Tilburgs Universiteitsblad - 25 oktober 1991 - jaargang 29 - nummer 8
m
Economen rekenen op extra geld na herziening verdeelmodel Cijfers uit de begroting van de economisctie faculteitdat het totaal van de claims dat de liegen er niet om: het tekort in 1992 bedraagt bijna faculteiten op het universitaire budget leggen groter is dan dat 1,4 miljoen en dat loopt op tot tegen de 2,2 miljoen inbudget. 'Het financieringsper1995. Een andere verdeling van de gelden over de centage dat op grond van dit verfaculteiten is volgens de economen dan ook onont- schil wordt berekend staat nu op 88. Stond het percentage op 100, koombaar dan zou dat ons 2,2 miljoen schelen.' Meer studenten betekent normaliter meer geld, maar 'de stijging van de studentenaantallen is niet doorvenwerkt in de cijfers, dus in de jaren na '92 is het tekort alleen maar groter', zegt Frieda van den Maagdenberg, secretaris van de economische faculteit. 'Er komen steeds meer studenten. Normaal zou dat doonwerken in de cijfers, maar de nota FMB omvat geen projectie tot na '92 omdat er een nieuw verdeelmodel zou komen. In de projectie in de vorige FMB zouden de faculteiten nog voor 94 procent gefinancierd worden. En als je je uitgaven baseert op een meerjarenprojectie van 94 procent en je wordt ineens geconfronteerd met een percentage van 88, dan zit daar een stuk van de knel.' Kennis venwacht dat 'het interne verdeelmodel zodanig aangepast wordt dat het eerlijker naar de economische faculteit toe werkt. Maar bovendien verwachten we van onze investeringen in het ondenwijs een zodanig invloed hebben op studierendementen dat ook dat op het model weer gunstig kan uitwerken.' Hij voegt er aan toe dat de melkkoe-nota (waarin de faculteit er op aandringt dat haar prestaties eerlijker beloond worden) door veel mensen verkeerd begrepen is. 'De nota had een beetje letterlijk genomen moeten worden.'
NOODKREET
Frieda van den Maagdenberg De economen staat in die opvatting niet alleen. De huidige verdeling van de middelen over de faculteiten is aan kritiek onderhevig, 20 laat ook het College van Bestuur in de concept-nota intern bekostigingsmodel weten. Een nieuw bekostigingsmodel kan niet worden losgekoppeld van de beleidskeuzes binnen de KUB. Dat model moet dus aansluiten bij de doelstellingen zoals die zijn vastgelegd in het recente ontwikkelingsplan: uitbreiding van studie- en afstudeerrichtingen, een verdere versterking van de informaticacomponent, de ontwikkeling van postdoctorale beroepsopleidingen en een voortgaande concentratie van onderzoek. In juli zijn de minister en de instellingen van het hoger onderwijs het eens geworden over een nieuwe bekostigingssystematiek voor het hoger onderwijs. Bij de inwerkingtreding van deze systematiek (in 1993) zullen er geen budgetverschuivingen tussen de instellingen optreden. Universiteiten krijgen in 1993 evenveel als ze zouden hebben ontvangen op basis van het oude model. Voor de faculteiten kunnen er wel verschuivingen optreden. Ook binnen de KUB zal er dan flink met geld geschoven worden. Berekend men wat de gevolgen zijn voor de budgetten van de faculteiten op basis van het nieuwe externe bekostigingsmodel, dan ontvangen de juridische en de economische faculteit van de KUB meer geld dan ze in de huidige nota Financieel Meerjarenbeleid
(FM B) ontvangen zouden hebben; de faculteiten wijsbegeerte, letteren en de sociale faculteit moeten fors inleveren. Wordt het huidige externe model vertaald naar de faculteiten toe, dan resulteert eenzelfde beeld: winst voor de economen en juristen, verlies voor de sociale en literatuurwetenschappers en de filosofen. Met andere woorden: de grote faculteiten gaan er op vooruit en op de kleinere wordt bezuinigd. 'Beide modellen stemmen dus niet overeen met de doelstelling om de huidige faculteiten als uitgangspunt te nemen bij de ontwikkeling van een intern bekostigingsmodel', aldus het college in de nota. Het bestuurscollege wil op dit moment nog geen besluit nemen over het verdeelmodel dat gehanteerd dient te worden. 'Gezien de problemen bij de invoering van een nieuw bekostigingsmodel stelt het college voor om de discussie over een nieuw bekostigingsmodel samen te voeren met de discussie over de beleidskeuzes naar aanleiding van het HOOP (Hoger Ondenwijs en Onderzoeksplan) 1992 en het daarop volgende instellingsplan.'
BEGROTINGSTEKORT
Voorde economische faculteit zou een verdeling op basis van deze modellen niet slecht uitkomen. De faculteit verwacht een begrotingstekort dat tussen '92 en '95 oploopt van 1,4 miljoen tot 2,3 miljoen gulden. Volgens medewerker Planning en Begroting van de faculteit Ton Kennis komt dit om-
Met de begroting voor 1992 herhaalt de economische faculteit haar noodkreet: 'Het blijkt dat het volstrekt onmogelijk is voor de FEW haar beleid voort te zetten als het KUB-allocatiemodel niet verandert.' Van den Maagdenberg: 'Zo'n verdeelmodel moet laten zien dat de middelen gaan naar daar waarde groei is. We rekenen daarom ook op extra inkomsten door de studenteninstroom en de herziening van het KUB-model.' De afgelopen twee jaar is 1,5 miljoen geïnvesteerd in het onderwijsprogramma, de propedeuse is geïntensiveerd, bij Bedrijfseconomie zijn accentprogramma's gemaakt, aldus de secretaris. Maar begrotingsoverschrijdingen worden ook intern aagepakt. Van den Maagdenberg: 'Het onderwijsprogramma is alleen geëxpandeerd. Je zou eens moeten kijken of er in andere sectoren iets bezuinigd kan worden. Is ieder onderdeel wel zo populair, je ziet verschuivingen in belangstelling van studenten, daar moetje als faculteit nadrukkelijk naar kijken. We gaan de intensivering van de propedeuse zeker niet terugdraaien, we gaan wel kijken of het wel efficiënt is ingericht.' Ook worden er oplossingen gezocht in de richting van de overformatie bij de vakgroepen algemene en sociale economie. Van den Maagdenberg: 'We willen stimuleren dat deze vakgroepen extern geld gaan bijverdienen. Dat zou ook moeten gelden voor andere vakgroepen: ben toch actief op de markt!' (MK)
huisvesting ook de studieverenigingen willen droog zitten (foto)
3 twee geziciiten van het college reorganisatie bij de sociologen betekende ontslag voor Harry van der Pas
6 werk genoeg
voor WORG. Wetenschappelijk directeur prof. Roe over trends in arbeid
Kubus blijft glimmen, maar minder vaak Kubus, het glossy magazine van de KUB, zal in het vervolg nog maar drie keer per jaar uitkomen. Ook zal het blad iets dunner uitvallen: de omvang gaat terug van 32 naar 28 pagina's. Kubus krijgt op deze manier wat financiële lucht, die gebruikt kan worden om tussentijdse tegenvallers op te vangen of om de oplage te laten stijgen. Het Kubusbudget van 150.000 gulden was begroot op basis van een oplage van 3500 exemplaren. Omdat de samenwerking met Ter Visie op het laatste moment niet doorging was Kubus genoodzaakt om elke drie maanden 6000 nummers te laten drukken. In 1990 werd het budget dan ook met 40.000 gulden overschreden. Het aantrekken van adverteerders heeft niet opgeleverd wat er verwacht werd. Eén jaar advertentiebeleid bracht slechts 5000 gulden
in het laatje. Men hoopte het drievoudige binnen te halen. Budgetoverschrijdingen zouden elders voorkomen moeten worden. Zou het blad voortaan op A4-formaat uitkomen, met een omslag met één steunkleur, zonder kleurgebruik in het binnenwerk, 28 pagina's dik (in plaats van de reguliere 32) en een oplage van 5000 (was 6000), dan zou dat een besparing betekenen van 40.000 gulden. Het College van Bestuur heeft echter niet voor deze optie gekozen. Gezien de pr-uitstraling van Kubus in de huidige vorm is besloten het blad met ingang van 1992 nog maar drie keer per jaar te laten verschijnen. De oplage zal wel verhoogd worden: iedere afgestudeerde vindt in het vervolg een exemplaar van Kubus in zijn afstudeerpakket. (MK)
Mar/rf voor veel studies in eenjaar fors verbeterd Het aantal werkzoekende academici is het afgelopen jaar fors gedaald. In de meeste universitaire sectoren daalde de werkloosheid sinds augustus 1990 met veertig tot vijftig procent. De situatie voor pas afgestudeerden was zelfs nog gunstiger. Belangrijkste uitzondering op dit gunstige beeld is de sector letteren. Vooral nieuwe studievarianten dragen daar bij aan een groeiend aantal werkzoekenden. Nieuwe statistieken van het ministerie van Ondenwijs laten zien dat er in vrijwel alle sectoren van het wetenschappelijk ondenwijs sprake van een sterk dalende werkloosheid. In zeven van de acht W.O.-sectoren is tussen augustus 1990 en augustus 1991 het aantal werkzoekenden met meer dan 35 procent gedaald. De landbouwhoek spant de kroon met een ruime halvering tot 520 werkzoekenden - krap vijf procent van de beroepsgroep. Ook bij natuur, techniek, gezondheid en rechten zakte het aantal geregistreerde baanlozen met meer dan veertig procent. Economie en sociale wetenschappen deden hier met een daling van ruim eenderde weinig voor onder. De statistieken voor pas afgestudeerden zijn nog gunstiger. Het aantal werkzoekenden in deze groep zakte in de meeste sectoren met de helft tot tweederde. Die verbetering gold niet alleen voor biologie (54 procent), maar ook voor probleemstudies als rechten (63 procent), psychologie (49 pro-
cent), geschiedenis (51 procent) en westerse talen (56 procent). Voor alle studierichtingen samen daalde het aantal verse werkzoekenden met 52 procent. Het rooskleurige beeld wordt verstoord door de sector 'taal en cultuur': letteren, geschiedenis, wijsbegeerte en theologie. Hier steeg de werkloosheid opnieuw zo'n twintig procent tot in totaal bijna achtduizend. Dat betekent dat nu bijna een op de vijf alfa's geregisteerd staat als werkloze. Deze verslechtering lijkt grotendeels op het conto te komen van de nieuwe studievarianten, die in de statistiek vallen onder 'overige' letteren. Toch zijn er ook voor de alfastudies lichtpuntjes. Voor pasafgestudeerden is de situatie iets minder slecht dan vorig. Bij de bekende alfa-studies (moderne talen, geschiedenis, wijsbegeerte, theologie) zoeken nu half zo weinig nieuwe doctorandussen naar werk. Zelfs in de overige letteren is dit aantal sinds februari wat gaan dalen. Ondanks de verbeterde markt voor veel sectoren zijn nog altijd 19.557 academici op zoek naar werk, vergeleken met 24.437 een jaar geleden. Bijna de helft van deze werklozen heeft een alfastudie gedaan. Alleen in deze sector ligt de werkloosheid nog ruim boven het landelijk gemiddelde van zeven procent. Bij techniek ligt dit percentage nu onder de twee. (FS/HOP)