TAS blad

Page 1

13 mei 1966

Tilburgs Al

dentenblad 2e jaargang no. 14

Redaktie: Akademielaan 9 TWEEWEKELIJKS Advertentie-administratie

Drukkerij

ONAFHANKELIJK

LBtgeveri]

H.

STUDENTENBLAD

Gianotten N . V . - Bredaseweg 57 - Tilburg - Telefoon

DE STEEN DES AANSTOOTS zijn rede „De kerk aan de openbare en bijzondere universiteit", uitgesproken ter gedegenheid van het 25-jarig priesterfeest van pastoor Gelissen) dat een golf van onverSdhilligiheid de insteHingcn van het katholiek hoger onderwijs teisterfc Bovendien bespeurde hij een angstwekkende geestelijke neutraliteit en een infantiliserende geest. In deze levenssfeer ziet de experimentele gelovige volgens van Kiüsdonk niets meer doorschemeren van het evangelie.

„Religies zijn de verstarde gedachten van mensen, waarop men tempels bouwt" ( Chrishnamur d )

Akfuele situatie Het bij velen levende ongenoegen over de bouw van een nieuwe studentenkerk werd reeds meer dan eens naar voren gebracht. Deze bezwaren 'die vooral van studentenzijde kwamen zijn niet serieus genomen. Binnen afzienbare tijd zal de „eerste steen" zijn uitgegroeid ifcot een zinloos monument, dat waarschijnlijk altijd in afwachting zal blijven van de velen, 'die volgens de oorkonde religieuze verkwlkkimg komen zoeken. Een kleine steekproef (liefst een a-seleote dit keer) zou aantonen, dat de behoefte aan religieuze verkwikking op dit moment nauwelijks nog aanwezig is. Deze behoefte 'kan evenmin weer worden aangekweekt door het bouwen van een eigen studentenkerk of door een vernieuwing van een liturgie. Zij die dit menen leven nog in ,,het tijdperk der christendommers". Pater J. van Kilsdonk s.j. constateerde (in

Historie Het dhristendam is ontstaan in mytisch denikende culturen (ibijhel) en later sterk beïnvloed door het Griekse metafysische denken en het middeleeuwse denken. De periode voor de reformatie zouden wij kunnen kenmerken als de bloeitijd van het „christendomst". Het is het tijdperk van de kerstening der culturen, de tijd van het „christelijke" bijgeloof. N a de reformatie breekt het tijdperk der christendommers aan. Elke godsdienstige groepering bezit zijn eigen absolute waarheid. Er heerst een diepgewortelde groepsgeest en een volledig steunen op het gezag. Afwijken-

STUDENTEN TREFCENTRUM In verscheidene verbanden is de laatste tijd het zogenaamde Trefcentrum aan de orde geweest. Het verdient onderhand wel aanbeveling nu eens te preciseren waarom het o.i. hier dient te gaan en na te gaan of voor de vorm die hier wordt voorgestaan, belangstelling bestaat. Naar onze mening moet een studenten Trefcentrum op de allereerste plaats algemeen en open zijn. Het moet dus in gelijke mate open staan voor leden van de bestaande verenigingen én voor diegenen die daar niet bij zijn aangesloten. Dit houdt voor wat betreft deze verenigingsleden in, dat zij in dit studenten-trefcentrum geen concurrentie van hun eigen sociëteit mogen aantreffen, maar een aanvulling; in het Trefcentrum ontmoeten zij een in meer opzichten gemengd gezelschap, zij bevinden zich in de sfeer van een bar zoals er in de stad meerdere zijn. (In dit Trefcentrum zal eventueel plaats ingeruimd worden voor een biljart, t.v., leestafel, discotheek, etc.). Het verschil is echter dat deze ruimte alleen voor studenten en hun introducé's open staat. Voor de niet-verenigingsleden houdt het in, dat zij er niet in kunnen aantreffen een 3e sociëteit voor de rest-groepering die zij vormen, doch een gelegenheid waar zij verkeren op dezelfde basis als de anderen. Om redenen van practische en ideële aard zou het Trefcentrum moeten worden gevestigd in het Eigen Huis. Met betrekking tot de exploitatie zij nog opgemerkt, dat o.i. in de beginfase St. Olof, Askloa en de A.T.S.O. zouden moeten participeren in de opzet (mede om hun aller belangen hier in te passen) maar dat spoedig een zelfstandige stichting de exploitatie op zich zou moeten nemen. Om tot een kleine opiniepeiling te geraken aangaande deze materie, in concreto of er inderdaad belangstelling bestaat onder de Tilburgse studenten voor een algemeen Trefcentrum in hieronder een afscheurstrookje opgenomen. Indien U inderdaad belangstelling hebt, zouden wij U willen verzoeken dit strookje ingevuld aan het TAS-blad, Academielaan 9, in te sturen óf op de A.T.S.O.-kamer in te leveren. Ondergetekende geeft hiermede blijk van zijn belangstelling voor een eventueel in te richten algemeen Trefcentrum, Naam: _^. Adres: _ 'Woonplaats: _....„ __..... I e jaar van inschrijving; .....,«-_ _ _ _ studierichting; _ __ v * lid van St. CMof/AsIdoa; niet aangesloten bij een vereniging. * Doorhalen wat niet van toepassing is.

T w e e jaar Eigen Huis Historie: D e A.T.S.O. blijft het geplande onedbte in het leven wordt gehouden.

ld van het Corps, dat door algemene bijstandszorg Ari Pekelbloin

*

23036 - 23037

de meningen binnen d e groep worden niet getolereerd. Een enorme verstarring is het gevolg hiervan. Nu na twintig eeuwen moeten we vaststellen dat er nog nauweJijJcs een begin gemaakt ès met het ahrisfcendom. D e huidige cultuur verwerpt het mythische en metafysische, de traditionele geloofsgetudgends wordt daardoor onbegrijpelijk en tot een voorbije cuktmr-fase behorend, in deze cultuur niet meer geloofwaardig. Secularisering *) Een bestaansvoorwaarde voor het christendom is de secularisering. Dit betekent de samenleving bevrijden van alle aanspraken der •religie en van het religieuze levensbesef. De verstaanbaarheid en het werkelijk aanspreken van het evangelie kunnen hierdoor in sterke mate bevorderd warden. Het religie-loos christendom zoekt naar de diepere levenswaarheden, die slechts in het zelfstandig denken en luisteren te ervaren zijn. Het zijn existentiële waarheden, geen mytihisdhe voorstellingen. T.S.F./S.I.B. O p dinsdag 17 mei a.s. organiseert de T.S.F. een sprekersavond, verzorgd door Dr. Lafeber, welke verbonden is aan het polemologisch instituut van Prol. Röling te Groningen. Het thema voor deze avond is de grote betekenis die de polemologische wetenschap heeft voor de oplossing van het immense vraagstuk van

OORLOG E N VREDE Gezien de draagwijdte en de actualiteit van deze problematiek hopen wij dat U zich voor deze avond vrij zult kunnen maken van al U w beslommeringen en we verwachten dan ook een massale opkomst van de Tilburgse student. Dr. Lafeber zal zijn lezing aanvangen om 20.00 u u r in het Hogeschoolgebouw, waarschijnlijk in de grote collegezaal. Na afloop is er mogelijkheid tot discussie.

Sfudentenparochie? Heeft een studentenparodhie met een eigen gebouw nog enige zin in de religieloze tijd? Pater van Küsdonk meent van wel; „De studentenparochie moet een beweging zijn van mensen, ideeën en visies, ifcoctom een beweging tot vorming van een mensbeeld door jeugdigen". Hierbij moet directe verbinding aan linstellingen of madhtsgroeperingen voorkomen worden, opdat deze beweging een proefpolder kan worden voor een werkelijk existentieel christendom. Een kerkgebouw voor „het houden van godsdienstoefeningen" valt moeilijk te rijmen met dit christendom zonder religie. De „god-is-dood-beweging" (de Nieuwe Linie, 2 april '66) maakt d e mens van deze tijd ontvankelijk voor het geheim van het leven. Nu het gebouw er toch komt kan het wellicht nuttig gemaakt worden als vormingscentrum, waar lezingen, cursussen en gesprekken een einde kunnen maken aan de geestelijke neutraliteit en d e infantiliserende geest waarvan pater van Kilsdonk terecht met bezorgdheid melding maakte. (vervolg zie pag. 2)

ï


Schrijver dezes wenst onbekend te blijven omdat hij meent, dat het leefklimaat in Tilburg nog te veel griezelige verschijnselen vertoont die aan het tijdperk der christendommers doen denken. Kritiek op „heilige" zaken blijkt hier dikwijls vervelende consequenties te hebben voor de betreffende kritikus. Hopelijk heeft hij zich hierin vergist. christ-en-dom ? *) R. Adolfs gaf in „Crisis rond Godsidee" (D.N.L. 2 april '66) de volgende definities van secularisering; „de bevrijding v a n alle religieuze, boven-natuurlijike, mytische en metafysische wereldverklaringen; waarna de mens zijn wereld en zichzelf in die wereld zoekt te verklaren door de natuurwetenschappen en door analyse van zijn eigen bestaan (existentialisme)." KANTTEKENING Opnieuw dus een evidente manifestatie van een zekere angst, die als een spook blijkt te waren onder de Tilburgse studenten, beste lezer. D a t deze angst inderdaad bestaat, daarvan getuigen talloze openlijke en min of meer bedekte opmerkingen, die ons de afgelopen maanden ter ore kwamen. W a a r a a n deze te wijten is, is een geheel andere zaak. Men (de doorsnee Tilburgse student) is maar al te snel geneigd de oorzaak te zien in het optreden van „hogere instanties", met name het College van Curatoren en de Academische Senaat. Voor een deel berust dit idee wel op waarheid; daarvan getuigen verschillende „ingrepen" dezer instanties in zaken die tenslotte slechts de student aangaan. Ik denk hierbij met name aan het geblokkeerde streven, twee jaar geleden, van een onzer collegae om te komen tot de oprichting v a n een S.V.B.-afdeling Tilburg. Deze man werd destijds medegedeeld, dat het voor zijn „geestelijk welzijn" zeer aanbevelenswaardig zou zijn, indien hij maar v a n verdere pogingen in deze richting wilde afzien, W e denken in dit verband ook aan het ter verantwoording roepen van opnieuw een onzer medestudenten n.a.v. een artikel in T a s no S, nl. „Beste Pietcr". D e zaak heeft echter ook een geheel andere zijde, zoals bijna steeds het geval is. N a a r onze mening heeft bovengenoemde angst zulke onevenredige proporties aangenomen mede door het bizonder enge blikveld waarmee een groot deel der Tilburgse studenten hun bestaan bezien. Men streeft slechts naar materiële waarden, met voorbijzien van geestelijke en ideële doeleinden. Het gevolg is een vergiftigende inertie t.o.v. alles wat maar iets verder reikt dan het enge en kille eigenbelang. W e zijn ons er terdege van bewust dat w e hier zeker niet mogen generaliseren, doch feit blijft, dat deze kwalificatie geldt voor het overgrote deel der Tilburgse studenten. Een logische consequentie van genoemde inertie is onbekendheid met bepaalde structuren en gedragspatronen in de Tilburgse studentenwereld, met als even logisch gevolg: O N Z E K E R H E I D en zelfe A N G S T . Een veelzeggend voorbeeld hiervan vinden w e opnieuw in T a s no 8, onder het hoofd: „ W i e is er bang voor de H.VJD." Laten we, alvorens te spreken van een „schrikbewind" der Hogeschoolinstanties, eerst de hand eens in eigen boezem steken; hij die zonder zonde is werpe dan de eerste s t e e n ! W a t de teneur van bovenstaand artikel betreft, deze kan ik geheel onderschrijven. Alle hervormingen in de huidige structuur en liturgie der Kerk mogen slechts lapmiddelen genoemd worden; nodig is revolutionaire hervorming, waarbij men tot een volwassener inzicht over het bestaan van God zal dienen te komen en aan de andere kant zal dienen te beginnen, nl. met de mens, om zo tot het Zijn te geraken. Z o niet, dan (om met woorden van Arthur Koesder te spreken) „gaat de mens een geestelijke ijstijd binnen; de gevestigde kerken kunnen niet langer méér verschaffen dan Eskimohutten w a a r faun huiverende kudde bijeen kruipt". Hierop voortbordurend, en inhakend op de titelt „De steen des aanstoots", zou ik tot dot een uitspraak van John A T . Robinson willen citeren; „ W i j moeten opnieuw leren dat liet huis v a n God* in de eerste plaats de wereld is waarin God leeft, niet de keet van de aannemer welke op het terrein werd gebouwd". P . v . Eeuwijk

— Escftce — S.F.T. — Escftec — SJF.T.

Eseftee

Volgende voorstelMng: dinsdag 17 mei!! 23.15 uur (kwart over elf) Ambassade theater, W i l k m IX-straat „Sweet bird of y o u t h " v a n Richard Brooks (1962) In het voorprogramma brengen w e enige Joegoslavische tekenfilms.

De Heilige Johanna van dè slachthuizen BERTOLT Wanneer in het Chicago van de dertiger jaren d e vleesmagnaten in een strijd op leven en dood gewnlkkeld raken, waarvan de mindere goden onder hen het slachtoffer worden, met het gevolg, dat zij hun arbeiders op straat moeten zetten, breekt er een uitzichtloze economische en soaiale crisis uit. Deze situatie is meer dan de achteorgrond voor het verhaal van een moderne Jeanne d'Arc, die zich aansluit bij het werkloze proletariaat en 'tevergeefs probeert de industriëlen de ogen te openen voor de ellende, die ze aanriohten en laten voortduren. Johanna Dark is de personiificatie van het schreeuwende onrecht, dat wordt overstemd door het egoïsme en de kortzichtigheid van de bezattende klasse en een verburgerlijkte middengroep —• zeer treffend verbeeld door W i m Kouwenhoven —. Zij is niet alleen de spreekbuis van de marxistisdhe opvattingen van Brecht, maar meer dan dat vertolkt zij de rol, die 'hij van de toesdhouwer verwacht: de goedwillende mens, die uiteindelijk kiest voor de enige mogelijkheid om de maatschappij te verbeteren: het marxisme. Met niets ontziende scherpte, met een kille 'hartstocht— slechts schijnbaar een paradox —, ontleedt en verwerpt Brecht de toenmalige maatschappij, of althans de maatschappij, zoals hij die ziet. Hij voert zijn kruistocht tegen alle bestaande instellingen tot een verbijsterende climax: wanneer Johanna verteerd door het slopende bestaan, dat zij in solidariteit met de werklozen leidt, stervende een vernietigend oordeel uitspreekt over het gevestigde maatschappelijke bestel

BRECHT en oproept tot geweld als enig overblijvende redmiddel, wondt haar de mond gesnoerd door een het gehele volk voorstekend koor, dat haar heilig verklaart en uitroept tot „patrones der verdrukten", een kwalificatie, •die haar verder buitenspel zet. Hier wijkt Brecht af van Marx: Sprak Marx nog van godsdienst als opium van het volk, hier is duidelijk sprake van opium foor het volk, een door de regerende kaste bewust aangegrepen middel om het volk te misleiden. Als Brecht dit inderdaad zo ziet, hoeft hij ook geen revolutie te prediken, maar is verbetering binnen de bestaande structuur, door een veranderende mentaliteit, in principe niet onmogelijk Tegen een zeer suggestief en ingenieus opgezet decor van golfplaten en spekhaken — kilte en verlatenheid —, brengt Theater een goed verzorgd stuik op de planken. Het minimum aan aktie wordt ruimschoots opgevangen door de grote nadruk op de koren, die dan ook een bijzonder imponerende kracht bereiken. Goed spel wordt vertoond door Hans Tiemeyer als de vleesmagnaat Piermont Mauler, door Hans Grodset als zijn makelaar, maar vooral door Mia Goossen als Johanna Dark, die men werkelijk ziet groeien van een enigszins labiele wereldvreemde vrouw, naar een krachtige persoonlijikheid, die weet wat ze wil. De rollen van de andere leden van de Zwarte Strohoeden daarentegen lijken soms iets te nadrukkelijk karikaturistisch gespeeld, hetgeen hun geloofwaardigheid bepaald geen goed doet. J. Thomassen

t Caritas Pro Armis

In Memoriam Na een smartelijk ziekbed is maandagochtend om 9.45 uur Mgr. Bekkers op 58-jarige leeftijd overleden. Door dit verscheiden is niet alleen de katholieke kerk, doch de gehele christenheid een groot man ontvallen. O o k bij niet-christenen was Mgr. Bekkers een zeer gerespecteerd persoon, juist door zijn eerlijk en open optreden, altijd bereid tot een dialoog met andersdenkenden. In de voetsporen van Paus Joannes X X I I I , die hij zozeer bewonderde, heeft hij gedurende zijn gehele diocesane perrode geijverd om zijn gelovigen een waarachtig christendom te brengen, wars van elke starre dogmatiek en een onwaarachtig logisme. Door zijn eerlijkheid en consequentheid was hij het ook, die het aandurfde, dikwijls ver vooruit op de „Roomse" leer, door het gebruik van de moderne communicatiemiddelen de mens een oplossing te bieden in concrete problemen, door een beroep te doen op het eerlijke eigen geweten. Als zodanig was hij voor elke KATHOLIEK aanvaardbaar en misschien moeten we, naast zijn onmetelijke verdiensten voor de oecumenische beweging in Nederland, hem bij uitstek dankbaar zijn voor zijn baanbrekend werk tot de emancipatie van het christelijk geweten. Het is de grote tragiek van Mgr. Bekkers, dat hij juist op de tweesprong van oud en nieuw, door zijn Schepper tot Zich genomen is, nog voordat hij de taak, die hij op zich genomen had, enigszins voleindigd kon zien. Hij zal echter voortleven als een groot vernieuwer van het religieus bewustzijn. Moge hij rusten In vrede.


DE IERSE PAASOPSTAND DUBLIN 1916 „ W h a t if the dream come true and if millions unborn shall dwell? In the house that I shaped in my heart, the noble house of my thought?" Pearse „The Fool".

Het was vorige maand 50 jaar geleden, dat in Dublin de Paasopstand van 1916 uitbrak. Deze strijd, ofschoon in militaiTe zin verloren, was beslissend voor de onafhankelijkheid van Ierland. Gemakkelijk wordt voorbijgegaan aan dit gebeuren, dat plaats vond in de schaduw van de Berste Wereldoorlog. Bovendien betreft het de geschiedenis van een land, waarmee mien zich .— ten onredhte •— nauwelijks verbonden voelt, al ligt het geografisch aan de rand van Europa. In de laatste halve eeuw is al weer zoveel gebeurd, zoveel meer wereldschokkend, dat dit eigenlijk nauwelijks nog het vermelden waard geacht wordt. Tooh is het goed even stil te staan bij die strijd, zo heldhaftig als zelden in de geschiedenis is voorgekomen. Een land, dat als eenheid wel nooit bestaan had, maar verdeeld was geweest in koninkrijkjes, streed na 700 jaar Engelse overheersing om een eigen bestaan. De Ier voelt geen enkele verbondenheid met Engeland, dat hij heeft leren haten. D e Engelsman heeft slechts minadtiting voor de Ier: van beide kanten trad men dan ook onvoorstelbaar wreed op. Al in de voorafgaande jaren waren pogingen ondernomen zich los te maken van Engeland. In 1848, na dè grote hongersnood, werd de beweging van de Young Irelanders de kop ingedrukt. Onvermijdelijk ontstond er een nieuwe groep, die hun taak overnam. De Fenian Movement trachtte in 1867 zonder succes wederom een oproer door te zetten. Het verarmde Ierland bleef geestelijk ongebroken. In 1905 stidhtte Arthur Griffith de Sinn Fein, die de terugtrekking propageerde van de Ieren uit het Engelse parlement. O p Tweede Paasdag l 9 l 6 tenslotte vond de Proclamation of the Republic plaats. Daarmee was de opstand een fedt. Leider was (boe tekenend voor dit land) de dichter Patrick Pearse. Het Ierse Vrijwilligersleger bezette de strategische punten in de stad. T e -

gen de avond begon een straatgevecht van man tegen man. Militair zwak door gebrek aan geoefende manschappen en wapens, geleid door dichters, schrijvers, geleerden, politici, was de opstand van het begin af gedoemd te mislukken, maar het elan verzekerd. De bedoeling was te tonen, dat men bereid was te sterven voor de onafhankelijkheid. In de volgende dagen werden de burgers teruggeslagen door de verpletterende overmacht van het Engelse leger en diens artillerie, die de halve stad in puin schoot. O p vrijdag 28 april gaf Pearse een manifest uit, waarin hij ondermeer zei: ,,I desire now, lest I may not have an opportunity later to pay homage to the gallantry of the soldiers of Irish Freedom who have during the past four days been writing with fire and steel tbe most glorious chapter in the later history of Ireland. Justice can never be done to their heroism, to their discipline, to their gay and unconquerable spirit in the midst of peril and deatih". Hij eindigt dan als volgt: ,,If we accomplish no more than we have accomplished, I am satisfied. I am satisfied •that we have saved Ireland's honour. For my part, as to anything I have done in this, I am not afraid to face either the judgement of God, or the judgement of posterity". Op zaterdag reeds werd de positie van de opstandelingen hopeloos door een bajonetaanval van de Enqelsien. Onvoorwaardelijke •overgave volgde. De zestien leiders hebben de uiteindelijke bereiking van hun doel niet meer meegemaakt. Allen zijn een maand later doodgeschoten. Op niet mis te verstane wijze heeft Ierland aangetoond, dat geen voik met een dergelijke geschiedenis zonder meer weggevaagd kan worden. Zeker niet Ierland, bewaarder en verspreider van de Europese beschaving in de tijd van 'de volksverhuizingen. Het heeft uitino gegeven aan een gerechtvaardigd natianaiisme, niet gebaseerd op zelfoverschatting, maar op hun cultuur en godsdienst. Het was een beroep op hun recht op een eigen vrijheid met groot idealisme. ..O W i s e men riddle me this: what if the dream come true?" A. H.

DE S.V.B. OOK IN TILBURG Als laatste der universiteitssteden gaat ook Tilburg nu over tot de opriclhting van een afdeling van de landelijke Studenten V a k beweging, nadat overigens in het verleden een soortgelijk streven onder bizonder ge•heimziinnige en voor de buitenwereld raadselachtige omstandigheden verijdeld werd ! Met de vestiging van deze partij, die de grote inspirator en animator van alle hervormingen die tot nu toe in de Nederlandse studentenwereld hebben plaatsgevonden, is geweest, en nog steeds is, krijgt Tilburg dan eindelijk zijn eerste landelijk georganiseerde plaatselijke politieke partij. Dit kan slechts de werking van de T.S.R., zo langzamerhand verworden tot een nauwelijks tegenspel biedend, en daardoor steriel orgaan, ten goede komen. Tevens zal, als d e geruchten ons niet bedriegen thans de gehele plaatselijke structuur aan de landelijke worden aangepast; immers er schijnt sprake te zijn van tendenties om te komen tot d e oprichting van een P.S.O.-partij en een N.S.A.-partij. Hiermede zal dan eindelijk bereikt zijn, dat

er ook naar Tilbuirg ideeën gaan doorstromen afkomstig uit de koker der verschillende partijen. Tevens biedt deze landelijke aansluiting perspectieven voor de mogelijkheid tot ontwaken van de Xilburgse student I Inmiddels is gebleken, dan dankzij het geintrigeer van Gieskes e s , , de S.V.B. ( 4 1 % der stemmen in januari) opnieuw buiten het N.S.R.-bestuur gehouden is. Dit kan slechts een des te grotere stimulans zijn, om door te stomen naar een absolute meerderheid volgend jaar. In het volgend nummer hopen we terug te komen op dit onderwerp, om dan tevens doelstellingen en programma van de S.V.B. uiteen te zeitten. Op het ogenblik heeft zich reeds een behoorlijke groep geformeerd van aspirant S.V.B.ers, doch ook U, die nog niet in de gelegenheid was U aan te sluiten, bent van harte welkom. Schriftelijke opgave onder no. 100 aan Tas, Academielaan 9. P. van Eeuwijk

DOCTORAAL EXAMEN SOCIALE W E T E N S C H A P P E N VRIJDAG 1 APRIL 1966 Geslaagd: Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.

van Erven, H . W . , TÜburg Frandssen, B, C. M., Voorburg Joakergouw, Tlh. A. J. M-, Tilburg v. Raay, W . J. M , Geodringen (GId.) Vaessen, M. T- 'M., W e e r t Wagemakers, H. A , M., Eindhoven. Mej. A. F . J. Adank, Bureau Senaat

DISPUUT „PARCIVAL" Het dispuut „Parcival" deelt u (bij deze mede, dat zijn bestuur zich voor de volgende ambtsperiode als volgt beeft geformeerd: Praeses: H. J. G. Beilcker, Ab-actis: J. A. M. Rildloen, Questor: A. H. G. van de W e y e r Voor het dispuut: J. A. M. Rikken Tilburg „THE AUREOLE FOLKSINGERS" oXv. H . L. M. Span. Recruteringscentrum: D I S P U U T . A U R E O O L " etc. Instrumentaria: 12-string-gudtar, 4-string-ibanjo, foBc guitar, tamborine, piano, occerino, ukelele, rasp-amerlcano. Bezetting: zoals gewenst. Repertoire: zoals gewenst. Correspondentieadres: D . G. Derksen, Langestraat 7 B, Tilburg. ADRESWIJZIGINGEN A. W . P. M. Vermeulen van 'Deken Botsstraat 31 naar Hopweg 86, Tflburg. ]. L. M. Velthuis van Statenlaan 3 naar Bosscheweg 57, Tilburg. C. P. H. C. Jansen van Wühelminapaiik 108, Tilburg naar Nieuwe Parfclaan 72, 's-Gravenihage. T h , J. J. JouJiers — T . J. Jonkers v a n Reitse Hóevenstraat 203, Tilburg naar v. Maarseveenstr. 13, Tilbuig. J. S. A. J. Wijnands van Statenlaan 97, Tilburg naar Statenlaan 103, Tilburg. H. G. A. M. van de Voordt van Dan. Jos. Jittastr. 183, Tilburg naar Sparrenstraat 40, Tilburg. P. J. M. Schols, v a n Bmmasingel 18, Weert, naar Jan Heynsstraat 41, Tilburg, J. A. L. M. de Feber, van Indigolaan 21, naar Missionarisstraat 54, Tilburg. R. G. A. de Schutter, v a n Azuurweg 338, naar Veld'hovenring 138, Tilburg. W . J. A. M. Koenraadt, Philips Vingfoooosstraat 79, naar Veldhovenring 138, Tilburg. G, P. R. Verstraeten, v a n Noorwitsstraat 29, naar: Hart van Brabantlaan 122, Tilburg. J. P. M. van Laar, van Pater v. d. Elseustraat 3, naar: Spooriaan 114, Tilburg. W . M. C. Dautzenberg, v a n Gildebroedersstraat 69, naar: Hertogstraat 65, Tilburg, T h . P. G. F. Cuypers, van Oude Herstalsestraat 5, naar: Hesperenstraat 56, Tiiburg. STUDENTEN ST. VTNCENTIUS-CONFERENTIE W i e heeft er belangstelling om hier ter stede in kleine zaken bedrijfseconomische en fiscaal-juridische adviezen te geven en soortgelijke assistentie te verlenen in incidenteel voorkomende gevallen? Hij stelle zidh in verbinding met M. J. J. D I J S T E L B L O E M Oerlesestraat 206 . Tel. 33587. REDUKTIE DAMES Vanaf heden zijn in het redutetie-apparaat opgenomen: „Tricots Jacqueline/Mirabelle" exclusieve mode Heuvelstraat 1 3 7 ^ 1 2 8 en Corset speciaal zaak „Leonie" Heuvelstraat 66. Door bemiddeling van de N{ederlandse) S(tudenten) C(oQperatie) is het mogelijk om bij de grootste toonzalen o p het gebied van meubels en slaapkamers een redufctie v a n 18-20% te krijgen. Zeer binnenkort brengt de N.S.C, type-machines op de markt met een korting v a n tenminste 4 0 % . Introdutóes en instrukties dagelijks te verkrijgen op de redufctiekamer v a n 10.00 uur tot 18.00 uur. Voor prijsbewuste studenten gaat de verkoop van koffie en ovenhemden gewoon door!

_

Namens het reduktie-apparaat C. O O S T V E E N P. S. V A N D E N ACKER.

Tilburg,


*

HET PACIFISTISCH SOCIALISME In een tijd waarin men „geïnspireerd" door een tot niets verplichtend traditionalisme óf een lethargisch nihilisme alles wat maar enigszins v a n het geijkte patroon dreigt af te wijken, extremisme noemt, ongeacht het feit of dit deviante denk- en gedragspatroon al dan niet voortspruit uit idealisme, schijnt het een gevaarlijke zaak er waarden en idealen op na te h o u ' den die bulten het voorgeschreven kader vallen. Dit mochten we onlangs nog constateren bij de jl. statenverkiezingen, toen het heette, dat het extremisme als de grote triomfator uit de stembusslag tevoorschijn gekomen was. Het kwam bij het merendeel der criticasters niet op, om ook maar enige nuancering in hun oordeel aan te brengen, of het moet de toevoeging «Jinks" of „rechts" zijn geweest. V a n meer recente datum is de affaire die zich heeft afgespeeld rond de samenstelling v a n de kieslijst der P.S.P. voor de a.s. gemeenteraadsverkiezingen. D e aanvankelijke lijsttrekker dezer partij zag zich genoodzaakt v a n deelneming af te zien. Het leefklimaat blijkt nl. in het „verdraagzame" katholieke zuiden nog steeds niet zuiver genoeg om te handelen in overeenstemming met het eigen geweten. Voorbeelden dienaangaande zijn er te over; hiervoor hoeven w e niet eens buiten de hogeschoolgemeenschap te treden. Z o staat ook het pacifistisch socialisme bloot aan allerlei vooroordelen en idolen. Is men dan fout, indien men een verregaande socialisering van de samenleving voorstaat, een socialisering die slechts mogelijk is in een tijdperk v a n algehele wereldvrede? W a t is er christelijker dan dit? O m aan te tooien, dat bij uitstek dit pacifistisch socialisme geënt is op het personalisme, volgt hier een citaat uit het werk v a n Dr. B. Delfgaauw- „De wijsbegeerte van de twintigste eeuw". P . van Eeuwijk

Het Personalisme Met de term personalisme wondt het denken aangeduid van een groep Franse filosofen, waarvan Emma' rmel Mounier (1905-1950) en Denis de Rougemont (geb. 1906) de centrale figuren zijn, Versohillende Duitse filosofen zouden echter ook met deze term aangeduid kunnen worden, omdat hun denken alch om de betekenis van de persoon centreert. Men zou dit kunnen zeggen v a n Rudolf Eucken (1S46-1926), maar met nog meer recht v a n William Stern (1871-1938), Ofhmar Spann (1878-1950) Peter Wust (1884-1940), Romano Guardini (geb. 1885) of Theodor Haecker (1879-1945). D e verhouding tussen mens en wereld, de betebenös v a n die vrijtoedd der persoon en van de verbondenheid van deze persoon met de gemeenschap, zijn de wezenlijke thema's van deze filosofen. Het is echter noodzakelijk ons hier te beperken tot bet Franse personalisme, dat zijn actualiteit ontleent aan de wijze, waarop het de dialoog tussen filosofie en concrete werkelijkheid aan de oude stelt. Zowel bij Mounier als bij D e Rougemonit gaat het om een vernieuwing der maatschappij, die ei] evenzeer noodzakelijk achten als Ma'rx. In de nieuwe maatschappij zal de menselijke persoon niet in de maatschappij ten onder mogen gaan, zoals dat bij het dialektisoh materialisme in feite het geval is en evenzeer, zij het o p andere wljee, in d e huidige burgerlijke samenleving. De maatschappij zal integendeel zo g e ordend moeten zijn, dat d e persoon in vrijiheid zichzelf kan zijn. Dit betekent niet, dait de persoon los staat van de gemeenschap, maar hij kan alleen in, voor en door de gemeenschap Eija, als hij niet volkomen in die gemeenschap opgaat. Alleen als gemeenschap en persoon een persoonlijke G o d erkennen, is d e waarde der persoon .veilig. Anders dreigt zij altijd het slachtoffer te worden van de madht, hetzij van de staat, hetzij van het kapitaal of van een bepaalde klasse. In het tijdschrift Esprit, dat Mounier heeft gesticht en dat na diens dood is voortgezet door Albert Béguin en Jean Lacroix, werd en wordt deze problematiek op concrete wijze a a n de orde gesteld. Het personalisme neemt Marx' gedachte over, dat de filosofie de wereld moet veranderen. Anders dan het Marxisme echter geeft het geen program van actie, dat van tevoren reeds klaar ligt, maar de mens moet zijn program gronden o p d e concrete situatie, die zich steeds ontwikkelt. Dit neemt niet weg, dat er wel richtlijnen voor deze actie zijn: het gaat zowel om de waardigheid van de persoon als om het webljQ van de gemeenschap. Overigens staan deze ndet los van elkaar, maar zijn eikaars wederzijdse voorwaarde. D e waardigheid van de persoon is vooreerst zijn vrijheid. Het is d e tragedie van het Marxisme, dat het met de vrijheid geen raad weet en deze daarom in de praktijk tracht te vemiietigien. Het zou edhter een ernstige misvatting zijn te menen, dat de Westerse maatschappij wel de vrijheid v a n het individu integraal waarborgt. De structuur van deze maatschappij

is van die aard, dat wat Marx de vervreemding genoemd 'heeft, hier volle -werkelijkheid is. D e Westerse mens stek zijn werkzaamheid in dienst van doeleinden, die hij zelf niet wil, maar die hij dienen moet, als hij zich een materieel bestaan wil verzekeren.

Tegenstelling met Marxisme Het Marxisme legt niet alleen terecht verband tussen filosofie, politiek en economie, maar eveneens tussen de wijsbegeerte en de verschillende wetenschappen. Ook dat is juist, d a a r (zowel de filosofie als de maatschappij zich enkel door middel van de wetenschappen ontwikkelen kunnieni. Het gevaar van het Marxisme is echter, dat het evenzeer een aprioristische voorstelling van de wetenschap heeft als van de maatschappij en de vrijheid van de eerste even weinig eerbiedigt als die van de laatste. In tegenstelling tot het Marxisme wil de personalistische wijsbegeerte zich open houden voor iedere verdere ontwikkeling van de wetenschap. Een derde verschil met het Marxisme ligt in de verhouding tot de godsdienst. Wijst het Marxisme de godsdienst af als ideologie van de kapitalist, het personalisme ziet in de godsdienst de drijvende kracht voor de morele bewustwording van de mens. Daar morele 'bewustwording uiteraard sociaal gericht is — de echte moraal bevordert altijd het menselijk samenzijn, — betekent de belemmering van de godsdienst belemmering van de vrije uitgroei van de zedelijke verantwoordelijkheid en daarmede van de menselijke werkzaamheid, die gericht is op de steeds verder gaande verbetering en vernieuwing van de gemeenschap. Het welzijn van de gemeenschap is niet a priori concreet te omschrijven, het voltrekt zich in de sociale arbeid van de mensen. E r kan slechts gezegd worden, dat het welzijn van de gemeenschap zowel het geestelijk leven als het stoffelijk bestaan van deze gemeenschap insluit. Het stoffelijk bestaan van de gemeenschap vereist vooreerst verhoging van de levensstandaard van een deel der Europese bevolkÉng en van veruit het grootste deel der wereldbevolking. Het vereist derhalve een rechtvaardige verdteling van de rijkdom van de wereld Het vereist daarenboven vrede, want de oorlog bedreigt evenzeer het stoffelijk als het geestelijk welzijn van de mensheid'. Het personalisme wil de laatste resten van kolonialisme en imperialisme opruimen en o p de grondslag van de zelfstandigheid der volkeren tot de verweikelijfcing van de wereldvrede geraken. Het geestelijk leven van de gemeenschap vereist niet alleen de geestelijke vrijheid van de leden dezer gemeenschap, maar daarenboven de openheid der verschillende gemeenschappen voor elkaar. Godsdienst en wijsbegeerte, kunst en wetenschap worden alleen uit vrijheid geboren. Zij allen kunnen bijdragen tot de noodzakelijke eenwording der mensheid, mits men hen in vrijheid laat ontwikkelen. Het welzijn van de gemeenschap is in laatste instantie het welzijn van de gehele wereld. Zolang ergens onvrijheid of honger of armoede heerst, is het onmogelijk van een welzijn der wereld te spreken.

gemeen is aan het denken en het handelen, aan de elite en aan het v o l k dat deze elite zal moeten helpen. Het gaat er bovenal om deze maatstaf door daden tot leven te brengen en d e wereld naar zijn beeld te hervormen' (blz. 196). Als Mounier in zijn Manifeste au Service da Personnalisme (1936) schrijft: 'Wij noemen personalistisch iedere leer, iedere beschaving, die het primaat van de menselijke persoon erkent boven de stoffelijke noodwendigheden en de collectieve instellingen, die zijn ontwikkeling dragen' (blz. 7), dan betekent dit geen losmaken van persoon en gemeenschap. Met nadruk zegt hij immers: 'Het onpersoonlijk worden van de moderne wereld en het verval van de gemeenschapsgedachte wijzen voor ons o p hetzelfde ontbindingsproces' (bla. &1). Hij doelt daarmee op de tegenstelling tussen de personalistisohe en de Marxistische opvatting van de geschiedenis. Beide wijzen de burgerlijke en fascistische maatschappij af, bedde willen een nieuwe maatschappij voorbereiden. Maar de opvatting van Marx blijft gebonden a a n het determinisme van de negentiende eeuw: de nieuwe maatschappij komt er hoe dan ook. Voor het personalisme echter komt een nieuwe maatschappij er alleen, wanneer de mens ervoor kiest. De geschiedenis is geen fatum, dat zich aan de miensheid voltrekt, maar de mensheid maakt haar eigen geschiedenis, (overgenomen met toestemming van de auteur)

T.S.S. „ P E N D R A G O N " Disputen-volley-toemooi; Uitslagen: Kwartfinales:

Capri Sinn Fein 007 Toast — Halve finales: Capri A.D.A.T. — Finale: 007 -

E r is altijd een dialektiek tussen het geestelijk leven van de mens en de stoffelijke voorwaarden, waaronder hij leeft. Gaat d e mens o p in de zorg om zijn materiële bestaan, dan is dit de dood voor zijn geest. Doch dit kan om twee redenen zo tzljn. De mens kan hiertoe door de structuur van de maatschappij gedwongen zijn. Daarom rust op cms de plicht deze maatschappij te veranderen. Doch de mens kan ook zichzelf aan de zorg overleveren, omdat hij niet het 'levensnoodzakelijke zoekt, maar de overvloed of de macht najaagt. Deze innerlijke gerichtheid kan een hernieuwing van de maatschappij niet veranderen, maar wel kan zij ervoor waken, dat rijkdom en macht niet in de handen van enkelingen komen. Zowel politieke als sociaaleconomische democratie zijn noodzakelijk. Heeft de mens echter voldoende om zijn materieel bestaan voor zichzelf en de zijnen te garanderen, dan is dit een voorwaarde voor de ontplooiing van het geestelijk leven, als de mens sterk genoeg is om niet in een steeds verder uitbouwen van zijn materieel bestaan o p te gaan. Het vrijwllUg zich afwenden van de materiële ovenvloed is de voorwaarde om tot geestelijke -rijfcdexm te komen. Deze verwerkelijkt zich alleen in het midden tussen stoffelijke nood en stoffelijke overvloed als dit midden ia bewuste ontzegging gekozen wordt. In zijn Penset avec les Mains (1936) omschrijft De Rougemont het personalisme als volgt: 'Het is de zending v a n de cultuur leiding te geven aan een revolutie, die zich anders tegen haar aal richten. O m de revolutie tot stand te brengen is het nu reeds nodig een nieuwe maatstaf te vinden en te erkennen, een maatstaf, die

2-0 1-2 2-0 0-2

007 R.A.F.

1-2 0-2

R.A.F.

1-3

Eerstejaars-toemooi Drienerlo: In de onderscheidenlijke sporten werden door de Tilburgse deelnemers de volgende resultaten geboekt: Badminton: dames dubbel : 2e plaats heren dubbel : 3e „ VoEeybal: heren : 9e „ dames : 7e „ Schaken: : 6e „ Voetbal: : Ie ,, Uitslagen Nederlandse Studenten Kampioenschappen; Badminton : 6e plaats Basketball : 8e

Judo

Dialektiek

Blauwe Schuyte A.D.A.T. Nix R.A.F.

: 6e

Schennen : 6e Tafeltennis : 6e Volley : 10e

„ „ „

Bij de individuele judokampioenschappen bereikte Jan Dix in de categorie zwaargewichten de 2e plaats. Eén beiker werd in de wacht gesleept doordat aan de heren-volleyploeg de stijlprijs werd toegekend. Pendragon-shirts: T o t 31 mei bestaat nog de mogelijkheid in te schrijven voor dit shirt. Prijs, zoals bekend, ƒ 15,—. Degenen die reeds ingeschreven hebben, kunnen het door hen bestelde exemplaar o p maandag-, woensdag- en vrijdagmiddag tussen 13.00 en 14.00 uur tegen contante betaling afhalen in de sporthal. Aanvulling Boksen: Tafeltennis: Judo:

Sportrooster 3e trimesterdonderdag: 1&.00—19.00 uur donderdag: 19.00^—20.30 uur woensdag : 18.15—20.15 uur

Disputensport: Het Pendragon-bestuur wijst er met nadruk op dat deelnemers in het bezit moeten zijn van een geldige Pendragon-Lidmaatschapskaart. Voor het bestuur, J. L. M. V E L T H U I S , hA. vice-praeses.


o

Pacifistisch Socialistische Partij

In onze tijd spreekt men graag over welvaart

„ c T D i i c ___ POSTBUS ZOO AMSTERDAM

Welvaart?

IS ER WELVAART, als e r -170.000 betaalbare woningen te kort zijn? nog altijd 160.000 krotten BEWOOND worden? van iedere 100 studenten er slechts 6 uit „arbeidersgezinnen" komen? Men spreekt ook over SOCIALE RECHTVAARDIGHEID Maar hoe is het dan te verklaren, dat: de topsalarissen, winsten en tantièmes ongecontroleerd mogen stijgen, terwijl de lonen onder scherpe controle staan? iedere loonsverhoging wordt gevolgd door een prijsstijging? de A.O.W.-premie alleen van de eerste ƒ12.750.— inkomen betaald moet worden? een zo kleine groep (minder dan 2%) van de bevolking een zo groot gedeelte (meer dan 15%) van ons nationaal inkomen opslokt? De sociale rechtvaardigheid in onze welvaartsstaat wordt beschermd door het zg- NATOSCHILD. Maar, voelt U zich veilig bij een multilaterale kernmacht waarin Duitsland zeggenschap heeft bij monde van hoge militairen die Hitlers bevelen trouw hebben uitgevoerd? Het lied van de welvaartsstaat is een slaaplied zolang de woningnood voort duurt en de huren blijven stijgen. De leuze van de sociale rechtvaardigheid is een leugen, zolang de winsten vrij en hoog, de lonen gebonden en laag zijn. De P.S.P. wil met deze „rechtvaardigheid" afrekenen en andere maatstaven aanleggen. De P.S.P. roept U wakker om een eind te maken aan de politieke onverschilligheid. Onverschilligheid steunt de krachten, die de sociale vooruitgang van anderen uit eigen belang willen tegenhouden de bewapening willen opvoeren omdat er aan verdiend wordt. De P.S.P. roept U wakker om te werken voor een socialistische samenleving omdat alleen dan: welvaart voor ALLEN zal bestaan betaalbare woningen voor IEDER kunnen worden gebouwd de inkomensverschillen steeds kleiner zullen worden de demokratie volledig zal zijn door medezeggenschap van alle werkers in de bedrijven. Immers IN EEN SOCIALISTISCHE SAMENLEVING WORDT NIET O M DE WINST GEPRODUCEERD O M D A T DE PRODUKTIE O P DE BEHOEFTE GERICHT ZAL ZIJN. Omdat de P.S.P. de enige partij in ons land is, die voor een WERKELIJK socialistische samenleving strijdt in een ontwapende wereld, verdient deze partij ook Uw hulp I Maak een einde aan de hypocrisie van bijna 20 eeuwen „christendom" en kies bewust I

INLICHTINGEN: POSTBUS 700 - AMSTERDAM Neem een abonnement op het 14-daags orgaan „Bevrijding". Dat kost U ƒ 1.50 per kwartaal. LUISTERT NAAR ONZE RADIO-UITZENDINGEN.


WAT EEN TIJD . . . WAT EEN TIJD . . . In Viking aio. 10, van 30 maart mochten we kennis nemen van het voor publicatie vatbare deel van een interview, dat door enige Viking-redacteuren werd afgenomen van de hoogleraren Schoordijk en Deelen, oude studievrienden uit Amsterdam. Met stijgende verbazing hebben we dit stukje proza gelezen en daarna moeten vaststellen, d a t beide heren wel bizonder ongenuanceerde uitspraken 'doen over d e Tilburgse student. Immers, als we dit studentikoze sherry-geleuter toclh nog enigszins serieus nemen, dan zouden we tot d e voor de huidige student vemiefcigende conclusie moeten komen, dat afgaande op d e leefwijze van zijn collegae uit de jaren '40, hij er beter aan deed zijn heil te zoeken „bij een visclub in de Jordaan". Mag dit voor bepaalde groeperingen, wellicht in iets gemitigeerde vorm, bij tijd en wijde eens waar zijn, als prof. Schoordijk in de periode dat hij in Tilburg vertoeft, zich de moeite getroost had dets verder te kijken dan zijn hooggeleerde neus lang is, dan was hij ongetwijfeld tot de conclusie gekomen, d a t op Tilburgse bodem ook studenten gedijen, die noch vanuit bierhuizen of toepkasten (om van andere kasten maar te zwijgen) t e voorschijn kruipen, noch naar de sociëteit gaan om zich daar te verpozen met ongelooflijk belangrijk „geouwehoer"; hij had dan kunnen constateren, dat d e student anno 1966 er niet zozeer op bedaöht is zich binnen een korte spanne tij ds een zo groot mogelijke hoeveelheid kennis eigen te maken, om hiermee gewapend zo snel mogelijk 15 mille te gaan opstrijken, doch dat hij zich in

allerlei B-kernen en andere verenigingen maatschappelijk probeert te engageren, met de bedoeling een bijdrage te leveren tot een leefbaarder wereld. Verder is het zo, dat de problemen die de huidige student bezighouden, niet zozeer al of niet van omslagen voorziene broekspijpen of nylons met of zonder naad zijn, doch veeleer de ontzagwekkende vragen die zijn existentie raken, zoals over God en wereld, leven en dood, oorlog en vrede... Beide heren blijken ook fervente voorstanders t e zijn van het bekleden van organisatorische (corps)functies, tevens van vrijheid t.a.v. de studieduur; verder blijken zij wantrouwend t e staan t.o.v. snel afstuderen. Hoe schoon is 'de theorie, hoe anders de practijk. V a n enige van mijn bizonder actieve (met organisatorisdhe functies beklede; weliswaar buiten corpsverband) juristenvriendjes kreeg ik onlangs de klacht te horen, dat o.a. op een verzoek om voorlopige vrijstelling van enkele colleges, door prof. Schoordijk beslist afwijzend beschikt was. Ook het begrip studievrijhedd wordt nogal afwijkend geïnterpreteerd van d a t uit de veertiger jaren. Nu impliceert dit, dat men ernaar streeft binnen 4 } ^ j a a r de eerste „partij" juristen op d e markt te brengen; naar ik hoop niet tegen dumpprijzen. Deze jongens hebben misschien ook nog wel idealen, die ze met waarachtigheid proberen uit te dragen. Ik hoop dan ook oprecht, dat prof. Schoordijk wat dit betreft niet tot de uitspraak behoeft te komen: „Jij hebt ze met, ik heb ze zander". P. van Eeuwijk

SURINAME en zijn ontwikkeling (ITI) (door R. Somaroo) itische koerswijaigiing door inkrimping en diversificatie de situatie zou kunnen redden. Het plantage-systeem in Suriname kreeg de Zij gingen — integendeel — over tot uiteerste klap door de ineenstorting van de Am- breiding met als gevolg dat de West-Indische sterdamse beurs in 1773. De reserves van de Compagnie in 1792 wegens aflopend octrooi en onbetaalbare schulden moest worden geWest-Indische Compagnie waren echter nog groot genoeg om deze klap op te vangen en liquideerd. Dit leidde in Suriname onmiddeleen plaats op de wereldmarkt te behouden. lijk tot een groeiend tekort aan arbeidskrachDit was echter van korte duur omdat deze ten en de liquidatie van een groot aantal maatschappij niet inzag dat slechts een dras- plantages. De verlaagde prijzen dwongen tot Teruggang

en stagnatie

TAS

produktievergroting, wilde men een 'minimum winstmarge inhouden. Doch de verminderde aanvoer van arbeidskrachten uit Afrika liet dit niet toe, terwijl er geen werkwillige arbeidsreserve in Suriname aanwezig was. (In het jaar 1790 was het aantal inwoners van Suriname 58.000 waarvan 53.000 slaven). De revolutie in Frankrijk, de daaropvolgende Engels-Nederlandse oorlogen en het Continentaalstelsel van Napoleon deden de deur dicht. Kapitaaltoevloed uit Nederland was niet meer mogelijk en zo kwamen de planters .in Suriname vrijwel terug op het uitgangspunt, land in overvloed, doch een tekort aan kapitaal en arbeidskrachten, terwijl bovendien de afzetmogelijkheden tot een minimum waren ingekrompen. Een binnenlandse markt was er in feite niet, terwijl de nog openstaande buitenlandse markten nog nooit voldoende waren geëxploreerd, vanwege het monopohstische karakter van de West-Indische Compagnie. De smalle economische basis en het gebrek aan de planning op lange termijn bleken funeste gevolgen te hebben. Enige opleving ontstond ten tijde van het Engelse tussenbestuur van Suriname (17991802 en 1804-1816). De aanvoer van slaven werd aanvankelijk voortgezet en de marktmogelijkheden werden weer groter. Verschillende Engelse onderdanen vestigden zich als planters in Suriname en nieuwe gebieden van het land werden geopend. Het einde van de Napoleontische tijdperk in 1813 en de teruggave van Suriname aan N e derland in 1816 betekende echter een hernieuwde conjunctuurdaling. Alleen al in de periode van 1816-1832 werden 80 plantages gesloten o.a. als gevolg van liquiditeitsmoeilijkheden, en mede door het toenemende optreden van de in vroegere jaren ontvluchte slaven, die zich in het diepe binnenland tot strijdbare stammen hadden verenigd. In 1832 werd de oude Joodse vestiging op de JodenSavanne door hen platgebrand. De Joden vluchtten van hun plantages naar de hoofdstad Paramaribo, waar zij vooral handel e.a. vrije beroepen gingen uitoefenen. Van doorslaggevende betekenis was echter het feit dat in het jaar 1832 door Engeland de slavernij werd afgeschaft. Er ontstond nu een steeds groter wordend tekort aan arbeidskrachten, ondanks de al spoedig florerende smokkelhandel in slaven. Hiermede was het lot van de plantagelandbouw in feite al bezegeld, hoewel dit nog niet het einde be(vervolg op pag. 7)

(advertentie)

Tweewekelijks Onafhankelijk Studentenblad. Redactie, directie en administratie: Akademielaan 9, Tilburg. Tel. 04250-72337

KIEST voor mg

Advertentie-administratie i. Bredaseweg 57, Tilburg. Tel. 04250-23036-23037 Hoofdredacteur: P. P. A. M. v. Eeuwijk Redacteuren: A. J. M. Smetsers, P. L. M. Beelen, J. H. W. Kees, H. L. M. Coenen, A. Hammerstein Organieke leiding: J. J. A. Thomassen Layout: P. v. Beuwijfc - A. Godfroij

Het holle gepraat en napraten maafct, dat het onthullen wordt tot een verhullen. Heidegger.

wordt lid van de

Studen tenvakbeweg ing Aanmeldingsformulieren verkrijgbaar op het volgende adres: Molenstraat 23 Tilburg


Theologika of Existentialisme Het door prof. Schillebeeckx 'gehouden college over de verhouding tussen het empinisch en theologisch denken (Studium Generale d.d. 24 maart) dwingt ondergetekende tot een nadere reflexie. In zijn heldere betoog stelt de spreker allereerst de wijsbegeerte tegenover de empirische, positieve wetenschappen. Het objekt van de filosofie is de oorspronkelijke totaliteit zelf. Methodologisch betekent dit dat de wijsbegeerte pre-wetenschappelijk van aard en een metafysisch voorgegeven is en slechts op fenomenologiche wijze door middel van de reflexieve menselijke ervaring te benaderen valt. De positieve, empirische wetenschappen kenmerken zich door een formalistische benaderingswijze van slechts een bepaald deel der werkelijkheid. Op een andere wijze geformuleerd zou men kunnen zeggen, dat de diverse empirische wetenschappen ieder vanuit een ander oogpunt de werkelijikheid als onderzoeksterrein hebben, waardoor ze zich beperken tot een deelwerkelijkheid. Kan men tot zover meegaan met de spreker, moeilijker wordt het wanneer de theologie ter sprake komt. Dat er nog steeds een kloof tussen geloof en wetenschap betaat is evident, echter deze hangt geheel af van de interpretatie die omen heeft van de aard der 'geloofshouding, Schillebeeckx geeft hiervoor een duidelijke oplossing door te stellen, dat het objekt van de theologie en de empirische wetenschap niet dezelfde is. Richt de wetenschap zich op de formalisering van een deelaspekt der werkelijkheid, wat de spreker een zuiver binnenwereldlij ke aangelegenheid noemt, de theologie stelt zich als doel tot een bepaalde formalisering van de totale werkelijkheid te komen. Het probleem is hiermee niet opgelost, doch alleen zuiverder gesteld: namelijk de kloof tussen theologie en empirische wetenschap wordt een kloof tussen theologie en wijsbegeerte. Immers beide hebben als taak de totale werkelijkheid te doorlichten, waarbij in het bdzonder 'geprobeerd wordt de zin hiervan te achterhalen. Deze kloof kan men gemakkelijk als onzinnig 'betitelen door te stellen, dat men „gelooft". Als kritisch denkend mens behoort men zich af te vragen welke de aard en de methodologie is van dit geloof. Volgen wij prof. Schillebeeckx als ihij stek, dat zowel de empirische wetenschap als de wijsbegeerte en theologie een gemeenschappelijk uitgangspunt hebben, namelijk het bewust in de wereld staan. Door middel van ervaring proberen alle drie tot hun waarheid te komen, daarbij ieder gebruik makend van adekwate methoden. Voor wat betreft de empirische wetenschappen is dat duidelijk, gezien wat hierboven gesteld is. Moeilijkheden bestaan er echter tussen de wijsbegeerte en de theologie, die materieel dezelfde pretentie hebben, doch formeel zullen moeten verschillen. Deze kloof tussen theologie en wijsbeerte is niet nieuw. Lange tijd hebben beide op ohristelijke, broederlijke wijze naast elkaar geleefd, m.a.w. de wijsbegeerte, als zijnde een voortdurend bevragen en doorlichten van de werkelijikheid en het bestaan, werd feitelijk overheerst en beïnvloed door de christelijike theologie. Men kan zich afvragen of er aanvankelijk bij de eerste ohristenen wel een scheiding tussen beide was. Deze probleemstelling, namelijk de stelling dat de christelijke theologie de verwoording en ver-beelding was van de filosofie van de eerste

^H^BI^Bl

christenen in hun eigen woorden en beelden, kan fundamenteel zijn voor de visie op de •— later gevoelde — tegenstelling tussen de (christelijke) theologie en de wijsbegeerte. In de geschiedenis zien wij een aanval ,op de christelijke theologie door de humanistische wijsgeren, waarvan enkelen de theologie als een inadekwate filosofie afwijzen. Nog duidelijker is deze oppositie terug te vinden in het Modernisme in het begin van deze eeuw en bij diverse existentialisten. Gemeenschappelijk kenmerk van allen is de afwijzing van een theocentrisch, theïstisch geïnspireerde levensbescliouwing, daarbij antropocentrisch-wijsgerig denkend. Niet God of ,,iets daarboven" is uitgangspunt, maar het staan in deze wereld. Thcocentrisme of antropocentrisme Terugkerend naar Schillebeeckx en zijn wat vage oplossing voor de kloof tussen theologie en wijsbegeerte. Hij erkent dat er een sekularisatieproces heeft plaatsgevonden, wat impliceert dat men God niet (meer) kan beschouwen als een binnenwereldse £aktor. W a t blijft volgens Sohillebeeckx dan het verschil tussen theologie en wijsbegeerte, als beide pogen de ultieme zin van het binnenwereldlijke te verklaren en daarbij beide van de ervaringskennis, de menselijke ervaring (het bewust in de wereld staan) als basis uitgaan? Deze 'antropocentrische benaderingswijze is zeer moeilijk verteerbaar, als hij antwoordt dat de theologie in tegenstelling tot de (existentialistische) wijsbegeerte een verklaring tracht te geven vanuit God. God als Absolute Persoon openbaart zich aan de mens door de woordopenbaring (Christus en Nieuwe Testament) en door zijn „zwijgen". God wordt dan erkend door manifestatie in en door de heilsgeschiedenis: door middel van de „genade". Een nadere analyse van deze oplossing brengt ons, zoals ook de zaal tijdens de diskussie, tot vragen: „ W a t wordt er bedoeld met God als Absolute Persoon?" ,,Wat met de openbaring door het zwijgen, de genade?", vragen, waarop de spreker een onduidelijk en onbevredigend antwoord gaf en ons niet aan het gevoel kon onttrekken dat het christelijke geloof blijkbaar een esoterisch knutselwerk voor de theologen blijft. Deze indruk wordt bevestigd als we ons herinneren wat Schillebeeckx vóór de eerste sessie van het Vaticaanse Concilie in „De Nieuwe Linie" stelde. Hij schetste toen een tweetal tendenties in de katholieke theologie: namelijk d e herbronning (terug naar de bronnen) en het existentialisme („terug" naar de existentie). Zolang theologen nog „terug" naar d e existentie, het leven, moéten, zal voor vele levende, bewust in de wereld staande, mensen de christelijke godsdienst als een archaïsche, voor de eerste christenen authentieke levensfilosofie beschouwd worden, waarvan de woorden en beelden verdogmatiseerd en onaanspreekbaar voor de moderne mens zijn. De hedendaagse mens weigert steeds meer in een 'theocentrisch geloof te geloven, maar wenst zelf te bepalen wat hij gelooft en hoopt, gebaseerd op zijn staan in de wereld. Het is eigenlijk jammer dat een modern en progressief theoloog als prof. Schillebeeckx-blijkbaar nog zover afstaat van de leef- en denkwereld van vele jongeren, waaronder ook

••••••••

steeds meer priesters gerekend kunnen worden. Het centrale probleem bij hen is niet het restaureren van oude beelden en symbolen door ze een nieuw verfje of kleedje te geven (vgl. de liturgieaanpassingen), maar door dèmythisering proberen vanuit d e existentie de beelden en symbolen fundamenteelkritisch te doorlichten, waardoor d e eigenlijke mededeling weer tevoorschijn kan komen. Het volgende citaat uit het (ter lezing aanbevolen) boek „Rondom de leegte" (Amboboeken, Utrecht) van dr. Corn. V e r hoeven typeert het beste deze mentaliteit: „Het natuurlijk verlangen onthult de leegte. Het menselijk verlangen grijpt boven zichzelf uit. Het roept niet om een God, maar eerder om een afgrond, een leegte. Iedere God zou door de vervulling van het verlangen tot een afgod worden. Een desiderium naturale is voor de reflexieve mens per se inane. Het schept een leegte, waar het rusteloos om heen kan jagen. Reflexie op de menselijke dingen perst de substantie daaruit weg om plaats te maken voor de vraag. Het atheïsme voltrekt deze bewerking aan de godsvoorstelling en daarom is het authentiek atheïsme ^ dus niet de banaliteit van een godvergeten massa •— evenzeer hedenidaagse religiositeit als het critisch-reflexieve denken hedendaagse wijsbegeerte is."

John Huijg (vervolg van pag. 6)

tekende. Men trachtte nog te redden wat er te redden viel, door een gedeeltelijke overgang naar de verbouw van minder arbeidsintensieve gewassen (cacao, koffie) en pogingen tot aanpassing bij de gewijzigde wereldmarktsituatie. In het jaar 1850 kwam de suikerexport in moeilijkheden vanwege de intrede van bietsuiker op de Europese markten. D e katoen ondervond steeds meer concurrentie vain het Noord-Amerikaanse produkt. W e e r werd een groot aantal plantages gesloten. Het einde kwam in zicht bij de algemene emancipatie van d e nog aanwezige slaven op 1 juli 1863. Op die dag werden bijna 17.000 veld- en fabrieksslaven vrije arbeiders in loondienst. De slavenmacht is in d e periode 1787-1852 gedaald van ± 350.000-17.000. D e oorzaken van deze afname liggen waarschijnlijk in de slechte hygiëne en de slechte voedingstoestanden tijdens de slavernij, de wanverhouding tussen het aantal mannen en vrouwen (het aantal mannelijke slaven overtrof dat der vrou'welijke) en door een aantal dat het oerwoud invluchtte. Door het ingestelde staatstoezicht konden nog niet al de vrijgelatenen zich aan de gehate plantagearbeid onttrekken, doch velen waagden de kans om een zelfstandig bestaan op te bouwen. D e plantages voor voedselgewassen werden overbodig omdat de vrijgeworden slaven in hun eigen onderhoud gingen voorzien. — N a dit dieptepunt in de economie van het land ging de ontwikkeling een geheel andere richting op die aanvangt met de aanvoer van Chinezen Hindoestanen en Javanen. (wordt vervolgd) De goeden, dat zijn zij. die alleen maat dromen , wat de slechten doen. Plato

••

MüdiHUi


STICHTING

Eekelaar-brillen Contactlenzen

Café Bar D A M R A K

gevestigd te Amsterdam, Keizersgracht 632.

heeft prima zaal beschikbaar voor

Heuvelstraat 59

Bredasev/eg 102

de betere brillenmakers

HET NEDERLANDS STUDENTEN SANATORIUM

disputen, feestvergaderingen, enz. HEUVELRING 154

VERZEKERINGEN

De Stichting biedt hulp bij de studie en sociale verzorging aan zieke en gehandicapte studenten en afgestudeerden, studenten en aanstaand studenten die In het sanatorium „Zonnegloren" te Soest of elders kuren. Voor alle inlichtingen:

Bureau Studiehulp N.S.S., Willem Barentszstraat 31 b, Utrecht. Telefoon: 030-710104

De Wijnhal levert aan heren studenten

speciale wijn van het vat

NCB

per fles: f 1,25 per iter: f 1,50 Rode wijn, goede kwaliteit

ALLE VERZEKERINGEN voor

De Wijnhal n.v. Jul. v. Sfolbergstraat 6 - Tilburg • Tel. 34920

IEDEREEN dus ook VOORU

„DEN HORST" Haghorst diessen - st. josephstr. 1 - 04254-212

TELEFOON 0 4 2 5 0 - 3 4 0 1 2 - SPOORLAAN 50 - TILBURG

Zaal voor vergaderingen • bals • shows en partijen Ruime parkeergelegenheid - Geluidsinstallatie - Centrale verwarming ledere 2e en 4e zondag van de maand dansen met uitstekende muziek

BMIABAR Jan Heijnsstraat 2 Hoek Philips Vingboonsstraat Telefoon 30397 't gezellige trefpunt voor H.H. studenten. Geopend van 17.00 uur t/m 2 uur 's nachts


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.