INIVERS Tllburgs Universiteitsblad - 17 januari 1992 - jaargang 29 - nummer 16
afstuderen
waE3Bgi»»gwmg.»ai..Mni»»-
m
Visitatiecommissie tevreden over KUB-studie 'Bestuur en Beleid' Teveel studenten Bestuurs-, Beleids- en Politieke Wetenschappen haken tijdens de studie af. Men is vaak onvoldoende gemotiveerd, de begeleiding schiet tekort of de propedeuse selecteert niet genoeg. Tilburg maakt hierop een gunstige uitzondering. Deze bevindingen staan in het eindrapport van de visitatiecommissie Bestuurs-, Beleids- en Politielce Wetenschappen, dat op 10 januari aangeboden werd aan de voorzitter van de VSNU, ir. W. van Lieshout. De commissie-Scholten, genoemd naar haar voorzitter dr. G.H. Scholten, had hiertoe gedurende 1991 het onderwijs aan zeven faculteiten bezocht. De Tilburgse studierichting Bestuurs- en Beleidswetenschappen (BB) was er één van. Was het oordeel over de verschillende studies niet overal even positief (de opleidingen politicologie, bestuurskunde en beleidswetenschappen zijn veelal te licht, het onderwijsprogramma vormt een lappendeken, studenten doen te lang over hun studie, studiebegeleiding en -advisering kunnen beter), de Tilburgse opleiding kon rekenen op de nodige lof van de commissie. Het onderwijsprogramma maakt volgens de visitatiecommissie 'een doordachte indruk; het is cumulatief en consequent vanuit één visie opgezet' en is niet te zwaar. 'Het programma legt veel nadruk op beleidsprocessen. Voor studenten blijkt dit prettig te zijn; op het eind van de studie wordt de onderlinge samenhang van de vakken duidelijk', schrijft de commissie. Zeer positief is men over de ruime aandacht die besteed wordt aan het schrijven van werkstukken, aan communicatieve vaardigheden en aan de zeer intensieve begeleiding van studenten. Dit laatste sluit goed aan bij het 'studentgerichte onderwijsconcept' dat aan de KUB is geformuleerd. Gezien het kleine aantal studenten kan Scholten
nauwelijks uitspraken doen over het doctoraalrendement, maar'wel is het duidelijk dat door de kleinschaligheid van de studierichting veel factoren zo gunstig kunnen zijn dat een hoog rendement haalbaar zou moeten zijn'. De arijeidsmarktperspectieven van de afgestudeerden zijn goed, aldus de commissie. Kritiekpunten op de studierichting waren mild. De commissie acht de instroom laag en adviseert meer vooriichting. De onden/vijsbelasting van de docenten is zeer hoog en het programma vertoont volgens Scholten c.s. een zekere eenzijdigheid. Kennis van het openbaar bestuur, staats- en bestuursrecht en economie komen betrekkelijk weinig aan de orde. De commissie weegt echter zwaar aan de wisselwerking met het faculteitsbestuur. 'De indruk bestaat dat het faculteitsbestuur zich - vooral financieel - nogal passief opstelt. Er lijkt weinig animo te zijn om meer in de studierichting te investeren dan deze op grond van de studenteninstroom terugverdient'.'Faculteitssecretaris drs. Cees de Graaf: 'Klets. Niet waar. De studierichting heeft juist méér gekregen dan waar ze op grond van de instroom recht op had.' Hij ven/vijst daarmee naar de pas benoemde hoogleraar (prof. mr. J. Geurts), die een full-time aanstelling heeft, in tegenstelling tot zijn voorganger, die een contract had voor twee dagen per week.
OPMERKELIJK
Dr. Jan de Bruin, voorzitter van de Studierichtingscommissie plaatst de Tilburgse studierichting, die in
september 1985 van start ging, tegenover de al veel oudere richtingen elders. 'Pas na vijf jaar ben je eigenlijk een volgroeide instelling. Hetisopz'n minst opmerkelijk dat we nu al zo'n beoordeling krijgen.' Scholtens kritiek op de eenzijdigheid van het curriculum noemt De Bruin 'terecht', hoewel er 'bewust voor is gekozen'. 'Gelet op de omvang van de studie - driejaar - en gezien het feit dat studenten keuzeruimten willen hebben en dat men zich enigermate wil specialiseren zijn we tot een bewuste keuze gekomen voor de opbouw van een goede studierichting. Bovendien is er geen Politicologie in Tilburg zodat we geen gebruik kunnen maken van die vruchtbare bodem. Om de eigen identiteit uitte bouwen hebben we gekozen voor deze 'eenzijdigheid'.' De oorspronkelijke identiteit van de studierichting Bestuurs- en Beleidswetenschappen werd reeds in september 1991 aangetast. Met die datum ging een bredere studierichting onder de naam Beleids- en Organisatiewetenschappen van start, die verzorgd wordt door de staf van BB en de docenten die binnen de studierichting Sociologie de afstudeerrichting Arbeids- en Organisatiesociologie verzorgen. De visitatiecommissie toont zich in haar rapport hiervan geen voorstander. Vandaar dat De Bruin vindt dat de commissie één jaar te laat is gekomen. 'Dan hadden de beleidsaanbevelingen van de commissie een rol kunnen spelen. Nu waren de politieke beslissingen al genomen. Het is jammer dat BB nu minder zichtbaar wordt doordat zij opgegaan is in de richting Beleids- en Organisatiewetenschappen. Het is voor de KUB buitengewoon vreemd dat er geen studierichting is die zich helemaal richt op de overheid. Een gemiste kans.'
Komen en gaan van een collegevoorzitter
(MK)
de nieuwe serie Vlijt en Nijd bericht over de laatste maanden voor de bul
enquête na één maand studie zijn de eerstejaars lyrisch over het onderwijs aan de KUB
brand! de visie van de bewoners, de media en de spuitgasten
5/7
Studentenvakbond wil 'presentiebeurs' De landelijke studentenvakbond LSVb wil een 'presentiebeurs' in plaats van een 'tempobeurs'. Studenten moeten zich, totdat de propedeuse is behaald, elk trimester bij de studiebegeleider melden om over de voortgang van de studie te praten. Wie dat niet doet, veriiest zijn studiebeurs. De vakbond gelooft dat dit voorstel ook voor de universiteiten en hogescholen en de minister een goed alternatiefis. De LSVb heeft het voorstel voor de presentiebeurs dinsdag 14 januari aan de VSNU, de HBO-raad en de minister voorgelegd. De bond reageert daarmee op de wens van zowel de minister als de VSNU, om in elk geval de zogenoemde no show-studenten geen beurs meer te geven. De vakbond definieerteen noshow-studentals een student die zich niet drie maal per jaar bij de studieadviseur meldt. Voor invoering van zo'n presentiebeurs is wel extra geld nodig waarmee de universiteiten meer studie-adviseurs kunnen aanstellen. Dat geld moeten minister en universiteiten samen opbrengen, vindt de LSVb. Dan mogen zij van de studenten ook wel iets venwachten, vindt LSVb-voorzitter René Danen. 'Wij vinden het op zich terecht dat een student die zich nooit vertoont geen studiefinanciering krijgt. Ook mensen die een uitkering krijgen moeten zich immers regelmatig melden, want de samenleving wil daar terecht enige controle op.' Het plan stimuleert de universiteiten bovendien om meer aandacht te geven aan de studiebegeleiding. Dat was de grote wens van de studenten. De LSVb wil wel, dat studenten die hun 'presentiebeurs' veriiezen in beroep kunnen gaan en dat er regels komen voor ontheffingen van de verschijningsplicht. Belangrijk aspect van het voorstel is dat de vakbond een duidelijk verschil wil tussen de presentiebeurs en het bindend studie-ad-
vies. Iedereen die gehoor geeft aan de oproepen van de studiebegeleider behoudt in dit plan zijn beurs, ongeacht de vraag of hij enige studieprestatie levert. Voor het studie- advies aan het eind van de propedeuse is wel van belang of de student een bepaald aantal tentamens heeft gehaald een aantal dat voor elke faculteit anders is. Andere aspecten van het plan zijn een grotere betrokkenheid van studenten bij de onderwijsevaluatie en betere studievooriichting. Voor dit laatste wil de LSVb een onafhankelijke commissie instellen. René Danen: 'De universiteiten voeren nu dure reclamecampagnes die niet altijd zo geslaagd zijn. Wij willen daarvoor een soort reclamecodecommissie instellen, waarin vertegenwoordigers van instellingen en studenten zitting moeten hebt)en.' In eerste instantie had de LSVb overwogen om niet meer aan het overieg over de tempobeurs deel te nemen. VertDetering van onderwijs en studiebegeleiding stond voor de studenten voorop en zij vonden dat de gesprekspartners daar te weinig aandacht voor hadden. De minister hield vast aan zijn wens de studiefinanciering op een of andere manier aan de studievoortgang te koppelen en de universiteiten wilden in geen geval voor grote extra inspanningen komen staan. De LSVb gelooft dat dit voorstel aan ieders wens tegemoet komt. Volgens afspraak met de Tweede Kamer moet de minister voor 1 februari een altematief voor de tempobeurs formuleren. Het overleg wordt op 28 januari voortgezet. De woordvoerder van het ministerie wilde niet zeggen of het plan van de LSVb enige kans maakt. Volgens hem was uitdrukkelijk afgesproken dat de gesprekspartners geen mededelingen over het overieg zouden doen. (MvL/HOP)
Het was de officiële entree van prof. dr. G. van Veldhoven (rechts), tegelijkertijd de nieuwjaarsbijeenkomst van de universiteit maar vooral het afscheid van prof. dr. P. Verheyen (links). De laatste overhandigde tijdens de formele overdracht van het voorzitterschap van het College van Bestuur op dinsdag zeven januari in de aula, letterlijk de voorzittershamer aan Van Veldhoven, die deze functie vanaf één januari dit jaar vervult. Voor zijn verdienste voor de Tilburgse universiteit kreeg de scheidende collegevoorzitter de KUB-penning uitgereikt uit handen van de voorzitter van het Stichtingsbestuur mr. B. Schmitz. Hij prees Verheyen's inspanningen op het gebied van de katholieke identiteit van de universiteit. Aan Verheyen komt de eer toe deze 'moeilijke en gevoelige' discussie op een 'werktïaar niveau' te hebben getild, aldus Schmitz. De voorzitter van het Stichtingsbestuur wees er op dat Verheyen bijna zijn leven lang aan de KUB verbonden is geweest. 'Ik heb de indruk dat de KUB draait om een aantal sleutelfiguren die de KUB levenslang trouw blijven', aldus Schmitz. De nieuwe collegevoorzitter prof. Van Veldhoven is hoogleraar Economische Psychologie en de laatste vijf jaar was hij voorzitter van de Nationale Ziekenhuisraad. Van 1981 tot in 1983 bekleede hij de functie van rector magnificus aan de KUB en daarvoor was hij decaan aan de toenmalige subfaculteit Psychologie. (GR)