é
ê 4e jaargang
H
—
No. 14
—
20 mei 1968
EV DIT NUMMER
1968: WOELIG JAAR
Pag. 1
EV SPANJE
Pag. 3 Pag. 2
IN ENGELAND ?
IN TILBURG
g. 4, 5, 6
n.
D
TAS-BLAD - Tweewekelijks onafhankelijk studentenblad Redactieadres: Academielaan 9, Tilburg, teL 72337 Advertentie-administratie: H. Gianotten, Bredaseweg 57, tel. 23036. Hoofdredacteur: Koert de Jager Redaktie: Piet v. Asseldonk, John Bergs, Paul Jansma Peter v. d. Ven, Wilfried Speekenbrink Zakelijke leiding: John v. d. Heijning
Historici en filosofen bezondigen zich regelmatig aan het kwaad van de onzekere waarheid. Met hun evenwicht-, kringloop- en zonnevlek-theorieën vinden zij één of twee keer in hun leven de „deus ex machina" voor alle wereldproblemen uit. Het type wetenschapper dat zijn denkraderen verder onberoerd laat en in feite niets anders doet dan het proces van geestelijke aderverkalking eens fijn op weg te helpen. Uit de mond van dergelijke vermeende profeten beluister je ook vaak dat „l'histoire se répète"; dat de geschiedenis een kringloop is met steeds weer terugkerende hoogte- en dieptepunten. Zoals: 1830: revolution a Paris; Deutschland: die Studenten proben den Aufstand 1848 revolution; Marx: Communistisch Manifest 1870 Krieg! Guerre! 1914 Krieg, guerre & war 1940 Krieg, guerre, war & oorlog. En daar kunnen we nu wel een jaartal aan toevoegen: 1968: Madrid, Praag, Warschau, Berlijn, Rome, Parijs: overal haarden van onrust. Nu in 1968 weer alles tegelijk gebeurt, klinken die zonnevlek- en andere theorietjes van de koude grond wel aannemelijk. Het is alleen zo jammer dat, nu we God niet meer kunnen gebruiken als verklaring voor alles wat mysterieus is, we het in een tijd van secularisatie met even vage en onduidelijke, maar nu menselijke bewijzen moeten doen!
1968: JAAR van STUDENTENONLUSTEN Na jaren van betrekkelijk vreedzaam verder studeren met hoogst incidenteel een krantebericht over studentenweerbaarheden in de wérkelijke zin van het woord, zoals in Berkeley, constateert de pers nu in alle belangrijke universiteitssteden studentenverzet tegen de gevestigde orde. 1968 is aardig op weg het jaar van het idealisme mét geweld te worden. Waarom komen nu juist de studenten in opstand en niet bijvoorbeeld de al dan niet werkloze arbeiders? Ook bij hen komen de klappen van de conjunctuur hard aan. Allereerst is daar natuurlijk de maatschappelijke onafhankelijkheid waarin het studentendom verkteert. In Amsterdam meer dan in Tilburg, waar de gebondenheid aan het achterland nog zeer hecht is. Men zit hier nog behoorlijk in de klei en loss vast. En beursstudenten hebben een grotere mobiliteit dan zij die telkenjare een afwijzend antwoord op hun aanvraag op een toelage krijgen. Je kunt nu eenmaal beter bij een onpersoonlijke instantie je hand ophouden dan dat je uit financiële oogmerken elke week of maand verplicht bent een paar daagjes thuis door te brengen. VRIJ TOT VERZET We leven in een vacuüm (nog wel), geestelijk en maatschappelijk; we hebben ons bevrijd van een onvrijwillig opgelegd verleden, en we zijn nog niet terechtgekomen in een toekomst met vrouw en kinderen, collega's en burengerucht; een toekomst die ons langzaam maar zeker in een lekker comfortabele fauteuil zal wegdrukken. Nog volledig ia. de greep van de jeugdige onbezonnenheid en de innerlijke tweespalt tussen het wel willen maar nog niet kunnen, pakken we de wereldproblemen aan waar
we ze zien; onsystematisch en radicaal. In het „vrije" westen door de ervaringen met het parlementaire steekspel van de officiële democratie; onder de dictatuur door de ervaringen met het alles verstikkende politieapparaat heeft men geleerd dat een massale, bijna onpersoonlijke inzet tot op heden de meest effectieve weg is om nieuwe ideeën weerklank te doen vinden (het zou interessant zijn eens na te gaan hoeveel effect de provoreUen op de mentaliteit van de burgerij gehad hebben). Gesteund door leU ders als Sartre en Marcuse beseft de nieuwe student dat hij zijn hele, vrije persoon moet inzetten om te bereiken dat ook in breder verband een andere vorm van samenleven erkend wordt. Studenten roeren zich zelfs in die landen waar kritiek op de staatsdoctrine niet welkom is en openhartigheid vele risico's met zich meebrengt. Onder linkse dictaturen evengoed als rechtse. Met name Polen en Spanje. Een nieuw denken, een nieuwe maatschappij wil men. Alleen, de karakteristieken van zo een maatschappij zijn al bijna twee eeuwen oud. Er verandert niet zo veel. In de verspreide brochures en vlugschriften ontdekt men al snel de drie-eenheid „Liberie, Egalité et Fratemité". Het valt niet mee te erkennen dat we ons eigenlijk aan dezelfde idealen vastklampen die al sinds de franse revolutie telkens andere generaties niet hebben kunnen verwezenlijken. Om moedeloos van te worden en om al bij voorbaat aan een „je doet er toch niets aan" stemming toe te geven. Levensgevaarlijk. De mens heeft het méér meegemaakt dat zij zich liever aan een sterk gezag overgaf dan kritisch tegenover de gang van zaken te blijven staan; dat hij liever langs een gestrekte rechterarm naar zijn leider keek dan daadwerkelijk
*
veranderingen aanbracht als er iets misging. Dat diepgewortelde defaitisme dreef Europa de tweede wereldoorlog in. Nee, beter is het zoals in TsjechoslowaMje, Parijs en, dichter bij huis, in Leuven gebeurt, waar de minst gebonden groep, de studenten, de straat opgaat. De Tsjechen hebben een ander bewind, parijse studenten dwingen de Gaulle tot concessies en het Belgische parlement weet zo langzamerhand de Waals-Vlaamse controverse op haar werkelijke omvang te schatten. Risico's worden aanvaard Maar vaarom dit alles nu sn niet bijrocrbseld een jaar of wat terug. De tweede wereldoorlog ligt 20 jaar achter ons. De naoorlogse generatie heeft de geestelijke volwassenheid en daarmee de universiteiten bereikt. Misschien is het maar toeval: dat samengaan van deze twee factoren. Voor een ander geslacht dat in 1940 twintig was is de menselijke zelfvernietiging van toen vergeten of vervormd tot de heilige wil een sterke NAVO te hebben. Alsof een herhaling van deze ellende alleen maar voorkomen kan worden door het bezit van een goed leger dat op de Grebbeberg en in de Fed minstens een week langer zal stand houden. Onze verwekkers hebben nu de leiding van het bedrijfsleven, de politiek, kortom het gezag stevig in handen. En zij zijn het die er niet in slagen, althans niet in de ogen van studenten en hun generatiegenoten, de denkwereld in de pas te laten lopen met de technische vooruitgang. Ik geloof dat deze kloof zo verontrust; dat de verstrekkende gevolgen van een Et-bom als een dreigende paddestoel boven de studentenonlusten hangt; en dat juist die dreiging maakt dat men makkelijker zichzelf op het spel zet en eerder en radicaler aan demonstraties gaat meedoen. KLOOF STEEDS GROTER De nieuwe generatie wil overbruggen, een nieuwe mens maken, maar zij kan niet en zoekt boosdoeners. Zij richt zich teken het gezag, de establishment; in Frankrijk en Duitsland feller dan hier, wam: het allemaal gematigder gaat Het heeft hier meer weg van een kat-en-musspelletje in een pakhuis overbevolking. Dat neemt niet weg dat de kloof tussen idee en realiteit, tussen mens en techniek in Nederland niet even groot zon zijn. Ook hier broeit er iets. Reden waarom een exponent van die hiaat, de idee van de kritische universiteit zo aanslaat Wellicht een voorteken van een totale ommekeer, een „glorious revolution"! p. j .
•