoorbeeld heeft momenteel 60 miljard dollar aan netto cash op zijn balans. Een 3% hogere rente, geeft zo 1,8 miljard dollar aan extra winst voor het bedrijf.

Naast aandelen kunnen ook specifieke bedrijfsobligaties een bescherming bieden tegen inflatie. Zo kan u obligaties met een vlottende rente kopen, waarbij de rente periodiek aangepast wordt aan de huidige rentestand, of inflatiegelinkte obligaties waarbij een reële coupon wordt uitgekeerd en de waarde van de obligatie wordt aangepast aan de effectieve inflatie van die periode, waardoor uw vermogen te allen tijde beschermd is voor oplopende inflatie.

In tijden van hoge inflatie verdampt het geld op uw spaarboekje ieder jaar in reële termen, zeker tot zolang rentes beneden de huidige inflatie liggen. Beter is uw geld te activeren in bedrijven van hoge kwaliteit, die prijszettingsmacht hebben om hun winsten te beschermen. Uw vermogen zal er op de lange termijn wel bij varen.

Bart Mortier, Directeur West- en Oost-Vlaanderen CapitalatWork NV

De Langhe Advocaten

Cassatie geeft de fiscus munitie in de problematiek rond 6% op renovaties

Bepaalde werken in onroerende staat, zoals bijvoorbeeld renovatiewerken, kunnen gefactureerd worden aan een verlaagd BTW-tarief van 6% in plaats van het algemene BTWtarief van 21% voor (ver)nieuwbouwwerken. In het verleden zijn al meermaals discussies opgelaaid over waar nu precies de grens ligt tussen een nieuwbouw en een renovatie. Recent heeft het Hof van Cassatie zich ondubbelzinnig uitgesproken over dit onderscheid. Ditmaal heeft het Hof een strengere interpretatie gehanteerd.

Verlaagd BTW-tarief van 6% op renovaties Werken in onroerende staat kunnen – onder voorwaarden – genieten van een BTW-tarief van 6%, wanneer het handelingen betreffen die de omvorming, renovatie, rehabilitatie, verbetering, herstelling of het onderhoud (met uitsluiting van de reiniging), geheel of gedeeltelijk, van een woning tot voorwerp hebben. Daartegenover staan (ver)nieuwbouwwerken die onderworpen zijn aan een BTW-tarief van 21%.

Aangezien de wetgever heeft nagelaten om een beschrijving te geven van hetgeen dient te worden verstaan onder “omvorming” of “renovatie”, blijkt uit de casuïstiek dat er reeds lang onenigheid tussen de belastingplichtige en de fiscus is over de feitelijke interpretatie hieromtrent.

In het verleden heeft de fiscus haar standpunt omtrent het onderscheid tussen een renovatie en een nieuwbouw reeds meermaals toegelicht in een administratieve aanschrijving en een administratieve beslissing. Hierbij kwamen de volgende drie criteria naar voren, die cumulatief aanwezig moeten zijn opdat er sprake is van een renovatie:

• de renovatiewerken moeten op een relevante wijze steunen op oude dragende muren (in het bijzonder de buitenmuren) en, meer algemeen, op de wezenlijke elementen van de structuur van het te renoveren gebouw;

• de oppervlakte van het oude gedeelte is groter dan de helft van de totale oppervlakte van de woning of het woningcomplex na de uitvoering van de werken; en

• het nieuwe gedeelte kan niet onafhankelijk van het oude gedeelte functioneren maar vult het oude gedeelte aan en vormt er dus inzake aanwending van het gebouw een geheel mee.

Evenwel heeft de rechtspraak meermaals beklemtoond dat de voormelde criteria slechts een leidraad vormen voor de fiscus zelf. Dergelijke administratieve richtlijnen hebben immers geen kracht van wet.

Hof van Cassatie past strenge interpretatie toe Eind 2022 gaf het Hof van Cassatie echter een strenge interpretatie aan het onderscheid tussen een verbouwing en een nieuwbouw, waarbij het wel de mosterd lijkt te hebben gehaald bij de voormelde administratieve richtlijnen. Vooreerst stelt het Hof dat er sprake is van nieuwbouw als de uitgevoerde werken niet steunen op de wezenlijke elementen van de structuur van het gebouw. Daarenboven is het Hof van Cassatie van oordeel dat er eveneens sprake is van nieuwbouw als de wezenlijke elementen van de structuur van het gebouw, en in het bijzonder de fundering van het gebouw, substantieel dienen te worden vernieuwd of verstevigd om de uitgevoerde werken te ondersteunen.

Deze strengere interpretatie heeft tot gevolg dat het voortaan moeilijker kan zijn, naargelang het geval, om te kunnen genieten van het BTW-tarief van 6%. Waar in het verleden door de rechtspraak werd aanvaard dat de renovatiewerken aan een oude schuur konden genieten van het verlaagd BTW-tarief spijts deze werken steunden op oude muren en funderingen die verstevigd werden, leiden wij uit de visie van het Hof van Cassatie af dat dit

niet meer aanvaard wordt bij de renovatie van een oude hoeve indien de fundering en buitenmuren verstevigd werden om hun dragende functie te kunnen blijven vervullen.

Besluit

De kwalificatie als renovatie dan wel als nieuwbouw blijft een feitenkwestie en zal steeds naargelang het concrete geval moeten worden beoordeeld. In het licht van de strenge visie van het Hof van Cassatie heeft de fiscus nieuwe munitie om het BTW-tarief van 6% sneller te weigeren, waardoor mogelijks een resem aan nieuwe discussies zullen ontstaan.

Mathias De Schrijver en Evert Moonen, De Langhe Advocaten

(0) 56 62 50 00

tax - M&A - governance finance - commercial +32 (0) 9 277 04 54

Koningsstraat 71 B-1000 Brussel contact@de-langhe.be www.de-langhe.be

2 880 35 35

3Square Village - Rijvisschestraat 124 B-9052 Gent

+32

Henri Lebbestraat 109 B-8790 Waregem +32 (0)

Christophe Vandenberghe — Top Interieur

“We zitten boordevol ambitie”

In het ruime aanbod aan meubelwinkels neemt Top Interieur een prominente plaats in. Achter de bekende zaak in Izegem gaat een 100% West-Vlaams familiebedrijf in de tweede generatie schuil, vertegenwoordigd door 2 familietakken (Sintobin en Verfaillie) en met 3 pijlen op de boog, namelijk winkels in Izegem, Massenhoven en Diegem. “We willen vooral anders zijn dan de anderen”, zegt CEO Christophe Vandenberghe.

Christophe Vandenberghe, Ilse Sintobin en dochter Aline.

Wat moeten we weten over de voorgeschiedenis van dit bedrijf?

“In 1982 werd het toenmalige Top Mart opgericht door mijn schoonouders Jan Sintobin en Christine Verfaille, alsook door Patrick Verfaille (de broer van Christine) en zijn vrouw Marleen. Bedoeling was niet zozeer een grote meubelzaak uit de grond te stampen, maar wel een winkel die je zou kunnen vergelijken met een soort doehet-zelfzaak. Toen Patrick zwaar ziek werd en amper 1 jaar na de opening overleed, runden mijn schoonouders de zaak verder. Het was een sprong in het diepe, met ups en downs, zoals dat wel vaker gaat in het ondernemerschap. Maar het draaide goed uit. Volgens mijn schoonvader kwam de volledige omschakeling naar een meubelzaak er toen hij de hand kon leggen op een grote partij tuinmeubelen, die vlot aan de man werd gebracht. Eind de jaren 80 volgde al een eerste grote uitbreiding, op dezelfde locatie als nu. In 1997 kwam dan de grote verbouwing. Meteen werd ook de nieuwe naam Top Interieur in de markt gezet, met vanaf dan de focus integraal op een meubelaanbod van het betere soort. Quasi tegelijkertijd besliste de familie om meubelwinkel Meubellux in Massenhoven over te nemen, in die tijd groter dan de winkel in Izegem. Die werd ook meteen omgedoopt tot Top Interieur. Ilse was al een paar jaar actief in de zaak, voor mij was het het begin van een nieuwe periode in mijn leven. Mijn schoonvader draaide nog een paar jaar actief mee, maar na een paar echt intense jaren door de overnames van de zaken in Massenhoven en Diegem én de uitbreiding van de winkel in Izegem, zei hij op een dag gewoon dat het nu ‘aan ons was’. Die wissel verliep vrij geruisloos en zonder veel formaliteiten. Achter de schermen bleven mijn schoonouders wel interesse tonen en advies geven als het om investerings- en toekomstplannnen ging.”

Wat maakt Top Interieur anders dan anderen, in een bijzonder druk bezet speelveld?

“De keuze voor een upscale aanbod werd al vrij vroeg gemaakt. Ofwel kies je ervoor om

actief te worden in het lagere discountsegment, ofwel probeer je de focus te leggen op het betere, kwalitatievere, aanbod. Het is dan zaak om dat over de hele lijn door te trekken. Niet alleen de collectie moet top zijn. Hetzelfde geldt ook voor het advies aan de klant en de verkoop, voor de levering en uiteindelijk voor de dienst na verkoop. Daar hebben we altijd over gewaakt. Daarnaast proberen we de internationale trends te volgen. En natuurlijk moeten onze winkels zich profileren als uithangborden, waar het familiale karakter en de klantvriendelijke bediening voorop staan.”

Van het Autosalon wordt gezegd: wie een auto wil kopen, moet die auto ook zien en voelen. Is dat ook zo in de meubelbranche?

“Uiteraard is dit dé branche waar het ‘touch and feel’-aspect belangrijk is. Dat hebben wij meer dan ooit vastgesteld tijdens de coronaperiode: mensen vroegen offertes aan en zeiden dat ze de kleur zouden vastleggen na de lockdowns. Bovendien speelt het comfort een belangrijke rol. Ondanks alle evoluties in artificiële intelligentie, blijft het testen en voelen cruciaal. Alles online overbrengen, is niet mogelijk.”

Het heet dat de meubelindustrie in onze contreien grotendeels is verdwenen. Is dat zo?

“We hebben in totaal zo’n 150 meubelbedrijven die ons toeleveren. U zal er misschien van opkijken, maar we kopen nog altijd graag en ook veel in onze eigen contreien. België blijft zeer belangrijk en daarnaast zijn er ook Nederland, Duitsland, de Scandinavische landen en Italië, zonder Oost-Europa te vergeten. En jawel, er is in eigen land nog meer aanbod dan algemeen wordt gedacht. De kwaliteit is ook wat we verlangen. De massa- of serieproductie van de klassieke eetkamer of de klassieke slaapkamer met commode, is geen Belgisch verhaal meer, omwille van de loonkosten. Maar voor de rest? ‘Made in Belgium’ staat voor kwalitatieve meubelen met meer toegevoegde waarde. We zien een heroriëntatie naar fabrikanten die niet

méér, maar minder modellen maken, maar met veel meer keuzemogelijkheden. Zelfs maatwerk kan soms. In onze eigen streek hebben we mooie voorbeelden van kwalitatieve fabrikanten.”

Met zoveel spelers lijkt een consolidatie een kwestie van tijd, toch?

“Pertinent dat u er op wijst. Het antwoord kan alleen maar bevestigend klinken. Vroeg of laat staat er iets te gebeuren. Daar is meer dan één reden voor. Bij veel meubelwinkels is er geen aflossing van de wacht en zijn de stichters niet meer van plan te investeren of nog langer ‘winkeltje te spelen’. Bij een deel van onze sector ligt er op het vlak van professionalisme nog veel werk op de plank. Daar kunnen er zich zeker opportuniteiten voordoen. Wij houden ogen en oren open. Je kan interne groei beogen, maar externe overnames gaan nu eenmaal sneller. Bovendien worden we geconfronteerd met steeds strengere reglementeringen en een grotere papierwinkel van overheidswege bij het uitbreiden of investeren in een nieuwe winkel. En ook de energiecrisis zorgt voor vraagtekens omtrent toekomstige investeringen in onze sector.”

Afgezien van eventuele overnames, zijn jullie van plan om zelf te investeren in het bestaande aanbod en/of de bestaande infrastructuur?

“De tijd is gekomen om weer grote ambities te hebben, maar de molen van de administratie en de vergunningen maalt traag, dat weet iedereen. Wij dromen ervan om de winkel en het centrale magazijn in Izegem te centraliseren op één site, zoals wij in Massenhoven gedaan hebben met de bouw van een hoogstapelmagazijn achter een compleet nieuwe winkel. Dat zou willen zeggen dat de site langs de Rijksweg (de vroegere meubelfabriek C&B), waar nu ons magazijn staat, op termijn zou vrijkomen. Samen met andere actoren, zoals de stad, de provincie en projectontwikkelaar, zijn we aan het bekijken om ook daar een nieuw project te realiseren. We denken aan een volwaardige kmo-zone. De vraag is er in elk geval, en het zou onze bijdrage kunnen zijn aan nieuw ondernemerschap. We hopen die droom waar te maken. Wordt vervolgd.”

Het woordje “crisis” valt te pas en te onpas in de media en in de maatschappij. Hoe voelt u zelf de polsslag van de economie?

“We komen minstens maandelijks samen om na te denken en te brainstormen over de toekomst. Hoe een ‘Top Interieur 2.0’ of een ‘Top Interieur 3.0’ er moet uitzien, houdt me bezig.”

“We komen uit een periode met lockdowns en beperkte reismogelijkheden, en zo kreeg het interieur de volle aandacht. De oorlog in Oekraïne, de brandstofprijzen, alle feestjes en reizen die ingehaald moesten worden en de zeer zonnige zomer hebben voor een terugval gezorgd. Sinds het najaar merken we weer beterschap. We maken ons het meest zorgen over wat de toekomst brengt. Enerzijds beschermt de automatische loonindexering de koopkracht en houdt ze zo de binnenlandse consumptie relatief op peil. Anderzijds komen de hogere loonkosten op het bord van de ondernemer terecht naast de hogere energietarieven en de hogere aankoopkosten. Koppel daaraan een omzet die onder druk staat en het wordt zaak om de cijfers rigoureus in de gaten te houden. En wat de energiekosten betreft, moet de politiek zeer snel beslissen om liefst alle kerncentrales open te houden. Het getalm kost ons welvaart. Een ontwikkelde maatschappij heeft stabiele, overvloedig beschikbare en betaalbare energie nodig als basis van welvaart.”

Het typeert familiebedrijven dat de CEO’s vaak te veel bezig zijn met het dagelijks operationele, te weinig met de lange termijn. Voelt u zich aangesproken?

“Als ik eerlijk mag zijn: niet echt. Natuurlijk moeten er dagdagelijks zaken opgelost worden. Maar we denken ook wel verder. We komen minstens maandelijks samen om na te denken en te brainstormen over de toekomst. Hoe een ‘Top Interieur 2.0’ of een ‘Top Interieur 3.0’ er moet uitzien, houdt me evengoed bezig. Ook daaraan wordt dagelijks gewerkt. Zoals ik al zei: een rol spelen in de consolidatie, een nieuwbouw, de opvolging,… Er is ook op termijn voldoende werk op de plank.”

Ruim de helft van de familiebedrijven begint veel te laat aan de opvolgingsproblematiek, zo leert een recente studie. Willen jullie het anders doen?

“Mijn schoonvader is er destijds in elk geval tijdig aan begonnen (lacht). Maar als de vraag is of we nu al een familiecharter hebben waarin alle scenario’s en afspraken zijn vastgelegd, dan is het antwoord ‘neen’. We willen wel in die richting werken. In Massenhoven leidt mijn schoonbroer Pieter samen met zijn echtgenote Amélie de winkel en Frederik Verfaillie runt de winkel in Diegem. In Izegem kan ik mij geen sterkere metgezel inbeelden dan mijn vrouw

Christophe Vandenberghe is voortdurend op zoek naar de ideale marketingmix. “In folders, brochures of catalogussen – zoals vroeger – geloven we niet meer. Dat is grotendeels passé, zo denken wij. Communiceren met de potentiële klant gebeurt nu grotendeels via de social media. Je kan er doelgroepen goed cibleren en we denken minder ‘waste’ te hebben. Daar zetten we zwaar op in, aangevuld met mediapubliciteit. Zo is radio nog steeds een uitstekende drager. Sinds kort adverteren wij ook regelmatig in de betere tijdschriften of magazines”, klinkt het.

het advies aan de klant en de verkoop, voor de levering en uiteindelijk voor de dienst na verkoop.”

Ilse. Stilaan meldt de volgende generatie zich. Er is interesse, hier en in Antwerpen. Onze dochter Aline is na haar studies gestart en doorloopt nu alle afdelingen en ook Charles , de zoon van Pieter, staat te popelen om in de zaak te komen. Maar ik ben zelf als oudste nog maar net 50, de rest van de familie zijn veertigers. We lopen dus zelf ook nog de nodige tijd mee. Misschien gebeurt het wel zoals destijds met ons gebeurde: op een dag maak je de weg vrij.”

Studies tonen aan dat er meer en meer biedingen komen op bedrijven die

officieel helemaal niet te koop stonden. Moet dit een familiaal bedrijf blijven?

“Om het met een boutade te zeggen: alles is te koop (lacht). De volgende generatie moet ook nog even hard willen werken: 6 dagen op 7, of soms meer, met het bedrijf bezig zijn. Maar ernstig nu: we zijn zelf nog te jong en we hebben ook nog allebei zoveel ambitie, gezien de projecten die in ons hoofd zitten. Denk maar aan de voortrekkersrol die we willen spelen in de consolidatiebeweging. In mijn hoofd broedt nog van alles.”

(Karel Cambien - Foto’s Stefaan Achtergael)

“Niet alleen de collectie moet top zijn. Hetzelfde geldt voor

Unilin investeert

2,5

miljoen euro in eigen opleidingscentrum

“Industrie kan belangrijke rol spelen in onderwijs en vorming”

Unilin Group heeft 2,5 miljoen euro geïnvesteerd in een eigen opleidingscentrum, dat ‘The Dive’ werd gedoopt. “Onze nieuwe collega’s worden er opgeleid en onze huidige medewerkers bijgeschoold”, zegt Talent Director Nick Leenaert. “Maar we stellen The Dive ook open voor externe partners: leerlingen en studenten van onderwijsinstellingen uit de ruime regio kunnen hier praktijkervaring opdoen. De beste manier om de krapte op de arbeidsmarkt te tackelen.”

Unilin Group is met een omzet van 2,7 miljard euro een wereldwijde referentie in interieurdesign en bouw. “We ontwikkelen, produceren en vermarkten vloerbedekking, MDF- en spaanplaten en isolatiemateriaal”, zegt CEO Bernard Thiers. “We hebben meer dan 8.600 medewerkers verspreid over 105 locaties over de hele wereld, waarvan 30 productievestigingen. 3.800 daarvan zijn tewerkgesteld in België. De meerderheid daarvan werkt vanuit Wielsbeke.”

Net als voor vele andere maakbedrijven vormt de arbeidskrapte, en meer bepaald de kwalitatieve en kwantitatieve mismatch op de arbeidsmarkt, ook voor Unilin een steeds grotere uitdaging. “Het menselijk kapitaal is nochtans net hetgeen waarmee maakbedrijven zich kunnen onderscheiden van hun (buitenlandse) concurrenten”, zegt

Thiers. “Produceren in ons land is duur. We hebben geen goedkope energie voorhanden, en ook geen goedkope grondstofprijzen. Om op wereldvlak concurrentieel te blijven, moeten we het met andere woorden van innovatie hebben en van producten met een hoge toegevoegde waarde. Alleen met menselijk kapitaal kunnen we daarin het verschil maken.”

Expertisecentrum

Om dat te kunnen doen, pakt Unilin Group uit met een gloednieuw opleidingscentrum. Nieuwe collega’s worden er opgeleid, bestaande medewerkers worden er bijgeschoold en leerlingen en studenten kunnen er praktijkervaring opdoen. “Het expertisecentrum in de wereld voor laminaat en luxevinyltegels ligt hier in Vlaanderen”, zegt Thiers. “Wij zijn vastberaden dat zo te houden en zelfs te versterken. Naast het permanent bijscholen van onze huidige medewerkers in een steeds complexere industrie 4.0, is en blijft het vinden van de juiste nieuwe collega’s de komende jaren één van onze grootste uitdagingen.”

“Onderwijs en vorming zijn niet langer enkel de verantwoordelijkheid van onderwijsinstellingen”, zegt Nick Leenaert, Talent Director. “Ook de industrie kan een belangrijke rol spelen. De technologie verandert zo snel. Het is voor scholen niet mogelijk om steeds mee te zijn met de nieuwste snufjes en machines. Studenten kunnen binnen ons bedrijf wel praktijkervaring opdoen met de nieuwste technologie onder begeleiding van onze ervaren medewerkers. Zo hebben we al verschillende succesverhalen binnen duaal leren kunnen ondersteunen en ontvangen we elk jaar 50 leerlingen voor een stage of eindwerk. Met deze samenwerking willen we STEM-talent stimuleren om te kiezen voor een job in de maakindustrie.”

“Het expertisecentrum in de wereld voor laminaat en luxevinyltegels ligt hier in Vlaanderen. Wij zijn vastberaden dat zo te houden en zelfs te versterken.”

— BERNARD THIERS

The Dive werd opgetrokken aan de inkom van de hoofdvestiging in Wielsbeke. Er werd bewust gekozen voor een apart gebouw, om de drempel ernaartoe te verlagen. “Naast leerlingen en studenten die we hier over de vloer krijgen voor workshops en lessen, wordt dit ook de plek waar we onze eigen medewerkers ‘upskillen’ en ‘reskillen’”, zegt Leenaert.

“Met The Dive willen we onze medewerkers een antwoord geven op alle vragen rond hun loopbaan en opleiding. Specifieke programma’s begeleiden medewerkers die nog niet noodzakelijk over de juiste skills beschikken naar een volgende stap in hun carrière.”

Levenslang leren

“Een voorbeeld daarvan is het interne programma waarmee we onze operatoren begeleiden om aan de slag te gaan met eenvoudige technische taken, zoals het afstellen of vervangen van sensoren. Operatoren ontwikkelen zo hun technische kennis en technici krijgen ruimte om complexere taken op zich te nemen.” The Dive is op die manier ook een investering van 2,5 miljoen euro in levenslang leren. “Nieuwe medewerkers krijgen hier de opleiding die ze nodig hebben om bij ons aan de slag te gaan. Ook als ze niet de nodige

The Dive wel een versnelling hoger”, zegt Thiers. “Door alles rond opleidingen hier te bundelen en verschillende partners samen te brengen, werden hopelijk ook nieuwe initiatieven gestimuleerd. Met The Dive creëren we een ecosysteem waarin alle relevante stakeholders zoals eigen medewerkers, kandidaten, scholen, universiteiten en

opleidingsinstellingen connecteren rond levenslang leren. En voorlopig hebben we enkel een The Dive in Wielsbeke, maar we hebben plannen om ook bij onze andere vestigingen een fysieke vertegenwoordiging van The Dive te voorzien.” (JM - Foto Kurt)

“We zullen hier leerlingen en studenten over de vloer krijgen voor workshops en lessen. Dit wordt ook de plek waar we onze eigen medewerkers upskillen en reskillen.”

— NICK LEENAERT

Bart Den Tijn (Operations Learning & Training Manager) en Nick Leenaert (Talent Director).

DOSSIER machinebouw en metaalconstructie

“Wij willen ondernemen vanuit onze waarden”

Nancy Van Damme en Bart Vandepitte.

Verhuis naar duurzame nieuwbouw maakt BO-Solutions klaar voor de toekomst

BO-Solutions maakt haar ambities waar. Het metaalverwerkende maakbedrijf uit Roeselare verhuisde eind vorig jaar naar een nieuw bedrijfsgebouw en realiseerde een groei van circa 18%, tot 6,5 miljoen euro in 2022. “De grootste winst is dat we ons 30-koppige team nu een comfortabele werkomgeving kunnen bieden.”

Bart Vandepitte had als ingenieur al behoorlijk wat nationale en internationale ervaring opgebouwd, toen hij in 2013 besloot om te gaan ondernemen en de overname van BO-Solutions realiseerde. “Het bedrijf bestaat sinds 1986 en had al een prima reputatie qua metaalbewerking”, vertelt de bedrijfsleider. “Van prototyping en stukwerk over kleine en middelgrote series tot reverse engineering: we doen het allemaal. De productie van complexe, fijnmechanische bewerkingen van metalen precisie-onderdelen op maat en tooling, vooral voor machinebouw: alles gebeurt met de focus om te blijven innoveren.”

Dat bleek een schot in de roos, alleen beantwoordde de bedrijfssite niet meer aan de huidige normen. “Er was nood aan verandering op het vlak van comfort, duurzaamheid, kostenefficiëntie, flexibiliteit en productiviteit”, zegt Barts echtgenote Nancy Van Damme. “In 2019 hebben we de bouwgrond gekocht. Corona heeft het bouwproces aanzienlijk vertraagd, maar op 1 november 2022 konden we onze intrek nemen op de nieuwe locatie, gelegen in

Bedrijvenpark Wijnendale, in het noorden van Roeselare.”

Welzijn van de medewerkers prioritair

De nieuwbouw is 15% groter dan het vorige pand en dat is niet de enige troef. “De fabriekshal is voorzien van grote ramen en lichtkoepels, waardoor het gebouw continu baadt in daglicht. Een zelfsturend klimatisatiesysteem heeft de capaciteit om tot 3 keer per uur alle lucht in de ruimtes te filteren. Ondersteund door een slimme manier van isoleren en 3.000 m² zonnepanelen voorziet het ook in koeling en verwarming door hergebruik van de warmte van de machines. Moderne burelen en een industrieel ingericht bedrijfsrestaurant waar het aangenaam toeven is, zorgen voor een positieve teamgeest.”

Enkel knelpuntberoepen zijn actief in dit bedrijf en daarom zijn er constant vacatures. “Het doet ons plezier dat wij van de hr-kantoren die ons ondersteunen vaak het signaal krijgen dat wij een positief imago genieten bij de kandidaten. Ons team bestaat uit mensen met verschillende leeftijden, culturen en achtergronden. Die diversiteit leidt tot innovatie en de sleutel daarvoor is respect. Ongetwijfeld zullen de nieuwbouw en het feit dat wij een people first-bedrijf zijn, extra argumenten zijn in de war for talent.”

Wie gemotiveerd is om fijn mechanisch werk zoals CNC-draaien, frezen, slijpen, leppen, lassen en andere bewerkingen helemaal onder de knie te krijgen, komt

Duurzaam ondernemen

Dit sterk staaltje ondernemerschap van BO-Solutions werd door de stad Roeselare opgemerkt, wat hen een nominatie voor de Roeselare Awards 2022 in de categorie ‘Bedrijf van het jaar’ opleverde. “Wij zijn zeer dankbaar voor deze erkenning. Ons engagement qua duurzaam ondernemen wordt duidelijk geapprecieerd. Zo zijn we al ruim 8 jaar partner en believer van het Belgische Agoria Solar Team, een studentengroep van KU Leuven die een zonnewagen bouwde. Sinds vorig jaar steunen we ook een lokaal project van VTI Roeselare, de waterstofwagen VTIR@tomic1. Om het plaatje compleet te maken, maken wij ook deel uit van de Klimaatcoalitie van Roeselare”, besluit Nancy Van Damme.

hier in een gespreid bedje terecht, klinkt het. “Onze mensen hebben allemaal een doorgedreven technische knowhow die ze met plezier doorgeven. Kandidaten die beschikken over de nodige competenties of die willen leren, kunnen bij ons onmiddellijk aan de slag.” (BVC - Foto Kurt)

www.bo-solutions.be

“Een zelfsturend klimatisatiesysteem heeft de capaciteit om tot 3 keer per uur alle lucht in de ruimtes te filteren.”

— NANCY VAN DAMME

OOK PLAATS ÉN PERSONEEL TEKORT?

ONZE OPLOSSING VOOR UW PROBLEEM

COMPACT

AUTOMATISCH MAGAZIJN

VOOR BUITENMAATSE GOEDEREN

TOT L x B x H 1,8 x 2,6 x 1,2 m

EEN OPLOSSING MET ENKEL VOORDELEN:

+ PERSONEEL 0

+ FOUTEN 0%

+ SCHADE 0%

+ RUIMTE -50%

+ SNELHEID +100%

+ RETURN < 5 JAAR

+ ENERGIE -40%

INTERESSE OM ONS

AUTOMATISCH MAGAZIJN IN WERKING TE ZIEN?

Maak NU een afspraak via sales@deprez.be

“Productieplanning ook volledig gedigitaliseerd”

Metaalconstructie Vanderscheuren centraliseert alle activiteiten

Metaalconstructie Vanderscheuren in Diksmuide nam enkele maanden geleden een nieuwbouw in gebruik. Alle productie wordt er voortaan gecentraliseerd op één locatie. En dankzij een nieuw softwaresysteem is de productieplanning volledig gedigitaliseerd. “De grootste uitdaging blijft echter de war for talent”, zegt CEO Wim Leus.

Metaalconstructie Vanderscheuren maakt onderdelen voor de machinebouw.“Onze onderdelen komen terecht in weefgetouwen, landbouwvoertuigen, interieurverlichting, cilinders,…”, zegt Wim Leus. “Door ons ruime machinepark zijn we een onestopshop voor metaalbewerking. Metaal komt hier binnen in plaat-, staaf- of buisvorm en wij branden, laseren, lassen, zagen, frezen, plooien en draaien tot het formaat dat de klant nodig heeft.” Vanderscheuren heeft altijd sterk geïnvesteerd in het machinepark. “Elk jaar investeren we steevast 1 miljoen euro in state-of-the-art machines. Dat maakt van ons machinepark toch onze grootste troef. Met onze brandmachine kunnen we bijvoorbeeld metaalplaten tot 30 centimeter dik snijden.” Het bedrijf draait een omzet van 20 miljoen euro met zo’n 120 personeelsleden. “Tot voor kort werkten we vanuit 4 verschillende locaties, maar naast ons hoofdgebouw hebben we nu een nieuwbouw gezet. Daardoor kunnen we al onze productieactiviteiten voortaan centraliseren. Onze productieruimte ging ook in één klap van 14.000 m² naar 17.000 m².”

Een andere nieuwigheid die Vanderscheuren recent invoerde, is een ‘Shop Floor Control’-systeem. Dat heeft de productieplanning helemaal gedigitaliseerd. “Het computersysteem berekent wanneer we met de productie voor welke bestelling op welke machine moeten starten, om op tijd te kunnen leveren. Als we lastminutevragen binnen krijgen, kunnen we daar heel snel op checken op welke termijn de vraag nog haalbaar is, zonder andere bestellingen in het gedrang te brengen. Een grote stap voor ons, maar een goede zet: onze leverbetrouwbaarheid schoot de lucht in.”

Nationaliteiten

De grootste uitdaging van Vanderscheuren is, net zoals voor veel andere maakbedrijven, de war for talent. “Het is steeds moeilijker om technisch geschoold personeel te vinden dat achter een machine wil staan”, zegt Leus. “Bovendien spelen er bij ons nog 2 extra factoren. De regio rond Diksmuide heeft de laagste werkloosheidsgraad van Vlaanderen. En ons bedrijf is ook niet echt gekend bij het ruime publiek, omdat wij zelf geen eindproduct hebben. Potentiële werknemers denken er minder snel aan om bij ons te solliciteren.” Om voldoende personeel te vinden, doet Vanderscheuren al een aantal jaren een beroep op gespeci-

aliseerde interimkantoren. “Een aanzienlijk deel van onze personeelsleden komen hier werken, ver van huis, om dan tijdens het kerst- en zomerverlof terug naar hun gezin te gaan. We hebben zo’n 15 verschillende nationaliteiten binnen onze productieafdeling.”

Maar wil het bedrijf ook in de toekomst alle vacatures gevuld krijgen, moet Vanderscheuren verder denken, zegt Leus. “Ook werknemers zonder de juiste skills of scholing zijn hier welkom. We hebben een VDS Academy opgestart, waar we nieuwe werknemers zelf opleiden. En we werken vanaf volgend schooljaar samen met het VTI. Bepaalde praktijklessen zullen hier gegeven worden. De school kan op die manier de nieuwste machines opnemen in het lessenpakket, en wij krijgen de kans om ons bedrijf bij die toekomstige werkkrachten voor te stellen.” (JM - Foto DD)

www.vanderscheuren.be

Specialist in kleine series

Werkhuizen Decloedt uit Bredene maakt kleine series van componenten voor installaties in de scheepvaart, industrie en landbouw. De broers Jan en Marc Van de Velde, die de derde generatie vertegenwoordigen, hadden geen familiale opvolgers. Maar dankzij de overname door Gardec in mei vorig jaar, is de toekomst van het bedrijf toch verzekerd.

De Bredense onderneming heeft haar roots in 1933: toen startte Camiel Decloedt met een draaierij voor scheepsstukken. Kort na WOII ontstond dan de bvba Werkhuizen C. Decloedt & Zoon. Die was gericht op het onderhoud en herstel van motoren en installaties, voornamelijk in visserijschepen. Door een sterke terugval in het aantal schepen, besloot het bedrijf om de strategie bij te sturen en te starten met de productie van onderdelen: niet alleen voor de scheepvaart, maar voortaan ook voor de industrie en landbouw. Enkelvoudige stukken en kleine reeksen zijn de specialiteit van Werkhuizen Decloedt.

Naast de gedreven medewerkers, die dankzij bijscholingen altijd mee zijn met de modernste technieken, is ook het machinepark een grote troef van het bedrijf. “Enerzijds hebben we conventionele machines, die als voordeel hebben dat er geen softwareproblemen kunnen optreden. Daarnaast beschikken we over CNC-machines met tot 40 gereedschappen met automatische wissel.”

Perfecte match

Gezien de leeftijd van Jan, die 53 is, en Marc, die 61 is, gingen de broers op zoek naar een manier om de continuïteit van het bedrijf te verzekeren. Er stonden immers geen familiale opvolgers klaar. Ze vonden de perfecte match bij Gardec uit Zeebrugge. “Wij leveren

snel herstelwerk voor de maritieme sector. Dankzij de overname kunnen we op drukke momenten met heel wat spoedherstellingen werk doorgeven”, legt Hugo D’hoedt, gedelegeerd bestuurder bij Gardec, uit. “Klanten bestellen bij ons systematisch slijtdelen voor scheepsinstallaties, windmolens, offroad materieel,… We leveren dan bijvoorbeeld elke maand een aantal stukken, zodat de klant een kleine reserve kan aanleggen. Omdat het om terugkerende opdrachten gaat, kunnen we snel leveren”, vult Jan Van de Velde aan.

Maar daar houdt de toegevoegde waarde van Werkhuizen Decloedt niet op, vindt Hugo D’hoedt, want de extra activiteit past in het kader van de diversificatie van de diensten. Ook Jan en Marc zijn tevreden. “Onze expertise gaat niet verloren, de activiteiten worden voortgezet en er is werkzekerheid voor ons personeel. En in de persoon van Dieter, de zoon van Hugo, is de opvolging voor de toekomst verzekerd”, besluiten ze.

» Modern machinepark

» Gemotiveerde medewerkers

Brugsesteenweg 93, 8450 Bredene info@werkhuizen-decloedt.be www.werkhuizen-decloedt.be

» Korte levertijden

» Eigen transportdienst

» Duurzame relaties

“Nog veel groeipotentieel”

Koddaert pakt uit met dakplaten met zonnepanelen

Met Bert Heynderick, Sam De Jaeghere en Matthias Decaesstecker is een nieuwe generatie aan zet bij metaalbedrijf Koddaert in Koekelare. Het bedrijf is groot geworden met het traden van coils, stalen bobijnen. De zaakvoerders willen in de toekomst echter ook de productie van profielplaten verder uitbouwen.

Koddaert startte destijds als smisse, maar het bedrijf groeide al snel uit tot een goed draaiende metaalhandel. “Met mijn vader als zaakvoerder is het bedrijf sterk geïnternationaliseerd”, zegt Bert Heynderick. “We leveren overal ter wereld staal van eerste en tweede keus kwaliteit. De stalen profielplaten van eerste keus produceren we zelf, de tweedekeusstaalproducten kopen we aan om in alle uithoeken van de wereld te leveren.” Heynderick krijgt steun van Sam De Jaeghere en Matthias Decaesstecker, die doorgroeiden binnen het bedrijf.

De grootste troef van Koddaert is de enorme stock die het bedrijf heeft staan. “We hebben 15.000 m² stockageruimte beschikbaar hier, en ook nog eens 35.000 m² in de haven van Antwerpen. Dat maakt dat we bijzonder snelle levertermijnen hanteren. Daar waar in onze branche traders vaak pas aankopen wat ze in bestelling hebben, kunnen wij in onze eigen stock duiken. We hebben altijd voorraad en kunnen binnen de week leveren.”

Per jaar verhandelt het bedrijf 200.000 ton aan coils, een aanzienlijke hoeveelheid in de sector. Er werken 26 mensen voor Koddaert, die samen een omzet van 100 miljoen euro draaien. “Dat is inderdaad een hoge omzet voor het aantal medewerkers, maar dat komt omdat onze stock in Antwerpen bemand wordt door medewerkers die niet op onze eigen payroll staan.”

Staande naad

De komende 3 tot 5 jaar willen de jonge ondernemers graag de productie van pro-

fielplaten verdubbelen. “Uiteraard blijven we inzetten op onze huidige corebusiness: het traden van coils. Maar bij profielplaten, en dan vooral dakplaten, ligt nog veel groeipotentieel. Stalen platen zijn de toekomst, daar zijn we van overtuigd. Ze zijn niet alleen een derde goedkoper dan bijvoorbeeld de traditionele dakpannen, ze zijn ook nog eens een pak milieuvriendelijker. Metaal is immers 100% recycleerbaar. Na afbraak kan je van een oude metalen plaat dus een nieuwe maken. Tegen 2050 wordt de productie van profieldakplaten bovendien volledig CO2-neutraal, wat het product nog aantrekkelijker maakt om mee te werken.”

In tegenstelling tot de Engelse, Scandinavische en Nederlandse consumenten, geven veel Belgische consumenten vandaag nog de voorkeur aan dakpannen omdat ze die mooier vinden. “Maar ook op dat vlak zijn grote stappen vooruit gezet. Dakplaten

kunnen ook esthetisch zijn. Zo heb je het profiel ‘staande naad’, dat heel stijlvol oogt op een dak. We hebben zwaar geïnvesteerd in ons machinepark, zodat we nu 13 types profielplaten kunnen produceren. Daarmee coveren we toch al het overgrote deel van het aanbod op de markt.”

Koddaert pakt binnenkort ook uit met dakprofielplaten met geïntegreerde zonnepanelen. “We hebben het innovatieve systeem zelf uitgewerkt en zijn de eerste producent die de dakpanelen kan aanbieden. Het systeem is eenvoudig te (de)monteren en is dus vrij betaalbaar om te installeren. Bovendien ligt het rendement van onze zonnepanelen, door een systeem met reflectie, iets hoger dan bij gewone zonnepanelen op momenten dat de invalshoek van de zon niet optimaal is. Het komende jaar willen we dat graag uitrollen.”

(JM - Foto Kurt)

nl.koddaert.com

Matthias Decaesstecker, Sam De Jaeghere en Bert Heynderick.

Matthys Construct breidt activiteiten uit

Westland draagt productie van paardenhuisvesting over

Integratie in atelier

Matthys, dat bijna 50 medewerkers telt, mikt zowel in industrie- als agrobouw op de Belgische, Franse en Luxemburgse markt, met Henegouwen, West- en OostVlaanderen als epicentrum. “We zullen nu in eerste instantie werk maken van een vlotte integratie van de productie in ons atelier”, zegt Geert Matthys.

Matthys Construct breidt zijn activiteiten uit. De specialist in metaalconstructie is al actief in industriebouw en maakt stallen voor rundvee en varkens. Daar komt nu de bouw en de inrichting van paardenstallen bij, ook als totaalconcept. “We waren eigenlijk niet actief op zoek naar uitbreiding, maar toch komt deze opportuniteit voor ons op een ideaal moment”, vertelt Geert Matthys, samen met broer Patriek oprichter en zaakvoerder van het gelijknamige familiebedrijf.

Sinds Patriek en Geert Matthys hun onderneming in 1990 oprichtten, groeide de in Lo gevestigde zaak uit tot een referentie in de agro- en industriebouw. “Agrobouw blijft voor ons een belangrijke pijler, alleen zorgt de stikstofwetgeving ervoor dat minder landbouwers investeren in infrastructuur voor varkens of rundvee”, vertelt Geert. “Die aangepaste wetgeving heeft minder impact op de paardensector. Toen Karel Louwagie

van Westland ons de opportuniteit gaf om die activiteit van hem over te nemen, waren we meteen overtuigd.”

“Bovendien kan Matthys de zogenaamde ‘horse housing’ naar een hoger niveau tillen”, verklaart vertegenwoordiger Andy Vercruysse, die de overstap naar Matthys maakt en dus ook heel wat knowhow over die nichemarkt meebrengt. “Het samenbrengen van die expertise en de mogelijkheden van Matthys, zorgt ervoor dat we de accommodatie voor paarden nu kunnen aanbieden in een totaalconcept, waardoor onze klant zich maar tot één partner meer hoeft te richten.”

De bouw en inrichting van paardenstallen vergt specifieke expertise. “De stallen moeten op die manier ontworpen zijn dat de dieren zich niet kunnen blesseren en kunnen genieten van het hoogste comfort. We merken ook dat horse housing doorgaans een hogere afwerkingsgraad vereist. Stallen voor runderen en varkens worden doorgaans gegalvaniseerd, bij paarden krijgt dat vaak nog een upgrade met poederlak. Dat zorgt voor een luxueuzere uitstraling.”

(BVC - Foto DD)

www.matthysbvba.be

“De aangepaste stikstofwetgeving heeft minder impact op de paardensector.”

— GEERT MATTHYS

Geert en Patriek Matthys.

Plaatbewerking Devos is trots op indrukwekkend machinepark

Plaatbewerking Devos in Zwevezele maakt via laser-, pons- en plooiwerk onderdelen voor onder meer poortproducenten en klanten uit de meubel-, auto- en lichtindustrie. Het bedrijf telt zo’n 170 werknemers en is goed voor een jaarlijkse omzet van 45 miljoen euro. “Het meest trots mogen we zijn op ons indrukwekkend machinepark en onze flexibiliteit, die daaruit voortvloeit”, zegt zaakvoerder Lieven Devos.

“Mijn vader is een kleine 50 jaar geleden van nul begonnen met een klein laspostje, waarmee hij onder meer voederbakken laste voor varkens”, zegt Lieven Devos. Hij runt samen met zijn zus Isabelle het bedrijf. “Gaandeweg zijn we meer producten beginnen maken voor de landbouwsector, maar het is pas toen we met de productie van onderdelen voor de industrie zijn gestart, dat ons bedrijf explosief is gegroeid.” Die industriële onderdelen vormen vandaag nog steeds de corebusiness van Plaatbewerking Devos. “Daarnaast zijn we nog steeds actief in de landbouwsector; daar maken we machines voor. Een derde luik zijn we uit ‘liefhebberij’ opgestart: met ons merk Semperfi maken we tuinmeubelen, indoortafels en -stoelen en brievenbussen. We hebben in Zwevezele ook een Semperfiwinkel.”

De grootste troef bij Plaatbewerking Devos is volgens Lieven Devos de flexibiliteit. “We

staan ervoor gekend om heel snel grote orders te kunnen verwerken. Dat hebben we voornamelijk te danken aan ons uitgebreide/moderne machinepark. Alleen al van de plooibanken hebben we er 28 staan, wat een indrukwekkend aantal is in onze sector. We hebben altijd al stevig geïnvesteerd in ons materiaal. We kunnen het niet permitteren om stil te vallen, dus zodra machines beginnen te haperen, vervangen we ze. Bij die vervanging kiezen we telkens de meest moderne machines uit. Je mag nog de beste piloot hebben die er is, zonder goeie racewagen kan die ook geen topprestaties neerzetten.”

Utopie

Waar mogelijk wordt bij de aankoop van nieuwe machines zoveel mogelijk ingezet op automatisatie. “Machines met een hogere graad aan automatisatie zijn doorgaans een stuk duurder. Maar automatisatie is nu eenmaal de toekomst. Niet alleen omwille

van de efficiëntie, maar omdat personeel steeds moeilijker te vinden is. Automatisatie is daar deels een antwoord op.” Bij Plaatbewerking Devos zoeken ze altijd mensen. “Omdat we gestaag groeien, hebben we altijd wel openstaande vacatures. Technisch personeel met 15 jaar ervaring is steeds vaker een utopie. Dus zetten wij steeds meer in op inhouse opleiding. Het maakt niet uit dat mensen niet de juiste achtergrond of skills hebben: als ze gemotiveerd zijn om bij ons te werken, zorgen wij er wel voor dat ze opgeleid worden.”

Plaatbewerking Devos is in eerste instantie nog altijd een familiebedrijf, zegt Devos. “Onze werknemers weten dat ze ons rechtstreeks kunnen aanspreken als er iets is. En ook onze klanten krijgen ons altijd aan de lijn, als ze naar ons vragen. Onze leveranciers worden steevast binnen de 8 dagen betaald. Dat waarderen ze heel erg, waardoor we zelf ook wat sneller uit de nood geholpen worden als het eens nodig is. Megalomane toekomstplannen hebben we ook niet: we willen graag voortzetten wat we hebben opgebouwd. En we willen vooral dat de werknemers zich hier goed voelen. Want zonder werknemers, géén Plaatbewerking Devos.” (JM - Foto Kurt) www.devosplaatbewerking.be

“Met automatisatie inspelen op personeelstekort”

Lieven Devos.

Statiestraat 116 / 8980 Passendale

T. 051 78 00 30 info@vdbm.be vdbm.be

VERHOOG JE BEREIK

IN HEART AND SOUL METAL

PONSWERK LASERWERK PLOOIWERK LASWERK POEDERLAK ASSEMBLAGE

Stevens Punching nv Zonnebeekseweg 221 - 8900 Ieper

T +32(0)57 20 21 47 I E stevens.punching@spsfe.be

W www.stevens-punching.be

85% + 64% + 26 % BIJ DE WEST-VLAAMSE ONDERNEMINGEN

Dit magazine heeft het hoogste bereik (85%) bij West-Vlaamse ondernemingen, blijkt uit de recentste Kaderledenstudie. Daarnaast geven 64% van de bedrijfsleiders en kaderleden het magazine ook door aan hun medewerkers. In 26% van de bedrijven wordt het magazine zelfs gedeeld met de bezoekers.

Meesurfen op dat succes?

Contacteer Sven Van Ryckeghem voor publiciteit op maat. sven.vanryckeghem@voka.be

3D Print IT realiseerde groei van meer dan 400%

3D Print IT uit Oostvleteren beleefde in 2022 een gigantische groei, door stijgende interesse van particulieren en de industrie. Eigenaar Gino Van den Bleeken runt de zaak nog alleen, maar hoopt dat daar snel verandering in komt. “Hopelijk zal ons eigen initiatief ‘3D Print @ school’ vroeg of laat vruchten afwerpen.”

3D Print IT is een spin-off van een ander bedrijf waarbij Gino betrokken was. “In 2013 werkte ik bij een firma die houten schaalmodellen van vliegtuigen maakte voor musea en ondernemingen. Omdat sommige stukjes te gedetailleerd waren voor houtbewerking, kregen we ondersteuning van een Amerikaanse professor die de stukjes in 3D printte en opstuurde. Logistiek was dat niet handig en ook de douanekosten waren niet min. Daarom knutselde ik zelf een 3D-printer in elkaar. Na 3 maanden stond die op punt.”

Grote herbruikbaarheid

Via collega-modelvliegtuigbouwers ontstond vrij snel een grote vraag om ook voor hen dergelijke items te maken. “Na 2 jaar hadden we al 4 printers. In 2019 sprong ook de industrie op de kar en maakten we voor hen prototypes. Toen we een jaar later over een tiental printers beschikten, viel de vraag door de coronacrisis praktisch volledig stil, maar hebben we onze apparatuur gebruikt om gratis allerlei producten (zoals gezichtsbeschermers) voor de zorgsector te maken.”

Sinds 2022 draait het bedrijf weer op volle toeren en steunt het op diverse pijlers.

“35% van onze omzet halen we uit prototyping, maar intussen helt de balans vooral over naar het leveren van 3D-apparatuur en aanverwante diensten. Zo zijn we de exclusieve verdeler van een Spaanse fabrikant en distribueren we ook 3D-pennen, lasergraveerders en -snijders en honderden soorten filamenten van Europese makelij, die voldoen aan strenge ISO-normen. Filamenten vormen de grondstoffen die in de 3D-printer worden gesmolten en die gedetailleerde producten op maat opleveren. De meest diverse industrieën (schrijnwerkers, chemie, automotive, hout- en plasticbewerking) maken er intussen al gebruik van. Gaandeweg zijn we geëvolueerd tot een centraal begeleidingspunt voor zowel het ontwerp, de levering, de ingebruikstelling, onderhoud als herstellingen. Daarnaast

helpen we klanten bij het opvangen van pieken in hun productie.”

Hoewel sommige bedrijven nog een bepaalde schrik ervaren om 3D-printers in hun processen te integreren, raakt de technologie steeds beter ingeburgerd.

“Dat komt ook omdat de printprocessen amper voor afval zorgen én zelfgemaakte stukken in 3D aanzienlijk goedkoper zijn. Het weinige afval dat er is, is voor 99% recycleerbaar in nieuwe filamenten. De grootste rem op de groei is het vinden van extra medewerkers. Via onze actie ‘3D print @ school’ geven we af en toe installaties weg aan geïnteresseerde scholen, om kinderen er beter vertrouwd mee te maken. Hoe sneller we ons team kunnen versterken, hoe beter we kunnen groeien en hoe meer we zelf kunnen investeren in expansie, want vooralsnog lopen de banken hier vreemd genoeg niet echt warm voor”, besluit Gino Van den Bleeken. (BVC - Foto DD)

www.3dprint-it.be

“We zijn geëvolueerd tot een centraal begeleidingspunt voor zowel het ontwerp, de levering, de ingebruikstelling, onderhoud als herstellingen.”

— GINO VAN DEN BLEEKEN

“Schrik bij industrie maakt plaats voor enthousiasme”

Roeselaars koppel neemt Stavelse Metaalbouw over

Het vergt het nodige lef om in deze tijden een productiebedrijf over te nemen, maar Bruno Devloo en Louise Hoet investeerden met volle zin in Stavelse Metaalbouw. De broers Rudi en Danny Mahieu blijven nog even aan de slag om een goede overdracht te verzekeren.

De familie Mahieu uit Alveringem was al een tijdje op zoek naar een waardige overnemer voor haar onderneming Stavelse Metaalbouw. Het constructiebedrijf vierde vorig jaar zijn vijftigjarige bestaan. In 1972 werd het opgericht door Erik Mahieu en het werd tot voor kort geleid door zijn zonen Rudi en Danny Mahieu. Omdat er geen opvolging is binnen de familie, was het duo al even op zoek naar een goede overnemer.

Met Bruno Devloo (32) en Louise Hoet (25) uit Roeselare is het bedrijf sinds 1 oktober in veilige handen. De broers Mahieu blijven nog even aan de slag om een goede en zorgvuldige overdracht te regelen. Bruno, van opleiding een burgerlijk ingenieur, heeft zich de afgelopen maanden verdiept in het productieproces, waardoor hij ook het personeel leerde kennen. “Hiervoor werkte ik voor het baggerbedrijf DEME en dat was bijna 100% een kantoorbaan. Nu is dat wel even anders. Ik wilde graag op de werkvloer zijn, om zowel de productie als de medewerkers beter te leren kennen. En dat gaat goed”, vertelt Bruno. “En ook al is zijn achtergrond iets anders, ik merk wel dat dit goed past bij Bruno. Hij heeft er feeling voor”, vult Louise aan.

Louise studeerde accountancy, fiscaliteit en handelswetenschappen en werkte even bij PwC. “Maar ik wist wat ik wilde, dus Bruno en ik zijn samen op zoek gegaan naar een bedrijf dat bij ons beiden past. Zo zijn we na een zoektocht van ongeveer een jaar bij Stavelse Metaalbouw terechtgekomen.” Ze komt zelf trouwens uit een familie van ondernemers. Haar ouders hebben een bedrijf in de metaalsector, dus ze is als het ware opgegroeid tussen het metaal. “Het bedrijf van mijn ouders maakt wel veel kleinere stukken dan Stavelse Metaalbouw. Het was altijd mijn droom om zelfstandige te worden, om te ondernemen, en dan het liefst in een productiebedrijf. Iets zelf maken, een concreet resultaat zien: ik vind dat erg mooi”, klinkt het.

Grote constructies

Stavelse Metaalbouw is gespecialiseerd in de toelevering van onderdelen voor grote metalen constructies, bijvoorbeeld het chassis voor landbouwvoertuigen en onderdelen voor heftrucks. Daarnaast maakt het machines, vooral voor de houtindustrie, zoals zaagmachines, autoclaven, drenkbakken, pressen en stapelaars. Stavelse Metaalbouw heeft op die manier klanten

PREVENTIEADVISEURS

MILIEU & ENERGIE

BRANDBEVEILIGING & EHBO

VEILIGHEIDSOPLEIDINGEN

over heel Europa, van Scandinavië over Polen tot Frankrijk en Engeland. De productie van één machine neemt gemakkelijk enkele maanden in beslag.

Stavelse Metaalbouw is een stevige kmo met een jaaromzet van ongeveer 7 miljoen euro en met 43 mensen in vaste dienst. Dat zijn voornamelijk arbeiders, van wie ongeveer een derde uit Frankrijk komt, want net zoals veel andere West-Vlaamse productiebedrijven heeft Stavelse Metaalbouw het niet makkelijk om personeel te vinden. “Dat we hier op een kilometer van de grens gevestigd zijn, is zowel een voor- als een nadeel. Voor sommige Vlamingen is dit een uithoek, maar we kunnen iets makkelijker mensen aanwerven uit Frankrijk”, zeggen Bruno en Louise.

Het duo klopte de afgelopen maanden lange dagen in Beveren-aan-de-IJzer, “maar we hadden niet anders verwacht, want we zijn nog in leerfase”, zegt Louise. “Terwijl Bruno zich concentreert op het productieproces, verdiep ik me in de boekhouding en administratie. We vinden het belangrijk om het bedrijf goed te leren kennen. Daarom blijven Rudi en Danny aan boord zolang

het nodig is. We willen de spirit van het familiebedrijf zeker behouden; dat is voor ons erg belangrijk.”

Bruno vult aan: “Wij beseffen dat het geen evidente tijd is om een bedrijf over te nemen. We merken dat er zeker in Scandinavië veel voorzichtigheid is, waar de vrees voor de gevolgen van de oorlog in Oekraïne toch wat groter is. Maar dat is het risico dat je als ondernemer moet durven nemen.”

(DV - Foto DD)

www.stavelse.be

“We willen de spirit van het familiebedrijf zeker behouden; dat is voor ons erg belangrijk.”

— BRUNO DEVLOO EN LOUISE HOET

Nieuwjaarsrecepties regio Ieper – Veurne – Noord-Frankrijk & Wallonie picarde en regio Brugge – Oostende

Een mooie avond, een schitterende omgeving, talloze netwerkopportuniteiten, heerlijke food en drinks: zo zetten we 2023 in tijdens onze Nieuwjaarsreceptie(s).

Op donderdag 12 januari stond onze eerste (van 3) nieuwjaarsreceptie op het programma, die van regio Ieper – Veurne – Noord-Frankrijk & Wallonie picarde.

Op dinsdag 17 januari vond de receptie voor de regio Brugge – Oostende plaats in La Brugeoise. Het werden boeiende avonden vol inspiratie, nieuwe contacten en een vleugje humor met comedian Hans Cools.

Infosessie: Duaal leren, iets voor jouw onderneming?

Bij duaal leren verwerft een leerling uit het secundair onderwijs kennis en vaardigheden zowel op school als op de werkvloer. Benieuwd welke voordelen het aanbieden van een opleiding duaal leren jouw onderneming kan opleveren? Ontdek het tijdens onze infosessie op donderdag 16 februari.

Meer info: Joyce Simoens, joyce.simoens@voka.be, 0474 85 60 20

Te gast bij Ardeca

2 jonge dertigers én tevens broer en zus die aan het roer staan van een bedrijf dat goed is voor 40 miljoen euro omzet. Benieuwd naar hun succesverhaal? Op vrijdag 24 maart zijn we te gast bij Ardeca in Vichte. Sofie en Arne Vandecasteele geven ons een unieke blik achter de schermen van dit familiebedrijf met de allures van een groot internationaal bedrijf én de dynamiek van een typische West-Vlaamse kmo.

Meer info: Sarah Hennion, sarah.hennion@voka.be, 0475 44 93 81

WORKSHOPS EN SEMINARIES

Infosessie: Industriële strategie van Europa - heet van de naald

dinsdag 7 februari 2023 / van 10.30 tot 12.00 uur / Online

Thematraject Welt: Generatiemanagement

dinsdag 7 februari 2023 / van 13.30 tot 16.30 uur / Voka West-Vlaanderen, Kortrijk

Start Lerend Netwerk Learning & Development 2023

donderdag 9 februari 2023 / van 9.00 tot 12.30 uur

Seminarie: Fiscale controlestrends op vlak van btw en directe belasting

dinsdag 14 februari 2023 / van 9.00 tot 12.30 uur / Voka | Brugge, Oostkamp

Seminarie: Documenten van a tot z bij internationale handel

donderdag 16 februari 2023 / van 9.00 tot 17.00 uur / Voka | Brugge, Oostkamp

Infosessie: Duaal leren, iets voor jouw onderneming?

donderdag 16 februari 2023 / van 9.00 tot 10.30 uur / Voka West-Vlaanderen, Kortrijk

Infosessie: Circulair ondernemen toegelicht aan de hand van bedrijfscases

donderdag 16 februari 2023 / van 11.00 tot 12.00 uur / Online

Infosessie: Industrial security

donderdag 16 februari 2023 / van 12.00 tot 13.00 uur / Online of Voka | Brugge, Oostkamp

Onze partners:

CFO-netwerkevent

Tijdens dit netwerkevent op donderdag 15 februari maak je kennis met het CFO-netwerk van Voka en de Business Club - International Finance. Laat je inspireren door de top-CFO aan wie we het woord geven, en netwerk voluit met collega-CFO’s en finance managers.

Meer info: Johan Van Gool, johan.vangool@voka.be, 0478 88 57 66

NETWERKEVENTS

Jong Voka visits Lecot

dinsdag 14 februari 2023 / vanaf 18.30 uur / Lecot, Heule

CFO-netwerkevent

donderdag 15 februari 2023 / van 18.00 tot 21.00 uur / Voka Box, Gent

Kick-off Bouw- & vastgoedcommunity 2023

maandag 6 maart 2023 / van 18.30 tot 21.30 uur / Van Marcke, Aalbeke

Te gast bij Meli

dinsdag 14 maart 2023 / van 12.00 tot 14.00 uur / Meli, Veurne

Kick-off Voka Vélo 2023

woensdag 22 maart 2023 / vanaf 18.30 uur

Te gast bij Ardeca

vrijdag 24 maart 2023 / van 12.00 tot 14.00 uur / Ardeca, Vichte

Voka Vélo Toscana 2023

zaterdag 29 april tot en met woensdag 3 mei 2023

Te gast bij SSA Archery

dinsdag 30 mei 2023 / van 19.00 tot 21.30 uur / SSA Archery, Oostende

De flexibiliteit, schaalbaarheid en betrouwbaarheid van de public cloud is in het hedendaagse bedrijfsleven onmisbaar geworden. “Sovereign cloud neemt nu ook de laatste bezorgdheden rond compliant databeveiliging weg”, vertelt Jetro Wils, Product & Solution Manager Cloud bij Proximus.

De cloud heeft de wereld veranderd

Het is dankzij de cloud dat allerlei innovatieve toepassingen binnen handbereik kwamen van elk bedrijf. Dat zowat alles vandaag digitaal verloopt, is de verdienste van de cloud.

Onze data vormen de belangrijkste grondstof voor de cloud. En laat net dat een drempel zijn om voluit voor de public cloud te gaan. Bedrijven beheren heel wat gevoelige data, niet alleen over zichzelf, maar ook over hun medewerkers, klanten en leveranciers.

Europese omkadering

Terwijl de Europese wetgeving de databeveiliging strikt omkadert, is de public cloud in handen van Amerikaanse hyperscalers. “Het is die spreidstand die sovereign cloud oplost”, zegt Jetro. “Sovereign cloud laat toe volledig compliant te zijn met de EU-regelgeving, maar tegelijk voluit te genieten van alle voordelen van de public cloud.”

Sterke encryptie

Bij sovereign cloud is het voor de provider niet mogelijk om de nietversleutelde data te lezen. Er is een sterke encryptie van de data in elk stadium. De sleutel om de data te encrypteren en decrypteren bevindt zich niet in de public cloud, maar bij Proximus.

Sleutel tot security-garantie

“Sovereign cloud garandeert dat uw data veilig zijn”, zegt Jetro. “Het is een waarmerk. Het toont aan dat u op het vlak van dataveiligheid alles onder controle hebt.”

“ Sovereign cloud maakt de beveiliging van confidentiële data écht waterdicht.”

Jetro Wils, Product & Solution Manager Cloud bij Proximus

Future-proof

Het gebruik van sovereign cloud vormt ook een concurrentieel voordeel. “Maar op termijn wordt het allicht een vereiste”, aldus Jetro. Het is niet meer dan logisch dat het gebruik van sovereign cloud niet langer optioneel zal zijn, maar zal gelden als een voorwaarde om met een bepaald bedrijf te kunnen samenwerken.”

“Denk aan een labo dat met een ziekenhuis samenwerkt. Sovereign cloud biedt een veilig alternatief voor het versturen van confidentiële, medische data over het netwerk. De data bevinden zich – sterk geëncrypteerd – op een veilige plaats, waar labo en ziekenhuis de data kunnen consulteren en verwerken.” De toekomst van healthcare is gepersonaliseerde zorg, en dus zal er gevoelige, medische data verwerkt en gedeeld moeten worden. Sovereign cloud vormt hiervoor de basis.”

Innovatie én cyberveiligheid

“ Vandaag vormt de sovereign cloud een concurrentieel voordeel. Op termijn wordt het een vereiste.”

Jetro Wils, Product & Solution Manager Cloud bij Proximus

Uiteindelijk is het de combinatie van sovereign en public cloud die het verschil maakt.

“De innovatie van de public cloud schuilt in de diensten die de hyperscalers aanbieden. Dat niveau is alleen in de public cloud te vinden.” Hetzelfde geldt voor security. “Een bedrijf als Microsoft spendeert jaarlijks vier miljard aan cloud cybersecurity. Welk bedrijf kan zo een inspanning aan?”

Classificatie van gevoelige data

“Maar het klopt dat datasecurity vervangen door compliant databeveiliging lange tijd een heikel punt was”, zegt Jetro. “Dat is precies wat sovereign cloud nu oplost.”

Naast sovereign cloud blijven ook de andere vormen van cloud bestaan. Niet alle data hebben nood aan de strikte beveiliging van de sovereign cloud. “Voor veel bedrijven schuilt hier een extra uitdaging: welke data zijn gevoelig en welke niet?”

Proximus combineert hybride cloudcapaciteiten met de hyperscale capaciteiten van Microsoft Azure om organisaties te laten genieten van de public cloud mét data soevereiniteit.

Sovereign cloud: gevoelige data veilig in de public cloud