

Positieve relaties met kinderen en ouders
COLOFON
Deze kennispocket is een uitgave van VBJK, centrum voor Vernieuwing in de Basisvoorzieningen voor Jonge kinderen. VBJK is een onderzoeks- en innovatiecentrum met meer dan dertig jaar ervaring in de sector van kinderopvang voor baby’s en peuters en schoolgaande kinderen, kleuteronderwijs en preventieve gezinsondersteuning.
referentie
Van der Mespel, S. (2024).
Kennispocket: positieve relaties met kinderen en ouders. Gent: VBJK.
foto’s
Caroline Boudry
illustratie cover
Ilse Weisfelt
eindredacteur
Wouter Bulckaert, Mike De Cloedt
vormgeving
Katrien Annys, jacques.gent
drukkerij
Mirto Print – Graphius
Inhoud
Inleiding 4
DEEL I – ORIËNTATIE
1. Positieve relaties tussen volwassenen en kinderen 6
1.1. Het belang van positieve, warme relaties 6
1.1.1. Nabijheid en beschikbaarheid zorgen voor basisveiligheid 7
1.1.2. Een veilige groep zorgt voor basisveiligheid 8
1.1.3. De wereld ontdekken via relaties en gedeelde ervaringen 8
1.2. Kijken naar welbevinden 9
1.3. Een positieve relatie met en tussen kinderen ontwikkelen 12
1.3.1. Vertrouwde gezichten 12
1.3.2. Interactievaardigheden van begeleiders 13
1.1.3. Warme transities 19
2. Een positieve relatie met ouders ontwikkelen 21
2.1. Waarom samenwerken? 21
2.2. Wederkerige dialoog 22
2.2.1. Wat is een wederkerige dialoog? 22
2.2.2. Hoe geef je een wederkerige dialoog vorm? 23
2.3. Samenwerken op verschillende domeinen 25
2.3.1. Samenleven: de opvoeding samen vormgeven 26
2.3.2. Samendoen: ouders nemen deel aan activiteiten 29
2.3.3. Samen denken en beslissen: ouders geven ideeën over de werking 30
2.3.4. Samen actie ondernemen in de wijk 30
3. Bronnen 32
DEEL II – INSPIRATIE
Geen winnaars, geen verliezers 36
Vrolijke, vrolijke vrienden 38
Samen genieten van een babymassage 42
Bouwen aan vertrouwen. Mama en papa aan het woord over hun eerste keer in de kinderopvang 44
Wennen, het blijft wennen 48
Samenwerken met ouders. Hoe breng je moeilijke boodschappen? 54
Een tevredenheidsgesprek is géén formaliteit 57
Inleiding
Relaties spelen een ontzettend belangrijke rol in de ontwikkeling van jonge kinderen. Van bij de geboorte hebben kinderen behoefte aan steun en verbondenheid met volwassenen, andere kinderen en de wereld rondom hen. Door samen ervaringen te delen, dingen te doen en daarover te praten, leren kinderen over zichzelf en de wereld.
Het ontwikkelen van een positieve relatie met een kind kan je niet los zien van een vertrouwensrelatie met de ouders. Ouders zijn de eerste opvoeders van hun kind en kennen hun kind van bij de geboorte. Een goed contact met kinderbegeleiders en andere ouders in de opvang kan daarenboven erg ondersteunend zijn voor ouders.
Positieve relaties vormen het fundament voor welbevinden en rijke ontplooiingskansen voor elk kind. Kinderbegeleiders zijn dus experts in het uitbouwen van positieve relaties met en tussen kinderen en ouders.
In Oriëntatie verwerf je basiskennis over het waarom en hoe van relaties tussen kinderbegeleiders, kinderen en ouders.
In Inspiratie ontdek je inspirerende verhalen en praktijkvoorbeelden die je verder aan het denken zetten. Ze dagen je uit om de theorie te linken aan praktijkvoorbeelden. In andere artikels vind je meer diepgaande informatie over enkele belangrijke thema’s.
Na het doornemen van deze kennispocket heb je een antwoord op volgende vragen:
– Welke rol spelen positieve, warme relaties in de ontwikkeling van kinderen?
– Wat betekent welbevinden en hoe observeer je welbevinden bij kinderen?
– Hoe zorg je als begeleider voor positieve relaties tussen jou en de kinderen?
– Waarom is een goede samenwerking met ouders belangrijk?
– Wat betekent een wederkerige dialoog met ouders en hoe zorg je daarvoor?
– Hoe werk je met ouders op verschillende domeinen (de opvang van hun eigen kind, activiteiten met de kinderen, de werking van je opvanginitiatief en de buurt) samen? 4
Oriëntatie DEEL 1

Pictogrammen in de kantlijn
P uitleg
p opdracht
g tip
1. Positieve relaties tussen volwassenen en kinderen
1.1. Het belang van positieve, warme relaties
Dit deel geeft antwoord op de volgende vraag:
– Welke rol spelen positieve, warme relaties in de ontwikkeling van kinderen?
Kernwoorden:
– emotionele beschikbaarheid
– basisveiligheid
– vertrouwde volwassene
– hechting
– vertrouwde groep
– leren en ontwikkelen via relaties en gedeelde ervaringen
Relaties spelen een belangrijke rol in ons leven en in onze persoonlijke ontwikkeling. Enkele voorbeelden:
Heb je ruzie met iemand, dan is de kans groot dat je daarover loopt te piekeren.
Na een goed gesprek met je moeder of partner over de ruzie, voel je je een pak beter.
Je fietst terug naar huis na een leuke avond met vrienden en voelt je vol energie.
Door samen met je vader te koken, ontdek je dat je plezier beleeft aan koken en talent hebt om smaken te combineren.
Door interacties met leeftijdsgenoten leer je jezelf steeds beter kennen: waar hou je van? Hoe reageer je op bepaalde situaties? Wat typeert jou? Wie wil je zijn?
Op je stageplek ontmoet je een begeleider die ontzettend goed is in conflicten tussen kinderen helpen oplossen. Je leert veel door die begeleider goed te observeren.
Voor jonge kinderen is dat niet anders. De nabijheid en beschikbaarheid van vertrouwde volwassenen en een vertrouwde groep zorgen ervoor dat kinderen zich veilig en goed voelen. Daarnaast ontdekken kinderen de wereld en leren ze via relaties met volwassenen en andere kinderen.
1.1.1. Nabijheid en beschikbaarheid zorgen voor basisveiligheid

Heb je in de video gezien wat er gebeurt wanneer een vertrouwde volwassene plots niet meer reageert op een kind (zie opdracht)? De video laat zien dat kinderen nood hebben aan nabijheid en beschikbaarheid van een vertrouwde volwassene zoals hun moeder, vader, een grootouder, kinderbegeleider ... Je zag dat het over meer gaat dan fysiek aanwezig zijn. Het gaat ook over emotionele beschikbaarheid. Dat wil zeggen dat de volwassene aandacht heeft voor het kind, kijkt en luistert naar het kind. De volwassene merkt op wat het kind voelt en nodig heeft en reageert daarop.
Kinderen die aandacht en zorg krijgen, voelen zich veilig en voelen dat zij de moeite waard zijn. Als het kind merkt dat het op anderen kan rekenen, krijgt het vertrouwen in zichzelf, andere mensen en nieuwe situaties. Met andere woorden: het kind hecht zich aan moeder, vader of begeleider en ervaart basisveiligheid. Daardoor durft het de wereld te gaan ontdekken.
Beschikbaarheid en nabijheid van een vertrouwde volwassene is trouwens niet alleen belangrijk voor de allerjongsten. Het werkt ook geruststellend naarmate kinderen groter worden en zelfstandig kunnen bewegen. Enkele voorbeelden:
Een- en tweejarigen spelen bij voorkeur in de nabijheid van een volwassene die ze vertrouwen.
Een peuter of kleuter die op een grote afstand van een vertrouwde volwassene speelt, kijkt regelmatig op om na te gaan of die persoon er nog is en om even contact te maken. Het kind zoekt geruststelling of bevestiging bij de volwassene: is het gevaarlijk? Wat is dat? Mag dat?
Na een tijdje op afstand gespeeld te hebben, zoeken jonge kinderen vaak even lichamelijk contact. Ze komen bijvoorbeeld op schoot zitten of even knuffelen.
Jonge kinderen kijken ook naar hun opvoeder om ervaringen te delen: kijk eens wat ik doe? Kijk eens wat ik zie? Kijk eens wat ik heb ontdekt? Aandacht krijgen en ervaringen delen, zijn voor jonge kinderen heel belangrijk.
Lagereschoolkinderen houden van vrij spelen, maar vinden het belangrijk dat een begeleider komt helpen wanneer er conflicten zijn.
KIJK EN LUISTER naar de video. De video toont wat er gebeurt wanneer een vertrouwde volwassene, zoals een mama of papa, plots niet meer reageert op het kind.

PEen vertrouwde volwassene is een volwassene met wie een kind een hechte vertrouwensrelatie heeft. Het kind kent de volwassene, weet dat het kan rekenen op de volwassene en voelt zich veilig in de nabijheid van de volwassene.
KIJK EN LUISTER
naar de video. Welke voorbeelden van sensitiefresponsief handelen zie je bij de begeleider?
Hoe reageert zij op signalen van de kinderen?
Hoe benadert ze elk kind als een unieke persoon?

In deze kennispocket maak je kennis met de eerste vier interactievaardigheden. De vaardigheden ‘Spelen en ontdekken begeleiden’ en ‘Praten, uitleggen en luisteren’ komen aan bod in de kennispocket ‘Spelen, ontdekken en leren’.
1.3.2.1. Sensitief-responsief handelen

Sensitief-responsief handelen betekent dat je signalen van kinderen opmerkt en daar positief op reageert. Je bent betrokken bij wat een kind beleeft, voelt, denkt en ervaart. Je benadert ook elk kind als een unieke persoon.
Enkele tips en voorbeelden van hoe je sensitief-responsief handelt:
Je zorgt voor een warm en hartelijk contact met elk kind. Je begroet een kind bijvoorbeeld ’s morgens enthousiast, je knuffelt het kind en spreekt het warm toe.
Je toont interesse in wat kinderen doen en beleven. Wanneer een kind bijvoorbeeld vertelt dat het de avond daarvoor een eekhoorn heeft gezien, dan luister je geïnteresseerd en stel je vragen aan het kind.
Je reageert wanneer kinderen je aandacht trekken. Wanneer een kind tijdens het spelen oogcontact met jou zoekt, laat je met een lach of een knipoog zien dat je het kind opmerkt.
Je helpt een kind wanneer dat nodig is. Een kind dat bijvoorbeeld valt en huilt, kan rekenen op je hulp en troost.
Je gaat op kindhoogte zitten om met een kind te praten.
Je geeft elk kind doorheen de dag aandacht, ook de meer stille kinderen.
Je benoemt wat je ziet en doet en vertelt wat er gaat gebeuren. Hierdoor weet een kind wat er te wachten staat. Voordat je een kind bijvoorbeeld oppakt, maak je oogcontact en vertel je wat je gaat doen. Pas als het kind toont dat het jou gehoord en gezien heeft, pak je het op.
Je geeft kinderen de ruimte om hun tempo te volgen. Kinderen krijgen bijvoorbeeld de tijd om rustig en op eigen tempo te eten.
Door een kind goed te kennen, weet je hoe je het positief kan beïnvloeden. Een kind dat bijvoorbeeld moeite heeft om een spel af te ronden, laat je tijdig weten dat het bijna etenstijd is.
2. Een positieve relatie met ouders ontwikkelen
Het ontwikkelen van een vertrouwensrelatie met een jong kind kan je niet los zien van een vertrouwensrelatie met de ouders. Beiden zijn nauw met elkaar verbonden.
2.1. Waarom samenwerken?
Dit deel geeft antwoord op de volgende vraag:
Waarom is een goede samenwerking met ouders belangrijk?
Kernwoorden:
– ouders als eerste opvoeder – vertrouwensrelatie met ouders – welzijn van gezinnen
Goed samenwerken met ouders is om verschillende redenen noodzakelijk:
– Ouders zijn de eerste opvoeders van hun kind. Ze hebben dan ook het recht om ten volle betrokken te zijn bij de opvoeding van hun kind in de kinderopvang. Daarom ga je met hen in gesprek over hun ideeën, vragen en wensen.
– Ouders kennen hun kind van bij de geboorte. Die kennis heb je nodig om goed te kunnen inspelen op het kind.
Het is erg belangrijk dat ouders vertrouwen voelen in de kinderopvang. Wanneer een ouder het kind met een gerust gemoed toevertrouwt aan de zorg van de kinderopvang, dan heeft dat een positieve invloed op het welbevinden van het kind. Kinderen zijn in de eerste plaats gehecht aan hun ouders, broertjes, zusjes en andere familieleden. Als ouders zich niet welkom voelen in de kinderopvang, dan kunnen hun kinderen dat gevoel overnemen. Als ouders zich onzeker voelen of als er spanningen zijn tussen kinderbegeleiders en ouders, dan kan dat kinderen onzeker maken.
– Als er een goede samenwerking is, dan kan kinderopvang een belangrijke bijdrage leveren aan het welzijn van gezinnen
Wanneer ouders vertrouwen ervaren in de kinderopvang, dan geeft dat ouders mentale rust. Een goed contact met kinderbegeleiders en andere ouders in de opvang kan daarenboven erg ondersteunend zijn. Het zorgt ervoor dat ouders hun netwerk kunnen verbreden en dat je je als ouder minder alleen voelt in het opvoeden van je kind. Dat is belangrijk voor élke ouder, ongeacht of een ouder wel of niet aan het werk is. In situaties waar ouders grote druk ervaren of het moeilijk hebben, kan kinderopvang de broodnodige rust brengen en zo een essentieel verschil maken. Met andere woorden: warme relaties in de kinderopvang kunnen bijdragen aan het welbevinden van ouders. En dat kan op zijn beurt een positieve impact hebben op de relatie tussen ouder en kind. Het kan ouders daarenboven de mentale ruimte geven om te werken of opleiding te volgen.
pOuder worden en de stap naar de kinderopvang brengen heel wat emoties met zich mee. Het is voor ouders vaak een emotionele rollercoaster.
Ouders onthalen en welkom heten, vraagt dus een zorgzame aanpak.
L EES de getuigenis van ouders in het artikel Bouwen aan vertrouwen
– Welke emoties, vragen en zorgen hebben ouders over kinderopvang?
– Wat helpt om vertrouwen te krijgen en te vergroten?
– Wat vinden ouders belangrijk?
gKIJK EN LUISTER naar het verhaal van de mama van Charlotte over hoe de kinderopvang samenwerkt met de ouders om goed in te spelen op de specifieke ondersteuningsbehoeften van Charlotte.

Dit deel geeft antwoord op de volgende vraag:
– Hoe werk je met ouders op verschillende domeinen samen?
Kernwoorden:
– samenwerken is een geleidelijk proces
– samenleven
– wenmomenten
– tevredenheidsgesprekken
– dagelijkse contacten
– samendoen
– samen denken en beslissen
– samen actie ondernemen in de buurt
Het samenwerken met ouders gaat verder dan overleggen met ouders over de aanpak naar hun eigen kind. Het betekent ook gezinnen betrekken bij en inspraak geven in de werking. Enkele voorbeelden:
Je nodigt ouders uit voor een uitstap naar de kinderboerderij.
Je vraagt naar de ideeën van ouders over het vieruurtje van de kinderen.
Je betrekt ouders bij het organiseren van een actie voor buurtbewoners: Soep op de stoep.
Hoe je de samenwerking met ouders precies uitbouwt, zal natuurlijk verschillen van ouder tot ouder. Wat wel voor elke ouder geldt, is dat dit een geleidelijk proces is. Vaders en moeders kunnen pas op hun gemak deelnemen aan activiteiten met andere ouders en andere kinderen, als ze zich voldoende veilig voelen in de opvang. En ze komen pas met ideeën over de werking van de kinderopvang, als ze zich tijdens activiteiten op hun gemak voelen.
Het is zoals wanneer je een steen in het water gooit: die maakt op het wateroppervlak steeds grotere kringen. Zo werkt ook het samenwerken met ouders: vaders en moeders die zich goed voelen in de eerste cirkel, kan je nadien betrekken in de tweede cirkel. Enzovoort. g
KIJK EN LUISTER hoe de begeleiders van een buitenschoolse opvang op verschillende domeinen samenwerken met ouders.
samenleven de opvoeding samen vormgeven
samendoen ouders nemen deel aan activiteiten
samen denken en beslissen ouders geven ideeën over de werking
samen actie ondernemen in de buurt

overzicht artikels
Geen winnaars, geen verliezers
‘Om het eerst!’ We spelen vaak spelletjes waarin competitie centraal staat. Maar in Initiatief voor Buitenschoolse opvang (IBO) Jabedabedoe in Torhout pakken ze het vandaag anders aan. In plaats van spelletjes tegen elkaar, met winnaars en verliezers, spelen ze spelletjes die te maken hebben met samenwerking en elkaar beter leren kennen.
Vrolijke, vrolijke vrienden
‘Kinderen worden, net zoals volwassenen, niet automatisch vrienden met al hun leeftijdsgenoten. Dat hoeft ook niet’, zegt Eva Dierickx. ‘Maar je kan kinderen wel stimuleren om met elkaar in interactie te gaan.’
Samen genieten van een babymassage
‘Sommige kinderen vinden een babymassage erg fijn’, zegt kinderbegeleider Anat. ‘Het is een heel intieme en emotionele activiteit.’ Samen met baby Basile en peuter Yasmien trekt ze de snoezelruimte in voor een massage.
Bouwen aan vertrouwen. Mama en papa aan het woord over hun eerste keer in de kinderopvang
Je kind toevertrouwen aan een kinderbegeleider of onthaalouder, wat doet dat met ouders?
Met welke vragen zitten ze? Wat verwachten ze van de opvang? En welke steun vinden ze er?
Zes ouders gaan in gesprek.
Wennen, het blijft wennen
‘Elk kind dat nieuw in de opvang start, komt samen met de ouder(s) wennen’, vertelt Tineke
Van Craenenbroeck, leidinggevende in Groepsopvang De Bron. ‘De overgang van het vertrouwde thuismilieu naar de kinderopvang is voor ouders en kind een grote sprong. Maar niet alleen ouders en kinderen wennen aan de nieuwe omgeving, kinderbegeleiders maken tijdens zo’n wenperiode kennis met het gezin.’
Samenwerken met ouders.
Hoe breng je moeilijke boodschappen?
Hoe beter de band tussen ouders en opvang, hoe vlotter de communicatie en de samenwerking.
Maar hoe goed de relatie tussen ouders en opvang ook is, af en toe heb je een moeilijke boodschap over te brengen. Hoe pak je dat aan?
Een tevredenheidsgesprek is géén formaliteit
Het tevredenheidsgesprek tussen ouders en kinderopvang raakt steeds meer ingeburgerd. Het is een soort van evaluatiegesprek om na te gaan of alles in de kinderopvang oké is voor de ouders.
Maar wat is nu precies de bedoeling van zo’n gesprek? Hoe maak je er een echte dialoog met ouders van? En hoe bereid je je voor op een tevredenheidsgesprek?
Inspiratie DEEL 2


Geen winnaars, geen verliezers
TEKST
FIEN LANNOYE
FOTO’S
CAROLINE BOUDRY
‘Om het eerst!’ We spelen vaak spelletjes waarin competitie centraal staat. Maar in Initiatief voor Buitenschoolse Opvang (IBO) Jabedabedoe in Torhout pakken ze het vandaag anders aan. In plaats van spelletjes tegen elkaar, met winnaars en verliezers, spelen ze spelletjes die te maken hebben met samenwerking en elkaar beter leren kennen. Bovendien draagt die aanpak bij aan de goede sfeer en het samenhorigheidsgevoel in het IBO.
Vrijdagnamiddag: begeleidster Inne Hemeryck vraagt wie er zin heeft om enkele spelletjes te spelen. Emiel, Fien, Luca en Victor hebben er direct zin in. ‘We hebben stoelen nodig’, zegt Inne. ‘Brengen jullie elk een stoel mee naar buiten?’ De vier nemen een stoel uit de eetzaal en ondertussen wordt de groep geïnteresseerde kinderen almaar groter. Ze vormen spontaan een kring. ‘Als we nog wat naar achter schuiven, dan kan Brents stoel er ook nog bij’, zegt Emiel. Enkele minuten later zitten twaalf enthousiaste kinderen in de kring.
De lege stoel
Inne legt het eerste spelletje uit. De kinderen zitten in een kring met één lege stoel. ‘Jullie moeten samenwerken om ervoor te zorgen dat ik niet op de lege stoel kan gaan zitten’, vertelt Inne. Het spel start en de kinderen spreken af hoe ze het zullen aanpakken. ‘We kunnen onze voeten op de stoel leggen’,