
5 minute read
Mensura
Dr. Gretel Schrijvers Algemeen directeur, Mensura Dat het ziekteverzuim piekt, is al lang geen geheim meer. Er is al heel wat inkt gevloeid over hoe we met verzuim moeten omgaan. Toch zijn er nog enkele olifanten in de kamer.
1. Haal verzuim uit de medische sfeer Verzuim is vandaag voor veel organisaties nog louter een medisch probleem. Dat komt grotendeels door het ziektebriefje, de verplichte administratieve horde van verzuim. Dat attest drukt al te snel de stempel ‘100 % ziek’ en verhindert een meer genuanceerd verhaal. Want werknemers zijn in werkelijkheid niet altijd volledig arbeidsongeschikt. Vaak staan ze open voor een tussenoplossing. Toch valt het gesprek stil zodra het woord ‘ziek’ valt, waardoor de relatie met de werkgever on hold komt te staan. We moeten (leren) praten over mogelijkheden om werknemers (deels) inzetbaar te houden. Het medische aspect maakt uiteraard geen deel uit van die dialoog, omdat het niet ter discussie staat. En dan hebben we het nog niet gehad over die andere kwaal van de medicalisering van verzuim: er komen te veel medici kijken bij het verzuimtraject. Ik pleit ervoor om de rollen van de verschillende medische actoren te herdefiniëren. 2. Herdenk verzuim vanuit inzetbaarheid Bekijken we verzuim niet langer vanuit 100 % afwezigheid, dan kunnen we afstappen van het beperkende zwart-witverhaal waarbij een werknemer als volledig out of volledig inzetbaar wordt bestempeld. Want dat zorgt ervoor dat we voornamelijk focussen op het uitzitten van de duur van het ziektebriefje. Het alternatief? Kijken hoe de werknemer wél nog geconnecteerd kan blijven met het werk. De veelbesproken fit note, met focus op wat de werknemer wél nog kan, kan hieraan invulling geven. De basisredenering moet zijn dat een ziektemelding altijd aanleiding is voor een gesprek over mogelijke inzetbaarheid.
3. Deeltijdse inzetbaarheid moet financieel aantrekkelijk worden Deze nieuwe manier van omgaan met verzuim moet ook op beleidsniveau met doordachte maatregelen worden gestimuleerd. Wie vandaag het werk deeltijds wil hervatten, heeft daar niet altijd financieel baat bij. Anderzijds is het voor de werkgever ook niet altijd financieel interessant om iemand deeltijds inzetbaar te maken. Dat zorgt ervoor dat vele organisaties een medewerker pas terug willen als die 100 % inzetbaar is in de functie waarvoor hij aangenomen is.
Verzuim is en blijft een heikel thema. Begrip voor mensen die door medische klachten onmogelijk opnieuw inzetbaar zijn, moet vanzelfsprekend blijven. Voor de overige groep van verzuimgevallen staat één ding buiten kijf: wanneer werknemers uitvallen, moet de voorbereiding van hun terugkeer op dag één van afwezigheid starten. En geen dag later.
Praat over inzetbaarheid bij ziektemelding
Het einde van de zomer betekent de intrede van de laatste drie werkmaanden van het jaar. Traditioneel is dat vaak een uitdagende periode voor werkgever en werknemer. In zo’n periode is het nog belangrijker om verzuim correct aan te pakken.

LANXESS
Op zijn site in Kallo heeft LANXESS op woensdag 7 september een vernieuwde afvalwaterzuiveringsinstallatie officieel in gebruik genomen. Het speciaalchemiebedrijf investeerde ongeveer 12 miljoen euro in deze installatie, die een behandelingscapaciteit heeft van zo’n 260.000 liter afvalwater per uur. De bestaande waterzuivering werd grondig gemoderniseerd en uitgebreid om te voldoen aan de verscherpte milieuwetgeving. Die operatie was een uitdagende klus, omdat de installatie operationeel moest blijven. De waterzuiveringsinstallatie verwerkt niet alleen het afvalwater van de LANXESS voor rubberchemicaliën en glasvezel, maar ook dat van twee buurtbedrijven. Hun afvalwaterstromen komen terecht in beluchtingstorens. Daar wordt het water gevoed met actief slib, waarin bacteriën leven die het water zuiveren. De bacteriën worden uiteindelijk afgescheiden om terug te keren naar het zuiveringsproces. Het gezuiverde water gaat dan naar de Schelde. De installatie draait dag en nacht. Dagelijks analyseert een onafhankelijk laboratorium stalen. ‘We nemen onze verantwoordelijkheid op voor onze lokale vestigingen. Dit houdt ook in dat we investeren in duurzame en innovatieve processen die het milieu beschermen’, stelt directielid Anno Borkowsky van LANXESS. Op zijn site in Lillo heeft het in 2021 nog een installatie in gebruik genomen om de uitstoot van stikstofoxide te verminderen. In het najaar start de bouw van een tweede installatie die jaarlijks nog eens 300.000 ton CO2-equivalent zal elimineren.
www.lanxess.be
MOVE TO CURE
Sinds 19 september opereert Move To Cure vanuit een nieuw onderkomen aan de Jan van Rijswijcklaan 162 in Antwerpen. In de nieuwe praktijkruimte brengt Lieven Maesschalck zijn team van topkinesisten dat gespecialiseerd is in de behandeling van complexe orthopedische blessures, weer samen onder hetzelfde dak. Want tot voor kort werkten ze verdeeld over oefen- en therapieruimten aan de Godefriduskaai op het Eilandje en de Rijnkaai. In de nieuwe oefenruimte van 850 vierkante meter is er ook plaats voor een nieuw 3D-screening platform voor het uitvoeren van hoogwaardige bewegingsanalyses. Ook de skillcourt, een neurocognitieve trainingsvorm, de chiropractor en podoloog maken mee de verhuizing. Move To Cure helpt zowel professionele atleten, amateur-sporters als niet-sporters met hun revalidatie. De nieuwe praktijk bevindt zich vlakbij sportcentrum Wilrijkse Plein, waar patiënten aan het einde van hun revalidatie ook onder begeleiding van een teamlid kunnen trainen Het naastgelegen Mastvestpark biedt eveneens de mogelijkheid om te trainen in openlucht.
ZNA / GZA
Voor de allereerste keer in Europa is eind augustus in Antwerpen een drone ingezet om menselijk weefsel te transporteren boven stedelijk gebied tussen verschillende ziekenhuiscampussen. Het ging om een testvlucht tussen campus Middelheim van Ziekenhuis Netwerk Antwerpen (ZNA) en campus Augustinus van GZA Ziekenhuizen. ZNA en GZA werken aan een fusie tot een groot Antwerps ziekenhuisnetwerk met dertien sites. Met deze testvlucht bereiden ze zich voor op de nieuwe luchtvaartwetgeving die gebruik van drones vanaf 2023 beter reglementeert. ‘Transport met een drone is sneller, betrouwbaarder, milieuvriendelijker en goedkoper dan transport over de weg’, klinkt het. Dringend transport van menselijk weefsel is een van de medische noden die drones goed kunnen invullen. Het lab voor pathologische anatomie van ZNA en GZA Ziekenhuizen analyseert jaarlijks bijna 70.000 stalen. Daarin zitten ook 1.200 vriescoupes van weefselstalen die zijn afgenomen tijdens een operatie en een snelle analyse vragen. Dronevluchten kunnen op termijn een alternatief vormen voor het 900-tal taxiritten per jaar tussen ZNA en GZA Ziekenhuizen. Door alle stalen te analyseren in het centrale lab, kunnen de weefsels daar voorgelegd worden aan de meest geschikte patholoog. Enkel harde windstoten en vriesweer kunnen de drone parten spelen.
www.zna.be , www.gzaziekenhuizen.be
PORTMADE
Douanespecialist Portmade vormt voortaan een onderdeel van Customs Support. Deze douaneexpediteur met hoofdkantoor in Rotterdam heeft al vestigingen in verschillende Europese landen. Met de overname van Portmade en zijn expertise in douane, consulting en gasanalyses, breidt het zijn aanwezigheid én dienstverlening in de Benelux fors uit. ‘Ook voor ons is het een perfecte match’, stelt managing director Jef Hermans van Portmade. ‘Wij wilden geografisch meer betekenen, zij zagen onze verregaande digitalisering als groot voordeel.’
www.portmade.com